K a d e r s G V V P Gemeentelijk Verkeers- en VervoersPlan In het GVVP staan de hoofdlijnen van het beleid op het gebied van verkeer en vervoer. Verkeer maakt gebruik van de openbare ruimte. De openbare ruimte is er echter voor alle gebruikers. De gebruikers zijn daarom gevraagd hun kennis in te brengen tijdens de inventarisatiefase. Het nieuwe GVVP wordt interactief opgesteld. De gegevens die zijn verzameld tijdens de inventarisatiefase worden via deze notitie voorgelegd aan de gemeenteraad. Nadat de raad de richting heeft bepaald, worden de inwoners opnieuw betrokken bij de uitwerking. Inhoudsopgave: 1. Aanleiding...2 2. Inventarisatie...2 2a. Enquete...2 2b. Werkateliers...3 2c. Dossieronderzoek...4 3. Analyse...5 4. Kaders...7 5. financieel...8 6. Voorstel:...8 afdeling OW bladzijde 1/8
1. AANLEIDING Het huidige Gemeentelijke Verkeers en VervoersPlan (GVVP) is geldig tot 2010. Daarom wordt een nieuw GVVP opgesteld. Vanwege de samenhang met de projecten Structuurvisie, Dorpsvisie en Woonvisie vindt afstemming plaats in het programma De Ontmoeting. In een GVVP wordt het verkeers- en vervoerbeleid van de gemeente omschreven. In hoofdlijnen is het beleid erop gericht om de (toekomstige) problemen met betrekking tot het verkeer en vervoer zoveel mogelijk te beperken en waar mogelijk op te lossen. Het GVVP is een beleidsstuk op hoofdlijnen dat kaders schept voor verdere uitwerking en richting geeft voor te nemen maatregelen. Het proces dat wordt gevolgd bij het opstellen is in de startnotitie beschreven, die in april 2009 door de raad is vastgesteld. De eerste fase betreft de inventarisatie. Op basis daarvan worden de kaders gesteld. 2. INVENTARISATIE In de afgelopen maanden is onderzoek uitgevoerd naar het verkeer en vervoer in De Wolden. Via een enquête zijn de meningen van inwoners in beeld gebracht, tijdens werkateliers hebben verenigingen hun (gebieds)kennis ingebracht, door middel van dossieronderzoek zijn kengetallen (ongevallen, intensiteiten, meldingen, bestaand en nieuw beleid) verzameld. De inventarisatie levert waardevolle informatie op. Deze informatie vormt de basis waarmee de richting kan worden bepaald voor het nieuwe GVVP. 2A. ENQUETE In de periode april mei 2009 kon via de gemeentelijke website online een enquêteformulier worden ingevuld. Bij buurthuizen en bibliotheken zijn papieren versies van de enquêteformulieren neergelegd, tevens werden deze op verzoek toegestuurd. In totaal zijn 266 enquêtes ingevuld. Dit is statistisch voldoende om conclusies uit te trekken voor de hele gemeente. Belangrijke bevindingen: weinig jongeren (4%) hebben de enquête ingevuld; 68% van de respondenten woont in de hoofdkernen; 67% gebruikt vooral de auto als vervoermiddel; afdeling OW bladzijde 2/8
52% voelt zich veilig in het verkeer; 53% kan veiliger door extra fietspaden en bermverharding; 28% omgeving bij scholen veiliger maken; 80% past zijn snelheid aan door verkeersborden; 66% vindt het niet nodig alle wegen in te richten als 30 en 60 km zone; 33% vindt tractoren, vrachtverkeer en smalle wegen een probleem; 87% wil het gebruik van de fiets stimuleren door extra fietspaden, verlichting en meer onderhoud; 88% geeft de voorkeur aan andere snelheidsremmers dan verkeersdrempels; door de frequentie van het openbaar vervoer te verbeteren kan hier meer gebruik van worden gemaakt; bij de antwoorden op de meer open vragen is veel informatie over knelpunten in de dorpen ingevoerd, deze informatie kan ook worden gebruikt als inbreng voor de dorpsvisies. 2B. WERKATELIERS In mei en juni 2009 zijn in Koekange, Ruinen en Zuidwolde bijeenkomsten georganiseerd. De Belangenverenigingen, de gemeenteraad en alle verkeersgerelateerde belanghebbenden zijn hiervoor uitgenodigd. Na de opening door wethouder Koster en een presentatie door verkeersdeskundige M. Oving gingen de aanwezigen aan de slag. Daarbij werden per gebied de doorgaande routes, schoolroutes, verkeersknelpunten en voorkeuren voor 30/50 60/80 zones ingetekend. Behalve knelpunten werden ook de meest optimale verkeersoplossingen benoemd. De aanwezigen waren zeer tevreden over de opzet van de werkateliers en de ruime gelegenheid om een inbreng te geven. Belangrijke algemene conclusies: doorgaande wegen met fietspaden 80 km; fietsers op rijbaan dan 60 km zone; woonomgeving 30 km zone; ontsluitende routes binnen bebouwde kom 50 km; onvoldoende parkeercapaciteit enkele dorpen; onvoldoende uitzicht door beplanting en bomen; onvoldoende bewegwijzering naar dorpen; aantal voorrangsituaties onduidelijk landbouwverkeer smalle wegen; overlast verkeersdrempels. De kaarten waarop de knelpunten en zoneringen zijn aangeduid zijn als bijlagen toegevoegd. afdeling OW bladzijde 3/8
2C. DOSSIERONDERZOEK Ongevallen. Door de RijksDienst voor Wegverkeer (RDW) worden de geregistreerde ongevallen verzameld. De gegevens worden aan de wegbeheerders geleverd. Met behulp van software worden de gegevens geanalyseerd. Zware ongevallenconcentraties op gemeentelijke wegen komen niet voor. Belangrijke constateringen: meeste ongevallen op wegen RWS (A28 + N48); 50% ernstige ongevallen (brom)fietsers betrokken; 20% afname aantal ongevallen t.o.v. 2004; 33% eenzijdige ongevallen (berm, boom); 33% oorzaak geen voorrang verlenen; In de bijlagen zijn de locaties van de ongevallenconcentraties in beeld gebracht. Verkeersintensiteiten: de gemeente bezit 3 mobiele verkeerstellers. De tellers worden permanent ingezet op tal van locaties. Gedurende één week wordt de hoeveelheid verkeer (auto s, vrachtverkeer, fietsers) gemeten. De gegevens leveren onderbouwingen op voor de beoordeling bij meldingen/klachten, de noodzaak bij de inzet van handhavingsacties door de politie en in beeld brengen van de verkeersbewegingen in de gemeente. Sinds 1998 zijn op de meeste wegen metingen verricht. De meetgegevens zijn in de bijlagen opgenomen. Belangrijke conclusies zijn: In veel 30 km zones wordt te hard gereden; In veel 60 km zones wordt te hard gereden; Behoudens schoolroutes naar het voortgezet onderwijs in Meppel, Diever, Dedemsvaart en Hoogeveen is de intensiteit op de fietspaden beperkt; Hessenweg (de Wijk) is de drukste gemeentelijke weg; Op diverse locaties wordt harder gereden dan de toegestane limiet. Meldingen / brieven: alle meldingen over de openbare ruimte worden geregistreerd in een database. De meldingen op het gebied van verkeer worden van een eigen kenmerk voorzien. Daarmee is er inzicht o.a. in de aard, frequentie en omvang. De verkeersmeldingen zijn zeer gevarieerd. Een deel gaat over wegmeubilair, markering enz. Maar een ander deel gaat over verkeerssnelheden en onveilige situaties. De melders krijgen binnen enkele werkdagen een reactie, daarbij wordt de wijze en termijn van aanpak aangegeven. Uit de database blijkt dat het aantal meldingen in de afgelopen jaren met ongeveer 20% is gedaald. De brieven die in de afgelopen jaren zijn ontvangen over het thema verkeer zijn geanalyseerd. Vaak worden knelpunten gemeld, een groot aantal is inmiddels door afdeling OW bladzijde 4/8
het treffen van maatregelen opgelost. De nog actuele knelpunten zijn verder onderzocht en opgenomen in dit rapport. Bestaand / nieuw beleid: In de afgelopen jaren zijn diverse plannen ontwikkeld. Deze zijn doorgenomen, relevante zaken worden hierna benoemd. Huidige GVVP: in dit plan is aangegeven dat overal 30 en 60 km zones moeten worden gerealiseerd. In de afgelopen jaren zijn inderdaad op veel locaties herinrichtingen uitgevoerd. In 2004 is de voortgang van het GVVP geëvalueerd. Daarbij is geconcludeerd dat de aanleg van 30 en 60 km zones erg kostbaar was. De hiervoor vrijgemaakte middelen bleken onvoldoende, terwijl ook anders gedacht wordt over de noodzaak. Tevens werd aangegeven dat nieuw beleid op het gebied van fietspaden diende te worden ontwikkeld. Fietsplan: dit plan is in 2008 vastgesteld. Met behulp van een matrix zijn de afwegingen en prioriteiten bepaald bij welke wegen een fietspad diende te worden aangelegd. Het Fietsplan is vaststaand beleid en wordt als bijlage bij dit plan gevoegd. In het Fietsplan zijn een aantal zaken benoemd die worden uitgewerkt in dit GVVP (fietsstallingen, routeaanduidingen, banken, enz.). Nota mobiliteit: Een betrouwbare en voorspelbare bereikbaarheid is de kern van de nota mobiliteit (2004). De auto neemt een centrale plaats in de verplaatsingsbehoefte van de mens. Diverse rapportages (Gebiedsvisie N48 / GBB klaverblad Hoogeveen / Rijks en Provinciale beleidskaders): de gemeente hanteert de uitgangspunten zoals in genoemde rapportages zijn vermeld. 3. ANALYSE In de startnotitie zijn de actuele verkeersthema s in De Wolden benoemd. Met behulp van de enquête en de werkateliers is inzicht gekregen in de vertaling van de inwoners en het gebied naar de beleidsthema s.de theorie is daarmee gekoppeld aan de praktijk. Hierna worden de hoofdlijnen uit de inventarisatiefase benoemd. a) Fietsplan: de in 2008 door de gemeenteraad vastgestelde aanpak wordt bevestigd en gewaardeerd. afdeling OW bladzijde 5/8
b) 30/60 km zones: het wordt niet noodzakelijk wordt gevonden om De Wolden volledig als 30 en 60 km zone in te richten. Buiten de bebouwde kom kunnen de doorgaande wegen (mits voorzien van een fietspad) veelal een 80 km/h limiet houden of krijgen. Binnen de bebouwde kommen moeten de woongebieden 30 km/h worden, veel doorgaande wegen kunnen 50 km/h blijven. c) Doorgaande routes: de doorgaande routes krijgen prioriteit bij wegenonderhoud en gladheidsbestrijding. Samen met de Belangenverenigingen zijn de doorgaande routes opnieuw benoemd. De routes zijn vermeld op een bijlage bij dit rapport. d) Verwijzingen dorpen: de routes naar de dorpen zijn op dit moment niet optimaal aangegeven. Een nieuw systeem van bebording dient daarom te worden gerealiseerd. Uitgangspunt is dat het verkeer gestuurd moet worden via de doorgaande routes. e) Lokale knelpunten: tijdens de werkateliers zijn veel lokale verkeersknelpunten in beeld gebracht. De meer algemene zaken worden in hoofdlijnen in het GVVP onderzocht en aangegeven. De uitwerkingen en detaillering kan plaatsvinden bij het opstellen van de Dorpsvisies. Daarbij kan interactief en samen met de bevolking en belangengroepen de verdere uitwerking worden bepaald. In een aantal gevallen zal gekozen moeten worden voor fysieke verkeersoplossingen (stenen en asfalt). Maar het kan ook anders door gebruik te maken van landschapselementen. Deze natuurlijke oplossingen kunnen functioneren als visuele snelheidsremmers. Het proces en de oplossingen passen in de systematiek van shared space. f) Ongevallen: uit de analyse blijkt dat veel ernstige ongevallen eenzijdig zijn. Maatregelen zijn mogelijk door meer aandacht te geven aan veilige bermen (meer bermverharding) en kritisch te kijken naar obstakels langs de wegen. Bijvoorbeeld de plekken van bomen (opstellen van een plan van aanpak obstakelvrije ruimte). g) Landbouwverkeer smalle wegen: de wegen in De Wolden zijn niet berekend op het steeds breder wordende landbouwverkeer. Momenteel vindt op provinciaal niveau onderzoek plaats. De Wolden is in de projectgroep vertegenwoordigd. De uitkomsten van dit onderzoek kunnen worden ingebracht in het GVVP. afdeling OW bladzijde 6/8
4. KADERS De verdere uitwerking van het GVVP kan op verschillende wijzen worden ingevuld. Het stellen van kaders in het gemeentelijk beleid is voorbehouden aan de gemeenteraad. Ter ondersteuning van de keuze in de uitwerkingsrichting van het Verkeers en Vervoersbeleid zijn 3 varianten uitgewerkt. Variant 1 - veilig: maximaal inzetten op veiligheid in de woonomgeving, de hiervoor noodzakelijke maatregelen mogen in geringe mate ten koste gaan van de bereikbaarheid. In de kernen dienen in deze variant meer remmende maatregelen te worden gerealiseerd. De maatregelen kunnen vaak niet worden gecombineerd met andere projecten. De kosten bedragen bij benadering 150.000 euro per jaar. Het GVVP sluit aan bij de landelijke en provinciale beleidsstukken: Nota Mobiliteit en het Provinciaal OmgevingsPlan (POP). Het GVVP heeft een sterke relatie met de Toekomstvisie en het collegeprogramma. Via het GVVP is intern en extern duidelijk wat de plannen voor de komende jaren zijn. Variant 2 - mobiel: een keuze voor de optimale toegankelijkheid van de dorpen. Waar mogelijk 80 km/h en 50 km/h limieten instellen. Daardoor zijn nagenoeg geen maatregelen noodzakelijk, hetgeen ten koste kan gaan van de verkeersveiligheid in de woonomgeving. Deze variant vergt geen eigen verkeersbudget. Verkeersmaatregelen worden alleen uitgevoerd in samenhang met andere plannen en indien gebruik kan worden gemaakt van subsidies. Variant 3 - combinatie: mix van variant 1 en 2. Alleen indien er een vrijliggend fietspad aanwezig is 50 en 80 km/h instellen op de doorgaande wegen. Alle overige wegen aanwijzen als 60 en 30 km zone. De kosten bedragen 50.000 per jaar. Getracht wordt gebruik te maken van subsidies van derden. Thema V E I L IG M O B I E L C O M B I BEREIKBAARHEID - Doorstroming Rijks en Provinciale wegen Alle wegen Doorgaande routes - Wegenstructuur Verblijf (30/60 km/h) verkeer (50 en 80 km/uur) Wonen: 30 km/h. Doorgaande routes indien fietspad 80, anders 60 km/h. - Landbouwverkeer Weren uit dorpen Acceptabel in dorpen Maatwerk. - Bewegwijzering Provinciale en rijkswegen Doorgaande wegen Belangrijke routes VERKEERSVEILIGHEID - Objectief en subjectief Alles verkeersveilig Beperkte aandacht Knelpunten oplossen - Gedragsbeïnvloeding Meer verkeerseducatie Geringe prioriteit Huidig niveau handhaven LEEFBAARHEID - Sociale veiligheid Pro-actief aanpakken Geringe prioriteit Knelpunten oplossen - Geluid Geen overschrijding norm. Normoverschrijving kan. Rekening met verblijfsfunctie - Gladheidbestrijding Doorgaande routes Doorgaande routes Doorgaande routes FIETS EN VOETGANGERS - Schoolroutes Voortgezet onderwijs Voorgezet onderwijs Voortgezet onderwijs - Bevorderen fietsgebruik Speerpunt Minder belangrijk Belangrijk - Voetpaden Meer voetpaden Huidige situatie Meer shared space - Zebra s Bij drukke oversteekplaatsen Geen Bij uitzondering OPENBAAR VERVOER - Dienstregeling Zo veel mogelijk OV Huidige niveau Optimaliseren afdeling OW bladzijde 7/8
- Haltes en halteplan Alle haltes toegankelijk Huidige niveau 50% haltes toegankelijk - Kernen zonder OV/regiotaxi OV overal en voor iedereen Allen vaste buslijnen Buslijnen + regiotaxi PARKEREN - winkelgebieden - gehandicapten Huidige niveau Meer parkeerruimte Uitbreiden bij knelpunten, maar integraal afwegen 5. FINANCIEEL Momenteel is er geen afzonderlijk budget beschikbaar om verkeersmaatregelen uit te voeren. Voorgesteld wordt wel een budget vrij te maken. De post verkeersmaatregelen dient onderdeel te gaan vormen van de post wegen. Indien een uitzetting van dit budget op dit moment niet aan de orde is, dan kan worden overwogen om binnen de post wegen ruimte te zoeken, waarbij het totale budget gelijk blijft. Met een eigen budget kunnen knelpunten worden aangepakt. Ook kan indien er geen combinatie mogelijk is met onderhoudsmaatregelen of andere projecten toch gericht de verkeersveiligheid worden verbeterd. Voor de realisatie van verkeersmaatregelen dient bij voorkeur BDU-subsidie te worden aangevraagd. Bij de afweging door de Provincie wordt rekening gehouden met de objectieve verkeersveiligheid (slachtoffers en verkeersintensiteiten). Indien dit niet in voldoende mate aan de orde is volgt er geen subsidie. Voorgesteld wordt voor de variant combi een jaarlijks budget vrij te maken van 50.000. Bij de variant veilig wordt voorgesteld structureel 150.000 euro vrij te maken. Wat kunnen we doen met een budget voor verkeersmaatregelen: - verkeersremmers; - victor veilig - attentie bebording; - kleinschalige verbeteringen. 6. VOORSTEL: Uit de enquête en uit de werkateliers blijkt dat de visie die in het huidige GVVP is aangegeven te vergaand wordt gevonden. Voorbeelden: de gehele gemeente inrichten tot een 30 km en 60 km zone hoeft niet. Alleen op die plekken waar er problemen zijn (grote snelheidsverschillen tussen de verkeersstromen) is dit noodzakelijk. De veilige variant lijkt op het huidige GVVP. De variant mobiel geeft meer ruimte aan het verkeer. Een mix van beiden verdient de voorkeur. Daarom wordt voorgesteld de combinatievariant verder uit te werken. afdeling OW bladzijde 8/8