Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 24 augustus 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/74538 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.
Inhoudsopgave Grammatica - Samengestelde zinnen Vooraf Stap1 Stap2 Stap3 Stap4 Over dit lesmateriaal Pagina 1
Grammatica - Samengestelde zinnen Vooraf Leerdoel - Je weet wat een samengestelde zin is. - Je weet wat onderschikking en nevenschikking is. - Je weet wat voegwoorden zijn. - Je kunt samengestelde zinnen maken. Eindproduct Je gaat samen met een klasgenoot een zo lang mogelijke zin verzinnen met het thema leven in Nederland. Alleen of samen? De eerste drie stappen doe je alleen. Probeer de opdrachten in eerste instantie ook echt alleen te doen. Als je er niet uitkomt vraag je een medeleerling of de docent om hulp. Tijdens de laatste stap vorm je samen met een klasgenoot een team. Jullie spelen tegen de andere teams uit je klas. Het is een wedstrijd, dus het is belangrijk dat jullie goed samenwerken. Tijd Je kunt twee lesuren aan deze opdracht besteden. Stap1 Samengestelde zinnen Een samengestelde zin is een zin die is opgebouwd uit twee of meer losse zinnen. De zinnen zijn samengevoegd door middel van één of meer voegwoorden. Bestudeer in de Kennisbank Nederlands: voegwoorden. KB: Grammatica: Voegwoorden De losse zinnen in een samengestelde zin, worden deelzinnen genoemd. Pagina 2
Bekijk het volgende filmpje. In dit filmpje wordt uitgelegd hoe je erachter komt of een deelzin een hoofdzin of een bijzin is. Als je weet met welke zinnen je te maken hebt (hoofdzin of bijzin), weet je of je te maken hebt met onderschikkende zinnen of nevenschikkende zinnen. Doe nu de volgende oefening: Samengestelde zinnen kn.nu/6zn2a 1 Een zin met één persoonsvorm noem je een...? a. samengestelde zin b. enkelvoudige zin 2 Uit hoeveel deelzinnen bestaat een samengestelde zin? a. één b. twee of meer 3 Een onderschikkende zin bestaat uit een hoofdzin en een bijzin. De hoofdzin... a. bevat de belangrijkste informatie b. is ondergeschikt aan de bijzin 4 Lees de volgende zin: De gemiddelde Nederlander is gezonder dan een gemiddelde Amerikaan en Nederlanders zijn gemiddeld ook gelukkiger. Deze zin is. (kies twee antwoorden) a. enkelvoudig b. samengesteld c. nevenschikkend d. onderschikkend Pagina 3
Stap2 Oefenen In de eerste oefening maak je van twee zinnen één ondergeschikte zin. In de tweede oefening zoek je de persoonsvormen van de samengestelde zinnen. Doordat een samengestelde zin uit twee of meer zinnen bestaat, zitten er ook twee of meer persoonsvormen in een samengestelde zin. Weet je nog hoe je de persoonsvorm kunt vinden? Bestudeer voor de zekerheid in de Kennisbank Nederlands: persoonsvorm. KB: Grammatica: Persoonsvorm Onderschikking kn.nu/caxfd 1 Maak van de ondergeschikte zinnen een ondergeschikte zin, waarbij je het voegwoord tussen de Dat is mijn nicht. Ze woont in London. (die) Dat is mijn nicht,. 2 Maak van de ondergeschikte zinnen een ondergeschikte zin, waarbij je het voegwoord tussen de Pagina 4
Ze zag hem. Ze begon te huilen. (toen) Ze begon te huilen,. 3 Ik schenk de beker aan de winnaar. De winnaar behaalt de eerste prijs. (aan wie). 4 Het milieu wordt steeds meer vervuild. We doen er te weinig aan. (omdat) Het milieu wordt steeds meer vervuild, 5 Ik word later groot. Ik wil trouwen met James. (als) Als ik later groot ben,. 6 Pagina 5
Dromen zijn bedrog. Het is duidelijk. (dat). 7 Zijn die lieden oprecht? Dat is de vraag. (of). 8 Het ongeval is gebeurd. Suzy heeft het me verteld. (hoe) Hoe het ongeval is gebeurd,. 9 De toeristen moesten vertrekken. Ze wisten niet waarheen. (waarheen). Pagina 6
10 Ik kon niet bellen. De telefoon was alweer defect. (doordat) Ik kon niet bellen,. Persoonsvorm en verbindingswoorden kn.nu/iykv7 1 Lees de onderstaande zin en kies de persoonsvormen en het verbindingswoord. Wanneer je langdurig pijn hebt, moet je naar de huisarts gaan. a. Wanneer b. langdurig c. pijn d. hebt e. moet f. huisarts g. gaan 2 Lees de onderstaande zin en kies de persoonsvormen en het verbindingswoord. Ze at haar pizza op, terwijl ze tv zat te kijken. a. Ze b. at c. haar d. terwijl e. zat f. te g. kijken 3 Pagina 7
Lees de onderstaande zin en kies de persoonsvormen en het verbindingswoord. Hoewel het weinig uitmaakt, zou ik toch voor dit type spijker kiezen. a. Hoewel b. weinig c. uitmaakt d. zou e. toch f. spijker g. kiezen 4 Lees de onderstaande zin en kies de persoonsvormen en het verbindingswoord. Je kunt wel zien, dat hij gek op haar is. a. Je b. kunt c. zien d. dat e. hij f. gek g. is 5 Lees de onderstaande zin en kies de persoonsvormen en het verbindingswoord. Zoals de agent al aangegeven had, kreeg Nicolette een bekeuring van 30 euro. a. Zoals b. agent c. aangegeven d. had e. kreeg f. bekeuring g. van 6 Lees de onderstaande zin en kies de persoonsvormen en het verbindingswoord. Zoals de agent al aangegeven had, kreeg Nicolette een bekeuring van 30 euro. Pagina 8
a. Zoals b. agent c. aangegeven d. had e. kreeg f. bekeuring g. van Stap3 Enkelvoudig, nevenschikking of onderschikking? Even een korte herhaling... Een zin kan enkelvoudig of samengesteld zijn. Een samengestelde zin kan bestaan uit: een hoofdzin en een bijzin, of uit twee hoofdzinnen. Als de zin uit een hoofdzin en een bijzin bestaat is het een onderschikkende zin. Als de zin uit twee hoofdzinnen bestaat is het een nevenschikkende zin. In deze oefening ga je aan de slag met zinnen, die gaan over het leven in Nederland in de Tweede Wereldoorlog. 1. Kopieer de zinnen hieronder naar een leeg tekstdocument. Noteer onder iedere zin of het om een enkelvoudige zin, een samengestelde zin met nevenschikking of een samengestelde zin met onderschikking gaat. Hier mag je vijf tot tien minuten voor gebruiken. Zinnen Na de bezetting ging het leven gewoon door. Mensen gingen nog steeds naar hun werk, maar langzaam veranderden er dingen. Pagina 9
Zo was vrije pers niet meer mogelijk en werden dagelijkse levensbehoeften steeds schaarser. Het was moeilijk om aan eten te komen, want er was niet zoveel. Zo gaat het eten op de bon en ontstaat er een circuit van zwarte handel. Tijdens de Tweede Wereldoorlog gaan steeds meer producten op de bon. De bezetter komt met verschillende maatregelen om het leven in Nederland te reguleren. Eén van de bekendste is de invoering van het persoonsbewijs, zodat iedereen zich kan identificeren. Direct na de bezetting krijgen de kranten duidelijke instructies van de bezetter. Als de pers artikelen publiceert die niet goedgekeurd zijn, riskeren ze een publicatieverbod. Hierin wordt onder andere opgeroepen om de legale pers niet meer te vertrouwen, omdat ze veel artikelen afkeuren. 2. Stuur jouw Wordbestand als bijlage in een e-mail naar een klasgenoot. Zet je docent in de CC. De klasgenoot stuurt zijn/haar Worddocument naar jou. Jullie gaan elkaars werk nakijken. Als je een foutje tegenkomt, geef je dit aan door een nieuwe opmerking in te voegen in het document. Als je niet weet hoe dit moet, bekijk dan het volgende filmpje. Verstuur je bestand, inclusief opmerkingen, terug naar je klasgenoot. Hiervoor mag je ongeveer tien minuten gebruiken. 3. Bespreek de antwoorden met elkaar. Heb je veel fouten gemaakt in de oefening? Zo ja, waarin heb je vooral fouten gemaakt? Hiervoor mag je ongeveer vijf minuten gebruiken. Stap4 Lange zinnen Samen met een klasgenoot ga je in deze opdracht een zo lang mogelijke zin maken. Jullie strijden tegen de andere tweetallen in de klas. 1. Bedenk het onderwerp van jullie zin. Het onderwerp van de zin moet passen in het thema Leven in Nederland. Weten jullie nog welke voegwoorden je kunt gebruiken? Bestudeer nog een keer het onderwerp voegwoorden in de Kennisbank Nederlands. KB: Grammatica: Voegwoorden Op deze site vind je een wel heeeeel lange zin: www.delangstezin.nl Pagina 10
2. Bedenk een zo lang mogelijke zin. Onderstreep alle persoonsvormen en voegwoorden. Dit is belangrijk, want als jullie hierin een foutje maken, worden jullie uitgesloten van de wedstrijd. Schrijf de zin eerst op in kladversie. Als jullie helemaal tevreden zijn, schrijf de zin dan op een groot vel netjes op. Hiervoor mogen jullie maximaal tien minuten gebruiken. 3. Hang de zin die jullie hebben verzonnen op in de klas. Welk tweetal heeft de langste zin gemaakt? Controleer of de andere tweetallen de juiste persoonsvormen en voegwoorden hebben onderstreept. Als ze hierin een foutje hebben gemaakt, mogen ze niet meer meedoen met de wedstrijd. Jullie mogen maximaal vijf minuten gebruiken om de andere zinnen te controleren. Als je denkt dat je een foutje tegenkomt, haal je de docent er bij. Hij/zij bepaalt of het inderdaad een foutje is. Het gebruik van lange zinnen in een tekst is niet altijd positief! Kijk maar eens naar het volgende filmpje. Pagina 11
Over dit lesmateriaal Colofon Auteur VO-content Laatst gewijzigd 24 augustus 2016 om 14:23 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 3; Leerinhoud en Nederlands; Schrijfvaardigheid; doelen Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Studiebelasting 2 uur en 0 minuten Trefwoorden leerlijn, rearrangeerbare Pagina 12