Integrale Veiligheidsmonitor Tabellenrapport

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Integrale Veiligheidsmonitor Tabellenrapport"

Transcriptie

1 Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Tabellenrapport

2 Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken ** = nader voorlopig cijfer * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met 0 (0,0) = het getal is kleiner dan de helft van de gekozen eenheid niets (blank) = een cijfer kan op logische gronden niet voorkomen = 2008 tot en met /2009 = het gemiddelde over de jaren 2008 tot en met / 09 = oogstjaar, boekjaar, schooljaar enz., beginnend in 2008 en eindigend in / / 09 = oogstjaar, boekjaar enz., 2006/ 07 tot en met 2008/ 09 In geval van afronding kan het voorkomen dat het weergegeven totaal niet overeenstemt met de som van de getallen. Colofon Uitgever Henri Faasdreef JP Den Haag Prepress en druk Grafimedia Omslag TelDesign, Rotterdam Inlichtingen Tel. (088) Fax (070) Via contactformulier: Bestellingen verkoop@cbs.nl Fax (045) Internet ISSN: Oplage: W-42, Den Haag/Heerlen, 2010 Verveelvoudiging is toegestaan, mits het CBS als bron wordt vermeld. 2

3 Onderzoekspartners In deze rapportage treft u de belangrijkste landelijke en regionale resultaten aan van de Integrale Veiligheidsmonitor (IVM), die in het najaar van 2009 voor het tweede opeenvolgende jaar in opdracht van de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en van Justitie en van het (CBS) is uitgevoerd. Bij de IVM zijn zowel op landelijk/regionaal niveau als op regionaal/lokaal niveau gegevens verzameld over de sociale veiligheid van inwoners in Nederland. Dit op basis van een gestandaardiseerde vragenlijst en onderzoeksmethode. Hierdoor zijn uitkomsten op verschillende beleidsniveaus goed met elkaar te vergelijken. Het landelijke/regionale deel is uitgevoerd door het CBS. Tegelijkertijd werd dit onderzoek in 239 gemeenten op lokaal niveau of in (politie)regionaal verband uitgevoerd. Hierbij heeft het bureau Veiligheidsmonitor de taak om de uitvoering van deze lokale onderzoeken te coördineren en te faciliteren. Dit bureau is gevestigd bij het NICIS in Den Haag. Hoewel werd beoogd om de IVM zo goed mogelijk te laten aansluiten bij zijn voorganger de Veiligheidsmonitor Rijk (VMR), zijn de resultaten door methodologische en inhoudelijke verschillen niet zonder meer vergelijkbaar. Om meer inzicht in deze verschillen te verkrijgen is gelijktijdig met de IVM door het CBS in 2009 een extra VMR op beperkte schaal uitgevoerd (de zgn. VMR-extra). In 2008 was dit ook het geval. In deze publicatie zijn de resultaten van de IVM 2008 en 2009 zowel op landelijk als op regionaal niveau weergegeven. Daarnaast zijn - uitsluitend op landelijk niveau - ook de resultaten van de VMR-extra in 2008 en 2009 in de betreffende overzichten opgenomen. Hiermee worden de verschillen in uitkomsten op basis van de nieuwe en de oude onderzoeksmethode meer inzichtelijk gemaakt. Het onderzoek werd naast de vertegenwoordigers van de opdrachtgevers, Mr. C. Hermans (Justitie), drs. W. van Nunspeet (CBS) en mevr. mr. M.T.H. Hendriks (BZK), begeleid door de Raad voor de Veiligheidsmonitor en het bureau Veiligheidsmonitor. Voor vragen kunt u zich wenden tot:, de Heer G.J.H. Linden, telefoon , of via glnn@cbs.nl Drs. C.C. Schreuder van het Ministerie van BZK, telefoon , of via cas.schreuder@minbzk.nl Bureau Veiligheidsmonitor, Drs. W. van der Heide, telefoon , of via heide@veiligheidsmonitor.nl Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Tabellenrapport 3

4 4

5 Inhoudsopgave 1. Inleiding Achtergronden Veranderingen ten opzichte van de IVM Betrouwbaarheid van de resultaten Presentatie van de resultaten Verschillen met eerdere rapportages Leeswijzer 12 TABELLEN 2. Leefbaarheid van de woonomgeving Buurtproblemen Onveiligheidsbeleving Slachtofferschap en ondervonden delicten Melding en aangifte van ondervonden delicten Contacten tussen politie en burgers Functioneren van de politie Voorzorgsmaatregelen tegen criminaliteit 165 BIJLAGEN 1 Indeling Nederland in politieregio s Schaalscores Rechte tellingen enquêtevragen IVM Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Tabellenrapport 5

6 6

7 1. Inleiding 1.1 Achtergronden In het najaar van 2009 is voor de tweede achtereenvolgende keer de Integrale Veiligheidsmonitor (IVM) uitgevoerd op landelijk/(politie)regionaal niveau (verder aangeduid als landelijk) en op (politie)regionaal/lokaal niveau (verder aangeduid als lokaal). De IVM is een jaarlijks terugkerend onderzoek waarin zaken als leefbaarheid van de woonbuurt, beleving van buurtproblemen, onveiligheidsgevoelens, ervaringen met veel voorkomende criminaliteit, het oordeel van de bevolking over het optreden van de politie en gemeenten en preventiegedrag worden onderzocht. De IVM is de opvolger van de Veiligheidsmonitor Rijk (VMR), die in de periode door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) uitsluitend op landelijk/regionaal niveau is uitgevoerd en waarover jaarlijks is gerapporteerd. Met de IVM is een verdere stap gezet op weg naar integratie van het verzamelen van gegevens over zowel de subjectieve veiligheid als de objectieve veiligheid in Nederland. Bij subjectieve veiligheid gaat het vooral om wat mensen hiervan vinden, terwijl objectieve veiligheid doelt op wat mensen daadwerkelijk ondervinden en ervaren. De IVM is opgebouwd rondom een gestandaardiseerde vragenlijst met verplichte en facultatieve vragenblokken. Bovendien biedt de vragenlijst de mogelijkheid om naast onderwerpen van landelijk belang ook lokale onderzoeksvragen op te nemen. Hierdoor is de IVM als meetinstrument ook bruikbaar voor lokale overheden. Naast de inhoudelijke afstemming van de themagerichte vragenblokken is er bij de uitvoering ook sprake van vérgaande methodologische afstemming. Zo zijn afspraken gemaakt over de periode van dataverzameling (medio september t/m eind december van elk kalenderjaar) en de wijze waarop de dataverzameling plaatsvindt. Deze dataverzameling start met waarneming via internet (CAWI), waarbij de mogelijkheid wordt geboden om een schriftelijke vragenlijst aan te vragen (PAPI). Steekproefpersonen die van deze beide modes geen gebruik maken worden later telefonisch benaderd indien van hen een telefoonnummer beschikbaar is (CATI). De resterende steekproefpersonen zonder telefoonnummer worden aan huis bezocht voor een persoonlijk interview (CAPI). Deze laatste methode van dataverzameling is niet verplicht gesteld voor lokale deelnemers. Opdrachtgevers voor het landelijke/ deel van de IVM zijn de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en Justitie en het (CBS). Voor de regionale uitvoering zijn politieregio s, gemeenten en andere (semi)overheidsinstanties de opdrachtgever. De coördinatie van de lokale onderzoeken is in handen van het bureau Veiligheidsmonitor (bvm), dat met dat doel door BZK en Justitie is opgericht. Dit bureau is gevestigd bij het NICIS in Den Haag. Door deze verdere samenwerking rond de gegevensverzameling komen meer eenduidige cijfers over subjectieve en objectieve veiligheid beschikbaar. Daarmee vormt de IVM een bruikbaar meetinstrument voor meerdere bestuurlijke niveaus binnen de (semi- )overheid. De IVM, evenals diens voorgangers, wordt om vier redenen uitgevoerd. In de eerste plaats levert de IVM gegevens die op een andere manier niet of onvoldoende betrouwbaar kunnen worden verkregen. Dat geldt bijvoorbeeld voor het niveau van feitelijk slachtofferschap: omdat niet alle gevallen van slachtofferschap bij de politie worden aangegeven blijft een deel van het feitelijke slachtofferschap buiten beeld. Gezien de omvang van de steekproef valt aan de hand van de IVM een betrouwbare schatting te maken van het daadwerkelijke niveau van slachtofferschap en de daarbij ondervonden delicten. In de tweede plaats levert de IVM informatie op waarmee vergelijkingen, zowel in de tijd als tussen verschillende gebieden, mogelijk zijn. Het onderzoek is immers gestandaardiseerd. In de derde plaats leveren de resultaten van de IVM bruikbare informatie voor de verschillende niveaus waarop beleid wordt gemaakt. In de vierde plaats levert de IVM gegevens die gebruikt worden om ontwikkelingen te monitoren aan de hand van specifieke indicatoren, zoals in het kader van de prestatieafspraken die de ministeries van BZK en Justitie hebben gemaakt met de regionale politiekorpsen. De ontstaansgeschiedenis van enquêtes in Nederland op het gebied van veiligheid in het algemeen en van slachtofferenquêtes in het bijzonder voert terug naar de jaren zeventig. Het besef dat cijfers over de officieel geregistreerde criminaliteit geen adequaat beeld Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Tabellenrapport 7

8 geven van de onveiligheidsproblematiek is steeds verder gegroeid. Het deel van de criminaliteit waarvan slachtoffers geen aangifte doen, vooral de minder ernstige vormen, blijft daarbij namelijk onzichtbaar ( dark number ). De eerste slachtofferenquête in Nederland werd in 1973 gehouden. Sindsdien hebben het WODC en/of het CBS periodiek gestandaardiseerde landelijke slachtofferenquêtes uitgevoerd. Daarnaast werden door tal van gemeenten en politiekorpsen op eigen initiatief bevolkingsonderzoeken verricht. De onderling niet vergelijkbare vraagstellingen en onderzoeksmethoden, het ontbreken van inzicht in de lokale behoefte aan veiligheidszorg en de onvolledigheid van de gegevens op basis van registraties vormden de aanleiding voor een gestandaardiseerd bevolkingsonderzoek op kleinere dan landelijke schaal. Hiertoe werd eind jaren tachtig besloten door de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Justitie. In het najaar van 1990 werd deze standaard, onder de naam Politiemonitor Bevolking (PMB), uitgevoerd in 25 gemeenten van uiteenlopende grootte. Sindsdien is de PMB in veel afzonderlijke politieregio's toegepast. De eerste landelijke uitvoering vond plaats in 1993 en werd herhaald in 1995, 1997, 1999, 2001 en In 2002 is bovendien een tussenmeting uitgevoerd. In 2003 hebben de ministeries besloten het onderzoek jaarlijks af te nemen. De module Recht uit het Permanent Onderzoek Leefsituatie (POLS) van het CBS, primair gericht op landelijke cijfers, is daarnaast tot en met 2004 uitgevoerd. Vanaf 2005 zijn (onderdelen uit) de drie eerdere afzonderlijke reguliere onderzoeken op het terrein van veiligheid en politiecontacten (de PMB, de POLS-module Recht, en rijksrelevante delen uit de Enquête Leefbaarheid en Veiligheid van de grotere gemeenten) geïntegreerd in één nieuw onderzoek: de Veiligheidsmonitor Rijk (VMR). Reden voor de integratie van deze onderzoeken is de wens van de ministeries van BZK en Justitie en het CBS om vanaf 2006 te komen tot één gezamenlijke monitor. Deze integratie leidt niet alleen tot eenduidige relevante cijfers, maar ook tot efficiencywinst en meer mogelijkheden tot nadere analyses (bijvoorbeeld door verrijking van de Veiligheidsmonitor met gegevens uit het Sociaal Statistisch Bestand van het CBS). In het najaar van 2004 hebben de beide ministeries en het CBS een overeenkomst gesloten waarin de samenwerking rond de Veiligheidsmonitor Rijk (VMR) is vastgelegd. In 2006 is de VMR voor het eerst op landelijke en regionale schaal uitgevoerd. In 2007 en 2008 is dit onderzoek op dezelfde schaal herhaald 1. Door deze integratie en de tegelijkertijd doorgevoerde verbeterde opzet van het onderzoek zijn de uitkomsten van de VMR echter niet direct vergelijkbaar met die uit de eerdere afzonderlijke onderzoeken. Medio september 2008 is de VMR opgevolgd door de Integrale Veiligheidsmonitor (IVM). Daarbij zijn opnieuw belangrijke veranderingen doorgevoerd. Deze veranderingen hebben allereerst betrekking op de dekking en de periode van het onderzoek. Dit dekkingsgebied is veel groter geworden: via de IVM kan niet alleen op landelijk en regionaal maar ook op lokaal (gemeentelijk) of wijkniveau informatie worden verzameld (de VMR was alleen gericht op landelijke en politieregionale gegevens). De onderzoeksperiode van de IVM is verschoven van het eerste kwartaal (VMR) naar het najaar (september - december). In de tweede plaats is de wijze van waarneming uitgebreid. Behalve via telefonische (CATI) en face-to-face (CAPI) vraaggesprekken hebben respondenten, anders dan in de VMR, ook de mogelijkheid om de gevraagde gegevens via internet (CAWI) of op papier (PAPI) te verstrekken 2. In de derde plaats zijn veranderingen doorgevoerd in de onderwerpen en de structuur van de vragenlijst. Deze gestandaardiseerde vragenlijst kent een modulaire opbouw in een vastgestelde volgorde, met een aantal verplichte en facultatieve standaard-vragenblokken en een zogenaamde vrije ruimte. In de landelijk/regionale uitvoering (door het CBS) worden zowel de verplichte als de facultatieve vragenblokken afgenomen; in de lokale onderzoeken kunnen de lokale opdrachtgevers zelf beslissen welke facultatieve blokken (en eventuele eigen vragen in de vrije ruimte) naast de verplichte vragenblokken worden afgenomen. De facultatieve vragenblokken volgen pas na alle verplichte vragen, ook als die inhoudelijk aansluiten op vragen in het verplichte blok. De IVM is in 2009 voor de tweede keer zowel landelijk als lokaal uitgevoerd in de periode van 15 september tot en met 31 december. De doelpopulatie wordt gevormd door de in Nederland wonende personen van 15 jaar en ouder. Voor het landelijke deel, dat door het CBS is uitgevoerd, werd gestreefd naar minimaal respondenten met een gelijkmatige verdeling over alle politieregio s. Gemiddeld komt dit neer op 750 respondenten (netto) per regio. Uiteindelijk zijn op dit niveau van ruim personen onderzoeksgegevens verkregen. 1 In 2005 is de VMR alleen op beperkte schaal landelijk uitgevoerd, vooral ten behoeve van de trendbreukanalyse met de eerdere enquêtes. 2 De volgorde van aanbieden is CAWI-PAPI-CATI-CAPI. 8

9 De lokale onderzoeken werden in dezelfde periode uitgevoerd. Leidraad hierbij vormde het door bvm opgestelde Handboek Veiligheidsmonitor. Het CBS leverde hiervoor de steekproeven. Het veldwerk voor de lokale opdrachtgevers werd deels uitgevoerd door eigen gemeentelijke statistische bureaus en deels door een aantal veldwerkbureaus die voldeden aan de door bvm gestelde eisen. Terwijl in het eerste jaar 82 gemeenten betrokken waren bij het lokale onderzoek, deden in gemeenten mee. Daarbij zijn sommige politieregio s volledig oversampled (alle gemeenten in de regio doen mee), terwijl in andere regio s slechts enkele gemeenten participeren. 1.2 Veranderingen ten opzichte van de IVM 2008 Uit de cijfers van de IVM 2008 is opnieuw een duidelijke breuk gebleken bij de overgang naar een nieuwe onderzoeksopzet, in dit geval van de VMR naar de IVM 3. Door in 2008 tegelijk met de IVM in dezelfde periode nogmaals de VMR op beperkte schaal uit te voeren (de VMR-extra ) kon de omvang van deze breuk op landelijk niveau in kaart worden gebracht. De resultaten van deze analyses zijn uitvoerig beschreven in de rapportage over de IVM Om ook ontwikkelingen als gevolg van deze overgang te kunnen waarnemen is deze VMR-extra ook in 2009 parallel aan de IVM uitgevoerd. Op landelijk niveau wordt vooral gekeken naar de VbbV-indicatoren. Extra analyses op basis van 2008 en 2009 zijn noodzakelijk om meer inzicht te krijgen in de vergelijkbaarheid van deze en andere indicatoren op vooral politieregionaal niveau. Verwacht wordt dat hierover in de tweede helft van dit jaar meer informatie beschikbaar komt. De landelijke resultaten van beide VMR-extra s zijn opgenomen in dit tabellenrapport. In de landelijke rapportage zijn naast de ontwikkelingen op basis van de IVM ook enkele landelijke ontwikkelingen op basis van de VMR sinds 2005 (inclusief de VMR-extra) grafisch zichtbaar gemaakt. De methodologische opzet van de IVM-2009 is in wezen dezelfde als van de IVM Dit houdt in: een landelijke steekproef van netto 750 respondenten per regio (tegen 670 in de IVM 2008) plus lokale steekproeven, variërend in omvang overeenkomstig de lokale wensen; trekking van zowel de landelijke steekproef als de lokale steekproeven door het CBS op basis van de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA); de vragenlijst is opgebouwd uit dezelfde verplichte en facultatieve vragenblokken; de steekproefpersonen worden in eerste instantie via internet (CAWI) en eventueel een papieren vragenlijst (PAPI) benaderd, de resterende steekproefpersonen worden daarna telefonisch (CATI) of face-to-face (CAPI) benaderd; deze mixed-mode geldt zowel landelijk als lokaal, maar de lokale participanten zijn niet verplicht tot CAPI-benadering. Vragenlijst Na overleg in de expertgroep zijn in de IVM enkele beperkte inhoudelijke wijzigingen in de vragenlijst ten opzichte van 2008 doorgevoerd, die de vergelijkbaarheid van de belangrijkste indicatoren niet aantasten. Een overzicht van de wijzigingen in de vragenlijst is terug te vinden in de verkorte onderzoeksdocumentatie (bijlage 1 van de Landelijke rapportage). Steekproefomvang Een van de belangrijke verschillen tussen de IVM 2008 en 2009 is de mate waarin gemeenten aan dit onderzoek hebben meegedaan. In 2009 hebben 239 gemeenten aan het onderzoek meegedaan, waarbij bovenop de landelijke steekproef van ca respondenten onderzoeksgegevens zijn verkregen. In 2008 hebben 77 gemeenten daadwerkelijk aan het onderzoek meegedaan en ging het om ongeveer respondenten. Interviewmodes Een andere belangrijke verandering had te maken met het sterk toegenomen gebruik van het instrument internet om de enquêtevragen te beantwoorden. Bijna 70 procent 3 Over verschillen tussen uitkomsten van de VMR en eerdere uitkomsten van POLS en PMB zie: CBS, Veiligheidsmonitor Rijk 2006 Landelijke rapportage, bijlage 4. 4 Zie: CBS, Integrale Veiligheidsmonitor 2008 Landelijke rapportage, bijlage 2. De belangrijkste methodologische verschillen tussen VMR en IVM zijn ook beschreven in het bijbehorende tabellenrapport (zie: CBS, Integrale Veiligheidsmonitor Tabellenrapport, paragraaf 1.. Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Tabellenrapport 9

10 van alle respondenten hanteerde de internetmode om de gevraagde informatie te verstrekken. Dit was veel hoger dan bij de IVM 2008 (56 procent). Dit had ook een verschuiving van de andere drie modes (papier, telefoon en face-to-face) tot gevolg die bij de IVM worden gehanteerd. Deze veranderingen gaven aanleiding om het weegmodel van de IVM, zoals eerder gebruikt bij de publicatie van 2008, nader te bezien. De laatstgenoemde veranderingen hadden mede tot gevolg dat de uitkomsten van de IVM 2008 en IVM 2009 minder goed op elkaar aansloten. In overleg met de onderzoekspartners is daarop besloten om de op 1 maart 2010 geplande publicaties over de IVM 2009 op te schorten en nader onderzoek te laten verrichten. Een nadere toelichting hierover is opgenomen bij paragraaf van de landelijke rapportage Betrouwbaarheid van de resultaten De betrouwbaarheid van uitkomsten moet uiteraard worden bezien binnen de kaders en kwaliteitseisen die zijn gesteld bij de opzet van het onderzoek, gegeven de wijze waarop de uitkomsten worden gebruikt. Wanneer deze randvoorwaarden veranderen, zullen doorgaans ook de uitkomsten en vaak ook het niveau hiervan veranderen. Bij de overgang van de VMR naar de IVM is dit het geval geweest. Ook tussen de IVM 2008 en 2009 is sprake van een zij het beperkte verandering hierin. De hierna beschreven betrouwbaarheid van de uitkomsten geldt echter voor het onderzoeksdesign van de IVM in het algemeen. De in dit rapport gepresenteerde gegevens zijn gebaseerd op onderzoek onder de bevolking. Hiertoe zijn steekproeven getrokken die een representatief beeld moeten opleveren van de feitelijke situatie voor zowel de gehele bevolking als voor de afzonderlijke politieregio s en voor andere lokale gebieden. Het steekproefkarakter van het onderzoek brengt met zich mee dat voor de uitkomsten een bepaalde mate van betrouwbaarheid geldt. Zeker bij kleine steekproeven kan het gebeuren dat door toevalsfactoren het aangetroffen beeld niet volledig overeenstemt met de werkelijkheid. De verplichte vragenblokken binnen het geïntegreerde onderzoek zijn gebaseerd op de antwoorden van in totaal bijna ondervraagde personen. Voor zover deze respondenten representatief zijn voor de betreffende doelpopulatie zijn de hierop gebaseerde landelijke uitkomsten zeer betrouwbaar. Het aantal respondenten per politieregio varieert in de IVM 2009 sterk met het al dan niet participeren van gemeenten in het lokale deel. Dit varieert van rond 750 in de regio s waar het onderzoek alleen op landelijk/regionaal niveau is uitgevoerd, tot meer dan in regio s waar alle gemeenten in het onderzoek zijn betrokken, of waar één of meer gemeenten geïnteresseerd zijn in informatie over specifieke onderdelen als buurten en wijken. Mede daardoor verschillen de s rondom de uitkomsten sterk per afzonderlijke politieregio. Hierdoor is het mogelijk dat een in relatieve zin klein verschil in resultaat tussen een politieregio en het landelijke gemiddelde wel significant is (oversampling) en een groter verschil niet (geen oversampling). Over het algemeen leidt oversampling tot een verkleining van de s. In sommige politieregio s met oversampling zijn de s echter minder gereduceerd omdat de extra steekproeven niet over de hele politieregio zijn gespreid, maar alleen binnen één of enkele (delen van) gemeenten. De betrouwbaarheid van de uitkomsten is van belang voor het maken van vergelijkingen, bijvoorbeeld tussen landelijke en regionale uitkomsten, tussen regio's onderling, of voor vergelijkingen in de tijd. Bij elke gevonden waarde (bijvoorbeeld een percentage) behoort een bepaalde betrouwbaarheids. Deze is afhankelijk van de spreiding in de antwoorden, van het aantal ondervraagde personen (in deze publicatie minimaal 50 waarnemingen), van het gekozen steekproefontwerp en van de toegepaste wijze van dataverzameling. In de tabellen is voor alle onderzoeksjaren telkens de bij de gevonden waarden behorende opgenomen. Dit betekent dat de werkelijke waarde met een waarschijnlijkheid van 95% tussen de waarde minus de en de waarde plus die zal liggen. De gepresenteerde waarden zijn gebaseerd op gewogen data. De s zijn gebaseerd op ongewogen data, waarbij rekening is gehouden met het steekproefontwerp. 1.4 Presentatie van de resultaten In dit tabellenrapport staan de landelijke en de (politie-)regionale cijfers van de IVM 2009 in vergelijking met de resultaten van de IVM 2008 centraal. Daarbij komen zowel de verplichte als de facultatieve onderwerpen aan de orde. Daarnaast zijn waar mogelijk 10

11 ook de landelijke resultaten over beide jaren opgenomen op basis van de parallel uitgevoerde VMR-extra. De reguliere VMR-gegevens over eerdere jaren zijn in deze rapportage dus vervallen.. In bijgaand schema is aangegeven welke onderwerpen in deze rapportage aan de orde komen. Hoofdstuk Vragenlijst Inhoud Verplicht/ blok (2009) facultatief 2 1 Leefbaarheid woonbuurt verplicht 9 Oordeel functioneren gemeente facultatief 3 2 Buurtproblemen verplicht 4 3 Onveiligheidsgevoelens verplicht 12 Onveilige plekken facultatief 11 Preventie II (vermijdingsgedrag) facultatief 13 Respectloos gedrag facultatief 5 4 Slachtofferschap criminaliteit verplicht 6 5 Melding en aangifte van delicten facultatief 7 6 Politiecontacten facultatief 8 7 Oordeel functioneren politie in de buurt facultatief 8 Oordeel functioneren politiealgemeen facultatief 9 10 Preventie I (techno- en sociopreventie) facultatief - 12 Achtergrondkenmerken verplicht - Vrije ruimte Vragen lokale participanten facultatief (geen cijfers opgenomen) Ieder hoofdstuk begint met een landelijke overzichtstabel van de indicatoren. In sommige hoofdstukken zijn meerdere van deze overzichtstabellen opgenomen. Een aantal resultaten wordt gepresenteerd als schaalscores. Deze worden voor alle jaren weergegeven op een schaal van 0-0. Bij het samenstellen van de schaalscores is het handboek Veiligheidsmonitor gevolgd. De meeste schaalscores voor de VMR-extra zijn herberekend. Hierdoor verschillen deze scores met eerder gepubliceerde VMRuitkomsten. Voor een beperkt aantal indicatoren zijn ook schaalscores volgens de VMRberekening opgenomen. Deze schaalscores hebben niet altijd een bereik van 0-0. In de tabellen zijn ook de 95-procent betrouwbaarheidss opgenomen, waarbij rekening is gehouden met het steekproefontwerp. Bij de regionale gegevens (politieregio s) is in de laatste kolom telkens aangegeven of de IVM-uitkomst voor die regio op 95- procent betrouwbaarheidsniveau significant hoger (+) of lager (-) is ten opzichte van het gemiddelde voor Nederland als geheel. Ook is landelijk en per regio aangegeven of de uitkomst volgens de IVM 2009 significant hoger (+) of lager (-) is dan de overeenkomstige uitkomst volgens de IVM Indien geen symbool is opgenomen betekent dit dat het percentage of de schaalscore niet significant hoger of lager is dan het gemiddelde van Nederland, resp. dan in het voorgaande jaar. De gebruikte symbolen geven geen waardeoordeel. Het gebruik van een + of een - wijst dus niet op een positieve of negatieve ontwikkeling. Een significante stijging van bijvoorbeeld slachtofferschap wordt ook middels een + aangegeven. Gegevens op basis van minder dan 50 waarnemingen zijn in de tabellen niet vermeld. Dit is in de tabellen aangegeven met een punt (.). Ook ontbrekende cijfers vanwege andere oorzaken zijn in de tabellen aangegeven met een punt (zie ook de verklaring der tekens). Bij de berekening van de gepresenteerde cijfers uit de basisgegevens (zoals antwoorden op afzonderlijke stellingen) zijn de weigert - en weet niet -antwoorden niet buiten beschouwing gelaten. Daardoor wordt de percentering van de overige categorieën niet beïnvloed. Dit sluit aan op de werkwijze die ook is gehanteerd bij de eerdere VMRrapportages. Bij afgeleide gegevens zoals schaalscores zijn deze categorieën wel buiten beschouwing gebleven. Omdat de cijfers betrekking kunnen hebben op een deel van de antwoordcategorieën is niet altijd duidelijk in hoeverre respondenten ook andere antwoorden hebben gegeven. Daarom wordt in bijlage 3 van dit tabellenrapport een overzicht gegeven van alle antwoordscores bij alle enquêtevragen. Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Tabellenrapport 11

12 1.5 Verschillen met eerdere rapportages In de tabellen zijn landelijke en regionale cijfers uit de IVM 2008 en 2009 opgenomen, met in de landelijke overzichtstabellen waar mogelijk ook cijfers op basis van de VMR-extra uit dezelfde jaren. De belangrijkste veranderingen ten opzichte van de vorige rapportage betreffen: De reguliere VMR-gegevens over de jaren zijn vervallen. Cijfers op basis van de IVM-2008 kunnen door een herziene weging afwijken van eerder gepubliceerde uitkomsten. In hoofdstuk 6 zijn gegevens toegevoegd op basis van de nieuwe vraag naar mogelijke anonieme aangifte (zie paragraaf 1.. Vanwege de aanpassing van de vraagstelling en de daaruit voortvloeiende onvergelijkbaarheid zijn geen gegevens over preventie uit de IVM-2008 (hoofdstuk 9) opgenomen. 1.6 Leeswijzer Dit tabellenrapport omvat een cijfermatige uitdieping van de landelijke gegevens naar het niveau van de 25 afzonderlijke politieregio s. Het rapport bestaat uit drie onderdelen: deze inleiding (deel, gevolgd door het centrale middendeel met de tabellen in de hoofdstukken 2 tot en met 9 (deel, en een aantal bijlagen (deel 3). In hoofdstuk 2 staat de leefbaarheid van de woonomgeving centraal, inclusief de opinie over het functioneren van de gemeente t.a.v. de leefbaarheid. Hoofdstuk 3 sluit daarop aan en gaat verder in op ervaren buurtproblemen. In hoofdstuk 4 wordt aandacht besteed aan onveiligheidsgevoelens, onveilige plekken in de buurt, vermijdingsgedrag en respectloze bejegening. Hoofdstuk 5 heeft betrekking op ervaren eigen slachtofferschap van criminaliteit en ondervonden delicten. In de drie daaropvolgende hoofdstukken staat de relatie tussen politie en burgers centraal. In hoofdstuk 6 komt de meldings- en aangiftebereidheid van ondervonden delicten aan de orde; hoofdstuk 7 heeft betrekking op contacten tussen burgers en politie in het algemeen, terwijl in hoofdstuk 8 aandacht wordt besteed aan het beeld van de bewoners over de rol van de politie in het algemeen en in de eigen woonbuurt in het bijzonder. In het laatste hoofdstuk (9) komt het thema preventie aan de orde. Het derde deel van deze rapportage omvat een drietal bijlagen met aanvullende informatie. Bijlage 1 omvat een kaart met de indeling van Nederland in 25 politieregio s. Bijlage 2 geeft inzicht in de samenstelling van de schaalscores zoals die in deze rapportage zijn gebruikt. Bijlage 3 geeft een overzicht met de landelijke gewogen procentuele verdeling en de ongewogen absolute aantallen van de antwoorden op alle onderzoeksvragen. 12

13 2. Leefbaarheid van de woonomgeving Tabel 2.1 Leefbaarheid woonbuurt landelijk overzicht VMR IVM IV 2009-IV Verschil ) 2009 Verschil 2009 t.o.v t.o.v ) ) Fysieke leefbaarheid woonbuurt %(helemaal) eens In de buurt zijn de wegen, paden en pleintjes goed onderhouden ,8 0,7 63,6 0,5 - In de buurt zijn perken, plantsoenen en parken goed onderhouden ,2 0,7 64,2 0,4 In de buurt is het buiten goed verlicht ,0 0,7 72,9 0,4 In de buurt zijn goede speelplekken voor kinderen ,2 0,5 52,8 0,5 In de buurt zijn goede voorzieningen voor jongeren ,0 0,6 18,9 0,4 Sociale cohesie woonbuurt De mensen kennen elkaar in deze buurt nauwelijks 19,0 1,0 20,2 1,0 25,2 0,7 25,8 0,4 De mensen gaan in deze buurt op een prettige manier met elkaar om 86,2 0,9 85,0 0,9 69,7 0,7 69,5 0,4 Ik woon in een gezellige buurt, waar veel saamhorigheid is 60,5 1,2 57,9 1,2-45,2 0,8 45,0 0,5 Ik voel me thuis bij de mensen die in deze buurt wonen 77,4 1,0 77,0 1,0 63,3 0,8 63,8 0,5 Ik heb veel contact met andere buurtbewoners 48,5 1,3 47,5 1,2 38,9 0,8 39,7 0,5 Ik ben tevreden over de bevolkingssamenstelling in deze buurt 85,1 0,9 85,0 0,9 71,4 0,7 70,9 0,4 schaalscore (0-10) Sociale cohesie 6,8 0,0 6,7 0,0-6,3 0,0 6,3 0,0 Eigen inzet voor woonbuurt % Actief geweest voor verbeteren buurt ,4 0,5 17,5 0,4 + Oordeel ontwikkeling woonbuurt Is van mening dat de buurt in het afgelopen jaar is vooruitgegaan ,3 0,5 13,8 0,3 gelijk is gebleven ,6 0,7 67,1 0,4 is achteruitgegaan ,4 0,5 14,8 0,3 + Geen mening.... 4,7 0,4 4,3 0,2 Verschil in aandeel 'buurt is vooruitgegaan en 'buurt is achteruitgegaan'.... 0,9 0,8-1,0 0,5 - Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Tabellenrapport 13

14 Tabel 2.1 (slot) VMR IVM Verschil ) 2009 Verschil 2009 t.o.v t.o.v ) ) Beoordeling woonbuurt rapportcijfer Woonomgeving.... 7,4 0,0 7,4 0,0 Leefbaarheid.... 7,4 0,0 7,3 0,0 - Veiligheid.... 7,0 0,0 6,9 0,0 - Oordeel over inzet gemeente voor leefbaarheid en veiligheid woonbuurt % (helemaal) eens De gemeente... heeft aandacht voor het verbeteren van leefbaarheid en veiligheid in de buurt ,6 0,8 49,0 0,7 informeert de buurt over aanpak van leefbaarheid en veiligheid in de buurt ,0 0,8 47,3 0,7 betrekt de buurt bij de aanpak van leefbaarheid en veiligheid in de buurt ,9 0,8 39,8 0,7 is bereikbaar voor meldingen en klachten over leefbaarheid en overlast in de buurt ,8 0,8 50,2 0,7 - reageert op meldingen en klachten over leefbaarheid en overlast in de buurt ,7 0,8 31,5 0,6 doet wat ze zegt bij het verbeteren van leefbaarheid en veiligheid in de buurt ,7 0,7 24,8 0,6 Indicator GSB-III. 3) 4) Facultatief blok: deze vragen zijn niet aan alle respondenten gesteld. Significant hoger (+) of lager (-) dan het voorgaande jaar. Herziene cijfers (zie paragraaf 1.. Noot: De IVM-uitkomsten vormen een nieuwe reeks en zijn niet zonder meer vergelijkbaar met die van de VMR. 14

15 Tabel 2.2 Fysieke leefbaarheid woonbuurt naar politieregio, IVM 2009 In de buurt zijn de wegen, zijn perken, is het buiten goed zijn goede zijn goede paden en pleintjes plantsoenen en verlicht speelplekken voor voorzieningen voor goed onderhouden parken goed kinderen jongeren onderhouden % (helemaal) eens Nederland 63,6 0,5 64,2 0,4 72,9 0,4 52,8 0,5 18,9 0,4 Groningen 62,6 2,7 64,0 2,6 70,4 2,6 43,4 2,9-19,8 2,4 Fryslân 61,9 2,3 65,8 2,1 72,8 2,0 53,2 2,3 23,0 2,2 + Drenthe 62,5 3,4 60,8 3,5 73,6 3,1 54,2 3,6 18,9 2,8 IJsselland 66,5 2,5 64,6 2,6 70,7 2,4 59,2 2,6 + 22,1 2,2 + Twente 68,1 3,1 + 64,7 3,2 73,8 3,0 50,7 3,4 22,1 2,9 Noord- en Oost-Gelderland 65,8 2,6 65,5 2,5 74,0 2,4 53,6 2,8 17,6 2,3 Gelderland-Midden 65,3 1,1 + 65,0 1,1 71,8 1,1 52,1 1,2 18,0 0,9 Gelderland-Zuid 64,8 2,9 66,1 2,9 74,5 2,7 57,9 3,1 + 18,3 2,5 Utrecht 64,6 1,4 63,6 1,4 72,3 1,4 54,7 1,5 17,9 1,2 Noord-Holland Noord 66,8 1,7 + 65,8 1,7 74,1 1,6 55,8 1,8 + 20,6 1,6 Zaanstreek-Waterland 56,8 3,6-59,9 3,6-76,2 3,1 54,4 3,6 15,9 2,7 Kennemerland 62,7 3,5 64,3 3,5 79,9 2,9 + 58,8 3,6 + 18,3 2,9 Amsterdam-Amstelland 64,8 1,5 65,4 1,5 73,0 1,4 51,1 1,6 18,8 1,3 Gooi en Vechtstreek 65,2 2,2 65,1 2,2 75,6 1,9 + 52,5 2,3 18,3 1,8 Haaglanden 64,2 1,0 65,1 1,0 71,5 0,9-51,0 1,1-17,2 0,8 - Hollands Midden 64,5 3,1 67,4 3,0 77,4 2,7 + 53,8 3,2 21,2 2,7 Rotterdam-Rijnmond 61,3 0,7-63,6 0,7 70,2 0,6-52,2 0,7 18,0 0,5 Zuid-Holland-Zuid 63,7 3,2 69,2 3,1 + 76,3 2,8 + 51,7 3,4 17,9 2,6 Zeeland 63,6 1,7 64,9 1,7 72,2 1,6 49,8 1,8-20,4 1,5 Midden- en West-Brabant 58,5 2,1-59,7 2,1-71,9 1,8 52,0 2,2 18,4 1,8 Brabant-Noord 65,7 1,6 65,5 1,6 69,9 1,6-56,7 1,8 + 20,8 1,5 + Brabant-Zuid-Oost 62,5 1,7 63,1 1,7 71,8 1,6 55,0 1,8 + 19,7 1,5 Limburg-Noord 67,2 2,4 + 66,2 2,4 73,2 2,3 53,7 2,7 19,4 2,4 Limburg-Zuid 60,6 3,5 60,2 3,5-72,2 3,2 40,1 3,5-14,3 2,5 - Flevoland 61,4 2,4 61,5 2,3 72,5 2,1 54,6 2,4 16,9 1,9 Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Tabellenrapport 15

16 Tabel 2.3 Sociale cohesie in de woonbuurt naar politieregio, IVM 2009 De mensen De mensen Ik woon in een Ik voel me thuis Ik heb veel Ik ben tevreden kennen elkaar gaan in deze gezellige buurt, bij de mensen contact met over de bevolin deze buurt buurt op een waar veel saam- die in deze andere buurt- kingssamennauwelijks prettige manier horigheid is buurt wonen bewoners stelling in deze met elkaar om buurt % (helemaal) eens Nederland 25,8 0,4 69,5 0,4 45,0 0,5 63,8 0,5 39,7 0,5 70,9 0,4 Groningen 27,8 2,7 67,5 2,7 42,2 2,8 59,9 2,8-36,6 2,7 68,8 2,6 Fryslân 16,4 1,5-75,9 1,9 + 52,7 2,3 + 69,1 2,0 + 44,6 2,4 + 74,0 1,9 + Drenthe 18,0 2,8-73,3 3,1 + 50,0 3,6 + 68,8 3,3 + 45,4 3,5 + 71,3 3,2 IJsselland 19,6 1,9-75,0 2,1 + 53,1 2,6 + 70,3 2,2 + 44,0 2,7 + 73,7 2,2 + Twente 21,8 2,8-73,9 3,0 + 51,5 3,4 + 66,1 3,2 44,3 3,4 + 75,5 2,9 + Noord- en Oost-Gelderland 19,0 2,4-76,7 2,3 + 52,2 2,9 + 70,6 2,5 + 45,5 2,9 + 75,9 2,3 + Gelderland-Midden 26,3 1,0 71,8 1,0 + 44,7 1,2 62,6 1,1 38,9 1,2 71,3 1,0 Gelderland-Zuid 23,4 2,6 69,0 2,8 46,2 3,2 63,8 3,0 41,2 3,1 70,4 2,7 Utrecht 26,9 1,4 71,9 1,3 + 44,9 1,5 64,1 1,4 41,0 1,5 73,7 1,3 + Noord-Holland Noord 21,6 1,7-73,9 1,6 + 47,6 1,9 + 66,2 1,7 + 41,6 1,8 74,3 1,5 + Zaanstreek-Waterland 23,3 3,1 73,4 3,2 + 47,1 3,6 67,1 3,4 43,4 3,6 76,1 3,1 + Kennemerland 27,6 3,3 69,4 3,4 41,4 3,6 61,1 3,6 35,8 3,5 75,2 3,2 + Amsterdam-Amstelland 36,5 1,6 + 60,5 1,6-35,7 1,6-56,6 1,6-33,4 1,5-63,8 1,5 - Gooi en Vechtstreek 28,1 2,1 69,7 2,1 43,8 2,3 62,8 2,2 40,8 2,3 73,6 2,0 + Haaglanden 33,2 1,0 + 63,1 1,0-38,7 1,1-58,9 1,0-33,8 1,0-65,0 1,0 - Hollands Midden 24,0 2,8 73,4 2,8 + 48,0 3,2 63,7 3,1 39,0 3,2 75,6 2,7 + Rotterdam-Rijnmond 33,1 0,7 + 60,2 0,7-38,7 0,7-58,8 0,7-36,0 0,7-63,9 0,7 - Zuid-Holland-Zuid 22,7 2,8 68,4 3,1 39,9 3,3-61,2 3,3 39,8 3,3 70,6 3,0 Zeeland 20,7 1,5-71,9 1,6 + 46,6 1,8 66,7 1,7 + 42,5 1,8 + 74,2 1,6 + Midden- en West-Brabant 26,1 1,9 67,4 1,9 44,4 2,2 63,4 2,0 39,1 2,2 68,4 1,9 - Brabant-Noord 22,8 1,5-73,7 1,3 + 51,3 1,8 + 69,4 1,4 + 43,0 1,8 + 73,8 1,3 + Brabant-Zuid-Oost 25,7 1,5 70,1 1,6 45,8 1,8 66,0 1,6 + 38,4 1,7 70,3 1,5 Limburg-Noord 21,7 2,2-73,7 2,2 + 49,1 2,7 + 68,9 2,4 + 43,6 2,7 + 73,1 2,2 Limburg-Zuid 25,6 3,1 66,8 3,4 41,5 3,5 63,5 3,5 38,0 3,5 69,4 3,3 Flevoland 31,5 2,3 + 64,6 2,3-40,5 2,5-56,1 2,4-34,5 2,4-68,9 2,1 16

17 Tabel 2.4 Sociale cohesie (schaalscore) naar politieregio Verschil 2009 t.o.v ) schaalscore (0-10) Nederland 6,3 0,0 6,3 0,0 Groningen 6,2 0,2 6,1 0,1 - Fryslân 6,5 0,2 + 6,6 0,1 + Drenthe 6,6 0,2 + 6,5 0,1 + IJsselland 6,6 0,2 + 6,6 0,1 + Twente 6,7 0,2 + 6,5 0,1 + Noord- en Oost-Gelderland 6,7 0,1 + 6,6 0,1 + Gelderland-Midden 6,3 0,2 6,3 0,0 Gelderland-Zuid 6,3 0,2 6,3 0,1 Utrecht 6,2 0,1 6,2 0,1 Noord-Holland Noord 6,5 0,1 + 6,5 0,1 + Zaanstreek-Waterland 6,2 0,2 6,3 0,1 Kennemerland 6,1 0,2-6,1 0,1 Amsterdam-Amstelland 5,8 0,1-5,8 0,1 - Gooi en Vechtstreek 6,2 0,2 6,2 0,1 Haaglanden 5,9 0,0-5,9 0,0 - Hollands Midden 6,3 0,0 6,3 0,1 Rotterdam-Rijnmond 5,9 0,1-5,9 0,0 - Zuid-Holland-Zuid 6,2 0,1 6,2 0,1 Zeeland 6,5 0,1 + 6,4 0,1 + Midden- en West-Brabant 6,2 0,2 6,2 0,1 Brabant-Noord 6,6 0,1 + 6,5 0,1 + Brabant-Zuid-Oost 6,4 0,1 6,4 0,1 + Limburg-Noord 6,8 0,2 + 6,5 0,1 + - Limburg-Zuid 6,0 0,2-6,2 0,1 Flevoland 6,0 0,2-5,9 0,1 - Herziene cijfers (zie paragraaf 1.. 3) Significant hoger (+) of lager (-) dan het voorgaande jaar. Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Tabellenrapport 17

18 Tabel 2.5 Eigen inzet voor en oordeel over ontwikkeling woonbuurt naar politieregio, IVM 2009 Is zelf actief Oordeel over ontwikkeling woonbuurt geweest voor verbeteren Vooruit gegaan Gelijk gebleven Achteruit gegaan Geen mening Verschil 'buurt is woonbuurt vooruitgegaan' 'buurt is achteruitgegaan' % Nederland 17,5 0,4 13,8 0,3 67,1 0,4 14,8 0,3 4,3 0,2-1,0 0,5 Groningen 15,2 1,9 14,4 2,1 65,9 2,7 14,9 1,9 4,8 1,2-0,5 3,1 Fryslân 19,7 1,8 + 13,8 1,6 71,5 2,1 + 10,6 1,3-4,1 0,9 3,2 2,2 + Drenthe 18,4 2,7 15,8 2,6 67,8 3,3 12,6 2,4 3,9 1,4 3,2 3,8 IJsselland 19,1 2,1 13,6 1,8 71,4 2,3 + 11,3 1,5-3,6 0,9 2,3 2,4 + Twente 17,5 2,6 12,5 2,4 70,2 3,1 13,7 2,3 3,7 1,3-1,2 3,6 Noord- en Oost-Gelderland 19,1 2,2 12,5 1,9 73,6 2,5 + 10,5 1,7-3,4 0,9 2,0 2,7 Gelderland-Midden 17,3 0,9 12,5 0,7-69,4 1,0 + 13,5 0,7-4,6 0,4-1,0 1,1 Gelderland-Zuid 19,4 2,5 13,5 2,2 69,4 2,8 12,5 1,9-4,5 1,2 1,0 3,1 Utrecht 17,9 1,1 13,0 1,1 68,1 1,4 14,4 1,1 4,4 0,6-1,5 1,6 Noord-Holland Noord 19,3 1,5 + 13,6 1,3 71,3 1,7 + 12,4 1,2-2,7 0,5-1,2 1,9 Zaanstreek-Waterland 18,7 2,8 11,7 2,3 68,5 3,4 16,6 2,7 3,2 1,3-4,9 3,9 Kennemerland 16,6 2,7 13,9 2,6 68,7 3,4 13,1 2,4 4,4 1,5 0,8 3,8 Amsterdam-Amstelland 16,8 1,2 22,8 1,4 + 53,0 1,6-17,9 1,2 + 6,3 0,8 + 4,9 2,0 + Gooi en Vechtstreek 18,1 1,8 11,7 1,5-70,0 2,1 + 14,8 1,6 3,5 0,8-3,2 2,4 Haaglanden 15,9 0,8-13,8 0,7 61,8 1,0-19,6 0,8 + 4,8 0,4-5,7 1,2 - Hollands Midden 15,5 2,3 12,3 2,2 69,9 2,9 14,3 2,3 3,4 1,0-2,0 3,3 Rotterdam-Rijnmond 16,8 0,5 16,3 0,5 + 57,5 0,7-20,9 0,6 + 5,3 0,3 + -4,6 0,9 - Zuid-Holland-Zuid 15,8 2,4 13,4 2,3 66,9 3,1 16,7 2,4 3,1 1,1-3,3 3,6 Zeeland 16,9 1,3 12,8 1,3 70,0 1,7 + 14,3 1,3 2,8 0,6 - -1,5 1,9 Midden- en West-Brabant 16,1 1,5 11,5 1,4-69,7 1,9 + 14,2 1,3 4,7 0,8-2,7 2,0 Brabant-Noord 19,5 1,4 + 13,5 1,3 70,4 1,6 + 12,5 1,1-3,6 0,5-1,0 1,8 Brabant-Zuid-Oost 17,7 1,3 13,0 1,2 69,1 1,6 12,5 1,0-5,4 0,9 + 0,5 1,7 Limburg-Noord 19,7 2,2 13,5 1,9 68,8 2,5 13,6 1,8 4,1 0,9-0,1 2,8 Limburg-Zuid 15,6 2,6 10,7 2,2-67,3 3,4 17,4 2,7 4,6 1,6-6,7 3,7 - Flevoland 18,4 1,9 13,7 1,9 65,4 2,3 17,6 1,7 + 3,2 0,9 - -3,9 2,7 18

19 Tabel 2.5A Eigen inzet voor woonbuurt naar politieregio Verschil 2009 t.o.v % zelf actief geweest Nederland 16,4 0,5 17,5 0,4 + Groningen 15,3 3,3 15,2 1,9 Fryslân 17,3 3,0 19,7 1,8 + Drenthe 18,1 3,1 18,4 2,7 IJsselland 16,9 2,9 19,1 2,1 Twente 17,4 3,8 17,5 2,6 Noord- en Oost-Gelderland 17,3 3,1 19,1 2,2 Gelderland-Midden 17,3 3,2 17,3 0,9 Gelderland-Zuid 17,6 3,3 19,4 2,5 Utrecht 17,2 1,0 17,9 1,1 Noord-Holland Noord 16,7 2,9 19,3 1,5 + Zaanstreek-Waterland 15,0 3,3 18,7 2,8 Kennemerland 13,7 2,7 16,6 2,7 Amsterdam-Amstelland 16,8 1,3 16,8 1,2 Gooi en Vechtstreek 17,7 3,2 18,1 1,8 Haaglanden 15,6 0,9 15,9 0,8 - Hollands Midden 16,1 0,9 15,5 2,3 Rotterdam-Rijnmond 14,8 1,7 16,8 0,5 Zuid-Holland-Zuid 15,8 3,1 15,8 2,4 Zeeland 16,7 3,0 16,9 1,3 Midden- en West-Brabant 17,3 3,4 16,1 1,5 Brabant-Noord 18,4 3,0 19,5 1,4 + Brabant-Zuid-Oost 17,7 2,9 17,7 1,3 Limburg-Noord 15,7 3,0 19,7 2,2 Limburg-Zuid 13,1 2,8-15,6 2,6 Flevoland 15,5 3,2 18,4 1,9 Herziene cijfers (zie paragraaf 1.. Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Tabellenrapport 19

20 Tabel 2.5B Oordeel over ontwikkeling woonbuurt naar politieregio Verschil 2009 t.o.v verschil vooruitgegaan - achteruitgegaan (%) 3) Nederland 0,9 0,8-1,0 0,5 - Groningen 4,2 4,7-0,5 3,1 Fryslân 0,3 3,8 3,2 2,2 + Drenthe 7,3 4,2 + 3,2 3,8 IJsselland 6,6 4,6 + 2,3 2,4 + Twente 6,7 4,5 + -1,2 3,6 Noord- en Oost-Gelderland 3,5 4,2 2,0 2,7 Gelderland-Midden 4,4 4,2-1,0 1,1 - Gelderland-Zuid -2,5 4,4 1,0 3,1 Utrecht 0,5 1,5-1,5 1,6 Noord-Holland Noord 4,8 4,3 1,2 1,9 Zaanstreek-Waterland -7,7 4,1 - -4,9 3,9 Kennemerland 7,7 5,3 + 0,8 3,8 Amsterdam-Amstelland 4,2 2,2 + 4,9 2,0 + Gooi en Vechtstreek -3,0 4,5-3,2 2,4 Haaglanden -7,1 1,5 - -5,7 1,2 - Hollands Midden 0,1 1,3-2,0 3,3 Rotterdam-Rijnmond -8,3 2,7 - -4,6 0,9 - + Zuid-Holland-Zuid -0,9 4,4-3,3 3,6 Zeeland 0,9 4,3-1,5 1,9 Midden- en West-Brabant -0,5 4,5-2,7 2,0 Brabant-Noord 4,1 4,3 1,0 1,8 Brabant-Zuid-Oost 3,2 3,8 0,5 1,7 Limburg-Noord 5,3 6,3-0,1 2,8 Limburg-Zuid -1,1 5,9-6,7 3,7 - Flevoland -1,0 5,4-3,9 2,7 Herziene cijfers (zie paragraaf 1.. 3) Verschil tussen het aandeel dat vindt dat de buurt is vooruitgegaan en het aandeel dat vindt dat de buurt is achteruitgegaan. 20

21 Tabel 2.6A Beoordeling woonomgeving naar politieregio Verschil 2009 t.o.v rapportcijfer Nederland 7,4 0,0 7,4 0,0 Groningen 7,4 0,1 7,4 0,1 Fryslân 7,5 0,1 7,5 0,0 + Drenthe 7,6 0,1 + 7,6 0,1 + IJsselland 7,7 0,1 + 7,5 0,1 + - Twente 7,6 0,1 + 7,4 0,1 Noord- en Oost-Gelderland 7,7 0,1 + 7,6 0,1 + Gelderland-Midden 7,5 0,1 7,5 0,0 + Gelderland-Zuid 7,5 0,1 7,5 0,1 Utrecht 7,4 0,0 7,4 0,0 Noord-Holland Noord 7,6 0,1 + 7,5 0,0 + Zaanstreek-Waterland 7,4 0,1 7,4 0,1 Kennemerland 7,5 0,1 7,4 0,1 Amsterdam-Amstelland 7,2 0,1-7,2 0,0 - Gooi en Vechtstreek 7,6 0,1 + 7,5 0,1 + Haaglanden 7,3 0,0-7,3 0,0 - Hollands Midden 7,5 0,0 7,4 0,1 Rotterdam-Rijnmond 7,2 0,1-7,2 0,0 - Zuid-Holland-Zuid 7,4 0,1 7,4 0,1 Zeeland 7,5 0,1 7,5 0,0 + Midden- en West-Brabant 7,3 0,1 7,4 0,0 Brabant-Noord 7,5 0,1 7,5 0,0 + Brabant-Zuid-Oost 7,5 0,1 7,5 0,0 + Limburg-Noord 7,5 0,1 7,5 0,1 + Limburg-Zuid 7,4 0,2 7,3 0,1 - Flevoland 7,4 0,1 7,3 0,1 - Herziene cijfers (zie paragraaf 1.. Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Tabellenrapport 21

22 Tabel 2.6B Beoordeling leefbaarheid woonbuurt naar politieregio Verschil 2009 t.o.v rapportcijfer Nederland 7,4 0,0 7,3 0,0 - Groningen 7,3 0,1 7,2 0,1 - Fryslân 7,4 0,0 7,4 0,0 + Drenthe 7,4 0,1 7,4 0,1 + IJsselland 7,5 0,1 + 7,5 0,1 + Twente 7,5 0,1 7,5 0,1 + Noord- en Oost-Gelderland 7,5 0,1 + 7,5 0,1 + Gelderland-Midden 7,4 0,0 7,4 0,0 Gelderland-Zuid 7,4 0,1 7,4 0,1 Utrecht 7,3 0,0 7,3 0,0 Noord-Holland Noord 7,4 0,0 + 7,4 0,0 + Zaanstreek-Waterland 7,4 0,1 7,4 0,1 Kennemerland 7,4 0,1 7,4 0,1 Amsterdam-Amstelland 7,1 0,0-7,1 0,0 - Gooi en Vechtstreek 7,4 0,1 7,4 0,1 + Haaglanden 7,2 0,0-7,2 0,0 - Hollands Midden 7,5 0,1 + 7,5 0,1 + Rotterdam-Rijnmond 7,1 0,0-7,1 0,0 - Zuid-Holland-Zuid 7,3 0,1 7,3 0,1 Zeeland 7,4 0,0 7,4 0,0 + Midden- en West-Brabant 7,3 0,0 7,3 0,0 Brabant-Noord 7,4 0,0 + 7,4 0,0 + Brabant-Zuid-Oost 7,4 0,0 7,4 0,0 + Limburg-Noord 7,4 0,1 7,4 0,1 + Limburg-Zuid 7,2 0,1-7,2 0,1 - Flevoland 7,2 0,1-7,2 0,1 - Herziene cijfers (zie paragraaf

23 Tabel 2.6C Beoordeling veiligheid woonbuurt naar politieregio Verschil 2009 t.o.v rapportcijfer Nederland 7,0 0,0 6,9 0,0 - Groningen 7,0 0,1 6,9 0,1 Fryslân 7,4 0,1 + 7,1 0,1 + - Drenthe 7,3 0,1 + 7,1 0,1 + IJsselland 7,3 0,1 + 7,2 0,1 + Twente 7,3 0,1 + 7,2 0,1 + Noord- en Oost-Gelderland 7,3 0,1 + 7,2 0,1 + Gelderland-Midden 7,1 0,1 6,9 0,0 - Gelderland-Zuid 7,1 0,1 7,0 0,1 Utrecht 6,8 0,0-6,8 0,0 - Noord-Holland Noord 7,2 0,1 + 7,0 0,1 + - Zaanstreek-Waterland 7,0 0,1 7,1 0,1 + Kennemerland 7,2 0,1 7,1 0,1 + Amsterdam-Amstelland 6,7 0,1-6,7 0,1 - Gooi en Vechtstreek 7,2 0,1 + 6,9 0,1 - Haaglanden 6,7 0,0-6,7 0,0 - Hollands Midden 7,0 0,0 7,1 0,1 + Rotterdam-Rijnmond 6,7 0,1-6,7 0,0 - Zuid-Holland-Zuid 7,1 0,1 7,0 0,1 Zeeland 7,3 0,1 + 7,1 0,1 + - Midden- en West-Brabant 7,0 0,1 6,8 0,1 - Brabant-Noord 7,1 0,1 7,0 0,0 - Brabant-Zuid-Oost 7,0 0,1 6,9 0,1 - Limburg-Noord 7,1 0,2 7,0 0,1 Limburg-Zuid 6,8 0,2-6,8 0,1 - Flevoland 7,1 0,1 6,9 0,1 Herziene cijfers (zie paragraaf 1.. Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Tabellenrapport 23

24 Tabel 2.7 Oordeel over inzet gemeente voor leefbaarheid en veiligheid woonbuurt naar politieregio, IVM 2009 De gemeente heeft aandacht informeert de betrekt de buurt is bereikbaar reageert op doet wat ze voor het verbe- buurt over de bij de aanpak voor meldingen meldingen en zegt bij het teren van leef- aanpak van van leefbaar- en klachten klachten over verbeteren van baarheid en leefbaarheid heid en veilig- over leefbaar- de leefbaarheid leefbaarheid veiligheid in de en veiligheid heid in de buurt heid en over- en de overlast en veiligheid buurt in de buurt last in de buurt in de buurt in de buurt % (helemaal) eens Nederland 49,0 0,7 47,3 0,7 39,8 0,7 50,2 0,7 31,5 0,6 24,8 0,6 Groningen 46,2 2,9 42,2 2,9-35,7 2,8-49,0 2,9 28,9 2,7 22,6 2,5 Fryslân 43,7 2,4-39,2 2,4-34,3 2,3-49,0 2,4 30,9 2,3 23,3 2,2 Drenthe 48,3 3,6 48,0 3,6 40,2 3,5 54,2 3,5 33,0 3,4 24,3 3,1 IJsselland 50,8 2,7 49,2 2,6 42,9 2,6 52,0 2,6 31,3 2,5 25,8 2,4 Twente 51,0 3,7 48,2 3,7 41,2 3,7 52,8 3,7 35,6 3,6 25,8 3,3 Noord- en Oost-Gelderland 47,9 2,9 42,9 2,9-38,4 2,9 52,4 2,8 32,8 2,9 23,7 2,7 Gelderland-Midden 48,4 1,2 44,1 1,2-38,0 1,2 45,3 1,2-30,0 1,1 24,7 1,1 Gelderland-Zuid 49,0 3,1 45,2 3,1 40,1 3,1 54,1 3,1 + 34,1 3,1 24,8 2,8 Utrecht 48,0 3,7 53,1 3,6 + 40,7 3,6 54,3 3,6 31,5 3,5 27,0 3,4 Noord-Holland Noord 46,3 1,9-43,9 1,9-36,8 1,9-47,0 1,9-30,5 1,8 23,8 1,7 Zaanstreek-Waterland 44,7 3,6 50,4 3,6 38,9 3,6 48,3 3,6 32,2 3,4 23,8 3,1 Kennemerland 51,4 3,6 50,6 3,6 41,8 3,6 47,6 3,6 31,2 3,4 25,1 3,2 Amsterdam-Amstelland 54,6 4,2 + 54,2 4,2 + 44,5 4,2 46,8 4,2 27,5 3,8 26,2 3,8 Gooi en Vechtstreek 46,8 3,0 47,1 3,0 39,2 2,9 47,3 3,0 28,7 2,7 25,7 2,7 Haaglanden 47,9 1,4 44,6 1,4-36,1 1,3-44,2 1,4-28,7 1,3-23,6 1,2 Hollands Midden 47,3 3,7 47,0 3,7 38,0 3,6 53,7 3,7 32,5 3,4 23,6 3,2 Rotterdam-Rijnmond 57,4 4,2 + 54,5 4,3 + 47,3 4,3 + 55,1 4,2 35,7 4,1 26,4 3,8 Zuid-Holland-Zuid 49,0 3,4 46,4 3,4 38,9 3,3 47,0 3,4 27,7 3,1-23,3 3,0 Zeeland 52,9 4,0 50,2 4,0 43,9 4,0 59,7 3,9 + 37,9 3,9 + 30,6 3,8 + Midden- en West-Brabant 44,4 2,2-44,1 2,2-37,8 2,2 48,9 2,2 29,4 2,1 23,2 2,0 Brabant-Noord 50,0 1,8 44,4 1,8-39,4 1,8 49,2 1,8 33,9 1,9 26,7 1,8 Brabant-Zuid-Oost 48,3 1,8 47,5 1,8 41,1 1,9 47,2 1,8-30,4 1,8 22,7 1,6 Limburg-Noord 51,0 2,7 46,9 2,7 41,0 2,8 53,8 2,7 + 33,2 2,7 27,2 2,6 Limburg-Zuid 43,9 3,5-43,3 3,5-35,3 3,4-46,7 3,6 30,1 3,3 22,5 3,0 Flevoland 47,9 3,9 49,5 3,8 37,9 3,7 48,3 3,9 30,9 3,7 23,9 3,4 Facultatief blok: deze vragen zijn niet aan alle respondenten gesteld. 24

25 3. Buurtproblemen Tabel 3.1 Problemen woonbuurt landelijk overzicht VMR IVM IV 2009-IV Verschil ) 2009 Verschil 2009 t.o.v t.o.v ) ) Verloedering % 'komt vaak voor' Bekladding van muren en/of gebouwen 6,2 0,6 6,3 0,6 8,9 0,4 8,1 0,2 - Rommel op straat 19,5 1,0 20,6 1,0 20,2 0,6 21,3 0,4 + Hondenpoep 27,8 1,1 28,7 1,1 33,0 0,7 31,9 0,4 Vernieling van telefooncellen, bus- of tramhokjes 13,7 0,9 13,0 0,8 14,0 0,5 11,8 0,3 - schaalscore (0-10) Fysieke verloedering 3,0 0,1 3,0 0,1 3,7 0,0 3,6 0,0 - Dreiging en sociale overlast % 'komt vaak voor' Overlast van groepen jongeren 10,7 0,8 10,2 0,8 11,3 0,5 11,9 0,3 Mensen die op straat worden lastig gevallen 1,4 0,3 1,2 0,3 2,0 0,2 2,1 0,1 Drugsoverlast 5,2 0,6 5,6 0,6 4,8 0,4 4,9 0,2 Dronken mensen op straat 6,0 0,6 6,1 0,6 6,2 0,4 6,8 0,2 Bedreiging.... 2,1 0,2 2,2 0,1 Gewelddelicten.... 2,1 0,3 1,9 0,1 Straatroof.... 0,9 0,1 0,8 0,1 Vrouwen en meisjes die op straat ongewenst aandacht krijgen.... 3,3 0,3 3,3 0,2 Jeugdcriminaliteit.... 5,3 0,4 4,9 0,2 schaalscore (0-10) Sociale overlast 1,3 0,0 1,3 0,0 1,7 0,0 1,7 0,0 Dreiging.... 1,2 0,0 1,1 0,0 Overlast van vermogensdelicten % 'komt vaak voor' Fietsendiefstal ,1 0,5 9,8 0,3 Diefstal uit auto's.... 6,3 0,4 6,3 0,2 Beschadiging of vernieling aan auto's en diefstal vanaf auto's ,0 0,5 10,2 0,3 Inbraak in woningen.... 6,7 0,4 6,8 0,2 schaalscore (0-10) Overlast van vermogensdelicten.... 2,7 0,0 2,7 0,0 Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Tabellenrapport 25

Integrale Veiligheidsmonitor Tabellenrapport

Integrale Veiligheidsmonitor Tabellenrapport Integrale Veiligheidsmonitor 2010 Tabellenrapport 06 07 08 09 10 11 12 13 Integrale Veiligheidsmonitor 2010 Tabellenrapport Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken ** = nader voorlopig cijfer * = voorlopig

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor 2008 Tabellenrapport

Integrale Veiligheidsmonitor 2008 Tabellenrapport Integrale Veiligheidsmonitor 2008 Tabellenrapport Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim - = nihil - = (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met 0 (0,0) =

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Rijk 2008 Tabellenrapport

Veiligheidsmonitor Rijk 2008 Tabellenrapport Veiligheidsmonitor Rijk 2008 Tabellenrapport Centraal Bureau voor de Statistiek Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien voorkomend tussen twee getallen)

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Rijk 2007 Tabellenrapport

Veiligheidsmonitor Rijk 2007 Tabellenrapport Veiligheidsmonitor Rijk 2007 Tabellenrapport Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met 0 (0,0) = het getal

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor 2011

Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Factsheet Embargo tot 1 maart 2012, 9.30 uur Nederland Heerlen, februari 2012 Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer ** = nader voorlopig cijfer

Nadere informatie

Persbericht. Gevoelens van onveiligheid iets verminderd. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Gevoelens van onveiligheid iets verminderd. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-015 1 maart 2012 9.30 uur Gevoelens van onveiligheid iets verminderd Minder Nederlanders voelen zich onveilig Slachtofferschap veel voorkomende criminaliteit

Nadere informatie

Politiemonitor Bevolking 2004 Tabellenrapport

Politiemonitor Bevolking 2004 Tabellenrapport Politiemonitor Bevolking 2004 Tabellenrapport Den Haag/Hilversum, april 2004 Colofon In deze rapportage treft u de resultaten aan van de zevende meting van het landelijke onderzoek Politiemonitor Bevolking

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor 2011

Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Tabellenrapport 07 08 09 10 11 12 13 14 Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Tabellenrapport Verklaring van tekens. gegevens ontbreken * voorlopig cijfer ** nader voorlopig

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Politieregio Utrecht Tabellenrapport

Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Politieregio Utrecht Tabellenrapport Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Politieregio Utrecht Tabellenrapport DIMENSUS beleidsonderzoek Juni 2010 Projectnummer 379 Colofon Informatie DIMENSUS Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1c 4818 AA Breda

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB09-024 31 maart 2009 9.30 uur Veiligheidsgevoel maakt pas op de plaats Aantal slachtoffers veel voorkomende criminaliteit verder gedaald Gevoel van veiligheid

Nadere informatie

Persbericht. Criminaliteit nauwelijks gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Criminaliteit nauwelijks gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11018 1 maart 2011 9.30 uur Criminaliteit nauwelijks gedaald www.cbs.nl Lichte afname slachtoffers veel voorkomende criminaliteit Gevoelens van veiligheid

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Landelijke rapportage

Integrale Veiligheidsmonitor Landelijke rapportage Integrale Veiligheidsmonitor 2009 Landelijke rapportage Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken ** = nader voorlopig cijfer * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien voorkomend tussen twee

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor 2008 Landelijke rapportage

Integrale Veiligheidsmonitor 2008 Landelijke rapportage Integrale Veiligheidsmonitor 2008 Landelijke rapportage Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met 0 (0,0)

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-030 23 april 2010 9.30 uur Aantal slachtoffers criminaliteit stabiel, meer vandalisme Aantal ondervonden delicten stijgt door meer vandalisme Aantal

Nadere informatie

Tabellen Veiligheidsmonitor 2008 Leiden

Tabellen Veiligheidsmonitor 2008 Leiden Veiligheidsmonitor 2008, gemeente 1 Tabellen Veiligheidsmonitor 2008 In deze bijlage worden de uitkomsten van de monitor weergegeven in tabellen. Van de volgende gebieden worden cijfers gepresenteerd:

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Landelijke rapportage

Integrale Veiligheidsmonitor Landelijke rapportage Integrale Veiligheidsmonitor 2010 Landelijke rapportage 06 07 08 09 10 11 12 13 Integrale Veiligheidsmonitor 2010 Landelijke rapportage 1 Centraal Bureau voor de Statistiek Verklaring van tekens. = gegevens

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor 2011

Integrale Veiligheidsmonitor 2011 07 08 09 Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Landelijke rapportage 10 11 12 13 14 Centraal Bureau voor de Statistiek Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Landelijke rapportage 1 Centraal Bureau voor de Statistiek

Nadere informatie

Hoe veilig is Leiden?

Hoe veilig is Leiden? Hoe veilig is? Veiligheidsmonitor gemeente Tabellenrapport April 2014 Colofon Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563, 7500 AN Enschede Rapportnummer 2014/015 Datum April 2014 Opdrachtgever Auteurs

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Buurtrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is de buurt? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek!" ##

Centraal Bureau voor de Statistiek! ## Centraal Bureau voor de Statistiek!" ## Projectnummer: BPA-nummer: Datum: 1 maart 2013 1. Doorontwikkeling van Integrale Veiligheidsmonitor (IVM) naar Veiligheidsmonitor (VM) 1.1 Inleiding Gedurende de

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Es Juli 202 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Es Hoe leefbaar en veilig is de Es? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is de? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2010 Gemeente Leiden

Veiligheidsmonitor 2010 Gemeente Leiden Veiligheidsmonitor Gemeente Leiden Resultaten per stadsdeel en in de tijd Mediad Rotterdam, maart 2011 Veiligheidsmonitor, Gemeente Leiden 1 In dit overzicht worden de uitkomsten van de Veiligheidsmonitor

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Woolde Augustus 2010

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Woolde Augustus 2010 Veiligheidsmonitor Wijkrapport Augustus 2010 Wijkrapport Augustus 2010 Hoe leefbaar en veilig is Integrale Veiligheidsmonitor Inleiding Eind heeft de gemeente voor het eerst deelgenomen aan de Integrale

Nadere informatie

Colofon. Het overnemen uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld.

Colofon. Het overnemen uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld. Hoe veilig is Leiden? Integrale Veiligheidsmonitor gemeente Leiden Bijlagenrapport April 2012 Colofon Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563, 7500 AN Enschede Rapportnummer 2012/022 Datum April

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is het? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft de gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Hoe leefbaar en veilig is? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft de gemeente voor de tweede keer deelgenomen

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Rijk 2007 Landelijke rapportage

Veiligheidsmonitor Rijk 2007 Landelijke rapportage Veiligheidsmonitor Rijk 2007 Landelijke rapportage Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met 0 (0,0) = het

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2009 Gemeente Leiden

Veiligheidsmonitor 2009 Gemeente Leiden Veiligheidsmonitor 2009 Gemeente Leiden Resultaten per district en in de tijd Bureau Onderzoek Op Maat april 2010 Veiligheidsmonitor 2009, gemeente Leiden 1 In dit overzicht worden de uitkomsten van de

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Buitengebied Augustus 2010

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Buitengebied Augustus 2010 Veiligheidsmonitor Wijkrapport Augustus 2010 Wijkrapport Augustus 2010 Hoe leefbaar en veilig is het Integrale Veiligheidsmonitor Inleiding Eind heeft de gemeente voor het eerst deelgenomen aan de Integrale

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Rijk 2008 Landelijke rapportage

Veiligheidsmonitor Rijk 2008 Landelijke rapportage Veiligheidsmonitor Rijk 2008 Landelijke rapportage Centraal Bureau voor de Statistiek Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien voorkomend tussen twee

Nadere informatie

VeiligheidsMonitor. Elke Moons en Ger Linden, Geocongres 30 juni 2016

VeiligheidsMonitor. Elke Moons en Ger Linden, Geocongres 30 juni 2016 VeiligheidsMonitor Elke Moons en Ger Linden, Geocongres 30 juni 2016 Opzet presentatie Ontwikkeling 2005-heden Huidige onderzoeksinstrument Enkele landelijke trends (Laag)regionale mogelijkheden Politie-indeling

Nadere informatie

Fact sheet. Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland Politie Eenheid Amsterdam. Veiligheidsbeleving buurt. nummer 4 februari 2013

Fact sheet. Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland Politie Eenheid Amsterdam. Veiligheidsbeleving buurt. nummer 4 februari 2013 Politie Eenheid Fact sheet nummer 4 februari 213 Veiligheidsmonitor -Amstelland 28-212 Deze fact sheet brengt de veiligheid in de regio -Amstelland tussen 28 en 212 in kaart. blijkt op verschillende indicatoren

Nadere informatie

7,5 50,4 7,2. Gemeente Enkhuizen, Leefbaarheid. Overlast in de buurt Enkhuizen. Veiligheidsbeleving Enkhuizen

7,5 50,4 7,2. Gemeente Enkhuizen, Leefbaarheid. Overlast in de buurt Enkhuizen. Veiligheidsbeleving Enkhuizen Leefbaarheid 7,5 Leefbaarheid (rapportcijfer) : 7,5 Fysieke voorzieningen (score) Sociale cohesie in de buurt (score) Aanpak gemeente L&V (% (zeer) ) Gemeente, 2015 6,3 29,0 38,2 Overlast in de buurt %

Nadere informatie

Hoe beoordelen Almeerders de leefbaarheid en veiligheid in hun buurt?

Hoe beoordelen Almeerders de leefbaarheid en veiligheid in hun buurt? VEILIGHEIDSMONITOR-WIJKPEILING ALMERE 2017 Hoe beoordelen Almeerders de leefbaarheid en veiligheid in hun buurt? 23 mei 2018 Meer weten over uw eigen wijk? Ga naar www.wijkmonitoralmere.nl 1. INTRODUCTIE

Nadere informatie

Leefbaarheid Inhoud. Gekozen gebied: Provincie: Gelderland Gekozen vergelijkingsgebied: Nederland

Leefbaarheid Inhoud. Gekozen gebied: Provincie: Gelderland Gekozen vergelijkingsgebied: Nederland Leefbaarheid - 2011 In dit rapport staat de leefbaarheid van de woonomgeving centraal. Aan de respondenten is gevraagd hun mening te geven over de kwaliteit van de fysieke buurtvoorzieningen. Men kon het

Nadere informatie

Voorpublicatie Diversiteit in cijfers 2005

Voorpublicatie Diversiteit in cijfers 2005 08 07 Voorpublicatie Diversiteit in cijfers 2005 Karin Hagoort, Kathleen Geertjes en Osman Baydar Centrum voor Beleidsstatistiek (maatwerk) Voorburg/Heerlen, 2008 Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken

Nadere informatie

Resultaten gemeentebeleidsmonitor Veiligheid en leefbaarheid

Resultaten gemeentebeleidsmonitor Veiligheid en leefbaarheid Resultaten gemeentebeleidsmonitor 217 Veiligheid en leefbaarheid 1. Inleiding Om de twee jaar wordt er een onderzoek, de zogeheten gemeentebeleidsmonitor, uitgevoerd onder de inwoners naar verschillende

Nadere informatie

LEEFBAARHEIDSMONITOR EDE 2015 EN TRENDS WIJKEN/BUURTEN

LEEFBAARHEIDSMONITOR EDE 2015 EN TRENDS WIJKEN/BUURTEN LEEFBAARHEIDSMONITOR EDE 2015 EN TRENDS WIJKEN/BUURTEN 2005-2015 OPZET EN UITVOERING Sinds 1999 voert de gemeente Ede elke twee jaar een onderzoek uit naar leefbaarheid en veiligheid in de buurt. Tot en

Nadere informatie

Verhuizingen 0n n van personen tussen Twentse gemeenten, 2007

Verhuizingen 0n n van personen tussen Twentse gemeenten, 2007 08 Verhuizingen 0n n van personen tussen Twentse gemeenten, 2007 Harold Kroeze en Ivo Gorissen Centrum voor Beleidsstatistiek Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig

Nadere informatie

Hoe veilig is Katwijk?

Hoe veilig is Katwijk? Hoe veilig is Katwijk? Integrale Veiligheidsmonitor gemeente Katwijk Juni 2012 Hoe veilig is Katwijk? Integrale Veiligheidsmonitor gemeente Katwijk Juni 2012 Colofon Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus

Nadere informatie

Arbeidsparticipatie icipatie Almere 2006

Arbeidsparticipatie icipatie Almere 2006 0i08 08 Arbeidsparticipatie icipatie Almere 2006 Maaike Hersevoort en Nicol Sluiter Centrum voor Beleidsstatistiek (maatwerk) Den Haag/Heerlen, 2009 Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig

Nadere informatie

Verschillen in cijfers over huisartscontacten. en de statistiek tiek Geregistreerde contacten met de huisarts

Verschillen in cijfers over huisartscontacten. en de statistiek tiek Geregistreerde contacten met de huisarts m0 Verschillen in cijfers over huisartscontacten tussen 0u sen POLS-Gezondheid en de statistiek tiek Geregistreerde contacten met de huisarts Publicatiedatum CBS-website: november 2009 Den Haag/Heerlen

Nadere informatie

Notitie Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland 2008-2011

Notitie Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland 2008-2011 Notitie Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland 28-211 Deze notitie brengt op basis van de Amsterdamse Veiligheidsmonitor de leefbaarheid en veiligheid in de regio Amsterdam-Amstelland tussen 28 en 211

Nadere informatie

De Eindhovense Veiligheidsindex. Eindhoven, oktober 11

De Eindhovense Veiligheidsindex. Eindhoven, oktober 11 De Eindhovense Eindhoven, oktober 11 Inhoud 1 Inleiding 1 2 Objectieve index: 3 2.I Inbraak 3 2.II Diefstal 4 2.III Geweld 4 2.IV Overlast/vandalisme 4 2.V Veilig ondernemen (niet in index) 5 3 Subjectieve

Nadere informatie

Hoe veilig is Noord-Holland Noord?

Hoe veilig is Noord-Holland Noord? Hoe veilig is Noord-Holland Noord? Integrale Veiligheidsmonitor Noord-Holland Noord 2011 April 2012 Colofon Uitgave I&O Research BV Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel.nr. 0229-282555 Rapportnummer 2012-1833

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2008 Hollands Midden

Veiligheidsmonitor 2008 Hollands Midden Veiligheidsmonitor 2008 juni 2009 een onderzoek in opdracht van de Veiligheidsregio Onderzoeker Projectleider Opdrachtgever Andrea van der Meide Liesbeth Wendrich Paul van Wensveen Jolanda Verdurmen Veiligheidsregio

Nadere informatie

Colofon. Het overnemen uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld.

Colofon. Het overnemen uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld. Hoe veilig is Bloemendaal? Integrale Veiligheidsmonitor Gemeente Bloemendaal 2011 Juni 2012 Colofon Uitgave I&O Research BV Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel.nr. 0229-282555 Rapportnummer 2012-1866

Nadere informatie

Prijsindexcijfers 0f Reclamediensten

Prijsindexcijfers 0f Reclamediensten 07 Prijsindexcijfers 0f Reclamediensten Michel van Veen Publicatiedatum CBS-website: 20 november 2008 Den Haag/Heerlen, 2008 Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Groningen 2011 Barometer voor lokale veiligheid VEENDAM

Veiligheidsmonitor Groningen 2011 Barometer voor lokale veiligheid VEENDAM Veiligheidsmonitor Groningen 2011 Barometer voor lokale veiligheid VEENDAM Veiligheidsmonitor 2011 Barometer voor lokale veiligheid Gemeente Veendam April 2012 Colofon Titel: Veiligheidsmonitor Groningen

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor 2011

Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Eindrapport gemeente Hengelo 2011 Juli 2012 Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Eindrapport gemeente Hengelo 2011 Juli 2012 Colofon Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus

Nadere informatie

Leefbaarheid en veiligheid

Leefbaarheid en veiligheid Leefbaarheid en veiligheid In de buurt volgens de inwoners van de Drechtsteden in 2013 Leefbaarheid en veiligheid zijn belangrijke thema s binnen gemeenten. Dat is niet verwonderlijk, want burgers wonen

Nadere informatie

2012 b 2013 b 2012 b 2013 b (% één of meer keer slachtoffer)

2012 b 2013 b 2012 b 2013 b (% één of meer keer slachtoffer) 338 Criminaliteit en rechtshandhaving 2013 Tabellen bij hoofdstuk 3 Tabel 3.5 Slachtofferschap en door burgers ondervonden delicten naar delictsoort, volgens de VM a 2012 b 2013 b 2012 b 2013 b (% één

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2011 Gemeente Woerden

Veiligheidsmonitor 2011 Gemeente Woerden Veiligheidsmonitor 20 Gemeente Woerden Onderzoek uitgevoerd in opdracht van Gemeente Woerden DIMENSUS beleidsonderzoek April 202 Projectnummer 475 Samenvatting 3 Inleiding. Leefbaarheid van de buurt 3.

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Groningen 2011 Barometer voor lokale veiligheid HAREN

Veiligheidsmonitor Groningen 2011 Barometer voor lokale veiligheid HAREN Veiligheidsmonitor Groningen 2011 Barometer voor lokale veiligheid HAREN Veiligheidsmonitor 2011 Barometer voor lokale veiligheid Gemeente Haren April 2012 Colofon Titel: Veiligheidsmonitor Groningen 2011,

Nadere informatie

Minder geregistreerde criminaliteit, meer kinderbeschermingsmaatregelen

Minder geregistreerde criminaliteit, meer kinderbeschermingsmaatregelen Veiligheid Minder geregistreerde criminaliteit, meer kinderbeschermingsmaatregelen 17 Geregistreerde criminaliteit sinds 2005 gedaald Vermogensmisdrijven vormen met 60 procent het grootste aandeel Gevolgd

Nadere informatie

;/y;\ i&o. ^research. Hoe veilig is Heemstede? Integrale Veiligheidsmonitor Gemeente Heemstede 2011. Juni 2012

;/y;\ i&o. ^research. Hoe veilig is Heemstede? Integrale Veiligheidsmonitor Gemeente Heemstede 2011. Juni 2012 ;/y;\ i&o ^research Hoe veilig is Heemstede? Integrale Veiligheidsmonitor Gemeente Heemstede 2011 Juni 2012 Colofon Uitgave I&O Research BV Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel.nr. 0229-282555 Rapportnummer

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2012

Veiligheidsmonitor 2012 08 09 10 Veiligheidsmonitor 2012 11 12 13 14 15 Centraal Bureau voor de Statistiek Verklaring van tekens. gegevens ontbreken * voorlopig cijfer ** nader voorlopig cijfer x geheim nihil (indien voorkomend

Nadere informatie

PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE. RECHT Slachtofferschap van criminaliteit, Rechtshulp DOCUMENTATIE

PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE. RECHT Slachtofferschap van criminaliteit, Rechtshulp DOCUMENTATIE PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE RECHT Slachtofferschap van criminaliteit, Rechtshulp 2000 DOCUMENTATIE Inhoudsopgave Inleiding 1. Doelstellingen onderzoek 1.1 Doel onderzoek 1.2 Onderzoeksopzet 1.3 Opdrachtgever

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Gemeente Achtkarspelen

Veiligheidsmonitor Gemeente Achtkarspelen Veiligheidsmonitor Gemeente Achtkarspelen Inhoud Samenvatting 3 Inleiding 5 1. Leefbaarheid 6 1.1 Fysieke kwaliteit buurtvoorzieningen 6 1.2 Kwaliteit sociale woonomgeving 7 1.3 Actief in woonomgeving

Nadere informatie

Uitstroom uit de WW binnen twee jaar na instroom

Uitstroom uit de WW binnen twee jaar na instroom 08 Uitstroom uit de WW binnen twee jaar na instroom 08 Henk van Maanen, Mathilda Copinga-Roest en Marleen Geerdinck Centrum voor Beleidsstatistiek (maatwerk) Den Haag/Heerlen 2009 Verklaring van tekens.

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Groningen 2011 Barometer voor lokale veiligheid BEDUM

Veiligheidsmonitor Groningen 2011 Barometer voor lokale veiligheid BEDUM Veiligheidsmonitor Groningen 2011 Barometer voor lokale veiligheid BEDUM Veiligheidsmonitor 2011 Barometer voor lokale veiligheid Gemeente Bedum April 2012 Colofon Titel: Veiligheidsmonitor Groningen 2011,

Nadere informatie

Jaarrapport Integratie Bijlagen hoofdstuk 8 1

Jaarrapport Integratie Bijlagen hoofdstuk 8 1 Jaarrapport Integratie Sociaal en Cultureel Planbureau / Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum / Centraal Bureau voor de Statistiek september, 2005 Internetbijlagen bij hoofdstuk 8 Wonen,

Nadere informatie

BIJLAGE II OBJECTIEVE EN SUBJECTIEVE VEILIGHEID

BIJLAGE II OBJECTIEVE EN SUBJECTIEVE VEILIGHEID BIJLAGE II OBJECTIEVE EN SUBJECTIEVE VEILIGHEID Situatie objectieve en subjectieve veiligheid burgers en Cijfers met betrekking tot Bron 2002 objectieve veiligheid burgers (landelijk) feitelijk ondervonden

Nadere informatie

Hoe veilig is Nijkerk?

Hoe veilig is Nijkerk? Hoe veilig is Nijkerk? Veiligheidsmonitor gemeente Nijkerk 2013 Mei 2014 Colofon Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563, 7500 AN Enschede Rapportnummer 2014/016 Datum Mei 2014 Opdrachtgever Gemeente

Nadere informatie

1999 2004 van de COROP-gebieden Achterhoek en Arnhem/Nijmegen

1999 2004 van de COROP-gebieden Achterhoek en Arnhem/Nijmegen 08 Regionaal consistente 0o stente tijdreeksen 1999 2004 van de COROP-gebieden Achterhoek en Arnhem/Nijmegen Publicatiedatum CBS-website: 3 februari 2009 Den Haag/Heerlen, 2009 Verklaring van tekens. =

Nadere informatie

Hoe veilig is Hof van Twente?

Hoe veilig is Hof van Twente? Hoe veilig is Hof van Twente? Integrale Veiligheidsmonitor gemeente Hof van Twente 2011 Juni 2012 Hoe veilig is Hof van Twente? Integrale Veiligheidsmonitor gemeente Hof van Twente 2011 Juni 2012 Colofon

Nadere informatie

Hoe veilig is Kapelle?

Hoe veilig is Kapelle? Hoe veilig is Kapelle? Veiligheidsmonitor gemeente Kapelle 2013 April 2014 Colofon Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563, 7500 AN Enschede Rapportnummer - Datum April 2014 Opdrachtgever Gemeente

Nadere informatie

Hoe veilig is Coevorden?

Hoe veilig is Coevorden? Hoe veilig is Coevorden? Veiligheidsmonitor gemeente Coevorden 2013 April 2014 Colofon Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563, 7500 AN Enschede Rapportnummer 2014/- Datum April 2014 Opdrachtgever

Nadere informatie

Hoe veilig is Leiden?

Hoe veilig is Leiden? Hoe veilig is? Integrale Veiligheidsmonitor gemeente 2011 April 2012 Colofon Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563, 7500 AN Enschede Rapportnummer 2012/022 Datum April 2012 Opdrachtgever Veiligheidsregio

Nadere informatie

Hoe veilig is Noord-Holland Noord?

Hoe veilig is Noord-Holland Noord? Hoe veilig is Noord-Holland Noord? Veiligheidsmonitor Noord-Holland Noord 2013 April 2014 Colofon Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563, 7500 AN Enschede Rapportnummer 2014-concept Datum April

Nadere informatie

Hoe veilig zijn Barneveld, Nijkerk en Scherpenzeel?

Hoe veilig zijn Barneveld, Nijkerk en Scherpenzeel? Hoe veilig zijn Barneveld, Nijkerk en Scherpenzeel? Veiligheidsmonitor gemeenten Barneveld, Nijkerk en Scherpenzeel 2013 April 2014 Colofon Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563, 7500 AN Enschede

Nadere informatie

Politiemonitor Bevolking Landelijke rapportage

Politiemonitor Bevolking Landelijke rapportage Politiemonitor Bevolking 2004 Landelijke rapportage Den Haag/Hilversum, mei 2004 Colofon In deze rapportage treft u de belangrijkste resultaten aan van de zevende meting van het landelijke onderzoek Politiemonitor

Nadere informatie

Resultaten op in beeld. Bijlage in grafieken en tabellen

Resultaten op in beeld. Bijlage in grafieken en tabellen GEMEENTE Veiligheidsmonitor OSS in Brabant Resultaten op in beeld Bijlage in grafieken en tabellen RESULTATEN IN BEELD Bijlage in grafieken en tabellen 2009/2011 Oss Resultaten in beeld Inleiding In de

Nadere informatie

HOE VEILIG IS BARNEVELD?

HOE VEILIG IS BARNEVELD? Rapport HOE VEILIG IS BARNEVELD? Veiligheidsmonitor gemeente Barneveld Juni 2018 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563 7500 AN Enschede Rapportnummer 2018/80 Datum Juni

Nadere informatie

HOE VEILIG IS HEEMSTEDE?

HOE VEILIG IS HEEMSTEDE? Rapport HOE VEILIG IS HEEMSTEDE? Veiligheidsmonitor gemeente Heemstede Mei 2018 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563 7500 AN Enschede Rapportnummer 2018/74 Datum Mei

Nadere informatie

werkwillendheid eid van ouderen (50-64 jaar) in 2007

werkwillendheid eid van ouderen (50-64 jaar) in 2007 08 Arbeidsparticipatie 0i icipatie en werkwillendheid eid van ouderen (50-64 jaar) in 2007 Maaike Hersevoort, Marleen Geerdinck en Lian Kösters Centrum voor Beleidsstatistiek (maatwerk) Den Haag/Heerlen

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Heemstede 2008

Veiligheidsmonitor Heemstede 2008 Reageren o.en.s@haarlem.nl Concernstaf Afdeling Onderzoek en Statistiek, Grote Markt 2, 2011 RD Haarlem november 2009 Gemeente Haarlem, Onderzoek en Statistiek Veiligheidsmonitor Heemstede 2008 Hoe veilig

Nadere informatie

HOE VEILIG IS RHEDEN?

HOE VEILIG IS RHEDEN? Rapport HOE VEILIG IS RHEDEN? Veiligheidsmonitor gemeente Juni 2018 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563 7500 AN Enschede Rapportnummer 2018/CONCEPT Datum Juni 2018 Opdrachtgever

Nadere informatie

HOE VEILIG IS HEERHUGOWAARD?

HOE VEILIG IS HEERHUGOWAARD? Rapport HOE VEILIG IS HEERHUGOWAARD? Gemeente Heerhugowaard Juni 2016 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Piet Heinkade 55 1019 GM Amsterdam www.ioresearch.nl Rapportnummer 2016/79 Datum Juni

Nadere informatie

Veiligheidsbeleving 2013 Utrecht vergeleken

Veiligheidsbeleving 2013 Utrecht vergeleken Veiligheidsbeleving 2013 Utrecht vergeleken Uitkomsten landelijke Veiligheidsmonitor 2013 1 Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht Postbus 16200 3500 CE Utrecht 030 286

Nadere informatie

Milieu en leefomgeving

Milieu en leefomgeving Milieu en leefomgeving Nederlanders tevreden met woonomgeving 18 Grote tevredenheid met de woonomgeving Overgrote meerderheid is (zeer) tevreden met de woonomgeving Ouderen zijn meer tevreden dan jongeren

Nadere informatie

HOE VEILIG IS MOERDIJK?

HOE VEILIG IS MOERDIJK? Rapport HOE VEILIG IS MOERDIJK? Veiligheidsmonitor gemeente Mei 2017 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563 7500 AN Enschede Rapportnummer 2017/229 Datum Mei 2017 Opdrachtgever

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2011

Veiligheidsmonitor 2011 Veiligheidsmonitor 20 Dordtse scores op de MJP-indicatoren en vergeleken met andere gemeenten De gemeente Dordrecht heeft in 20 voor de derde keer deelgenomen aan de landelijke Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Veiligheids monitor 2013

Veiligheids monitor 2013 Veiligheids monitor 2013 Veiligheidsmonitor 2013 Verklaring van tekens. Gegevens ontbreken * Voorlopig cijfer ** Nader voorlopig cijfer x Geheim Nihil (Indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met

Nadere informatie

HOE VEILIG IS KATWIJK?

HOE VEILIG IS KATWIJK? Rapport HOE VEILIG IS KATWIJK? Veiligheidsmonitor gemeente Katwijk 2017 Juni 2018 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563 7500 AN Enschede Rapportnummer 2018/087 Datum Juni

Nadere informatie

Hoe veilig is Veere? Veiligheidsmonitor gemeente Veere april 2014

Hoe veilig is Veere? Veiligheidsmonitor gemeente Veere april 2014 Hoe veilig is Veere? Veiligheidsmonitor gemeente Veere 2013 april 2014 Colofon Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563, 7500 AN Enschede Rapportnummer 2014/018 Datum april 2014 Opdrachtgever Gemeente

Nadere informatie

HOE VEILIG IS ELBURG?

HOE VEILIG IS ELBURG? Rapport HOE VEILIG IS ELBURG? Veiligheidsmonitor gemeente april 2015 www.ioresearch.nl Hoe veilig is? COLOFON Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563 7500 AN Enschede Rapportnummer 2015/ Datum april

Nadere informatie

Uitstroom uit het mbo schooljaar 2006/ 07

Uitstroom uit het mbo schooljaar 2006/ 07 08 Uitstroom uit het mbo schooljaar 2006/ 07 06/ 07 Daniëlle ter Haar, Frank van der Linden, Alderina Dill-Fokkema Centrum voor Beleidsstatistiek Den Haag/Heerlen, 2009 Verklaring van tekens. = gegevens

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek 9HLOLJKHLGVPRQLWRU5LMN /DQGHOLMNHUDSSRUWDJH 9HUNODULQJGHUWHNHQV. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met 0 (0,0) = het getal is

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2014

Veiligheidsmonitor 2014 Veiligheidsmonitor 2014 Veiligheidsmonitor 2014 Verklaring van tekens. Gegevens ontbreken * Voorlopig cijfer ** Nader voorlopig cijfer x Geheim Nihil (Indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Proces- en onderzoeksdocumentatie 1

Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Proces- en onderzoeksdocumentatie 1 Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Proces- en onderzoeksdocumentatie 1 2 Integrale Veiligheidsmonitor 2010 Proces- en onderzoeksdocumentatie Samenvatting In de proces- en onderzoeksrapportage zijn de belangrijkste

Nadere informatie

Bevolkingstrends 2013. Bevolkingsgroei in grote steden vooral dankzij Vinex-wijken

Bevolkingstrends 2013. Bevolkingsgroei in grote steden vooral dankzij Vinex-wijken Bevolkingstrends 2013 Bevolkingsgroei in grote steden vooral dankzij Vinex-wijken Frank Bloot november 2013 Van de vier grootste gemeenten in ons land is het aantal inwoners in Utrecht de afgelopen tien

Nadere informatie

Politiemonitor Bevolking Landelijke rapportage

Politiemonitor Bevolking Landelijke rapportage Politiemonitor Bevolking 2003 Landelijke rapportage Den Haag/Hilversum, november 2003 Colofon In deze rapportage treft u de resultaten aan van de zesde meting van het landelijk onderzoek Politiemonitor

Nadere informatie

Beleggingen n institutionele beleggers maken pas op de plaats in 2007

Beleggingen n institutionele beleggers maken pas op de plaats in 2007 7 Beleggingen n institutionele beleggers maken pas op de plaats in 27 drs. J.L. Gebraad Publicatiedatum CBS-website: 24 oktober 28 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig

Nadere informatie

Hoe veilig is Barneveld?

Hoe veilig is Barneveld? Hoe veilig is Barneveld? Veiligheidsmonitor gemeente Barneveld 2013 April 2014 Colofon Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563, 7500 AN Enschede Rapportnummer - Datum April 2014 Opdrachtgever Gemeente

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2013

Veiligheidsmonitor 2013 Veiligheidsmonitor 2013 Veiligheidsmonitor 2013 Verklaring van tekens. Gegevens ontbreken * Voorlopig cijfer ** Nader voorlopig cijfer x Geheim Nihil (Indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met

Nadere informatie

HOE VEILIG IS BLOEMENDAAL?

HOE VEILIG IS BLOEMENDAAL? Rapport HOE VEILIG IS BLOEMENDAAL? Veiligheidsmonitor gemeente Bloemendaal Augustus 2015 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563 7500 AN Enschede Rapportnummer 2015/062

Nadere informatie

Breuk in de tijdreeks internationale ale handel in diensten0t

Breuk in de tijdreeks internationale ale handel in diensten0t 07 Breuk in de tijdreeks internationale ale handel in diensten0t Publicatiedatum CBS-website: 24 november 2008 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2013

Veiligheidsmonitor 2013 Veiligheidsmonitor 2013 Barometer voor lokale veiligheid Feiten bladen Bedum De Marne Eemsmond Haren Pekela Stadskanaal Veendam Vlagtwedde Veiligheidsmonitor 2013 Deelnemende gemeenten Aantal respondenten

Nadere informatie