Gasopslag Bergermeer Microseismische monitoring

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "Gasopslag Bergermeer Microseismische monitoring"

Lien de Backer
8 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 Gaspslag Bergermeer Micrseismische mnitring Maandrapprtage Februari 2014 Sign. 17-Mar-2014 Sign. 17-Mar-2014 D. Nieuwland B. Teuben Authr Head f Department Prepared Authrized

2 INHOUD Het Bergermeer gasveld wrdt cntinue gemnitrd met betrekking tt het vrkmen van micrseismische trillingen. In de maandrapprtage wrden de metingen van de meest recente maand gerapprteerd. De lcaties van de categrie-i trillingen wrden p een kaart weergegeven (Fig. 1). Een ttaal verzicht van de gebserveerde micr seismische activiteit wrdt in een grafiek weergegeven in Figuur 2. Vr uitleg ver het del van het mnitringsprgramma en de gebruikte technische inrichtingen wrdt verwezen naar het referentierapprt (Ref. 2). Het KNMI maakt gebruik van micrseismische data die dagelijks rechtstreeks wrden drgestuurd vanaf de Bergermeer lcatie. De wekelijkse rapprtages dr Magnitude (het bedrijf dat de metingen technisch verzrgt; Ref. 3) wrden als basisgegevens vr dit rapprt gebruikt. De resultaten van micrseismisch mnitring vrmen de basis vr het verkeerslicht veiligheidsmanagement systeem, zals vereengekmen tussen TAQA en SdM. Seismische magnitudes wrden weergegeven vlgens de lgaritmische schaal van Richter. M = 3 betekent M = 10 lg10 3 = 3. M = -3 betekent M = 10 lg10-3 = -3 (M = -3 is een miljen (10 6 ) keer kleiner dan M = 3) Trillingen met M kleiner dan 1,5 wrden als micrseismische trillingen beschuwd, mdat in het algemeen trillingen zwaarder dan M = 1.5 altijd geregistreerd kunnen wrden dr gefns aan de ppervlakte. Lkaal kan dr gunstige mstandigheden tt iets lagere magnitudes gemeten wrden, bv dr gunstige ligging en lage ruisniveaus. Vr kleine magnitudes (M < 1.5) is een gefn in het reservir ndig. STATUS Op 17 januari 2014 is het micr seismisch mnitringsysteem na nderhud terug geplaatst in de put BGM-05. Na stabilisatie hebben de gefns, vanaf 19 januari, naar behren gefunctineerd. Op 29 januari is kanaal 6X uitgevallen, mdat de detectie geveligheid en nauwkeurigheid hierdr slechts in geringe mate dr beïnvled wrdt is beslten m met reparatie te wachten tt de vlgende nderhudsbeurt. In februari 2014 zijn geen micrseismische trillingen gemeten. Sinds het begin van de metingen in 2010 zijn zes categrie-i trillingen gemeten (Tabel-1 en figuur 1). Er zijn sinds het begin van de metingen in 2010 geen bevingen waargenmen met een magnitude die gelijk is aan f grter dan M 1.5. Alle tt nu te gemeten trillingen vallen ruim binnen de grene zne van het verkeerslicht veiligheidsmanagement systeem (VMS; Ref. 1). TEN_DM-# v2; februari maart van 7

3 MICROSEISMISCHE OBSERVATIES De gefns zijn p 17 januari in BGM-05 geplaatst en zijn na stabilisatie p 19 januari pgestart. In februari 2014 zijn geen micrseismische trillingen gemeten. Het tt nu te gemeten ruisniveau maakt registratie en lcatiebepaling van zeer zwakke micrseismische trillingen mgelijk (M -3.5; Referentierapprt Fig. 9). Het basis ruisniveau is zeer cnstant, waardr de signaal/ruis verhuding varieert met de sterkte van het gemeten signaal. Het gemiddelde ruisniveau is gelijk aan dat van vrgaande maanden. Er wrdt incidenteel ruis waargenmen dat gecrreleerd kan wrden met bren, mdat het k s nachts meetbaar is. De kwaliteit van de micr seismische waarnemingen kmt hierdr niet in het gedrang. Sinds de aanvang van de metingen in 2010 is een beperkt aantal micrseismische trillingen waargenmen die direct geasscieerd kunnen wrden met de centrale breuk. Figuur 2 laat het drukverlp in het reservir en het drukverschil ver de centrale breuk zien, alsmede de micrseismische waarnemingen sinds januari In februari 2014 zijn geen micr seismische trillingen gemeten. De gemiddelde druk in het reservir en het drukverschil tussen beide reservirblkken ten tijde van de waargenmen categrie-i trillingen staan in tabel 1. De gemiddelde reservirdruk ver de maand februari was 74 bara, het gemiddeld drukverschil ver de centrale breuk was p 28 februari 30 bara (Fig. 2). De gerapprteerde drukken van februari 2014 zijn gebaseerd p recente berekeningen. De berekende waarden kunnen enigszins afwijken van het mdel, het mdel wrdt daarm regelmatig geactualiseerd. Tabel 1. KNMI interpretatie van micrseismische categrie-i en II trillingen (M > -1.4) Vlg nr. dd-mm-yyyy Tijd X y Z Magn. afstand (m) P Res ΔP breuk Categrie-I: trillingen in het Bergermeer veld die ver de gehele breuk waarneembaar zijn (M > -1.4) :21: :44: :42: :06: :22: :25: Categrie-II: Trillingen buiten het Bergermeer veld, gemeten dr de gefns (M > -1.4) In februari zijn geen categrie-ii trillingen gemeten. TEN_DM-# v2; februari maart van 7

4 Tabel 2. Recente micrseismische bevingen dichtbij de bservatieput (categrie-iii). In februari 2014 zijn geen categrie-iii bevingen gemeten. Een histrisch verzicht van alle categrie-iii trillingen is te vinden in Tabel 1 van het referentie rapprt (Ref. 2). Vlg nr dd-mmyyyy Tijd Hr:min:sec X Crd. Y Crd. Diepte (m) Magn. (Richter) Afstand (m) Av Res Press. (bara) P Centrale breuk Categrie-III: uitsluitend dicht bij de waarnemingslcatie waarneembaar (M -1.4) Tabel 3. Cördinaten van de lcaties van de zes gefns in BGM-05 sinds 19 januari Level X (m) Y (m) Z (m, tvd) Well incl. (º) Well Az (N t Eº) TEN_DM-# v2; februari maart van 7

5 REFERENTIES Ref.1: Plan van maatregelen tt vrkming f beperking van bdembewegingen gebaseerd p micrseismische mnitring bij de gaspslag in het Bergermeer veld. Ref. 2: Referentierapprt micrseismisch mnitring Bergermeer gaspslag. (TAQA Energy Nederland, februari 2014). Ref. 3: Magnitude rapprt: Taqa_MAG Jan-2Feb Magnitude rapprt: Taqa_MAG Feb Magnitude rapprt: Taqa_MAG Feb Magnitude rapprt: Taqa_MAG Feb Magnitude rapprt: Taqa_MAG Feb 2Mar FIGUREN Figuur 1. Dieptekaart p Tp Rtliegend niveau, met categrie-i trillingen geprjecteerd. Figuur 2. Micrseismische waarnemingen sinds het begin van de mnitring in augustus TEN_DM-# v2; februari maart van 7

6 FIGUREN Figuur 1. Dieptekaart p Tp Rtliegend niveau, met categrie-i trillingen (M > -1,4) geprjecteerd. De trillingen vinden plaats p verschillende dieptes. De magnitudes en de diepte van de bevingen staan naast iedere lcatie vermeld. De kleine SW-NE geriënteerde breuk is gevnden met behulp van micrseismiek en is vervlgens bevestigd p basis van vernieuwde seismiek. TEN_DM-# v2; februari maart van 7

7 Figuur 2. Micrseismische waarnemingen in het Bergermeer veld sinds het begin van de mnitring. Naast micrseismische magnitudes zijn k de gemiddelde reservirdruk (mmenteel 74 bara) en het gemiddelde drukverschil ver de centrale breuk (30 bara) weergegeven. Gasinjectie is p 1 ktber 2013 tijdelijk gestpt vr de winterperide. De drukken van februari 2014 zijn gebaseerd p recente berekeningen. De meest recente waarden zijn gebaseerd p werkelijke gasinjectievlumes en kunnen daardr enigszins afwijken van het mdel, het mdel wrdt daarm regelmatig geactualiseerd. Znder gasinjectie blijft de gemiddelde reservirdruk cnstant en wrdt het drukverschil ver de centrale breuk geleidelijk minder. Sinds augustus 2013 en in januari en februari 2014 zijn geen micr seismische trillingen waargenmen. Het ntbreken van micrseismische trillingen duidt er p dat het reservir zich stabiliseert als gevlg van de hgere reservirdruk en als gevlg daarvan een lagere effectieve gesteentedruk. TEN_DM-# v2; februari maart van 7

Vergelijkbare documenten

Sinds het begin van de metingen (inclusief de test in februari 2010) zijn 5 categorie-i trillingen gemeten (Tabel-1). o

Sinds het begin van de metingen (inclusief de test in februari 2010) zijn 5 categorie-i trillingen gemeten (Tabel-1). o INHOUD... 2 STATUS... 2 MICROSEISMISCHE OBSERVATIES... 2 GEGEVENS EN INTERPRETATIES... 3 SPECIALE WAARNEMINGEN EN WERKZAAMHEDEN... 4 REFERENTIES... 4 FIGUREN... 5 INHOUD In de maandrapprtage wrden de metingen