Mini-stoomcursus Financiële Analyse en Financiering

Vergelijkbare documenten
De bank is zelf nog altijd het beste financieringsalternatief voor het MKB

bankfinanciering / bedrijfswaardering

bankfinanciering en/of ondernemingswaardering

Rekening courant krediet Crediteuren

Rekening courant krediet Crediteuren

Oefenopgave 1. Oefenopgave 1. Crediteuren 600 EV 600. Debiteuren 400. Gebouwen 300 EV. Voorraden 200 Crediteuren. Kas 300

zorg financiering in 2014 en verder Anja van Balen Sector Banker Zorg ABNAMRO

Financiële analyse van de jaarrekening

Hoe meet u echte groei? GROEIDILEMMA. NCD Drs. Jean Gieskens AC CCM QT

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8

Aurington. Administratie en Advies

Nieuw gebouw Vestigingsplaats:

Financieel Management

KEN DE GETALLEN. Inzicht in financiële cijfers. Loek Vis BASIS & BELEID ORGANISATIEADVISEURS

Basisprognose

Welkom bij de Rabobank Collegetour Rabobank Zuid-Hollandse Eilanden

SomethingOld. SomethingBlue

Module 4 Inzicht in cijfers

Financiële analyse. Les 3 Kengetallen. Opdracht voor volgende lesweek

Financiële ratio s met CASH!

Jaarcongres Credit Management GROEI IN BALANS. Jaarcongres Credit Management GROEI IN BALANS

Weten waar je staat. Koppeling produkten. MKB-stresstest

Hoofdstuk 42 belangrijk

Hoofdstuk 6: Beoordelen

Rendementseis preferente aandelen bij bedrijfsopvolging

Uitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 5

Going concern Vestigingsplaats:

Toets 3 HAVO 5 g Diagnostische toets 2012

Samenvatting Management & Organisatie Boek 2B, Hoofdstuk 41 t/m 44

Hoofdstuk 2: Introductie van financiële overzichtsanalyse

Toetstermen STIBEX Moderne Bedrijfsadministratie Financiering 5

Hoofdstuk 43 belangrijk

Homework. week 4. H5 Liquiditeit. opgave 1. januari februari maart ontvangsten. entree abonnementen subsidie horeca

PERSOONLIJK & VERTROUWELIJK

Tussentijdse rapportage 2016 mrt van:

9 Uitwerkingen proefwerktrainingen deel 2

22 mei Presentatie Resultaten eerste kwartaal 2006

Uitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 6. Opgave 6.1 a. Gemiddeld eigen vermogen = ( ) / 2 =

Q1 Q2 Q3 Q4. Liquide middelen begin kwartaal Verkopen

Crowdfunding: publiek laten betalen, d.m.v. vermogen aan te trekken.

TA3290 Life-Cycle Modeling and Economic Evaluation

2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 4 1 / 10

financieel management les 2 interactive marketing communications

HOLLEBLOC 4Cast Model voor TOEKOMST ONDERZOEK

123WatEenSite C. van de PC Teststraat ZZ Alblasserdam

Opsteldatum: 26 oktober 2012 Periode: 1 januari 2009 t/m 31 december Telefoonnummer: adres: wilco.kraaij@unit4.

Opsteldatum: 23 mei 2011 Periode: 1 januari 2009 t/m 31 december Telefoonnummer: adres: wilco.kraaij@unit4.

Examen PC 2 vak Cash Management

Inhoud. Voorwoord. Handboek Corporate Finance & Treasury Een verantwoording 15

Vastgoed financieren. In een commerciële omgeving. Anja van Balen Sector Banker zorg 31 oktober 2013

Antwoordmodel (73223)

RENTABILITEIT RENTABILITEIT. winst = continuïteit. = studie resultatenrekening = maakt onderneming voldoende winst?

LIQUIDITEIT. + kasinkomsten (=omzet + afname handelsdebiteuren/ - toename handelsdebiteuren) - totale kasstroom van operaties : 360

HOFAM - Financieel Management Module 3B

1 november 2011 Examenhal (18:30 21:30)

Groesman International B.V.

Hoofdstuk 17 Financiële verslaggeving

14 mei Presentatie Resultaten eerste kwartaal 2007

Stichting Hope of the Nations M.F. Lodewijk Hogeweg 16D 8278 BC Kamperveen

Rapportage Financiele Analyse

Dit voorbeeldexamen bestaat uit 27 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.

A. Analyse van de Financiële Overzichten

Uitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 4

Inzicht in het inkomen van de ondernemer. 20 maart 2019

Jaarrekeninglezen voor non-financials. Ruitenburg University 15 november 2016

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 5

Hoeveelheid info in de jaarrekening is wel afhankelijk van de grootte van de onderneming à maximum 1 criterium mag overschreden worden

Syllabus. Leerdoelen voor de European Business Competence* Licence, EBC*L Niveau A

We gaan de winstgevendheid van een onderneming analyseren. DOEL: - hoe verliezen oplossen? - financieren met VV vanuit rentabiliteitsstandpunt?

Opsteldatum: 30 januari 2014 Periode: 1 januari 2012 t/m 31 december Telefoonnummer:

Groesman International B.V.

Jaarrekening dec december 2016 Benchmarkperiode 31 dec december om 15:55 uur

Jaarcijfers Amsterdam 25 februari, 2002

Waardering van een Onderneming

Halfjaarcijfers Amsterdam, 24 juli René J. Takens, CEO Hielke H. Sybesma, CFO

Wie zijn wij? [1 van 2]

Uitwerkingen Onderdeel 1: Corporate Finance (20 punten)

PROEFEXAMEN 2 Praktijkdiploma Boekhouden

Examen PC 2 vak Cash Management

HUNTER DOUGLAS RESULTATEN EERSTE HALFJAAR 2015

HUNTER DOUGLAS N.V., Piekstraat 2, 3071 EL Rotterdam, Nederland, Tel , Telefax HUNTER DOUGLAS RESULTATEN Q1 2014

19 mei Wat is de waarde van een bedrijf?

2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 5 1 / 12

Opleidingen en Trainingen VVCM

Jaarrekening Test BV 2015

Benchmark VVT (inleiding) 2017 Adstrat 1

Stichting Amati Ensemble Burgemeester Kengenstraat BK Hulsberg

a. U hebt voor deze toets 75 minuten de tijd. VERGEET U NIET UW GEMAAKTE TOETS IN TE LEVEREN BIJ DE SURVEILLANT?

HUNTER DOUGLAS RESULTATEN Q1 2015

MKBTR TOPFIT SESSIE HET VERHAAL VAN DE JAARCIJFERS 17 MAART 2016

Financieel verslag 2011/2012. Mixed Hockeyclub Voorbeeld Sportpark Hoefslag KM Vlissingen

Financieel Management

De kosten van ongeborgde financiering voor woningcorporaties

Balans in evenwicht.

Voorbeeld Kapsalon Mevrouw J.A. Speld Markplein EA SLIEDRECHT

Opgaven 4.4a en 4.4b horen bij paragraaf 4.2, Liquiditeitsbegroting en resultatenbegroting.

Module 4 Inzicht in cijfers

Stichting Hack42 Financieel jaarverslag 2012

Corporate finance & treasury. Werkkapitaal en liquiditeit in de overnamepraktijk. Current ratio en quick ratio zijn geen liquiditeitsratio s

Stichting Güney Surinamestraat XD Leiden RAPPORT OVER HET BOEKJAAR 2015

Transcriptie:

Mini-stoomcursus Financiële Analyse en Financiering Masterclass Bedrijfsvoering in het Agrarisch Bedrijf 4 December 2013 H.A.Rijken 1

Financieel (balans) management: bepalend voor de financieringsbehoefte kas + liquide middelen debiteuren voorraden vaste activa - materieel - immaterieel - financieel KT verplichtingen - kortlopend krediet - crediteuren LT verplichtingen eigen vermogen 2

Er zijn verschillende niveaus te onderscheiden in het financieel management lange termijn financieel mgt (LT investeringen, financieringskosten, solvabiliteit) korte termijn financieel mgt (werkkapitaal management, KT financieringsbeleid) liquiditeiten management (liquiditeitspositie ten allen tijde) cash management (uitvoeren transacties tegen minimale kosten) 3

Deel 1 Financiële Analyse methodieken 4

Financiële ratio s zijn als volgt te groeperen 1. Rentabiliteit (resultaat/vermogen,activa) 2. Activiteit (omzet/vermogen,activa) 3. Solvabiliteit (verhouding EV en VV, rentelasten/ebit) 4. Liquiditeit ( running out of cash, opvangen korte termijn tegenvallers) 5. Groei 5

Ratiolyse is een eerste/snelle analyse van de financiële situatie van een onderneming Koersratio s zeggen alleen iets in geval van - bedrijfsvergelijkende analyses: benchmarking (invloed Size) - horizontale analyses: ontwikkeling in de tijd Onderscheid structurele in incidentele ontwikkelingen Houd rekening met verschillen in waarderingsgrondslagen Met enkele kernratio s kun je snel inconsistenties opsporen in de koersvorming 6

Kasstroomanalyse I II Operationele kasstromen = netto inkomen + afschrijvingen - netto werkkapitaal Investeringskasstromen (investeringen in vaste activa) III Financieringskasstromen (dividend, aflossingen, nieuwe leningen, uitgifte van aandelen etc.) netto werkkapitaal = toename debiteuren, toename voorraden + afname crediteuren I+II+III = (kas + liquide middelen) 7

Cash Breakeven analyse welke extra omzet moet worden gerealiseerd om de totale kasuitgaven gelijk te laten zijn aan de totale kasontvangsten? Winst BE cash BE omzet 1000 2000 variabele kosten 500 1000 vaste kosten 500 510 EBT 0 490 netto inkomen 300 afschrijvingen 100 investeringen in WK -200 investeringen in vaste activa -300 financieringskastromen +100 kas 0 8

EBITDA is not King Gevoelig voor variaties in accounting methoden Houdt geen rekening met investeringen in werkkapitaal Houdt ook geen rekening met KT verplichtingen Geen rekening met vervangingsinvesteringen Geen noodzaak om alles in een maatstaf te stoppen! 9

Activiteit heeft een directe relatie met de winstgevendheid Dupont formule ROE (1 - VV/balanstotaal) ROA netto marge = netto winst /omzet omloopsnelheid = omzet / activa 10

Winstgevendheid verschilt per sector EBIT/TA NI/TA NI / TA Zonder bijz. posten EBITDA/TA agri 6,8% 4,1% 3,7% 9,9% mijnbouw, bouw 11,3% 7,5% 7,1% 17,3% basis industrie 10,4% 5,3% 5,2% 14,4% productie industrie 10,0% 6,1% 5,9% 13,7% transport en utility 7,5% 3,9% 3,8% 11,7% retail en groothandel 10,7% 6,3% 6,1% 14,6% service 9,0% 5,8% 5,3% 12,7% Source: eigen analyse (US beursgenoteerde ondernemingen, inclusief zeer kleine)

De cash conversion cycle geeft inzicht in de financieringsbehoefte voor werkkapitaal Leverancier levert Leveren aan klant Voorraad,WIP cycle Debiteuren cycle Crediteuren cycle Cash conversion cycle Afrekenen met leverancier Klant betaalt 12

De winst in verbeteringen met werkkapitaal mgt is voornamelijk te vinden bij de voorraden 100 80 cycle (dagen) 60 40 debiteuren cycle 20 crediteuren cycle voorraad cycle 0 1965 1975 1985 1995 2005 jaar Source: eigen analyse (US beursgenoteerde ondernemingen, inclusief zeer kleine)

Liquiditeiten management The key issues in liquidity management are how much to invest in each component of current assets and current liabilities and how to manage these investments effectively en efficiently in order to minimise insolvency risk Liquidity is the ability to meet all legitimate demands of funds Gallinger / Healey in Liquidity Analysis en Management 14

Liquiditeit wordt in kaart gebracht door (1) 1 relatieve hoeveelheid kas + liquide middelen kas ratio = (kas + liquide middelen) / totale activa 2 de mate van liquiditeit van vlottende activa current ratio = (vlottende activa) / kort passief quick ratio = (vlottende activa - voorraden) / kort passief 3 de financiering van werkkapitaal (lange termijn) netto werkkapitaal = vlottende activa - vlottend passief 15

Liquiditeit wordt in kaart gebracht door (2) 4 de toekomstige behoefte aan kas liquidity flow index = (kas T + verwachte inflow - kas T+1 ) / verwachte outflow 5 het uithoudingsvermogen zonder kasinkomsten defensief interval = (vlottende activa - voorraden) / dagelijkse kasuitgaven 6 Kans op running out of cash Z-score 16

Wat is een goede norm voor solvabiliteit? Business risico s en rendement profiel Levenscyclus, groei? Sector? Activa (liquide, kwaliteit onderpand) Grootte van de onderneming Winstfluctuaties? Operations leverage (verhouding vaste / variabele kosten) Historische ontwikkelingen (recente acquisities?) afstemming met business risico en onderpand 17

Hebben we een bepaald solvabiliteitsdoel voor ogen? Source, Graham and Harvey 18

Waar gaat het nu echt om bij ondernemingsfinanciering? Bron, Graham and Harvey 19

Deel 2a Bank relaties: kosten vreemd vermogen 20

Markt van vreemd vermogen: VS versus Europa

Schuldenniveaus liggen momenteel zeer hoog United States United Kingdom Germany France Italy Spain Japan Switzerland % GDP in 2009 government 67 (100) 59 73 80 109 56 197 37 non financial buss. 79 110 69 114 83 141 95 75 households 97 103 64 44 41 87 69 118 financial inst. 53 194 80 84 82 82 110 84 total 296 466 285 323 315 366 471 313 Change in % GDP 2000-2009 government 22 17 14 21 2-7 66-8 non financial buss. 12 32 4 25 28 67-30 -4 households 25 35-7 14 19 42-5 3 financial inst. 10 70 7 28 31 71 1 23 total 69 154 18 89 80 173 32 13

Segmentatie van de markt van vreemd vermogen: voor grotere en middelgrote ondernemingen

De kapitaalvereisten worden bepaald door de volgende formules K = Kapitaal eis per lening = -1 1/ 2 N ( ) N PD + ρ N 1- ρ 1 ( C) LGD EAD ρ( PD) 1 exp( 50 PD) + 1 exp( 50 PD) = 12% 24% 1 4% 1 1 exp( 50) 1 exp( 50) ( Omzet 5) 45 PD is de kans op default C is het betrouwbaarheidsniveau in de VAR berekening ρ is de correlatie in default kansen tussen ondernemingen Voor het MKB is deze correlatie lager ingeschat (dit leidt maximaal tot 20% lagere kapitaalvereisten De parameters PD, LGD, M en moeten worden bepaald a.d.h.v. historische data 24

kapitaalvereisten 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0% De relatie tussen kredietwaardigheid en kapitaalvereisten verschilt per benadering aaa 17 aa+ 16 Bazel II IRB benadering Bazel II IRB benadering met MKB corr. Bazel II standaard benadering Bazel I aa- 15 aa 14 a+ 13 a 12 a- 11 bbb+ 10 equivalente S&P rating bbb 9 bbb- 8 bb+ 7 bb 6 bb- 5 b+ 4 b 3 b- 2 ccc 1 cc 0 25

Kredietmodellen bestaan in allerlei soorten en maten Er is keuzevrijheid in modeltype en modelvariabelen kredietscore + β 4 = α + β 1 MW Omzet + β5 VV TV NWK TV + β 6 CW EBIT + β 2 + β3 TV TV INT + β7 ln( TV ) EBIT E( p i, t ) = 1+ 1 exp( kredietscore i, t ) modeltype: logit regressie methodologie 26

Het lagere niveau en hogere volatiliteit in de winstgevendheid in het MKB segment wordt onvoldoende gecompenseerd door een meer conservatieve financiering GB1 > 500 stabiele ondernemingen GB2 50..500 MKB < 50 innovatieve ondernemingen GB > 50 MKB < 50 verlieslatende ondernemingen GB > 50 MKB < 50 MW/VV 1.28 1.60 1.73 3.03 3.38 0.39 0.73 VV/TV 0.57 0.48 0.40 0.43 0.39 0.89 0.79 NWK/TA 0.20 0.31 0.34 0.35 0.35 0.07 0.05 CW/TV 0.27 0.22 0.17-0.86-1.94-0.94-1.81 EBIT/TV 0.104 0.085 0.045-0.02-0.30-0.04-0.22 stand.deviatie EBIT/TV per onderneming 0.045 0.072 0.106 0.118 0.245 0.097 0.188 Source: eigen analyse (US beursgenoteerde ondernemingen, inclusief zeer kleine) 27

Voor het type stabiele ondernemingen is het GB iets minder kredietwaardig dan het MKB 28

De financieringskosten liggen voor het MKB segment ongeveer 1% hoger dan het GB1 segment * * * * * * stabiele ondernemingen innovatieve ondernemingen verlieslatende ondernemingen GB1 > 500 GB2 50..500 MKB < 50 GB > 50 MKB < 50 GB > 50 MKB < 50 kansen op faillissement / surseance faillissement (één jaar) 0.17% 0.39% 0.54% 0.32% 0.61% 3.23% 2.55% surseance 1 (één jaar) 1.2% 2.4% 3.3% 1.7% 4.8% 10.1% 14.6% LGD (één jaar) 3 31.8% 32.5% 33.4% 34.7% 38.4% 41.0% 41.3% kapitaal vereisten Bazel II (op basis van krediet score model 1) standaard benadering 6.6% 7.4% 7.8% 7.5% 9.7% 11.3% 11.7% IRB met MKB corr. 5.8% 7.5% 7.5% 6.9% 9.8% 17.7% 19.0% IRB zonder MKB corr. 5.8% 7.5% 8.7% 6.9% 11.6% 17.7% 22.0% financieringskosten vreemd vermogen IRB met MKB corr. 0.9% 1.1% 1.1% 1.0% 1.5% 2.7% 2.8% PD LGD (één jaar) 0.4% 0.8% 1.1% 0.6% 1.8% 4.1% 6.0% obligatiemarkt 1.7% 2.4% 2.9% 2.1% 4.0% 6.6% 8.7% * Eigen analyse: berekend op basis van de verdeling van de equivalente ratings van Moodys en S&P 29

Relatie tussen MKB is verzakelijkt Kwantitatieve interne rating systemen, gebaseerd op harde financiële data zijn vaak leidend in kredietbeoordeling. Deze zorgen voor meer transparantie en consistentie zowel intern, voor de toezichthouder als de klant. Onderhandelingsruimte van de relatiemanager wordt kleiner. Kosten in het MKB segment zijn relatief hoog 30

Gevolgen Basel voor de individuele MKB onderneming: management van kredietwaardigheid en risico wordt meer dan ooit noodzakelijk De (interne) kredietrating die een MKB onderneming krijgt toebedeeld hangt sterk af van de details van het kwantitatieve interne rating systeem bij de bank. De betrouwbaarheid van kredietratings is lager voor het MKB Volatiliteit van kredietratings is hoger voor het MKB Lagere niveaus en hogere volatiliteit in winstgevendheid maakt het MKB kwetsbaar. De meer solide financiering compenseert dit maar gedeeltelijk. Innovatieve MKB ondernemingen krijgen het zwaar. De kraan zal misschien eerder worden dichtgedraaid voor verlieslatende ondernemingen. 31

Deel 2b Bank relaties: kosten eigen vermogen 32

CAPM is het meest gebruikte model Source: Graham & Harvey 33

Rendement is ook gerelateerd aan grootte van de onderneming Source: Duff & Phelps 34

Kleinere ondernemingen worden een stuk lager gewaardeerd (UK) 20 18 16 beursgenoteerde ondernemingen 14 koers - winst ratio Source: Rijken and Buckley 12 10 8 private transacties 6 1mln 7mln 50mln 400mln 3000 mln 4-2 0 2 4 6 8 ln(omzet) 35

Alternatief model: BDO model Ondernemingsspecifieke factoren scoren tussen 0 and 1 Factor Score Illiquiditeits premie 2 % Afhankelijkheid klanten Score factor * 1,57% =..% Afhankelijkheid leveranciers Score factor * 1,26% =..% Afhankelijkheid management Score factor * 1,74% =..% Concentratie activiteiten Score factor * 1,26% =..% Entree barrières Score factor * 0,94% =..% Track record Score factor * 1,37% =..% Flexibiliteit Score factor * 1,05% =..% Totaal Small firm premie =..% 36