Complexe Analyse. S. Caenepeel

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Complexe Analyse. S. Caenepeel"

Transcriptie

1 Complexe Analyse S. Caenepeel Syllabus 126 bij IR-WISK 1343 en WE-DWIS 545 Complexe Analyse: residurekening en integraaltransformaties Tweede Bachelor Ingenieurswetenschappen Tweede Bachelor Fysica Eerste Jaar Brugprogramma Ingenieurswetenschappen 27

2 Inhoudsopgave 1 Analytische Functies Complexe functies Differentieerbare en analytische functies Voorbeelden Integralen van functies van een complexe veranderlijke Definitie en algemene eigenschappen De stelling van Cauchy-Goursat Gevolgen van de stelling van Cauchy-Goursat Reeksen Numerieke reeksen Reeksen van functies Machtreeksen Taylorreeksen Laurentreeksen De residustelling Singuliere punten De residustelling Toepassingen van de residustelling Analytische voortzetting De cirkelmethode

3 5.2 De vierkantswortel De logaritme De Laplacetransformatie Oneigenlijke integralen afhankelijk van een parameter Functies van exponentiële orde en de convergentieabscis De Laplacetransformatie Eigenschappen van de Laplacetransformatie Toepassingen van de Laplacetransformatie De inverse Laplacetransformatie Oplossen van differentiaalvergelijkingen De convolutieintegraal Distributies en de Dirac functie De Fouriertransformatie De Fouriertransformatie De inverse Fouriergetransformeerde Verdere eigenschappen, voorbeelden en toepassingen De Z-transformatie Definitie en eigenschappen De inverse transformatie Convolutie en product Recurrentie- en differentievergelijkingen De tweezijdige Z-transformatie en Fourierreeksen Variatierekening De vergelijkingen van Euler Het vraagstuk met nevenvoorwaarden

4 Hoofdstuk 1 Analytische Functies 1.1 Complexe functies In dit opleidingsonderdeel bestuderen we functies f : V C C, z w = f (z) De complexe variabele z in de bronruimte noteren we als z = x + iy De complexe variabele w in de beeldruimte noteren we als We hebben dan in feite waarbij w = u + iv w = f (z) = u(x,y) + iv(x,y) u,v : R 2 R twee reële scalaire functies van twee veranderlijken zijn. We kunnen dit ook als volgt zien: als reële vectorruimte is C = R 2, en dus kan f ook bekeken worden als een functie f : R 2 R 2 Zulk een vectorwaardige functie heeft twee componenten, die elk scalaire functies R 2 R zijn. Limieten van complexe functies Om de limiet van een complexe functie te definiëren, beschouwen we deze gewoon als een functie R 2 R 2, met andere woorden: lim f (z) = w (1.1) z z 3

5 als en slechts als ε >, δ > : < (x x ) 2 + (y y ) 2 < δ = (u u ) 2 + (v v ) 2 < ε (1.2) Herhaal dat, voor een complex getal z = x+iy, de absolute waarde gegeven wordt door de formule z 2 = zz = x 2 + y 2 We zien dat (1.1) en (1.2) dus ook equivalent zijn met ε >, δ > : < z z < δ = f (z) w < ε (1.3) Omdat limieten van vectorfuncties componentsgewijs kunnen uitgerekend worden zijn deze dus ook equivalent met lim u(x,y) = u en (x,y) (x,y ) lim v(x,y) = v (1.4) (x,y) (x,y ) Bijgevolg blijven de gekende formules voor limiet van som, product, quotiënt, enz. geldig voor limieten van complexe functies. We kunnen ook oneigenlijke limieten beschouwen. Hiertoe voegen we aan de verzameling C een element toe, dat we noteren. De verzamelingen {z z > α} spelen de rol van omgeving van, en we krijgen de volgende definities: lim z ε >, α > : z > α = f (z) w < ε lim f (z) = z z α >, δ > : z z < δ = f (z) > α lim z f (z) = α >, β > : z > β = f (z) > α Continuiteit Ook hier zijn er geen verrassingen: f is continu in z als lim f (z) = f (z ) z z Dit is equivalent met de continuiteit van de functies u en v in (x,y ). We hebben ook onmiddellijk de volgende eigenschappen: 1. Als f en g continu zijn in z, dan ook f + g en f g; als g(z ), dan is ook f /g continu in z ; 2. Als f continu is in z, en g continu is in f (z ), dan is g f continu in z ; 3. Als f continu is in z, dan is f ook continu in z. Als deze eigenschappen volgen gemakkelijk over die voor reële functies. We tonen bijvoorbeeld de laatste aan: als f = u + iv continu is in z = x + iy, dan zijn ook u en v continu in (x,y ), en dan is f = u 2 + v 2 continu in z = x + iy. 4

6 Uniforme continuiteit Neem een functie f : G C C, waarbij G een domein of een gebied in C is. f is continu over G als z G, ε >, δ > : z G en z z < δ = f (z) f (z ) < ε f is uniform continu over G als ε >, δ > : z,z G en z z < δ = f (z) f (z ) < ε Stelling Als f continu is over een gebied G, dan is ze uniform continu over dat gebied G. Bewijs. Als f continu is over G, dan ook de reële component u en de imaginaire component v. Maar we weten uit de eerste kandidatuur dat een scalaire functie die continu is over een gebied, ook uniform continu is over dat gebied. Neem ε > willekeurig. Er bestaat een δ 1 > zodanig dat (x,y),(x,y ) G en (x x ) 2 + (y y ) 2 < δ 1 = u(x,y) u(x,y ) < ε/ 2 Er bestaat een δ 2 > zodanig dat (x,y),(x,y ) G en (x x ) 2 + (y y ) 2 < δ 2 = v(x,y) v(x,y ) < ε/ 2 Onderstel nu dat z,z G, en z z < min(δ 1,δ 2 ) = δ. Aangezien z z = (x x ) 2 + (y y ) 2 volgt dan dat f (z) f (z ) = hetgeen precies is wat we nodig hebben. ε (u(x,y) u(x,y )) 2 + (v(x,y) v(x,y )) 2 2 < 2 + ε2 2 = ε 1.2 Differentieerbare en analytische functies Zij f : C C gedefinieerd, tenminste op een omgeving van z = x + iy. Als we f bekijken als een functie R 2 R 2, dan kunnen we bepalen wanneer f differentieerbaar is in (x,y ). Een voldoende voorwaarde is dat de partiële afgeleiden van f bestaan en continu zijn op een omgeving van (x,y ). We herinneren aan de definitie van de afgeleide van een gewone numerieke functie f : R R: f (x ) = lim x x f (x) f (x ) x x Deze formule kan niet zomaar gedefinieerd worden voor een functie R n R m, omdat er vectoren in de noemer zouden komen. Maar in C kunnen we wel delen, en vandaar volgende definitie. 5

7 Definitie De afgeleide van f : C C in z is de limiet f (z ) = d f dz = lim z z f (z) f (z ) z z Indien deze limiet bestaat in C, dan zeggen we dat f afleidbaar is in z. Indien f afleidbaar is in elk punt van een omgeving van z, dan zeggen we dat f analytisch is in z. We hebben volgende rekenregels; deze worden op precies dezelfde manier bewezen als in het reële geval: (c f ) (z ) = c f (z ) ( f + g) (z ) = f (z ) + g (z ) f g) (z ) = f (z )g(z ) + f (z )g (z ) ( ) f (z ) = f (z )g(z ) f (z )g (z ) g g(z ) 2 als g(z ) (g f ) (z ) = g ( f (z )) f (z ) De voorwaarden van Cauchy-Riemann We zullen nu laten zien dat afleidbaarheid van een complexe functie een veel sterkere eigenschap is dan differentieerbaarheid van dezelfde functie R 2 R 2. Stelling De functie f (z) = u(x,y) + iv(x,y) is afleidbaar in z = x + iy als en alleen als 1. de scalaire functies u en v zijn differentieerbaar in (x,y ); 2. u en v voldoen aan de voorwaarden van Cauchy-Riemann: u x (x,y ) = v y (x,y ) ; u y (x,y ) = v x (x,y ) (1.5) Bewijs. Onderstel eerst dat f afleidbaar is in z, en schrijf f (z ) = a + ib. Als we noteren dan hebben we dus dat met z = z z = (x x ) + i(y y ) = x + i y f (z + z) f (z ) z lim λ = z We kunnen λ schrijven als de som van een reëel en een imaginair gedeelte: λ = λ 1 + iλ 2 = a + ib + λ (1.6) 6

8 en dan geldt We herschrijven (1.6) als volgt: lim λ 1 = lim λ 2 = (1.7) ( x, y) (,) ( x, y) (,) u(x + x,y + y) + iv(x + x,y + y) u(x,y ) iv(x,y ) = ( x + i y)(a + ib + λ 1 + iλ 2 ) We splitsen dit in reëel en imaginair gedeelte u(x + x,y + y) u(x,y ) = a x b y + λ 1 x λ 2 y (1.8) v(x + x,y + y) v(x,y ) = b x + a y + λ 2 x + λ 1 y (1.9) Als we y = nemen in beide formules, en dan de limiet nemen voor x gaande naar, dan krijgen we u x (x,y ) = a en v x (x,y ) = b Als we x = nemen in beide formules, en dan de limiet nemen voor y gaande naar, dan krijgen we u y (x,y ) = b en v y (x,y ) = a en als we dit combineren, dan krijgen we u x (x,y ) = v y (x,y ) = a ; u y (x,y ) = v x (x,y ) = b Uit (1.8) en (1.7) volgt dat u differentieerbaar is in (x,y ), en uit (1.9) en (1.7) volgt hetzelfde voor v. Omgekeerd, onderstel dat u en v differentieerbaar zijn, en dat voldaan is aan de voorwaarden van Cauchy-Riemann. We kunnen dan schrijven met u(x + x,y + y) u(x,y ) = u x (x,y ) x + u y (x,y ) y + α 1 x + α 2 y v(x + x,y + y) v(x,y ) = v x (x,y ) x + v y (x,y ) y + α 3 x + α 4 y lim α i =, ( x, y) (,) voor i = 1, 2, 3, 4. Als we deze formules combineren met de voorwaarden van Cauchy-Riemann, dan vinden we f (z + z) f (z ) = u(x + x,y + y) + iv(x + x,y + y) u(x,y ) iv(x,y ) = x(a + ib) + y( b + ia) + x(α 1 + iα 3 ) + y(α 2 + iα 4 ) x = ( x + i y)(a + ib + λ 1 z + λ y 2 z ) 7

9 Hierbij stelden we λ 1 = α 1 + iα 3 en λ 2 = α 2 + iα 4. Omdat x x 2 + y 2 = z is en, volkomen analoog en hieruit concluderen we dat lim z λ 1 lim z λ 2 x z = y z = f (z + z) f (z ) lim = a + ib z z Gevolg Als f = u + iv afleidbaar is in z = x + iy, dan is f (z) = u x + i v x = v y i u y Harmonische functies Een harmonische functie op een domein D R 2 is een functie ψ : D R die over D voldoet aan de vergelijking van Laplace: 2 ψ x ψ y 2 = Onderstel nu dat f = u + iv : D C C analytisch is over D. Dan bestaan de partiële afgeleiden van eerste orde van u en v. Als we aannemen dat de partiële afgeleiden van orde 2 ook bestaan en continu zijn (we zullen verderop zien dat dit altijd het geval is), dan hebben we zeker 2 u x y = 2 u y x en 2 v x y = 2 v y x Over D voldoen u en v aan de voorwaarden van Cauchy-Riemann: u x = v y u en y = v x De eerste vergelijking afleiden naar x en de tweede naar y, en dan optellen geeft: 2 u x u y 2 = De eerste vergelijking afleiden naar y en de tweede naar x, en dan aftrekken geeft: 2 v x v y 2 = u en v zijn dus harmonische functies: reëel en imaginair gedeelte van een analytische functie zijn oplossingen van de vergelijking van Laplace. Als f = u+iv een analytische functie is, dan noemen we u en v toegevoegd harmonische functies. 8

10 1.3 Voorbeelden Veeltermfuncties De constante functie f (z) = c voldoet aan de voorwaarden van Cauchy-Riemann, en uit gevolg volgt dat f (z) =. De functie f (z) = z voldoet overal aan de voorwaarden van Cauchy-Riemann, en uit gevolg volgt dat f (z) = 1. Omdat het product van afleidbare functies opnieuw afleidbaar is, volgt dat f (z) = z n ook overal afleidbaar (en dus analytisch) is. Uit de rekenregel voor de afgeleide van het product volgt dat f (z) = nz n 1. Hieruit volgt dat een veeltermfunctie f (z) = a n z n + a n 1 z n a met complexe coëfficiënten a n,,a overal analytisch is. Een complexe veelterm wordt afgeleid zoals een reële veelterm. Complex toegevoegde en absolute waarde De functie f (z) = z is nergens afleidbaar: we hebben u = x en v = y, en een van de twee Cauchy- Riemann voorwaarden wordt 1 = 1. Op analoge wijze is f (z) = z 2 = x 2 + y 2 enkel afleidbaar in de oorsprong. f is dus nergens analytisch. De exponentiële functie Herhaal de definitie van de complexe exponentiële functie e z = exp(z) = e x (cosy + isiny) De exponentiële functie is overal analytisch, want de componentfuncties u(x,y) = e x cosy en v(x,y) = e x siny voldoen overal aan de voorwaarden van Cauchy-Riemann: Uit gevolg leiden we ook af: u x = ex cosy = v y v en x = ex siny = u y de z dz = u x + i v x = ex cosy + ie x siny = e z Hieronder geven we enkele eigenschappen van de complexe exponentiële functie: 9

11 exp is overal analytisch; exp (z) = exp(z); exp(z), voor elk complex getal z; e z 1e z 2 = e z 1+z 2 ; e z is periodisch met periode 2πi. De goniometrische functies Per definitie stellen we cosz = eiz + e iz 2 ; sinz = eiz e iz ; tgz = sinz 2i cosz Voor z R vinden we de klassieke goniometrische functies terug. sinus en cosinus zijn overal analytisch, en tangens is analytisch behalve in kπ + π/2, voor elk geheel getal k. Enkele eigenschappen: sin z = cosz; cos z = sinz; cos en sin zijn periodisch met periode 2π; sin 2 z + cos 2 z = 1. De hyperbolische functies chz = ez + e z ; shz = ez e z ; thz = shz 2 2 chz Voor z R vinden we de klassieke hyperbolische functies terug. Merk op dat chiz = cosz; shiz = isinz; thiz = itgz Dit laat het verband zien tussen de goniometrische en hyperbolische functies, en geeft een verklaring voor de analogie tussen de eigenschappen van beide klassen functies. Enkele eigenschappen: sh z = chz; ch z = shz; ch en sh zijn periodisch met periode 2πi; ch 2 z sh 2 z = 1. sh en ch zijn overal analytisch, en th is overal analytisch behalve in (kπ + π/2)i, voor elk geheel getal k. 1

12 De logaritmische functie Neem een complex getal, niet gelegen op de negatieve x-as: z C \ {x x } Dan kunnen we z schrijven onder de vorm z = re iϕ met r >, ϕ ( π,π). We definiëren de complexe logaritmische functie Ln door Lnz = lnr + iϕ Stelling Ln is analytisch over z C \ {x x }. Bewijs. We hebben { u = lnr = 1 2 ln(x2 + y 2 ) v = ϕ en we zien onmiddellijk dat We hebben u x = x x 2 + y 2 u en y = { x = r cosϕ y = r sinϕ y x 2 + y 2 Afleiden naar x van beide vergelijkingen geeft { 1 = cosϕ r ϕ x r sinϕ x = sinϕ r x + r cosϕ ϕ x Als we dit lineair stelsel oplossen vinden we ϕ x = sinϕ = y r x 2 + y 2 Volledig analoog berekenen we ϕ y = x x 2 + y 2 en de voorwaarden van Cauchy-Riemann volgen. We bereken nu ook gemakkelijk de afgeleide: zoals verwacht. dln dz (z) = u x + i v x = x iy x 2 + y 2 = 1 z 11

13 Hoofdstuk 2 Integralen van functies van een complexe veranderlijke 2.1 Definitie en algemene eigenschappen In het complexe vlak beschouwen we een georiënteerde boog ÂB met continue raaklijn. Er bestaat dan een parametervoorstelling { x = x(t) (a t b) (2.1) y = y(t) waarbij x (t) en y (t) continu zijn over [a,b]. We kunnen (2.1) herschrijven in complexe vorm: z = z(t) (a t b) Beschouw nu een partitie Q = (a = t,t 1,,t n = b) van het interval [a,b]. Hiermee stemt een partitie P van de boog ÂB overeen, namelijk (zie Figuur 2.1) P = (A = z = z(t ),z 1 = z(t 1 ),,z n = z(t n ) = B) De norm N P van de partitie P definiëren we door N P = max{ z k z k 1 : k = 1,,n} Beschouw nu een functie f : C C, tenminste gedefinieerd op de boog ÂB. Voor iedere k kiezen we tk [t k 1,t k ], en stellen z k = x k + iy k = f (t k ). Dan bekijken we de Riemann som s P = n f (z k )(z k z k 1 ) k=1 Definitie Indien lim s P bestaat en onafhankelijk is van de gekozen deelpunten z N P k, dan zeggen we dat f integreerbaar is langsheen de boog ÂB, en we noteren de limiet Z f (z)dz ÂB 12

14 y z 2 t 2 z n t n B z t z 1 A t1 x Figuur 2.1: Een partitie van de boog ÂB Stelling Als f continu op een domein dat de boog ÂB (met continue raaklijn) omvat, dan bestaat de integraal R ÂB f (z)dz. Bewijs. Noteer f = u + iv, z k = z k z k 1, x k = x k x k 1. Dan berekenen we gemakkelijk dat s P = = = n k=1 n k=1 n k=1 f (z k ) z k (u(x k,y k ) + iv(x k,y k ))( x k + i y k ) ( u(xk,y k ) x k v(xk,y k ) y k ) ( ) + i u(xk,y k ) y k + v(xk,y k ) x k Het reëel gedeelte is een Riemann som van de lijnintegraal Z u(x,y)dx v(x,y)dy en het imaginair gedeelte is een Riemann som van de lijnintegraal Z u(x,y)dy + v(x,y)dx ÂB ÂB Omdat f continu is, en de boog ÂB continu differentieerbaar is, bestaan deze twee lijnintegralen (zie het hoofdstuk over lijnintegralen in Analyse 1 ). Gevolg Met onderstellingen als in stelling wordt de integraal van f langs ÂB gegeven door de formule Z Z Z f (z)dz = u(x,y)dx v(x,y)dy + i u(x,y)dy + v(x,y)dx ÂB = ÂB Z b a ÂB ( ) u(x(t),y(t))x (t) v(x(t),y(t))y (t) dt 13

15 = Z b a +i Z b a f (z)z (t)dt ( ) u(x(t),y(t))y (t) + v(x(t),y(t))x (t) dt De volgende eigenschappen volgen onmiddellijk uit de overeenstemmende eigenschappen voor de lijnintegraal. Stelling We nemen een continu differentieerbare boog ÂB, en twee continue functies f, g : C C op een domein dat de boog omvat. Zij C een punt gelegen op de boog ÂB. 1. R f (z)dz = f (z)dz; ÂB R BA 2. R ÂB f (z)dz = R ÂC f (z)dz + R ĈB f (z)dz; 3. R ÂB (a f + bg)(z)dz = ar ÂB f (z)dz + br ÂB g(z)dz. Eigenschap 2 uit stelling laat toe om de lijnintegraal ook te definiëren langsheen krommen die slechts stuksgewijs continu zijn; dit zijn continue krommen, waarvan de raaklijn overal bestaat en continu is, behalve eventueel in een eindig aantal punten: bijvoorbeeld een vierkant. Als de kromme ÂB continu differentieerbaar is, dan is ze rectificeerbaar (zie Analyse 2 ), en kunnen we de booglengte l beschouwen. Per definitie is deze l = sup{ n k=1 δz k : (z,,z n ) een partitie van ÂB} Als f een continue functie is op een gebied dat ÂB bevat, dan is f ook begrensd op ÂB. Er bestaat dus een m zodat f (z) m, voor elke z op de boog ÂB. Stelling Neem een continu differentieerbare boog ÂB met lengte l. Voor elke continue functie f hebben we Z f (z)dz ml ÂB Bewijs. Voor elke partitie P hebben we s P n k=1 f (z k ) (z k) m n k=1 (z k ) ml en de gewenste formule volgt na limietovergang N P. Voorbeeld We berekenen Z I 1 = ÂBC Z f (z)dz en I 2 = ÂDC f (z)dz 14

16 D y 1 + i C A B x Figuur 2.2: De krommen ÂBC en ÂDC waarbij f (x + iy) = x, en de krommen ÂBC en ÂDC gegeven worden door Figuur 2.2. We hebben Z Z Z I 1 = xdz = xdz + xdz ZÂBC Z ÂB Z BC Z = xdx + i xdy + xdx + i = ÂB Z 1 = i ÂB xdx + i + + i BC Z 1 dy xdy BC Hierbij kozen we x als parameter voor ÂB, en y als parameter voor BC. Op analoge wijze vinden we I 2 = 1/2. De integraal van A naar C hangt dus af van de gevolgde weg. Voorbeeld Zij C + de cirkel met middelpunt a en straal r die doorlopen wordt in positieve zin. Omdat C + een gesloten kromme is, is het niet nodig om begin- en eindpunt aan te geven. We berekenen I dz I = z a We schrijven C + in parametervorm: C + z = a + re it, t 2π Dan is z (t) = rie it Omdat f (z) = 1/(z a) continu is langsheen C + bestaat I, en we vinden I I = C + Z dz 2π z a = ire it dt re it = 2πi We hebben ook de volgende versie van de grondstelling van de integraalrekening. Stelling We beschouwen een continu differentieerbare boog ẑ z 1, gelegen in een domein D. Onderstel dat de functies F, f : C C voldoen aan volgende voorwaarden: 15

17 1. F (z) = f (z), voor elke z D; 2. f is continu over D. Dan is Z ẑ z 1 f (z)dz = F(z 1 ) F(z ) Opmerking ) Voorwaarde 1. vertelt ons dat F analytisch is over D. We zullen verderop zien dat dit impliceert dat F ook analytisch is over D, en a fortiori continu over D. Voorwaarde 2. wordt dan overbodig. 2) De integralen in stelling hangen dus niet af van de gevolgde weg. Bewijs. We schrijven Dan is en dus z = x + iy en z 1 = x 1 + iy 1 F(z) = U + iv en f (z) = u + iv F (z) = f (z) = U x + i V x = V y i U y = u + iv u = U x = V y V en v = x = U y We berekenen nu Z Z Z I = f (z)dz = (udx vdy) + i (udy + vdx) ẑ z 1 ẑ z 1 ẑ z 1 Z ( Z U U ( V = dx + ẑ z 1 x y dy) V + i dx + ẑ z 1 x y dy) Z Z = gradu dr + i gradv dr ẑ z 1 ẑ z 1 = U(x 1,y 1 ) U(x,y ) + iv (x 1,y 1 ) iv (x,y ) = F(z 1 ) F(z ) waarbij we gebruik maakten van de grondformule voor de lijnintegraal (zie Analyse 2 ). Voorbeeld Neem een geheel getal n 1. We berekenen de integraal Z I = (z a) n dz ẑ z 1 Voor n < zorgen we ervoor dat onze kromme niet door a gaat. De functies f (z) = (z a) n en F(z) = (z a)n+1 n

18 voldoen dan aan de voorwaarden van stelling 2.1.8, zodat I = (z 1 a) n+1 n + 1 (z a) n+1 n + 1 Als C een gesloten kromme is, dan hebben we dus I (z a) n dz = C Neem in het bijzonder de cirkel C + met middelpunt a en straal r uit voorbeeld We hebben dan I { als n 1 C +(z a)n dz = 2πi als n = De stelling van Cauchy-Goursat Stelling (Cauchy-Goursat) Zij D een enkelvoudig samenhangend domein, en C een stuksgewijs continu differentieerbare gesloten kromme die volledig binnen D ligt. Als f : D C analytisch is over D, dan is I f (z)dz = C Bewijs. We beschouwen het gebied G begrensd door de kromme C. Een partitie van G is per definitie een verzameling deelgebieden {G k k = 1,,n} zodat n k=1 = G en de doorsnede van twee verschillende deelgebieden volledig bevat is in de rand van elk van de deelgebieden. Bewering B Voor elke ε > is het mogelijk om een partitie {G k k = 1,,n} van G en punten Z k G te vinden zodat f (z) f (Z k ) f (Z k ) z Z < ε, z G k \ {Z k } (2.2) k Deze partitie construeren we als volgt. Omdat G begrensd is, bestaat een vierkant V met zijden evenwijdig met de assen, dat G volledig omvat. Noem a de zijde van het vierkant. Dan is G = V G. Als we Z G kunnen vinden zodat aan (2.2) voldoet, dan hebben we de gevraagde partitie {G}. Anders delen we het vierkant op in vier gelijke deelvierkanten V 1,V 2,V 3,V 4 door de middelloodlijnen op de zijden te trekken. Stel dan G i = V i G. {G 1,G 2,G 3,G 4 } is dan een partitie van G. Als we Z k G k kunnen vinden zodat (2.2) geldt, dan houden we G k zoals het is. Anders delen we V k weer op in vier gelijke deelvierkanten, en nemen de doorsnede van elk van die deelvierkanten met G. We krijgen dan een nieuwe partitie, met G k opgesplits in vier cellen. We 17

19 y G C x Figuur 2.3: De partitie behorend bij bewering B hernummeren zodat we een stel vierkanten {V 1,,V 7 } krijgen, en een stel gebieden {G 1,,G 7 }. Als G j = /, dan schrappen we hieruit G j en V j. We herhalen deze procedure zolang er cellen G j in de partitie zitten waarin geen Z j kan gevonden woorden waarvoor (2.2) geldt. De opeenvolgende partities die we aldus verkrijgen bestaan uit deelgebieden die ofwel onvolledige vierkanten zijn (als G i een echt deel van V i, ofwel volledige vierkanten (als G i = V i ) (zie Figuur 2.3). Als we na een eindig aantal stappen een partitie verkrijgen waarvan alle cellen voldoen aan (2.2), dan is bewering B bewezen. Indien dit niet het geval is, dan vinden we een rij vierkanten (hernummer) V 1 V 2 V 3 zodat in geen enkele G i = V i G een Z i kan gevonden worden waarvoor (2.2) geldt, en waarbij V k telkens een kwart van V k 1 is. Uit de volledigheid van de reële getallen (zie analyse 1 ) volgt dat de doorsnede k=1 G k niet leeg is, en dus een punt ξ bevat. ξ G, en dus is f analytisch in ξ, en f (ξ) bestaat. We kunnen dus schrijven f (z) f (ξ) = (z ξ)( f (ξ) + λ(z)) met zodat lim λ(z) = z ξ δ > : z ξ < δ λ(z) < ε Noem S de open schijf met middelpunt ξ en straal δ. Voor n voldoende groot is de zijde van V n kleiner dan δ/ 2, en dan hebben we zeker dat G n V n S. We hebben dan voor elke z G n dat λ(z) = f (z) f (ξ) f (ξ) z ξ < ε 18

20 d x V n Figuur 2.4: De schijf S Dit betekent dat G n voldoet aan (2.2), hetgeen strijdig is met onze onderstelling. Hiermee is bewering B bewezen. We nemen nu de partitie {G k k = 1,,n} van G en de bijhorende punten Z k G k die voldoen aan (2.2). Dan is G k = V k G, waarbij V k een vierkant is. Stel l k de zijde van V k. Omdat de V k disjunct zijn (op de rand na), en l 2 k de oppervlakte van V k is, hebben we n lk 2 a2 k=1 De rand van G k, met positieve oriëntatie, noemen we C k + I I C + f (z)dz = n k=1 C + k. We zien dat f (z)dz want de integralen langs de deellijnen vallen tegen elkaar weg. We berekenen I f (z)dz Omdat G k voldoet aan (2.2) hebben we, voor elke z G k : met λ(z) < ε. Dus is I I f (z)dz = f (Z k ) C k + C k + C + k f (z) = f (Z k ) + (z Z k ) f (Z k ) + (z Z k )λ(z) I I dz + f (Z k ) (z Z k )dz + (z Z k )λ(z)dz C k + C k + De eerste twee integralen in het rechterlid zijn nul, zie voorbeeld Uit stelling volgt nu dat I f (z)dz 2l k εlengte(c k ) C + k 19

21 Immers, de afstand z Z k < 2l k, en λ(z) < ε. Als G k = V k een volledig vierkant is, dan is lengte(c k ) = 4l k Als G k een onvolledig vierkant is, dan hebben we (zie Figuur 2.5) Als we sommeren over k vinden we dat lengte(c k ) 4l k + lengte(âb) C k a b C k Figuur 2.5: Een deelgebied G k en dus I C + f (z)dz ε 2(4 l k (lengte(âb)) alengte(c) onvolledige vierkanten n k=1 l 2 k + alengte(c)) ε 2(4a 2 + alengte(c)) Dit betekent dat H C + f (z)dz kleiner is dan elk strikt positief getal, en dus is I f (z)dz = C + Opmerking Als we de bijkomende onderstelling maken dat de partiële afgeleiden van u en v continu zijn over D, dan is een veel eenvoudiger bewijs mogelijk, gebaseerd op de stelling van Green-Riemann. Herhaal de formule van Green-Riemann: I Pdx + Qdy = C + G Z Z G ( Q x P y dxdy. (2.3) Hierbij is C een gesloten kromme die zichzelf niet snijdt, en G het deel van het vlak binnen C. We berekenen dan I I f (z)dz = + iv)(dx + idy) C + C +(u (IC+ ) (IC+ ) = udx vdy + i vdx + udy Z Z (2.3) ( v = x u ) Z Z ( u dxdy + i y x v ) (1.5) dxdy =. y G 2

22 De stelling kan uitgebreid worden tot meervoudig samenhangende gebieden. Het volstaat G te verdelen in enkelvoudig samenhangende delen, de stelling toe te passen op elk deel, en de som te maken. In het geval van Figuur 2.6 krijgen we bijvoorbeeld: C C 1 C 2 Figuur 2.6: Meervoudig samenhangend gebied I I f (z)dz + C + C 1 I f (z)dz + C2 We moeten natuurlijk rekening houden met de doorloopszin. f (z)dz = 2.3 Gevolgen van de stelling van Cauchy-Goursat We nemen een enkelvoudig samenhangend domein D, en een functie f : D C die analytisch is over D. Neem a,z D. Zij C een (stuksgewijs continu afleidbare) boog binnen D die a en z verbindt. Uit de stelling van Cauchy-Goursat volgt dat Z f (z)dz onafhankelijk is van de keuze van de boog C. Daarom noteren we Z Z z f (z)dz = f (z)dz Stelling Met onderstellingen en notatie als hierboven is analytisch over D, en F (z) = f (z). C C F(z) = Z z a a f (w)dw 21

23 Bewijs. We berekenen dat F(z + z) F(z) f (z) = 1 ( Z z+ z z z a = 1 Z z+ z f (w)dw f (z) z z = 1 z z Z z+ z z ( f (w) f (z))dw Z z f (w)dw Z z+ z z dw a ) f (w)dw f (z) We berekenen deze laatste integraal langsheen het lijnstuk dat z en z + z verbindt. Omdat f analytisch, en dus continu is, is f (w) f (z) < ε zodra z voldoende klein is. Daarom hebben we, gebruik makend van stelling 2.1.5, en dus is F(z + z) F(z) z f (z) 1 z z ε = ε F(z + z) F(z) f (z) = lim = F (z) z z Stelling (Integraalformule van Cauchy) Onderstel dat f : D C analytisch is, en dat C een gesloten kromme is die zichzelf niet snijdt, binnen het domein D gelegen. Indien a een inwendig punt is van het gebied G dat door C omsloten wordt, dan is f (a) = 1 2πi I C + f (z) dz (2.4) z a Bewijs. Zij Γ een cirkel met middelpunt a en straal r, volledig binnen het inwendige van G gelegen. a G G C Figuur 2.7: De integraalformule van Cauchy Dan is f (z) z a analytisch over het gebied begrensd door C en Γ (zie Figuur 2.7), en de stelling van Cauchy- Goursat levert I I f (z) z a dz + f (z) z a dz = C + Γ 22

24 f is analytisch, en dus continu in a, en dus hebben we f (z) = f (a) + λ(z) met lim z a λ(z) = Voor elke ε > bestaat er dus een r > zodat λ(z) < ε zodra z a < r. Gebruik makend van voorbeeld vinden we I I f (z) C + z a dz = f (z) Γ + z a dz I I f (a) = Γ + z a dz + λ(z) Γ + z a dz I λ(z) = 2πi f (a) + Γ + z a dz Als we r < r nemen hebben we, gebruik makend van stelling 2.1.5, I λ(z) Γ + z a dz ε 2πr = 2πε r en dus is I C + f (z) dz 2πi f (a) z a < 2πε voor elke ε >, en hieruit volgt het gewenste resultaat. Opmerkingen ) Uit de formule volgt dat de waarden van de analytische functie f binnen de kromme C volledig bepaald zijn als we de waarden van f op de kromme C kennen. 2) Men kan de formule uitbreiden tot een meervoudig samenhangend gebied. Neem bijvoorbeeld de situatie in Figuur 2.6. Door G te splitsen in enkelvoudig samenhangende gebieden krijgen we f (a) = 1 I 2πi C + f (z) z a dz + 1 I 2πi C1 f (z) z a dz + 1 I 2πi C2 f (z) z a dz Verandering van veranderlijke in een complexe integraal Stelling Zij D 1 C een enkelvoudig samenhangend domein, en φ : D 1 C een analytische functie. We onderstellen dat φ D 1 omzet in een enkelvoudig samenhangend domein D 2 C. Als w 1,w 2 D 1, en φ(w 1 ) = z 1, φ(w 2 ) = z 2, en f : D 2 C analytisch, dan geldt Z z2 z 1 f (z)dz = Z w2 w 1 f (φ(w))φ (w)dw Bewijs. Neem een boog C 1 binnen D 1 die w 1 en w 2 verbindt, en neem een parametervergelijking van deze boog: w = w(t), waarbij t [a,b] 23

25 z = ø(w) w z D 1 w 2 z 2 D 2 w 1 z 1 Figuur 2.8: Verandering van veranderlijken φ zet C 1 om in een boog C 2 binnen D 2 met parametervergelijking z = (φ w)(t), waarbij t [a,b] We rekenen nu uit dat Z z2 Z z 1 f (z)dz = f (z)dz C 2 = = = = Z b a Z b Za f (φ(w(t)))(φ w) (t)dt f (φ(w(t)))φ (w(t))w (t)dt C 1 f (φ(w))φ (w)dw Z w2 w 1 f (φ(w))φ (w)dw 24

26 Hoofdstuk 3 Reeksen 3.1 Numerieke reeksen Neem een rij complexe getallen (z n ). We noemen de uitdrukking z n = z 1 + z 2 + n=1 de reeks geassocieerd aan de rij (z n ). Het complex getal s n = n z j j=1 noemen we de n-de partiële som van de reeks. De reeks is convergent als de rij der partiële sommen convergeert naar een complex getal s: n s = lim s n = lim n n z j j=1 Stelling Schrijf z n = x n +iy n. Dan is n=1 z n convergent als en alleen als n=1 x n en n=1 y n convergent zijn. Bovendien is z n = x n + i y n n=1 n=1 n=1 Bewijs. Stel s n = n j=1 x j en s n = n j=1 y j. Dan is s n = s n + is n We kunnen s n bekijken als een rij in R 2. Een rij in R 2 is convergent als en alleen als de componenten convergent zijn, en hieruit volgt het resultaat. 25

27 De studie van een complexe reeks is dus herleid tot de studie van twee reële reeksen. Zonder veel moeilijkheden kunnen we daarom eigenschappen van reële reeksen veralgemenen tot complexe reeksen: men mag complexe reeksen optellen; in een convergente reeks mag een eindig aantal termen geschrapt worden; de algemene term van een convergente reeks gaat naar. Sommige bekende reële reeksen kunnen onmiddellijk veralgemeend worden tot het complexe geval. Het bekendste voorbeeld is wellicht de meetkundige reeks: als z < 1, dan is z n n = lim n z j 1 z n+1 = lim = 1 n n= j= 1 z 1 z We noemen de reeks n=1 z n absoluut convergent als de reeks n=1 z n convergent is. Stelling Schrijf z n = x n + iy n. Dan is n=1 z n absoluut convergent als en alleen als n=1 x n en n=1 y n absoluut convergent zijn. Een absoluut convergente reeks is convergent. Bewijs. Onderstel dat n=1 z n absoluut convergent is. Dit betekent dat de (positieve) reeks n=1 z n convergent is, wat betekent dat de rij der partiële sommen ( n j=1 z j ) begrensd is (zie Analyse II ). Omdat x n z n en y n z n impliceert dit dat de partiële sommen n j=1 x j en n j=1 y j begrensd zijn, en dus dat n=1 x n en n=1 y n absoluut convergent zijn. Dan zijn deze twee reeksen ook convergent, en dus is n=1 z n convergent, vanwege stelling Omgekeerd, onderstel dat n=1 x n en n=1 y n absoluut convergent zijn. Dan is n z j = j=1 n j=1 x j + iy j = n x j + y j = j=1 n j=1 x 2 j + y2 j n x j + j=1 n y j j=1 De partiële sommen n j=1 z j zijn dus begrensd, en de reeks n=1 z n is absoluut convergent. 3.2 Reeksen van functies Definitie Neem een domein D C en een rij functies ( f n ), met f n : D C. De reeks n=1 f n convergeert puntsgewijs over D als n=1 f n(z) een convergente reeks is, voor elke z D. Voor elke z D schrijven we dan s(z) = De reeks n=1 f n convergeert uniform over D als f n (z) n=1 ε >, N : n > N, z D : s n (z) s(z) < ε Hierbij is s n (z) = n i=1 f i(z) de n-de partiële som van de reeks. 26

28 Deze definitie is natuurlijk volkomen analoog met de definitie van puntsgewijze en uniforme convergentie van een reeks reële functies. Het bewijs van de volgende eigenschappen is identiek met het overeenstemmende bewijs voor functies van R naar R. Stelling Als de functies f n continu zijn over D, en n=1 f n = s convergeert uniform over D, dan is s ook continu over D. Stelling (kenmerk van Weierstrass) Neem een rij functies f n : D C C, waarbij D een domein. Als we een rij positieve getallen m n hebben, zodat f n (z) < m n, voor elke z D, en n=1 m n een convergente positieve reeks is, dan is n=1 f n = s uniform convergent over D. Stelling Neem een rij functies f n : D C C, waarbij D een domein. Als n=1 f n = s uniform convergent is over D, en f : D C een begrensde functie, dan is n=1 f n f = s f ook uniform convergent over D. Stelling Neem een domein D C en een stuksgewijs continu differentieerbare kromme C binnen D gelegen. Als f n : D C continu over D, en n=1 f n = s uniform convergent over D, dan is Z Z f n (z)dz = s(z)dz n=1 C C Bewijs. We moeten bewijzen dat Z C s(z)dz = lim n Z n k=1 C Z f k (z)dz = lim s n (z)dz n C Neem ε >.Dan bestaat een index N, zodat voor elke n > N en z D geldt dat s n (z) s(z) < ε. Dan geldt dat Z Z Z s(z)dz s n (z)dz = (s(z) s n (z))dz εl C C C waarbij L de lengte van de boog C. Hierbij gebruikten we stelling Stelling Onderstel dat de functies f n : D C C analytisch zijn over het domein D, en dat n=1 f n = s uniform convergent is over D. Dan is ook s analytisch over D, en bovendien is s = f n n=1 Bewijs. We nemen z D, en < r < r < c, zodat de cirkel met middelpunt z en straal c volledig binnen D ligt. Stel D = {z D z z > r } Onderstel dat z u < r. Voor z D hebben we z u = z z (u z ) z z u z r r, 27

29 en dus is 1 z u 1 r r, zodat 1/(z u) begrensd is over D. Uit stelling volgt dan dat f n (z) n=1 z u = s(z) z u (3.1) uniform convergeert over D. Neem r > c zodat de positief georiënteerde cirkel C + met middelpunt z en straal r nog volledig binnen D ligt. Uit stelling volgt dat we (3.1) term per term mogen integreren over C +, zodat I n=1 C + I f n (z) z u dz = C + s(z) z u dz Uit de integraalformule van Cauchy (zie stelling 2.3.2) volgt dat en dus is I C + 2πis(u) = 2πi f n (z) z u dz = 2πi f n(u) n=1 I f n (u) = C + s(z) dz (3.2) z u Neem nu z,z + z D \ D, zodat z < c. Dan hebben we s(z + z) s(z ) = 1 I ( s(z) 1 z 2πi C + z z z z 1 ) dz z z = 1 I s(z)dz 2πi (z z z)(z z ) C + zodat s(z + z) s(z ) 1 I s(z)dz z 2πi C + (z z ) 2 = 1 I ( ) 2πi s(z) 1 C + (z z z)(z z ) 1 (z z ) 2 dz = z I s(z)dz 2πi (z z z)(z z ) 2 C + We gaan nu deze laatste integraal kleinpraten. Stel M de maximale waarde van s op de kromme C. Voor z C hebben we z z = c, en z z z z z z = c z > c r, en 1 z z z < 1 c r. 28

30 Gebruik makend van stelling vinden we dan I z s(z)dz 2πi (z z z)(z z ) 2 z 2π 2πc M c 2 (c r) C + Dit wordt willekeurig klein als z willekeurig klein, en bijgevolg is s s(z + z) s(z ) (z ) = lim = 1 I s(z)dz z z 2πi C + (z z ) 2 Dit toont aan dat s afleidbaar is in z. Omdat dit geldt voor elke z D is s dus analytisch over D. Op precies dezelfde manier tonen we aan dat De reeks s n(z ) = 1 I s n (z)dz 2πi C + (z z ) 2 n=1 f n (z) (z z ) 2 = s(z) (z z ) 2 convergeert uniform over D \ D. We mogen deze dus term per term integreren over C + zodat s (z ) = f n(z ) n=1 3.3 Machtreeksen Een machtreeks is een reeks van functies van de vorm a n (z a) n (3.3) n= waarbij a,a n C. Voor het bewijs van de volgende resultaten verwijzen we naar de cursus analyse II. De bewijzen die daar gegeven worden kunnen onmiddellijk veralgemeend worden voor complexe machtreeksen. Stelling We beschouwen de machtreeks (3.3) 1. Onderstel dat r zodanig is dat lim a nr n =. n Dan convergeert (3.3) absoluut voor elke z gelegen binnen de schijf met middelpunt a en straal r; 29

31 2. Stel R = sup{r lim n a n r n = } Dan convergeert (3.3) absoluut als z a < R; (3.3) divergeert als z a > R. Men noemt R de convergentiestraal van de machtreeks, en de schijf met middelpunt a en straal R de convergentieschijf. Op de rand van de convergentieschijf, de cirkel met middelpunt a en straal R is zowel convergentie als divergentie mogelijk. Stelling We beschouwen de machtreeks (3.3), en stellen de convergentiestraal gelijk aan R. a n 1. Als L = lim bestaat, dan is L = R; n a n+1 2. als Λ = lim n n a n bestaat, dan is Λ 1 = R. Stelling We beschouwen de machtreeks (3.3), en stellen de convergentiestraal gelijk aan R. De machtreeks convergeert uniform over elke schijf z a r, met r < R. Bewijs. Omdat r < R is n= a nr n absoluut convergent. Als z a r, dan is a n (z a) n a n r n, en de absolute convergentie volgt uit het kenmerk van Weierstrass (stelling 3.2.3). Gevolg Onderstel dat de convergentiestraal R van de machtreeks (3.3) strikt positief is, en schrijf s(z) = a n (z a) n n= Dan is s analytisch over de convergentieschijf z a < R. De afgeleide van s(z) wordt gegeven door de formule s (z) = na n (z a) n 1 n=1 Stelling De convergentiestralen van de machtreeksen s(z) = n= a n(z a) n en n= (n + 1)a n+1 (z a) n zijn aan elkaar gelijk. Bijgevolg is s(z) binnen de open convergentieschijf onbeperkt afleidbaar. 3.4 Taylorreeksen Stelling Onderstel dat f : C C analytisch is in het punt a. 1. Er bestaat een open schijf S met middelpunt a waarop f kan geschreven worden als een machtreeks: f (z) = a n (z a) n n= 3

32 2. f is onbeperkt afleidbaar binnen S; 3. de coëfficiënten van de machtreeks worden gegeven door de formule a n = f (n) (a) n! Bewijs. 1) Omdat f analytisch is in a bestaat er een omgeving van a waarover f afleidbaar is. We nemen een cirkel C volledig binnen deze omgeving gelegen, en S het inwendige van de cirkel C, Neem een vast punt z S, zoals in Figuur 3.1. We passen de formule van Cauchy toe op de cirkel z r C a w Figuur 3.1: De Taylorreeks C en het punt z. Dit geeft f (z) = 1 I 2πi C + Voor z < 1 hebben we (meetkundige reeks): f (w)dw w z (3.4) 1 1 z = n= z n en dus, voor w C en z S: 1 w z = 1 (w a) (z a) = 1 1 w a 1 w a z a = n= (z a) n (w a) n+1 (3.5) Het rechterlid is een meetkundige reeks in (z a)/(w a). Voor een vaste z convergeert deze uniform over het domein D α = {w C z a z a w a α} = {w C w a α } als < α < 1. Kies α zo dat z a < α < 1 r dan ligt C volledig binnen het domein D α ; immers, als w op de kromme C ligt, dan is w a = r >. Neem een gebied G D α dat C volledig omvat, en waarover f continu is. Dan is f begrensd z a α 31

33 over dit gebied, zodat de reeks (3.5) vermenigvuldigd met f (w)/2πi nog uniform convergent is over G. We mogen deze dus term per term integreren over C, en vinden, gebruik makend van (3.4), waarbij f (z) = a + a 1 (z a) + a 2 (z a) 2 + a n = 1 I f (w)dw 2πi C + (w a) n+1 (3.6) 2) Binnen S is f de som van een machtreeks. f is dus onbeperkt afleidbaar binnen S. 3) Machtreeksen mogen binnen het convergentiegebied onbeperkt afgeleid worden. Hieruit volgt onmiddellijk dat a n = f (n) (a) n! Uit stelling volgt een veralgemening van de integraalformule van Cauchy. Gevolg Onderstel dat f analytisch is in a. Dan is f (n) (a) = n! I f (w)dw 2πi C + (w a) n+1 (3.7) Bewijs. Dit volgt uit (3.6) en punt 3) uit stelling Gevolg (ongelijkheid van Cauchy) Onderstel dat f analytisch is in a. Onderstel zoals in stelling dat C de cirkel is met middelpunt a en straal r, en stel m r de maximale waarde die f bereikt op C. Dan is, met notatie als in stelling 3.4.1: a n m r r n Bewijs. Dit volgt onmiddellijk uit (3.6) en stelling Gevolg Onderstel dat f analytisch is voor x a < R. Dan convergeert de Taylorreeks van f in a voor x a < R, en bijgevolg is de convergentiestraal van de Taylorreeks tenminste R. Bewijs. Dit volgt onmiddellijk uit het bewijs van stelling Voorbeelden ) De convergentiestraal van z 2 = 1 z2 + z 4 + is 1. Immers, de functie heeft een singulier punt in i, en de afstand van i tot is 1. Merk het verschil op tussen de theorie voor reële en complexe functies: de reële functie 1/1+x 2 is voor elke x R ontwikkelbaar in Taylorreeks. Toch is de convergentiestraal van de Taylorreeks in het punt 32

34 x = slechts 1. Dit komt doordat het dichtstbijzijnde singuliere punt z = i complex is. 2) De convergentiestraal van f (z) = z e z 1 = 1 z 2 + z2 12 z is 2π: de functie f is analytisch voor z < 2π. De convergentiestraal kan zeker niet groter zijn dan 2π omdat f een singulier punt (een punt waar f niet analytisch is) heeft voor z = 2πi. Gevolg (stelling van Liouville) Onderstel dat f : C C begrensd is, en analytisch in elke z C. Dan is f een constante functie. Bewijs. Onderstel dat f (z) M, voor elke z C. We hebben dat f (z) = a n z n n= voor elke z C. Uit de ongelijkheid van Cauchy volgt dat, voor elke r > : a n M r n en dus is a n =, voor elke n >, en f (z) = a. Gevolg (grondstelling van de algebra) Elke niet-constante complexe veelterm p(z) heeft minstens 1 complex nulpunt. Bewijs. Onderstel dat p(z), voor elke z C. Dan is 1/p(z) overal analytisch. Schrijf met a n. Dan is Omdat n 1 vinden we dat f (z) = p(z) = a n z n + a n 1 z n a p(z) lim z a n z n = lim 1 + a n 1 z a n z + a n 2 a n z a a n z n = 1 lim z 1 p(z) = lim a n z n z p(z) lim z Dus bestaat er een R > zodat 1 p(z) < 1 1 a n z n = 1. = als z > R. Omdat p(z) continu is over de schijf z a R is 1/p(z) ook continu, en dus begrensd, over deze schijf, en dus over gans het vlak. Uit de stelling van Liouville volgt dan dat 1/p(z), en dus ook p(z), constant is, hetgeen strijdig is met de onderstelling dat de graad van p tenminste 1 is. 33

35 z r 2 a C 1 r 1 G C 2 Figuur 3.2: De Laurentreeks 3.5 Laurentreeksen Neem r 1 < r 2, a C en D een domein dat het kroonvormige gebied {z C r 1 z a r 2 } bevat. De cirkels met middelpunt a en straal respectievelijk r 1 en r 2 noteren we C 1 en C 2. We onderstellen dat f : D C analytisch is in elk punt van D. Neem z D gelegen tussen de twee cirkels C 1 en C 2 : r 1 < r = z a < r 2. Uit de integraalformule van Cauchy volgt dat f (z) = 1 I 2πi C 2 + f (w)dw w z 1 I 2πi C 1 + f (w)dw w z De eerste integraal berekenen we als volgt: (3.5) convergeert uniform over een domein dat C + 2 bevat (zoals in stelling 3.4.1), en dus mogen we term per term integreren (stelling 3.2.5). met I 1 2πi C 2 + f (w)dw w z a n = 1 I 2πi C 2 + = a n (z a) n n= We bekijken nu de integraal over C 1 +. Voor w a < z a hebben we 1 z w = 1 1 z a 1 w a = z a f (w)dw (w a) n+1 (3.8) n= (w a) n (z a) n+1 De reeks is uniform convergent over een domein dat C 1 omvat, en dus, weer vanwege stelling 3.2.5: 1 I 2πi C 1 + f (w)dw w z = a 1 z a + a 2 (z a) 2 + a 3 (z a)

36 met a n = 1 I 2πi C 1 + f (w)dw (w a) n+1 (3.9) Nu nemen we een gesloten kromme Γ gelegen tussen C 1 en C 2, die éénmaal rond a draait. Door de stelling van Cauchy-Goursat hebben we, voor elke k Z: I en I C + 2 C 1 I f (w)dw (w a) k+1 + I f (w)dw (w a) k+1 + Γ Γ + f (w)dw (w a) k+1 = f (w)dw (w a) k+1 = zodat I f (w)dw Γ + (w a) IC k+1 = f (w)dw 1 + (w a) IC k+1 = f (w)dw 2 + (w a) k+1 (3.8) en (3.9) kunnen dus in één formule worden samengevat: voor elke k Z: a k = 1 I f (z)dz 2πi (z a) k+1 (3.1) We kunnen alles als volgt samenvatten: Γ + Stelling Onderstel dat de complexe functie f analytisch is over het kroonvormig gebied r 1 z a r 2 (en a fortiori op een domein dat dit gebied bevat). Zij Γ een gesloten kromme binnen dit gebied die éénmaal rond a draait. Voor elke z met r 1 < z a < r 2 kunnen we dan schrijven: waarbij a k gegeven wordt door (3.1). f (z) = + a k (z a) k (3.11) k= Een reeks van de vorm (3.11) noemt men een Laurentreeks. Deze is eigenlijk de som van twee reeksen: de machtreeks + f 1 (z) = a k (z a) k k= die het regelmatig deel van de Laurentreeks genoemd wordt, en en de reeks f 2 (z) = a 1 z a + a 2 (z a) 2 + die het hoofdbestanddeel van de Laurentreeks genoemd wordt. (3.11) noemt men de Laurentontwikkeling van f rond het punt a. Opmerking Zij m r de maximale waarde die f (z) bereikt op de cirkel met middelpunt a en straal r. Neem voor Γ de cirkel met straal r. Uit (3.1) volgt, voor r (r 1,r 2 ) en n Z: a n mr r n 35

37 Stelling We werken onder de dezelfde onderstellingen als in stelling Het regelmatig deel van de Laurentreeks convergeert binnen de cirkel z a < r 2, en f 1 is dus analytisch voor z a < r 2. f 1 convergeert dan uniform over elk gebied dat binnen z a < r 2 ligt. Het hoofdbestanddeel van de Laurentreeks convergeert voor z a > r 1, en dus is f 2 analytisch voor z a > r 1. Het hoofbestanddeel convergeert uniform over elk gebied binnen z a > r 1. Bewijs. Uit het bewijs van stelling volgt dat de convergentiestraal van het regelmatig deel tenminste gelijk is aan r 2. We weten dat een machtreeks uniform convergeert over elk gebied binnen de convergentieschijf. Beschouw het hoofdbestanddeel als een machtreeks in (z a) 1. Uit het bewijs van stelling volgt dat de convergentiestraal van deze machtreeeks tenminste gelijk is aan 1/r 1. Dus convergeert het hoofdbestanddeel voor (z a) 1 < 1/r 1 of voor z a > r 1. De volledige Laurentreeks convergeert dus uniform in elk gebied gelegen binnen r 1 < z a < r 2. De coëfficiënten van de Laurentontwikkeling zijn uniek: Stelling Onderstel dat f (z) = + a k (z a) k + = b k (z a) k k= k= voor elke z waarvoor r 1 < z a < r 2. Dan is a k = b k, voor elke k. Bewijs. Dezelfde redenering als in het bewijs van stelling vertelt ons dat de Laurentreeks uniform convergeert over elk gebied gelegen binnen r 1 < z a < r 2. Neem een cirkel Γ met middelpunt a en straal r (r 1,r 2 ). We mogen de betrekking + f (z) (z a) n+1 = b k (z a) k n 1 k= term per term integreren over Γ. Aangezien I { als n k Γ +(z a)k n 1 dz = 2πi als n = k vinden we dat b n = 1 I f (z)dz 2πi Γ + (z a) n+1 We hebben dezelfde formule voor a n en dus is b n = a n. Voorbeeld We bekijken de Taylorreeksen cosz = 1 z2 2 + z4 4! (3.12) sinz z = 1 z2 3! + z4 5! (3.13) 36

38 Uit (3.13) halen we z sinz 1 = 1 z2 3! + z4 5! + ( z 2 ) ( = 1 + 3! z4 z 2 ) 2 5! + 3! z4 5! + = 1 + z z4 + (3.14) We weten dus dat z/sinz analytisch is, en dat (3.14) de machtreeks is. De verzameling der singuliere punten van z/sinz is {kπ k Z \ {}} Hieruit volgt dat (3.14) convergeert voor z < π en divergeert voor z > π. Als we (3.13) en (3.14) met elkaar vermenigvuldigen, dan vinden we en bijgevolg zcosz sinz = (1 )( z22 z z6 / z ) 36 z4 + = 1 z2 3 z z5 + cotgz = 1 z z 3 z z4 + (3.15) Uit de enigheid van de Laurentreeks volgt dat (3.15) de Laurentreeks is voor cotg z, die convergeert voor < z < π. Gelijkaardige argumenten geven ons de Laurentreeks voor cotg z die convergeert voor kπ < z < (k + 1)π. 37

39 Hoofdstuk 4 De residustelling 4.1 Singuliere punten Definitie We beschouwen een functie f : D C C, en a D. Als f analytisch is in a, dan noemen we a een gewoon punt van f. Als a geen gewoon punt is, dan noemen we a een singulier punt van f. Als a een singulier punt is, en er een schijf met middelpunt a bestaat waarbinnen geen enkel ander singulier punt ligt, dan noemen we a een geïsoleerd singulier punt van f. Onderstel dat a een geïsoleerd singulier punt is. Uit stelling volgt dan dat er een r > bestaat zodat f kan geschreven worden als de som van een Laurentreeks voor < z a < r: f (z) = We onderscheiden drie afzonderlijke gevallen. + a k (z a) k k= 1. Het hoofdbestanddeel van de Laurentreeks is ; in dit geval noemen we a een ophefbaar singulier punt. Het volstaat dan om de functiewaarde in a te wijzigen om van a een gewoon punt te maken: stel f (z) = a. We hebben dan dat f (z) = + a k (z a) k k= voor z a < r, en f is analytisch over z a < r. Een ophefbare singulariteit is dus geen echte singulariteit. 38

40 2. Het hoofdbestanddeel bevat slechts een eindig aantal termen: f (z) = a n (z a) n + a n+1 (z a) n a + a n (z a) n + met a n. We noemen a dan een pool van orde n. 3. Het hoofdbestanddeel bevat een oneindig aantal van nul verschillende termen. We noemen a een essentieel singulier punt. De coëffiënt a 1 noemen we het residu van f in het geïsoleerd singulier punt a. Definitie Indien f (z) = (z a) n g(z) met g analytisch in a, en g(a), dan noemen we a een nulpunt van orde n. In dit geval bestaat er een schijf met middelpunt a waarover f maar één nulpunt heeft, namelijk a. Een nulpunt van een analytische functie (die niet identiek nul is) is dus steeds geïsoleerd. Voorbeelden ) We beschouwen de functie { sinz f (z) = z als z 3 als z = z = is een ophefbare singulariteit: het volstaat om f () = 1 te stellen. We vinden dan 2) Beschouw nu de functie f (z) = k= z 2k ( 1) k (2k + 1)! f (z) = 2z + 1 z(z + 1) = 1 z + 1 z + 1 Er zijn twee singuliere punten, namelijk z = en z = 1. Voor < z < 1 vinden we f (z) = 1 z + 1 z + z2 z 3 + z = is dus een pool van orde 1. Op dezelfde manier is z = 1 een pool van orde 1. 3) Neem de functie f (z) = e 1 1 z = 1 + z + 1 2z !z 3 + z = is een essentieel singulier punt. 4) Neem de functie f (z) = 1 sin 1 z de singuliere punten zijn,1/π,1/2π,1/3π,. is dus een niet geïsoleerd singulier punt. Stelling Neem een gebied G C. Indien G alleen geïsoleerde singulariteiten van f bevat, dan heeft f binnen G slechts een eindig aantal singuliere punten. 39

41 Bewijs. Neem V G de verzameling van de singuliere punten. Dan is V begrensd. Als V ook oneindig is dan, dan heeft V een verdichtingspunt a, vanwege de stelling van Bolzano-Weierstrass. Omdat G gesloten is, is a G. Elke omgeving van a bevat een oneindig aantal singulariteiten van a, en dus is a zelf een singulariteit. a is dan een niet geïsoleerde singulariteit. Stelling (stelling van Riemann) Onderstel dat er een schijf S met middelpunt a en straal r bestaat zodat f analytisch en begrensd is over S \ {a}. Dan bestaat lim f (z) = l C z a Indien l f (a), dan is a een ophefbare singulariteit; indien l = f (a), dan is a een gewoon punt. Bewijs. Omdat f begrensd is over S \ {a}, hebben we een M > zodat f (z) M, voor elke z S \ {a}. Over S \ {a} kan f geschreven worden als een Laurentreeks f (z) = Neem r (,r ). Uit opmerking volgt dat + a n (z a) n n= a n r n max{ f (z) : z a = r} r n M Neem n > en ε > willekeurig. Kies r (,r ) zodat r n M < ε. Dan volgt dat a n < ε. We concluderen dus dat a n =, en het hoofdbestanddeel van de Laurentreeks is nul. Hieruit volgt dat a een ophefbare singulariteit of een gewoon punt is. Stelling Als a een pool van orde n is van de functie f, dan is Bewijs. We hebben dat met a n. We beschouwen de functie f (z) = lim f (z) = z a + a k (z a) k k= n φ(z) = (z a) n f (z) Als we φ(a) = a n stellen, dan is φ analytisch, en dus continu in a. Dan bestaat er een omgeving van a waarover φ(z) > k (neem ε = a n /2 in de definite van continuiteit): δ > : z a < δ = φ(z) > k Neem R > willekeurig. Voor < z a < min{δ, n k/r} hebben we dan: hetgeen het gestelde bewijst. f (z) = 1 z a n φ(z) > R k k = R 4

Examen Complexe Analyse (September 2008)

Examen Complexe Analyse (September 2008) Examen Complexe Analyse (September 2008) De examenvragen vind je op het einde van dit documentje. Omdat het hier over weinig studenten gaat, heb ik geen puntenverdeling meegegeven. Vraag. Je had eerst

Nadere informatie

TW2040: Complexe Functietheorie

TW2040: Complexe Functietheorie TW2040: Complexe Functietheorie week 4.6, maandag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 30 mei, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 33 Outline 1 2 Algemeenheden Gedrag op de rand Machtreeksen

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Functietheorie (2Y480) op 25 november 1998, uur.

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Functietheorie (2Y480) op 25 november 1998, uur. TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Functietheorie (2Y480) op 25 november 1998, 9.00-12.00 uur. Dit tentamen bestaat uit 5 opgaven. De uitwerkingen van deze opgaven dienen

Nadere informatie

TW2040: Complexe Functietheorie

TW2040: Complexe Functietheorie TW2040: Complexe Functietheorie week 4.10, donderdag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 23 juni, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 46 Outline 1 2 3 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Uitwerking van het tentamen Functietheorie (2Y480) op ,

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Uitwerking van het tentamen Functietheorie (2Y480) op , 1 TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Uitwerking van het tentamen Functietheorie (2Y480) op 25-11-1998, 9.00-12.00 uur Opgave 1 1. Formuleer de Cauchy-Riemann-vergelijkingen.

Nadere informatie

Formularium Complexe Analyse

Formularium Complexe Analyse Formularium Comlexe Analyse Algemene formules Comlexe Getallen Voor z = x + iy waarbij x,y R: e z = e x (cosy + isiny) cosz = eiz + e iz 2 sinz = eiz e iz 2i chz = ez + e z 2 shz = ez e z 2 Taylorreeksen

Nadere informatie

TW2040: Complexe Functietheorie

TW2040: Complexe Functietheorie TW2040: Complexe Functietheorie week 4.1, donderdag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 21 april, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 32 Outline 1 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Functietheorie (2Y480) op 22 november 1999,

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Functietheorie (2Y480) op 22 november 1999, TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Functietheorie (Y480) op november 999, 4.00-7.00 uur Formuleer de uitwerkingen der opgaven duidelijk en schrijf ze overzichtelijk

Nadere informatie

TW2040: Complexe Functietheorie

TW2040: Complexe Functietheorie week 4.8, maandag Faculteit EWI TU Delft Delft, 6 juni, 2016 1 / 33 Outline 1 Maximum-modulusprincipe Lemma van Schwarz 2 2 / 33 Maximum-modulusprincipe Lemma van Schwarz Maximum-modulusprincipe Stelling

Nadere informatie

Overzicht Fourier-theorie

Overzicht Fourier-theorie B Overzicht Fourier-theorie In dit hoofdstuk geven we een overzicht van de belangrijkste resultaten van de Fourier-theorie. Dit kan als steun dienen ter voorbereiding op het tentamen. Fourier-reeksen van

Nadere informatie

2 de Bachelor IR 2 de Bachelor Fysica

2 de Bachelor IR 2 de Bachelor Fysica de Bachelor IR de Bachelor Fysica 6 augustus 05 Er worden 4 vragen gesteld. Vul op ieder blad je naam in. Motiveer of bewijs iedere uitspraak. Los alle vragen op, op een apart blad! Het examen duurt u30.

Nadere informatie

TW2040: Complexe Functietheorie

TW2040: Complexe Functietheorie TW2040: Complexe Functietheorie week 4.9, maandag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 13 juni, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 41 Outline III.6 The Residue Theorem 1 III.6 The

Nadere informatie

Analyse I. 1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar ste semester 10 januari 2008

Analyse I. 1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar ste semester 10 januari 2008 ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar 007-008 ste semester 0 januari 008 Analyse I. Bewijs de stelling van Bolzano-Weierstrass: elke oneindige begrensde deelverzameling van R heeft minstens

Nadere informatie

Tentamen Analyse 4. Maandag 16 juni 2008, uur

Tentamen Analyse 4. Maandag 16 juni 2008, uur Tentamen Analyse 4 Maandag 16 juni 2008, 14-17 uur Vermeld uw naam (met voornaam en voorletters) en uw studentnummer. Er zijn geen hulpmiddelen toegestaan. Dit tentamen bestaat uit zes opgaven. Vergeet

Nadere informatie

6 Complexe getallen. 6.1 Definitie WIS6 1

6 Complexe getallen. 6.1 Definitie WIS6 1 WIS6 1 6 Complexe getallen 6.1 Definitie Rekenen met paren De vergelijking x 2 + 1 = 0 heeft geen oplossing in de verzameling R der reële getallen (vierkantsvergelijking met negatieve discriminant). We

Nadere informatie

Complexe Analyse - Bespreking Examen Juni 2010

Complexe Analyse - Bespreking Examen Juni 2010 Complexe Analyse - Bespreking Examen Juni 2010 Hier volgt een bespreking van het examen van Complexe Analyse op 18 juni. De bedoeling is je de mogelijkheid te geven na te kijken wat je goed en wat je minder

Nadere informatie

TW2040: Complexe Functietheorie

TW2040: Complexe Functietheorie TW2040: Complexe Functietheorie week 4.3, maandag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 2 mei, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 34 Outline 1 Conforme afbeeldingen 2 K. P. Hart TW2040:

Nadere informatie

Aanvulling bij de cursus Calculus 1. Complexe getallen

Aanvulling bij de cursus Calculus 1. Complexe getallen Aanvulling bij de cursus Calculus 1 Complexe getallen A.C.M. Ran In dit dictaat worden complexe getallen behandeld. Ook in het Calculusboek van Adams kun je iets over complexe getallen lezen, namelijk

Nadere informatie

Tentamen Functies en Reeksen

Tentamen Functies en Reeksen Tentamen Functies en Reeksen 6 november 204, 3:30 6:30 uur Schrijf op ieder vel je naam en bovendien op het eerste vel je studentnummer, de naam van je practicumleider (Arjen Baarsma, KaYin Leung, Roy

Nadere informatie

Examen Complexe Analyse vrijdag 21 juni 2013, 14:00 18:00 uur Auditorium De Molen

Examen Complexe Analyse vrijdag 21 juni 2013, 14:00 18:00 uur Auditorium De Molen Examen Complexe Analyse vrijdag 1 juni 013, 14:00 18:00 uur Auditorium De Molen Naam: Studierichting: Het examen bestaat uit 4 schriftelijke vragen. Elke vraag telt even zwaar mee. Er is een bonusvraag

Nadere informatie

Complexe functies. 2.1 Benadering door veeltermen

Complexe functies. 2.1 Benadering door veeltermen Wiskunde voor kunstmatige intelligentie, Les Complexe functies Nadat we de complexe getallen hebben leren kennen, is het een voor de hand liggende vraag of hiervoor net als voor de reële getallen ook functies

Nadere informatie

Tentamen Analyse 4 (wi2602) 17 juni 2011, uur. ) (1 gratis)) Deel 2: opgaven 2b, 4ab, 5, 6 (normering: 2 + (

Tentamen Analyse 4 (wi2602) 17 juni 2011, uur. ) (1 gratis)) Deel 2: opgaven 2b, 4ab, 5, 6 (normering: 2 + ( TU Delft Mekelweg 4 Faculteit EWI, DIAM 68 CD Delft Tentamen Analyse 4 (wi6) 7 juni, 4-7 uur Het tentamen bestaat uit twee delen: Deel : opgaven, a, 3ab, 4c (normering: + + ( + ) + + ( gratis)) Deel :

Nadere informatie

TW2040: Complexe Functietheorie

TW2040: Complexe Functietheorie TW2040: Complexe Functietheorie week 4.9, donderdag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 16 juni, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 46 Outline III.7 Applications of the Residue Theorem

Nadere informatie

TW2040: Complexe Functietheorie

TW2040: Complexe Functietheorie TW2040: Complexe Functietheorie week 4.6, donderdag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 2 juni, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 38 Outline 1 Rekenregels 2 K. P. Hart TW2040: Complexe

Nadere informatie

Examen Complexe Analyse vrijdag 20 juni 2014, 14:00 18:00 uur Auditorium De Molen. Het examen bestaat uit 4 schriftelijke vragen.

Examen Complexe Analyse vrijdag 20 juni 2014, 14:00 18:00 uur Auditorium De Molen. Het examen bestaat uit 4 schriftelijke vragen. Examen Complexe Analyse vrijdag 0 juni 04, 4:00 8:00 uur Auditorium De Molen Naam: Studierichting: Het examen bestaat uit 4 schriftelijke vragen. Elke vraag telt even zwaar mee. Het boek Visual Complex

Nadere informatie

16.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Los op in 2x + 3i = 5x + 6i -3x = 3i x = -i

16.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Los op in 2x + 3i = 5x + 6i -3x = 3i x = -i 16.0 Voorkennis Voorbeeld 1: Los op in 2x + 3i = 5x + 6i -3x = 3i x = -i Voorbeeld 2: Los op in 4x 2 + 12x + 15 = 0 4x 2 + 12x + 9 + 6 = 0 (2x + 3) 2 + 6 = 0 (2x + 3) 2 = -6 (2x + 3) 2 = 6i 2 2x + 3 =

Nadere informatie

Analyse I. 3. Formuleer en bewijs de formule van Taylor voor een functie f : R R. Stel de formules op voor de resttermen van Lagrange en Liouville.

Analyse I. 3. Formuleer en bewijs de formule van Taylor voor een functie f : R R. Stel de formules op voor de resttermen van Lagrange en Liouville. ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar 8-9 ste semester januari 9 Analyse I. Formuleer en bewijs de formule van Leibniz voor de n-de afgeleide van het product van twee functies f en g.. Onderstel

Nadere informatie

3 Rijen en reeksen van functies

3 Rijen en reeksen van functies 3 Rijen en reeksen van functies 3.1 Uniforme convergentie van een rij functies Met het oog op latere toepassingen op machtreeksen en Fourierreeksen werken we in het vervolg steeds met complexwaardige functies.

Nadere informatie

4 + 3i 4 3i (7 + 24i)(4 3i) 4 + 3i

4 + 3i 4 3i (7 + 24i)(4 3i) 4 + 3i COMPLEXE GETALLEN Invoering van de complexe getallen Definitie Optellen en vermenigvuldigen Delen De complexe getallen zijn al behoorlijk oud; in de zestiende eeuw doken ze op bij het oplossen van algebraïsche

Nadere informatie

Z.O.Z. Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 16 juni 2016, 12:30 15:30 (16:30)

Z.O.Z. Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 16 juni 2016, 12:30 15:30 (16:30) Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 16 juni 016, 1:30 15:30 (16:30) Het gebruik van een rekenmachine, telefoon of tablet is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van aantekeningen

Nadere informatie

1 WAAM - Differentiaalvergelijkingen

1 WAAM - Differentiaalvergelijkingen 1 WAAM - Differentiaalvergelijkingen 1.1 Algemene begrippen Een (gewone) differentiaalvergelijking heeft naast de onafhankelijke veranderlijke (bijvoorbeeld genoteerd als x), eveneens een onbekende functie

Nadere informatie

Complexe e-macht en complexe polynomen

Complexe e-macht en complexe polynomen Aanvulling Complexe e-macht en complexe polynomen Dit stuk is een uitbreiding van Appendix I, Complex Numbers De complexe e-macht wordt ingevoerd en het onderwerp polynomen wordt in samenhang met nulpunten

Nadere informatie

Wiskundige Technieken

Wiskundige Technieken 1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen 1ste Bachelor Fysica en Sterrenkunde Academiejaar 014-015 1ste semester 1 oktober 014 Wiskundige Technieken 1. Beschouw een scalaire functie f : R R en een vectorveld

Nadere informatie

TW2040: Complexe Functietheorie

TW2040: Complexe Functietheorie TW2040: Complexe Functietheorie week 4.4, maandag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 9 mei, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 40 Outline 1 f : [a, b] C f : C C Primitieven 2 K.

Nadere informatie

3 Opgaven bij Hoofdstuk 3

3 Opgaven bij Hoofdstuk 3 3 Opgaven bij Hoofdstuk 3 Opgave 3. Voor k beschouwen we de functie f k : x sin(x/k). Toon aan dat f k 0 uniform op [ R, R] voor iedere R > 0. Opgave 3.2 Zij V een verzameling. Een functie f : V C heet

Nadere informatie

Complexe functies. f(z) = z 3 + z 2. zien. Invullen van z = x + iy geeft

Complexe functies. f(z) = z 3 + z 2. zien. Invullen van z = x + iy geeft Wiskunde voor kunstmatige intelligentie, 7/8 Les 6 Complexe functies Nadat we de complexe getallen hebben leren kennen, is het een voor de hand liggende vraag of hiervoor net als voor de reële getallen

Nadere informatie

168 HOOFDSTUK 5. REEKSONTWIKKELINGEN

168 HOOFDSTUK 5. REEKSONTWIKKELINGEN 168 HOOFDSTUK 5. REEKSONTWIKKELINGEN 5.7 Vraagstukken Vraagstuk 5.7.1 Beschouw de differentiaalvergelijking d2 y d 2 = 2 y. (i) Schrijf y = a k k. Geef een recurrente betrekking voor de coëfficienten a

Nadere informatie

Complexe functies. Omdat we weten hoe we complexe getallen optellen en vermenigvuldigen, hebben we met complexe functies die door een veelterm

Complexe functies. Omdat we weten hoe we complexe getallen optellen en vermenigvuldigen, hebben we met complexe functies die door een veelterm Wiskunde voor kunstmatige intelligentie, 5 Les 6 Complexe functies Nadat we de complexe getallen hebben leren kennen, is het een voor de hand liggende vraag of hiervoor net als voor de reële getallen ook

Nadere informatie

Complexe functies 2019

Complexe functies 2019 Complexe functies 019 Extra opgaves Opgave A Laat zien dat R voorzien van de bewerkingen a + b := (a 1 +b 1,a +b ) a b := (a 1 b 1 a b,a 1 b +a b 1 ) isomorf is met C. Wat is i in deze representatie? Opgave

Nadere informatie

Je moet nu voor jezelf een overzicht zien te krijgen over het onderwerp Complexe getallen. Een eigen samenvatting maken is nuttig.

Je moet nu voor jezelf een overzicht zien te krijgen over het onderwerp Complexe getallen. Een eigen samenvatting maken is nuttig. 6 Totaalbeeld Samenvatten Je moet nu voor jezelf een overzicht zien te krijgen over het onderwerp Complexe getallen. Een eigen samenvatting maken is nuttig. Begrippenlijst: 21: complex getal reëel deel

Nadere informatie

Bestaat er dan toch een wortel uit 1?

Bestaat er dan toch een wortel uit 1? Bestaat er dan toch een wortel uit 1? Complexe getallen en complexe functies Jan van de Craats Universiteit van Amsterdam, Open Universiteit CWI Vacantiecursus 2007 Wat zijn complexe getallen? Wat zijn

Nadere informatie

Bespreking van het examen Complexe Analyse (tweede zittijd)

Bespreking van het examen Complexe Analyse (tweede zittijd) Bespreking van het examen Complexe Analyse (tweede zittijd) Bekijk ook de bespreking van het examen van de eerste zittijd (op Toledo). Het valt hier op dat de scores op sommige vragen wel heel slecht zijn.

Nadere informatie

Enkele bedenkingen bij het examen Complexe Analyse

Enkele bedenkingen bij het examen Complexe Analyse Enkele bedenkingen bij het examen Complexe Analyse De examenvragen vind je op het einde van dit documentje. Eerst een paar algemene opmerkingen. Vele antwoorden zijn slordig opgeschreven wat het lezen

Nadere informatie

Waarom functies met complexe getallen?

Waarom functies met complexe getallen? Waarom functies met complexe getallen? Joost Hulshof Een essentieel onderdeel van iedere studie wiskunde of natuurkunde is het leren werken met en begrijpen van de basistechnieken voor complexe functies,

Nadere informatie

Analyse I. 2. Formuleer en bewijs de formule van Taylor voor een functie f : R R. Stel de formules op voor de resttermen van Lagrange en Liouville.

Analyse I. 2. Formuleer en bewijs de formule van Taylor voor een functie f : R R. Stel de formules op voor de resttermen van Lagrange en Liouville. Academiejaar 006-007 1ste semester februari 007 Analyse I 1. Toon aan dat elke begrensde rij een convergente deelrij heeft. Geef de definitie van een Cauchy rij, en toon aan dat elke Cauchy rij begrensd

Nadere informatie

Het uitwendig product van twee vectoren

Het uitwendig product van twee vectoren Het uitwendig product van twee vectoren Als u, v R 3, u = u 1, u 2, u 3 en v = v 1, v 2, v 3 dan is het uitwendig product van u en v gelijk aan een vector in R 3 en wel u 2 v 3 u 3 v 2, u 3 v 1 u 1 v 3,

Nadere informatie

Opgaven Functies en Reeksen. E.P. van den Ban

Opgaven Functies en Reeksen. E.P. van den Ban Opgaven Functies en Reeksen E.P. van den Ban c Mathematisch Instituut Universiteit Utrecht Augustus 2014 1 Opgaven bij Hoofdstuk 1 Opgave 1.1 Zij f : R n R partieel differentieerbaar naar iedere variabele

Nadere informatie

18.I.2010 Wiskundige Analyse I, theorie (= 60% van de punten)

18.I.2010 Wiskundige Analyse I, theorie (= 60% van de punten) 8.I.00 Wiskundige Analyse I, theorie 60% van de punten) Beantwoord elk van de vragen I,II,III en IV op één van de dubbele geruite bladen. Schrijf op elk van die dubbele geruite bladen, bovenaan de eerste

Nadere informatie

Analyse I. 1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar ste semester 12 januari 2010

Analyse I. 1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar ste semester 12 januari 2010 ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar 9- ste semester januari Analyse I. Formuleer en bewijs de formule van Leibniz voor de n-de afgeleide van het product van twee functies f en g.. Onderstel

Nadere informatie

V.4 Eigenschappen van continue functies

V.4 Eigenschappen van continue functies V.4 Eigenschappen van continue functies We bestuderen een paar belangrijke stellingen over continue functies. Maxima en minima De stelling over continue functies die we in deze paragraaf bewijzen zegt

Nadere informatie

Complexe Functie Theorie Deel 1 (Wiskunde ), Complexe Functies (Natuurkunde ), studiewijzer

Complexe Functie Theorie Deel 1 (Wiskunde ), Complexe Functies (Natuurkunde ), studiewijzer omplexe Functie Theorie Deel (Wiskunde 400386), omplexe Functies (Natuurkunde 4009), studiewijzer omplexe Functie Theorie Deel (Wiskunde 400386) en omplexe Functies (Natuurkunde 4009) vallen samen. ollege:

Nadere informatie

Primitieve functie Als f : R --> R continu is op een interval, dan noemt men F : R --> R een primiteive functie of

Primitieve functie Als f : R --> R continu is op een interval, dan noemt men F : R --> R een primiteive functie of Enkelvoudige integralen Kernbegrippen Onbepaalde integralen Van onbepaalde naar bepaalde integraal Bepaalde integralen Integratiemethoden Standaardintegralen Integratie door splitsing Integratie door substitutie

Nadere informatie

Tussentijdse evaluatie Analyse I

Tussentijdse evaluatie Analyse I ste Bachelor Wiskunde Academiejaar 5-6 ste semester 9 oktober 5 Tussentijdse evaluatie Analyse I. Geef de definitie van een Cauchy rij. Toon aan dat elke Cauchy rij begrensd is. Toon aan dat een numerieke

Nadere informatie

Analyse I. f(x)dx + f(x)dx =

Analyse I. f(x)dx + f(x)dx = 1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen/ Wiskunde/Natuurkunde Academiejaar 1-11 1ste semester, 18 januari 11 Analyse I 1. f en g zijn numerieke functies, f is differentieerbaar in a en g is differentieerbaar

Nadere informatie

Ruimtemeetkunde deel 1

Ruimtemeetkunde deel 1 Ruimtemeetkunde deel 1 1 Punten We weten reeds dat Π 0 het meetkundig model is voor de vectorruimte R 2. We definiëren nu op dezelfde manier E 0 als meetkundig model voor de vectorruimte R 3. De elementen

Nadere informatie

Aanvullingen van de Wiskunde

Aanvullingen van de Wiskunde 3de Bachelor EIT - de Bachelor Fysica Academiejaar 014-015 1ste semester 7 januari 015 Aanvullingen van de Wiskunde 1. Gegeven is een lineaire partiële differentiaalvergelijking van orde 1: a 1 (x 1,,

Nadere informatie

Doe de noodzakelijke berekeningen met de hand; gebruik Maple ter controle.

Doe de noodzakelijke berekeningen met de hand; gebruik Maple ter controle. De n-de term van de numerieke rij (t n ) (met n = 0,, 2,...) is het rekenkundig gemiddelde van zijn twee voorgangers. (a) Bepaal het Z-beeld F van deze numerieke rij en het bijhorende convergentiegebied.

Nadere informatie

Hoofdstuk 10: Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen

Hoofdstuk 10: Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen Hoofdstuk : Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen Partiële differentiaalvergelijkingen zijn vergelijkingen waarin een onbekende functie van twee of meer variabelen en z n partiële afgeleide(n)

Nadere informatie

Aanvulling aansluitingscursus wiskunde. A.C.M. Ran

Aanvulling aansluitingscursus wiskunde. A.C.M. Ran Aanvulling aansluitingscursus wiskunde A.C.M. Ran 1 In dit dictaat worden twee onderwerpen behandeld die niet in het boek voor de Aansluitingscursus staan. Die onderwerpen zijn: complexe getallen en volledige

Nadere informatie

Mathematical Modelling

Mathematical Modelling 1 / 94 Mathematical Modelling Ruud van Damme Creation date: 15-09-09 2 / 94 Overzicht 1 Herhaling 2 Deels oud, deels nieuw integreren 3 Lijnintegralen 3 / 94 Waarschuwing vooraf! Dit college heeft een

Nadere informatie

V.2 Limieten van functies

V.2 Limieten van functies V.2 Limieten van functies Beschouw een deelverzameling D R, een functie f: D R en zij c R. We willen het gedrag van f in de buurt van c bestuderen. De functiewaarde in c is daarvoor niet belangrijk, de

Nadere informatie

Tussentijdse evaluatie Analyse I

Tussentijdse evaluatie Analyse I ste Bachelor Wiskunde Academiejaar 6-7 ste semester november 6 Tussentijdse evaluatie Analyse I. Toon aan dat een niet-stijgende begrensde rij convergent is.. Onderstel dat f : [a, b] R continu is over

Nadere informatie

Technische Universiteit Delft. ANTWOORDEN van Tentamen Gewone differentiaalvergelijkingen, TW2030 Vrijdag 30 januari 2015,

Technische Universiteit Delft. ANTWOORDEN van Tentamen Gewone differentiaalvergelijkingen, TW2030 Vrijdag 30 januari 2015, Technische Universiteit Delft Faculteit EWI ANTWOORDEN van Tentamen Gewone differentiaalvergelijkingen, TW23 Vrijdag 3 januari 25, 4.-7. Dit tentamen bestaat uit 6 opgaven. Alle antwoorden dienen beargumenteerd

Nadere informatie

Inleiding Analyse 2009

Inleiding Analyse 2009 Inleiding Analyse 2009 Inleveropgaven A). Stel f(, y) = In (0, 0) is f niet gedefinieerd. We bestuderen y2 2 + y 4. lim f(, y). (,y) (0,0) 1. Bepaal de waarde van f(, y) op een willekeurige rechte lijn

Nadere informatie

Complexe getallen: oefeningen

Complexe getallen: oefeningen Complexe getallen: oefeningen Hoofdstuk 2 Praktisch rekenen met complexe getallen 2.1 Optelling en aftrekking (modeloplossing) 1. Gegeven zijn de complexe getallen z 1 = 2 + i en z 2 = 2 3i. Bereken de

Nadere informatie

1. (a) Gegeven z = 2 2i, w = 1 i 3. Bereken z w. (b) Bepaal alle complexe getallen z die voldoen aan z 3 8i = 0.

1. (a) Gegeven z = 2 2i, w = 1 i 3. Bereken z w. (b) Bepaal alle complexe getallen z die voldoen aan z 3 8i = 0. Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Calculus NWI-NP003B 4 november 04,.30 5.30 Het gebruik van een rekenmachine/gr, telefoon, boek, aantekeningen e.d. is niet toegestaan. Geef precieze argumenten en

Nadere informatie

Bespreking Examen Analyse 1 (Augustus 2007)

Bespreking Examen Analyse 1 (Augustus 2007) Bespreking Examen Analyse 1 (Augustus 2007) Vooraf: Zoals het stilletjes aan een traditie is geworden, geef ik hier bedenkingen bij het examen van deze septemberzittijd. Ik zorg ervoor dat deze tekst op

Nadere informatie

(x x 1 ) + y 1. x x 1 x k x x x k 1

(x x 1 ) + y 1. x x 1 x k x x x k 1 Les Taylor reeksen We hebben in Wiskunde een aantal belangrijke reële functies gezien, bijvoorbeeld de exponentiële functie exp(x) of de trigonometrische functies sin(x) en cos(x) Toen hebben we wel eigenschappen

Nadere informatie

(x x 1 ) + y 1. x x k+1 x k x k+1

(x x 1 ) + y 1. x x k+1 x k x k+1 Les Talor reeksen We hebben in Wiskunde een aantal belangrijke reële functies gezien, bijvoorbeeld de exponentiële functie exp(x) of de trigonometrische functies sin(x) en cos(x) Toen hebben we wel eigenschappen

Nadere informatie

Examen Wiskundige Analyse I 1ste bach ir wet. dinsdag 5 januari Vraag 1.1. Waar of vals (1pt) Het beginvoorwaardenprobleem

Examen Wiskundige Analyse I 1ste bach ir wet. dinsdag 5 januari Vraag 1.1. Waar of vals (1pt) Het beginvoorwaardenprobleem Examen Wiskundige Analyse I ste bach ir wet dinsdag 5 januari 206 Vraag.. Waar of vals (pt) Het beginvoorwaardenprobleem 32x 3 y = (y ) 3, y() = 2, y () = 4 bezit een unieke oplossing, die geldig is in

Nadere informatie

(b) Formuleer het verband tussen f en U(P, f), en tussen f en L(P, f). Bewijs de eerste. (c) Geef de definitie van Riemann integreerbaarheid van f.

(b) Formuleer het verband tussen f en U(P, f), en tussen f en L(P, f). Bewijs de eerste. (c) Geef de definitie van Riemann integreerbaarheid van f. Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 2 juli 2015, 08:30 11:30 (12:30) Het gebruik van een rekenmachine, telefoon of tablet is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van het boek Analysis

Nadere informatie

5.8. De Bessel differentiaalvergelijking. Een differentiaalvergelijking van de vorm

5.8. De Bessel differentiaalvergelijking. Een differentiaalvergelijking van de vorm 5.8. De Bessel differentiaalvergelijking. Een differentiaalvergelijking van de vorm x y + xy + (x ν )y = met ν R (1) heet een Bessel (differentiaal)vergelijking. De waarde van ν noemt men ook wel de orde

Nadere informatie

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Uitwerking Proeftentamen 3 Functies van één veranderlijke (15126 De uitwerkingen van de opgaven dienen duidelijk geformuleerd en overzichtelijk

Nadere informatie

Vectoranalyse voor TG

Vectoranalyse voor TG college 2 Ruimte en oppervlakken collegejaar : 18-19 college : 2 build : 5 september 2018 slides : 25 Vandaag Ruimte 1 Vectoren in R 3 recap 2 Oppervlakken 3 Ruimte 4 1 intro VA Voorkennis uit Ruimtewiskunde

Nadere informatie

1. (a) Formuleer het Cauchy criterium voor de convergentie van een reeks

1. (a) Formuleer het Cauchy criterium voor de convergentie van een reeks Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 7 augustus 2015, 16:30 19:30 (20:30) Het gebruik van een rekenmachine, telefoon of tablet is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van het boek

Nadere informatie

ax + 2 dx con- vergent? n ln(n) ln(ln(n)), n=3 (d) y(x) = e 1 2 x2 e 1 2 t2 +t dt + 2

ax + 2 dx con- vergent? n ln(n) ln(ln(n)), n=3 (d) y(x) = e 1 2 x2 e 1 2 t2 +t dt + 2 Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Calculus NWI-NPB 8 januari 3, 8.3.3 Het gebruik van een rekenmachine, telefoon en boek(en) is niet toegestaan. Geef precieze argumenten en antwoorden. Maak uw redenering

Nadere informatie

voorkennis wiskunde voor Farmaceutische wetenschappen en Biomedische wetenschappen

voorkennis wiskunde voor Farmaceutische wetenschappen en Biomedische wetenschappen Onderstaand overzicht volgt de structuur van het boek Wiskundige basisvaardigheden met bijhorende website. Per hoofdstuk wordt de strikt noodzakelijke voorkennis opgelijst: dit is leerstof die gekend wordt

Nadere informatie

Signalen en Transformaties

Signalen en Transformaties Signalen en Transformaties 201100109 Docent : Anton Stoorvogel E-mail: A.A.Stoorvogel@utwente.nl 1/29 Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica EWI Complexe getallen z D a C bi We definiëren de complex

Nadere informatie

n=0 en ( f(y n ) ) ) n=0 equivalente rijen zijn.

n=0 en ( f(y n ) ) ) n=0 equivalente rijen zijn. Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 8 juli 2011, 14.00 17.00 Het gebruik van een rekenmachine en/of telefoon is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van het boek Analysis I. Geef

Nadere informatie

Vectoranalyse voor TG

Vectoranalyse voor TG college 11 collegejaar college build slides Vandaag : : : : 17-18 11 23 oktober 2017 35 De sterrennacht Vincent van Gogh, 1889 1 2 3 4 5 Verband met de stelling van n 1 VA intro ection 16.7 Definitie Equation

Nadere informatie

Ter Leering ende Vermaeck

Ter Leering ende Vermaeck Ter Leering ende Vermaeck 15 december 2011 1 Caleidoscoop 1. Geef een relatie op Z die niet reflexief of symmetrisch is, maar wel transitief. 2. Geef een relatie op Z die niet symmetrisch is, maar wel

Nadere informatie

Huiswerk Hints&Tips Analyse 2, College 26

Huiswerk Hints&Tips Analyse 2, College 26 Huiswerk Hints&Tips Analyse, College 6 [K..]. Tip : Toon aan dat er punten (x, y ) en (x, y ) en scalars m, M R bestaan zo dat m = f(x, y ) f(x, y) f(x, y ) = M. Laat dan zien dat m(b a)(d c) = m f M =

Nadere informatie

34 HOOFDSTUK 1. EERSTE ORDE DIFFERENTIAALVERGELIJKINGEN

34 HOOFDSTUK 1. EERSTE ORDE DIFFERENTIAALVERGELIJKINGEN 34 HOOFDSTUK 1. EERSTE ORDE DIFFERENTIAALVERGELIJKINGEN 1.11 Vraagstukken Vraagstuk 1.11.1 Beschouw het beginwaardeprobleem = 2x (y 1), y(0) = y 0. Los dit beginwaardeprobleem op voor y 0 R en maak een

Nadere informatie

Driehoeksongelijkheid en Ravi (groep 1)

Driehoeksongelijkheid en Ravi (groep 1) Driehoeksongelijkheid en Ravi (groep 1) Trainingsdag 3, april 009 Driehoeksongelijkheid Driehoeksongelijkheid Voor drie punten in het vlak A, B en C geldt altijd dat AC + CB AB. Gelijkheid geldt precies

Nadere informatie

Wiskundige Technieken

Wiskundige Technieken 1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar 009-010 1ste semester 7 oktober 009 Wiskundige Technieken 1. Integreer de volgende differentiaalvergelijkingen: (a) y + 3x y = 3x (b) y + 3y + y = xe

Nadere informatie

1 Limiet van een rij Het begrip rij Bepaling van een rij Expliciet voorschrift Recursief voorschrift 3

1 Limiet van een rij Het begrip rij Bepaling van een rij Expliciet voorschrift Recursief voorschrift 3 HOOFDSTUK 6: RIJEN 1 Limiet van een rij 2 1.1 Het begrip rij 2 1.2 Bepaling van een rij 2 1.2.1 Expliciet voorschrift 2 1.2.2 Recursief voorschrift 3 1.2.3 Andere gevallen 3 1.2.4 Rijen met de grafische

Nadere informatie

Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 26 augustus 2010, , Examenzaal

Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 26 augustus 2010, , Examenzaal Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 26 augustus 2010, 14.00 17.00, Examenzaal Het gebruik van een rekenmachine en/of telefoon is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van het boek

Nadere informatie

Examen G0O17D Wiskunde II (6sp) maandag 10 juni 2013, 8:30-12:30 uur

Examen G0O17D Wiskunde II (6sp) maandag 10 juni 2013, 8:30-12:30 uur Examen GO7D Wiskunde II (6sp maandag juni 3, 8:3-:3 uur Bachelor Biochemie & Biotechnologie Bachelor hemie, Bachelor Geologie Schakelprogramma Master Biochemie & Biotechnologie en Schakelprogramma Master

Nadere informatie

Dit is in feite de ongelijkheid van Cauchy Schwarz voor het standaardinproduct in R s van de vectoren

Dit is in feite de ongelijkheid van Cauchy Schwarz voor het standaardinproduct in R s van de vectoren Dit is in feite de ongelijkheid van Cauchy Schwarz voor het standaardinproduct in R s van de vectoren a = (a 1,..., a s ) en b = (b 1,..., b s ). Toepassing van deze Cauchy Schwarz-ongelijkheid levert

Nadere informatie

2. Hoelang moet de tweede faze duren om de hoeveelheid zout in de tank op het einde van de eerste faze, op de helft terug te brengen?

2. Hoelang moet de tweede faze duren om de hoeveelheid zout in de tank op het einde van de eerste faze, op de helft terug te brengen? Vraag Een vloeistoftank met onbeperkte capaciteit, bevat aanvankelijk V liter zuiver water. Tijdens de eerste faze stroomt water, dat zout bevat met een concentratie van k kilogram per liter, de tank binnen

Nadere informatie

TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN

TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN Vakcode: 8D2. Datum: dinsdag 29 april 28. Tijd: 14: 17:. Lees dit vóórdat je begint! Maak iedere opgave op een apart vel. Schrijf je naam en studentnummer

Nadere informatie

Tussentijdse evaluatie Analyse I

Tussentijdse evaluatie Analyse I ste Bachelor Wiskunde Academiejaar 4- ste semester 3 oktober 4 Tussentijdse evaluatie Analyse I. Toon aan dat een niet-stijgende begrensde rij convergent is.. Geef de definitie van een verdichtingspunt.

Nadere informatie

Wiskunde: Voortgezette Analyse. S. Caenepeel, J. De Beule en I. Goyvaerts

Wiskunde: Voortgezette Analyse. S. Caenepeel, J. De Beule en I. Goyvaerts Wiskunde: Voortgezette Analyse S. Caenepeel, J. De Beule en I. Goyvaerts Syllabus 136 bij 11534BNR Wiskunde: Voortgezette Analyse Tweede Bachelor Ingenieurswetenschappen: Architectuur 217 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Tussentijdse evaluatie Analyse I

Tussentijdse evaluatie Analyse I 1ste Bachelor Wiskunde Academiejaar 1-1 1ste semester, november 1 Tussentijdse evaluatie Analyse I 1. Onderstel dat f : [a, b] R een continue functie is. (i) Bewijs dat er een x 1 en x in [a, b] bestaan

Nadere informatie

Opgaven Inleiding Analyse

Opgaven Inleiding Analyse Opgaven Inleiding Analyse E.P. van den Ban Limieten en continuïteit Opgave. (a) Bewijs direct uit de definitie van iet dat y 0 y = 0. (b) Bewijs y 0 y 3 = 0 uit de definitie van iet. (c) Bewijs y 0 y 3

Nadere informatie

Uitgewerkte oefeningen

Uitgewerkte oefeningen Uitgewerkte oefeningen Algebra Oefening 1 Gegeven is de ongelijkheid: 4 x. Welke waarden voor x voldoen aan deze ongelijkheid? A) x B) x [ ] 4 C) x, [ ] D) x, Oplossing We werken de ongelijkheid uit: 4

Nadere informatie

Analyse 3. P.J.I.M. de Paepe Korteweg de Vries Instituut Universiteit van Amsterdam

Analyse 3. P.J.I.M. de Paepe Korteweg de Vries Instituut Universiteit van Amsterdam Analyse 3 P.J.I.M. de Paepe Korteweg de Vries Instituut Universiteit van Amsterdam 24 januari 2007 Voorwoord Deze syllabus is gebaseerd op de syllabus Analyse 2b van Prof. dr J.J.O.O. Wiegerinck (200).

Nadere informatie

3. Bepaal de convergentie-eigenschappen (absoluut convergent, voorwaardelijk convergent, divergent) van de volgende reeksen: n=1. ( 1) n (n + 1)x 2n.

3. Bepaal de convergentie-eigenschappen (absoluut convergent, voorwaardelijk convergent, divergent) van de volgende reeksen: n=1. ( 1) n (n + 1)x 2n. Radboud Universiteit Tentamen Calculus A NWI-WP025 25 januari 208, 8.30.30 Het gebruik van een rekenmachine/gr, telefoon, boek, aantekeningen e.d. is niet toegestaan. Geef precieze argumenten en antwoorden.

Nadere informatie

f : z z 2 + c. x n = 1 2 z n dan krijgen we z n+1 = z 2 n + a 2 a2 4 De parameter c correspondeert dus met a middels c = a 2 a2 4

f : z z 2 + c. x n = 1 2 z n dan krijgen we z n+1 = z 2 n + a 2 a2 4 De parameter c correspondeert dus met a middels c = a 2 a2 4 Juliaverzamelingen en de Mandelbrotverzameling In de eerste twee colleges hebben we gezien hoe het itereren van een eenvoudige afbeelding tot ingewikkelde verschijnselen leidt. Nu gaan we dit soort afbeeldingen

Nadere informatie

Bekijk nog een keer het stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden x en y: { De tweede vergelijking van de eerste aftrekken geeft:

Bekijk nog een keer het stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden x en y: { De tweede vergelijking van de eerste aftrekken geeft: Determinanten Invoeren van het begrip determinant Bekijk nog een keer het stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden x en y: { a x + b y = c a 2 a 2 x + b 2 y = c 2 a Dit levert op: { a a 2 x

Nadere informatie