Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur 1 september Nummer vragenreeks: 1

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur 1 september Nummer vragenreeks: 1"

Pieter Thys
5 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 Nummer vragenreeks:

Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 - p. / Aan de KU Leuven namen in totaal 8 aspirant-studenten deel aan de ijkingstoets bio-ingenieur.

2 Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 - p. / Aan de KU Leuven namen in totaal 8 aspirant-studenten deel aan de ijkingstoets bio-ingenieur. In onderstaande figuur kan je de verdeling zien van de scores van deze toets. De gemiddelde score is gelijk aan,68/. De mediaan bedraagt /. 63% van de deelnemers is geslaagd op deze toets.

3 Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 - p. / Vraag 4x + 3x. x x + Bereken volgende limiet: L = lim (A) L = (B) L = (C) L = (D) L = 3 Oplossing: A juist beantwoord: 6 % blanco: % Vraag Het punt R(8, b) is gelegen op de rechte door de punten A( 4, 6) en B(, 4). Wat is de waarde van b? (A) (B) (C) (D) Oplossing: A juist beantwoord: 9 % blanco: 3 % Vraag 3 Beschouw een functie f waarvoor geldt: f (x) = 3x +, f () = 7 en f () = 3 f(x) is dan gelijk aan: (A) 3x3 + x 3 (B) 3x3 + 4x 3 (C) 5x3 + x 3 (D) x3 + 7x 3 juist beantwoord: % Vraag 4 Men voegt zuiver water toe aan 5 ml van een 8 M HCl oplossing totdat men een totaal volume heeft van 75 ml. Wat is de concentratie van de nieuwe oplossing? (A),54 M (B),58 M (C),6 M (D),9 M

4 Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 - p. 3/ juist beantwoord: 8 % blanco: 8 % Vraag 5 Zij λ 6= een ree el getal. Welke van onderstaande uitdrukkingen bepaalt een functie f : R R die voldoet aan f (t) = λ f (t) voor alle t R? (B) f (t) = e λt (A) f (t) = eλt (C) f (t) = λ t (D) f (t) = sin( λt) juist beantwoord: 6 % blanco: 8 % Vraag 6 Welke van de vier volgende getallen is het grootst? (A) 6 3 (B) 5 (C) 3 4 (D) 5 8 Oplossing: A juist beantwoord: 75 % blanco: % Vraag 7 Een oplossing van salpeterzuur (HNO3 ) kan juist geneutraliseerd worden door 3,7 gram calciumhydroxide (Ca(OH) ). Hoeveel gram salpeterzuur bevat die oplossing? (A) 3, g (B) 6,3 g (C),6 g (D),8 g juist beantwoord: 45 % blanco: 3 % Vraag 8 i is de imaginaire eenheid waarvoor geldt dat i =. Waaraan is i63 dan gelijk? (A) (B) i (C) (D) i

5 Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 - p. 4/ juist beantwoord: 73 % blanco: % Vraag 9 Beschouw de periodieke functie f : R R met periode T en de functie g : R R : t 7 g(t) = f (t + 3). Welke periode heeft de functie g? (A) T 3 (B) T (C) T (D) T + 3 juist beantwoord: 37 % blanco: 4 % Vraag Bij deling van de veelterm A(x) = x3 + 5x + ax + b door x + x is de rest. Waaraan zijn a en b gelijk? (A) a = 4 en b = (B) a = 4 en b = (C) a = en b = 4 (D) a = en b = 4 juist beantwoord: 7 % blanco: % Vraag Als f (x) = 3x en g(x) = x3, waaraan is f ([g(x)] ) g(x ) dan gelijk? (A) 3 3x3 (B) 5 3x3 (C) 3 3x8 (D) 5 3x8 juist beantwoord: 89 % blanco: 3 % Vraag Een zoutoplossing X wordt bekomen door 5 ml van een zoutoplossing A te mengen met ml van een zoutoplossing B. Wat is de zoutconcentratie in de nieuwe oplossing X als de zoutconcentratie in oplossing A gelijk is aan, M en in oplossing B gelijk is aan, M? (A), M (B),5 M (C),3 M (D),35 M

6 Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 - p. 5/ Oplossing: A juist beantwoord: 7 % blanco: % Vraag 3 Als ex gelijk is aan 8, waaraan is dan e5x/ gelijk? (A) 7 (B) (C) 8 5 (D) 58 Oplossing: A juist beantwoord: 7 % blanco: % Vraag 4 Het gemiddeld gewicht van kiwi s bedraagt 65 gram. Om een gemiddeld gewicht te krijgen van 77 gram moet ik x kiwi s toevoegen van 8 gram. Welk van onderstaande uitspraken is juist? (A) x is een veelvoud van 6 (B) x is een veelvoud van 7 (C) x is een veelvoud van 8 (D) x is een veelvoud van 9 juist beantwoord: 59 % blanco: 8 % Vraag 5 Gegeven het vlak met een cartesiaans assenstelsel xy en de rechte r met vergelijking 3x 7y =. De hoek θ is de kleinste hoek die deze rechte maakt met de x-as. Welke van onderstaande uitspraken is waar? (A) cos θ = /7 juist beantwoord: 58 % blanco: 3 % (B) cos θ = 3/7 (C) tan θ = /7 (D) tan θ = 3/7

7 Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 - p. 6/ Vraag 6 Op school is een leerling besmet met een buikgriepvirus. Het aantal besmettingen B in functie van de tijd t voor dit virus wordt gegeven door de volgende vergelijking: B(t) = at at + b met a en b constanten. Na dagen zijn er 9 leerlingen ziek en na 4 dagen zijn er 49 leerlingen ziek. Hoeveel dagen zal het duren vooraleer er leerlingen ziek zijn? (A) 5 dagen (B) 6 dagen (C) 7 dagen (D) 8 dagen juist beantwoord: 9 % blanco: 3 % Vraag 7 De ree le variabele x voldoet aan ln(x ) e als en slechts als e (A) < x e. (B) x en x 6=. e e (C) e x e en x 6=. (D) < x e e. juist beantwoord: 35 % blanco: 39 % Vraag 8 Een sterk zuur HCl wordt opgelost in water. De ph (= log[h + ]) van deze oplossing is gelijk aan 3,. Aan ml van deze oplossing wordt 8 ml zuiver water toegevoegd (ph = 7,). Wat is de ph van de nieuwe oplossing? (A) 3 (B) 4 juist beantwoord: 44 % blanco: 3 % (C) 5 (D) 6,6

8 Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 - p. 7/ Vraag 9 Beschouw de volgende drie integralen: Z b f (x) dx I = a Z b+ I = f (x) dx a+ b+ Z f (x) dx, I3 = a met de functie f : R R een positieve, continue en strikt stijgende functie en a en b vaste ree le getallen met a < b. Welke van de volgende beweringen is als enige waar? (A) I < I < I3 (B) I = I < I3 (C) I < I3 < I (D) I3 < I < I Oplossing: A juist beantwoord: 75 % blanco: 3 % Vraag Beschouw een stelsel S met 3 vergelijkingen en 3 onbekenden x, y, z. Na rijherleiden is de uitgebreide coe fficie ntenmatrix van dit stelsel gegeven door (α is een ree le parameter): α α α α α e e + Welke uitspraak is dan correct? (A) Er bestaat een α R waarvoor het stelsel S oneindig veel oplossingen heeft. (B) Het stelsel S heeft voor elke α R een oplossing. (C) Er bestaat een unieke α R waarvoor het stelsel S geen oplossing heeft. (D) Er bestaan juist twee waarden voor α R waarvoor het stelsel S geen oplossing heeft. juist beantwoord: 3 % blanco: 6 %

9 Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 - p. 8/ Vraag Welk van onderstaande grafieken geeft het verband weer tussen x = log t en y = log (t) met t R+? (A) y 4 3 (B) y 4 3 x (C) y 4 3 x x (D) y 4 3 x juist beantwoord: 57 % blanco: % Vraag In de vijver van het kasteel zitten heel wat eenden en ganzen. 85% van deze vogels zijn eenden, 5% ervan zijn ganzen. Op een bepaald moment wordt 9% van al deze vogels besmet met vogelgriep. 8% van de ganzen is dan besmet met vogelgriep. Welke fractie van de eenden is dan niet besmet met vogelgriep? (A) 4 (B) 5 (C) 7 (D) juist beantwoord: 64 % blanco: 6 % Vraag 3 Een rechthoekige plaat ABCD met korte zijde AB en lange zijde BC staat gekanteld zoals aangegeven op de figuur. De hoek α is de hoek tussen de korte zijde AB en de horizontale. Welk van onderstaande voorwaarden is voldaan als AC verticaal staat?

10 Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 - p. 9/ C D (A) AC = AB cos α + BC sin α (B) AC = AB sin α + BC cos α (C) BC = AB cos α + AC sin α B (D) BC = AB sin α + AC cos α α A juist beantwoord: 47 % blanco: 44 % Vraag 4 Op de markt koop je een zak met pruimen (7 rode en 3 gele). Wat is de kans dat, als je twee pruimen uit de zak neemt, dit e e n rode en e e n gele pruim is? (A) 3 7 (B) 7 5 (C) 7 3 (D) 5 juist beantwoord: 74 % blanco: 4 % Vraag 5 Het punt P (a, b) ligt op de grafieken van de functies f : R R : x 7 f (x) = 4x + x 8 en g : R R : x 7 g(x) = x3 x +. In dit punt P hebben de grafieken van beide functies dezelfde raaklijn. Bepaal de richtingscoe fficie nt van deze raaklijn. (A) 4 (B) 6 (C) 8 juist beantwoord: 45 % blanco: 48 % Vraag 6 De heaviside stapfunctie H(x) wordt als volgt gedefinieerd: ( H(x) = voor x < H(x) = voor x (D) 3

11 Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 - p. / Wat is dan het functievoorschrift van onderstaande grafiek? (A) f (x) = (cos (x + )) H(x + ) (B) f (x) = (cos (x + )) H(x) (C) f (x) = (cos (x )) H(x ) (D) f (x) = (cos x) H(x ) juist beantwoord: 4 % blanco: 39 % Vraag 7 Z π/ De integraal Z 3/3 (A) dx kan gebruikmakend van substitutie omgezet worden naar tan(x)) cos (x)( Z du u (B) 3/3 du u Z (C) 3/3 du u juist beantwoord: % blanco: 7 % Vraag 8 Beschouw de vergelijking in x R: cos x + 3 cos x =. π Hoeveel oplossingen van deze vergelijking liggen in het interval [, π]? (A) (B) juist beantwoord: 4 % blanco: 35 % (C) (D) 3 Z (D) 3/3 du u

12 Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 - p. / Vraag 9 Waterstofgas verkrijgen we als volgt: C + H O H + CO De nodige warmte voor deze endotherme reactie wordt geleverd door een hoeveelheid koolstof in een luchtstroom te laten verbranden tot koolstofdioxide. Hoeveel mol koolstof moet er zo verbranden om voldoende warmte te produceren voor de omzetting van g koolstof in waterstofgas? Voor de vormingswarmte mag je gebruik maken van volgende afgeronde waarden: H O CO CO H, C en O kj/mol kj/mol kj/mol kj/mol (A), (B),5 (C) (D) 5 juist beantwoord: 4 % blanco: 8 % Vraag 3 Het verband tussen de opname van een hoeveelheid warmte Q en de temperatuursverandering T van een homogeen voorwerp met massa m, wordt gegeven door Q = Cm T. Hierbij is C de specifieke warmtecapaciteit van het materiaal van het voorwerp. Onderstaande grafiek toont het verband tussen de temperatuur T en de toegevoegde warmte Q bij vier homogene voorwerpen a, b, c en d. De massa s van a en b zijn gelijk aan elkaar, de massa van c is het dubbele van de massa van a, de massa van d is het dubbele van de massa van c. Temperatuur T a b c d Warmte Q Welk van onderstaande uitspraken is waar? (A) De specifieke warmtecapaciteit van het materiaal van voorwerp a is groter dan die van d. (B) De specifieke warmtecapaciteit van het materiaal van voorwerp b bedraagt de helft van die van a.

13 Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 - p. / (C) De specifieke warmtecapaciteit van het materiaal van voorwerp b en d zijn gelijk. (D) De specifieke warmtecapaciteit van het materiaal van voorwerp a, c en d zijn gelijk. juist beantwoord: 4 % blanco: 7 %

Vergelijkbare documenten

IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica september 2018: algemene feedback

IJkingstoets wiskunde-informatica-fysica september 8 - reeks - p. IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica september 8: algemene feedback Positionering ten opzichte van andere deelnemers In totaal namen