Het beenmergbiopt bij myelodysplastisch syndroom: toegevoegde waarde bij het stellen van de diagnose en bepalen van de prognose

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het beenmergbiopt bij myelodysplastisch syndroom: toegevoegde waarde bij het stellen van de diagnose en bepalen van de prognose"

Transcriptie

1 Het beenmergbiopt bij myelodysplastisch syndroom: toegevoegde waarde bij het stellen van de diagnose en bepalen van de prognose Auteurs Trefwoorden E. Verburgh, C. De Wolf-Peeters en G. Verhoef beenmergbiopt, myelodysplastisch syndroom Samenvatting Het botbiopt bij het myelodysplastisch syndroom (MDS) is de enige techniek die inzicht geeft in de architectuur van de hematopoëse en de ruimtelijke verdeling van bloedvormende cellen. De eventuele aanwezigheid van dysplastische kenmerken is het best te bestuderen in het beenmergaspiraat, hoewel het beenmergbiopt vaak complementaire informatie oplevert, zeker wat betreft de beoordeling van de megakaryopoëse. Ook levert het beenmerghistologische onderzoek aangevuld met immuunhistochemie belangrijke gegevens wat betreft de identificatie en kwantificering van bepaalde vroege hemopoëtische voorlopercellen. Zo geeft de identificatie van abnormal localized immature precursors en kwantificering van CD34-positieve progenitorcellen belangrijke informatie bij het bepalen van de prognose van de individuele patiënt met MDS. Sommige vormen van MDS kunnen alleen met beenmerghistologie worden gediagnosticeerd: hypoplastische MDS en MDS met fibrose. Ook levert histologie van het beenmerg belangrijke informatie op bij zogenoemde overgangsvormen tussen MDS enerzijds en aplastische anemie of myeloproliferatieve aandoeningen anderzijds. (Ned Tijdschr Hematol 2007;4:290-5) Inleiding Het myelodysplastisch syndroom (MDS) is een klonale ziekte van de hemopoëtische stamcel. De ziekte kan evolueren naar een acute leukemie of wordt gekenmerkt door beenmergfalen. De French-American-British (FAB)-classificatie helpt de clinicus al sedert vele jaren bij het bepalen van de prognose en de keuze van de therapie. 1 Deze indeling is gebaseerd op cytologische karakteristieken en kwantitatieve waarden van bloed- en beenmergcellen. Toch bleek deze classificatie met name voor de vroege vormen van MDS (refractaire anemie, refractaire anemie met excess ringsideroblasten) niet echt te voldoen. Dit is de belangrijkste reden waarom de afgelopen jaren diverse scoringssystemen zijn geïntroduceerd (en vaak ook weer afgevoerd) om de prognose van de individuele patiënt beter te bepalen. 2 Onlangs heeft de World Health Organization (WHO) een verdere verfijning aangebracht door de diverse FAB-categorieën scherper te definiëren aan de hand van het percentage van blasten, uni- versus multilineage cytopenie en uni- versus multilineage dysplasie. 3 Daarnaast heeft zij een specifieke cytogenetische categorie vastgesteld, het zogenoemde 5q- syndroom. De klinische presentatie in combinatie met bepaalde bloed- en beenmergkarakteristieken moeten uiteindelijk tot de juiste diagnose leiden. In het geval van een verhoogd percentage myeloblasten, ringsideroblasten en duidelijke multilineage dysplasie zal de diagnose MDS niet moeilijk zijn. Anderzijds zijn de afwijkingen bij eerste presentatie soms subtiel en n e d e r l a n d s t i j d s c h r i f t v o o r H E M a t o l o g i e v o l. 4 n r

2 zal de diagnose pas na langere observatie met zekerheid gesteld of verworpen kunnen worden. Niet alleen voor de prognose, maar ook voor een zekere diagnose kan het chromosoomonderzoek van grote hulp zijn. Moleculaire technieken, bijvoorbeeld microarray, lijken veelbelovend in de onderzoeksfase. Gegevens die verkregen zijn met microarray en genexpressieprofielen vertonen echter een grote overlap tussen de MDS-subclassen onderling en spelen voorlopig nog geen rol in de diagnosestelling. Het beenmergbiopt levert bij het vermoeden op MDS eveneens aanvullende informatie. Zonder twijfel zijn cytologische karakteristieken meestal beter te beoordelen in het cytologisch beenmergonderzoek. Daarentegen kunnen de opbouw en de hoeveelheid cellen alleen maar beoordeeld worden met histologie. Vooral veranderingen in de opbouw kunnen belangrijke additionele informatie geven om tot een zekerdere diagnose te komen. In dit artikel worden de diagnostische en prognostische waarde van het beenmergbiopt bij MDS verder toegelicht. De normale beenmerghistologie De celrijkdom wordt met een kleine vergroting in het beenmergbiopt beoordeeld, alhoewel dit veel ervaring vereist en gerelateerd moet worden aan de leeftijd van de patiënt. 4 Bij neonaten en in het eerste levensjaar is de celrijkdom van het merg vaak 100%. Bij volwassenen varieert deze, afhankelijk van de leeftijd, van 25 tot 75%. Zeker bij oudere patiënten dient het botbiopt voldoende lang te zijn en niet tangentieel genomen, aangezien de subcorticale mergvelden bij ouderen nog alleen vetmerg bevatten, terwijl de bloedaanmaak in het diepe merg plaatsvindt. Een van de grote voordelen van het botbiopt ten opzichte van beenmergcytologie is de mogelijkheid om de normale (of eventuele afwijkende) architectuur van de hemopoëse te beoordelen. Voorlopercellen van de verschillende cellijnen hebben alle een specifieke plaats in de ruimte, omlijnd door de botbalkjes. 5 Zo vindt men de erytropoëse vooral centraal in de intertrabeculaire ruimte, vaak in de directe omgeving van sinussen. Deze voorlopers vormen als het ware eilandjes waarin alle rijpingsstadia zijn terug te vinden. Ook de megakaryocyten liggen centraal in de nabije omgeving van sinussen. Vroege voorlopers van de myelopoëse vindt men daarentegen tegen de botbalkjes en rijpen naar centraal toe verder uit. Bewerkingstechnieken van het botbiopt Zowel plastic- als paraffine-inbedding heeft haar voor- en nadelen. Plasticinbedding staat borg voor optimale cellulaire morfologie, maar is arbeidsintensief en technisch zeer moeilijk. Gezien het belang van immuunhistochemie wordt in de meeste centra meer en meer gekozen voor de paraffine-inbedding na ontkalking. Door de klassieke formolfixatie te vervangen door een korte B5-fixatie blijft de cytologie van de beenmergcellen het best bewaard en kan de interpretatie van de histologische afwijkingen in optimale omstandigheden gebeuren. Belangrijk is te werken met 1 type fixatie, 1 vaste ontkalkingstechniek, 1 coupedikte en 1 vast panel van kleuringen. Diagnostisch belang van beenmerghistologie bij MDS Het bepalen van de hoeveelheid cellen kan helpen bij het stellen van de diagnose. Pancytopenie met toegenomen celrijkdom (in verhouding tot de leeftijd) in het botbiopt is vaak een eerste aanwijzing. Bij 10-15% van de patiënten met MDS is de cellulariteit echter normaal of verminderd. Overigens is de mate van cellulariteit geen prognostische factor. Hypocellulariteit kan evengoed gevonden worden bij MDS met excess blasten als bij MDS met een normaal aantal blasten. Bij MDS vindt men topografische veranderingen ten opzichte van de normale hemopoëse. Een systematische aanpak en coupes van uitstekende kwaliteit zijn noodzakelijk om bij vroege vormen van MDS deze subtiele veranderingen te herkennen. 1. Een kleine vergroting (4x objectief) maakt het mogelijk een overzicht te verkrijgen van de diverse voorlopercellen, een indruk over de celrijkdom, focale laesies en de distributie van vooral de megakaryocyten. Streaming kan wijzen op de aanwezigheid van fibrose en is bij deze vergroting al vaak zichtbaar. 2. Veranderingen in het groeipatroon, de topografische ligging en de relatieve samenstelling van de hemopoëse onderzoekt men met een 10x of 20x objectief. Veranderingen in morfologie en uitrijping zijn eveneens zichtbaar bij deze vergroting. Sommige auteurs passen zelfs een semikwantitatieve telling toe. Zo rapporteerde Maschek over het prognostische belang van een toename van het aantal myeloblasten alsook van de aanwezigheid van abnormale lokalisatie van immature myeloïde voorlopercellen ( abnormal localized immature precursors ; ALIP). 6 Daar semikwantitatieve 291 v o l. 4 n r n e d e r l a n d s t i j d s c h r i f t v o o r H E M a t o l o g i e

3 celtelling erg arbeidsintensief is, gaat de voorkeur uit naar het herkennen van ALIP, aangezien het prognostische belang identiek is. 3. Sterkere vergroting (40x) laat nauwkeurige beoordeling van de verschillende celsoorten toe, alhoewel celdetail geen hoofdrol speelt in de beenmerghistologie. De opvallendste dysplastische afwijkingen die herkend kunnen worden, zijn megaloblastoïde veranderingen in de erytropoëse en vooral afwijkingen aan de megakaryocyten. Subtielere afwijkingen, zoals hypolobulatie van de neutrofielen inclusief de pseudo-pelger-huëtanomalie, vereisen een ervaren oog. Hypogranulatie en hypolobulatie van de neutrofielen kan men uiteraard beter met cytologie van het perifere bloed beoordelen. 7 Mitosefiguren zijn gemakkelijk te herkennen en worden vaak aangetroffen. Ook andere dysplastische afwijkingen (meerkernige erytroïde voorlopers, onregelmatige kerncontouren) kunnen gezien worden. Men dient vooral te letten op de megakaryopoëse (toegenomen aantal, soms clustervorming, hypolobulatie, monolobulaire en microvormen, soms hypersegmentatie, maar dan vooral met losse kernen). Let ook op dat typische megakaryocytendysplasie 10% op de botboor in geval van twijfel een sterk argument kan vormen voor MDS, als beoordeling van de cytologie niet optimaal mogelijk is. In de meeste gevallen ligt het percentage van de dysplasie in de megakaryopoëse bij MDS echter veel hoger. Aangetoond werd dat het percentage van de dysplasie in de megakaryopoëse bij MDS sterk gecorreleerd is met de prognose, zowel wat betreft leukemievrije als totale overleving. 7 Hoe meer dysplasie, hoe slechter de prognose. Uiteraard vormt het 5q- syndroom hierop een uitzondering. Indien het overgrote aantal megakaryocyten gekenmerkt wordt door een volumineuze, monolobulaire kern omgeven door een ruime hoeveelheid eosinofiel cytoplasma, dient de diagnose 5q- syndroom overwogen te worden. Zeer kleine en dysplastische megakaryocyten (micromegakaryocyten) kunnen gemakkelijk verward worden met immature cellen van een andere celreeks. Immunohistochemie kan hierbij helpen de megakaryocytaire origine al dan niet te bevestigen. Megakaryocytaire dysplasie vindt men ook bij myeloproliferatieve aandoeningen. Hierbij staan een clustering en toename van het aantal megakaryocyten echter meer op de voorgrond. Megakaryocyten hebben een pleiomorf uiterlijk bij polycythaemia vera met zeer grote vormen en grillig gehyperlobuleerde kernen. Daarentegen zijn de kernlobben losliggend en kogelrond bij de grotere megakaryocyten van MDS. Bij chronische myeloïde leukemie is de differentiële diagnose niet moeilijk en zijn de megakaryocyten vooral klein met hypolobulaire kernen. Bij myelofibrose kan men de typische kenmerken van intravasculaire hemopoëse vinden. De clustering is uitgesproken en de megakaryopoëse opvallend vervormd met aanwezigheid van te grote, grillige, hyperchromatische cellen. De fibrose is hierbij meer uitgesproken dan bij een MDS met fibrose, waarbij vaak een toegenomen blastenpopulatie wordt gevonden. Bij gevorderde MDS staan veranderingen in de architectuur sterk op de voorgrond. De erytropoëse vormt geen herkenbare eilandjes meer met veelal losse cellen in hetzelfde rijpingsstadium, eventueel verspreid gelokaliseerd naar de botbalkjes toe en gemengd met de myelopoëse. Daarentegen kunnen immature myeloïde cellen op afstand van de botbalkjes gevonden worden. Indien zij in groepjes van minstens 3 immature cellen bij elkaar liggen, spreekt men van ALIP. Vooral bij overgangsvormen tussen MDS en myeloproliferatie is vaak sprake van hyperplasie van de granulopoëse met nog duidelijke uitrijping. Het meest gebruikte graderingssysteem voor beenmergfibrose wordt als volgt gedefinieerd: graad 1 bij individuele aankleuring van reticulinevezels, graad 2 bij een fijn reticulinenetwerk, graad 3 bij een diffuus grof reticulinenetwerk en graad 4 bij additioneel aangekleurde collageenvezels. Een lichte toename van reticulinefibrose (graad 1-2) wordt bij MDS in 10-40% van de gevallen vastgesteld. Graad 4 is zeldzaam (4-10%) en heeft een slechte prognose. 8 Wanneer het merg zich moeilijk laat opzuigen voor cytologisch onderzoek ( dry tap ), is een zekere graad van fibrose vaak de verantwoordelijke factor. Juist in deze situaties en in het geval van een hypocellulair beenmerg bewijst het botbiopt vaak zijn diagnostische waarde. Veranderde topografische samenstelling van de hemopoëse, de aanwezigheid van ALIP of afwijkingen aan de megakaryocyten kunnen dan toch tot de diagnose MDS bijdragen. 9 In een retrospectieve studie naar de prognostische waarde van de nieuwe WHO-indeling bij patiënten met laagrisico-mds werd vastgesteld dat de morfologie van megakaryocyten in het cytologisch preparaat niet goed beoordeeld kon worden in 10% van de 221 gevallen, ook niet na herhaalde punctie. Hierbij bleek het botbiopt van onschatbare waarde. 7 n e d e r l a n d s t i j d s c h r i f t v o o r H E M a t o l o g i e v o l. 4 n r

4 A B Figuur 1. A. Botbiopt met groepjes van immature elementen die bekend staan als abnormal localized immature precursors (ALIP) (zie pijlen). De cellen zijn meestal klein met een duidelijk omlijnde nucleus, omgeven door een fijn kernmembraan en een kleine, maar duidelijk herkenbare nucleolus (vergroting 400x). B. Talrijke CD34-positieve immature voorlopers zijn zichtbaar. CD34 wordt ook geëxprimeerd op vasculaire structuren (vergroting 400x). ALIP Al in 1984 beschreven Tricot en De Wolf-Peeters als een van de eersten het prognostische belang van ALIP in het botbiopt. 10 ALIP bij diagnose correleerde heel goed met een latere leukemische evolutie. Zij suggereerden dat ALIP gerelateerd was met een agressievere klonale blastenproliferatie. Een studie waarin sequentieel met behulp van botbiopten de evolutie werd gevolgd, toonde een toename van blasten, abrupt of geleidelijk, die sterk gecorreleerd was met de aanwezigheid van ALIP bij diagnose. 11 De meeste patiënten met een niet-leukemische evolutie bleken ALIP-negatief bij diagnose. De overleving was in de laatste groep 3 maal zo lang in vergelijking tot de ALIP-positieve groep (43 versus 14 maanden). Tricot definieerde ALIP als 3-5 clusters van immature elementen gelokaliseerd in de intertrabeculaire mergholte. Deze immature elementen zijn meestal klein met een duidelijk omlijnde nucleus, omgeven door een fijn kernmembraan en een kleine, maar duidelijk herkenbare nucleolus (zie Figuur 1A). Indien minstens 3 clusters van 3-5 immature voorlopercellen in minstens 5 van 10 velden (400x vergroting) gevonden worden, spreekt men van ALIP-positiviteit. ALIP heeft vooral prognostische betekenis bij patiënten met refractaire anemie of refractaire anemie met ringsideroblasten. 12 Immuunhistochemie bij MDS Inmiddels vormt immuunhistochemie een vast onderdeel bij het histologisch onderzoek bij MDS, zeker indien de origine van bepaalde cellen (onrijpe vormen, dysplastische veranderingen) niet onmiddellijk duidelijk is. Oppervlaktemarkers voor megakaryocyten (CD41, vonwillebrandfactor, lectine UEA-1), erytroblasten (lectine UEA-1, glycoforine- A), monocyten (CD68), granulocyten (CD15), immature hemopoëtische cellen (CD34) en cytoplasmatisch myeloperoxidase helpen de origine van de verschillende cellijnen te herkennen. 13 In moeilijke gevallen kunnen al naar gelang het vermoeden van de onderliggende aandoening, ook markers voor T- en B-cellen en een tryptasekleuring voor mestcellen ingezet worden. Het botbiopt zou voor het aantonen van angiogenese en microvessel density bij MDS ook gebruikt kunnen worden, maar dit is zeker nog geen routine en vereist een zeer nauwkeurige evaluatie van vasculaire structuren zoals de diameter, de oppervlakte, vertakkingen en dergelijke. Tevens is de prognostische waarde nog niet duidelijk aangetoond. 14 Betekenis van verhoogde CD34-expressie op botbiopt bij MDS Van de immuunhistochemische markers blijkt CD34, een marker die ook op normale primitieve hemopoëtische cellen wordt aangetroffen, het best de prognose te bepalen. 15 In een normaal biopt exprimeert ongeveer 1% van de cellen CD34. Men bepaalt dit percentage door visueel, bij een vergroting van 400x, 10 velden te selecteren. Indien bij MDS de CD34-expressie in minstens 5 van de 10 velden 293 v o l. 4 n r n e d e r l a n d s t i j d s c h r i f t v o o r H E M a t o l o g i e

5 Aanwijzingen voor de praktijk 1. Het verrichten van een botbiopt voor onderzoek van beenmerghistologie vormt een belangrijk onderdeel in het diagnostische en prognostische proces bij myelodysplastisch syndroom (MDS). 2. Het botbiopt geeft, als aanvulling op het cytologisch beenmergonderzoek, informatie over dysplastiche veranderingen, vooral van de megakaryocyten, alsook over veranderingen in de cellulariteit en de architectuur. 3. Het beenmergbiopt maakt het mogelijk een betere individuele prognose te geven op grond van abnormal localized immature precursors en CD34-positiviteit. 4. Speciale subtypen, zoals hypocellulaire MDS en MDS met toegenomen fibrose, kunnen alleen via het botbiopt herkend worden. 1% overschrijdt, spreekt men van CD34-positiviteit (zie Figuur 1B). 16 In de praktijk is gebleken dat het herkennen van ALIP voor een ongetraind oog niet eenvoudig is. De CD34-immuunkleuring blijkt uitkomst te bieden, zowel voor het aantonen van immature hemopoëtische cellen als het voorspellen van de overleving en leukemische evolutie. Sommigen geven daarom de voorkeur aan multifocal accumulations of CD34+ progenitor cells als alternatieve benaming voor ALIP. 17 Men moet wel rekening houden dat immature myeloïde voorlopercellen bij een klein deel van de MDS-patiënten geen CD34 exprimeren. Expressie van CD117 (c-kit) wordt voorgesteld als alternatief. Dit antigeen lijkt echter minder bruikbaar dan CD34, vanwege de zwakke en variabele expressie in MDS-myeloblasten. 18 Wij prefereren in het diagnostische onderzoek zowel de aanwezigheid van ALIP als CD34-expressie in het botbiopt te onderzoeken. Het correleren van morfologie en CD34-positieve cellen heeft onze ervaring in het herkennen van CD34-negatieve ALIP vergemakkelijkt. Kan beenmerghistologie de waarde van IPSS verder verbeteren? In de dagelijkse praktijk wordt voor het bepalen van de prognose nog altijd het meest gebruik gemaakt van het international prognostic scoring system (IPSS), dat gebaseerd is op het geven van punten aan een bepaald percentage van beenmergblasten (geteld in beenmergcytologie), aantal cellijnen met cytopenie en chromosoomafwijkingen. Alhoewel deze manier van scoren zijn waarde heeft aangetoond, is verdere verfijning van dit systeem, vooral bij patiënten met laagrisico-mds, gewenst. Histologische parameters zijn in dit systeem niet opgenomen. Daarom is destijds gekeken naar de predictieve waarde van ALIP en CD34-positiviteit in de beenmerghistologie bij 184 patiënten met MDS. 16 De resultaten toonden aan dat de aanwezigheid van zowel ALIP als CD34-positiviteit duidelijk gecorreleerd was met een slechtere overleving en een grotere kans op evolutie naar acute leukemie, vooral in de laagrisicocategorieën volgens het IPSS. Deze resultaten onderstrepen het belang van het verrichten van een beenmergbiopt om tot een betere individuele voorspelling te komen, vooral bij patiënten met laagrisico-mds volgens FAB en IPSS. Conclusie Het verrichten van een botbiopt voor onderzoek van de beenmerghistologie vormt een belangrijk onderdeel in het diagnostische en prognostische proces bij MDS. Speciale subtypen, zoals hypocellulaire MDS en MDS met toegenomen fibrose, kunnen alleen via het botbiopt herkend worden. Bij de vroege vormen, waarbij op grond van perifere bloedwaarden en dysplasie in de cytologie de diagnose MDS niet onmiddellijk gesteld kan worden, geeft het botbiopt vaak aanvullende informatie zoals een toegenomen cellulariteit, veranderingen in de architectuur en dysplastische veranderingen in met name de megakaryopoëse. Zeker bij laagrisico-mds (volgens FAB of IPSS) heeft de aanwezigheid van ALIP en CD34-positiviteit in het botbiopt een belangrijke prognostische waarde. n e d e r l a n d s t i j d s c h r i f t v o o r H E M a t o l o g i e v o l. 4 n r

6 Referenties 1. Bennett JM, Catovsky D, Daniel MT, Flandrin G, Galton DA, Gralnick HR, et al. Proposals for the classification of the myelodysplastic syndromes. Br J Haematol 1982;51: Greenberg P, Cox C, LeBeau MM, Fenaux P, Morel P, Sanz G, et al. International scoring system for evaluating prognosis in myelodysplastic syndromes. Blood 1997;89: Vardiman JW, Harris NL, Brunning RD. The World Health Organization (WHO) classification of the myeloid neoplasms. Blood 2002;100: Tuzuner N, Bennet JM. Reference standards for bone marrow cellularity. Leuk Res 1994;18: Bartl R, Frisch B, Baumgart R. Morphological classification of the myelodysplastic syndromes (MDS): Combined utilization of bone marrow aspirates and trephine biopsies. Leuk Res 1992;16: Maschek H, Georgii A, Kaloutsi V, Werner M, Bandecar K, Kressel MG, et al. Myelofibrosis in primary myelodysplastic syndromes: A retrospective study of 352 patients. Eur J Haematol 1992;48: Verburgh E, Achten R, Louw VJ, Brusselmans C, Delforge M, Boogaerts M, et al. A new disease categorization of low-grade myelodysplastic syndromes based on the expression of cytopenia and dysplasia in one versus more than one lineage improves on the WHO classification. Leukemia 2007;21: Rios A, Canizo MC, Sanz MA, Vallespi T, Sanz G, Torrabadella M, et al. Bone marrow biopsy in myelodysplastic syndromes : morphological characteristics and contribution to the study of prognostic factors. Br J Haematol 1990;78: Sakuma T, Hayashi Y, Kanomata N, Murayama T, Matsui T, Kajimoto K, et al. Histologic and cytogenetic characterization of bone marrow in relation to prognosis and diagnosis of myelodysplatic syndromes. Pathol Int 2006;56: Tricot G, De Wolf-Peeters C, Vlietinck R, Verwilghen RL. Bone marrow histology in myelodysplastic syndromes. II. Prognostic value of abnormal localization of immature precursors in MDS. Br J Haematol 1984;58: Tricot G, Boogaerts MA, De Wolf-Peeters C, Van den Berghe H, Verwilghen RL. The myelodysplastic syndromes: different evolution patterns based on sequential morphological and cytogenetic investigations. Br J Haematol 1985;59: Verhoef G, De Wolf-Peeters C, Kerim S, Van de Broeck J, Mecucci C, Van den Berghe H, et al. Update on the prognostic implication of morphology, histology and karyotype in primary myelodysplastic syndromes. Hemat Pathol 1991;5: Mangi MH, Mufti GJ. Primary myelodysplastic syndromes: diagnostic and prognostic significance of immunohistochemical assessment of bone marrow biopsies. Blood 1992;79: Lundberg LG, Hellstrom-Lindberg E, Kanter-Lewensohn L, Lerner R, Palmblad J. Angiogenesis in relation to clinical stage, apoptosis and prognostic score in myelodysplastic syndromes. Leuk Res 2006;30: Soligo DA, Oriani A, Annaloro C, Cortelezzi A, Calori R, Pozzoli E, et al. CD34 immunohistochemistry of bone marrow biopsies: prognostic significance in primary myelodysplastic syndromes. Am J Hematol 1994;46: Verburgh E, Achten R, Maes B, Hagemeijer A, Boogaerts M, De Wolf-Peeters C, et al. Additional prognostic value of bone marrow histology in patients subclassified according to the International Prognostic Scoring System for myelodysplastic syndromes. J Clin Oncol 2003;21: Valent P, Horny H-P, Bennett JM, Fonatsch C, Germing U, Greenberg P, et al. Definitions and standards in the diagnosis and treatment of MDS: consensus statements and report from a working conference. Leuk Res 2007;31: Orazi A. Histopathology in the diagnosis and classification of acute myeloid leukemia, myelodysplastic syndromes, and myelodysplastic/myeloproliferative diseases. Pathobiology 2007;74: Ontvangen 1 februari 2007, geaccepteerd 6 augustus C o r r e s p o n d e n t i e a d r e s Mw. dr. E. Verburgh, internist-hematoloog Prof. dr. G. Verhoef, internist-hematoloog Universitair Ziekenhuis Gasthuisberg Dienst Hematologie Herestraat 49 B-3000 Leuven België Tel.: adres: estelle.verburgh@uz.kuleuven.be Mw. prof. dr. C. De Wolf-Peeters, patholoog Dienst Morfologie en Moleculaire Pathologie Correspondentie graag richten aan de eerste auteur. Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld. 295 v o l. 4 n r n e d e r l a n d s t i j d s c h r i f t v o o r H E M a t o l o g i e

Het myelodysplastische syndroom: diagnostiek en risicoanalyse

Het myelodysplastische syndroom: diagnostiek en risicoanalyse O V E R Z I C H T S A R T I K E L E N Het myelodysplastische syndroom: diagnostiek en risicoanalyse Auteur Trefwoorden P.W. Wijermans Myelodysplastisch syndroom, WHO-classificatie, IPPS-risicoscore. Samenvatting

Nadere informatie

Prognostische toepassing van flowcytometrie bij het myelodysplastisch syndroom

Prognostische toepassing van flowcytometrie bij het myelodysplastisch syndroom Workshop Flowcytometrie in MDS 5 september 2012 Prognostische toepassing van flowcytometrie bij het myelodysplastisch syndroom Canan Alhan VU Medisch Centrum Cancer Center Amsterdam Klinische prognostische

Nadere informatie

Myelodysplastisch syndroom

Myelodysplastisch syndroom Myelodysplastisch syndroom Dr. A.H.E. Herbers Hematoloog-Oncoloog 7 februari 2018 Myelodysplastisch syndroom Masterclass 7/2/18 Myelodysplastisch syndroom= MDS Opbouw presentatie: Meeste informatie is

Nadere informatie

Myelodysplasie. Ellen Kramer, Isala Zwolle 7 maart 2013

Myelodysplasie. Ellen Kramer, Isala Zwolle 7 maart 2013 Myelodysplasie Ellen Kramer, Isala Zwolle 7 maart 2013 WHO, afgrenzing met andere beelden Kenmerken van MDS, algemeen Beenmerg cellulariteit doorgaans toegenomen, soms normocellulair, soms hypocellulair

Nadere informatie

Module n : workshop BC 202. Title : Dysplasia in MDS. Molecular Biology and Cytometry Course, May , Mol

Module n : workshop BC 202. Title : Dysplasia in MDS. Molecular Biology and Cytometry Course, May , Mol Module n : workshop BC 202 Title : Dysplasia in MDS Lecturer : Jan Philippé Molecular Biology and Cytometry Course, May 7-8 2009, Mol Myelodysplasie (MDS) Heterogene groep verworven aandoeningen van de

Nadere informatie

Myelodysplastisch syndroom

Myelodysplastisch syndroom Myelodysplastisch syndroom Regionale richtlijn IKW, Versie: 1.1 Laatst gewijzigd: 11-02-2002 Methodiek: Consensus based Verantwoording: Regionale tumorwerkgroep haemato-oncologie Inhoudsopgave Algemeen...1

Nadere informatie

Diagnose en classificatie van myelodysplastische syndromen volgens FAB- en WHO-classificatie in het UZ Leuven. Jan Rega 24/05/2011

Diagnose en classificatie van myelodysplastische syndromen volgens FAB- en WHO-classificatie in het UZ Leuven. Jan Rega 24/05/2011 Diagnose en classificatie van myelodysplastische syndromen volgens FAB- en WHO-classificatie in het UZ Leuven Jan Rega 24/05/2011 Inhoud 1. Definitie 2. Epidemiologie en etiologie 3. Kliniek 4. Diagnostiek

Nadere informatie

MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM. Wat is Myelodysplastisch Syndroom (MDS)?

MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM. Wat is Myelodysplastisch Syndroom (MDS)? MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM Wat is Myelodysplastisch Syndroom (MDS)? De benaming Myelodysplastisch Syndroom (MDS), ook wel myelodysplasie genoemd, staat voor een groep van beenmergstoornissen waarbij de

Nadere informatie

Synergie: cytologie+immunologie+histologie

Synergie: cytologie+immunologie+histologie Synergie: cytologie+immunologie+histologie Grieks: synergia,samenwerking De meeropbrengst die ontstaat bij het samengaan van delen ten opzichte van de som van die delen. Wikepedia Wat is de meeropbrengst

Nadere informatie

Diagnostische score van flowcytometrie in MDS

Diagnostische score van flowcytometrie in MDS Diagnostische score van flowcytometrie in MDS Marisa Westers Afdeling Hematologie, VU Medisch Centrum, Amsterdam Flowcytometrie bij MDS MDS is een maligniteit diagnose MDS heeft verstrekkende en levenslange

Nadere informatie

WHO classificatie AML RBM 15-januari 2009

WHO classificatie AML RBM 15-januari 2009 WHO classificatie AML 2008 RBM 15-januari 2009 AML > 20% blasten in beenmerg of bloed uitzondering AML met t(8;21), inv(16),t(16;16) of t(15;17) Promonocyten worden bij de blasten gerekend AML with recurrent

Nadere informatie

Myelodysplastisch syndroom

Myelodysplastisch syndroom Inwendige geneeskunde Myelodysplastisch syndroom www.catharinaziekenhuis.nl Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl INW022 / Myelodysplastisch syndroom / 20-07-2013 2 Myelodysplastisch

Nadere informatie

INFOBLAD MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM (MDS)

INFOBLAD MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM (MDS) INFOBLAD MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM (MDS) Stichting Contactgroep Leukemie, najaar 2008 De Stichting Contactgroep Leukemie brengt (ex) leukemiepatiënten en hun naasten met lotgenoten in contact, informeert

Nadere informatie

Epoëtine +/- hematopoëtische groeifactoren bij myelodysplastische syndromen

Epoëtine +/- hematopoëtische groeifactoren bij myelodysplastische syndromen Epoëtine +/- hematopoëtische groeifactoren bij myelodysplastische syndromen Toelichting Mede op grond van internationale richtlijnen (Bowen et al., 2003) worden erytropoëse stimulerende groeifactoren (epoëtine-α,

Nadere informatie

Het myelodysplastisch syndroom: richtlijnen voor diagnostiek 2013

Het myelodysplastisch syndroom: richtlijnen voor diagnostiek 2013 1 Het myelodysplastisch syndroom: richtlijnen voor diagnostiek 2013 Myelodysplastic syndromes: guidelines for diagnosis 2013 A.A. van de Loosdrecht, G. Huls, P. Wijermans, B. Löwenberg, M. Jongen-Lavrencic,

Nadere informatie

Maligne hematologie. Asia Ropela, internist-oncoloog St.Jansdal ziekenhuis 22 maart 2014

Maligne hematologie. Asia Ropela, internist-oncoloog St.Jansdal ziekenhuis 22 maart 2014 Maligne hematologie Asia Ropela, internist-oncoloog St.Jansdal ziekenhuis 22 maart 2014 Indeling Leukemie acuut AML (acute myeloïde leukemie) ALL (acute lymfoïde leukemie) chronisch CML (chronische myeloïde

Nadere informatie

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE BEENMERGONDERZOEK

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE BEENMERGONDERZOEK ISSN 0778-8363 FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE DIENST VOOR LABORATORIA VAN KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN DESKUNDIGEN

Nadere informatie

Myelo-Dysplastisch Syndroom

Myelo-Dysplastisch Syndroom Myelo-Dysplastisch Syndroom 1938 Refractory anemia, Rhoades 1949 Chronic erythremic myelosis, Dameshek 1963 Smoldering acute leukemia, Rheingold 1973 Pre-leukemic syndrome, Saarni 1982 Myelodysplastic

Nadere informatie

Flowcytometrie in MDS Marisa Westers

Flowcytometrie in MDS Marisa Westers Flowcytometrie in MDS Marisa Westers Amsterdam Standaardisatie van flowcytometrie in MDS 2005 start werkgroep Flow in MDS binnen de Nederlandse Vereniging voor Cytometrie 8 deelnemende laboratoria VU Medisch

Nadere informatie

RBM terugkommiddag Huishoudelijke mededelingen. 22 juni 2011

RBM terugkommiddag Huishoudelijke mededelingen. 22 juni 2011 RBM terugkommiddag Huishoudelijke mededelingen 22 juni 2011 Huishoudelijke mededelingen Volgende terugkommiddag januari 2012, datum volgt Algemeen mailadres: RBM@erasmusmc.nl Adreswijzigingen of contactpersonen

Nadere informatie

Samenvatting voor niet ingewijden

Samenvatting voor niet ingewijden Samenvatting voor niet ingewijden Samenvatting voor niet ingewijden Hematopoïese Bloedcellen worden in het beenmerg gevormd waar de moedercellen, de zogenaamde stamcellen, zich bevinden. Deze stamcel kan

Nadere informatie

Chronische myeloproliferatieve aandoeningen

Chronische myeloproliferatieve aandoeningen Lessenreeks Hematologie Chronische myeloproliferatieve aandoeningen Chronische myeloproliferatieve aandoeningen (1) Chronische myeloproliferatieve aandoeningen (2) - overproductie van 1 of meerdere myeloïde

Nadere informatie

samenstelling Nieuw in de loop van 2019 Rik Brooimans (ErasmusMC) Tot nu toe Christa Homburg (Sanquin) Alice Gerrits (Zwolle) Alice Gerrits (Zwolle)

samenstelling Nieuw in de loop van 2019 Rik Brooimans (ErasmusMC) Tot nu toe Christa Homburg (Sanquin) Alice Gerrits (Zwolle) Alice Gerrits (Zwolle) samenstelling Tot nu toe Christa Homburg (Sanquin) maakt beoordeling scorelijst Alice Gerrits (Zwolle) casus leverancier Andries Bloem (UMCU) Huib Storm (Leeuwarden) Els Moreau (Roesselaere, België) Michel

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE DIENST VOOR LABORATORIA VAN KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN DESKUNDIGEN GLOBAAL RAPPORT

Nadere informatie

Presentatie Een 24-jarige vrouw presenteert zich met hypermenorrhoea, veel hematomen en bloedneuzen. Haar vorige menstruatie verliep normaal.

Presentatie Een 24-jarige vrouw presenteert zich met hypermenorrhoea, veel hematomen en bloedneuzen. Haar vorige menstruatie verliep normaal. CASUS 2 Presentatie Een 24-jarige vrouw presenteert zich met hypermenorrhoea, veel hematomen en bloedneuzen. Haar vorige menstruatie verliep normaal. Lichamelijk onderzoek Bleek, veel hematomen, veel bloed

Nadere informatie

Myelofibrose, PV en ET. Harry C Schouten Department of Hematology Maastricht University Medical Center Maastricht, Netherlands

Myelofibrose, PV en ET. Harry C Schouten Department of Hematology Maastricht University Medical Center Maastricht, Netherlands Myelofibrose, PV en ET Harry C Schouten Department of Hematology Maastricht University Medical Center Maastricht, Netherlands plt ery MSC PSC mono neutro eo baso Blympho LSC T lympho MyeloProliferatieve

Nadere informatie

Neoplastische proliferatie van mestcellen

Neoplastische proliferatie van mestcellen Mastocytose 4580403 Mastocytose Neoplastische proliferatie van mestcellen Symptomen : Constitutioneel: moe gewichtsverlies koorts, zweten Huid (pruritus, urticaria, dermatografie) Buikpijn, GI-problemen,

Nadere informatie

De rol van flowcytometrie in de classificatie van het myelodysplastisch syndroom

De rol van flowcytometrie in de classificatie van het myelodysplastisch syndroom De rol van flowcytometrie in de classificatie van het myelodysplastisch syndroom Auteurs Trefwoorden C. Alhan, T.M. Westers, G.J. Ossenkoppele en A.A. van de Loosdrecht classificatie, diagnose, flowcytometrie,

Nadere informatie

WORKSHOP ANEMIE. een Maastrichtse aanpak. Michel van Gelder internist-hematoloog

WORKSHOP ANEMIE. een Maastrichtse aanpak. Michel van Gelder internist-hematoloog WORKSHOP ANEMIE een Maastrichtse aanpak Michel van Gelder internist-hematoloog met dan aan: Sacha Zeerleder(hematoloog, AMC) & Arno Gingele(1 e jaarsaios, MUMC) Na deze Workshop ben je ONGETWIJFELD in

Nadere informatie

Kwaliteitscontrole binnen de moleculaire diagnostiek van hematologische maligniteiten

Kwaliteitscontrole binnen de moleculaire diagnostiek van hematologische maligniteiten Radboud University Medical Centre Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences Kwaliteitscontrole binnen de moleculaire diagnostiek van hematologische maligniteiten Bert van der Reijden, PhD Laboratorium

Nadere informatie

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT BEENMERGONDERZOEK ENQUETE 2016/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT BEENMERGONDERZOEK ENQUETE 2016/1 scope EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE

Nadere informatie

Bloedwaarden. Wat zeggen ze en wat kunnen we er mee? Landelijke contactdag Stichting Hematon 11 oktober 2014. door Joost Lips

Bloedwaarden. Wat zeggen ze en wat kunnen we er mee? Landelijke contactdag Stichting Hematon 11 oktober 2014. door Joost Lips Bloedwaarden Wat zeggen ze en wat kunnen we er mee? Landelijke contactdag Stichting Hematon 11 oktober 2014 door Joost Lips Aanvraag bloedonderzoek Bloedafname Bewerking afgenomen bloed (1) Kleuren van

Nadere informatie

Workshop Master Class: flowcytometrie in MDS

Workshop Master Class: flowcytometrie in MDS Workshop Master Class: flowcytometrie in MDS Werkgroep: Progenitoren Rik Brooimans, Andre Bijkerk, Laboratorium Medische en Tumorimmunologie, Erasmus MC Daniel den Hoed, Rotterdam André Mulder, Afdeling

Nadere informatie

Van acute myeloïde leukemie (WHO 2001) naar myeloïde precursor neoplasieën (WHO 2008): een kritische vergelijking

Van acute myeloïde leukemie (WHO 2001) naar myeloïde precursor neoplasieën (WHO 2008): een kritische vergelijking Van acute myeloïde leukemie (WHO 2001) naar myeloïde precursor neoplasieën (WHO 2008): een kritische vergelijking From acute myeloid leukaemia (WHO 2001) towards myeloid precursor neoplasms (WHO 2008):

Nadere informatie

Technische aspecten van het beoordelen van beenmergpreparaten. 31 maart 2016 Kirsten van Lom

Technische aspecten van het beoordelen van beenmergpreparaten. 31 maart 2016 Kirsten van Lom Technische aspecten van het beoordelen van beenmergpreparaten 31 maart 2016 Kirsten van Lom Technische aspecten van het beoordelen van beenmergpreparaten De beenmergpunktie Preparaten maken Kleuren De

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting In dit proefschrift worden diagnostische en therapeutische aspecten van acute leukemie bij kinderen beschreven, o.a. cyto-immunologische en farmacologische aspecten en allogene

Nadere informatie

Een patiente met acute leukemie Bloed en beenmerg Acute leukemie Chronische leukemie

Een patiente met acute leukemie Bloed en beenmerg Acute leukemie Chronische leukemie Thema: Leukemie Een patiente met acute leukemie Bloed en beenmerg Acute leukemie Chronische leukemie Prof.dr. Hanneke C. Kluin-Nelemans Afdeling Hematologie Samenstelling van onstolbaar gemaakt bloed Bloedcellen

Nadere informatie

Richtlijn Flowcytometrie bij MDS

Richtlijn Flowcytometrie bij MDS Richtlijn Flowcytometrie bij MDS Werkgroep Nederlandse vereniging voor Cytometrie Daniel den Hoed Kliniek, Rotterdam Erasmus Medisch Centrum, Rotterdam Isala klinieken, Zwolle Sanquin, Amsterdam SKION,

Nadere informatie

Flowcytometrische detectie van afwijkende erytroïde en myelomonocytaire cellen in MDS

Flowcytometrische detectie van afwijkende erytroïde en myelomonocytaire cellen in MDS Flowcytometrische detectie van afwijkende erytroïde en myelomonocytaire cellen in MDS Bijan Moshaver, Ellen Kramer; Isala klinieken Frank Preijers,Hans Veenstra; UMCN St Radboud Christa Homburg; Sanquin

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 147 148 Maligne lymfomen zijn kwaadaardige woekeringen van verschillende typen witte bloedcellen. Deze aandoeningen ontstaan meestal in lymfklieren, maar in ongeveer 40% van de

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/19745 holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/19745 holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19745 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Faaij, Claudia Margaretha Johanna Maria Title: Cellular trafficking in haematological

Nadere informatie

Richtlijnen voor flowcytometrie in MDS

Richtlijnen voor flowcytometrie in MDS Richtlijnen voor flowcytometrie in MDS Marisa Westers Afdeling Hematologie, VU Medisch Centrum, Amsterdam Implementatie van MDS-FCM in NL (NVC MDS-flow-werkgroep) Discussie over te voeren strategie vanuit

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting nederlandse samenvatting Algemene inleiding Primair bot lymfoom is een zeldzame aandoening. Het is een extranodaal subtype van het grootcellig B non Hodgkin lymfoom, dat zich

Nadere informatie

CAT Critically Appraised Topic. Nut van flowcytometrie bij MDS

CAT Critically Appraised Topic. Nut van flowcytometrie bij MDS Auteur: Steven Pauwels Supervisor: dr. J Rummens, dr. B. Maes, dr. V. Peeters Date: 21-04-2010 CLINICAL BOTTOM LINE CAT Critically Appraised Topic Nut van flowcytometrie bij MDS Niettegenstaande flowcytometrie

Nadere informatie

CAT Critically Appraised Topic

CAT Critically Appraised Topic CAT Critically Appraised Topic Diagnose en classificatie van myelodysplastische syndromen volgens FABen WHO-classificatie (2001/2008) in het UZ Leuven Author: Dr. Jan Rega Supervisor: Dr. C. Brusselmans

Nadere informatie

Trombocytose. Dr. Dimitri Breems, internist-hematoloog ZNA Stuivenberg ZNA Medisch Centrum Regatta 3 juni 2014

Trombocytose. Dr. Dimitri Breems, internist-hematoloog ZNA Stuivenberg ZNA Medisch Centrum Regatta 3 juni 2014 Trombocytose Dr. Dimitri Breems, internist-hematoloog ZNA Stuivenberg ZNA Medisch Centrum Regatta 3 juni 2014 Casus 1 Vrouw, 25 jaar Laboratoriumonderzoek hemoglobine 11,2 g/dl 11,0-14,4 hematocriet 0,341

Nadere informatie

Casus 4: Perifeer bloed: erytroblasten: 600/100 leukocyten

Casus 4: Perifeer bloed: erytroblasten: 600/100 leukocyten 22.06.2011 RBM 2011 Casus 4: Perifeer bloed: erytroblasten: 600/100 leukocyten Casus 4: Nederlands tijdschrift voor hematologie Casus 4 Hoeveel blasten in het NEC heb je nodig voor de diagnose erytroleukemie/aml-

Nadere informatie

HER2-status bepaling in borstcarcinoma met FISH: wetgeving, richtlijnen en resultaten van de provincie Limburg

HER2-status bepaling in borstcarcinoma met FISH: wetgeving, richtlijnen en resultaten van de provincie Limburg HER2-status bepaling in borstcarcinoma met FISH: wetgeving, richtlijnen en resultaten van de provincie Limburg Brigitte Maes Laboratorium voor Moleculaire Diagnostiek VJZ FISH voor HER2 gen amplificatie

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nieuwe vooruitzichten in de karakterisering en behandeling van acute myeloïde leukemie Nederlandse samenvatting 134 Acute myeloïde leukemie (AML) is een vorm van bloedkanker, een kwaadaardige aandoening

Nadere informatie

Een patiënte met ongebruikelijke blasten. Dr. Kirsten van Lom, afd. Hematologie Dr. King H. Lam, afd. Pathologie

Een patiënte met ongebruikelijke blasten. Dr. Kirsten van Lom, afd. Hematologie Dr. King H. Lam, afd. Pathologie Een patiënte met ongebruikelijke blasten Dr. Kirsten van Lom, afd. Hematologie Dr. King H. Lam, afd. Pathologie Patiënte, 64 jr. Uitstrijk perifeer bloed, beenmergaspiratie en beenmergbiopt bij verdenking

Nadere informatie

Acute megakaryoblasten leukemie

Acute megakaryoblasten leukemie Acute megakaryoblasten leukemie 4 de Hematomorfologie symposium Microscopisch beenmerg onderzoek in de dagelijkse praktijk Rotterdam, 22 maart 2012 Auke Beishuizen Overzicht presentatie Inleiding Casus

Nadere informatie

Leukemie/Lymfoom Immunofenotypering. bespreking najaar 2018 Sectie IMCD 22 November 2018 Zwolle

Leukemie/Lymfoom Immunofenotypering. bespreking najaar 2018 Sectie IMCD 22 November 2018 Zwolle Leukemie/Lymfoom Immunofenotypering bespreking najaar 2018 Sectie IMCD 22 November 2018 Zwolle Woord vooraf: 1. De minimale panels zijn leidend in de beoordeling. 2. Pre-analytische fase wordt in MUSE-rapport

Nadere informatie

Gastro-intestinale stromacel tumor: Risico classificatie en mutatie analyse door de patholoog. Dr. Judith V.M.G. Bovee Patholoog LUMC

Gastro-intestinale stromacel tumor: Risico classificatie en mutatie analyse door de patholoog. Dr. Judith V.M.G. Bovee Patholoog LUMC Gastro-intestinale stromacel tumor: Risico classificatie en mutatie analyse door de patholoog Dr. Judith V.M.G. Bovee Patholoog LUMC GastroIntestinale Stromacel Tumor 11-15 GISTen per 100.000 mensen (Scandinavië)

Nadere informatie

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT BEENMERGONDERZOEK 2013

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT BEENMERGONDERZOEK 2013 scope EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE

Nadere informatie

het myelodysplastisch syndroom

het myelodysplastisch syndroom het myelodysplastisch syndroom Arjan A. van de Loosdrecht Department of Hematology VU University Medical Center Cancer Center Amsterdam (CCA) Amsterdam, The Netherlands Oncologie dagen 2014 Ede, Reehorst

Nadere informatie

MYELODYSPLASIE. Stef MEERS, MD, PhD Hematoloog Iridium Kankernetwerk Zorgprogramma Oncologie Voorkempen 1 december 2010

MYELODYSPLASIE. Stef MEERS, MD, PhD Hematoloog Iridium Kankernetwerk Zorgprogramma Oncologie Voorkempen 1 december 2010 MYELODYSPLASIE Stef MEERS, MD, PhD Hematoloog Iridium Kankernetwerk Zorgprogramma Oncologie Voorkempen 1 december 2010 Indeling Pathogenese van MDS Classificatie / Risicostratificatie Behandeling Pathogenese

Nadere informatie

PAROXYSMALE NACHTELIJKE HEMOGLOBINURIE

PAROXYSMALE NACHTELIJKE HEMOGLOBINURIE PAROXYSMALE NACHTELIJKE HEMOGLOBINURIE Henk Wind Afdeling Immunologie Erasmus MC Woerden 30-10-2008 INTRODUCTIE PNH is het gevolg van een klonale expansie van een gemuteerde hematopoëtische stamcel. Klinisch

Nadere informatie

WETENSCHAPPELIJK INSTITUUT VOLKSGEZONDHEID KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN DESKUNDIGEN

WETENSCHAPPELIJK INSTITUUT VOLKSGEZONDHEID KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN DESKUNDIGEN WETENSCHAPPELIJK INSTITUUT VOLKSGEZONDHEID KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN DESKUNDIGEN GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE

Nadere informatie

Hoofdstuk1 : Wat is myelodysplastisch syndroom? Hoofdstuk2 : Incidentie van MDS? Hoofdstuk3: Oorzaken van MDS?

Hoofdstuk1 : Wat is myelodysplastisch syndroom? Hoofdstuk2 : Incidentie van MDS? Hoofdstuk3: Oorzaken van MDS? inhoud Hoofdstuk1 : Wat is myelodysplastisch syndroom? Hoofdstuk2 : Incidentie van MDS? Hoofdstuk3: Oorzaken van MDS? Hoofdstuk 4 : Wat zijn de symptomen van MDS? - anemie - trombopenie - neutropenie Hoofdstuk

Nadere informatie

Indicaties voor beenmergbiopsie bij volwassenen

Indicaties voor beenmergbiopsie bij volwassenen capita selecta Indicaties voor beenmergbiopsie bij volwassenen A.M.W.van Marion, H.M.Lokhorst en J.G.van den Tweel Beenmergbiopten maken steeds vaker deel uit van de diagnostiek van ziekten van de hematopoëtische

Nadere informatie

Myelodysplasie Patienten forum BHS. 24 Januari 2013 D.Selleslag Haematologie AZ Sint-Jan Brugge

Myelodysplasie Patienten forum BHS. 24 Januari 2013 D.Selleslag Haematologie AZ Sint-Jan Brugge Myelodysplasie Patienten forum BHS 24 Januari 2013 D.Selleslag Haematologie AZ Sint-Jan Brugge eosinofiel bloedplaatje neutrofiel staaf neutrofiel segment lymfocyt monocyt basofiell Normale bloedwaarden

Nadere informatie

DC-SIGN + cellen een rol spelen in de opruiming van dode thymocyten uit de cortex van de humane thymus (Hoofdstuk 2). De co-expressie van het

DC-SIGN + cellen een rol spelen in de opruiming van dode thymocyten uit de cortex van de humane thymus (Hoofdstuk 2). De co-expressie van het : Hematopoietische antigeen presenterende cellen in de cortex van de humane thymus: Aanwijzingen voor een rol in selectie en verwijdering van apoptotische thymocyten. Het immune systeem van (gewervelde)

Nadere informatie

Acute myeloïde leukemie. Dimitri A. Breems, MD, PhD Internist-Hematoloog Ziekenhuis Netwerk Antwerpen

Acute myeloïde leukemie. Dimitri A. Breems, MD, PhD Internist-Hematoloog Ziekenhuis Netwerk Antwerpen Acute myeloïde leukemie Dimitri A. Breems, MD, PhD Internist-Hematoloog Ziekenhuis Netwerk Antwerpen Normale bloedcelvorming Acute myeloïde leukemie (AML) Klonale proliferatie van immature hematopoëtische

Nadere informatie

Minimale restziekte en leukemische stamceldetectie bij acute myeloïde leukemie: nieuwe aanpak van klinische besluitvorming

Minimale restziekte en leukemische stamceldetectie bij acute myeloïde leukemie: nieuwe aanpak van klinische besluitvorming Minimale restziekte en leukemische stamceldetectie bij acute myeloïde leukemie: nieuwe aanpak van klinische besluitvorming Minimal residual disease and leukemic stem cell detection in acute myeloid leukemia:

Nadere informatie

MRD als prognostische merker in CLL

MRD als prognostische merker in CLL MRD als prognostische merker in CLL Jan Philippé 2011 Universitair Ziekenhuis Gent 1 Behandelingsstrategieën bij CLL Cramer & Hallek Nat Rev Clin Oncol 2010 2 2 Hoe kan men CLL opvolgen? Watch and wait

Nadere informatie

Wie is de expert? Immuunfenotypering van hematologische maligniteiten

Wie is de expert? Immuunfenotypering van hematologische maligniteiten Wie is de expert? Immuunfenotypering van hematologische maligniteiten Christa Homburg Sanquin Diagnostiek, hoofd laboratorium Immunocytologie Namens nomenclatuurcommissie, Leu/Ly typering, sectie IMCD

Nadere informatie

Moderator. Speaker Drs. A.M.P. Demandt Internist-hematoloog MUMC

Moderator. Speaker Drs. A.M.P. Demandt Internist-hematoloog MUMC MYELOFIBROSE: DILEMMA VAN TRANSPLANTEREN Moderator Dr. B.J. Biemond Speaker Drs. A.M.P. Demandt Internist-hematoloog MUMC Belangenverklaring In overeenstemming met de regels van de Inspectie van de Gezondheidszorg

Nadere informatie

Blasten in perifeer bloed

Blasten in perifeer bloed Man 50 jaar Chronische lymfatische leukemie, RAI stadium 0, zonder criteria van actieve ziekte waarvoor wait and see beleid diep veneuze trombose. 2 dagen later: presentatie op SEH in verband met veel

Nadere informatie

Myelodysplastic syndromes in the Netherlands: a population-based study on incidence, primary treatment and survival in the period

Myelodysplastic syndromes in the Netherlands: a population-based study on incidence, primary treatment and survival in the period Het myelodysplastisch syndroom in Nederland: een population-based onderzoek naar incidentie, primaire behandeling en overleving in de periode 001-010 Myelodysplastic syndromes in the Netherlands: a population-based

Nadere informatie

Dysplasie bij niet-maligne aandoeningen

Dysplasie bij niet-maligne aandoeningen Dysplasie bij niet-maligne aandoeningen Morfologische afwijkingen bij het myelodysplastisch syndroom Cellijn Erytropoïese Bloed Dyserytropoïese: anisocytose, poikilocytose, macrocyten, microcyten,grove

Nadere informatie

Chapter 10. Samenvatting

Chapter 10. Samenvatting Chapter 10 Samenvatting 123 Samenvatting Samenvatting De term atopische dermatitis (AD) is voor de kat in 1982 geïntroduceerd door Reedy, die bij een groep katten met recidiverende jeuk en huidproblemen

Nadere informatie

Een patiënt met atypische chronische myeloïde leukemie en een oncogenetische mutatie in het CSF3R-gen

Een patiënt met atypische chronische myeloïde leukemie en een oncogenetische mutatie in het CSF3R-gen CASUÏSTIEK 39 Een patiënt met atypische chronische myeloïde leukemie en een oncogenetische mutatie in het CSF3R-gen A patient with atypical chronic myeloid leukemia and an oncogenetic mutation in the CSF3R-gene

Nadere informatie

Klinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Claudia Ootjers

Klinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Claudia Ootjers Dhr O., 60 jaar Klinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Claudia Ootjers Klinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Disclosure belangen Claudia Ootjers Geen (potentiële) belangenverstrengeling Klinische Dag NVvH 2 Relevante

Nadere informatie

MRI van de hersenen bij congenitale cytomegalovirus infectie

MRI van de hersenen bij congenitale cytomegalovirus infectie MRI van de hersenen bij congenitale cytomegalovirus infectie Department of Pediatrics / Child Neurology Center for Childhood White Matter Disorders VU University Medical Center Amsterdam, NL Hersenen en

Nadere informatie

Is er een rol voor het gebruik van Immunoglobulinen bij CML? M. Roeven Canisius Wilhemina Ziekenhuis Nijmegen

Is er een rol voor het gebruik van Immunoglobulinen bij CML? M. Roeven Canisius Wilhemina Ziekenhuis Nijmegen Is er een rol voor het gebruik van Immunoglobulinen bij CML? M. Roeven Canisius Wilhemina Ziekenhuis Nijmegen Opbouw Casus Bespreking literatuur Hypothesen met betrekking tot casus Voorgeschiedenis: 1957

Nadere informatie

Hypereosinofiel syndroom

Hypereosinofiel syndroom Hypereosinofiel syndroom R. Fijnheer Meander Medisch Centrum/UMCUtrecht HES Incidentie: 2-4 per 1.000.000 per jaar Man> vrouw Leeftijd: 30-70 erg in belangstelling: glivec, mepolizumab etc. Lastig voor

Nadere informatie

Vraag Acute B-cel leukemie 3. Chronisch B-cel leukemie CD19+

Vraag Acute B-cel leukemie 3. Chronisch B-cel leukemie CD19+ Vraag 11 1. Normaal 2. Acute B-cel leukemie 3. Chronisch B-cel leukemie 4. Lymfoom 5. AML 6. CML 7. T-ALL 8. T-NHL CD19+ Vraag 11 Antwoord 7 T-ALL CD10-FITC/CD20-PE heeft in beenmerg ook een stereotype

Nadere informatie

CHAPTER 8. Samenvatting

CHAPTER 8. Samenvatting CHAPTER 8 Samenvatting Samenvatting 8. Samenvatting Hoofdstuk 1 is een algemene introductie. Doel van dit proefschrift is om de kosten en effectiviteit van magnetische resonantie (MR) te evalueren indien

Nadere informatie

Hoofdstuk 8. Orale leukoplakie een klinische, histopathologische en moleculaire studie. Samenvatting, conclusies en aanbevelingen

Hoofdstuk 8. Orale leukoplakie een klinische, histopathologische en moleculaire studie. Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Hoofdstuk 8 Orale leukoplakie een klinische, histopathologische en moleculaire studie Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Samenvatting, conclusies en aanbevelingen

Nadere informatie

Wat gebeurt er in mijn beenmerg? Dutch Edition

Wat gebeurt er in mijn beenmerg? Dutch Edition Wat gebeurt er in mijn beenmerg? Dutch Edition Wat gebeurt er in mijn beenmerg? Illustraties door Kirk Moldoff Uitgegeven door de Myelodysplastic Syndromes Foundation, Inc. Eerste editie, 2014. Nederlandse

Nadere informatie

HOVON Educational Hodgkin lymfoom Biologie & Pathologie

HOVON Educational Hodgkin lymfoom Biologie & Pathologie HOVON Educational Hodgkin lymfoom Biologie & Pathologie Moderatoren W.J. Plattel, Dr. M. Hoogendoorn Speaker Dr. Arjan Diepstra Belangenverklaring In overeenstemming met de regels van de Inspectie van

Nadere informatie

De ziekte van Alzheimer. Diagnose

De ziekte van Alzheimer. Diagnose De ziekte van Alzheimer Bij dementie is er sprake van een globale achteruitgang van de cognitieve functies, zoals het geheugen of de taalfuncties. Deze achteruitgang leidt tot functionele beperkingen in

Nadere informatie

B. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K. Inhoudsopgave 01 B 02 B 03 B 04 B 05 B 06 B 07 B 08 B 09 B 10 B 11 B 12 B 13 B

B. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K. Inhoudsopgave 01 B 02 B 03 B 04 B 05 B 06 B 07 B 08 B 09 B 10 B 11 B 12 B 13 B B. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K Inhoudsopgave 1 B 2 B 3 B 4 B 5 B 6 B 7 B 8 B 9 B 1 B 11 B 12 B 13 B Palpabele schildkliernoduli en euthyreotische struma... 1 Lange

Nadere informatie

anemie 1.1 Overzicht van de anemieën 1.2 Congenitale anemieën 1.3 Verworven anemieën

anemie 1.1 Overzicht van de anemieën 1.2 Congenitale anemieën 1.3 Verworven anemieën I N H O U D hoofdstuk 1 anemie 13 1.1 Overzicht van de anemieën 13 1.2 Congenitale anemieën 16 1.2.1 De thalassemieën 16 1.2.2 Sikkelcelanemie 19 1.2.3 Andere hemoglobinopathieën 22 1.2.4 Aangeboren membraanafwijkingen

Nadere informatie

Chapter. Moleculaire diagnose van orale premaligne laesies. Samenvatting, discussie en perspectieven

Chapter. Moleculaire diagnose van orale premaligne laesies. Samenvatting, discussie en perspectieven Chapter 7 Moleculaire diagnose van orale premaligne laesies Samenvatting, discussie en perspectieven Samenvatting, discussie en perspectieven Samenvatting Ondanks belangrijke vooruitgang in de behandelingsmogelijkheden

Nadere informatie

1 Algemene inleiding. Casus

1 Algemene inleiding. Casus 1 Algemene inleiding Prof.dr. J.C. Kluin-Nelemans en M.F. de Brouwer Casus De heer J., geboren in 1960 en ambtenaar bij de gemeente, wordt opgenomen op de afdeling Hematologie wegens een onbegrepen pancytopenie:

Nadere informatie

Laboratoriumdiagnostiek van ANCA: dagelijkse praktijk in Nederland

Laboratoriumdiagnostiek van ANCA: dagelijkse praktijk in Nederland Laboratoriumdiagnostiek van ANCA: dagelijkse praktijk in Nederland Renate van der Molen Medisch Immunoloog Afdeling Laboratoriumgeneeskunde Laboratorium Medische Immunologie Universitair Medisch Centrum

Nadere informatie

Chronische lymfoproliferatieve aandoeningen

Chronische lymfoproliferatieve aandoeningen Lessenreeks Hematologie Chronische lymfoproliferatieve aandoeningen Caroline Brusselmans & Mieke Develter LAG chronische lymfoproliferatieve aandoeningen chronische lymfoproliferatieve aandoeningen chronische

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 119 120 Samenvatting 121 Inleiding Vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij de ziekte sarcoïdose en is geassocieerd met een verminderde kwaliteit van leven. In de literatuur

Nadere informatie

Sneldiagnostiek bij verdenking op kanker: de nieuwe norm?

Sneldiagnostiek bij verdenking op kanker: de nieuwe norm? Sneldiagnostiek bij verdenking op kanker: de nieuwe norm? Prof. dr. Paul J van Diest Hoofd afdeling Pathologie, UMC Utrecht p.j.vandiest@umcutrecht.nl De diagnostische keten in de oncologie Anamnese/lichamelijk

Nadere informatie

Zin of onzin van moleculaire onco-hematologie in een perifeer labo

Zin of onzin van moleculaire onco-hematologie in een perifeer labo Zin of onzin van moleculaire onco-hematologie in een perifeer labo een kwestie van service! 06 januari 2004 Pieter De Schouwer 1 periferie??? Waar is het centrum? 06 januari 2004 Pieter De Schouwer 2 Leuven?

Nadere informatie

Maligne pleura exsudaat

Maligne pleura exsudaat Maligne pleura exsudaat Regionale richtlijn IKL, Versie: 1.1 Laatst gewijzigd : 25-10-2005 Methodiek: Consensus based Verantwoording: IKL werkgroep bronchuscarcinomen Inhoudsopgave Algemeen...1 Diagnostiek...2

Nadere informatie

How to improve diagnostics in idiopathic cytopenia by using a targeted NGS gene panel. Yannick Wouters Promotor: Dr. Helena Devos

How to improve diagnostics in idiopathic cytopenia by using a targeted NGS gene panel. Yannick Wouters Promotor: Dr. Helena Devos How to improve diagnostics in idiopathic cytopenia by using a targeted NGS gene panel Yannick Wouters Promotor: Dr. Helena Devos Myelodysplastisch syndroom (MDS) Prevalentie en definitie 75 nieuwe diagnoses

Nadere informatie

Bloedplaatjes of trombocyten die belangrijk zijn voor de bloedstolling.

Bloedplaatjes of trombocyten die belangrijk zijn voor de bloedstolling. Flowcytometrie bij PNH PNH is het gevolg van een genetische verandering in een bloedstamcel. Als gevolg hiervan ontbreken bij afstammelingen van deze cel bepaalde eiwitten. Deze eiwitten hebben gemeenschappelijk,

Nadere informatie

Critically Appraised Topic De waarde van de immature plaatjesfractie

Critically Appraised Topic De waarde van de immature plaatjesfractie Critically Appraised Topic De waarde van de immature plaatjesfractie Julie Jacobs ASO Klinische Biologie Supervisor: Dr. Marleen Van den Driessche 1 Overzicht Inleiding Trombopoiese IPF? Wat is de waarde

Nadere informatie

Immunologische verschijnselen als eerste uiting van het myelodysplastisch syndroom

Immunologische verschijnselen als eerste uiting van het myelodysplastisch syndroom Klinische lessen Immunologische verschijnselen als eerste uiting van het myelodysplastisch syndroom r.s.van rijn, s.wittebol, a.d.graafland en m.h.h.kramer Dames en Heren, Het myelodysplastisch syndroom

Nadere informatie

NABON Breast Cancer Audit. Pathologie

NABON Breast Cancer Audit. Pathologie NABON Breast Cancer Audit Pathologie Dr. P.J. Westenend, patholoog, pathologisch laboratorium Dordrecht Drs. A.C.M. van Bommel, arts-onderzoeker, DICA DICA Congres 25 juni 2013 Pathologie Volledige verslaglegging

Nadere informatie

Kankerinfo. Myelodysplastisch syndroom. Met wie kan ik erover praten? kanker. be/info publicaties. voor al uw vragen over kanker

Kankerinfo. Myelodysplastisch syndroom. Met wie kan ik erover praten? kanker. be/info publicaties. voor al uw vragen over kanker Met wie kan ik erover praten? Zoekt u hulp of andere informatie? Hebt u er behoefte aan om uw hart eens te luchten? Zoekt u informatie over een type kanker of de behandelingsmogelijkheden? Wilt u weten

Nadere informatie

Acute myeloïde leukemie. Annoek Broers 7e nascholing hematologie 20-03-2014

Acute myeloïde leukemie. Annoek Broers 7e nascholing hematologie 20-03-2014 Acute myeloïde leukemie Annoek Broers 7e nascholing hematologie 20-03-2014 Bloedcelvorming - hematopoiese selfrenewal Multilineage differentiation Acute myeloïde leukemie - AML Normaal beenmerg Bloedarmoede

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 101 Chapter 7 SAMENVATTING Maligne tumoren van de larynx en hypopharynx ( keelkanker ) zijn de zesde meest voorkomende type kankers van het hele lichaam, en de meest voorkomende

Nadere informatie