Zorg & Welzijn Opleiding Verpleegkundige 3ZP1F periode 12 integrale opdracht: organiseren van een multidisciplinair overleg

Transcriptie

1 Zorg & Welzijn Opleiding Verpleegkundige 3ZP1F periode 12 integrale opdracht: organiseren van een multidisciplinair overleg Titel integrale opdracht: Wie heeft het hier voor het zeggen? Het organiseren van een multidiscipkinair overleg Uitstroombranche: Verpleeg- en Verzorgingshuizen + Thuiszorg (VVT) Werkprocessen: 3.3 coördineert de zorgverlening 3.5 evalueert de zorgverlening Competenties: aandacht en begrip tonen (D), beslissen en activiteiten initiëren (A), met druk en tegenslagen omgaan (V), vakdeskundigheid toepassen (K), ethisch en integer handelen (F) begeleiden (B), aandacht en begrip tonen (D), relaties bouwen en netwerken (G), op de behoeften en verwachtingen van de klant richten (R) Beginvereisten: Om met de uitstroom te starten moeten het eerste en het tweede leerjaar afgerond zijn. Leerweg en leerjaar: BOL en BBL Periode van uitstroomfase: periode 12 Aantal lesweken (lesdagen): 10 weken BOL- 2 lesdagen per lesweek BBL- 1 lesdag per lesweek Individuele of groepsopdracht: Deze opdracht is een individuele opdracht 1

2 2

3 Verpleegkunde BOL/BBL 3 e leerjaar Sem 6 periode 12 Lesprogramma periode 12 vakgebieden Aantal contacturen per week leerinhouden BOL BBL loopbaanbegeleiding 2 1 Groepsbegeleiding en loopbaanbegeleiding Aandacht voor voorbereiding CE 2 en 3 opdrachtbegeleiding 2 Begeleiding opdracht, indien nodig aangevuld met lessen Verpleegkunde/klinisch redeneren/medisch rekenen wet-en regelgeving: m.b.t. hygiëne, veiligheid,arbo, milieu, kwaliteitszorg en ergonomisch werken - biedt verpleegkundige basiszorg en ondersteuning aan de zorgvragers in de VVT met hoog-complexe stoornissen. - voert specifieke verpleegtechnische handelingen uit - evidence based practice Interactie kennis van de sociale kaart - coachingsvaardigheden - feedback - methoden van werkbegeleiding Pathologie kennis van complexe stoornissen van de zorgvragers in de VVT - multifamacologie - multipathologie Coördinatie van zorg VVT coördinatie van werkzaamheden/ zorg - overleg met en kennis van diverse disciplines binnen de VVT Nederlands nvt Periode 11 Engels 1 1 Periode 12 3

4 De casus: wondverzorging ; een tijdrovende zaak - In het team van wijkverpleegkundigen waarvan jij als derde jaar student verpleegkunde deel uitmaakt is een discussie gaande over de manier waarop omgegaan moet worden met wondbehandeling. Vorig jaar is er consensus bereikt over het behandelen van wonden. Deze consensus wordt sinds een half jaar verstoord door twee nieuwe huisartsen die zich in de wijk hebben gevestigd. Zij trekken zich niets aan van het door jullie opgestelde wondprotocol en werken niet mee aan de verstrekking van materialen die jullie opgeven. Bovendien geven zij hun assistente geregeld de opdracht om wonden van de aan de praktijk verbonden zorgvragers te verbinden. Het wondbehandelingsprotocol wordt door de overige huisartsen stilzwijgend geaccepteerd en gevolgd. Zij vinden het prettig dat de wijkverpleging hier uitgebreid aandacht aan besteedt. Wondverzorging is immers lastig en vooral tijdrovend. De discussie binnen het team gaat voornamelijk over het afbakenen van de taken rond wondbehandeling en over de ouderwetse manier van wondbehandeling van de nieuwe huisartsen. De meeste wijkverpleegkundigen vinden dat alleen zij specialist zijn op het gebied van wondbehandeling en dat de huisarts slechts een ondersteunende rol heeft bij bijvoorbeeld het weghalen van necrose. Deel A Verdiepingsopdrachten Inleiding: De verpleegkundige heeft in de integrale zorg voor chronisch zieken waarbij meerdere disciplines betrokken zijn vooral een coórdinerende rol. Je signaleert en monitort de mogelijke knelpunten in de zorgverlening van de zorgvrager en zijn omgeving. Deze opdracht wordt individueel gemaakt. Maak een plan van aanpak en voeg deze toe aan de opdracht. Je maakt gebruik van je boeken coördinatie van zorg, interactie in beroepsituaties en kwaliteitszorg en van internet. Maak de volgende vragen/ opdrachten: 1. Wat vind jij van de opstelling van de wijkverpleegkundige? Maak bij beantwoorden van de vraag ook gebruik van de volgende begrippen: rolverwachting en functioneel handelen. 2. Verzamel informatie over de taakverdeling van de (huis)arts en de (wijk)verpleegkundige. Onderzoek ook in de wet BIG de bevoegdheden van een (wijk)verpleegkundige als het gaat om activiteiten die op het terrein van de medicus liggen. 3. Ontwikkel een stappenplan om de problemen uit bovenstaande casus te voorkomen of op te lossen. a. geef een beknopte omschrijving van elk probleem dat jij signaleert b. geef bij elk probleem aan: - wiens probleem het is - waarom het een probleem is - welke actie gewenst is door de persoon die het probleem betreft, zodat het probleem opgelost kan wordt 4

5 Deel B: De opdracht: organiseer een multidisciplinair overleg Ga op je zorginstelling op zoek naar een zorg situatie: - waarin het multidisciplinaire karakter van zorg - het langdurige karakter van de zorg - de rol van familie en naasten - en de complexiteit van de zorgsituatie een belangrijke rol spelen. Geef een uitgebreide beschrijving van deze situatie: - waarom zijn deze zorgvrager en zijn naasten geschikt voor deze opdracht. - welke afspraken, protocollen wil je gebruiken - wat zijn de actuele en potentiële problemen van de zorgvrager - maak bij het analyseren en beschrijven van de situatie gebruik van de fasen van het verpleegproces. Wat moet je doen: Organiseer een overleg met direct betrokken zorgverleners ( en zo mogelijk de zorgvrager) Waar moet de opdracht aan voldoen: Je laat je aan de hand van een door jou zelf ontwikkelde beoordelingslijst beoordelen door de aanwezigen. Het eindproduct wordt beoordeeld op: Deel A: o uitwerking van het verdiepingsdeel o bronvermelding Deel B: o presentatie van de opdracht op de instelling aan de hand van beoordelingscriteria, ondertekend door afdelingshoofd en/of leidinggevende Deel C: o o plan van aanpak reflectieverslag van minimaal 1A4 blaadjes mbt leerrendement Deel D: o Nederlands op F3 niveau o Bijlage 1 Inleverdatum: Periode 12, eind januari 2013 bij de opdrachtbegeleider. Herkansing: Wanneer de opdracht NIET op tijd wordt ingeleverd. Toetsing: o integrale kennistoets (verpleegkunde, IBS, kwaliteitszorg en pathologie) o ingevulde feedbackformulier door afdelingshoofd en/of leidinggevende o Product: deel A, B, C (zie hierboven) en D 5

6 Opmerking behorend bij het product: o Deel A: het verdiepingsdeel en de bronvermelding moeten voldoende zijn. o Deel B: moet voldoende beoordeeld zijn o Deel C: één van de twee onderdelen mag onvoldoende zijn o Deel D moet voldaan zijn o De presentatie op de instelling moet plaatsvinden voor half juni 2012, het ingevulde en ondertekend beoordelingsformulier moet eind juni/toetsweek 2012 ingeleverd zijn bij de projectbegeleider Beoordelingslijst eindresultaat O /V/G A. Beoordeling verdiepingsdeel 1: de student geeft eigen mening over de beschreven casus 2: de student beschrijft de verschillen in de taken van de (wijk)verpleegkundge en de (huis)arts. 3: de student beschrijft aan de hand van (bijgevoegde) informatie in de Wet Big de bevoegdheden van de (wijk)verpleegkundige als het gaat om activiteiten die op het terrein van de arts liggen. 4: de student laat aan de hand van een stappenplan zien hoe het probleem uit casus opgelost kan worden. B Beoordeling van de eindopdracht 1: de student beschrijft eigen ervaring 2: de student maakt gebruik van een zorgsitiuatie waarin sprake is van multidisciplinair karakter van zorg, waarbij de rol van naasten en de complexiteit van de situatie een rol spelen. 3: de student voegt de ontwikkelde beoordelingslijst toe. Deze beoordelingslijst is gebasserd op de eisen geformuleerd in bijlage 3. 4: de student maakt een verslag van het overleg waarin punt 1 t/m 3 duidelijk naar voren komen. 5: de student beschrijft het belang van de protocollen, werkafspraken of richtlijnen en voegt protocollen, werkafspraken of richtlijnen toe aan de opdracht 6

7 Deel A - Uitwerking verdiepingsdeel Deel B - presentatie op de instelling O/V/G Deel C - plan van aanpak - reflectieverslag Deel D -bijlage 1 -Nederlands op 2F niveau Eindbeoordeling totale opdracht Algemene opmerkingen 7

8 Bijlagen: Bijlage 1 Algemene eisen schriftelijke opdracht (werkstuk/verslag) Beoordelingscriteria Voldaan Niet voldaan Het werkstuk worden ingeleverd in een snelhechter (niet in plastic hoesjes), tenzij anders vermeld in de opdracht Het werkstuk of het verslag is getypt in lettertype Verdana 10 of Arial 12, zwart Het werkstuk of het verslag is geschreven in correct Nederlands (zie uitwerkingen niveau 2F en 3F) Het werkstuk begint met een voorblad met linksonder: naam, , groep, datum, periode, naam opdracht en naam docent/begeleider Het verslag heeft linksboven: naam, , groep, datum, periode, naam opdracht en naam docent/begeleider Het werkstuk heeft een overzichtelijke inhoudsopgave Het werkstuk of het verslag een inleiding met daarin uitleg over de opdracht en de opbouw van het verslag De uitwerking van de opdracht is overzichtelijk met (vetgedrukte) titels en tussenkopjes Het werkstuk of het verslag wordt afgesloten met een nawoord waarin de student terugkijkt op het uitvoeren van de opdracht De gehele opdracht (behalve het voorblad) is voorzien van paginanummering Toelichting en beoordeling Datum: 8

9 Bijlage 2 Nederlands op niveau 3F (mbo niveau 4) Beoordelingscriteria schriftelijk verslag/werkstuk (3F) Voldaan Niet voldaan De student gebruikt titels en eventueel tussenkopjes De student verdeelt de tekst duidelijk in verschillende alinea s (tussen elke alinea een regel wit) De student bouwt zijn/haar tekst op aan de hand van een inleiding, kern en slot. De student schrijft de werkwoorden in tegenwoordige tijd, verleden tijd en het voltooid deelwoord foutloos De student spelt de woorden foutloos De student gebruikt de leestekens (punt, komma, vraagtekens, uitroeptekens, dubbele punt, aanhalingstekens) foutloos De student maakt leesbare zinnen. Zinnen van maximaal 15 woorden zijn leesbaar. De student begint elke zin met een hoofdletter. Ook namen van personen, instanties, adressen en landen worden met een hoofdletter geschreven. De student past zijn taalgebruik aan aan de situatie en het doel van het verslag (formeel/informeel) De student schrijft grammaticaal kloppende zinnen met minimaal een onderwerp en gezegde De student gebruikt regelmatig signaalwoorden om tekstverbanden duidelijk te maken Toelichting Datum: 9

10 Bijlage 3 Beoordeling multidisiplinar overleg Beoordelingscriteria mondelinge presentatie (3F) Voldaan Niet voldaan De student kan een duidelijk verhaal houden in goedlopende zinnen De student bouwt zijn/haar verhaal op aan de hand van een inleiding, kern en slot. De student kan het publiek overtuigen met argumenten De student gebruikt (audio)-visuele hulpmiddelen als ondersteuning van zijn/haar verhaal De student heeft een actieve lichaamshouding (rechtop staan) De student maakt oogcontact met het publiek De student past zijn/haar taalgebruik aan aan de situatie en het doel van het verslag (formeel/informeel) De student stelt het publiek in de gelegenheid om vragen te stellen De student leest niet voor. Hij/zij vertelt zijn/haar verhaal aan de hand van een aantal kernwoorden op papier De student hanteert een prettig volume en spreektempo De student spreekt met grammaticaal correcte zinnen De student heeft voldoende woordenschat om het verhaal duidelijk over te brengen De student kan zonder aarzeling inspelen op reacties van het publiek 10