Doorkiesnummer

Transcriptie

1 Verslag Vergadering Commissie Water en Wegen Aanwezig C. Mantel (voorzitter), ir. C.J.M. Stam (portefeuillehouder), R. Veenman (portefeuillehouder), S.A. van Balen Blanken (VVD), I.A. van der Bliek (Water Natuurlijk), J.C.M. de Boer (Boeren Burgers Waterbelang), C.J.A. Borst (PvdA), S. Groot (VVD), C.J. Grooteman (LTO), J.R. Kielstra (Meer met Water), B. Korf (Bosschap), A. Lap (CDA), drs. ing. J.P. Leek (Algemene Waterschapspartij), P.N.M. Otten (Boeren Burgers Waterbelang), L.J.M. Schagen (Groen WaterLand), B. Schrieken (Water Natuurlijk)(tot uur), J.H. Wijnholds (KvK)(leden), A.Th. Steltenpool (Gewest NH/U KNSB)(tot uur)(plaatsvervangend lid), M. Schreijer (secretaris), Mw. M. Steenwinkel (Het Notuleercentrum). Afwezig H. Brandt (Gewest NH/U KNSB) Kopie aan Van M. Schreijer, secretaris Doorkiesnummer vergadering 1. Opening De voorzitter opent de vergadering om uur en heet de aanwezigen welkom. De afmeldingen worden doorgenomen. 2. Mededelingen Er zijn geen mededelingen. Besloten wordt eerst de presentatie over de dijkversterking Hoorn- Amsterdam te laten plaatsvinden in verband met de aanwezigheid van insprekers op dit punt. De agenda wordt vastgesteld. 3. Gelegenheid tot inspreken De heer Hoekman spreekt in namens de dorpsraad Uitdam over de dijkversterking Hoorn-Amsterdam. Het voorkeursalternatief (VKA) met een buitendijkse versterking heeft grote gevolgen voor het dorp en de Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Postbus 250, 1700 AG Heerhugowaard Bevelandseweg 1, 1703 AZ Heerhugowaard T F info@hhnk.nl

2 2 van 11 bewoners, onder andere door de duur van het project. In de afwegingen is echter weinig terug te zien over de overlast voor de bewoners. Er moet nog een MER gemaakt worden, maar de inspreker vraagt zich af wat het nut daarvan is als de keuze wordt gemaakt op basis van een kostenafweging. Ook zet hij vraagtekens bij de aanname dat de dijk een tijdelijk hogere waterstand aan moet kunnen, want het peil van het Markermeer kan immers worden beheerst. Ook zou het goed zijn de uitkomsten van de Proef dijken op veen af te wachten. Een rekensom leert dat de aanpak van 33 kilometer dijk 12 miljoen per kilometer kost, maar dat Uitdam het moet doen met 6 miljoen per kilometer. Dat vraagt om een verklaring. Mevrouw Verhorst constateert dat er weinig tot niets is gedaan met de inbreng van betrokken bewoners. Stichting De Kwade Zwaan zet zich in voor het behoud van de natuur en de landschappelijke kwaliteiten van dit unieke stuk dijk, want als er een logge dijk voor komt te liggen, gaat dat verloren. In verschillende rapporten wordt wel gewezen op die waarden, maar er lijkt niets mee te gebeuren. Ook zij is van mening dat de uitkomsten van de Proef dijken op veen meegenomen moeten worden. Zij vraagt HHNK dringend met een alternatief te komen. De heer Kraal spreekt in over het dijkvak Scharwoude/De Hulk. Hij heeft deel uitgemaakt van de adviesgroep en uit zijn bedenkingen over de buitendijkse oplossing. Hij geeft de voorkeur aan een vooroever, maar kan onder voorwaarden akkoord gaan met het VKA. Met de ingediende voorwaarden is echter niet veel gebeurd. Het gaat erom dat de aanleg van de dijk voor een verbetering zorgt onder meer door de weg mee te schuiven met de dijk zodat de weg verder van de huizen komt te liggen. Hij spreekt de hoop uit dat HHNK de versterking van buitenaf zal aanleggen om de bewoners zo min mogelijk overlast te bezorgen van wegafsluitingen en zwaar verkeer. Vragen aan de insprekers De heer Steltenpool (KNSB) vraagt of de heer Kraal ook doelt op een deel van de Westfriese Omringdijk; de aanpassing daarvan geeft hij namelijk weinig kans. De heer Kraal beaamt dat er een klein stuk Westfriese Omringdijk in zit. 4. Presentatie Proces voorkeursalternatief dijkversterking Hoorn- Amsterdam en verder Door de heer W. van Steeg Vragen naar aanleiding van de presentatie De heer Groot (VVD) vraagt hoe breed een oeverdijk wordt. Portefeuillehouder Stam antwoordt dat het om circa 80 m breedte gaat, inclusief een natuurlijke overgang van land naar water. Op een aantal plekken zal op verzoek een strook strand worden aangebracht. De heer Lap (CDA) verwijst naar de dijkversterkingen bij Den Oever en

3 3 van 11 op Texel waar op verzoek van bewoners alternatieven zijn uitgewerkt. Hij vraagt in hoeverre dat hier ook is gebeurd. Ook vraagt hij of bij Uitdam een vooroever mogelijk is in plaats van een buitendijk. Portefeuillehouder Stam antwoordt dat een oeverdijk bij Uitdam als alternatieve oplossing is meegenomen gezien de positieve reacties. De financiering uit natuurfondsen bleek echter een probleem te zijn en daarom is het maar voor een deel toegepast. Vooroevers hebben in de toetsing geen effect op de maatgevende hoogte van de dijk. De heer De Boer (BBW) wijst erop dat de dijken zijn afgekeurd in een tijd dat er sprake was van een peilverhoging van het Markermeer. Portefeuillehouder Stam antwoordt dat het hier vooral gaat om de stevigheid van de dijk. De toetsingskaders waaraan HHNK zich verbindt, worden vastgesteld door de Tweede Kamer. Er wordt gestreefd naar aanpassing van de toetsingsparameters, maar dat zal een lang proces zijn. In dat kader is wel de Proef dijken op veen gestart. De heer Steltenpool (KNSB) vraagt naar het proces van besluitvorming. Ook vraagt hij of een dijkverhoging bij Uitdam wel nodig is, gezien de effecten van de Houtribdijk en van de extra pompen bij de Afsluitdijk op het peil van het IJsselmeer. Portefeuillehouder Stam legt uit dat het besluitvormingsproces in 2002 is opgestart met de bedoeling in 2015 klaar te zijn. Die einddatum is in overleg met het Rijk verlegd naar 2017 en de aanpak van de Markermeerdijk staat op Verder uitstel is geen goede zaak gezien de landelijke afspraken. De Houtribdijk is onderdeel van de parameters. De Markermeerdijk moet gezien worden als een dijk rond een waterberging bij extreme regenval. Daar zit dus een verschil in vergeleken met het IJsselmeer. De heer Van der Bliek (WN) vraagt of het zand dichtbij beschikbaar is. Portefeuillehouder Stam antwoordt dat dit nog niet is onderzocht, maar naar verwachting kan het zand uit het Markermeer komen. 5. Presentatie Blauwalgen: natuurlijk een lastpost Door de heer G. van Ee Vragen naar aanleiding van de presentatie De heer Schagen (GWL) stelt vast dat het niet eenvoudig zal zijn de fosfaten in het water te verminderen en dat symptoombestrijding helaas dus belangrijk blijft. Hij vraagt of de aanpak op de zwemblaas van de alg vaker te gebruiken is. De heer Van Ee wijst erop dat deze aanpak duur is, niet iedere blauwalg een zwemblaas heeft en er klachten waren over een stinkende laag algen. De heer Van der Bliek (WN) wijst erop dat ook in water met weinig fosfaten blauwalg voorkomt. De heer Van Ee antwoordt dat er een verband is met het maaien van waterplanten. In het Park van Luna was bijvoorbeeld sprake van het sneller opwarmen van de bodem waarin de blauwalgen zitten door de manier en het tijdstip van maaien. Ook in de relatief nieuwe grond

4 4 van 11 zitten fosfaten, maar zolang die bodem niet verstoord wordt komen die niet vrij. De heer Korf (Bosschap) vraagt om meer informatie over de giftigheid van blauwalg voor vogels, vissen en andere waterorganismen. De heer Van Ee legt uit dat er sprake is van verschillende gifstoffen die maag, lever en darmstelsel kunnen aantasten of het zenuwstelsel. Gifstoffen kunnen via bijvoorbeeld schelpen in vogels of mensen terechtkomen en voor problemen zorgen. De heer Grooteman (LTO) vraagt of het klopt dat er een nieuwe uitvinding is voor de bestrijding van blauwalg, De heer Van Ee legt uit dat het gaat om een pijp waardoor lucht geblazen wordt. De methode heeft enig succes, maar niet afdoende. De heer Van Balen Blanken (VVD) verwijst naar het Amstelmeer waar inmiddels sprake is van een afgesloten zwemgedeelte, maar waar ook veel ganzen voorkomen. De heer Van Ee wijst erop dat alleen op zwemlocaties gemeten wordt en dan vooral op de plekken waar het meeste gebruik van wordt gemaakt, denk aan de waterlijn waar relatief kwetsbare kinderen spelen. Ondanks de genomen maatregelen heeft het Amstelmeer toch nog last van blauwalg. De uitwerpselen van ganzen zijn vooral vanwege de bacteriën een probleem, maar voegen inderdaad ook voedingstoffen toe. Hij verwijst naar het Geestmerambacht waar maatregelen wel effect hebben gehad. De heer Groot (VVD) vraagt naar het doel van de daling van het waterpeil in Geestmerambacht. De heer Van Ee antwoordt dat de plas meer is uitgezakt dan verwacht werd na het afsluiten van de verbinding met de boezem. In plaats van voedselrijk water van de boezem in te laten, wordt geprobeerd het peil met regenwater te handhaven dan wel te verhogen. De heer Steltenpool (KNSB) wijst met toestemming van de voorzitter buiten dit onderwerp om op het belang van een IJsnota. De fractie KNSB zal zich daarvoor inzetten. Ter vaststelling 6. Verslag vergadering commissie Water en Wegen van 7 november 2012 ( ) (Redactioneel en naar aanleiding van) Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. De actielijst wordt behandeld en bijgewerkt Om advies 7. Beleidsnota Waterkeringen ( ) 8. Portefeuillehouder Stam verwijst naar de presentatie in de vergadering

5 5 van 11 van 12 september De heer Van der Bliek (WN) vraagt of het vaststellen van de nota van inspraak waarin staat dat ingestemd wordt met de wijzigingsvoorstellen, inhoudt dat met de hele nota wordt ingestemd. De heer Korf (Bosschap) sluit zich aan bij deze vraag. Portefeuillehouder Stam wijst erop dat de opmerkingen van de commissie over de conceptnota zijn verwerkt en de nota niet opnieuw ter visie zal worden gelegd. Er zal voor de duidelijkheid een derde beslispunt opgenomen worden. 8 De heer Van der Bliek (WN) vraagt of er nog meer claims te verwachten zijn zolang ruimtelijke plannen niet zijn vastgelegd in de legger (pagina 60). Portefeuillehouder Stam benadrukt dat er geen garantie is dat er geen claims komen, zelfs niet als de legger voorzien van ruimtelijke plannen is vastgesteld. Al het mogelijke is in de tekst verwerkt. De heer Van Balen Blanken (VVD) vindt het feit dat HHNK nu meepraat een grote vooruitgang ten opzichte van de nota van De zienswijzen waren ingrijpend, maar zijn goed verwerkt. HHNK kan met deze nota vooruit. De heer Groot (VVD) wijst op een tegenstrijdigheid op pagina 81. De bedoeling is dijken vrij te houden van bomen, maar toch worden er weer bomen langs de dijk in de Beemster geplant. Portefeuillehouder Stam wijst op de status van de Beemster als werelderfgoed, een registratie waaraan HHNK heeft meegewerkt. Bomen zijn karakteristiek voor het gebied en het plan om ze te rooien leidde tot veel commotie. Bovendien is de Beemsterringdijk zo hoog en stevig dat er wel bomen op kunnen staan. Het beleid is in ieder geval geen populieren terug te zetten en op tijd tot rooien en herplanten over te gaan. De Beemsterringdijk is dus wat de bomen betreft een uitzondering. De heer Lap (CDA) vindt het opmerkelijk dat de zienswijze van de provincie bijna integraal in de nota is verwerkt terwijl andere zienswijzen slechts voor een klein deel zijn verwerkt. Op pagina 42 wordt aan het voorkomen van verstoring van de flora en fauna door werkzaamheden aan de steenbeglooiing toegevoegd dat de oorspronkelijke toestand wordt hersteld. Deze formulering kan verstrekkende gevolgen hebben. Op pagina 41 zijn reacties van de LTO verwerkt wat betreft een ruimer beleid ten aanzien van bemesting en beweiding van dijken. Wat echter niet verwerkt is, is beweiding met grotere kuddes in kortere tijd. Portefeuillehouder Stam wijst erop dat het waterschap rekening moet houden met de door de provincie vastgestelde richtlijnen. Als blijkt dat herstel veel extra kost, zal in overleg worden getreden met de betrokkenen. Over beweiding door geiten en schapen is uitvoerig gesproken. De ervaringen op Texel zijn goed, maar Texel is niet gelijk aan veel andere delen van het gebied.

6 6 van 11 De voorzitter wijst erop dat de mogelijkheid van beweiding met grotere kuddes al bestaat. De heer Schagen (GWL) vraagt in de teksten waar gesproken wordt over de stijgende zeespiegel ook de dalende bodem toe te voegen. 8 Het stuk wordt door de commissie voorzien van een positief advies en kan als hamerstuk worden doorgeleid naar de -vergadering. Daarbij wordt een extra besluit toegevoegd over de vaststelling van de nota. 8. Restant resultaatverplichte KRW-maatregelen ( ) 9 De heer Lap (CDA) vindt dat een tussenbalans per 2013 nodig is aangezien er regelmatig zorgen zijn over het programma en de resultaten. Een koppeling met het budget is op zijn plaats. De voorzitter verwijst naar de bestaande rapportages over de KRW en vindt een tussenbalans overbodig. Volgend jaar zullen resultaten van de maatregelen gemeld kunnen worden. De heer Lap (CDA) laat weten dat hij vindt dat er te weinig wordt gedaan met bestaande kennis. Hij stelt voor om onder leiding van een deskundige, bijvoorbeeld de heer Van Ee, het veld in te gaan. Een dergelijke excursie zou inzicht en draagvlak kunnen creëren. De voorzitter denkt dat zoiets wel te organiseren is. De heer Van Balen Blanken (VVD) laat weten dat de VVD ondanks het gebrek aan bewijs dat er resultaten zijn het programma het voordeel van de twijfel geeft. Hij verwacht dat er vier keer per jaar gerapporteerd blijft worden zodat het beleid desnoods kan worden aangepast. Hij wacht de resultaten per 2017 af. De heer Schrieken (WN) vraagt of de gegevens over de aanleg van natuurvriendelijke oever en het oplossen van knelpunten vismigratie wel kloppen, aangezien er ook andere gegevens in omloop zijn. Van ambtelijke zijde wordt aangegeven dat HHNK 41 knelpunten moet oplossen. In het rompprogramma is voor 32 knelpunten geld beschikbaar gesteld, maar de rest wil het waterschap ook doen en daarvoor is geld nodig. Op de aanvulling van de voorzitter dat op sommige plekken de vismigratiemaatregelen een andere vorm hebben gekregen dan gepland, vult de ambtenaar aan dat er vooraf en achteraf gemonitord wordt om te zien of de oplossing werkt. De heer Schrieken (WN) wijst erop dat het bestuur die gegevens niet heeft en niet kan beoordelen of een maatregel werkt. De heer Van der Bliek (WN) is blij met het voorstel en met de presentatie van een medewerker van HHNK vorige week. De rapportages zijn duidelijk en daarom is een tussenbalans niet nodig. Wel vraagt hij of bij het kaartje met knelpunten een lijstje kan komen waarin de knelpunten benoemd zijn. Hij voegt toe dat als alle sluizen op een kiertje gezet worden 80% van het probleem zou zijn opgelost. De voorzitter zegt een dergelijke lijst toe. Alle sluizen op een kier

7 7 van 11 zetten, levert natuurlijk weer andere problemen op. De heer Korf (Bosschap) vraagt naar de evaluatie. De voorzitter laat weten dat de evaluatie waarschijnlijk in de maartvergadering van de commissie besproken kan worden. 9 Het stuk wordt door de commissie voorzien van een positief advies en kan als hamerstuk worden doorgeleid naar de -vergadering. 9. Peilbesluit partiële herziening Waterberging Zeddeweg ( ) 13 Portefeuillehouder Veenman verwijst naar het uitvoeringsbesluit Zeddeweg. Er is nu een goedgekeurd plan en het peilbesluit is daar een formeel onderdeel van. De heer De Boer (BBW) merkt op dat er een berging van m 3 wordt aangelegd terwijl de gemeente m 3 vroeg. Hij vraagt of die uitbreiding invloed heeft gehad op het peilbesluit. Portefeuillehouder Veenman antwoordt dat de invloed op de grondwaterpeilen onder de woningen tot nul is gereduceerd door de afstand tot de werkelijke waterberging. De waterberging heeft vanwege zijn vorm als droge berging een grotere inhoud gekregen. De heer Lap (CDA) spreekt zijn waardering uit voor de aanpak met een droge berging. Het stuk wordt door de commissie voorzien van een positief advies en kan als hamerstuk worden doorgeleid naar de -vergadering. 10. Peilbesluiten afdelingen AB en NMR in Zijpe ( ) 14 Het stuk wordt door de commissie voorzien van een positief advies en kan als hamerstuk worden doorgeleid naar de -vergadering. 11. Verleggingen persleidingen Westfrisiaweg ( ) 16 Portefeuillehouder Stam licht toe dat hij als portefeuillehouder Wegen de gesprekken met de gemeenten en de provincie voert. De heer Lap (CDA) benadrukt het belang van het goed regelen van zaken rond leidingen in wegen en dijken. Hij raadt aan de contracten goed te checken zodat het waterschap niet voor verrassingen komt te staan zoals in Schoorldam. Portefeuillehouder Stam verwacht dat de pijnlijke ervaring bij Schoorldam tot extra alertheid in andere zuiveringskringen zal leiden. De heer Groot (VVD) vraagt waarom HHNK opdraait voor kosten vanwege een weg die de provincie wil aanleggen. Portefeuillehouder Stam heeft diezelfde discussie met de provincie gevoerd. De afspraak in de algemene democratie is dat zaken die voor niets zijn aangelegd ook voor niets moeten worden verlegd. Het

8 8 van 11 waterschap is echter ook onderdeel van de democratie en daarom wordt toch geprobeerd financiële compensatie te krijgen van de provincie. De heer Kielstra (MmW) vraagt of die insteek ook niet bij dijken kan worden gehanteerd. Portefeuillehouder Stam wijst erop dat de provincie dat voorstel dan zou moeten aannemen. Het waterschap houdt zich aan het convenant met de leidingbeheerders en de burger moet overigens linksom of rechtsom toch betalen. 16 De heer De Boer (BBW) vraagt wat het tijdsbestek is. Portefeuillehouder Stam laat weten dat de provincie de leidingen liefst binnen een jaar wil hebben verlegd, maar uiterlijk binnen twee jaar. De heer Lap (CDA) vindt dat de financiële afwikkeling bij waterketen thuishoort en dus in de andere commissie. Portefeuillehouder Stam licht toe dat het onderwerp financieel onder de waterketen wordt afgehandeld. Het onderwerp komt in deze commissie aan de orde omdat hij als portefeuillehouder Wegen de onderhandelingen met de provincie voert. Het stuk wordt door de commissie voorzien van een positief advies en kan als hamerstuk worden doorgeleid naar de -vergadering. Informatieve stukken 12a. Concernrapportage 3 e kwartaal 2012 ( ) plus aanbiedingsbrief ( ) De heer Grooteman (LTO) vindt dat de smiley bij de samenwerking in de belastinginning negatief zou moeten zijn want door het afblazen van dat plan wordt een bezuiniging van 2 miljoen per jaar misgelopen. De voorzitter wijst erop dat de samenwerking vanwege het risico is afgeblazen. Omdat het geld bleek te kosten in plaats van opleveren, heeft het afblazen van het plan een positieve smiley. De heer Otten (BBW) vraagt wat er gebeurt met het positieve resultaat van 4,9 miljoen en met het doorschuiven van resultaten van niet uitgevoerde werken. Portefeuillehouder Stam wijst erop dat investeringsprojecten mogen worden doorgeschoven. Het gaat verder om exploitatiekosten. 12b. Programmarapportage HWBP 3 e kwartaal 2012 ( ) De heer Schagen (GWL) wijst op een fout in de notering van de kosten per kilometer op pagina s 12 en 13. Ook vraagt hij naar het grote verschil in kosten. Portefeuillehouder Stam heeft de fout ook gezien. De dijk Hoorn- Amsterdam ligt op veen en dat verklaart het verschil in de kosten met de Zuiderdijk. Door meer zetting is meer materiaal nodig, maar als het veen sterker blijkt dan verwacht kunnen de profielen waarschijnlijk kleiner worden.

9 9 van 11 De heer Korf (Bosschap) vraagt waarom de duinwaterkering in de Helderse Zeewering uit het project is gehaald (pagina 8). Ook vraagt hij of het Rijk de kosten voor de Markerringdijk van 27 miljoen inderdaad op zich neemt (pagina 13). Portefeuillehouder Stam legt uit dat uiteindelijk de Razende Bol bij de toetsing wel mocht worden meegenomen en dat de zeewering daarom niet meer hoefde te worden opgeknapt. Waarschijnlijk komen de kosten van de Markerringdijk uit op 30,5 miljoen. Die kosten vallen in principe in het HWBP maar er wordt nog over gesproken. De heer Leek (AW) vindt Marken een bijzonder geval omdat HHNK is gevraagd werk aan een dijk van RWS over te nemen. Portefeuillehouder Stam wijst erop dat het programma Marken uit het HWBP gefinancierd wordt. Het HWBP vraagt hoe dan ook een bijdrage van HHNK. De heer De Boer (BBW) vraagt of bekend is wat de dijk Hoorn- Enkhuizen heeft gekost. Portefeuillehouder Stam laat weten dat voor circa 99 miljoen een rekening is ingediend. De heer Lap (CDA) vraagt of de regel van 10% voor voorbereidingskosten ook bij Den Oever geldt. Portefeuillehouder Stam licht toe dat voor Den Oever meer tijd genomen is, ook vanwege een motie in de Tweede Kamer. Er is vanwege die overheidsbeslissingen een regeling getroffen met het landelijk bureau. Tot 15% worden voorbereidingskosten vergoed, maar als ze in dit geval hoger uitpakken, zal HHNK zich beroepen op het grote aantal alternatieven dat moest worden doorgerekend. De heer Lap (CDA) vraagt of de invloed van Natura2000 rond dijken wel zo praktisch als mogelijk wordt ingevuld. De wegen en het spoor zijn vrijgestelde gebieden; zouden dijken dat ook niet kunnen zijn? Portefeuillehouder Stam wijst erop dat Natura2000 wetgeving is en dat HHNK probeert die zo efficiënt mogelijk toe te passen. Over de vraag of de Hondsbossche en Pettemer Zeewering vrijgestelde gebieden zijn voor Natura2000 loopt nog een rechtszaak. 12c. Programmarapportage Regieprogramma s Wateropgave, Verbetering Boezemkades en Kaderrichtlijn Water 3 e kwartaal 2012 ( ) Wateropgave De heer Korf (Bosschap) is blij met de opmerking dat het overleg met belangengroepen zijn vruchten afwerpt (pagina 2). De heer Van Balen Blanken (VVD) vraagt of bij de indicatoren de namen van de polders vermeld kunnen worden (pagina 8). De voorzitter zegt toe dat te zullen bekijken.

10 10 van 11 Boezemkades Geen opmerkingen. KRW De heer Van der Bliek (WN) leest dat nog elf knelpunten in de vismigratie moeten worden opgelost, terwijl in andere stukken over acht wordt gesproken. De voorzitter licht toe dat elf knelpunten in het eerste gedeelte zitten en acht in het tweede, nog komende gedeelte van de KRW-maatregelen. De heer Van der Bliek (WN) wijst op het gunstige effect van flexibel peilbeheer en vraagt hoever het waterschap daarmee is. De voorzitter antwoordt dat er op een positieve manier mee wordt omgegaan. In landbouwgebieden is het echter moeilijk toe te passen. Portefeuillehouder Veenman voegt toe dat er in stedelijk gebied bij nieuwbouwplannen al rekening mee kan worden gehouden. De heer Van Balen Blanken (VVD) vraagt om bij de aanleg van natuurvriendelijke oevers rekening te houden met het onderhoud. De voorzitter benadrukt dat er rekening mee wordt gehouden dat de oever kan worden onderhouden vanaf het water of vanaf een verhard pad. 13. Rondvraag De heer Kielstra (MmW) maakt zich zorgen over de stelling in het memo van portefeuillehouder Van Os dat HHNK schijnbaar geen giftige reststromen verwerkt in vergistingsinstallaties. De voorzitter wijst erop dat de berichtgeving naar aanleiding waarvan het memo is verstuurd vooral ging over vergisting in samenwerking met particulieren wat problemen kan opleveren. Hij zegt toe het onderwerp in de commissie BMW aan de orde te laten brengen. De heer Lap (CDA) vraagt of het Waterplan Den Helder wel werkt aangezien er afgelopen zomer een damwand moest worden geslagen om te zorgen voor de juiste waterstromen. Portefeuillehouder Veenman legt uit dat het pretentieuze waterplan stapsgewijs wordt ingevoerd. De damwand is geslagen om na te gaan hoe de waterstromen lopen en ook natuurvriendelijke oevers worden daarvoor aangelegd. De richting van het waterplan wordt gevolgd. De heer Grooteman (LTO) constateert dat de commissies geregeld in tijdnood komen en vraagt om een oplossing. De voorzitter laat weten dat daarover gesproken wordt. De voorzitter heet de heer Wijnholds alsnog welkom in zijn eerste vergadering van deze commissie. De voorzitter sluit onder dankzegging aan de aanwezigen om uur de vergadering.

11 11 van 11 Actie Door vergadering en agendapunt 1. Informatie over toename weidevogels in Wormer- en Jisperveld 2. Beleidsnota Waterkeringen. Derde beslispunt toevoegen zodat duidelijk wordt dat de gewijzigde nota wordt vastgesteld. 3. Veldexcursie in kader van KRW organiseren. 4. Nagaan of in programmarapportage Wateropgave namen van polders bij indicatoren kunnen worden vermeld. 5. Vergisting in commissie BMW laten bespreken naar aanleiding van memo portefeuillehouder Van Os. C. Mantel/ M. Schreijer 10 oktober C. Stam 7 C. Mantel 8 C. Mantel 12c C. Mantel 13 Gereed