4 B-splines. 4.a Definities en elementaire eigenschappen 4 B-SPLINES 40
|
|
- Anna de Coninck
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 4 B-SPLINES 4 4 B-splines 4.a Definities en elementaire eigenschappen In plaats van de bereening van een spline-benadering via een loale-polynoomrepresentatie per deelinterval, unnen we oo een basis iezen in de ruimte M p,p ( ) van splines van graad p en een benadering schrijven als een lineaire combinatie van deze basiselementen. Een geschite basis wordt gevormd door de B-splines van een graad p Figure 2: B-splines van graad,, 2 en 3 op de punten {,.5, 2.2, 3, 4, 4.5, 6}. Voor definitie van B-splines en afleiding van eigenschappen veronderstellen we (voorlopig) dat we beschien over een oneindige serie nopen {t i } i, < t 2 < t < t < t < t 2 < t 3 <. We definiëren de B-spline van graad op de nopen t en t door als t B < t, (t, t ; ) : elders. (4.) Vervolgens definiëren we recursief de B-spline van graad p op de punten t, t,, t p door B p (t,, t p ; ) : t t p t (t,, t p ; ) t p t p t (t,, t p ; ). Voor p beteent dit bijvoorbeeld: B t (t, t, t 2 ; ) B (t, t ; ) t 2 B (t, t 2 ; ) t t t 2 t t als t t, t t t 2 t 2 t als t t 2, elders. (4.2) (4.3)
2 4 B-SPLINES 4 Notatie: Voor het gema zullen we in het vervolg de notatie aforten en schrijven: B p () i.p.v. B p (t,, t p ; ), tenzij de lange notatie beter is voor de duidelijheid. Opmering. In de pratij laten we bij het uitreenen van B p de recursie liever niet lopen tot op het niveau p, omdat B niet continu is in de nopen en een leine verschuiving van (b.v. door een afrondfout) een verschil van orde tot gevolg an hebben. Uit de definitie (4.) zien we dat het interval [t, t ] de drager van B is, dit is de afsluiting van verzameling punten waar de funtie niet nul is. Bovendien is B op die drager niet-negatief. Uit (4.3) zien we dat [t, t 2 ] de drager van B is en dat oo deze daar (en dus overal) niet-negatief is. Verder zien we, dat B continu is en stusgewijs een polynoom van graad. Uit de recursieve definitie (4.2) zien we vervolgens, dat voor alle p de B-spline B p van graad p de drager [t, t p ] heeft, dat hij nergens negatief is, en dat hij stusgewijs een polynoom van graad p is. Bovendien heeft B p p continue afgeleiden, zoals vogt uit de volgende stelling: Stelling: De afgeleide van B p voldoet aan de recursie: d d Bp () p p () () (4.4) t p t t p t bewijs. Met volledige indutie naar p. Voor p (en {t, t, t 2 }) volgt (4.4) trivialiter uit (4.) en (4.3). Voor p > voeren we de differentiatie van formule (4.2) diret uit en gebruien vervolgens de indutieaanname voor d (): d d Bp () () t p t d Bp t p t () t d t p t d Bp () t p d t p t d Bp () t t p t t p t p t de eerste regel heeft reeds de goede vorm; in de tweede gebruien we de indutieaaname op het niveau p ( ) p p () t p t t p t () ( ) p t p t () p 2 t p t () 2 op de plaatsen van de twee minteens voegen we geschite veelvouden van toe, die samen met de eerste en de laatste term Bp resp. vormen; de middentermen sommeren tot nul. p ( t () t ) p t p t t p t t p t () p ( ) tp t t p t t p t t p t () ( p tp t ) t p t t p t t p t () ( p t t p t t p t () t ) p 2 t p t () 2 p () t p t p t p t () Het gevolg van deze stelling is, dat B p een stusgewijs polynoom van graad p met p continue afgeleiden, zodat B p Mp,p ( ) en dus met recht een spline genoemd an worden. We
3 4 B-SPLINES 42 zullen bewijzen, dat we met B p een basis unnen vormen. Hiervoor bewijzen we de volgende twee stellingen. Stelling: De verzameling B-splines van graad p vormen een partitie van de eenheid: B p () IR. (4.5) bewijs. Met volledige indutie naar p. Voor p zijn de dragers van B en B j disjunt als j en B op zijn drager; hun som is dus oo gelij aan. Voor p > passen we de definitie (4.2) toe en verschuiven de inde in de tweede som van het rechterlid met : B p t t p t () t t p t () Hieruit volgt de geldigheid van (4.5) voor alle p. t p t p t () t p () t p t () volgens de indutieaanname. We meren op, dat in de som (4.5) voor iedere er hoogstens p termen ongelij aan nul zijn, omdat de drager van B p zich slechts uitstret over p deelintervallen. Als we op een begrensd deel van IR ijen zijn er daar dan oo slechts een eindig aantal B-splines ongelij aan nul; uit de volgende stelling volgt, dat deze lineair onafhanelij zijn.: Stelling: Als [t, t n ] geldt S() : dan geldt: c p c p c n 3 c n 2 c n. c B p (), (4.6) bewijs. met volledige indutie. Voor p is de bewering triviaal, omdat alle dragers disjunt zijn. Voor p > unnen we (4.6) differentiëren, gebrui maen van formule (4.4) en de sommatieinde in de tweede som verschuiven, S () c d d Bp () c p () t p t c p () t p t (c c )p (). t p t c p t p t () c p () t p t Volgens de indutieaanname zijn de coëfficiënten in de laatste epressie nul, c p c p c p2 c p c n 3 c n 2 c n 2 c n zodat alle betroen coëfficiënten c ( p n ) aan elaar gelij zijn. Volgens (4.5) is S() dan constant op het interval [t, t n ] en gelij aan c p, zodat c p. Het gevolg van deze stelling is, dat de collectie B-splines {B p p, B p p,, Bp n 2, Bp n } een onafhanelije verzameling van n p funties vormt in M p,p ( ). Omdat dit aantal gelij is aan de dimensie, vormt deze collectie dus een basis in deze ruimte.
4 4 B-SPLINES 43 Opmering. Een discontinuïteit in een spline-benadering of haar afgeleide in een nooppunt unnen we creëren door zo n noop twee- (of meer-)voudig in de nopenlijst op te nemen. In de recursie (4.2) moeten we daar natuurlij wel reening mee houden; als er een noemer nul is, is de teller oo nul en unnen we betreffende term nul stellen, mits we er in formule (4.3) voor zorgen dat steeds geldt B (t ) als t < t 2 (immers, als we t vast houden en t van beneden of t 2 van boven naar t laten lopen, blijft steeds B (t ) ). De afleidbaarheid wordt dan verminderd, daar in (4.4) een noemer nul wordt, zodat de formule niet geldig is in dat punt. Als we dus bijvoorbeeld in een ubische-splinebenadering een ni willen leggen in een punt t, dan leggen we in dit punt een drievoudige noop, zodat we continuïteit van eerste en tweede afgeleide in dat punt verliezen. Dit recept unnen we oo toepassen in een randpunt van een interpolatieinterval; in plaats van het iezen van een aantal unstmatige nopen buiten het interval maen we de randnoop meervoudig, zie fig. 3 en Figure 3: B-splines van graad 2 (lins) en 3 (rechts) op de nopen {,, 2, 4, 4, 4, 6, 7, 8} met een drievoudige noop 4. Duidelij is, dat de B 2 discontinu zijn in 4 en dat de B 3 er een ni vertoont. 5 5 Figure 4: B-splines van graad 2 (lins) en 3 (rechts) op de nopen {,,,, 2, 3, 4, 5, 6} met een meervoudige randnoop. 4.b Het reenen met B-splines De eerste vraag is om waarde van een lineaire combinatie S() van B-splines voor een gegeven waarde van uit te reenen. Laat S gegeven zijn door S() c p Bp (). (4.7) We meren om te beginnen op, dat er hier voor iedere in feite maar een eindige som staat, omdat voor [t j, t j ] alleen de B-splines B p j p (),, Bp j () ongelij aan nul zijn. Om (4.7) te
5 4 B-SPLINES 44 evalueren maen we gebrui van recursie (4.2) en verschuiven de sommatieinde in de tweede som: S() c p c p c p Bp () c p t t p t () t t p t () () c p c p t p t p t () t p () t p t (4.8) waarbij c p gedefiniëerd is door c p : c p t t p t c p t p t p t. (4.9) Hiermee hebben we de som (4.7) van B-splines van graad p herleid tot een van graad p. Dat de coëfficiënten impliciet van afhangen is niet belangrij, omdat we toch vast houden in deze afleiding. Dezelfde recursieslag als (4.8) unnen we nu opnieuw toepassen van graad p naar p 2 en we unnen doorgaan tot we bij graad nul zijn en vinden: S() c B () c j als [t j, t j ]. Voor de bereening van c j en dus van S() hebben we dus niet meer nodig, dan het driehoeig tableau c p c p c p c c p c c p c 2 c p 2 (4.) c p 3 waarin de olommen van lins naar rechts bereend worden met formule (4.9). Toepassing: Collocatie voor een tweepuntsrandwaardeprobleem. We willen de oplossing van het tweepuntsrandwaardeprobleem op het interval [, ] a()u b()u c()u f() met u() α, u() β. (4.) benaderen met ubische splines. We iezen daartoe een verdeling van het interval in n deelintervallen (en aan weerszijden 3 deelintervallen erbuiten). Laat {B 3 3,, B3 n } de B-spline basis zijn voor M 3,2 ( ). Schrijf de benadering uit in deze basis, u n 3 c B 3 () (4.2) met n 3 te bepalen parameters. Deze benadering moet aan de randvoorwaarden voldoen, zodat c 3 B 3 3 c 2 B 3 2 c B 3 α, en c n 3 B 3 n 3 c n 2 B 3 n 2 c n B 3 n β. (4.3) De benadering u an natuurlij niet overal (eact) aan de differentiaalvergelijing voldoen; om een goede benadering te verrijgen is het voldoende dat u aan de vergelijing voldoet in de
6 4 B-SPLINES 45 deelpunten t, t,, t n, t n, de zogenaamde collocatiepunten. Dit geeft n vergelijingen; tesamen met (4.3) zijn dit er precies voldoende om de n 3 onbeende coëfficiënten in u te bepalen. Omdat in het deelpunt t j alleen Bj 3 3, B3 j 2 en B3 j ongelij aan nul zijn, geeft de j-de collocatievergelijing een betreing tussen c j 3, c j 2 en c j. Het resulterende stelsel vergelijingen heeft dus de vorm: (4.4) Vanwege de recurrente betreing (4.2) unnen de bereeningen zeer efficiënt geïmplementeerd worden. De zo verregen benadering is van orde O(h 4 ), als f etc. voldoend glad zijn. Het idee achter het bewijs van deze foutschatting is, dat de ubische B-splines in het linerlid van de differentiaalvergelijing (4.) tweemaal gedifferentieerd worden. We interpoleren het rechterlid dus als het ware met stusgewijs lineaire splines die een benaderingsorde O(h 2 ) geven. Tweemaal integreren geeft dan, bij gebrui van de randvoorwaarden, de gewenste orde O(h 4 ). 4.c Bézier-polynomen en controlepunten Op zoe naar een manier om gladde rommen in het platte vla (IR 2 ) op een eenvoudige manier te beschrijven wam Bézier (ingenieur bij Renault) rond 6 met een methode waarbij de gezochte romme niet beschreven wordt als een funtie y f() maar in parametrische vorm, f(t), y g(t), t IR. Als f en g gladde funties zijn, dan is (g (t), f (t)) de richting van de raalijn, tenzij deze nul is. De geparametriseerde romme (f(t), g(t)) is dus glad, tenzij de afgeleiden van f en g tegelij nul zijn. Standaard-voorbeelden van geparametriseerde rommen zijn de cycloide en de epicycloiden, geschetst in fig. 5. Als we een cirel met straal laten rollen over een rechte (fig 5A), dan beweegt een vast punt op die cirel zich over een (epi-)cycloide. Als de cirel over een afstand t is voortgerold, dan is deze oo over een hoe t gedraaid. De baan van zo n vast punt op de cirel, dat op een afstand r van het middelpunt staat wordt dus beschreven door (t r sin t, r cos t). De richting van de raalijn is dus ( r sin t, r cos t), hetgeen nul is als r en t ±π. De cycloide in fig 5B heeft dan oo een ni, terwijl de epicycloiden (met r ) van fig 5C en fig 5D overal glad zijn. Als we n punten {p : (, y ) j n j} gegeven hebben, dan unnen we hierbij de romme van graad n in parametervorm definiëren door nj ( ) P n n j (t) : ( t) n t p met t [, ]. (4.5) j Dit is een polynoom van graad n in de parameter t. Deze formule definieert ieder punt van de romme als een convee lineaire combinatie van de controlepunten, omdat P n j (t) c p met c en c (ga na!). Vanwege de beende recursie voor binomiaalcoëfficiënten geldt: P n j (t) ( t)p n j (t) tpj n (t). (4.6) Dit geeft een eenvoudig en snel algoritme om de waarde van de romme voor iedere t te bereenen. De belangrijste eigenschappen (die we niet zullen bewijzen) zijn:
7 4 B-SPLINES 46 A: Voortbrengende cirel. B: cycloide; straal C: epicycloide; straal.6 D: epicycloide; straal.4 Figure 5: Epicycloiden. A: Voortbrenging door vaste punten () op een rollende cirel. B: De cycloide (r ). C-D: Epicycloiden. ) P n j () p j en P n j () p nj. 2) In t (het beginpunt) raat de romme aan de rechte door p j en p j en in t (het eindpunt) raat de romme aan de rechte door p nj en p nj. 3) De romme ligt geheel binnen het convee omhulsel van {p j p nj }, dit is het leinste convee polygoon, dat al deze punten omvat. Dit volgt eenvoudig uit de definitie (4.5), die Pj n (t) geeft als een convee lineaire combinatie van de controlepunten. Het concept van controlepunten tesamen met de eenvoudige recursie (4.6) maen dit soort rommen een aantreelij interactief grafisch hulpmiddel. Creëren, verschuiven en weglaten van controlepunten an eenvoudig met een muis gebeuren. Een nadeel van deze Bézierpolynomen is, dat de graad nogal hoog an oplopen en dat de rommen daardoor mogelij ongewenst hard gaan ronelen, als we veel controlepunten iezen. Het alternatief van stusgewijze Bézierpolynomen is oo niet aantreelij omdat de overgang van een stu naar een volgend stu moeilij glad te maen is. Zie fig. 6 voor enige voorbeelden Figure 6: Bézierpolynomen van graad 3 met (genummerde) controlepunten. Uit de figuur is te zien, dat de volgorde belangrij is. Dit soort Bézier-rommen wordt bijvoorbeeld gebruit in de postscript functie curveto. De opdracht y 2 y2 3 y3 curveto teent een Bézier-romme van de graad 3 van het actuele punt (, y) naar het punt ( 3, y 3 ) met intermediaire controlepunten (, y ) en ( 2, y 2 ) zoals in fig. 6.
8 4 B-SPLINES 47 4.d B-spline-rommen en controlepunten Punten op een Bézierromme worden, zoals we zagen in 4.c, gevormd als een convee lineaire combinatie van controlepunten. Aangezien B-splines volgens formule (4.5) oo een partitie van de eenheid vormen, unnen we oo met B-splines zo n convee lineaire combinatie vormen. Als B p (t) : Bp (,,, p ; t) de B-spline van graad p is die leeft op [, p ], dan is Bp (t) voor alle t. Met een collectie controlepunten {p IR 2 Z} unnen we dan de romme S p (t) in het vla vormen als de convee lineaire combinatie S p (t) : p B p (t). (4.7) Aangezien de drager van iedere B p van hoogstens p termen, bepert is tot [, p ], staat hier altijd een eindige som S p (t) : p B p (t) j j p p B p (t) als t [j, j ]. (4.8) Hierdoor heeft de B-spline-romme S p naast de vaste (lage) graad een behoorlije mate van loaliteit, ongeacht het aantal controlepunten. Natuurlij is de parametrisering (en dus oo de romme) niet oneindig glad; voor t geheel sluiten de stuen hoogstens p maal continu differentieerbaar aan elaar aan. In vergelijing met Bézierrommen leveren we dus gladheid in voor lage graad en loaliteit. Evenals de Bézierromme is de B-spline-romme S p niet interpolerend in de controlepunten (gaat niet door die punten). Voor de eenvoud van de formulering is in (4.7) een oneidig aantal controlepunten gebruit. Als er echter precies n controlepunten {p IR 2,, n } gegeven zijn, willen we slechts een eindige som S p (t) : n p B p (t) beschouwen. Als funtie van de parameter t hebben beide componenten van S p de drager [, np], maar slechts voor p t n is de eindige som, zie fig. 7, n Bp (t) een partitie van de eenheid (immers, de dragers van de eerste weggelaten termen B p en Bp n lins en rechts zijn [, p] resp. [n, np]). Voor t en t np geldt bijvoorbeeld S p () S p (np) (, ). Het gevolg is, dat we voor t < p en n < t n p geen convee combinatie van de controlepunten hebben, zodat de grafie in het begin en eind niet goed aansluit. Dit probleem unnen we oplossen, door aan de nopenverzameling {p, p,, n}, zoals in fig. 4, de randnopen p en n multipliciteit p te geven. Hierdoor loopt de romme inderdaad van het eerste naar het laatste controlepunt, zoals we zien in fig. 8.
9 4 B-SPLINES Figure 7: Geteend zijn de ubische B-splines B 3 voor 9 en hun som. In de linerfiguur is de nopenverzameling {,, 2,,2} gebruit en in de rechter {3, 3, 3, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 9, 9, 9}. Tengevolge van de 4-voudige randnopen liggen in de rechterfiguur alle dragers binnen het interval [3, 9] waar de negen B-splines een partitie van de eenheid vormen Figure 8: Gestippeld is de lissajousfiguur {(cos t, sin2t) π < t < π} en elf genummerde controlepunten daarop. Langs die controlepunten is de B-spline-romme van graad 3 getroen. In de linerfiguur zijn de nooppunten van de parametrisering 4 geozen. In de rechter zijn randnopen met multipliciteit 4 geozen. De rechterromme loopt dan oo van het eerste naar het laatste controlepunt, terwijl de liner ergens in de buurt van de tweede en de voorlaatste ophoudt.
10 REFERENCES 2 References [] M. Hestenes & E. Stiefel, Methods of conjugate gradients for solving linear systems, J. Research NBS, 49, pp , 952. [2] C. Lanczos, An iteration method for the solution of the eigenvalue problem of linear differential and integral operators, J. Research NBS, 45, pp , 95. [3] J.K. Reid, On the method of conjugate gradients for the solution of large sparse systems of linear equations, Proc. Conf. on Large Sparse Sets of Linear Equations, Academic Press, New Yor, 97. [4] J.A. Meijerin and H.A. van der Vorst, An iterative solution method for linear systems of which the coefficient matri is a symmetric M-matri, Math.of Comp., 3, pp , 977. [5] G.H. Golub & C.F. Van Loan, Matri Computations, The Johns Hopins University Press, Baltimore, Maryland, USA, ste dru, 983, 2 de dru, 988, 3 de dru, 995. [6] R. Bulirsch & J. Stoer, Introduction to Numerical Analysis, Springer Verlag, Berlin, 977. (Oo verrijgbaar in een goedope duitstalige poceteditie). [7] D. Kincaid & W. Cheney, Numerical Analysis, Broos & Cole Publishing Company, Pacific Grove, California, USA, 99; 2de dru, 996.
2 Fourier analyse en de Fast Fourier Transform
2 FOURIER ANALYSE EN DE FAST FOURIER TRANSFORM 21 2 Fourier analyse en de Fast Fourier Transform Zij f een continue 2π-periodieke funktie op IR (eventueel met complexe waarden), dan kunnen we f ontwikkelen
Nadere informatieSyllabus Numerieke Analyse I en II
Syllabus Numerieke Analyse I en II P. de Groen Abstract Deze syllabus omvat hoofdstukken over een aantal onderwerpen die in de cursus behandeld worden: Afrondfouten, Fast Fourier Transformatie, interpolatie,
Nadere informatieDifferentiequotiënten en Getallenrijen
Lesbrief 4 Binomiaalcoëfficiënten, Differentiequotiënten en Getallenrijen Binomiaalcoëfficiënten Het is beend dat (a + b 2 = a 2 + 2ab + b 2 en dat (a + b 3 = a 3 + 3a 2 b + 3ab 2 + b 3. In het algemeen
Nadere informatieVectoranalyse voor TG
college 6 van een vectorveld collegejaar college build slides Vandaag : : : : 14-15 6 22 september 214 51 1 2 3 4 5 Gradiënt van een vectorveld 1 VA vandaag Section 16.2 Hoofdstu 4 Definitie Een vectorveld
Nadere informatie1 Interpolatie en Approximatie
1 INTERPOLATIE EN APPROXIMATIE 8 1 Interpolatie en Approximatie In dit hoofdstuk bespreken we methoden om een gegeven functie van een veranderlijke te benaderen met een (gemakkelijk berekenbare) functie
Nadere informatieExamen G0U13 - Bewijzen en Redeneren,
Examen G0U13 - Bewijzen en Redeneren, 2010-2011 bachelor in de Wisunde, bachelor in de Fysica, bachelor in de Economische Wetenschappen en bachelor in de Wijsbegeerte Vrijdag 4 februari 2011, 8u30 Naam:
Nadere informatie102 < 11. Je kunt ook snel na 102 < 10, 5 ( = 110, 25).
DE FORMULE VAN MACLAURIN. Inleiding: de wortel uit 0. Als je nou eens geen reenmachine had, hoe bereen je dan de wortel uit 0? Met proberen om je een heel eind. 0 > 0 omdat 0 > 0 en 0 < omdat reenen dat
Nadere informatieOplossen van lineaire differentiaalvergelijkingen met behulp van de methode van Leibniz-MacLaurin
Oplossen van lineaire differentiaalvergelijingen met behulp van de methode van Leibniz-MacLaurin Calculus II voor S, F, MNW 7 november 2005 1 De n-de afgeleide van het product van twee functies Voor we
Nadere informatieUniversiteit Leiden, 2015 Wiskundewedstrijdtraining, week 14
Universiteit Leiden, 0 Wisundewedstrijdtraining, wee Wee : reesen Een rees is een speciaal soort rij, dus: den altijd eerst na over convergentie! bijzonder: monotone, begrensde rijen convergeren In het
Nadere informatie-- III De variatiemethode berust voor de grondtoestand op het volgende theorema:
-- III - 1 - HOOFDSTUK III VARIATIEREKENING Alleen voor enele zeer eenvoudige systemen an de Schrödinger Vergeliing exact worden opgelost, in alle andere gevallen moeten benaderingen worden toegepast.
Nadere informatieNATUURLIJKE, GEHELE EN RATIONALE GETALLEN
II NATUURLIJKE, GEHELE EN RATIONALE GETALLEN Iedereen ent getallen: de natuurlije getallen, N = {0,1,2,3,...}, gebruien we om te tellen, om getallen van elaar af te unnen treen hebben we de gehele getallen,
Nadere informatieMeetkundige berekeningen
Meetundige bereeningen 0. voorennis Sinus, cosinus en tangens De sinusregel In ele driehoe ABC geldt de sinusregel: sin cos B = c b B = c a tan B = a b Afspraa Bij het bereenen van een hoe geef je het
Nadere informatieUitwerkingen Tentamen Wat is Wiskunde (WISB101) Donderdag 10 november 2016, 9:00-12:00
Uitweringen Tentamen Wat is Wisunde (WISB101) Donderdag 10 november 2016, 9:00-12:00 Docenten: Barbara van den Berg & Carel Faber & Arjen Baarsma & Ralph Klaasse & Vitor Blåsjö & Guido Terra-Bleeer Opgave
Nadere informatie5 Totale kleinste kwadraten
5 TOTALE KLEINSTE KWADRATEN 49 5 Totale kleinste kwadraten 5a Beste benadering in IR Als we de verzameling punten V := {, 2,, m } in IR hebben gegeven en we vragen welk punt z het dichtst bij al deze punten
Nadere informatieInhoud college 4 Basiswiskunde. 2.6 Hogere afgeleiden 2.8 Middelwaardestelling 2.9 Impliciet differentiëren 4.9 Linearisatie
Inhoud college 4 Basiswiskunde 2.6 Hogere afgeleiden 2.8 Middelwaardestelling 2.9 Impliciet differentiëren 4.9 Linearisatie 2 Basiswiskunde_College_4.nb 2.6 Hogere afgeleiden De afgeleide f beschrijft
Nadere informatiex x y y Omdat de som van twee kwadraten niet negatief kan zijn, is er geen enkel punt van het oppervlak dat in het grondvlak ligt.
Hoofdstu 4 Functies van twee of meer variabelen 4.13 Herhalingsopgaven 1a z x y 4x y 6 Doorsnijden met grondvla geeft 0 x y 4x y 6 x 4x y y 6 0 x x y y 4 4 4 11 6 0 x y x y 4 1 1 6 0 1 1 Omdat de som van
Nadere informatieToegepaste wiskunde. voor het hoger beroepsonderwijs. Deel 2 Derde, herziene druk. Uitwerking herhalingsopgaven hoofdstuk 5 augustus 2009
Drs. J.H. Blanespoor Drs. C. de Joode Ir. A. Sluijter Toegepaste wisunde voor het hoger beroepsonderwijs Deel Derde, herziene dru Uitwering herhalingsopgaven hoofdstu 5 augustus 009 HBuitgevers, Baarn
Nadere informatieConvexe functies op R (niet in het boek)
Convee uncties op R (niet in het boe Een unctie : R R heet conve, als voor alle, R en ele λ [0,] geldt dat (λ + (-λ λ( + (-λ(. Voor een unctie op R beteent dit dat als je twee willeeurige punten op de
Nadere informatieMet passer en liniaal
Met passer en liniaal De opgaven in deze opdracht gaan over het teenen met passer en liniaal. Een liniaal gebrui je om rechte lijnen te teenen, dat an dus een recht latje zijn. Je mag daarvoor oo je geodriehoe
Nadere informatieHoofdstuk 10: Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen
Hoofdstuk : Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen Partiële differentiaalvergelijkingen zijn vergelijkingen waarin een onbekende functie van twee of meer variabelen en z n partiële afgeleide(n)
Nadere informatie7 Stelsels niet-lineaire vergelijkingen en minimalisatieproblemen
7 STELSELS NIET-LINEAIRE VERGELIJKINGEN EN MINIMALISATIEPROBLEMEN 72 7 Stelsels niet-lineaire vergelijkingen en minimalisatieproblemen 7.a Probleemstelling in één dimensie Bepaal de oplossing van de volgende
Nadere informatieTW2040: Complexe Functietheorie
TW2040: Complexe Functietheorie week 4.3, maandag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 2 mei, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 34 Outline 1 Conforme afbeeldingen 2 K. P. Hart TW2040:
Nadere informatieOpgaven Bewijzen en Inductie 1 mei 2019, Datastructuren, Werkcollege.
Opgaven Bewijzen en Inductie mei 09, Datastructuren, Wercollege. Gebrui deze opgaven, naast die uit het boe, om de stof te oefenen op het wercollege. Cijfer: Op een toets rijg je meestal zes tot acht opgaven..
Nadere informatieOpgaven bij Numerieke Wiskunde I
Opgaven bij Numerieke Wiskunde I 7 november 8 1. (a) Gegeven verschillende interpolatiepunten x, x 1, x [a, b], en getallen y, y 1, y, z 1, toon aan dat er hooguit 1 polynoom p P 3 is met p(x i ) = y i,
Nadere informatie168 HOOFDSTUK 5. REEKSONTWIKKELINGEN
168 HOOFDSTUK 5. REEKSONTWIKKELINGEN 5.7 Vraagstukken Vraagstuk 5.7.1 Beschouw de differentiaalvergelijking d2 y d 2 = 2 y. (i) Schrijf y = a k k. Geef een recurrente betrekking voor de coëfficienten a
Nadere informatieThe bouncing balls and pi
The bouncing balls and pi naar een idee van Dir Dancaert 9 september 05 Samenvatting Wisundecollega Dir Dancaert ontdete onlangs een merwaardig filmpje op het internet (https://wwwyoutubecom/user/numberphile
Nadere informatieVerwachtingswaarde en spreiding
Les 13 Verwachtingswaarde en spreiding 13.1 Stochasten In een paar voorbeelden hebben we al gezien dat we bij een experiment vaa niet zo zeer in een enele uitomst geïneteresseerd zijn, maar bijvoorbeeld
Nadere informatie3 Elektronische structuur van materialen
3 Eletronische structuur van materialen (Aanvulling op hoofdstuen 7 en 8 van Rosenberg.) 3.1 Vrije eletron model In het voorgaande hebben we steeds de geometrische structuur van materialen besproen. Toch
Nadere informatieUtrecht, 25 november Numerieke Wiskunde. Gerard Sleijpen Department of Mathematics.
Utrecht, 25 november 2014 Numerieke Wiskunde Gerard Sleijpen Department of Mathematics http://www.staff.science.uu.nl/ sleij101/ [a, b] R, : [a, b] R Benader f door eenvoudige functies Voorbeelden eenvoudige
Nadere informatieUNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica
UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Uitwerking tentamen Functies van één veranderlijke (15126) op dinsdag 4 januari 211, 8.45 11.45 uur. De uitwerkingen van de opgaven
Nadere informatieOverzicht Fourier-theorie
B Overzicht Fourier-theorie In dit hoofdstuk geven we een overzicht van de belangrijkste resultaten van de Fourier-theorie. Dit kan als steun dienen ter voorbereiding op het tentamen. Fourier-reeksen van
Nadere informatieMet passer en liniaal
Met passer en liniaal Deze opdracht gaan over het teenen met passer en liniaal, oo wel construeren genoemd. Een liniaal gebrui je om rechte lijnen te teenen, dat an dus een recht latje zijn. Je mag daarvoor
Nadere informatieInhoud college 5 Basiswiskunde Taylorpolynomen
Inhoud college 5 Basiswiskunde 4.10 Taylorpolynomen 2 Basiswiskunde_College_5.nb 4.10 Inleiding Gegeven is een functie f met punt a in domein D f. Gezocht een eenvoudige functie, die rond punt a op f lijkt
Nadere informatie1 Stelsels lineaire vergelijkingen
1 Stelsels lineaire vergelijingen 1.1 Methode van Gauss (p. 50) Omzetten naar bovendriehoesvorm 0 0 0 Achterwaarste substitutie Om meerdere stelsels (zelfde coëfficiëntenmatrix A, verschillende rechterleden
Nadere informatie1 WAAM - Differentiaalvergelijkingen
1 WAAM - Differentiaalvergelijkingen 1.1 Algemene begrippen Een (gewone) differentiaalvergelijking heeft naast de onafhankelijke veranderlijke (bijvoorbeeld genoteerd als x), eveneens een onbekende functie
Nadere informatieIV Eigenvectoren en Eigenwaarden bij Lineaire
IV Eigenvectoren en Eigenwaarden bij Lineaire Transformaties in R IV0 Meetundige inleiding: delijnen en eigenvectoren Bij veel toepassingen van de Gauss-Jordan methode gaat men uit van de delijnen van
Nadere informatie4.1 Rijen. Inhoud. Convergentie van een reeks. Reeksen. a k. a k = lim. a k = s. s n = a 1 + a 2 + + a n = k=1
Reesen en Machtreesen Reesen en Machtreesen 4-0 Reesen en Machtreesen Inhoud. Rijen 2. Reesen Definities en enmeren Reesen met niet-negatieve termen Reesen met positieve en negatieve termen 3. Machtreesen
Nadere informatieUNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica
UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Uitwerking tentamen Functies van één veranderlijke (5260) op donderdag 25 oktober 2007, 9.00 2.00 uur. De uitwerkingen van de opgaven
Nadere informatieTENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN
TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN Vakcode: 8D. Datum: Donderdag 8 juli 4. Tijd: 14. 17. uur. Plaats: MA 1.44/1.46 Lees dit vóórdat je begint! Maak iedere opgave op een apart vel. Schrijf je
Nadere informatieVerwachtingswaarde en spreiding
Les 3 Verwachtingswaarde en spreiding 3.1 Stochasten In een aantal voorbeelden hebben we gezien dat we bij een experiment vaa niet zo zeer in een enele uitomst geïneteresseerd zijn, maar bijvoorbeeld wel
Nadere informatieOpgaven Functies en Reeksen. E.P. van den Ban
Opgaven Functies en Reeksen E.P. van den Ban c Mathematisch Instituut Universiteit Utrecht Augustus 2014 1 Opgaven bij Hoofdstuk 1 Opgave 1.1 Zij f : R n R partieel differentieerbaar naar iedere variabele
Nadere informatiePrimitieve functie Als f : R --> R continu is op een interval, dan noemt men F : R --> R een primiteive functie of
Enkelvoudige integralen Kernbegrippen Onbepaalde integralen Van onbepaalde naar bepaalde integraal Bepaalde integralen Integratiemethoden Standaardintegralen Integratie door splitsing Integratie door substitutie
Nadere informatieSteeds betere benadering voor het getal π
Wiskunde & Onderwijs 38ste jaargang (2012 Steeds betere benadering voor het getal π Koen De Naeghel Samenvatting. We bespreken een oplossing voor de (veralgemeende opgave Noot 4 uit Wiskunde & Onderwijs
Nadere informatieHuiswerk Hints&Tips Analyse 2, College 26
Huiswerk Hints&Tips Analyse, College 6 [K..]. Tip : Toon aan dat er punten (x, y ) en (x, y ) en scalars m, M R bestaan zo dat m = f(x, y ) f(x, y) f(x, y ) = M. Laat dan zien dat m(b a)(d c) = m f M =
Nadere informatieJe mag Zorich deel I en II gebruiken, maar geen ander hulpmiddelen (zoals andere boeken, aantekeningen, rekenmachine etc.)!
Tentamen Analyse II. Najaar 6 (.1.7) Toelicting: Je mag Zoric deel I en II gebruiken, maar geen ander ulpmiddelen (zoals andere boeken, aantekeningen, rekenmacine etc.)! Als je bekende stellingen gebruikt
Nadere informatieOpgaven Inleiding Analyse
Opgaven Inleiding Analyse E.P. van den Ban Limieten en continuïteit Opgave. (a) Bewijs direct uit de definitie van iet dat y 0 y = 0. (b) Bewijs y 0 y 3 = 0 uit de definitie van iet. (c) Bewijs y 0 y 3
Nadere informatieRadboud Universiteit Nijmegen Tentamen Calculus 1 NWI-NP003B 4 januari 2013,
Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Calculus 1 NWI-NP003B 4 januari 013, 8.30 11.30 Het gebruik van een rekenmachine, telefoon en boek(en) is niet toegestaan. Geef precieze argumenten en antwoorden.
Nadere informatie1 Maasstroomtheorie of lusstroomtheorie.
Maasstrootheorie of lusstrootheorie.. oel. lle spanningen en stroen zoeen in een schaeling, aar et inder vergelijingen dan de wetten van Kirchhoff. Minder vergelijingen beteent oo inder onbeenden. O dat
Nadere informatie6 Complexe getallen. 6.1 Definitie WIS6 1
WIS6 1 6 Complexe getallen 6.1 Definitie Rekenen met paren De vergelijking x 2 + 1 = 0 heeft geen oplossing in de verzameling R der reële getallen (vierkantsvergelijking met negatieve discriminant). We
Nadere informatieHoofdstuk 6: De Laplace transformatie
Hoofdtuk 6: De Laplace tranformatie 6.. Definitie. Een integraaltranformatie i een relatie van de vorm F () = β α K(, t)f(t) dt, die een functie f(t) omzet naar een andere functie F (). De functie K(,
Nadere informatie6 Geconjungeerde gradienten
6 GECONJUNGEERDE GRADIENTEN 59 6 Geconjungeerde gradienten Laat A IR n n een symmetrische positief definiete matrix zijn, d.w.z. A T = A en er is een γ > 0 zodat x T Ax γ x T x voor alle x IR n, (6.1)
Nadere informatieTentamen Functies en Reeksen
Tentamen Functies en Reeksen 6 november 204, 3:30 6:30 uur Schrijf op ieder vel je naam en bovendien op het eerste vel je studentnummer, de naam van je practicumleider (Arjen Baarsma, KaYin Leung, Roy
Nadere informatieTentamen Numerieke Wiskunde (WISB251)
1 Tentamen Numeriee Wisunde WISB51 Maa één opgave per vel en schrijf op ieder vel duidelij je naam en studentnummer. Laat duidelij zien hoe je aan de antwoorden omt. Onderstaande formules mag je zonder
Nadere informatiecollege 6: limieten en l Hôpital
126 college 6: ieten en l Hôpital In dit college herhalen we enkele belangrijke definities van ieten, en geven we belangrijke technieken om ieten van functies (eigenlijk en oneigenlijk) te bepalen. In
Nadere informatieOEFENOPGAVEN OVER REEKSEN
OEFENOPGAVEN OVER REEKSEN Opgave. Bereen n=0 ( 3 n + 6n 7 n ) (antwoord 0). Opgave. Ga voor de volgende reesen na of ze convergent of divergent zijn: a) (convergent); (ln ) b) c) d) e) f) g) h) 5 5 3 +
Nadere informatieTW2040: Complexe Functietheorie
TW2040: Complexe Functietheorie week 4.10, donderdag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 23 juni, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 46 Outline 1 2 3 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie
Nadere informatieIterative methoden voor lineaire vergelijkingen. Scientific Computing. sleij101/ Program
WISB356, Utrecht, 2 otober 2012 Scientific Computing WISB356, Utrecht, 2 otober 2012 Iterative methoden voor lineaire vergelijingen Gerard Sleijpen Rob Bisseling Alessandro Sbrizzi Department of Mathematics
Nadere informatieIntroductie Coach-modelleren
Inhoud Introductie Coach-modelleren... Coach-modelleren versus Excel...4 Opgave: Kennismaing met Coach-Modelleren...4 Satellietbanen in COACH-Modelleren...5 Opgave: GPS-satelliet...5 Alleen voor de geïnteresseerden...7
Nadere informatie(b) Formuleer het verband tussen f en U(P, f), en tussen f en L(P, f). Bewijs de eerste. (c) Geef de definitie van Riemann integreerbaarheid van f.
Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 2 juli 2015, 08:30 11:30 (12:30) Het gebruik van een rekenmachine, telefoon of tablet is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van het boek Analysis
Nadere informatie3 De duale vectorruimte
3 De duale vectorruimte We brengen de volgende definitie in de herinnering. Definitie 3.1 (hom K (V, W )) Gegeven twee vectorruimtes (V, K) en (W, K) over K noteren we de verzameling van alle lineaire
Nadere informatieEerste orde partiële differentiaalvergelijkingen
Eerste orde partiële differentiaalvergelijkingen Vakgroep Differentiaalvergelijkingen 1995, 2001, 2002 1 Eerste orde golf-vergelijking De vergelijking au x + u t = 0, u = u(x, t), a ɛ IR (1.1) beschrijft
Nadere informatie(x x 1 ) + y 1. x x k+1 x k x k+1
Les Talor reeksen We hebben in Wiskunde een aantal belangrijke reële functies gezien, bijvoorbeeld de exponentiële functie exp(x) of de trigonometrische functies sin(x) en cos(x) Toen hebben we wel eigenschappen
Nadere informatieOefenopgaven wi3097: Numerieke methoden voor differentiaalvergelijkingen
Oefenopgaven wi3097: Numerieke methoden voor differentiaalvergelijkingen 1 Introductie Taylor polynoom, floating point getal, afrondfout Orde symbool Landau 1. Laat f(x) = x 3. Bepaal het tweede orde Taylor
Nadere informatie. Maak zelf een ruwe schets van f met A = 2, ω = 6π en ϕ = π 6. De som van twee trigonometrische polynomen is weer een trigonometrisch polynoom
8. Fouriertheorie Periodieke functies. Veel verschijnselen en processen hebben een periodiek karakter. Na een zekere tijd, de periode, komt hetzelfde patroon terug. Denk maar aan draaiende of heen en weer
Nadere informatie1E HUISWERKOPDRACHT CONTINUE WISKUNDE
E HUISWERKOPDRACHT CONTINUE WISKUNDE Uiterste inleverdatum dinsdag oktober, voor het begin van het college N.B. Je moet de hele uitwerking opschrijven en niet alleen het antwoord geven. Je moet het huiswerk
Nadere informatieVerwachtingswaarde en spreiding
Les 3 Verwachtingswaarde en spreiding 3.1 Stochasten In een paar voorbeelden hebben we al gezien dat we bij een experiment vaa niet zo zeer in een enele uitomst geïneteresseerd zijn, maar bijvoorbeeld
Nadere informatieFACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE Afdeling Kwantitatieve Economie
FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE Afdeling Kwantitatieve Economie Lineaire Algebra, tentamen Uitwerkingen vrijdag 4 januari 0, 9 uur Gebruik van een formuleblad of rekenmachine is niet toegestaan. De
Nadere informatieSysteemtheorie en Regeltechniek
Systeemtheorie en Regeltehnie Oefenzitting Lineaire Tijds-invariante (LTI) Disrete tijdssystemen: Oplossen van de differentievergelijing wouter.biesmans@esat.uleuven.be Hoe unnen we een system voorstellen?
Nadere informatieSet 2 Inleveropgaven Kansrekening (2WS20)
1 Technische Universiteit Eindhoven Faculteit Wisunde en Informatica Set Inleveropgaven Kansreening (WS) 14-15 1. (Functies van normale verdelingen) Stel dat X een standaard normale verdeling heeft. (a)
Nadere informatiePolynomen. + 5x + 5 \ 3 x 1 = S(x) 2x x. 3x x 3x 2 + 2
Lesbrief 3 Polynomen 1 Polynomen van één variabele Elke functie van de vorm P () = a n n + a n 1 n 1 + + a 1 + a 0, (a n 0), heet een polynoom of veelterm in de variabele. Het getal n heet de graad van
Nadere informatieBerekenen van dynamisch evenwicht
Bereenen van dynamisch evenwicht Voor het bereenen van dynamische evenwichten zijn er verscheidene methodes. De meest beende zijn het gebrui van traagheidsreacties. Deze traagheidsreacties unnen verder
Nadere informatieIII (vervolg) Lineaire Transformaties in R
III (vervolg) Lineaire Transformaties in R III.7 a Opmeringen over dit hoofdstu Oorspronelij waren de volgende paragrafen deel van hoofdstu III. De bedoeling ervan is om na te gaan hoe binnen het ader
Nadere informatieTentamen 2IV10 Computergrafiek
Tentamen IV Computergrafiek 8 augustus 8, 4:-7: uur Dit tentamen bestaat uit vier vragen met in totaal 5 deelvragen. Elke deelvraag weegt even zwaar. In alle gevallen geldt: LICHT UW ANTWOORD TOE. Gebruik
Nadere informatietentamen Analyse (deel 3) wi TH 21 juni 2006, uur
Technische Universiteit Delft Technische Wiskunde Faculteit lektrotechniek, Wiskunde en Informatica Mekelweg 4, 68 CD DLFT tentamen Analyse (deel 3) wi 54 TH juni 6, 4. 7. uur Deelname aan dit tentamen
Nadere informatieDiscrete Structuren. Piter Dykstra Opleidingsinstituut Informatica en Cognitie
Discrete Structuren Piter Dykstra Opleidingsinstituut Informatica en Cognitie www.math.rug.nl/~piter piter@math.rug.nl 22 februari 2009 INDUCTIE & RECURSIE Paragrafen 4.3-4.6 Discrete Structuren Week 3:
Nadere informatie(x x 1 ) + y 1. x x 1 x k x x x k 1
Les Taylor reeksen We hebben in Wiskunde een aantal belangrijke reële functies gezien, bijvoorbeeld de exponentiële functie exp(x) of de trigonometrische functies sin(x) en cos(x) Toen hebben we wel eigenschappen
Nadere informatieCombinatoriek groep 2
Combinatoriek groep 2 Recursie Trainingsdag 3, 2 april 2009 Homogene lineaire recurrente betrekkingen We kunnen een rij getallen a 0, a 1, a 2,... op twee manieren definiëren: direct of recursief. Een
Nadere informatieInleiding Analyse 2009
Inleiding Analyse 2009 Inleveropgaven A). Stel f(, y) = In (0, 0) is f niet gedefinieerd. We bestuderen y2 2 + y 4. lim f(, y). (,y) (0,0) 1. Bepaal de waarde van f(, y) op een willekeurige rechte lijn
Nadere informatieVectoranalyse voor TG
college 2 Ruimte en oppervlakken collegejaar : 18-19 college : 2 build : 5 september 2018 slides : 25 Vandaag Ruimte 1 Vectoren in R 3 recap 2 Oppervlakken 3 Ruimte 4 1 intro VA Voorkennis uit Ruimtewiskunde
Nadere informatieDiscrete Wiskunde 2WC15, Lente Jan Draisma
Discrete Wiskunde 2WC15, Lente 2010 Jan Draisma HOOFDSTUK 2 Gröbnerbases 1. Vragen We hebben gezien dat de studie van stelsels polynoomvergelijkingen in meerdere variabelen op natuurlijke manier leidt
Nadere informatieRadboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 26 augustus 2010, , Examenzaal
Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 26 augustus 2010, 14.00 17.00, Examenzaal Het gebruik van een rekenmachine en/of telefoon is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van het boek
Nadere informatieTRILLINGEN EN GOLVEN HANDOUT FOURIER
TRILLINGEN EN GOLVEN HANDOUT FOURIER Cursusjaar 2009 / 2010 2 Inhoudsopgave 1 FOURIERANALYSE 5 1.1 INLEIDING............................... 5 1.2 FOURIERREEKSEN.......................... 5 1.3 CONSEQUENTIES
Nadere informatieUNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica
UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Uitwerking Proeftentamen 3 Functies van één veranderlijke (15126 De uitwerkingen van de opgaven dienen duidelijk geformuleerd en overzichtelijk
Nadere informatieTECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Uitwerking Tentamen Calculus, 2DM10, maandag 22 januari 2007
TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Uitwerking Tentamen Calculus, DM, maandag januari 7. (a) Gevraagd is het polynoom f() + f () (x ) + f (x ). Een eenvoudige rekenpartij
Nadere informatieSTEEDS BETERE BENADERING VOOR HET GETAL π
STEEDS BETERE BENADERING VOOR HET GETAL KOEN DE NAEGHEL Samenvatting. We bespreken een oplossing voor de (veralgemeende) opgave Noot 4 uit Wiskunde & Onderwijs nr.139. Onze inspiratie halen we uit het
Nadere informatieComplexe e-macht en complexe polynomen
Aanvulling Complexe e-macht en complexe polynomen Dit stuk is een uitbreiding van Appendix I, Complex Numbers De complexe e-macht wordt ingevoerd en het onderwerp polynomen wordt in samenhang met nulpunten
Nadere informatieHoofdstuk 7: Stelsels eerste orde lineaire differentiaalvergelijkingen
Hoofdstuk 7: Stelsels eerste orde lineaire differentiaalvergelijkingen Bij het vak Lineaire Algebra hebben we reeds kennis gemaakt met stelsels eerste orde lineaire differentiaalvergelijkingen We hebben
Nadere informatie_., i _._ Lo-. -J EEN ANALYSE VAN EEN SPELLETJE MET DOMINOSTENEN. door. Jacob Wijngaard.
_.,.....-..-...------.---i 7703520 -_._------ Lo-. -J EEN ANALYSE VAN EEN SPELLETJE MET DOMINOSTENEN door Jacob Wijngaard Bd/OR/75-06 Een veel beoefend spelletje met dominostenen is het volgende: Zet aile
Nadere informatieLineaire algebra I (wiskundigen)
Lineaire algebra I (wiskundigen) Toets, donderdag 22 oktober, 2009 Oplossingen (1) Zij V het vlak in R 3 door de punten P 1 = (1, 2, 1), P 2 = (0, 1, 1) en P 3 = ( 1, 1, 3). (a) Geef een parametrisatie
Nadere informatieLeeswijzer bij het college Functies en Reeksen
Leeswijzer bij het college Functies en Reeksen Erik van den Ban Najaar 2012 Introductie eze leeswijzer bij het dictaat Functies en Reeksen (versie augustus 2011) heeft als doel een gewijzigde opbouw van
Nadere informatieExamenvragen Hogere Wiskunde I
1 Examenvragen Hogere Wiskunde I Vraag 1. Zij a R willekeurig. Gegeven is dat voor alle r, s Q geldt dat a r+s = a r a s. Bewijs dat voor alle x, y R geldt dat a x+y = a x a y. Vraag 2. Gegeven 2 functies
Nadere informatiewiskunde B pilot vwo 2017-II
Twee machten van maimumscore 5 f' ( ) = ln() + ln() Uit f' ( ) = volgt dat = Dus + = ( = ) Hieruit volgt = a+ a, met a =, moet minimaal zijn De vergelijking a = moet worden opgelost Dit geeft Hieruit volgt
Nadere informatieNumerieke Analyse - Week 03
Numerieke Analyse - Week 3 Jan Brandts Woensdag 21 september 211 1. Samenvatting en opgaven We zoeken een polynoom p P k (I) waarvan de functiewaarden in k + 1 verscillende punten x,..., x k I overeenstemmen
Nadere informatieCombinatoriek groep 1 & 2: Recursie
Combinatoriek groep 1 & : Recursie Trainingsweek juni 008 Inleiding Bij een recursieve definitie van een rij wordt elke volgende term berekend uit de vorige. Een voorbeeld van zo n recursieve definitie
Nadere informatieVectoranalyse voor TG
college 4 en raakvlakken collegejaar : 16-17 college : 4 build : 19 september 2016 slides : 30 Vandaag Snowdon Mountain Railway (Wales) 1 De richtingsafgeleide 2 aan een grafiek 3 Differentieerbaarheid
Nadere informatiedx; (ii) * Bewijs dat voor elke f, continu ondersteld in [0, a]: dx te berekenen.(oef cursus) Gegeven is de bepaalde integraal I n = π
Analyse. (i) Bereken A = π sin d; +cos 2 (ii) * Bewijs dat voor elke f, continu ondersteld in [, a]: a f()d = a f(a )d (iii) Gebruik (i) en (ii) om de integraal J = π sin d te berekenen.(oef +cos 2 cursus)
Nadere informatieIII Lineaire Transformaties in R
III Lineaire Transformaties in R III. Meetundige inleiding Bij een transformatie L in R wordt aan ele vetor a uit R een nieuwe vetor a uit n R toegevoegd. (Meer in het algemeen an men dit in R definiëren.)
Nadere informatieZin en onzin van de normale benadering van de binomiale verdeling
Zin en onzin van de normale benadering van de binomiale verdeling Jef Hendricx 1, 18 november 26 In lassiee handboeen van statistie worden ansen van de binomiale verdeling bereend met tabellen. Voor grotere
Nadere informatieExamen G0O17D Wiskunde II (6sp) maandag 10 juni 2013, 8:30-12:30 uur
Examen GO7D Wiskunde II (6sp maandag juni 3, 8:3-:3 uur Bachelor Biochemie & Biotechnologie Bachelor hemie, Bachelor Geologie Schakelprogramma Master Biochemie & Biotechnologie en Schakelprogramma Master
Nadere informatie1. (a) Formuleer het Cauchy criterium voor de convergentie van een reeks
Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 7 augustus 2015, 16:30 19:30 (20:30) Het gebruik van een rekenmachine, telefoon of tablet is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van het boek
Nadere informatie