gemeenteraad Zitting van 27 juni 2016

Transcriptie

1 beraadslaging/proces verbaal Kopie gemeenteraad Zitting van 27 juni 2016 Besluit A-punt GOEDGEKEURD Stadsontwikkeling Samenstelling de heer Bart De Wever, burgemeester-voorzitter de heer Koen Kennis, schepen; de heer Philip Heylen, schepen; de heer Ludo Van Campenhout, schepen; de heer Claude Marinower, schepen; de heer Marc Van Peel, schepen; de heer Rob Van de Velde, schepen; mevrouw Nabilla Ait Daoud, schepen; de heer Fons Duchateau, schepen; de heer Filip Dewinter, raadslid; mevrouw Kathleen Van Brempt, raadslid; mevrouw Freya Piryns, raadslid; de heer Gerolf Annemans, raadslid; de heer André Gantman, raadslid; mevrouw Güler Turan, raadslid; de heer Robert Voorhamme, raadslid; mevrouw Anke Van dermeersch, raadslid; de heer Karim Bachar, raadslid; mevrouw Monica De Coninck, raadslid; mevrouw Leen Verbist, raadslid; mevrouw Maya Detiège, raadslid; mevrouw Fauzaya Talhaoui, raadslid; mevrouw Fatma Akbas, raadslid; mevrouw Greet van Gool, raadslid; de heer Bruno Valkeniers, raadslid; de heer Toon Wassenberg, raadslid; de heer Wim Van Osselaer, raadslid; de heer Patrick Janssen, raadslid; de heer Peter Mertens, raadslid; mevrouw Yasmine Kherbache, raadslid; mevrouw Annemie Turtelboom, raadslid; mevrouw Liesbeth Homans, raadslid; de heer Mohamed Chebaa Amimou, raadslid; de heer Wouter Vanbesien, raadslid; mevrouw Mie Branders, raadslid; mevrouw Galina Matushina, raadslid; mevrouw Caroline Bastiaens, raadslid; mevrouw Carine Leys, raadslid; mevrouw Lisa Geets, raadslid; mevrouw Leyla Aydemir, raadslid; de heer Johan Klaps, raadslid; de heer Vic Van Aelst, raadslid; mevrouw Danielle Meirsman, raadslid; de heer Dirk Rochtus, raadslid; mevrouw Anne Giveron, raadslid; mevrouw Martine Vrints, raadslid; de heer Koen Laenens, raadslid; de heer Martijn Van Esbroeck, raadslid; de heer Franky Loveniers, raadslid; de heer Danny Feyen, raadslid; de heer Jean Goedtkindt, raadslid; de heer Joris Giebens, raadslid; de heer Kevin Vereecken, raadslid; mevrouw Fatima Talhaoui, raadslid; de heer Dirk Van Duppen, raadslid; mevrouw Ikrame Kastit, raadslid de heer Roel Verhaert, stadssecretaris Iedereen aanwezig, behalve: de heer Gerolf Annemans, raadslid Zijn verontschuldigd: de heer Marc Van Peel, schepen; mevrouw Maya Detiège, raadslid; de heer Bruno Valkeniers, raadslid; de heer Vic Van Aelst, raadslid; mevrouw Ikrame Kastit, raadslid _GR_00398 Duurzame stad - Lage-emissiezone Antwerpen. Reglement - Goedkeuring Motivering Gekoppelde besluiten 2016_GR_ Duurzame stad - Lage-emissiezone. Invoering, toelatingsbeleid en tariefstelsel. Principes - Goedkeuring 2014_CBS_ Duurzame stad - Invoering lage-emissiezone in Antwerpen. Toegangsvoorwaarden, vrijstellingen en toelatingen - Goedkeuring 1 / 23

2 2014_CBS_ Duurzame stad - Invoering lage-emissiezone in Antwerpen. Aanvullende beleidsprincipes - Goedkeuring 2013_CBS_ Duurzame ontwikkeling - Invoering lage emissiezone in Antwerpen. Beleidsprincipes en projectaanpak - Goedkeuring Aanleiding en context Het bestuursakkoord "Respect voor A" stipuleert in resolutie 159 dat de stad een lage-emissiezone zal invoeren om voertuigen die niet voldoen aan bepaalde milieunormen uit de kernstad te weren. Op 13 september 2013 (jaarnummer 9175) keurde het college beleidsprincipes en de projectaanpak voor invoering van een lage-emissiezone goed. Op 21 november 2014 (jaarnummer 11930) keurde het college gewijzigde en aanvullende beleidsprincipes goed. Op 19 december 2014 (jaarnummer 12997) keurde het college, in met het toen gekende Vlaamse beleidskader over lage-emissiezones, de toegangsvoorwaarden, vrijstellingen en toelatingen voor de lage-emissiezone goed. Op 24 november 2015 (jaarnummer 9684) keurde het college principieel goed dat de lage-emissiezone wordt ingevoerd vanaf 1 februari Ook keurde het college de krachtlijnen van de communicatiecampagne voorafgaand aan de invoering goed. Op 27 november 2015 werd het decreet betreffende de lage-emissiezones (LEZ-decreet) definitief goedgekeurd. De gemeenteraad keurde op 25 januari 2016 (jaarnummer 9) principieel goed: dat vanaf 1 februari 2017 een lage-emissiezone wordt ingevoerd in het gebied tussen Ring en Schelde en op Linkeroever; dat er geen kosten worden aangerekend voor registratie van voertuigen die voldoen aan de gewestelijke toegangscriteria en zich tijdig registreren; dat er naargelang de voertuigcategorie drie tariefklassen worden gehanteerd voor een tijdelijke toelating tegen betaling; welke tarieven gelden voor een tijdelijke toelating tegen betaling, voor een LEZ-dagpas en voor administratieve geldboetes in geval van overtreding. Op 26 februari 2016 keurde de Vlaamse regering definitief het besluit betreffende lage-emissiezones (LEZbesluit) goed. Juridische grond Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg. Decreet betreffende lage-emissiezones van 27 november Besluit van de Vlaamse Regering betreffende lage-emissiezones van 26 februari Regelgeving: bevoegdheid Artikel 42 3 van het Gemeentedecreet: De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast.. 2 / 23

3 Argumentatie 1. Regelgevend kader Een lage-emissiezone is een zone waarin voor de leefbaarheid, in het bijzonder ter beperking van milieu- en gezondheidshinder door een slechte luchtkwaliteit, een selectief toelatingsbeleid voor motorvoertuigen wordt gehanteerd in relatie tot de door die voertuigen veroorzaakte milieuhinder (LEZ-decreet, art. 3 1). De invoering van een lage-emissiezone gebeurt overeenkomstig de bepalingen in de wegcode (verkeersbord LEZ), het LEZ-decreet en het LEZ-besluit. De Vlaamse regelgeving bepaalt dat de stad een lage-emissiezone kan invoeren met een gemeentelijk reglement (LEZ-decreet art. 3 2). Het LEZ-besluit bepaalt welke voertuigen automatisch toegelaten zijn tot de lageemissiezone of die toegang hebben na registratie van het voertuig, uiterlijk 24 uur na het betreden van de lageemissiezone (LEZ-besluit, art. 2 en 4). De Vlaamse toelatingscriteria zijn gebaseerd op de brandstof, de voertuigcategorie (afhankelijk van het aantal zitplaatsen en tonnage) en de euronorm van het voertuig (of de datum van eerste inschrijving indien de euronorm niet bekend is). De combinatie van deze elementen is bepalend voor de vervuilingsgraad van een voertuig. Voor een aantal voertuigen voorziet het LEZ-besluit in een vrijstelling (LEZ-besluit, art. 2). Dit geldt bijvoorbeeld voor voertuigen met een nieuwere aandrijfvorm (elektrisch of plug-in hybride), voertuigen van of voor vervoer van personen met een handicap indien zij voldoen aan een aantal voorwaarden en prioritaire voertuigen. Alle voertuigen die niet toegelaten zijn overeenkomstig het LEZ-besluit zijn in principe niet toegelaten tot de lage-emissiezone. Wel is in het LEZ-decreet (art. 4 2) en in het LEZ-besluit (art. 3) de mogelijkheid voorzien dat de stad onder bepaalde voorwaarden aan deze voertuigen toch een tijdelijke toegang kan verlenen. Hierbij moet de stad rekening houden met de volgende bepalingen (LEZ-besluit, art. 3): 1. de toegangsvoorwaarden worden gedifferentieerd in functie van de emissie van de voertuigen, waarbij voertuigen met hogere emissies aan strengere voorwaarden worden onderworpen. Hierop kan een uitzondering voorzien worden voor voertuigen ouder dan 40 jaar, voor voertuigen die blijkens hun bouw, uitrusting of andere permanente kenmerken speciaal zijn uitgerust voor toezicht, controle, onderhoud van infrastructuur en installaties van algemeen belang en voor voertuigen die, door of in opdracht van het leger, de politiediensten, de wegbeheerder, de civiele bescherming of de brandweer, gebruikt worden voor noodsituaties of voor reddingsoperaties; 2. een individuele toelating voor een voertuig wordt altijd in de tijd beperkt tot maximaal één jaar en is hernieuwbaar; 3. bij de toekenning van een individuele toelating voor het voertuig waarvan de titularis van de nummerplaat gedomicilieerd is in de lage-emissiezone, houdt de gemeente rekening met een mogelijk beperkte financiële draagkracht van de titularis van de nummerplaat. Er is sprake van een beperkte financiële draagkracht als de titularis recht heeft op een verhoogde tegemoetkoming. Het is binnen dit geschetste regelgevend kader dat het voorliggende gemeentelijk reglement voor de invoering van een lage-emissiezone is uitgewerkt. 2. Samenvatting en motivering van het gemeentelijk reglement Met dit besluit worden de principes die het college en de gemeenteraad eerder goedkeurden met betrekking tot de invoering van een lage-emissiezone vertaald in een gemeentelijk reglement. Hoofdstuk 1. Invoering, definities en termijnen 3 / 23

4 Artikel 1.1 van het reglement vermeldt in eerste instantie het regelgevend kader waarbinnen de lageemissiezone wordt ingevoerd. Artikel 1.2 bakent de lage-emissiezone geografisch af. De gebiedsafbakening houdt rekening met de effecten op vlak van luchtkwaliteit, de duidelijkheid en eenvoud voor de gebruiker, de handhaafbaarheid, de mogelijkheden voor doorgaand verkeer, de mogelijkheid tot flankerend beleid en de complementariteit met het mobiliteitsbeleid van de stad. De zone omvat algemeen gesteld de kernstad, inclusief kaaien, Leien en Singel. Ook Linkeroever, meer bepaald de zone gelegen tussen Schelde, E17, P&R Linkeroever en Sint-Annabos, maakt deel uit van de lage-emissiezone, omwille van een verhoogd effect op de luchtkwaliteit en het vermijden van verzwaring van de parkeerdruk op Linkeroever door voertuigen van buiten Antwerpen die in de lageemissiezone van de kernstad niet toegelaten zijn. Duidelijkheid voor de weggebruiker en sluitende handhaving van de lage-emissiezone bepalen de wegvakken op de Singel die niet in de gebiedsomschrijving zijn opgenomen. Uitgangspunt bij het bepalen van deze uitzonderingen is dat verkeer dat van de Ring komt niet rechtstreeks de lage-emissiezone binnenrijdt, maar telkens een uitweg heeft buiten de lage-emissiezone om. Artikel 1.3 bevat de definities van de begrippen die in het reglement gebruikt worden en artikel 1.4 tenslotte beschrijft op welke wijze termijnen zoals kalenderdag, week en dergelijke begrepen moeten worden. Hoofdstuk 2. Toegelaten en niet-toegelaten motorvoertuigen Dit hoofdstuk beschrijft welke motorvoertuigen zonder formaliteiten toegang hebben tot de lage-emissiezone, welke voertuigen zich hiervoor moeten registreren of een toelating tegen betaling of een LEZ-dagpas nodig hebben en welke voertuigen niet toegelaten zijn tot de lage-emissiezone. De voertuigen die zonder bijkomende formaliteiten toegang hebben tot de lage-emissiezone zijn door de Vlaamse regering bepaald in artikel 2 van het LEZ-besluit, voor zover die voertuigen niet vallen onder artikel 4 van het LEZ-besluit. Hoofdstuk 3. Toegelaten voertuigen mits registratie Dit hoofdstuk beschrijft de procedure en voorwaarden voor registratie van een toegelaten voertuig en de geldigheidsduur van een registratie. De voertuigen waarvoor een registratieplicht geldt zijn door de Vlaamse regering bepaald in artikel 4 van het LEZ-besluit. Hoofdstuk 4. Toegelaten motorvoertuigen mits LEZ-toelating Dit hoofdstuk handelt over de voertuigen die in principe niet toegelaten zijn tot de lage-emissiezone, maar waarvoor toch tijdelijk en onder voorwaarden een toelating verkregen kan worden. De stad maakt hierbij gebruik van de mogelijkheid die haar geboden wordt in art. 4, 2 van het LEZ-decreet en in art. 3 van het LEZbesluit om de voertuigen die volgens de gewestelijke toegangsvoorwaarden niet toegelaten zijn toch toe te laten. De stad dient hierbij de bepalingen te respecteren die in art. 3 van het LEZ-besluit vermeld zijn (zie 1. Regelgevend kader). Met de toepassing van een systeem van tijdelijke toelating wordt beoogd om voor de voertuigen die in principe geen toegang hebben tot de lage-emissiezone voldoende alternatieven te bieden. Dit geldt bijgevolg als een flankerende maatregel om de effecten van de invoering van de lage-emissiezone op bepaalde doelgroepen of voertuigen te milderen. Artikel 4.1 beschrijft eerst welke voertuigen in aanmerking komen voor een tijdelijke toelating tegen betaling of LEZ-toelating: basisprincipe is dat een tijdelijke toelating tegen betaling mogelijk is voor dieselvoertuigen die één euronorm lager scoren dan degene die opgenomen is in de gewestelijke toelatingscriteria, of voor de variant zonder roetfilter indien de aanwezigheid van een roetfilter aanleiding geeft tot toegang tot de lage-emissiezone. Concreet is vanaf invoering tot eind 2019 tijdelijke toelating tegen betaling mogelijk 4 / 23

5 voor dieselvoertuigen met euronorm 3 / III zonder roetfilter. Vanaf 2020 geldt dit voor dieselvoertuigen met euronorm 4 / IV, vanaf 2025 voor dieselvoertuigen met Euronorm 5 / V; voor voertuigen op benzine en aardgas/lpg zijn de gewestelijke toelatingscriteria soepeler waardoor ze tot ruim oudere leeftijd vrije toegang hebben tot de lage-emissiezone waardoor er geen nood is om ze op te nemen in het stelsel van tijdelijke toegang tegen betaling; voor enkele categorieën van voertuigen gelden specifieke regelingen, namelijk voor de voertuigen vermeld in art. 3, 1 van het LEZ-besluit en voor oudere voertuigen voor ambulante handel en foren waarvan het verkoop- en motorgedeelte onafscheidbaar zijn. Voor voertuigen ouder dan 40 jaar geldt dat zij vooral in stand worden gehouden omwille van hun historische patrimoniumwaarde en om die reden ook nooit volledig conform de algemene gewestelijke toegangsvoorwaarden kunnen zijn. Voor bepaalde, specifiek uitgeruste voertuigen die ingezet worden voor toezicht, controle, onderhoud van infrastructuur en installaties van algemeen belang en voor bepaalde voertuigen die, door of in opdracht van het leger, de politiediensten, de wegbeheerder, de civiele bescherming of de brandweer, gebruikt worden voor noodsituaties of voor reddingsoperaties (andere dan de vrijgestelde prioritaire voertuigen) geldt dat zij omwille van hun specifieke aard, uitrusting of functie voor algemeen belang tot oudere leeftijd toegang kunnen verkrijgen. Voertuigen voor ambulante handel en foren vereisen eveneens zeer specifieke voertuigen met een hoge investeringskost en lange levensduur, wat een tijdelijke toelating voor oudere voertuigen verantwoordt. Artikel 4.2 bepaalt de procedure en voorwaarden om een LEZ-toelating te verkrijgen. De bewijsstukken die opgevraagd kunnen worden om een tijdelijke toelating te verkrijgen worden opgesomd in bijlage 1 2 bij dit reglement. Artikel 4.3 beschrijft de geldigheidsduur van de LEZ-toelating variërend van één dag (tot 6.00 uur van de kalenderdag nadien), één week, één maand, drie maanden, zes maanden tot één jaar volgens de wens van de aanvrager. Artikel 4.4 tenslotte verwijst voor de retributietarieven naar het retributiereglement. De tenuitvoerlegging, inclusief de oplegging en inning wordt toevertrouwd aan de LEZ-beheerder die de retributies in eigen naam en voor eigen rekening zal innen. Hoofdstuk 5. Toegelaten motorvoertuigen mits LEZ-dagpas Dit hoofdstuk handelt over voertuigen die in principe niet toegelaten zijn tot de lage-emissiezone en die niet beschikken over een LEZ-toelating. Vaak gaat het over de oudste en dus meest vervuilende voertuigen. Deze voertuigen kunnen maximaal acht keer per twaalf maanden een LEZ-dagpas aankopen die geldig is op één kalenderdag tot en met 6.00 uur van de kalenderdag nadien. Hoofdstuk 6. Aanpassing emissienorm in databank Dit hoofdstuk beschrijft de mogelijkheid om de emissienorm (euronorm) die voor een bepaald voertuig in de Vlaamse LEZ-databank is opgenomen te laten wijzigen, zoals dat bepaald is in art. 2, 6e lid van het LEZbesluit. De bewijsstukken die hiervoor nodig zijn, zijn opgenomen in bijlage 1 2 van het voorliggende reglement. Hoofdstuk 7. Overtredingen en sancties Alle voertuigen die niet voldoen aan de gewestelijke toegangsvoorwaarden of niet beschikken over een LEZtoelating of LEZ-dagpas en toch de lage-emissiezone betreden, zijn in overtreding. Voor de sanctionering wordt gebruik gemaakt van de administratieve geldboete of onmiddellijke inning zoals beschreven in art. 10 van het LEZ-decreet. Het artikel bepaalt de hoogte van de administratieve geldboete, uitgaande van de vork tussen 90,00 euro en 360,00 euro die in het LEZ-decreet vermeld staat. De beboetingsambtenaar wordt later met een 5 / 23

6 apart gemeenteraadsbesluit aangeduid. Voor de onmiddellijke inning, die slechts in beperkte gevallen toepasbaar is, geldt het tarief van 90,00 euro, zoals vermeld in art. 10, 9 van het LEZ-decreet. De taken verbonden aan het opleggen van sancties en innen van geldboetes worden toevertrouwd aan de LEZ-beheerder. De inning van geldboetes gebeurt in naam en voor rekening van de stad. Artikel 7.4 voorziet tenslotte in een procedure in geval van calamiteiten of bijzondere omstandigheden op de openbare weg buiten de lage-emissiezone, maar waarbij politie of stad beslissen om het doorgaande verkeer af te leiden via de lage-emissiezone. In deze gevallen zal geen administratieve geldboete verschuldigd zijn. De burgemeester beoordeelt per gebeurtenis op de openbare weg of deze als calamiteit of bijzondere omstandigheid in deze zin beschouwd kan worden. Hoofdstuk 8. Inwerkingtreding reglement en overgangsbepalingen Het LEZ-reglement treedt, met uitzondering van hoofdstuk 7, in werking op 1 oktober 2016 omdat vanaf die periode de aanvragen voor registratie, LEZ-toelating, LEZ-dagpas en aanpassing van euronorm kunnen ingediend worden. Hoofdstuk 7, dat handelt over sancties en overtredingen, treedt in werking op 1 februari Aanduiding LEZ-beheerder Art. 11 van het LEZ-decreet bepaalt: "De gemeente kan aan de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, de gemeentelijke intern verzelfstandigde agentschappen, de autonome gemeentebedrijven en de autonome havenbedrijven de volgende taken geheel of gedeeltelijk toevertrouwen": 1. de tenuitvoerlegging, met inbegrip van de oplegging en de inning, van de betaling van een geldsom als vermeld in artikel 6, eerste lid; 2. het uitoefenen van het toezicht op de naleving van de LEZ-reglementering, vermeld in artikel 8; 3. het aanduiden van een personeelslid als beboetingsambtenaar, vermeld in artikel 10, 2, voor zover deze aanduiding door de gemeenteraad wordt bevestigd; 4. de registratie, vermeld in artikel 4, 1, van dit decreet; 5. de controle van de voorwaarden, vermeld in artikel 4, 2, van dit decreet. De personeelsleden van deze instellingen die door de bevoegde organen worden aangewezen voor het uitvoeren van de taken, vermeld in het eerste lid, moeten beantwoorden aan dezelfde voorwaarden als de personeelsleden van de gemeente, hebben dezelfde bevoegdheden en hebben toegang tot de voor hun opdracht relevante gegevens, vermeld in artikel 9. Het college besliste op 21 november 2014 (jaarnummer 11930) dat de taken die verbonden zijn aan het beheer van de lage-emissiezone toegewezen worden aan het Gemeentelijk Autonoom Parkeer- en mobiliteitsbedrijf Antwerpen (GAPA). Deze taken zijn immers in belangrijke parallel aan de taken die GAPA) uitvoert met betrekking tot bewonersparkeren, vaststellen van parkeerovertredingen, innen van parkeerretributies en GASboetes voor parkeren en stilstaan. De geactualiseerde statuten van GAPA hebben de doelstelling en het werkterrein van GAPA uitgebreid van louter parkeergerichte activiteiten naar "alle beleidsuitvoerende activiteiten die de mobiliteit op het grondgebied van de stad Antwerpen bevorderen en de bereikbaarheid, (verkeers)leefbaarheid en verkeersveiligheid ondersteunen" (art. 3 van de statuten). De invoering en het beheer van een lage-emissiezone passen in deze omschrijving. Met dit gemeenteraadsbesluit wordt de aanduiding van GAPA als LEZ-beheerder ter goedkeuring aan de gemeenteraad voorgelegd. Financiële gevolgen 6 / 23

7 Nee Strategisch kader Dit besluit past in de realisatie van volgende doelstellingen/projecten: Antwerpen is een duurzame stad De ecologische duurzaamheidsambities zijn maximaal gerealiseerd met het oog op een hoge levenskwaliteit voor iedereen en economische waardecreatie Hinderlijke lucht- en geluidsemissies zijn beperkt en de blootstelling van bewoners wordt maximaal voorkomen 1 - Woonstad Antwerpen is een duurzame stad Besluit De gemeenteraad keurt bij monde van de fractievoorzitters volgend besluit goed. Stemden ja: N-VA, CD&V en Open VLD. Stemden nee: Vlaams Belang. Hebben zich onthouden: sp.a, PVDA+ en Groen. Artikel 1 De gemeenteraad keurt het gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen goed. Artikel 2 De gemeenteraad keurt goed dat de taken zoals omschreven in artikel 11 van het decreet betreffende lage-emissiezones van 27 november 2015 geheel worden toevertrouwd aan het Gemeentelijk Autonoom Parkeer- en mobiliteitsbedrijf Antwerpen. Artikel 3 Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen. Bijlagen _Gemeentelijk_reglement_LEZ _LEZ-reglement_bijlage 1_kaart LEZ _LEZ-reglement_bijlage 2_overzicht bewijsstukken 7 / 23

8 Gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen GEMEENTELIJK REGLEMENT LAGE-EMISSIEZONE ANTWERPEN Hoofdstuk 1. Invoering, definities en termijnen Artikel 1.1. Invoering lage-emissiezone De stad voert in toepassing van het Vlaamse decreet betreffende lage-emissiezones van 27 november 2015 en in toepassing van het besluit van de Vlaamse regering betreffende de lageemissiezones van 26 februari 2016 op 1 februari 2017 een lage-emissiezone in op haar grondgebied. Artikel 1.2 Afbakening lage-emissiezone Vanaf 1 februari 2017 wordt er een lage-emissiezone ingevoerd op de gemeente- en gewestwegen in het gebied zoals ingekleurd op de kaart in bijlage 1. Op rechteroever bestaat de lage-emissiezone uit de gemeente- en gewestwegen - binnen de R1, zoals ingekleurd op de kaart in bijlage 1; - in het noorden begrensd door Kattendijkbrug, Mexicobruggen, Noorderlaan ten zuiden Groenendaallaan en de oever van Albertkanaal tot Lobroekdok, telkens zoals ingekleurd op de kaart in bijlage 1; - in het zuiden begrensd door D Herbouvillekaai ten noorden van Generaal Armstrongweg, zoals ingekleurd op de kaart in bijlage 1; - en met uitzondering van volgende wegvakkken van de Singel (R10): o tussen afrit Zuid en Kolonel Silvertopstraat voor verkeer rijdend richting Kiel; o tussen Jan Van Rijswijcklaan en Generaal Lemanstraat in beide richtingen; o tussen Turnhoutsebaan en Stenenbrug/Herentalsebaan in beide richtingen. Op linkeroever bestaat de lage-emissiezone uit de gemeente- en gewestwegen gelegen tussen R1, afrit Antwerpen Linkeroever, Blancefloerlaan vanaf afrit Antwerpen Linkeroever exclusief het kruispunt en P&R Linkeroever en Charles de Costerlaan vanaf afrit R1, telkens zoals ingekleurd op de kaart in bijlage 1. De plaatsing van de verkeersborden die het begin en het einde van de lage-emissiezone aanduiden wordt vastgesteld in een aanvullend verkeersreglement. Artikel 1.3. Definities Voor de toepassing van dit reglement (LEZ-reglement) wordt verstaan onder: 1 LEZ-decreet: het Vlaamse decreet betreffende de lage-emissiezones van 27 november 2015 en latere wijzigingen van dit decreet. 2 LEZ-besluit: het besluit van de Vlaamse regering betreffende lage-emissiezones van 26 februari 2016 en latere wijzigingen van dit besluit. 4 Verhoogde tegemoetkoming: de verhoogde tegemoetkoming, vermeld in artikel 37, 19, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige zorgen en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli / 23 1

9 Gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen 5 LEZ-toelating: een betalende tijdelijke toelating die een specifiek motorvoertuig toegang verschaft tot de LEZ. De retributietarieven worden door de gemeenteraad vastgesteld in het retributiereglement op de lage-emissiezone. 6 LEZ-dagpas: een betalende toelating die een specifiek motorvoertuig toegang verschaft tot de lage-emissiezone enkel geldig is op de kalenderdag waarvoor de LEZ-dagpas werd aangekocht tot en met 6.00 uur van de kalenderdag nadien. Het retributietarief wordt door de gemeenteraad vastgesteld in het retributiereglement op de lage-emissiezone. 7 LEZ-beheerder: de entiteit waaraan de stad Antwerpen de taken voorzien in artikel 11 van het LEZdecreet toevertrouwd heeft. 8 LEZ-databank: de databank zoals bedoeld in artikel 5 van het LEZ-decreet die beheerd wordt door een door de Vlaamse regering aangeduide gemachtigde dienst. 9 Motorvoertuigen van de categorie M: de motorvoertuigen die vallen onder de categorie M zoals bedoeld in het LEZ-besluit. 10 Motorvoertuigen van de categorie N: de motorvoertuigen die vallen onder de categorie N zoals bedoeld en gedefinieerd in het LEZ-besluit. 11 Motorvoertuigen van de categorie T: de motorvoertuigen die vallen onder de categorie T zoals bedoeld in het LEZ-besluit. Artikel 1.4. Termijnen 1. Onder een kalenderdag wordt in dit reglement begrepen: een kalenderdag van 0.00 uur tot en met uur. 2. Onder een week wordt in dit reglement begrepen: de periode van 7 opeenvolgende kalenderdagen. 3. Elke termijn die in dit reglement in maanden of in jaren uitgedrukt wordt, wordt gerekend van de zoveelste tot en met de dag vóór de zoveelste. Bijvoorbeeld: een LEZ-toelating met een geldigheidsduur van 1 maand die ingaat op 15/03/2017, zal geldig zijn tot en met 14/04/2017. Een LEZ-toelating met een geldigheidsduur van 3 maanden die ingaat op 15/03/2017, zal geldig zijn tot en met 14/06/2017, enz. 9 / 23 2

10 Gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen Hoofdstuk 2. Toegelaten en niet-toegelaten motorvoertuigen Artikel 2.1. Toegelaten motorvoertuigen zonder bijkomende formaliteiten De motorvoertuigen die vallen onder één of meer van de categorieën zoals opgesomd in artikel 2 van het LEZ-besluit zijn zonder bijkomende formaliteiten toegelaten tot de LEZ, op voorwaarde dat zij niet onderworpen zijn aan de registratieplicht zoals bedoeld in artikel 4 van het LEZ-besluit. Artikel 2.2. Toegelaten motorvoertuigen mits registratie, toelating of dagpas Tot de lage-emissiezone zijn de volgende motorvoertuigen toegelaten mits aan de vooropgestelde verplichtingen wordt voldaan: 1 de motorvoertuigen die vallen onder één of meer van de categorieën zoals opgesomd in artikel 2 van het LEZ-besluit en die zich in toepassing van artikel 4 van het LEZ-besluit verplicht moeten registreren uiterlijk binnen de 24 uur na het betreden van de LEZ, op voorwaarde dat zij aan deze registratieplicht voldaan hebben en de registratie daadwerkelijk wordt goedgekeurd. De registratieprocedure en registratievoorwaarden worden vastgesteld in hoofdstuk 3 van dit reglement; 2 de motorvoertuigen die beschikken over een LEZ-toelating. De voorwaarden voor het verkrijgen van een LEZ-toelating worden vastgesteld in hoofdstuk 4 van dit reglement; 3 de motorvoertuigen die beschikken over een LEZ-dagpas. De voorwaarden voor het verkrijgen van een LEZ-dagpas worden vastgesteld in hoofdstuk 5 van dit reglement. Artikel 2.3. Niet-toegelaten motorvoertuigen De motorvoertuigen die niet onder het toepassingsgebied van artikel 2.1. of artikel 2.2. vallen, zijn niet toegelaten tot de LEZ. Ingeval van overtreding zijn deze motorvoertuigen onderworpen aan de sancties zoals bepaald in hoofdstuk 7 van dit reglement. 10 / 23 3

11 Gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen Hoofdstuk 3. Toegelaten motorvoertuigen mits registratie Artikel 3.1. Motorvoertuigen die zich dienen te registreren De motorvoertuigen die vallen onder één of meer van de categorieën zoals opgesomd in artikel 2 van het LEZ-besluit en die zich in toepassing van artikel 4 van het LEZ-besluit verplicht moeten registreren. Artikel 3.2. Registratieprocedure en -voorwaarden 1. De registratie moet ten laatste binnen de 24 uur na het betreden van de lage-emissiezone uitgevoerd zijn. De registratieprocedure kan ten vroegste 4 maanden voor het betreden van de lageemissiezone opgestart worden. 2. De registratie kan gebeuren via het e-loket of via een fysiek loket. Om een motorvoertuig geldig te kunnen registreren, moet de aanvrager bewijzen dat het betreffende motorvoertuig waarvoor de aanvraag gebeurt onder één of meer van de categorieën van artikel 2 van het LEZ-besluit valt. De aanvrager maakt bij zijn aanvraag alle relevante (bewijs)stukken over. De lijst met relevante bewijsstukken is opgenomen in bijlage 2 van dit reglement. Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd om deze lijst te wijzigen en/of aan te vullen. Artikel 3.3. Geldigheidsduur van de registratie 1. De registratie van het motorvoertuig is definitief vanaf de uitdrukkelijke goedkeuring ervan door de LEZ-beheerder. 2. De registratie is geldig zolang het geregistreerde motorvoertuig met de nummerplaat waaronder het geregistreerd werd, voldoet aan de toegangsvoorwaarden zoals vastgelegd in artikel 2 van het LEZ-besluit. 3. Elke mogelijke wijziging met betrekking tot een goedgekeurde registratie moet door de titularis van de nummerplaat of de aanvrager binnen de 3 kalenderdagen aan de LEZ-beheerder schriftelijk (bij voorkeur via ) worden gemeld. 11 / 23 4

12 Gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen Hoofdstuk 4. Toegelaten motorvoertuigen mits LEZ-toelating Artikel 4.1. Motorvoertuigen die in aanmerking komen voor een LEZ-toelating 1. In toepassing van artikel 4, 2 van het LEZ-decreet komen bepaalde motorvoertuigen, die niet vallen onder de registratieplicht zoals bepaald in hoofdstuk 3, in aanmerking voor een LEZ-toelating. De motorvoertuigen die in aanmerking komen worden opgesomd in paragraaf 2 van dit artikel. 2. Volgende motorvoertuigen komen tot en met 31 december 2019 in aanmerking voor een LEZtoelating: 1 de motorvoertuigen die vallen onder de categorie M of N met een dieselmotor die voldoet aan Euronorm 3 of III en die niet beschikken over een roetfilter; 2 de motorvoertuigen die vallen onder categorie M, N of T en die op de ingangsdatum van de LEZ-toelating ouder zijn dan 40 jaar blijkens de datum van eerste inschrijving; 3 de motorvoertuigen die vallen onder de categorie M of N met een dieselmotor die voldoet aan Euronorm 2 of II, én: - die blijkens bouw, uitrusting of andere permanente kenmerken speciaal zijn uitgerust voor toezicht, controle en onderhoud van infrastructuur en installaties van algemeen belang; - die, door of in opdracht van het leger, de politiediensten, de wegbeheerder, de civiele bescherming of de brandweer, gebruikt worden voor noodsituaties of voor reddingsoperaties; - die bedoeld zijn voor ambulante handel en foren en waarvan het verkoop- en motorgedeelte onafscheidbaar zijn. Volgende motorvoertuigen komen vanaf 1 januari 2020 tot en met 31 december 2024 in aanmerking voor een LEZ-toelating: 1 de motorvoertuigen die vallen onder de categorie M of N met een dieselmotor die voldoet aan Euronorm 4 of IV; 2 de motorvoertuigen die vallen onder categorie M, N of T en die op de ingangsdatum van de LEZ-toelating ouder zijn dan 40 jaar blijkens de datum van eerste inschrijving; 3 de motorvoertuigen die vallen onder de categorie M of N met een dieselmotor die voldoet aan Euronorm 3 of III, én: - die blijkens bouw, uitrusting of andere permanente kenmerken speciaal zijn uitgerust voor toezicht, controle en onderhoud van infrastructuur en installaties van algemeen belang; - die, door of in opdracht van het leger, de politiediensten, de wegbeheerder, de civiele bescherming of de brandweer, gebruikt worden voor noodsituaties of voor reddingsoperaties; - die bedoeld zijn voor ambulante handel en foren en waarvan het verkoop- en motorgedeelte onafscheidbaar zijn. 12 / 23 5

13 Gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen Volgende motorvoertuigen komen vanaf 1 januari 2025 tot en met een door de bevoegde minister vast te stellen datum in aanmerking voor een LEZ-toelating: 1 de motorvoertuigen die vallen onder de categorie M of N met een dieselmotor die voldoet aan Euronorm 5 of V; 2 de motorvoertuigen die vallen onder categorie M, N of T en die op de ingangsdatum van de LEZ-toelating ouder zijn dan 40 jaar blijkens de datum van eerste inschrijving; 3 de motorvoertuigen die vallen onder de categorie M of N met een dieselmotor die voldoet aan Euronorm 4 of IV, én: - die blijkens bouw, uitrusting of andere permanente kenmerken speciaal zijn uitgerust voor toezicht, controle en onderhoud van infrastructuur en installaties van algemeen belang; - die, door of in opdracht van het leger, de politiediensten, de wegbeheerder, de civiele bescherming of de brandweer, gebruikt worden voor noodsituaties of voor reddingsoperaties; - die bedoeld zijn voor ambulante handel en foren en waarvan het verkoop- en motorgedeelte onafscheidbaar zijn. Artikel 4.2. Procedure en voorwaarden 1. De LEZ-toelating kan ten vroegste 4 maanden vóór het betreden van de lage-emissiezone en uiterlijk de laatste kalenderdag vóór het betreden van de lage-emissiezone aangevraagd worden. 2. De aanvraag kan gebeuren via het e-loket of via een fysiek loket. Om op geldige wijze een LEZtoelating aan te vragen, moet: - de aanvrager bewijzen dat het betreffende motorvoertuig waarvoor de aanvraag gebeurt onder één van de categorieën van artikel 4.1. van dit reglement valt. De aanvrager voegt bij zijn aanvraag alle relevante bewijsstukken toe. - de vergoeding bedoeld in het retributiereglement op de lage-emissiezone van de stad Antwerpen betaald zijn binnen de 3 kalenderdagen vanaf de dag van de aanvraag en uiterlijk op de kalenderdag vóór het betreden van de lage-emissiezone. De lijst met relevante bewijsstukken is opgenomen in bijlage 2 van dit reglement. Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd om deze lijst te wijzigen en/of aan te vullen. 3. De aanvraag van een LEZ-toelating zal pas in behandeling worden genomen vanaf het moment dat de vergoeding bedoeld in artikel 4.4. van dit reglement ontvangen werd. Na ontvangst van de betaling zal de LEZ-beheerder binnen een termijn van 14 kalenderdagen aan de aanvrager meedelen of de LEZ-toelating goedgekeurd dan wel afgekeurd werd. 4. Onvolledige en foutieve aanvragen worden afgewezen. De reeds betaalde vergoeding wordt binnen de 30 kalenderdagen terugbetaald aan de persoon die de betaling verricht heeft. 5. Het betreden van de lage-emissiezone alvorens het bekomen van de LEZ-toelating gebeurt op eigen risico. 13 / 23 6

14 Gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen Artikel 4.3. Geldigheidsduur van de LEZ-toelating 1. Een LEZ-toelating kan in functie van de voertuigcategorie afgeleverd worden met een geldigheidsduur van een dag, een week, een maand, drie maanden, zes maanden of een jaar. De LEZtoelating met een geldigheidsduur van een dag geeft het motorvoertuig waarvoor de LEZ-toelating aangeschaft werd toegang tot de lage-emissiezone op de kalenderdag waarvoor de LEZ-toelating werd aangekocht tot en met 6.00 uur van de kalenderdag nadien. 2. De LEZ-toelating is pas definitief vanaf de uitdrukkelijke goedkeuring ervan door de LEZbeheerder. De ingangs- en einddatum van de LEZ-toelating worden vermeld in de definitieve goedkeuring. De geldigheidsduur van de LEZ-toelating kan echter nooit langer zijn dan de periode waarbinnen het motorvoertuig in aanmerking komt voor een LEZ-toelating zoals vermeld in paragraaf 2 van artikel 4.1. van dit reglement. 3. De verleende LEZ-toelating is niet overdraagbaar en niet-terugbetaalbaar behoudens in de gevallen bepaald in het retributiereglement op de lage-emissiezone van de stad Antwerpen. 4. Elke mogelijke wijziging met betrekking tot het geregistreerde voertuig of de toelatingsvoorwaarden moet door de titularis van de nummerplaat of de aanvrager binnen de 3 kalenderdagen aan de LEZ-beheerder schriftelijk worden gemeld. Indien vastgesteld wordt dat niet meer aan de toelatingsvoorwaarden voldaan is, wordt de LEZ-toelating ingetrokken zonder terugbetaling. Artikel 4.4. Vergoeding LEZ-toelating De retributietarieven worden door de gemeenteraad vastgesteld in het retributiereglement op de lage-emissiezone. De tenuitvoerlegging, met inbegrip van de oplegging en de inning, wordt in met artikel 11, 1 van het LEZ-decreet toevertrouwd aan de LEZ-beheerder. Deze zal de retributies voor de LEZ-toelatingen in eigen naam en voor eigen rekening innen. 14 / 23 7

15 Gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen Hoofdstuk 5. Toegelaten motorvoertuigen mits LEZ-dagpas Artikel 5.1. Motorvoertuigen die in aanmerking komen voor een LEZ-dagpas Alle motorvoertuigen komen in aanmerking voor een LEZ-dagpas. Artikel 5.2. Procedure en voorwaarden 1. De LEZ-dagpas kan 8 keer binnen een periode van 12 opeenvolgende maanden aangekocht worden voor de betrokken nummerplaat. De periode van 12 maanden loopt vanaf de aanschaf van de eerste LEZ-dagpas voor de betrokken nummerplaat. 2. Bij het aankopen van een LEZ-dagpas worden de nummerplaat en het land van inschrijving aan de LEZ-beheerder bezorgd. Artikel 5.3. Geldigheidsduur van de LEZ-dagpas De LEZ-dagpas is geldig na betaling van de vergoeding bedoeld in het retributiereglement op de lageemissiezone van de stad Antwerpen en geeft het motorvoertuig waarvoor de LEZ-dagpas aangeschaft werd toegang tot de lage-emissiezone op de kalenderdag waarvoor de LEZ-dagpas werd aangekocht tot en met 6.00 uur van de kalenderdag nadien. Artikel 5.4. Vergoeding LEZ-dagpas Het retributietarief wordt door de gemeenteraad vastgesteld in het retributiereglement op de lageemissiezone. De tenuitvoerlegging, met inbegrip van de oplegging en de inning, wordt in met artikel 11, 1 van het LEZ-decreet toevertrouwd aan de LEZ-beheerder. Deze zal de retributies voor de LEZ-dagpas in eigen naam en voor eigen rekening innen. Artikel 5.5. Onvoorwaardelijke en niet-terugbetaalbare LEZ-dagpas Aangezien er op de aankoop van een LEZ-dagpas door de LEZ-beheerder geen inhoudelijke controle op de voertuigkenmerken plaatsvindt, gebeurt de aankoop van een LEZ-dagpas op onvoorwaardelijke en niet-restitueerbare wijze. In geen enkel geval kan er dus na de aanschaf van een LEZ-dagpas terugbetaling worden voorzien, ook niet wanneer na de aanschaf ervan zou blijken dat het betrokken motorvoertuig in toepassing van artikel 2.1. of 2.2., 1 en 2 van dit reglement gerechtigd was om de lage-emissiezone te betreden. Het is de verantwoordelijkheid van de titularis van de nummerplaat en in voorkomend geval van de aanvrager om dit vóór de aanschaf van de LEZ-dagpas na te gaan. 15 / 23 8

16 Gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen Hoofdstuk 6. Aanpassing emissienorm in LEZ-databank Artikel 6.1. Motorvoertuigen die in aanmerking komen voor aanpassing emissienorm Voor de voertuigen, vermeld in artikel 2, eerste lid 2 en 3 van het LEZ-besluit, geldt dat, als de emissienorm van het voertuig niet gekend is, deze norm wordt bepaald aan de hand van de datum van eerste inschrijving van het voertuig en dit conform de data vermeld in de tabellen van artikel 2 van het LEZ-besluit. De emissienorm die op basis van de datum van eerste inschrijving van het voertuig werd afgeleid, wordt opgenomen in de LEZ-databank. Als, aan de hand van het EEG-certificaat van of een ander door een overheidsinstantie aanvaard document, een andere emissienorm voor het voertuig kan worden afgeleid dan kan de titularis van het voertuig de emissienorm die is opgenomen in de LEZ-databank laten aanpassen aan de hand van deze documenten. Artikel 6.2. Registratieprocedure en -voorwaarden 1. De registratieaanvraag moet ten laatste binnen de 24 uur na het betreden van de lageemissiezone uitgevoerd zijn. Bij laattijdige registratie, het gebrek aan registratie binnen de 24 uur na het betreden van de lage-emissiezone of in het geval de registratieaanvraag werd afgekeurd, zal de emissienorm zoals opgenomen in de LEZ-databank (op basis van de datum van eerste inschrijving) behouden blijven. 2. De aanvraag kan gebeuren via het e-loket of via een fysiek loket. Om een motorvoertuig geldig te kunnen registreren, moet de titularis van de nummerplaat het EEG-certificaat of andere relevante bewijsstukken bezorgen. Onvolledige aanvragen worden afgewezen. De lijst met relevante bewijsstukken is opgenomen in bijlage 2 van dit reglement. Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd om deze lijst te wijzigen en/of aan te vullen. 16 / 23 9

17 Gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen Hoofdstuk 7. Overtredingen en sancties Artikel 7.1. Toepassingsgebied 1. Dit hoofdstuk is van toepassing op de niet-toegelaten motorvoertuigen zoals bedoeld in artikel 2.3. van dit reglement. 2. Een overtreding wordt gesanctioneerd met een administratieve geldboete of onmiddellijke inning zoals bedoeld in artikel 10 van het LEZ-decreet die ten laste wordt gelegd van de overtreder. Artikel 7.2. Administratieve geldboete 1. De administratieve geldboete wordt als volgt bepaald: - voor de overtredingen begaan vanaf 1 februari 2017 tot en met 31 december 2017: 125,00 euro per overtreding; - voor de overtredingen begaan vanaf 1 januari 2018: o 150,00 euro voor de eerste overtreding; o 250,00 euro voor de tweede overtreding begaan binnen een periode van 12 maanden na de eerste overtreding na 1 januari 2018; o 350,00 euro voor de derde en volgende overtredingen begaan binnen een periode van 12 maanden na de vorige overtreding na 1 januari De administratieve geldboete wordt opgelegd door de beboetingsambtenaar, die hiertoe specifiek door de gemeenteraad wordt aangesteld. In met artikel 11, 3 van het LED-decreet wordt deze taak toevertrouwd aan de LEZ-beheerder. Deze zal de administratieve geldboete, in met artikel 10, 7 van het LEZ-decreet, innen in naam en voor rekening van de stad. Artikel 7.3. Onmiddellijke inning De stad past de onmiddellijke inning zoals voorzien in artikel 10, 9 van het LEZ-decreet en in artikel 7 van het LEZ-besluit toe. In met artikel 11, 2 van het LEZ-decreet wordt deze taak toevertrouwd aan de LEZ-beheerder. Deze zal de onmiddellijke inning uitvoeren in naam en voor rekening van de stad. Artikel 7.4 Calamiteiten en bijzondere omstandigheden Indien er zich calamiteiten of bijzondere omstandigheden voordoen op de openbare weg buiten de lafge-emissiezone en er ten gevolge van deze calamiteiten of bijzondere omstandigheden door de politie of door de stad Antwerpen beslist wordt om het doorgaand verkeer (verplicht) af te leiden via de lage-emissiezone, zullen de niet-toegelaten motorvoertuigen (voor zover zij enkel de aangeduide weg volgen en zich niet verder in de lage-emissiezone begeven) geen administratieve geldboete verschuldigd zijn. De burgemeester zal concreet beoordelen of gebeurtenissen op de openbare weg als calamiteiten of bijzondere omstandigheden kunnen worden beschouwd in de zin van dit artikel. 17 / 23 10

18 Gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen Hoofdstuk 8. Inwerkingtreding reglement en overgangsbepalingen Dit reglement treedt in werking op 1 oktober 2016, met uitzondering van hoofdstuk 7. Hoofdstuk 7 treedt in werking op 1 februari / 23 11

19 19 / 23

20 Bijlage 2 bij het gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen Bijlage 2 bij het gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen OVERZICHT BIJLAGEN LAGE-EMISSIEZONE Deze lijst bevat de minimaal verplichte bewijsstukken en de bewijsstukken die bijkomend verplicht zijn als de gegevens nog niet gekend zijn bij de LEZ-administratie (automatisatie in het kader van administratieve vereenvoudiging). Toegelaten motorvoertuigen mits registratie Minimaal verplichte bewijsstukken Verplichte bewijsstukken als gegevens niet automatisch gekend zijn of als het minimaal verplichte bewijsstuk onvoldoende is of onvoldoende gegevens bevat Buitenlands voertuig dat aan de algemene toegangsvoorwaarden voldoet - Kopie van het inschrijvingsbewijs Motorvoertuig van categorie M of N met een dieselmotor die voldoet aan Euro 3 of III en die beschikt over een roetfilter zonder Vlaamse roetfilterpremie. Motorvoertuig met een andere emissienorm dan emissienorm die opgenomen is in de LEZ-databank - Kopie van het montageattest ingevuld door diegene die de roetfilter installeert met stempel van de autokeuring - Kopie van het validatieverslag - Kopie van goedkeuringsverslag van buitenlandse homologatiedienst (indien van toepassing) - Kopie van het inschrijvingsbewijs - Kopie van het inschrijvingsbewijs - Kopie van officieel bewijs van andere emissienorm uitgereikt door een overheidsinstantie 20 / 23 1

21 Bijlage 2 bij het gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen Motorvoertuig dat gebruikt wordt voor het vervoeren van een persoon met een handicap en waarvan de persoon met een handicap recht heeft op verhoogde tegemoetkoming Motorvoertuig dat gebruikt wordt voor het vervoeren van een persoon met een handicap en waarvan het motorvoertuig is aangepast voor het vervoer van de persoon met een handicap Motorvoertuig uitgerust met een rolstoellift - Kopie van de parkeerkaart voor personen met een handicap - Kopie van het bewijs van recht op verhoogde tegemoetkoming (klever mutualiteit is niet voldoende) - Kopie van de parkeerkaart voor personen met een handicap - Kopie van de goedkeuring van de aanpassing van het voertuig afgeleverd door de bevoegde overheidsinstantie - Goedkeuring van de aanpassing van het voertuig afgeleverd door de bevoegde overheidsinstantie - Kopie van het inschrijvingsbewijs - Kopie van bewijs van domicilie van de titularis van de nummerplaat - Kopie van bewijs van domicilie van de persoon met een handicap - Kopie van het inschrijvingsbewijs - Kopie van bewijs van domicilie van de titularis van de nummerplaat - Kopie van bewijs van domicilie van de persoon met een handicap - Kopie van het inschrijvingsbewijs - Foto s waarop nummerplaat van het voertuig zichtbaar is en waarop de geïnstalleerde rolstoellift zichtbaar is Prioritair voertuig - Foto s waarop nummerplaat en kenmerken van het prioritair voertuig duidelijk zichtbaar zijn Uitzonderlijke transporten - Foto s waarop nummerplaat en kenmerken van het uitzonderlijk transport duidelijk zichtbaar zijn - Kopie van geldige vergunning uitzonderlijk transport - Kopie van het inschrijvingsbewijs - Kopie van het inschrijvingsbewijs 21 / 23 2

22 Bijlage 2 bij het gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen Toegelaten motorvoertuigen mits LEZ-toelating Minimaal verplichte bewijsstukken Verplichte bewijsstukken als gegevens niet automatisch gekend zijn of als het minimaal verplichte bewijsstuk onvoldoende is of onvoldoende gegevens bevat Motorvoertuig van categorie M of N met een dieselmotor die voldoet aan Euro 3 of III en die niet beschikt over een roetfilter Motorvoertuig van categorie M of N met een dieselmotor die voldoet aan Euro 3 of III en die niet beschikt over een roetfilter en waarvan de titularis van de nummerplaat gedomicilieerd is in de LEZ en recht heeft op een verhoogde tegemoetkoming Motorvoertuig van categorie M, N of T en dat op de ingangsdatum van de LEZtoelating ouder is dan 40 jaar - / - Kopie van het inschrijvingsbewijs - Kopie van het bewijs van recht op verhoogde tegemoetkoming (klever mutualiteit is niet voldoende) - Kopie van het inschrijvingsbewijs - Kopie van bewijs van domicilie van de titularis van de nummerplaat - / - Kopie van het inschrijvingsbewijs Motorvoertuig van categorie M of N met een dieselmotor die voldoet aan Euro 3/III of Euro 2/II en dat blijkens bouw, uitrusting of andere permanente kenmerken speciaal uitgerust is voor - Foto van voor- en achterzijde waarop de nummerplaat duidelijk zichtbaar is, foto van de zijkant van het voertuig en foto waaruit duidelijk blijkt dat het voertuig speciaal uitgerust is (kan binnenzijde van voertuig zijn). - Kopie van het inschrijvingsbewijs - In geval van een aannemer die een opdracht uitvoert voor een officiële overheidsdienst: een 22 / 23 3

23 Bijlage 2 bij het gemeentelijk reglement lage-emissiezone Antwerpen toezicht, controle en onderhoud van infrastructuur en installaties van algemeen belang Motorvoertuig van categorie M of N met een dieselmotor die voldoet aan Euro 3/III of Euro 2/II en dat door of in opdracht van het leger, de politiediensten, de wegbeheerder, de civiele bescherming of de brandweer gebruikt wordt voor noodsituaties of reddingsoperaties. - Foto van voor- en achterzijde waarop de nummerplaat duidelijk zichtbaar is en foto van de zijkant van het voertuig - Kopie van het bewijs dat het voertuig gebruikt wordt voor noodsituaties of reddingsoperaties. kopie van de opdracht uitgereikt door de opdrachtgever met vermelding van de duur van de opdracht. - Kopie van het inschrijvingsbewijs Motorvoertuig van categorie M of N met een dieselmotor die voldoet aan Euro 2/II en dat bedoeld is voor ambulante handel en foren en waarvan het verkoop- en motorgedeelte onafscheidbaar is. - Foto van voor- en achterzijde waarop de nummerplaat duidelijk zichtbaar is en foto van de zijkant van het voertuig waarop duidelijk zichtbaar is dat het verkoop- en motorgedeelte onafscheidbaar is - Kopie van het inschrijvingsbewijs 23 / 23 4