Inhalatiecorticosteroïden bij COPD
|
|
- Henriette Meyer
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 18 Gupta AK, Hutchinson PJ, Al-Rawi P, Gupta S, Swart M, Kirkpatrick PJ, et al. Measuring brain tissue oxygenation compared with jugular venous oxygen saturation for monitoring cerebral oxygenation after traumatic brain injury. Anesth Analg 1999;88: Lam JM, Hsiang JN, Poon WS. Monitoring of autoregulation using laser Doppler flowmetry in patients with head injury. J Neurosurg 1997;86: Jordan KG. Nonconvulsive status epilepticus in acute brain injury. J Clin Neurophysiol 1999;16: Visser MC, Vriens EM, Vandertop WP, Girbes ARJ, Spijkstra JJ, Stam CJ. Changes in EEG synchronization level during epileptic seizures in ICU patients. J Neurosurgical Anesthesiology 2002;14: Lee JH, Martin NA, Alsina G, McArthur DL, Zaucha K, Hovda DA, et al. Hemodynamically significant cerebral vasospasm and outcome after head injury: a prospective study. J Neurosurg 1997;87: Steiger HJ, Aaslid R, Stooss R, Seiler RW. Transcranial Doppler monitoring in head injury: relations between type of injury, flow velocities, vasoreactivity, and outcome. Neurosurgery 1994;34: Martin NA, Patwardhan RV, Alexander MJ, Africk CZ, Lee JH, Shalmon E, et al. Characterization of cerebral hemodynamic phases following severe head trauma: hypoperfusion, hyperemia, and vasospasm. J Neurosurg 1997;87: Madsen PL, Secher NH. Near-infrared oximetry of the brain. Prog Neurobiol 1999;58: Buchner K, Meixensberger J, Dings J, Roosen K. Near-infrared spectroscopy not useful to monitor cerebral oxygenation after severe brain injury. Zentralbl Neurochir 2000;61: Matz PG, Pitts L. Monitoring in traumatic brain injury. Clin Neurosurg 1997;44: Aanvaard op 17 februari 2003 Farmacotherapie Inhalatiecorticosteroïden bij COPD p.n.r.dekhuijzen Chronisch obstructief longlijden (COPD) wordt gekenmerkt door een chronisch en progressief obstructief gestoorde longfunctie en recidiverende exacerbaties. Geschat wordt dat in Nederland zo n 10% van de volwassen bevolking lijdt aan lichte tot ernstige vormen van COPD, en dat dit percentage in de loop der tijd zal toenemen. 1 2 De aandoening gaat gepaard met grote morbiditeit en sterfte. De belangrijkste behandeldoelen zijn het afremmen van de versnelde achteruitgang in longfunctie die kenmerkend is voor deze aandoening, het reduceren van symptomen en het verminderen van frequentie, ernst en duur van exacerbaties. 3 4 Therapeutische opties betreffen vooral (primaire en secundaire) preventie in de vorm van een niet- of stop-rokenadvies en voorschrijven van geïnhaleerde luchtwegverwijders. Een belangrijk punt van discussie is of er een plaats is voor behandeling van patiënten met COPD met inhalatiecorticosteroïden (ICS). In Nederland wordt volgens gegevens uit 1998 zo n 60% van de COPD-patiënten behandeld met ICS. 5 De effectiviteit van ICS is bij COPDpatiënten echter minder duidelijk dan bij patiënten met astma. In de meeste studies bij COPD werd het verloop in longfunctie (vooral de geforceerde expiratoire éénsecondewaarde, FEV 1 ) als primaire uitkomstmaat bestudeerd; daarbij bleek inderdaad een beperkt tot afwezig effect van ICS. 6 Pas recent is meer aandacht ontstaan voor exacerbaties, kwaliteit van leven en klachten zoals dyspneu als klinisch relevante uitkomstmaten in studies bij patiënten met COPD. Deze verschuiving van de aandacht is ingegeven door het feit dat de FEV 1 slechts ongeveer 5% van de totale impact van de ziekte op het Universitair Medisch Centrum St Radboud, afd. Longziekten, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen. Prof.dr.P.N.R.Dekhuijzen, longarts (r.dekhuijzen@long.umcn.nl). samenvatting Ruim 60% van de patiënten met COPD wordt behandeld met inhalatiecorticosteroïden (ICS), hoewel de plaats hiervan nog omstreden is. Het inflammatoire proces in de longen van patiënten met COPD wordt gedomineerd door macrofagen, CD8 + -T-lymfocyten, neutrofiele granulocyten en mestcellen en verhoogde productie en/of concentratie van IL-8, TNF-α en leukotrieen B 4. Dit ontstekingsproces is minder gevoelig voor de effecten van corticosteroïden dan dat bij astma. Klinische placebogecontroleerde studies tonen een gunstig effect van ICS op aantal en ernst van exacerbaties, symptomen en kwaliteit van leven, maar niet op de versnelde achteruitgang van de longfunctie. Exacerbaties traden op bij een subgroep van patiënten bij wie ICS gestopt werden. Bij alle COPD-patiënten dient een proefbehandeling met ICS te worden overwogen bij astma of allergie in het verleden en bij sterke bronchiale hyperreactiviteit, aanzienlijke reversibiliteit en recidiverende exacerbaties. Bij matig en ernstig COPD dient een proefbehandeling met ICS gedurende 1 jaar te worden overwogen, met als effectparameters exacerbaties, symptomen en, secundair, de longfunctie. Overwogen kan worden een combinatie(preparaat) van ICS en langwerkende β 2 -agonisten voor te schrijven vanwege een extra effect op deze parameters in vergelijking met de afzonderlijke componenten. welbevinden van de patiënt weergeeft, 7 terwijl recidiverende exacerbaties een veel grotere invloed hebben op de kwaliteit van leven Recent zijn nieuwe Nederlandse en internationale richtlijnen verschenen waarin wordt aanbevolen om een proefbehandeling van 6 weken tot 1 jaar te overwegen bij patiënten met COPD, al dan niet met recidiverende exacerbaties. 3 4 De onderbouwing in de literatuur voor dit advies wordt enerzijds gevonden in morfologische en biochemische studies, en anderzijds in klinische inter Ned Tijdschr Geneeskd juli;147(29)
2 ventiestudies en afbouw -studies. De interventiestudies betreffen zowel de effectiviteit van ICS op zich, als die van de nieuwe combinatiepreparaten van ICS tezamen met langwerkende β 2 -agonisten (LWBA). In dit artikel wordt een overzicht gegeven van de huidige kennis en inzichten omtrent de mogelijke plaats van ICS (al dan niet gecombineerd met LWBA) in de behandeling van patiënten met COPD in de eerste en tweede lijn, met hieraan gekoppeld een advies voor de aanpak in de klinische praktijk. inflammatoir proces bij copd In tabel 1 wordt schematisch een aantal pathofysiologische verschillen tussen COPD en astma weergegeven. Het inflammatoire proces bij patiënten met stabiel COPD wordt gedomineerd door macrofagen, CD8 + -T-lymfocyten en neutrofiele granulocyten, en, in mindere mate, mestcellen, in de bronchiale submucosa en alveoli. 11 Dit is een ander beeld dan bij astma, waarbij het ontstekingsproces gekenmerkt wordt door eosinofiele granulocyten en activatie van mestcellen en CD4 + -T-lymfocyten. Er is bij COPD een verhoogde productie en/of concentratie van mediatoren zoals interleukine-8 (IL-8, een sterk neutrofiel chemoattractant), tumornecrosisfactor-α (TNF-α) en leukotrieen B 4 (LTB 4 ), terwijl bij astma IL-4, IL-5 en IL-13 domineren. Bij COPD en astma wordt in uitgeademde lucht een verhoogde concentratie gevonden van biomarkers van inflammatie en oxidatieve stress zoals stikstofoxide (NO) en waterstofperoxide (H 2 O 2 ) effecten van corticosteroïden op het inflammatoire proces bij copd Noch ICS, noch hoge doses orale corticosteroïden hebben een effect op het aantal ontstekingscellen of op de concentratie van cytokinen of proteasen in het geïnduceerd sputum van COPD-patiënten. Dexametason heeft géén remmend effect op de basale of gestimuleerde afgifte van IL-8 door alveolaire macrofagen verkregen uit bronchoalveolaire lavagevloeistof van COPDpatiënten. Wel wordt de afgifte vanuit alveolaire macrofagen van granulocyt-macrofaagkoloniestimulerende factor geremd. 17 Waar corticosteroïden de overlevingsduur van eosinofiele granulocyten doen afnemen, neemt de overleving van neutrofiele granulocyten via remming van apoptosis juist toe. 18 Zowel het eosinofiele chemoattractant regulated on activation, normal T-cell expressed and secreted (RANTES) als het intracellulaire adhesiemolecuul (ICAM) wordt geremd door corticosteroïden. 19 Klinisch-mechanistische studies tonen dat de epitheliale permeabiliteit afneemt na behandeling met ICS. 20 Er werd geen effect gevonden op de methacholinedrempel (bij een inhalatieprovocatietest voor het meten van bronchiale hyperreactiviteit) na 6 weken behandeling met budesonide 1600 µg per dag bij patiënten met COPD en een FEV 1 van ongeveer 60% van de voorspelde waarde. 21 Wel werd een afname van de IL-8- serumconcentratie vastgesteld; deze resulteert mogelijk in een afname van de influx van neutrofielen. 22 Mogelijk wordt deze afname in de serumwaarde van IL-8 veroorzaakt door een effect van ICS op epitheelcellen. Andere van epitheelcellen afkomstige enzymen zoals lactoferrine en lysozym worden ook geremd door ICS. 20 ICS hebben echter geen effect op activatiemarkers van neutrofiele granulocyten in geïnduceerd sputum zoals myeloperoxidase en humaan neutrofiel lipocaline. 15 Bioptstudies tonen aan dat ICS het aantal mestcellen doen afnemen. 23 ICS verlagen de concentratie van NO en H 2 O 2 in uitgeademde lucht. Benadrukt dient te worden dat het buitengewoon moeilijk is om de betekenis van de hier beschreven bevindingen in te schatten wat betreft een klinisch relevant effect van ICS op de ernst en de progressie van COPD. uitkomsten van (placebo)gecontroleerde langetermijninterventiestudies Recente placebogecontroleerde studies laten zien dat langdurige (3 jaar) behandeling met ICS het verloop van de FEV 1 niet beïnvloedt Drie van deze studies werden verricht bij patiënten met lichte obstructie (FEV 1 rond 75-80% van voorspeld) en één bij patiënten met licht, matig en ernstig COPD (FEV 1 gemiddeld 50% van voorspeld). 28 Opmerkelijk was dat in twee van deze studies een tijdelijke verbetering van de FEV 1 werd vastgesteld in de eerste 3-6 maanden van de behandeling Het mechanisme van dit effect is onduidelijk. In een van de studies werd aangetoond dat het welbevinden van de patiënt met COPD (gemeten met de TABEL 1. Pathofysiologische verschillen tussen chronisch obstructieve longziekte (COPD) en astma COPD astma infiltratie macrofagen en neutrofielen in grote en kleine lucht- verhoogd aantal eosinofielen in grote en kleine luchtwegen; geen of weinig wegen; geen of weinig eosinofielen, behalve bij exacerbaties neutrofielen, behalve bij exacerbaties geactiveerde T-cellen; voornamelijk CD8 + geactiveerde T-cellen; voornamelijk CD4 + productie van TNFα, LTB-4, IL-8 productie van IL-4, IL-5 en IL-13 oppervlakte-epitheel intact oppervlakte-epitheel beschadigd normale basaalmembraan verdikte basaalmembraan hypertrofie of hyperplasie van gobletcellen in de kleine slijmophoping in de grotere luchtwegen luchtwegen; mucusophoping in de kleinere luchtwegen geringe toename van glad spierweefsel in de kleine luchtwegen hypertrofie of hyperplasie van bronchiaal glad spierweefsel afbraak van alveolair weefsel alveolair weefsel intact TNF = tumornecrosisfactor; LTB = leukotrieen B; IL = interleukine. Ned Tijdschr Geneeskd juli;147(29) 1399
3 TABEL 2. Plaats van inhalatiecorticosteroïden (ICS) bij de behandeling van chronisch obstructieve longziekte (COPD) in verschillende richtlijnen richtlijn; jaar van publicatie indicatie duur van de behandeling European Respiratory Society Task Force; geen American Thoracic Society; geen Nederlands Huisartsen Genootschap; astma en/of atopie in het verleden en niet-roken, 3-6 maanden of FEV 1 -daling van 100 ml/jaar gebaseerd op 3 metingen 12 maanden British Thoracic Society; objectieve respons (FEV 1 -stijging met 200 ml) niet gespecificeerd op orale corticosteroïden (30 mg/dag gedurende 2 weken) of ICS (beclometason 1000 µg/dag gedurende 6 weken) Nederlandse Vereniging van Artsen voor astma en/of atopie in het verleden, 6-12 maanden Longziekten en Tuberculose; duidelijke bronchiale hyperreactiviteit, goede reversibiliteit van FEV 1, versnelde achteruitgang FEV 1, of mogelijk bij frequente exacerbaties Global Initiative for Chronic Obstructive patiënten zonder symptomen met spirometrische respons beide indicaties: 6 weken Lung Disease; op ICS, tot 3 maanden, continueren of FEV 1 50% van voorspeld én recidiverende exacerbaties bij corticosteroïd-reversibiliteit Nederlands Huisartsen Genootschap; astma en/of atopie, bij subjectieve verbetering na geen voorgeschiedenis van roken, 3-6 maanden continueren, of frequente exacerbaties ( 3 in voorafgaande winter anders stoppen; bij frequente of jaar) exacerbaties en hoge dosis ICS: continueren indien het aantal exacerbaties afneemt in 12 maanden, anders stoppen St. George respiratory questionnaire ) afnam in de tijd en dat ICS daar een gunstig effect op hadden. 28 Deze studie toonde eveneens aan dat het aantal exacerbaties bij ICS-gebruik afnam, vooral bij de patiënten met matig tot ernstig COPD. 30 Deze bevindingen zijn in lijn met de uitkomsten van een eerdere 6 maanden durende studie waaruit bleek dat de ernst van de exacerbaties afnam door ICS. 31 Uit een recente meta-analyse van 9 placebogecontroleerde studies bij in totaal 3976 patiënten blijkt dat het gebruik van ICS de kans op exacerbaties statistisch significant verlaagt (relatief risico: 0,70; 95%-BI: 0,58-0,84). 32 Inmiddels is ook een aantal studies verschenen met de combinatiepreparaten van ICS en LWBA, namelijk fluticason-salmeterol en budesonide-formoterol. Een 24 weken durende placebogecontroleerde studie toonde dat de combinatie fluticason-salmeterol beter was dan de afzonderlijke componenten en dan placebo wat betreft de FEV 1, mate van dyspneu, kwaliteit van leven en de behoefte aan noodmedicatie. 33 De effecten van de combinatie budesonide-formoterol werden onderzocht in twee 12 maanden durende placebogecontroleerde studies In beide studies (met respectievelijk 812 en 1022 patiënten) bleek de combinatie effectiever dan de afzonderlijke componenten of placebo wat betreft lichte en vooral ernstige exacerbaties, FEV 1 - en piekstroomwaarden, kortademigheid overdag en s nachts, het aantal orale steroïdkuren (een reductie van 31% ten opzichte van placebo) en kwaliteit van leven. Soortgelijke uitkomsten werden gevonden in een 12 maanden durende placebogecontroleerde studie met de combinatie fluticason-salmeterol. 36 In deze studie bleek de grootste reductie in het aantal exacerbaties vooral op te treden in de groep van patiënten met ernstig COPD (in vergelijking met placebo een reductie van het aantal orale steroïdkuren van 43% in de groep van patiënten met een FEV 1 kleiner dan 50% van voorspeld en van 24% in de groep van patiënten met een FEV 1 groter dan 50%). Een mogelijke verklaring voor deze bevindingen is dat er een additief of zelfs synergistisch effect kan optreden bij gelijktijdig gebruik van ICS en LWBA. Resultaten van enkele in-vitrostudies tonen aan dat het toevoegen van formoterol aan budesonide een sterkere remming van de productie van ontstekingsfactoren (zoals TNFα) en adhesiemoleculen geeft dan ICS of LWBA alleen Mogelijk wordt dit veroorzaakt door een activerend effect van LWBA op de glucocorticosteroïdreceptor uitkomsten van klinische afbouwstudies De effecten van ICS op COPD kunnen ook afgelezen worden uit studies waarin op een placebogecontroleerde wijze de toediening van ICS werd gestopt. In een dergelijke opzet werd aangetoond dat exacerbaties statistisch significant sneller en vaker optraden binnen 6 maanden na staken van fluticasongebruik dan bij continueren van dit ICS; deze gingen gepaard met een statistisch significante reductie in kwaliteit van leven. 41 In twee eerdere open studies was een dergelijke tendens ook waargenomen. bijwerkingen op lange termijn In twee van de genoemde langetermijnstudies werd een verhoogde incidentie van huidbloedingen waargenomen (bij gebruik van respectievelijk budesonide en fluticason) Er werden geen effecten van budesonide vastgesteld op botdichtheid en fractuurincidentie In een andere studie bleek wel dat gebruik van triamcinolonacetaat (in Nederland niet geregistreerd) een geringe afname van de botdichtheid veroorzaakte Ned Tijdschr Geneeskd juli;147(29)
4 positionering in recente richtlijnen In de loop der jaren zijn de aanbevelingen omtrent het gebruik van ICS bij COPD in de nationale en internationale richtlijnen gewijzigd al naargelang er meer mechanistische en klinische interventiestudies zijn verschenen (tabel 2). Recente studies hebben aangetoond dat een twee weken durende orale steroïdkuur een slechte voorspeller is van de respons op ICS op lange termijn In de recente Global Initiative for Chronic Obstructive Lung Disease (GOLD)-richtlijn 3 52 wordt daarom een proefbehandeling met ICS aanbevolen van 6 weken tot 3 maanden om vast te stellen of er steroïdreversibiliteit optreedt, gedefinieerd als een toename van de FEV 1 van 200 ml én 15% boven de uitgangswaarde. Deze respons dient te worden bereikt bovenop het effect van geinhaleerde luchtwegverwijders. Onderhoudsbehandeling met ICS wordt vervolgens geadviseerd bij (a) symptomatische COPD-patiënten met een gedocumenteerde spirometrische respons op ICS en (b) COPD-patiënten met een FEV 1 kleiner dan 50% van voorspeld én recidiverende exacerbaties waarvoor behandeling met antibiotica of orale corticosteroïden noodzakelijk is. Benadrukt dient te worden dat dit advies in de GOLD-richtlijn gebaseerd is op de mening van een panel experts, en dat er geen prospectieve gerandomiseerde studies zijn die deze aanpak als de beste valideren. Het recente advies in de NHG-standaard 4 sluit goed aan bij het advies in de GOLD-richtlijn 3 en wijkt niet erg af van een eerder geformuleerd advies in dit tijdschrift. 53 beschouwing Zoals al vermeld werd, zijn er geen prospectieve data over de effecten van ICS op major events zoals (her)opnamen en overlijden als gevolg van COPD. Een grote farmaco-epidemiologische studie in een Canadese cohort van COPD-patiënten ouder dan 65 jaar beschreef het effect van gebruik van ICS ná een ziekenhuisopname wegens een exacerbatie. Na één jaar bleek het aantal heropnamen en/of overlijden met 10% te zijn gereduceerd (95%-BI: 6-15) ten opzichte van de groep die geen ICS gebruikte. 54 Na correctie voor verschillen in leeftijd, geslacht, comorbiditeit, comedicatie, en aantal dokters- of eerstehulpbezoeken in het jaar voorafgaande aan de studie, bleek dat de sterfte was afgenomen met 29% (22-35%) in de ICS-groep en het risico op heropname met 24% (20-29%). Soortgelijke observationele data afkomstig uit de United Kingdom General Practice Research Database werden recent gepubliceerd. 55 Prospectieve studies worden op dit moment uitgevoerd. In de interpretatie van de eerder besproken interventiestudies dienen enkele aspecten te worden overwogen. In deze placebogecontroleerde studies werden patiënten uitgesloten met kenmerken die op voorhand een positieve respons op ICS kunnen suggereren. Met andere woorden: uitgesloten werden juist de COPD-patiënten met een astma en/of allergie in het verleden of een belangrijke mate van reversibiliteit of bronchiale hyperreactiviteit die zouden kunnen profiteren van ICS, zoals uit tenminste één studie inderdaad bleek. 56 Een ander aandachtspunt betreft de uitwas -periode (waarin ze geen ICS mochten gebruiken) in deze studies. De pure COPD-patiënten die een gunstig effect van ICS bemerken op bijvoorbeeld het aantal of de ernst van exacerbaties kunnen van deze studies uitgesloten zijn omdat ze in de uitwasperiode juist een exacerbatie doormaakten Kortom, wellicht overdreven gesteld, kan men zich voorstellen dat de beperkte effectiviteit van ICS in deze trials wordt veroorzaakt vanwege een negatieve filtering van te includeren COPD-patiënten. De beschreven uitkomsten van de verschillende studies suggereren dat de effecten van ICS een klasse-effect betreffen. Het is niet bekend of een gunstig effect te maken heeft met de dosis ICS. De uitkomsten van een meta-analyse van drie gepoolde studies suggereerden dat een hogere dosis ICS meer effect heeft dan een lagere dosis, 60 maar dit is niet in prospectieve studies onderzocht. Ook is het onduidelijk of er een voorkeurslokalisatie is wat betreft de depositie in de long van de TABEL 3. Advies voor het gebruik van inhalatiecorticosteroïden (ICS) of de combinatie daarvan met langwerkende β 2 -agonisten (LWBA) bij de behandeling van patiënten met chronisch obstructieve longziekte (COPD) ernst van COPD advies In alle groepen overwegen indien: proefbehandeling gedurende 1 jaar; effectparameters: astma of allergie in het verleden exacerbaties (frequentie, duur, ernst) sterke bronchiale hyperreactiviteit symptomen aanzienlijke reversibiliteit longfunctie (FEV 1 ) recidiverende exacerbaties licht COPD (FEV 1 70% van voorspeld) matig of ernstig COPD (FEV % respectievelijk 50% van voorspeld) geen ICS of ICS-LWBA proefbehandeling gedurende 1 jaar; effectparameters: exacerbaties (frequentie, duur, ernst) symptomen longfunctie (FEV 1 ) FEV 1 = geforceerde expiratoire éénsecondewaarde. Deze is in deze tabel steeds een secundaire effectparameter. Ned Tijdschr Geneeskd juli;147(29) 1401
5 COPD-patiënt waar het ICS terecht zou moeten komen om een optimaal effect te hebben. Verder is in de klinische praktijk van belang dat er nu twee combinatiepreparaten van ICS met LWBA (fluticason-salmeterol en budesonide-formoterol) op de Nederlandse markt zijn die geregistreerd zijn voor de behandeling van patiënten met astma en recent ook voor patiënten met COPD. Er zijn, zoals besproken, nu drie dubbelblinde gerandomiseerde placebogecontroleerde studies afgerond die de effectiviteit van deze preparaten bij patiënten met COPD vergelijken met de afzonderlijke componenten en met placebo Deze uitkomsten geven aan dat de combinatie van ICS en LWBA (in deze studies gecombineerd in één toedieningsvorm) een klinisch relevante meerwaarde hebben voor de frequentie van lichte en ernstige exacerbaties, klachten, kwaliteit van leven en longfunctie, vergeleken met ICS of LWBA. Tenslotte moet worden opgemerkt dat er weliswaar goede redenen zijn om astma en COPD van elkaar te onderscheiden, maar dat het in de klinische praktijk lastig kan zijn bij een aantal patiënten om dit onderscheid met zekerheid te maken. Sommige patiënten kunnen namelijk kenmerken van beide aandoeningen hebben (bijvoorbeeld COPD met toch aanzienlijke reversibiliteit waarbij de voorspelde waarde echter niet gehaald wordt, of COPD met anamnestisch uitgesproken bronchiale hyperreactiviteit). Bij dergelijke patiënten kan men overwegen ICS voor te schrijven. huidig advies aangaande ics bij copd De verschillende data van dubbelblinde gerandomiseerde, placebogecontroleerde onderzoeken in ogenschouw nemend, kan men een praktisch advies op dit moment als volgt formuleren, uitgaande van de indeling in ernst van COPD volgens de NHG standaard 4 (tabel 3): In alle groepen van COPD-patiënten dient een proefbehandeling met ICS te worden overwogen bij astma of allergie in het verleden, sterke bronchiale hyperreactiviteit (blijkend uit de anamnese dan wel aangetoond met een histaminedrempel kleiner dan 1 mg/ml), aanzienlijke reversibiliteit en recidiverende exacerbaties. Bij licht COPD (FEV 1 70% van de voorspelde waarde) zijn er geen redenen om ICS voor te schrijven. Bij matig of ernstig COPD (FEV % respectievelijk 50% van voorspeld): ICS-proefbehandeling gedurende 1 jaar met als primaire effectparameters: exacerbaties (frequentie, duur en ernst) en symptomen en als secundaire uitkomstmaat de longfunctie (FEV 1 ). Er kan geen eenduidig advies worden gegeven voor de keuze van ICS of dosering omdat hiervoor geen solide onderbouwing in de literatuur bestaat. Wel kan worden overwogen om bij patiënten met matig of ernstig COPD (die meestal ook LWBA gebruiken), een combinatiepreparaat van ICS met LWBA voor te schrijven gezien de genoemde gunstige effecten op klinisch relevante effectparameters. Belangenconflicten: de auteur heeft financiering ontvangen van AstraZeneca (producent van budenoside en budenosideformoterol), GlaxoSmithKline (producent van beclometason, fluticason en fluticason-salmeterol) en 3M Pharma (producent van beclometason). abstract Inhaled corticosteroids for COPD Over 60% of patients with COPD are treated with inhaled corticosteroids (ICS), even though their use is still subject to debate. The inflammatory process in the lungs of patients with COPD is dominated by macrophages, CD8 + T-lymphocytes, neutrophilic granulocytes and mast cells, as well as an increased production and/or concentration of IL-8, TNF-α and leucotrine B 4. This inflammatory process is less sensitive to the effects of corticosteroids than that in asthma. Placebo-controlled clinical studies show a beneficial effect of ICS on the number and severity of exacerbations, symptoms and quality of life, but not on the accelerated decline in lung function. Exacerbations occurred in a subgroup of patients in whom ICS were discontinued. A trial treatment with ICS should be considered in all COPD patients who have previously exhibited signs of asthma or allergy, or who have marked bronchial hyperresponsiveness, considerable reversibility, and recurrent exacerbations. In patients with moderate and severe COPD, a one-year trial with ICS should be considered, with exacerbations and symptoms as primary efficacy parameters and lung function decline as a secondary parameter. The combined use of ICS and longacting β 2 agonists may be considered in view of an additional effect on these parameters compared to administering the individual components. literatuur 1 Laurant MGH, Jacobs JE, Schermer TRJ, Bottema BJAM, Bottema RWM, Meer RM van der, et al. Effecten van interventies bij COPD en astma. Update van het State of the art rapport ten behoeve van Volksgezondheid toekomst verkenning Bilthoven: Elsevier/De Tijdstroom; Schayck CP van, Loozen JM, Wagena E, Akkermans RP, Wesseling GJ. Detecting patients at a high risk of developing chronic obstructive pulmonary disease in general practice: cross sectional case finding study. BMJ 2002;324: Pauwels RA, Buist AS, Calverley PMA, Jenkins CR, Hurd SS. The GOLD Scientific Committee. Global strategy for the diagnosis, management, and prevention of chronic obstructive pulmonary disease: NHLBI/WHO Global Initiative for Chronic Obstructive Lung Disease (GOLD) Workshop summary. Am J Respir Crit Care Med 2001;163: Geijer RMM, Schayck CP van, Weel C van, Sachs APE, Bottema BJAM, Smeele IJM, et al. NHG-standaard COPD: behandeling. Huisarts Wet 2001;44: Herings RMC. Meer astma en COPD; beter behandeld. Pharm Weekbl 2002;137: Kerstjens HAM, Postma DS. Medicamenteuze onderhoudsbehandeling bij chronisch obstructief longlijden (COPD). Ned Tijdschr Geneeskd 2002;146: Jones PW, Quirk FH, Baveystock CM, Littlejohns P. A selfcomplete measure of health status for chronic airflow limitation. The St George s Respiratory Questionnaire. Am Rev Respir Dis 1992; 145: Seemungal TA, Donaldson GC, Paul EA, Bestall JC, Jeffries DJ, Wedzicha JA. Effect of exacerbation on quality of life in patients with chronic obstructive pulmonary disease. Am J Respir Crit Care Med 1998;157: Calverley PM. Inhaled corticosteroids are beneficial in chronic obstructive pulmonary disease. Am J Respir Crit Care Med 2000; 161(2 Pt 1): Donaldson GC, Seemungal TA, Bhowmik A, Wedzicha JA. Relationship between exacerbation frequency and lung function decline in chronic obstructive pulmonary disease. Thorax 2002;57: Ned Tijdschr Geneeskd juli;147(29)
6 11 Barnes PJ. Chronic obstructive pulmonary disease. N Engl J Med 2000;343: Maziak W, Loukides S, Culpitt S, Sullivan P, Kharitonov SA, Barnes PJ. Exhaled nitric oxide in chronic obstructive pulmonary disease. Am J Respir Crit Care Med 1998;157(3 Pt 1): Ansarin K, Chatkin JM, Ferreira IM, Gutierrez CA, Zamel N, Chapman KR. Exhaled nitric oxide in chronic obstructive pulmonary disease: relationship to pulmonary function. Eur Respir J 2001;17: Dekhuijzen PNR, Aben KKH, Dekker I, Aarts LPHJ, Wielders PLML, Herwaarden CLA van, et al. Increased exhalation of hydrogen peroxide in patients with stable and unstable chronic obstructive pulmonary disease. Am J Respir Crit Care Med 1996;154(3 Pt 1): Keatings VM, Jatakanon A, Worsdell YM, Barnes PJ. Effects of inhaled and oral glucocorticoids on inflammatory indices in asthma and COPD. Am J Respir Crit Care Med 1997;155: Culpitt SV, Maziak W, Loukidis S, Nightingale JA, Matthews JL, Barnes PJ. Effect of high dose inhaled steroid on cells, cytokines, and proteases in induced sputum in chronic obstructive pulmonary disease. Am J Respir Crit Care Med 1999;160(5 Pt 1): Culpitt SV, Rogers DF, Shah P, De Matos C, Russell RE, Donnelly LE, et al. Impaired inhibition by dexamethasone of cytokine release by alveolar macrophages from patients with chronic obstructive pulmonary disease. Am J Respir Crit Care Med 2003;167: Meagher LC, Cousin JM, Seckl JR, Haslett C. Opposing effects of glucocorticoids on the rate of apoptosis in neutrophilic and eosinophilic granulocytes. J Immunol 1996;156: Jeffery PK. The pathology of COPD and exacerbations. Eur Respir Rev 2002;12: Thompson AB, Mueller MB, Heires AJ, Bohling TL, Daughton D, Yancey SW, et al. Aerosolized beclomethasone in chronic bronchitis. Improved pulmonary function and diminished airway inflammation. Am Rev Respir Dis 1992;146: Rutgers SR, Koeter GH, Mark TW van der, Postma DS. Short-term treatment with budesonide does not improve hyperresponsiveness to adenosine 5'-monophosphate in COPD. Am J Respir Crit Care Med 1998;157(3Pt 1): Confalonieri M, Mainardi E, Della Porta R, Bernorio S, Gandola L, Beghe B, et al. Inhaled corticosteroids reduce neutrophilic bronchial inflammation in patients with chronic obstructive pulmonary disease. Thorax 1998;53: Hattotuwa KL, Gizycki MJ, Ansari TW, Jeffery PK, Barnes NC. The effects of inhaled fluticasone on airway inflammation in chronic obstructive pulmonary disease: a double-blind, placebo-controlled biopsy study. Am J Respir Crit Care Med 2002;165: Ferreira IM, Hazari MS, Gutierrez C, Zamel N, Chapman KR. Exhaled nitric oxide and hydrogen peroxide in patients with chronic obstructive pulmonary disease: effects of inhaled beclomethasone. Am J Respir Crit Care Med 2001;164: Beurden WJC van, Harff GA, Dekhuijzen PNR, Poel-Smet SM van der, Smeenk FWJM. Effects of inhaled corticosteroids with different lung deposition on exhaled hydrogen peroxide in stable COPD patients. Respiration [ter perse]. 26 Pauwels RA, Lofdahl CG, Laitinen LA, Schouten JP, Postma DS, Pride NB, et al. Long-term treatment with inhaled budesonide in persons with mild chronic obstructive pulmonary disease who continue smoking. European Respiratory Society Study on Chronic Obstructive Pulmonary Disease. N Engl J Med 1999;340: Vestbo J, Sorensen T, Lange P, Brix A, Torre P, Viskum K. Longterm effect of inhaled budesonide in mild and moderate chronic obstructive pulmonary disease: a randomised controlled trial. Lancet 1999;353: Burge PS, Calverley PM, Jones PW, Spencer S, Anderson JA, Maslen TK. Randomised, double blind, placebo controlled study of fluticasone propionate in patients with moderate to severe chronic obstructive pulmonary disease: the ISOLDE trial. BMJ 2000;320: Lung Health Study Research Group. Effect of inhaled triamcinolone on the decline in pulmonary function in chronic obstructive pulmonary disease. N Engl J Med 2000:343: Jones PW, Willits LR, Burge PS, Calverley PMA. Disease severity and the effect of fluticasone propionate on chronic obstructive pulmonary disease exacerbations. Eur Respir J 2003;21: Paggiaro PL, Dahle R, Bakran I, Frith L, Hollingworth K, Efthimiou J. Multicentre randomised placebo-controlled trial of inhaled fluticasone propionate in patients with chronic obstructive pulmonary disease. International COPD Study. Lancet 1998;351: Alsaeedi A, Sin DD, McAlister FA. The effects of inhaled corticosteroids in chronic obstructive pulmonary disease: a systematic review of randomized placebo-controlled trials. Am J Med 2002; 113: Mahler DA, Wire P, Horstman D, Chang CN, Yates J, Fischer T, et al. Effectiveness of fluticasone propionate and salmeterol combination delivered via the diskus device in the treatment of chronic obstructive pulmonary disease. Am J Respir Crit Care Med 2002; 166: Szafranski W, Cukier A, Ramirez A, Menga G, Sansores R, Nahabedian S, et al. Efficacy and safety of budesonide/formoterol in the management of chronic obstructive pulmonary disease. Eur Respir J 2003;21: Calverley PMA. Effect of budesonide/formoterol on severe exacerbations and lung function in moderate to severe COPD. Thorax 2002;57: Calverley PMA, Pauwels RA, Vestbo J, Jones P, Pride NB, Gulsvik A, et al. Combined salmeterol and fluticasone in the treatment of chronic obstructive pulmonary disease: a randomised controlled trial. Lancet 2003;361: Korn SH, Jerre A, Brattsand R. Effects of formoterol and budesonide on GM-CSF and IL-8 secretion by triggered human bronchial epithelial cells. Eur Respir J 2001;17: Spoelstra FM, Postma DS, Hovenga H, Noordhoek JA, Kauffman HF. Additive anti-inflammatory effect of formoterol and budesonide on human lung fibroblasts. Thorax 2002;57: Eickelberg O, Roth M, Lorx R, Bruce V, Rudiger J, Johnson M, Block LH. Ligand-independent activation of the glucocorticoid receptor by beta2-adrenergic receptor agonists in primary human lung fibroblasts and vascular smooth muscle cells. J Biol Chem 1999;274: Roth M, Johnson PR, Rudiger JJ, King GG, Ge Q, Burgess JK, et al. Interaction between glucocorticoids and beta2 agonists on bronchial airway smooth muscle cells through synchronised cellular signalling. Lancet 2002;360: Valk P van der, Monninkhof E, Palen J van der, Zielhuis G, Herwaarden CLA van. Effect of discontinuation of inhaled corticosteroids in patients with chronic obstructive pulmonary disease: the COPE study. Am J Respir Crit Care Med 2002;166: Jarad NA, Wedzicha JA, Burge PS, Calverley PM. An observational study of inhaled corticosteroid withdrawal in stable chronic obstructive pulmonary disease. ISOLDE Study Group. Respir Med 1999;93: O Brien A, Russo-Magno P, Karki A, Hiranniramol S, Hardin M, Kaszuba M, et al. Effects of withdrawal of inhaled steroids in men with severe irreversible airflow obstruction. Am J Respir Crit Care Med 2001;164: Jones A, Fay JK, Burr M, Stone M, Hood K, Roberts G. Inhaled corticosteroid effects on bone metabolism in asthma and mild chronic obstructive pulmonary disease [Cochrane review]. The Cochrane Library. Issue 4. Oxford: Update Software; Johnell O, Pauwels R, Lofdahl CG, Laitinen LA, Postma DS, Pride NB, et al. Bone mineral density in patients with chronic obstructive pulmonary disease treated with budesonide Turbuhaler. Eur Respir J 2002;19: Siafakas NM, Vermeire P, Pride NB, Paoletti P, Gibson J, Howard P, et al. Optimal assessment and management of chronic obstructive pulmonary disease (COPD). The European Respiratory Society Task Force. Eur Respir J 1995;8: American Thoracic Society. Standards for the diagnosis and care of patients with chronic obstructive pulmonary disease. Am J Respir Crit Care Med 1995;152(5 Pt 2):S Geijer RMM, Schayck CP van, Weel C van, Sachs APE, Zwan AAC van der, Bottema BJAM, et al. NHG-standaard COPD: behandeling. Huisarts Wet 1997;40: British Thoracic Society. BTS guidelines for the management of chronic obstructive pulmonary disease. The COPD Guidelines Group of the Standards of Care Committee of the BTS. Thorax 1997;52 Suppl 5:S Commissie Standaard Diagnostiek en Behandeling van Astma en COPD. Behandeling van COPD. Pulmoscript 1998;8:25-7. Ned Tijdschr Geneeskd juli;147(29) 1403
7 51 Senderovitz T, Vestbo J, Frandsen J, Maltbaek N, Norgaard M, Nielsen C, et al. Steroid reversibility test followed by inhaled budesonide or placebo in outpatients with stable chronic obstructive pulmonary disease. Respir Med 1999;93: Schayck CP van. De herziene standaard over COPD van het Nederlands Huisartsen Genootschap en de eerste internationale WHO-standaard: verschillen en overeenkomsten. Ned Tijdschr Geneeskd 2002;146: Herwaarden CLA van, Dekhuijzen PNR, Schayck CP van, Weel C van, Molema J. De medicamenteuze behandeling van chronisch obstructieve longziekte. Ned Tijdschr Geneeskd 1996;140: Sin DD, Tu JV. Inhaled corticosteroids and the risk of mortality and readmission in elderly patients with chronic obstructive pulmonary disease. Am J Respir Crit Care Med 2001;164: Soriano JB, Vestbo J, Pride NB, Kiri V, Maden C, Maier WC. Survival in COPD patients after regular use of fluticasone propionate and salmeterol in general practice. Eur Respir J 2002;20: Chanez P, Vignola AM, O Shaugnessy T, Enander I, Li D, Jeffery PK, et al. Corticosteroid reversibility in COPD is related to features of asthma. Am J Respir Crit Care Med 1997;155: Kerstjens HAM, Brand PLP, Hughes MD, Robinson NJ, Postma DS, Sluiter HJ, et al, and Dutch CNSLD Group. A comparison of bronchodilator therapy with or without inhaled corticosteroid therapy for obstructive airways disease. Dutch Chronic Non-specific Lung Disease Study Group. N Engl J Med 1992;327: Derenne JP. Effects of high-dose inhaled beclomethasone on the rate of decline in FEV1 in patients with COPD: results of a twoyears prospective multicenter trial. Am J Respir Crit Care Med 1995;151:A Renkema TEJ, Schouten JP, Koeter GH, Postma DS. Effects of long-term treatment with corticosteroids in COPD. Chest 1996; 109: Grunsven PM van, Schayck CP van, Derenne JP, Kerstjens HA, Renkema TE, Postma DS, et al. Long term effects of inhaled corticosteroids in chronic obstructive pulmonary disease: a metaanalysis. Thorax 1999;54:7-14. Aanvaard op 3 februari 2003 Voor de praktijk Klinisch denken en beslissen in de praktijk. Een jonge vrouw met koorts, benauwdheid en een gedaald bewustzijn w.taal, r.h.kauffmann, w.hart en ch.j.vecht Opzet van dit artikel. Een ziektegeschiedenis wordt beschreven zoals die zich in de praktijk heeft voorgedaan. Daarbij is het gevraagde commentaar weergegeven van een ervaren clinicus, die niet op de hoogte was van het beloop van de ziekte en de uiteindelijke diagnose. Het gaat om de didactische waarde van de praktijksituatie. ziektegeschiedenis Patiënt A, een vrouw van 23 jaar, werd acuut opgenomen wegens hoge koorts en een gedaald bewustzijn. Sinds 2 weken voelde zij zich ziek en had zij een droge, niet-productieve hoest. Zij was daarbij snel moe en kortademig. Op 5-jarige leeftijd had zij een meningitis doorgemaakt en sindsdien had zij een psychomotorische achterstand en verbleef zij in een woonvorm met enig toezicht. Lopen ging goed, rennen moeizaam. Zij rookte en dronk niet, en gebruikte geen medicijnen. Bij lichamelijk onderzoek werd een zieke vrouw gezien met een bleek uiterlijk en overgewicht (90 kg bij een lichaamslengte van 1,61 m). Het bewustzijn was gedaald; Medisch Centrum Haaglanden, locatie Westeinde, afd. Neurologie, Lijnbaan 32, 2512 VA Den Haag. W.Taal, assistent-geneeskundige (thans: neuroloog, Eramus Medisch Centrum, locatie Daniel den Hoed Kliniek, Rotterdam); dr.ch.j.vecht, neuroloog. Ziekenhuis Leyenburg, afd. Inwendige Geneeskunde, Den Haag. Dr.R.H.Kauffmann, internist. Dr.W.Hart, internist, Amsterdam. Correspondentieadres: dr.ch.j.vecht (c.vecht@mchaaglanden.nl). patiënte was slaperig en niet coöperatief. De Glasgowcomascore was E3M5V3 (deze score geeft de diepte van het coma aan, waarbij gescoord wordt op ogen openen (E), motorische reactie (M) en verbale reactie (V); E1M1V1 is het diepst mogelijke coma en E4M6V5 is zonder afwijkingen). De lichaamstemperatuur was 39 C, de bloeddruk 110/75 mmhg en de polsfrequentie 106/min met een regulair ritme. De ademhalingsfrequentie was 35/min. Over de longen werden veel voortgeleide rhonchi gehoord. Bij percussie was er geen demping en bij auscultatie geen bronchiaal ademen. Purpura of ecchymosen werden niet gezien. Bij neurologisch onderzoek was patiënte duidelijk nekstijf. De pupillen waren isocoor en reageerden goed op licht. Het viel op dat er meer spontane motoriek was aan de armen dan aan de benen. De benen zakten terug wanneer deze in gebogen houding op het bed gezet werden. Op een pijnprikkel werden de benen opgetrokken. De spierrekkingsreflexen waren levendig en symmetrisch en de voetzoolreflexen niet afwijkend. Op de thoraxfoto werd een infiltraat gezien in de linker onderkwab (figuur). De uitslagen van het laboratoriumonderzoek staan in tabel 1. vragen aan de ervaren clinicus (internist) 1. Wat is uw differentiële diagnose? 2. Welke verdere diagnostiek is gewenst? commentaar van de clinicus 1. Het beeld past bij een meningitis, mogelijk een meningo-encefalitis, vermoedelijk bacterieel van aard Ned Tijdschr Geneeskd juli;147(29)
Astma en COPD behoren tot de meest
Inhalatiecorticosteroïden bij Niet of slechts beperkt werkzaam De plaats van inhalatiecorticosteroïden bij is nog onduidelijk. In dit artikel worden de resultaten van onderzoeken hiernaar beschreven. De
Nadere informatieFARMACOTHERAPIE BIJ CHRONISCH OBSTRUCTIEF LONGLIJDEN: EEN UPDATE
FARMACOTHERAPIE BIJ CHRONISCH OBSTRUCTIEF LONGLIJDEN: EEN UPDATE In de Folia van september 2000 verscheen een overzichtsartikel over farmacotherapie bij chronisch obstructief longlijden (chronic obstructive
Nadere informatieWorkshop voor apothekers en huisartsen Behandeling van COPD anno 2007
Workshop voor apothekers en huisartsen Behandeling van COPD anno 2007 Voorbeeld Programma Maken van de ingangstoets Bespreking leerdoelen l en inleiding idi Presentatie van regionale voorschrijfcijfers
Nadere informatieCasusschetsen astma/copd
Casusschetsen astma/copd 7 augustus 2000 Casusschets 1 Mevr. N, is een 26 jarige adipeuze Surinaamse vrouw die sinds 1994 in Nederland woonachtig is. Sinds haar komst naar Nederland heeft zij in wisselende
Nadere informatieNHG-standaarden Astma bij volwassenen en COPD
Richtlijnen NHG-standaarden Astma bij volwassenen en COPD Roeland M.M. Geijer, Mariska K. Tuut, Johannes C.C.M. in t Veen, Berna D.L. Broekhuizen, Niels H. Chavannes en Ivo J.M. Smeele* + Gerelateerd artikel
Nadere informatieConflict van belangen
Steroïden en luchtwegverwijders: aparte inhalers of één langwerkend combinatiepreparaat? - een studieprotocol - Baretta H.J. 1, Metting E.I. 1, van Boven J.F. 1, Flokstra-de Blok B.M.J. 1, van der Molen
Nadere informatieAstma controle, is er ruimte voor verbetering? Hoe goed behandelen we kinderen en volwassenen met astma in Nederland?
Astma controle, is er ruimte voor verbetering? Walter Balemans, kinderlongarts Antonius ziekenhuis, Nieuwegein CAHAG conferentie, januari 2017 Gewetensvraag Hoe goed behandelen we kinderen en volwassenen
Nadere informatieStoppen van onderhoudsbehandeling met inhalatiesteroïden bij COPD
Onderzoek Stoppen van onderhoudsbehandeling met inhalatiesteroïden bij COPD TRJ Schermer, NH Chavannes, AJC Hendriks, PNR Dekhuijzen, EFM Wouters, H van den Hoogen, CP van Schayck, C van Weel Inleiding
Nadere informatieAcetylcysteine bij ouderen met COPD. Reduceert acetylsteine exacerbaties?
Home no. 3 Juni 2018 Eerdere edities Verenso.nl Acetylcysteine bij ouderen met COPD. Reduceert acetylsteine exacerbaties? Critical Appraisal of Topics Mariëlle Winters mariellewinters@gmail.com Aanleiding
Nadere informatieLangdurige behandeling met inhalatiesteroïden heeft gunstig effect bij matig ernstige COPD*
Onderzoek Langdurige behandeling met inhalatiesteroïden heeft gunstig effect bij matig ernstige COPD* Jiska B. Snoeck-Stroband, Thérèse S. Lapperre, Margot M.E. Gosman, H. Marike Boezen, Nick H.T. ten
Nadere informatieRegionaal formularium astma / COPD
Regionaal formularium astma / COPD Dr. V. van der Meer, huisarts / kaderarts astma COPD Drs. R. Roelofsen, huisarts / kaderarts i.o. astma COPD Welk middel en device kiest u? Mw. A, 40 jaar Astma, nieuw
Nadere informatieRegien Kievits, Gerrit van Roekel Malaga, 2014
Regien Kievits, Gerrit van Roekel Malaga, 2014 Dhr Terlouw, 62 jaar is sedert 1 jaar bekend met COPD, Gold 2. Rookgeschiedenis: 52 pakjaren Comorbiditeit: ACS 60 jarige leeftijd, dotter met stentplaatsing.
Nadere informatieAstma & COPD Uitgangspunten LTA en locale werkafspraak: Controle-eis LTA: Diagnostiek astma/copd (door huisarts) Controle bij astma en COPD
Astma & COPD Uitgaande van de Landelijke Transmurale Afspraak (LTA) Astma & COPD van 2002 (coproductie NHG: Nederlands Huisartsen Genootschap en NVALT: Nederlandse Vereniging voor Artsen voor Longziekten
Nadere informatieNurse versus physician-led care for the management of asthma
TRAM onderzoek Nurse versus physician-led care for the management of asthma Maarten C Kuethe1, Anja A P H Vaessen-Verberne1, Roy G Elbers2, Wim MC Van Aalderen3 1. Paediatrics, AMPHIA Hospital, Breda,
Nadere informatieDubbeldiagnose. Paul Bresser, longarts Anaïs van Essen-Rubingh, huisarts
Dubbeldiagnose Paul Bresser, longarts Anaïs van Essen-Rubingh, huisarts Quiz 1 COPD is een aandoening van Jonge mensen Oudere mensen Beiden Quiz 2 Astma is een aandoening van Jonge mensen Oudere mensen
Nadere informatieAchtergronden casusschetsen astma/ copd
Achtergronden casusschetsen astma/ copd 7 augustus 2000 Inleiding Dit Interline programma is gemaakt voor groepen die (meer dan) een jaar geleden het longproject hebben gevolgd. Het is gedeeltelijk een
Nadere informatieDIAGNOSE VAN COPD: EENVOUDIG OF COMPLEX
DIAGNOSE VAN COPD: EENVOUDIG OF COMPLEX Wim Janssens Long- en revalidatiearts UZ Leuven BVP-SBP meeting 1 december 2018 Risk factors for COPD Smoking Passive smoking Occupational exposure airpollution
Nadere informatieWat is astma eigenlijk? 5 stellingen
Leerdoelen Kennis over: Moeilijk behandelbaar astma Wim Oomen & Regien Kievits 2017 Wat is astma nu precies? Reflectie over astma-zorg in eigen praktijk Verschil tussen moeilijk behandelbaar en ernstig
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Chapter 8 Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 151 Achtergrond Wat is COPD? COPD is een Engelse afkorting van chronic obstructive pulmonary disease, in het Nederlands chronisch obstructieve
Nadere informatieNederlandse samenvatting
147 Nederlands samenvatting Wat is COPD? Chronic obstructive pulmonary disease (COPD) is een ziekte waarbij er een blijvende vernauwing van de luchtwegen in de long optreedt, die voornamelijk veroorzaakt
Nadere informatieDiabetes en longziekten
Diabetes en longziekten Chronisch obstructief longlijden (COPD) Richard Dekhuijzen UMC St Radboud, Nijmegen richard.dekhuijzen@gmail.com Wat is COPD? Chronisch Obstructief Longlijden (COPD) is een verzamelnaam
Nadere informatieInflammation in chronic obstructive pulmonary disease : its assessment and the effects of corticosteroids Boorsma, M.
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Inflammation in chronic obstructive pulmonary disease : its assessment and the effects of corticosteroids Boorsma, M. Link to publication Citation for published version
Nadere informatie1.1 Wat is astma en wat is COPD? 1.1.1 Astma
1 Inleiding Prof.dr. C.P. van Schayck Asthma bronchiale is, als het niet wordt behandeld, te herkennen aan recidiverende perioden met luchtwegobstructie die gewoonlijk reversibel zijn, spontaan of door
Nadere informatieBijlage II. Wetenschappelijke conclusies en redenen voor de wijziging van de voorwaarden van de vergunningen voor het in de handel brengen
Bijlage II Wetenschappelijke conclusies en redenen voor de wijziging van de voorwaarden van de vergunningen voor het in de handel brengen 5 Wetenschappelijke conclusies Algehele samenvatting van de wetenschappelijke
Nadere informatieLeuvense Dagen voor Huisartsgeneeskunde Dienst Pneumologie
Leuvense Dagen voor Huisartsgeneeskunde Dienst Pneumologie COPD in de huisartspraktijk Marc Decramer Diensthoofd Pneumologie UZ Gasthuisberg 31 mei 2012 Vrouw 59 jaar Geschiedenis 40 pakjaren gerookt progressief
Nadere informatieZelfmanagementondersteuning of regelmatige controles bij COPD patiënten in de huisartspraktijk? Een gerandomiseerd gecontroleerd experiment
Zelfmanagementondersteuning of regelmatige controles bij COPD patiënten in de huisartspraktijk? Een gerandomiseerd gecontroleerd experiment British Medical Journal 2012; 345: e7642. Erik Bischoff, huisarts
Nadere informatiePiepjes en Pufjes. 8 september 2014
Piepjes en Pufjes 8 september 2014 NHG standaard: Astma bij kinderen Patrick Bindels Huisarts Praktijk Buitenhof Hoofd afdeling Huisartsgeneeskunde Erasmus MC Rotterdam Nieuwe ontwikkelingen bij astma
Nadere informatieWaarom was het onderzoek nodig?
Helpt het toevoegen van olodaterol aan tiotropium kortademigheid te verlichten bij patiënten met COPD? Dit is een samenvatting van een klinisch onderzoek bij patiënten met chronische obstructieve longziekte
Nadere informatie2.1 Verstoord evenwicht protease-antiprotease
Roken is verreweg de belangrijkste risicofactor. Andere risicofactoren zijn: beroepen of hobby s met regelmatige blootstelling aan kleine deeltjes (fijnstof ) en (zelden) een familiair voorkomend enzymtekort
Nadere informatieAstma; moeilijk of ernstig?! Marianne van Nieuwamerongen Physician Assistant longziekten
Astma; moeilijk of ernstig?! Marianne van Nieuwamerongen Physician Assistant longziekten Astma Chronische ontstekingsreactie van de luchtwegen die samengaat met de neiging van het luchtwegsysteem om sneller
Nadere informatieOnderwijsmateriaal voor toetsgroepen
COPD: Inhalatiemiddelen bij COPD kritisch bekeken 1. Toelichting In dit onderwijsmateriaal, gebaseerd op de herziene NHG-Standaard COPD (juli 2007), de CBO-richtlijn medicamenteuze therapie van COPD (2007)
Nadere informatieHet piepende kind. Nascholing huisartsen. 20 mei 2014. Annejet Plaisier. kinderarts
Het piepende kind Nascholing huisartsen 20 mei 2014 Annejet Plaisier kinderarts Incidentie van wheezing bij kinderen 18 16 Kinderen in % 14 12 10 8 6 4 2 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 MAS-90 Leeftijd
Nadere informatieWat is astma? Wat is astma? Basis Cursus Astma bij Kinderen. Dilemma s bij behandeling van kinderen met astma
Basis Cursus Astma bij Kinderen Wat is astma? Anneke Landstra Mariëlle Pijnenburg Maarten Kuethe Wim van Aalderen Wat is Normale luchtweg Matig/ernstig astma gezond fataal astma Dilemma s bij behandeling
Nadere informatieHet nut van de orale prednisontest bij de behandeling van COPD in de eerste lijn
Onderzoek Het nut van de orale prednisontest bij de behandeling van COPD in de eerste lijn Niels Chavannes, Tjard Schermer, Emiel Wouters, Reinier Akkermans, Richard Dekhuijzen, Jean Muris, Chris van Weel,
Nadere informatieIMPLEMENTATIE VAN ASTMA EN COPD IN DE HUISARTSENPRAKTIJK
IMPLEMENTATIE VAN ASTMA EN COPD IN DE HUISARTSENPRAKTIJK 29 januari + 30 januari 2015 KADERHUISARTS SCHAKEL TUSSEN WETENSCHAP EN PRAKTIJK DISCLOSURE BELANGEN SPREKERS: GEEN BELANGENVERSTRENGELING KADERHUISARTS
Nadere informatieSamenvatting van de standaard Astma bij volwassenen (tweede herziening) van het Nederlands Huisartsen Genootschap
voor de praktijk Samenvatting van de standaard Astma bij volwassenen (tweede herziening) van het Nederlands Huisartsen Genootschap R.M.M.Geijer, I.J.M.Smeele en A.N.Goudswaard Zie ook de artikelen op bl.
Nadere informatiedubbeldiagnose Workshop deel 1 Dhr. R Indeling workshop POH - HA overleg
Disclosure belangen spreker dubbeldiagnose Geen belangenverstrengeling Geen / Zie hieronder 2 Indeling workshop Workshop deel 1 inventariseren vragen in de zaal + casus plenair NHG standpunt over dubbeldiagnose
Nadere informatieDisclosure belangen spreker
Disclosure belangen spreker Geen belangenverstrengeling Geen / Zie hieronder Dubbeldiagnose Indeling workshop inventariseren vragen in de zaal + casus plenair NHG standpunt over dubbeldiagnose - hoe de
Nadere informatie166LEVEN C HAPTER 11
166LEVEN C HAPTER 11 N EDERLANDSE SAMENVATTING Chapter 11 Nederlandse samenvatting voor niet medisch geschoolden 167 C HAPTER 11 INTRODUCTIE Chronic obstructive pulmonary disease (COPD) is een Engelse
Nadere informatieAstma monitoring & E-health anno 2012. TRENDS XXII, Garderen
Astma monitoring & E-health anno 2012 TRENDS XXII, Garderen Eric de Groot, ISALA Zwolle Rijn Jöbsis, MUMC + Maastricht Leerdoelen monitoring astma Mate van astmacontrole staat centraal Eén ideaal instrument
Nadere informatieIntroductie Boehringer Ingelheim
Introductie Boehringer Ingelheim Kenmerken Boehringer Ingelheim Familiebedrijf, sinds 1885, Ingelheim am Rhein, Duitsland Niet beursgenoteerd, lange termijn strategie 145 vestigingen in 45 landen Ruim
Nadere informatieTransmurale werkafspraken
Silvia Hiep GHO-GO COPD terugkomdag Transmurale werkafspraken verwijs en terugverwijsbeleid Programma Inleiding Verwijscriteria volgens de LAN / SLA Casuïstiek Discussie 2 1 Definitie volgens NHG standaard
Nadere informatiebenoemen en adequate behandeling instellen een exacerbatie-management-plan op maat de ernst van een exacerbatie COPD kunnen
de ernst van een exacerbatie COPD kunnen benoemen en adequate behandeling instellen een exacerbatie-management-plan op maat kunnen maken met de COPD-patiënt wat wordt er verstaan onder een (acute) exacerbatie
Nadere informatieCOPDnet transmuraal ketenzorgmodel
COPDnet transmuraal ketenzorgmodel integrale zorg in een geïntegreerde zorgketen LAN, Conferentie, 19 januari 2018 dr. A.J. (Alex) van t Hul Uitgangspunten/ aannames: 1. Uitkomsten van zorg voor mensen
Nadere informatieVijf gedragsthema s lopen als een rode draad door de begeleiding van de patiënt met astma/copd:
Praktijkondersteuning bij COPD en astma Doel van praktijkondersteuning is het ophogen en/of verdieping van kennis bij de patiënt en het daaraan verbonden zelfmanagement 1. De begeleiding richt zich in
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra
Nadere informatieWat is nieuw in longfunctie? Jan Willem van den Berg Longarts
Wat is nieuw in longfunctie? Jan Willem van den Berg Longarts Oude situatie Referenties dateren uit de jaren 50-60 Groep mijnwerkers en staalarbeiders (ECCS) Vrouwen niet als referentie geïncludeerd (globaal
Nadere informatieAlain Van Meerhaeghe, Service de Pneumologie et GERHPAC, Hôpital Vésale, CHU-Charleroi ; Laboratoire de médecine factuelle de l ULB
Ernstig COPD: wat is de meerwaarde van een triple therapie met een inhalatiecorticosteroïd, een langwerkend bèta-2-mimeticum en een langwerkend anticholinergicum? Singh D, Papi A, Corradi M, et al. Single
Nadere informatieMedicamenteuze onderhoudsbehandeling bij chronisch obstructief longlijden (COPD)
11 Cinotti G, David T, Postacchini F. Results of disc prosthesis after a minimum follow-up period of 2 years. Spine 1996;21:995-1000. 12 David T. Lumbar disc prosthesis. Eur Spine J 1993;1:254-9. 13 Wittig
Nadere informatieHet Astma COPD-overlapsyndroom: ACOS. Wat is het en hoe belangrijk is het?
Het Astma COPD-overlapsyndroom: ACOS. Wat is het en hoe belangrijk is het? The diagnosis and clinical implications of the Asthma COPD overlap syndrome Dr. M. van den Berge Samenvatting Zowel astma als
Nadere informatieHoe hartfalen te herkennen. Mark Valk, huisarts onderzoeker
Hoe hartfalen te herkennen Mark Valk, huisarts onderzoeker vroegdiagnostiek hartfalen Leusden 24 april 2012 2 Disclosure Geen belangenverstengeling Komt het vaak voor? 0,8% tussen de 55 en 64 jaar 3% tussen
Nadere informatieFactsheet Astma-/COPD-Monitor Oktober 2007
Factsheet Astma-/COPD-Monitor Oktober 27 Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding worden gebruikt (M. Heijmans, NIVEL, Oktober 27). LEVEN MET COPD VRAAGT OM LEF
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch)
Samenvatting (Summary in Dutch) Zowel beleidsmakers en zorgverleners als het algemene publiek zijn zich meer en meer bewust van de essentiële rol van kwaliteitsmeting en - verbetering in het verlenen van
Nadere informatieVereniging voor Ziekenhuisgeneeskunde
Vereniging voor Ziekenhuisgeneeskunde SHELLEY METSELAAR AIOS SOZG Achtergrond Incidentie - 5-11 per 1000 per jaar 1 Diagnose - Combinatie kliniek, lab, X-thorax Sensitiviteit X-thorax 2 - Pneumonie +/-
Nadere informatieCOPD anno 2018/(2019) Eef Vanderhelst Universitair Ziekenhuis Brussel
COPD anno 2018/(2019) Eef Vanderhelst Universitair Ziekenhuis Brussel Inhoud Definities Etiologie en impact Diagnose Behandeling Definitie van COPD COPD, een ziekte die voorkomen en behandeld kan worden,
Nadere informatieAanwezig zijn huisartsen en hun praktijkondersteuner, een longarts, longverpleegkundige van het ziekenhuis, kaderarts astma/copd van zorggroep ELZHA.
Notulen Transmuraal overleg Haga Ziekenhuis 8 oktober 2018 Inleiding: Het doel van dit overleg is het verder verhogen van de kwaliteit van astma/copd zorg door o.a. bespreken van actualiteiten, casuïstiek
Nadere informatieVaria Adembenemend OVERBEHANDELING COPD / stop ICS Jean Muris
Varia Adembenemend OVERBEHANDELING COPD / stop ICS Jean Muris Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Geen / Zie hieronder Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven
Nadere informatieLandelijk Diabetes Congres 2016
Landelijk Diabetes Congres 2016 Insuline Pompen, zelfcontrole en sensoren, need to know Thomas van Bemmel, Internist Gelre Ziekenhuis Apeldoorn Disclosures (potentiële) belangenverstrengeling zie hieronder
Nadere informatieChronische NIV bij stabiele COPD patiënten
Chronische NIV bij stabiele COPD patiënten 1. is alleen effectief als er sprake is van hypercapnie 2. is alleen effectief als door de NIV de CO 2 daalt 3. als aan beide (1 en 2) wordt voldaan 4. is nooit
Nadere informatieAstma en COPD: kernpunten voor management.
Astma en COPD: kernpunten voor management. Dr.J.Buffels, Academisch Centrum voor Huisartsgeneeskunde, K.U.Leuven. Januari 2008 Inleiding Deze tekst is een zeer beknopte herhaling van kernpunten inzake
Nadere informatieDisclosure belangen spreker
Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële) vergoeding Aandeelhouder
Nadere informatiePneumocystis jirovecii pneumonie Behandeling met corticosteroïden. Teske Schoffelen, arts-assistent IC
Pneumocystis jirovecii pneumonie Behandeling met corticosteroïden Teske Schoffelen, arts-assistent IC 28-02-2019 Casus Vrouw, 67 jaar Presentatie Koorts, niet-productieve hoest, dyspnoe Acuut hypoxisch
Nadere informatieAstma. Chronos, 14 juni 2016. Regien Kievits, kaderarts astma/copd
Astma Chronos, 14 juni 2016 Regien Kievits, kaderarts astma/copd Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Geen / Zie hieronder Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven
Nadere informatieRespiratoire virussen en astma. Dr François Vermeulen Kinderlongziekten Gasthuisberg - UZ Leuven
Respiratoire virussen en astma Dr François Vermeulen Kinderlongziekten Gasthuisberg - UZ Leuven Plan Wheezing phenotypes Virussen als oorzaak van episodes van wheezing Virussen als oorzaak van astma Behandeling
Nadere informatieIndeling workshop. De Machinist 2014 7 oktober 2014 Chantal Kroese Karin Aulbers 10-10-2014 DUBBELDIAGNOSE ASTMA & COPD
DUBBELDIAGNOSE ASTMA & COPD DUBBEL MOEILIJK TE INTERPRETEREN De Machinist 2014 7 oktober 2014 Chantal Kroese Karin Aulbers 1 Indeling workshop Casus besprekingen NHG standpunt over dubbeldiagnose - hoe
Nadere informatieHERZIENE AANBEVELINGEN VAN GINA VOOR ASTMA, EN VAN GOLD VOOR COPD
HERZIENE AANBEVELINGEN VAN GINA VOOR ASTMA, EN VAN GOLD VOOR COPD In november 2006 verschenen de herziene aanbevelingen van GINA (Global Initiative for Asthma) voor astma, en van GOLD (Global Initiative
Nadere informatieLichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and
Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers
Nadere informatieFactsheet Astma-/COPD-Monitor April 2007
Factsheet Astma-/COPD-Monitor April 7 Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding worden gebruikt (M. Heijmans, Meer dan helft astmapatiënten heeft ziekte niet onder
Nadere informatieBETER ZELFMANAGEMENT BIJ HARTPATIENTEN: ROL VAN EHEALTH-TOEPASSINGEN
BETER ZELFMANAGEMENT BIJ HARTPATIENTEN: ROL VAN EHEALTH-TOEPASSINGEN ehealth bij hartrevalidatie: meer deelnemers, minder terugval, beter eindresultaat? KNMG ehealth congres Donderdag 28 juni 2018 Evoluon
Nadere informatieVRAGEN OVER GESTELDE VEEL COPD
VEEL GESTELDE VRAGEN OVER COPD VEEL GESTELDE VRAGEN OVER COPD Assoc. Prof. Dr. N.H. Chavannes Prof.dr. P.N.R. Dekhuijzen 2013 2013 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media BV, Houten Alle
Nadere informatieRelatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën
Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën The Relation between Personality, Education, Age, Sex and Short- and Long- Term Sexual
Nadere informatieCover Page. Author: Kruis, Annemarije Title: The effectiveness of integrated disease management in COPD patients Issue Date:
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/29980 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Kruis, Annemarije Title: The effectiveness of integrated disease management in
Nadere informatieLongfunctie en longproblematiek bij mensen met een dwarslaesie na de klinische revalidatie
Longfunctie en longproblematiek bij mensen met een dwarslaesie na de klinische revalidatie Karin Postma 1,2 Hans Bussmann 2, Henk Stam 2, Michael Bergen 1, Janneke Haisma 1,2, Maria Hopman 3 1: Rijndam
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/19774 holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19774 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Snoeck-Stroband, Jiska Bouwien Title: Towards clinical phenotyping of COPD : effects
Nadere informatieInvasieve beademing bij longfibrose. Liselotte Boerman, ANIOS
Invasieve beademing bij longfibrose Liselotte Boerman, ANIOS Casus Man, 82 jaar, Opname ivm respiratoire insufficiëntie, DD: 1. Acute exacerbatie Idiopathische Pulmonale Fibrose (IPF) 2. overvulling cardiaal
Nadere informatieUpdate research LUMC en trials 20 mei 2017
Update research LUMC en trials 20 mei 2017 Erik Niks, kinderneuroloog Chiara Straathof, neuroloog Nathalie Doorenweerd, onderzoeker DUCHENNE CENTRUM NEDERLAND 2 30-mei-17 Projecten Zorg Leren en gedrag
Nadere informatiePROMs vanuit perspec1ef zorgverleners
PROMs vanuit perspec1ef zorgverleners Workshop Hoe gebruik je een PROM in de prak1jk? Utrecht, 24 juni 2016 dr. A.J. (Alex) van t Hul, programmadirecteur COPDnet COPDnet: wat is het? COPDnet ontwikkelt
Nadere informatie9 e Post-O.N.S. Meeting
9 e Post-O.N.S. Meeting Neutropenie & Antibiotica resistentie Heleen Klein Wolterink Research verpleegkundige Medische Oncologie UMC Utrecht Schiphol introductie Neutropenie: Definitie Symptomen MASSC
Nadere informatieIndeling presentatie
Gho-Go COPD terugkomdag COPD ketenzorg 7 oktober 2014 Norbert IJkelenstam Kaderhuisarts astma/copd 1 Indeling presentatie Aandachtspunten vanuit spiegelinformatie 2014 De nieuwe NHG COPD standaard 2015
Nadere informatieHooggebergtebehandeling bij ernstig. astma ACHTERGROND. 24 nummer Longziekten
Hooggebergtebehandeling bij ernstig astma Met medewerking van: Dr. Lous Rijssenbeek, longarts Nederlands Astmacentrum Davos 24 nummer 2-2019 Longziekten Els van den Brink Samenvatting De hooggebergtebehandeling
Nadere informatieMDO september 2014 CAT: bewijs voor nimodipine bij SAB
MDO september 2014 CAT: bewijs voor nimodipine bij SAB B. J. Snel AIOS anesthesiologie Rowland MJ, Hadjipavlou G. Delayed cerebral ischemia after subarachnoid haemorrage: looking beyond vasospasm. Br J
Nadere informatieSamenvatting COPD zorgprogramma 2019
Samenvatting COPD zorgprogramma 2019 Prestatie-indicatoren landelijke benchmark 1) % COPD patiënten in zorgprogramma met inhalatiemedicatie bij wie inhalatietechniek is gecontroleerd; 2) % COPD patiënten
Nadere informatiePalliatieve zorg bij copd. Minisymposium 22 maart 2012
Palliatieve zorg bij copd Minisymposium 22 maart 2012 Palliatieve zorg Hans Timmer, longarts ZGT Caroline Braam, huisarts Hengelo PALLIATIEVE ZORG CASUS 75-jarige terminale COPD-patient Mantelzorger valt
Nadere informatieAan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG
> Retouradres Postbus 320, 1110 AH Diemen Aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG College voor zorgverzekeringen Pakket Eekholt 4 1112 XH Diemen Postbus 320
Nadere informatieCOPD Liesker, Jeroen Johannes Wilhelmus
COPD Liesker, Jeroen Johannes Wilhelmus IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below. Document
Nadere informatiePathofysiologie van COPD:
Pathofysiologie van COPD: Perspectief vanuit longfunctie VVLR - 2019 Prof W. Janssens Dienst Pneumologie Leuven Definitie COPD definitie volgens GOLD Chronic Obstructive Pulmonary Disease (COPD) is a common,
Nadere informatiePneumonie vaststellen bij onderzoek in verpleeghuizen
Pneumonie vaststellen bij onderzoek in verpleeghuizen dr.ir. Jenny T. van der Steen VU medisch centrum, EMGO+ Instituut Afdeling Verpleeghuisgeneeskunde Definitie pneumonie bij onderzoek Definitie bepaalt
Nadere informatieMevr. Van W, 10-01-1980 Casus 2
Mevr. Van W, 10-01-1980 Casus 2 Voorgeschiedenis: Allergisch astma bronchiale, artroscopie knie. Anamnese: 2,5 jaar geleden voor het laatst bij een longarts geweest in het Havenziekenhuis. Ze werkt zelf
Nadere informatieklacht afkorting voor Chronic Obstructive Pulmonary Disease, een
: factoren verergeren en 3 klacht afkorting voor Chronic Obstructive Pulmonary Disease, een, zoals ingen voornaamste de doen om te verbeteren. Daarom hebben we deze serie werkboeken voor zelfmanagement
Nadere informatieHet belang van ondersteuning van mensen uit de naaste omgeving voor mensen met astma of COPD Geeke Waverijn & Monique Heijmans
Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Het belang van ondersteuning van mensen uit de naaste omgeving voor mensen met astma of, Geeke Waverijn & Monique Heijmans,
Nadere informatieSamenwerking tussen de huisarts en tweedelijns zorg
1 Samenwerking tussen de huisarts en tweedelijns zorg Een beschrijving van de astma/copd dienst in Groningen, de patiënten populatie en crosssectionele verschillen 1 Metting EI, 1 Riemersma RA 1, Boetje
Nadere informatieFysieke fitheid, vermoeidheid en fysieke training bij sarcoïdose patiënten
Fysieke fitheid, vermoeidheid en fysieke training bij sarcoïdose patiënten 5 april 2017 Sarcoïdose ontsporing afweersyteem ophoping afweercellen: granulomen overal in lichaam: longen, lymfesysteem, huid,
Nadere informatieHuisarts en longarts ernstig astma
Huisarts en longarts ernstig astma lentebries 6 maart 2019 Els JM Weersink, Pulmonologist Department of pulmonology Location AMC Amsterdam University Medical Centers The Netherlands Casus mevrouw 60 jaar
Nadere informatieAlain Van Meerhaeghe, Service de Pneumologie et GERHPAC, Hôpital Vésale, CHU-Charleroi; Laboratoire de médecine factuelle de l ULB
Preventie van exacerbaties bij patiënten met stabiele COPD: superioriteit van de associatie langwerkend bèta-2-mimeticum + langwerkend anticholinergicum versus de associatie langwerkend bèta-2-mimeticum
Nadere informatieBijsluiter gebruik astma (kinderen) indicatoren in de huisartsenpraktijk. Fenna Schouten Versie 3
Bijsluiter gebruik astma (kinderen) indicatoren in de huisartsenpraktijk Fenna Schouten f.schouten@nhg.org 09-02-2017 Versie 3 Inhoud Overzicht van de indicatoren... 2 Populatie... 2 Monitoring... 2 Beschrijving
Nadere informatieCover Page. The following handle holds various files of this Leiden University dissertation:
Cover Page The following handle holds various files of this Leiden University dissertation: http://hdl.handle.net/1887/61127 Author: Hulle, T. van der Title: The diagnostic and therapeutic management of
Nadere informatieBijsluiter gebruik COPD-indicatoren in de huisartsenpraktijk. Fenna Schouten Versie 3
Bijsluiter gebruik COPD-indicatoren in de huisartsenpraktijk Fenna Schouten 09-02-2017 Versie 3 Inhoud Overzicht van de indicatoren... 2 Populatie... 2 Monitoring... 2 Behandeling... 2 Beschrijving per
Nadere informatieSamenvatting SAMENVATTING
SAMENVATTING Een karakteristieke eigenschap van astma is ontsteking van de luchtwegen. Deze ontsteking wordt gekenmerkt door een toename van ontstekingscellen in het longweefsel. De overgrote meerderheid
Nadere informatieDe RTA COPD juni 2012. De RTA de achtergrond 6-7-2012. Uitgangspunt: de integrale gezondheidstoestand
De RTA COPD juni 2012 Afspraken tussen huisartsen en longartsen in de regio Noord Brabant Noord Oost De RTA de achtergrond Gebaseerd op de LTA De oude RTA de versie uit 2006 De nieuwe zorgstandaard COPD
Nadere informatieClinical and inflammatory markers in asthma and COPD phenotyping de Nijs, S.B.
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Clinical and inflammatory markers in asthma and COPD phenotyping de Nijs, S.B. Link to publication Citation for published version (APA): de Nijs, S. B. (). Clinical
Nadere informatie