Belastingnieuws Binnenlands Bestuur

Transcriptie

1 Belastingnieuws Binnenlands Bestuur Jaargang 3 Editie 2012/11 Juni 2012 In deze editie Loonbelasting 1. Werkkostenregeling 2. Lenteakkoord / Begrotingsakkoord 2013 Btw 3. Wetsvoorstel met overgangsregeling verhoging btw-tarief gepubliceerd 4. Ruiltransacties woningstichtingen 5. Besparingen nieuwbouw Brede Scholen en multifunctionele accommodaties PwC Fiscaal Portaal Gemeenten

2 Loonbelasting 1. Werkkostenregeling Inleiding De werkkostenregeling is een nieuw regime voor vergoedingen en verstrekkingen aan werknemers. Sinds 1 januari 2011 heeft u de mogelijkheid om gebruik te maken van de werkkostenregeling. Vanaf 1 januari 2014 dient u verplicht gebruik te maken van de werkkostenregeling. De werkkostenregeling verandert de bestaande fiscale mogelijkheden ten aanzien van vergoedingen en verstrekkingen. De hoofdregel van de werkkostenregeling is dat u op jaarbasis maximaal 1,4% van de totale fiscale loonsom onbelast mag vergoeden of verstrekken (vanaf 1 januari 2013 gaat het forfait naar 1,6%). Het bedrag dat bovenop die 1,4% wordt vergoed, wordt belast met een eindheffing van 80%. Daarnaast geldt voor bepaalde vergoedingen, verstrekkingen of terbeschikkingstellingen een zogenaamde gerichte vrijstelling of nihilwaardering, waardoor deze het 1,4%- forfait niet vullen. Uit de administratie van uw organisatie moet blijken welke vergoedingen aangewezen worden als werkkosten. Het blijft overigens mogelijk vergoedingen tot het regulier belaste loon te rekenen of te bruteren. Inventarisatie Om ervoor te zorgen dat uw organisatie goed voorbereid is op een overgang naar de werkkostenregeling, is het raadzaam om te inventariseren wat de gevolgen zijn van de overgang. Daarbij dient een indeling van de vergoedingen en verstrekkingen conform de werkkostenregeling (1,4%-forfait, gerichte vrijstelling, nihilwaardering) gemaakt te worden. Mogelijk blijkt uit de inventarisatie dat de werkkostenregeling financieel voordelige gevolgen heeft voor uw organisatie. In dat geval valt het te overwegen om reeds per 1 januari 2013 over te stappen in plaats van 1 januari Bredere impact De werkkostenregeling heeft meer gevolgen dan alleen financiële. Bijvoorbeeld zaken als de administratieve organisatie, procedures, processen en het kennisniveau van de betrokken werknemers op dit terrein dienen opnieuw beoordeeld te worden. Dit betekent onder andere dat de financiële administratie en loonadministratie anders moeten worden ingericht, omdat de werkkostenregeling enerzijds weliswaar minder administratieve vereisten heeft maar anderzijds andere informatie uit de administratie vraagt. Vooruitlopend op de overstap naar de werkkostenregeling adviseren wij reeds een boekhouding te gaan draaien conform de werkkostenregeling. Daardoor worden mogelijke onduidelijkheden tijdig gesignaleerd. Ook kan de werkkostenregeling van invloed zijn op uw arbeidsvoorwaarden. De invoering van de werkkostenregeling vormt naar onze mening dan ook het ideale moment om de arbeidsvoorwaarden te bekijken. In de praktijk blijkt het daarbij van groot belang te zijn om de OR vanaf het begin bij de inventarisatie te betrekken. Tot slot noemen we hier dat de werkkostenregeling van invloed kan zijn op een vaste kostenvergoeding die de werknemers op dit moment ontvangen. Bestaande afspraken met de Belastingdienst daarover dienen opnieuw beoordeeld te worden. Sowieso achten wij het zinvol afspraken met de Belastingdienst over vergoedingen of verstrekkingen in dit licht na te lopen. Ten slotte Een goede voorbereiding op de werkkostenregeling, begint met een grondige inventarisatie van de vergoedingen en verstrekkingen in uw gemeente. PwC heeft een gratis inventarisatietool beschikbaar waarmee u de inventarisatie kunt uitvoeren.

3 Daarnaast kan de tool worden gebruikt als checklist om te bepalen of een specifieke vergoeding of verstrekking onder de werkkostenregeling vrijgesteld is of niet. Naast deze inventarisatietool heeft PwC ook een trainingsprogramma om uw gemeente te helpen met de implementatie. Verder in deze nieuwsbrief treft u daar meer informatie over aan. Amsterdam Kas van der Meulen kas.van.der.meulen@nl.pwc.com Eindhoven Henk van Keersop henk.van.keersop@nl.pwc.com Rotterdam Paul van Agthoven paul.van.agthoven@nl.pwc.com Utrecht / Zwolle Jaap Verdegaal jaap.verdegaal@nl.pwc.com 2. Lenteakkoord / Begrotingsakkoord 2013 Plannen rond onbelaste reiskostenvergoeding In de Memorie van Toelichting bij het Wetsvoorstel is aangekondigd dat de uitwerking van de wetgeving op het gebied van de afschaffing van de onbelaste reiskostenvergoeding meer tijd nodig heeft. Toegezegd is dat deze maatregelen in het Belastingplan 2013 zullen worden opgenomen. De precieze impact is dus pas met Prinsjesdag (medio september) bekend. 16% eindheffing voor lonen boven de In het Lenteakkoord is aangekondigd dat er een tijdelijke werkgeversheffing zou worden ingevoerd voor werknemers met een hoog salaris. In het Wetsvoorstel is deze maatregel concreet uitgewerkt. Kort gezegd komt deze crisisheffing op het volgende neer: Er wordt in 2013 een werkgeversheffing van 16% geheven over het in 2012 genoten loon voor zover dit boven een bedrag van uit komt. Het heffingsmoment wordt geacht te liggen op 31 maart Onder loon wordt verstaan het loon uit tegenwoordige dienstbetrekking, dus inclusief bonussen en dergelijke. Ontslagvergoedingen en andere vormen van loon uit vroegere dienstbetrekking tellen niet mee. In het Wetsvoorstel is opgenomen dat deze crisisheffing per 1 januari 2014 weer komt te vervallen. De maatregel geldt dus in principe voor één jaar. Verhoging eindheffing excessieve vertrekvergoedingen In het Lenteakkoord is aangekondigd dat met ingang van 1 januari 2013 het eindheffingstarief voor excessieve vertrekvergoedingen zou worden verhoogd van 30% naar 75%. Deze maatregel is in het Wetsvoorstel opgenomen. Deze eindheffing kan in beeld komen bij werknemers die uit dienst treden en globaal gesproken een loon hebben boven het toetsinkomen van thans Amsterdam Kas van der Meulen kas.van.der.meulen@nl.pwc.com Eindhoven Henk van Keersop henk.van.keersop@nl.pwc.com

4 Rotterdam Paul van Agthoven Utrecht / Zwolle Jaap Verdegaal jaap.verdegaal@nl.pwc.com Btw 3. Wetsvoorstel met overgangsregeling verhoging btw-tarief gepubliceerd Op 4 juni 2012 is het wetsvoorstel uitwerking fiscale maatregelen Begrotingsakkoord 2013 gepubliceerd met daarin het voorstel om het algemene btwtarief van 19% te verhogen naar 21%. Tevens is in het wetsvoorstel ter zake een overgangsregeling opgenomen. De voorgestelde overgangsregeling kan als volgt worden samengevat: Levering of diensten worden vóór 1 oktober 2012 verricht 1. Het algemene tarief van 19% geldt als de gemeente een goed levert of een dienst verleent vóór 1 oktober Dat geldt ook als de gemeente de factuur op of na 1 oktober 2012 verstuurt of de betaling op of na 1 oktober 2012 ontvangt; 2. Het algemene tarief van 19% geldt als een ondernemer vóór 1 oktober 2012 aan de gemeente een goed levert of een dienst verleent. Dat geldt ook als de gemeente de factuur op of na 1 oktober 2012 ontvangt of de betaling op of na 1 oktober 2012 doet; Levering of diensten die op of na 1 oktober 2012 worden verricht 3. Levert de gemeente het goed of verleent de gemeente de dienst op of na 1 oktober 2012 dan geldt als uitgangspunt dat het nieuwe tarief van 21% van toepassing is. 4. Wordt het goed op of na 1 oktober 2012 aan de gemeente geleverd of wordt de dienst op of na 1 oktober 2012 aan de gemeente verleend dan geldt als uitgangspunt dat het nieuwe tarief van 21% van toepassing is. Doorlopende contracten Als de gemeente op basis van een vóór 1 oktober 2012 gesloten overeenkomst na 30 september 2012 een onroerende zaak afneemt of een bouwwerk krijgt opgeleverd tegen een vergoeding die vervalt in termijnen, blijft over de termijnen die vóór 1 oktober 2012 zijn vervallen het 19%-tarief van toepassing. Voor de vraag of de gemeente 19% of 21% btw in rekening krijgt gebracht of moet brengen, is volgens het wetsvoorstel dus het moment van presteren (wanneer wordt de levering of de dienst verricht) bijna altijd doorslaggevend. Het moment van uitreiken van de factuur of betaling is niet van belang. Mogelijk volgen nog beleidsbesluiten van de staatssecretaris van Financiën met nadere goedkeuringen in de praktische sfeer. Bij de laatste btw-tariefsverhoging, in 2001, hebben dergelijke goedkeuringen ook veelvuldig het licht gezien. De financiële gevolgen van de verhoging van het btw-tarief lijken voor gemeenten beperkt. De gemeenten krijgen namelijk een groot deel van de btw die zij betalen vergoed uit het BTW-compensatiefonds.

5 Wel treedt een liquiditeitsnadeel op. Immers, de te compenseren btw wordt veelal eerst in de maand juli van het jaar na betaling vanuit het BTW-compensatiefonds aan de gemeente vergoed. Nadelige financiële effecten treden op bij verstrekkingen door gemeenten waarbij inkoop-btw (volgens de Belastingdienst) niet kan worden gecompenseerd bij het BTW-compensatiefonds, zoals de betaalde btw bij investerings- en exploitatiekosten in het kader van de onderwijshuisvesting, WMO en re-integratietrajecten. Voorts zullen nadelige financiële effecten optreden bij de exploitatie van begraafplaatsen, de btw-vrije exploitatie van buiten- en binnensportaccommodaties en de btw-vrije exploitatie van vastgoed. Instellingen die geheel of gedeeltelijk door de gemeente worden gesubsidieerd kunnen ook te maken krijgen met kostenstijgingen, waardoor de gemeentelijke subsidielast mogelijk stijgt. Ook met betrekking tot de btwintegratielevering is de tariefswijziging van belang. Als de bouw van het pand aanvangt vóór 1 oktober 2012 en eerst daarna in gebruik wordt genomen, kan bij de berekening van de integratieheffing deels uitgegaan worden van het btw-tarief van 19% en deels van het tarief van 21%. Wladimir Rouwenhorst wladimir.rouwenhorst@nl.pwc.com Joep Swinkels joep.swinkels@nl.pwc.com Wouter Blokland wouter.blokland@nl.pwc.com 4. Ruiltransacties woningstichtingen Gemeenten en woningstichtingen maken veelvuldig afspraken over het upgraden van woonwijken. Soms moet in het kader van de uitvoering van die afspraken worden overgegaan tot het ruilen van onroerende zaken. Daarbij wordt meestal afgesproken dat de ruil met zogenoemde gesloten beurzen plaatsvindt. Onze ervaring leert dat gemeenten zich financieel aanzienlijk kunnen benadelen bij ruiltransacties met gesloten beurzen. Hoewel bij ruiltransacties geen additionele betalingen plaatsvinden, kan er wel degelijk sprake zijn van verschuldigdheid van belastingen. In het bijzonder btw en/of overdrachtsbelasting. Wij adviseren bij ruiltransacties expliciet te vermelden voor wiens rekening de (eventueel) verschuldigde belasting komt. Een voorbeeld In het kader van een ruil levert de gemeente aan de woningcorporatie bouwterreinen in fiscale zin en op haar beurt levert de woningcorporatie oude woningen. De ruil vindt plaats met gesloten beurzen. De levering door de woningcorporatie is vrijgesteld van btw en de verkrijging door de gemeente is vrijgesteld van overdrachtsbelasting. De gemeente levert het bouwterrein btw-belast aan de woningcorporatie. De gemeente is ter zake van deze levering btw verschuldigd en moet een factuur met vermelding van btw aan de woningcorporatie uitreiken. Natuurlijk moet de gemeente de gefactureerde btw voldoen aan de Belastingdienst. Binnen deze ruil met gesloten beurzen moet de gemeente dus wel btw aan de Belastingdienst voldoen maar deze btw moet de gemeente uit de eigen middelen betalen.

6 Deze betaling vormt veelal een niet ingecalculeerde kostenpost. Dit is extra zuur indien de woningstichting het bouwterrein aanwendt voor de bouw van voor de verkoop bestemde woningen zodat de woningstichting de door de gemeente in rekening gebrachte btw wel met de Belastingdienst kan verrekenen. Wladimir Rouwenhorst Joep Swinkels Dieks Boswinkel Besparingen nieuwbouw Brede Scholen en multifunctionele accommodaties Bij veel gemeenten zijn wij betrokken bij het beoordelen van de btw en BCF-aspecten van de nieuwbouw van Brede Scholen en multifunctionele accommodaties. Wij merken dat gemeenten de aan adviseurs ed. te betalen btw op zogenoemde planvoorbereidingskosten in relatie tot het vaststellen van de locatie, een wijziging van een bestemmingsplan, de beleidsvorming ed. vaak als kostprijsverhogend boeken. Dit terwijl de btw van dergelijke kosten in veel gevallen op de btw-aangifte of via het BTW-compensatiefonds kan worden verrekend. Wij adviseren gemeenten dergelijke voorbereidingskosten zoveel als mogelijk te laten specificeren. Dan is snel duidelijk welk deel van de btw kan worden verrekend op de btw-aangifte of worden gecompenseerd bij het BTW-compensatiefonds. Zowel discussies met de Belastingdienst als onnodige kosten worden daarmee voorkomen. Wladimir Rouwenhorst Joep Swinkels Myrthe Hinskens PwC Fiscaal Portaal Gemeenten Als bijlage bij deze nieuwsbrief is de nieuwe folder van het PwC Fiscaal Portaal Gemeenten gevoegd. De folder kan ook worden ingezien via deze link.

7 Colofon De nieuwsbrief Belastingnieuws Binnenlands Bestuur is een uitgave van PwC. Redactie drs. D.J. (Dieks) Boswinkel, M.M. (Myrthe) Hinskens LL.M, J. (Jeffrey) Rous MSc, mr. dr. J.J.P. (Joep) Swinkels, W.A. (Wladimir) Rouwenhorst FB Abonnementen Een gratis abonnement voor u of uw collega verkrijgt u na aanmelding. Aanmelden kan door het sturen van een met vermelding van de nieuwsbrief waarop u zich wil abonneren, uw naam, adresgegevens van uw organisatie en adres naar: ps.btw-nieuwsbrief@nl.pwc.com. Mocht u deze nieuwsbrief niet langer willen ontvangen, dan kunt u op hetzelfde adres terecht. Reacties Als u op deze nieuwsbrief wil reageren kunt u een sturen aan ps.btw-nieuwsbrief@nl.pwc.com of contact opnemen met de redactie: drs. D.J. (Dieks) Boswinkel M.M. (Myrthe) Hinskens LL.M dieks.boswinkel@nl.pwc.com myrthe.hinskens@nl.pwc.com mr. dr. J.J.P. (Joep) Swinkels W.A. (Wladimir) Rouwenhorst FB joep.swinkels@nl.pwc.com wladimir.rouwenhorst@nl.pwc.com Voor algemene vragen en opmerkingen over deze nieuwsbrief kunt u ook terecht bij: drs. M.A. (Manon) Ultee Jeffrey Rous MSc manon.ultee@nl.pwc.com jeffrey.rous@nl.pwc.com Deze publicatie is uitsluitend opgesteld als algemene leidraad voor relevante kwesties en dient niet te worden geïnterpreteerd als professioneel advies. U dient niet te handelen op basis van de in deze publicatie vervatte informatie zonder nader professioneel advies te hebben ingewonnen. Er wordt geen enkele expliciete of impliciete verklaring verstrekt of garantie geboden ten aanzien van de juistheid of volledigheid van de in deze publicatie vervatte informatie, en voor zover toegestaan krachtens de wet, aanvaarden de bij deze publicatie betrokken PwC firms, medewerkers en vertegenwoordigers geen enkele aansprakelijkheid, voor de gevolgen van enige handeling dan wel omissie door hetzij uzelf hetzij enige andere persoon op basis van de in deze publicatie vervatte informatie of voor enig besluit waaraan die informatie ten grondslag ligt. Bij PwC in Nederland werken ruim mensen met elkaar samen vanuit 12 vestigingen en drie verschillende invalshoeken: Assurance, Tax & HRS en Advisory. We leveren sectorspecifieke diensten en zoeken verrassende oplossingen, niet alleen voor nationale en internationale ondernemingen, maar ook voor overheden en maatschappelijke organisaties. PwC firms leveren sectorspecifieke diensten op de gebieden Assurance, Tax & HRS en Advisory om waarde toe te voegen voor klanten. Meer dan mensen in 154 landen in firms binnen het PwC-netwerk delen hun gedachten, ervaringen en oplossingen om nieuwe perspectieven en praktische oplossingen te ontwikkelen. 'PwC' is het merk waaronder member firms van PricewaterhouseCoopers International Limited (PwCIL) handelen en diensten verlenen. Samen vormen deze firms het wereldwijde PwC-netwerk. Elke firm in het netwerk is een afzonderlijke juridische entiteit en handelt voor eigen rekening en verantwoording en niet als vertegenwoordiger van PwCIL of enige andere member firm. PwCIL verricht zelf geen diensten voor klanten. PwCIL is niet verantwoordelijk of aansprakelijk voor het handelen of nalaten van welke van haar member firms dan ook, kan geen zeggenschap uitoefenen over hun professioneel oordeel en kan hen op geen enkele manier binden PricewaterhouseCoopers Belastingadviseurs N.V. (KvK ). Alle rechten voorbehouden