Warmtehuishouding woonhuis project Modelleren B

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Warmtehuishouding woonhuis project Modelleren B"

Transcriptie

1 Den Dolech 2, 5612 AZ Eindhoven Postbus 513, 56 MB Eindhoven Auteur Marco ten Eikelder & Wouter van der Heide ID (resp.: & Begeleider: prof.dr.ir. E.H. van Brummelen Opdrachtgever: dr. S.W. Rienstra Faculteit: W&I Vakcode: 2WH2 Datum September Oktober 211 Warmtehuishouding woonhuis Where innovation starts

2 Inhoudsopgave Titel Warmtehuishouding woonhuis 1 Summary Inleiding Probleemomschrijving Blokmodel Model AB Model AB met warmtebronnen Model ABC Model ABCDE Blokmodel A 1,...,A Variabele buitentemperatuur Tocht Warmtestroom door muren/ramen Warmtestroom door muur bestaande uit meerdere lagen (serie Totale warmtestroom door muren en ramen (parallel 19 8 Model op basis van de warmtewet van Newton Wet van Fourier Fourierreeksen Simulatie dimensionaal in de plaats dimensionaal in de plaats Fourier versus simulatie Resultaten Insteltijd Plaatsing verwarming Wet van Fourier dimensieloos Where innovation starts

3 Inhoudsopgave Titel Warmtehuishouding woonhuis 15 Conclusie Bijlage 1: Energiebalans Bijlage 2: aplace transformatie Bijlage 3: Warmtestroom Bijlage 4: Dimensieloos maken Bijlage 5: Verwarming s nachts Bibliografie Where innovation starts

4 1 Summary Heating in houses is essential for our living comfort. Many people prefer a constant temperature of about 18 degrees Celsius in their rooms. But what is needed to keep it that way? In this report the most important effects on heating in houses are investigated. A model is created using Newton s law of cooling, that states that temperature change is proportional to the temperature difference between inside and outside. The model describes the heat flow through the walls to other rooms and to the outside. Draft can be an important factor in the model based on Newton s law. The model shows how important it exactly is and how effective it is to reduce draft. Of course the changing outside temperatures due to the day-night cycle are studied. How much does the temperature inside vary because of the variations outside? This model uses linear temperature functions in the walls. A more detailed model using Fourier s law also takes the buffer effect of walls into account. Temperature changes on the outside need some time to be passed on by the wall, but when is that important? An exact solution and simulations show what happens in the wall. Questions like where to place the heating and at which temperature the heating should be at night, can be answered using the model. 3 Warmtehuishouding woonhuis

5 2 Inleiding De warmtehuishouding in huizen is een onderwerp waar iedereen mee te maken heeft. Iedereen wil het aangenaam warm hebben zonder te hoge kosten of energieverspilling. Uit ervaring weten de meeste mensen best wat af van warmte. Zo heeft het geen zin om de verwarming op volle kracht te zetten als alle ramen open staan. Ook de dikte en het materiaal van de muren en ramen is van belang. Ramen met dubbel glas isoleren beter dan ramen met enkel glas, dikke betonnen muren isoleren beter dan dunne houten muren. Het is duidelijk dat een goed geïsoleerd huis de warmte beter vast hou dan een slecht geïsoleerd huis. Maar hoeveel scheelt het dan? Waar moet de verwarming staan en hoe hard moet die werken? Hoeveel warmte lekt er weg door de muren en ramen? Specifieke factoren in de warmtehuishouding die extra aandacht krijgen in dit verslag zijn tocht en warmte-opslag in de muren. Hoe belangrijk zijn deze factoren en welk effect hebben ze? Voor het warmteverloop in de muren worden twee methodes gebruikt, analytisch en numeriek. Beiden zijn nuttig om het probleem te bestuderen. 3 Probleemomschrijving De hoeveelheid warmte in een woonhuis wor bepaald door de hoeveelheid warmte die wor (en werd geproduceerd en de hoeveelheid die van binnen naar buiten en omgekeerd gaat (en ging. Het idee is om een model te maken van de temperatuur in een woonhuis gebaseerd op de warmtewet van Newton. De vragen waar we antwoord op willen geven zijn: 1. Hoe ziet een model van blokken/kamers gebaseerd op de warmtewet van Newton eruit? 2. Wat is de invloed van een warmtebron/meerdere warmtebronnen? 3. Wat is de invloed van een variabele buitentemperatuur? 4. Hoe zit het met warmteverlies door ramen/deuren? 5. Wat is de invloed van tocht? Vervolgens zal het model verfijnd worden met warmte-opslag in de muren. Dat gebeurt met de wet van Fourier, die iets zegt over temperatuurverandering afhankelijk van de tijd én de plaats. Dit model zal zowel exact als met een simulatie bekeken worden. Vragen die we daarmee willen beantwoorden zijn: 1. Hoe ziet een model gebaseerd op de warmtewet van Fourier eruit? 2. Hoe kunnen Fourierreeksen de oplossing benaderen? 3. Hoe is het probleem numeriek te simuleren? 4. Wanneer is warmte-opslag in muren van belang? 5. Waar kan een warmtebron het beste geplaatst worden? 4 Warmtehuishouding woonhuis

6 4 Blokmodel Om de temperatuur in een kamer te modelleren, wor er eerst gekeken naar een eenvoudig blokmodel. De temperatuur wor berekend met de warmtewet van Newton. Deze wet zegt dat de verandering van de temperatuur van een object dt evenredig is aan het verschil tussen de temperatuur van het object T (t en de omgevingstemperatuur T omgeving : dt = k(t T omgeving (1 waarin k een constante is afhankelijk van het object en de omgeving, zoals dichtheid, massa, contactoppervlak, etc. Een formele afleiding met behulp van een energiebalans is te vinden in de bijlage. Bij een grote k verandert de temperatuur sneller dan bij een lagere k. Als we een model van de temperatuur van een kamer willen maken, is het handig om de tijd in uren te nemen in plaats van in seconden. De oplossing van de differentiaalvergelijking (1 met een constante T omg is: T (t = (T begin T omg e kt + T omg (2 Op een aantal manieren is te zien of dit inderdaad de correcte functie is. Er gel T ( = T begin en de temperatuurfunctie is stijgend als de omgevingstemperatuur hoger is dan de begintemperatuur. Bovendien gel T (t T omg voor t. Met het blokmodel wor de interacties tussen kamers bestudeerd. Er wor verondersteld dat elke kamer een uniforme temperatuur heeft. In de eerste twee voorbeelden wor verondersteld dat er alleen warmteoverdracht is tussen de kamers onderling, niet naar buiten. In de overige voorbeelden is de buitenwereld gemodelleerd als een oneindig grote kamer, zodat deze een k van heeft. De temperatuur verandert dus niet. 4.1 Model AB Er wor gekeken naar het temperatuurverloop van twee aangrenzende identieke objecten A en B (zie figuur 1. De temperatuur van A en B worden respectievelijk weergegeven met T A en T B. Figuur 1: Twee aangrenzende identieke blokken A en B Er wor verondersteld dat elk blok op een bepaald tijdstip slechts een temperatuur kan 5 Warmtehuishouding woonhuis

7 hebben, ofwel de temperatuur in een blok is overal hetzelfde. Er gel dan: dt A = k(t A (t T B (t dt B = k(t B (t T A (t. Dit stelsel kan ook in matrixvorm geschreven worden: ( ( ( TA (t k k TA (t =. T B (t k k T B (t Dit kan worden opgelost met eigenwaarden en eigenvectoren. De karakteristieke vergelijking is k λ k k k λ = λ(λ + 2k =. Er zijn dus twee eigenwaarden, λ 1 = en λ 2 = 2k. De eigenruimte bij λ 1 : E = (1, 1 en bij λ 2 : E 2k = (1, 1. We vinden dan ( ( ( TA (t 1 1 c1 = T B (t 1 1 c 2 e 2kt waarin c 1, c 2 R. Als T A ( = T A en T B ( = T B, dan levert dit T A (t = T A + T B 2 + T A T B e 2kt 2 T B (t = T A + T B 2 T A T B e 2kt. 2 Als t dan T A T A+T B en T 2 B T A+T B ; de temperatuur van zowel blok A als blok B 2 gaat uiteindelijk (in het evenwicht naar het gemiddelde. Dit hadden we ook kunnen vinden door te bedenken dat in het evenwicht dt A = dt B =, waaruit volgt dat T A ( = T B ( = T A +T B. 2 In figuur 2 is voor k =, 36h 1, T A = 283K, T B = 293K, het temperatuurverloop van A en B getekend. 6 Warmtehuishouding woonhuis

8 T 292 A 29 B t Figuur 2: Temperatuurverloop blokken A en B 4.2 Model AB met warmtebronnen We beschouwen net als in het vorige model 2 aangrenzende blokken A en B, maar nu zijn de blokken niet identiek en hebben beide een warmtebron en verschillende constanten. Temperaturen van de blokken A en B worden weer aangegeven met T A en T B, de warmtebronnen geven we weer met Q A en Q B. Er gel nu: dt A = k 1 (T A (t T B (t + Q A dt B = k 2 (T B (t T A (t + Q B. De homogene differentiaalvergelijking lijkt erg op de differentiaalvergelijking uit het model zonder de warmtebronnen; de k s zijn vervangen door k 1 en k 2. Als we de homogene differentiaalvergelijking op een analoge manier oplossen vinden we: T A (t = T Ak 2 + T B k 1 k 1 + k 2 + k 1(T A T B k 1 + k 2 e (k 1+k 2 t T B (t = T Ak 2 + T B k 1 k 1 + k 2 + k 2(T B T A k 1 + k 2 e (k 1+k 2 t. We zoeken dus slechts nog een ( particuliere ( oplossing ( van de differentiaalvergelijking. ( We proberen ut + v + we (k 1+k 2 t u1 v1 w1 met u =, v = en w = als particuliere oplossing. Invullen geeft: u 2 ( k1 k u = 1 (ut + v + we (k 1 +k 2 t + Q, k 2 k 2 ofwel ( ( u1 (k 1 + k 2 w 1 e (k 1+k 2 t k1 (u u 2 (k 1 + k 2 w 2 e (k 1+k 2 t = 1 t + v 1 + w 1 e (k 1+k 2 t + k 1 (u 2 t + v 2 + w 2 e (k 1+k 2 t + Q A k 2 (u 1 t + v 1 + w 1 e (k 1+k 2 t k 2 (u 2 t + v 2 + w 2 e (k 1+k 2 t. + Q B v 2 w 2 7 Warmtehuishouding woonhuis

9 Hieruit volgt het stelsel: u 1 = k 1 v 1 + k 1 v 2 + Q A = k 1 u 1 + k 1 u 2 u 2 = +k 2 v 1 k 2 v 2 + Q B = +k 2 u 1 k 2 u 2 (k 1 + k 2 w 1 = k 1 w 1 + k 1 w 2 (k 1 + k 2 w 2 = k 2 w 1 k 2 w 2 v 1 + w 1 = (voorwaarde op t = v 2 + w 2 = (voorwaarde op t = u 1 = Q Ak 2 +Q B k 1 k 1 +k 2 u 2 = Q Ak 2 +Q B k 1 k 1 +k 2 v 1 v 2 = k 1(Qa Qb (k 1 +k 2 2 = k 2(Qb Qa (k 1 +k 2 2 w 1 w 2 = k 1(Qb Qa (k 1 +k 2 2 = k 2(Qa Qb (k 1 +k 2 2 Dus de oplossing van de differentiaalvergelijking is: T A (t = T Ak 2 + T B k 1 + k 1(T A T B e (k 1+k 2 t + Q Ak 2 +Q B k 1 k k 1 + k 2 k 1 + k 1 +k 2 t + k 1 k 1 +k 2 (Q A Q B (1 e (k 1+k 2 t 2 T B (t = T Ak 2 + T B k 1 k 1 + k 2 + k 2(T B T A k 1 + k 2 e (k 1+k 2 t + Q Ak 2 +Q B k 1 k 1 +k 2 t + k 2 k 1 +k 2 (Q B Q A (1 e (k 1+k 2 t. Als we t = invullen volgt inderdaad T A ( = T A en T B ( = T B. Merk op als Q A > of Q B > en t dan T A en T B. In dit geval gaat er geen warmte verloren en wor er constant warmte toegevoegd (Q A > of Q B >, dus is het logisch dat T A en T B als t. 4.3 Model ABC Er wor nu gekeken naar een model met 3 blokken: A, B en C. Blok A en C zijn net buiten het huis en hebben een constante temperatuur (bijvoorbeeld voor en achter het huis een 8 Warmtehuishouding woonhuis

10 verschillende constante temperatuur. Blok B stelt de lucht in een huis voor. Blok B bevat een warmtebron Q(zie figuur 3. Er gel nu: Figuur 3: Blokken A, B en C dt B = k 1 (T B (t T A k 2 (T B (t T C + Q. Dit is makkelijker op te lossen dan het stelsel differentiaalvergelijkingen uit Model AB, nu hebben we immers 1 vergelijking. Deze kan opgelost worden aan de hand van de integrerende factor methode. De differentiaal vergelijking kan als volgt herschreven worden: T B (t + T B(t (k 1 + k 2 = k 1 T A + k 2 T C + Q e (k 1+k 2 t T B (t + e(k 1+k 2 t T B (t (k 1 + k 2 = e (k 1+k 2 t (T A k 1 + T C k 2 + e (k 1+k 2 t Q ( e (k 1+k 2 t T B (t = e (k 1 +k 2 t (T A k 1 + T C k 2 + e (k 1+k 2 t Q e (k 1+k 2 t T B (t = T Ak 1 + T C k 2 k 1 + k 2 e (k 1+k 2 t + e (k 1+k 2 t Q k 1 + k 2 + d waarin d R. T B (t = T Ak 1 + T C k 2 k 1 + k 2 + Q k 1 + k 2 + d e (k 1+k 2 t Met de randvoorwaarde T B ( = T B levert dit: T B (t = T Ak 1 + T C k 2 k 1 + k 2 + Q k 1 + k 2 + T B (t = e (k 1+k 2 t waarin d R. ( T B T Ak 1 + T C k 2 k 1 + k 2 Q k 1 + k 2 e (k 1+k 2 t ( T B T Ak 1 + T C k 2 + T Ak 1 + T C k 2 + Q ( 1 e (k 1 +k 2 t. k 1 + k 2 k 1 + k 2 k 1 + k 2 In figuur 4 is T B (t getekend met k 1 =.2 h 1, k 2 =.5 h 1, T A = 278 K, T B = 293 K, T C = 283 K en Q = 2 K h Model ABCDE Er wor gekeken naar een blokmodel met 5 aangrenzende blokken (zie figuur 5. De blokken stellen een model van een huis voor, de blokken zijn niet identiek. Blok A en blok E zijn net buiten het huis en hebben constante temperatuur. Tussen zowel blok A en B als blok D en E 9 Warmtehuishouding woonhuis

11 32 T B t Figuur 4: Temperatuur blok B Figuur 5: Vijf aangrenzende blokken zit een muur van het huis. De blokken B, C en D zijn luchtblokken binnen het huis. In blok B staat een warmtebron Q. Er gel dan dt B dt C = k 1 (T B (t T A k 2 (T B (t T C (t + Q = k 2 (T C (t T B (t k 2 (T C (t T D (t dt D = k 2 (T D (t T C (t k 1 (T D (t T E. Dit stelsel differentiaalvergelijkingen is op een analoge manier op te lossen als gedemonstreerd in Model AB, maar dat oplossen gaat niet zo makkelijk met de hand. De eigenwaarden van een 3 x 3 matrix moeten dan gevonden worden, er moet dan dus een derdegraadsvergelijking in λ opgelost worden. Voor k 1 = 1 h 1, k 2 = 2 h 1, T A = T E = 283 K, T B = 283 K, T C = 288 K, T D = 293 K en Q = 3 K h 1 geeft dit (m.b.v. Mathematica de volgende oplossing: T B (t = e 3t ( e 1 2(7 33t + ( T C (t = T D (t e 1 2 (7 33t + ( e 1 2 (7+ 33t 33 = e 3t ( e 1 2(7 33t + ( e 1 2(7+ 33t 33 ( e 1 2(7+ 33t 33 Merk op dat in het evenwicht (t = : T B ( > T C ( > T D (. Dit is niet zo raar, want in blok B staat de warmtebron en blok C staat dichter bij blok B dan blok D bij blok B staat. 1 Warmtehuishouding woonhuis

12 T B C D t Figuur 6: Temperatuurverloop blokken B, C en D Om de temperaturen van de blokken in het evenwicht te weten te komen, was het oplossen van deze differentiaalvergelijking niet nodig. In het evenwicht verandert de temperatuur niet meer, dus gel dan dt =. Dit levert dan een stelsel vergelijkingen met als oplossing: T B ( = T Ek 1 k 2 +T A k 1 (2k 1 +k 2 +(2k 1 +k 2 Q 2k 1 (k 1 +k 2 T C ( = T Ak 1 +T E k 1 +Q 2k 1 T D ( = T Ek 1 (2k 1 +k 2 +k 2 (T A k 1 +Q 2k 1 (k 1 +k 2. Als we de waardes invullen, dan levert het inderdaad respectievelijk 285 K, op voor T B (, T C ( en T D (. K en 284 K 4.5 Blokmodel A 1,...,A 1 Een realistischer model dan het model met 5 blokken is een model met 1 blokken, A 1,...,A 1. Net als in het vorige model stellen de blokken aan de zijkant (blok A 1 en A 1 de plaatsen net buiten het huis voor en deze hebben weer een constante temperatuur. De blokken A 2 en A 9 hebben warmtebronnen respectievelijk Q 2 en Q 9. De differentiaalvergelijkingen zijn dan dt A2 = k 1 (T A2 (t T A1 k 2 (T A2 (t T A3 (t + Q 2 dt Ai = k 2 (T Ai (t T Ai 1 (t k 2 (T Ai (t T Ai+1 (t voor i = 3,..., 8 dt A9 = k 2 (T A9 (t T A8 (t k 3 (T A9 (t T A1 + Q Warmtehuishouding woonhuis

13 We kunnen dit stelsel ook als volgt opschrijven: + T A2 (t (k 1 + k 2 T A2 (t T A3 (t k 2 2k 2 k 2 T A3 (t T A4 (t k 2 2k 2 k 2 T A4 (t T A5 (t T A6 (t = k 2 2k 2 k 2 T A5 (t k 2 2k 2 k 2 T A6 (t T A7 (t k 2 2k 2 k 2 T A7 (t T A8 (t k 2 2k 2 k 2 T A8 (t T A9 (t k 2 (k 2 + k 3 T A9 (t k 1 T A1 + Q 2. k 3 T A1 + Q 9 aat A de vierkante matrix in de bovenstaande formule zijn en de I de 8x8 vierkante identiteitsmatrix zijn. Dit stelsel kan worden opgelost door een aplace-transformatie toe te passen. We noteren de aplace-transformatie van T Ai als T Ai = T i, dan is T A i = st i T Ai ( (zie bijlage aplace transformatie. Invullen geeft: T 2 T A2 ( T 2 k 1 T A1 + Q 2 T 3 T A3 ( T 3 T 4 T A4 ( T 4 s T 5 T 6 T A5 ( T A6 ( = A T 5 T s T 7 T A7 ( T 7 T 8 T A8 ( T 8 T 9 T A9 ( T 9 k 3 T A1 + Q 9 T A2 ( T 2 k 1 T A1 + Q 2 T A3 ( T 3 T A4 ( T 4 T A5 ( T A6 ( = (A s I T 5 T s T A7 ( T 7 T A8 ( T 8 T A9 ( T 9 k 3 T A1 + Q 9 In deze berekening gebruiken we dat de matrix (A s I inverteerbaar is. Deze matrix is inverteerbaar dan en slechts dan als gel: A s I =. Voor de determinant van (A s I vinden we A s I = 15k 1 k k k 1k 6 2 k k 7 2 k 3 =, want k 1, k 2, k 3 >. 12 Warmtehuishouding woonhuis

14 Hieruit vinden we dan een stelsel vergelijkingen waaruit T i bepaald kan worden: ( T A2 ( = (k 1 + k 2 + st k1 T s A1 + Q 2 T Ai ( = k 2 T i 1 (2k 2 + st i + k 2 T i+1 voor i = 3,..., 8 T A9 ( = (k 2 + k 3 + st s ( k3 T A1 + Q 9 Volgens kan de temperatuursfunctie T Ai (t bepaald worden door de laplace getransformeerde T i terug te transformeren. De oplossing voor bepaalde constantes zijn getekend in de figuren 7 en 8. In figuur 7 is de oplossing getekend voor dunne muren (k 1 = k 3 = 1 2 h 1, k 2 = 2 h 1, T A1 = T A1 = 283 K, T A2 = T A3 =... = T A9 = 293 K en een sterke verwarming in A 2 en een zwakkere in A 9 : Q 2 = 7 K h 1 en Q 9 = 2 K h 1. Dit gaat in de limiet naar een continu model. Figuur 7: Temperatuurverloop blokken A 1,...,A 1 Merk op dat de temperatuur erg snel naar de temperatuur in het evenwicht convergeert. In figuur 8 zijn dikkere muren gebruikt en is de verwarming lager gezet: k 1 =.5 h 1, k 3 =.1 h 1 en Q 2 = 1 2 K h 1 en Q 9 = 1 K h 1. Verder is k 2 = 2 h 1 en is in de begintoestand de temperatuur binnen net als buiten: 283 K. 13 Warmtehuishouding woonhuis

15 Figuur 8: Temperatuurverloop blokken A 1,...,A 1 5 Variabele buitentemperatuur In werkelijkheid is de temperatuur buiten niet constant, maar varieert met de tijd. In de middag zal het buiten het warmst zijn en s nachts wor de minimale temperatuur bereikt. In de warmtewet van Newton is de omgevingstemperatuur dan ook een functie in plaats van een constante. Een voor de hand liggende benadering is een sinus. Deze heeft de periodiciteit die in het echt ook voorkomt. Een combinatie van sinussen en cosinussen zou realistischer resultaten opleveren, maar zou ook de berekeningen moeilijker maken en de resultaten zouden lastiger te begrijpen worden. Vandaar de keuze voor een eenvoudige sinus. Definieer T omg (t = T gem + A sin ωt Hierin is T gem = de gemiddelde temperatuur of evenwichtsstand van de functie A = de amplitude ofwel de afwijking van de evenwichtsstand ω = frequentie (in s 1 die de periode van de sinus bepaalt t = de tijd (in s De sinus heeft periode 2π en er zitten = 864 seconden in een dag, dus zal ω de waarde 2π moeten hebben om de buitentemperatuur een periode van 24 uur te geven. 864 De warmtewet van Newton wor na invullen van de buitentemperatuur-functie: dt = k(t (t T omg (t = k(t (t T gem A sin ωt (3 Oplossingen van dit type differentiaalvergelijkingen zijn van de vorm homogene oplossingen + particuliere oplossing. De homogene oplossingen zijn weer e-machten: Ce kt. De particuliere oplossing zal waarschijnlijk een sinus en een constante term bevatten, net als de 14 Warmtehuishouding woonhuis

16 functie van de buitentemperatuur. Verder zal er een cosinus in de oplossing voorkomen, omdat de afgeleide van de sinus de cosinus is. Zowel sinus en cosinus zullen dezelfde periode als de buitentemperatuur hebben. Invullen in vergelijking (3 geeft als particuliere oplossing: T particulier (t = T gem + k2 A sin ωt ωk A cos ωt (4 ω 2 + k2 ω 2 + k2 Nu homogene oplossingen + particuliere oplossing en de voorwaarde T ( = T begin : T (t = Ce kt + T gem + k2 A sin ωt ωk A cos ωt (5 ω 2 + k2 ω 2 + k2 ( T (t = T begin T gem + ωk ω 2 + k A e kt + T 2 gem + k2 A sin ωt ωk A cos ωt (6 ω 2 + k2 ω 2 + k2 Ter controle de afgeleide van deze temperatuurfunctie: dt ( = k T begin T gem + En de andere kant van vergelijking 4: ωk ω 2 + k A e kt + ωk2 A cos ωt + ω2 2 ω 2 + k2 k A sin ωt (7 ω 2 + k2 k (T (t T gem A sin ωt ( = k( T begin T gem + ωk ω 2 + k A e kt + T 2 gem + k2 A sin ωt ω 2 + k2 ωk ω 2 + k A cos ωt T 2 gem A sin ωt ( = k T begin T gem + ωk ( k ω 2 + k A e kt 2 k 2 ω 2 + k 1 A sin ωt + ωk2 2 ( = k T begin T gem + ωk ω 2 + k A e kt + ωk2 A cos ωt + ω2 2 ω 2 + k2 k A sin ωt ω 2 + k2 A cos ωt ω 2 + k2 Beiden zijn gelijk, dus deze temperatuurfunctie voldoet aan de warmtewet van Newton. T 2 Binnen 18 Buiten t Figuur 9: Temperatuurfuncties voor binnen en buiten met t in uren en T in graden Celsius In afbeelding 9 is een plot te zien met de volgende waardes: T gem = 15, A = 5, ω = 2π 24, k =, De tijd wor dus in uren bekeken en de relatief kleine k-waarde geeft aan 15 Warmtehuishouding woonhuis

17 dat het huis behoorlijk geïsoleerd is. Daarom schommelt de temperatuur binnen (blauwe lijn tussen 13 en 17 graden Celsius, lang niet zo sterk als buiten (paarse lijn. De toppen van de temperatuurfunctie binnen liggen niet toevallig op de snijpunten van beide grafieken. In die snijpunten is er geen temperatuurverschil en dus ook geen temperatuurverandering. Interessant is de invloed van de constante k op de temperatuurfunctie. Voor zeer kleine k, bij extreme isolatie en nauwelijks warmte-uitwisseling, schommelt de temperatuur zeer weinig. Voor relatief grote k, corresponderend met een slechte isolatie en veel warmteuitwisseling, volgt de temperatuur binnen die van buiten sneller en schommelt meer. De variërende temperatuur buiten heeft dus minder invloed op een beter geïsoleerde kamer, zoals te verwachten. ( lim T (t = lim T begin T gem + k k = T begin lim T (t = lim k k ( T begin T gem + = T gem + A sin ωt = T omg ωk ω 2 + k A e kt + T 2 gem + k2 A sin ωt ωk ω 2 + k2 ωk ω 2 + k A e kt + T 2 gem + k2 A sin ωt ωk ω 2 + k2 A cos ωt ω 2 + k2 A cos ωt ω 2 + k2 Merk op dat k niet realistisch is, omdat de benodigde tijd om de temperatuur aan te passen dan naar gaat. In werkelijkheid duurt warmte-overdracht altijd even. Het is wel bemoedigend dat de formule dan ook T (t = T omg geeft. 6 Tocht Door drukverschillen buiten een huis kan er lucht gaan stromen door kieren in het huis. Deze tocht heeft invloed op de temperatuur in huis. Een eenvoudige modellering van dit verschijnsel is te kijken naar het volume lucht dat per tijdseenheid in en uit de kamer stroomt. Een deel lucht op kamertemperatuur wor vervangen door lucht met de temperatuur van buiten. Door een kier met oppervlakte A stroomt in t seconden lucht over een afstand. Het volume van deze lucht is A. Per seconde stroomt dus A kubieke meter lucht weg. De lucht stroomt t met snelheid v = en dus A = Av. Het totale volume in de kamer verandert niet, dus gel: t t A in v in = A uit v uit = ξ (8 Veronderstel dat de dichtheid van lucht in dit model constant is. In werkelijkheid hangt de dichtheid van lucht af van de temperatuur, maar deze aanname zorgt voor behoud van het totale volume en de totale massa in de kamer. Vermenigvuldigen met de dichtheid van lucht levert namelijk dat de totale massa ook behouden blijft: ρ A in v in = ρ A uit v uit = ρξ. Hierin is ρξ de massa die per seconde vervangen wor. De eenheden kloppen: [ρ][ξ] = [ρ][a][v] = kg m 3 m 2 m s = kg s 16 Warmtehuishouding woonhuis

18 A t Figuur 1: Blok lucht dat wegstroomt door tocht Er komt even veel massa bij als er wegstroomde, maar er is wel een verschil in energie tussen beide massa s. ucht uit de kamer heeft de temperatuur van de kamer en lucht van buiten heeft de buitentemperatuur. De totale energie in het systeem verandert dus: d E Invullen van e = c p T : = m tot d e = m ine in m uit e uit = ρ A in v in e in ρ A uit v uit e uit (9 m tot c p d T = ρ A inv in c p T omg ρ A uit v uit c p T binnen (1 Nu komt vergelijking (8 van pas: dt = ρξ m tot (T binnen T omg (11 Neem γ = ρξ m tot, dan is de bijdrage van tocht aan de temperatuurverandering: dt = γ (T binnen T omg (12 Omdat ρ constant is verondersteld, is γ als volgt te interpreteren: γ = massa die per seconde vervangen wor totale massa in de kamer = volume dat per seconde vervangen wor totale volume in de kamer (13 Hoe kleiner γ, hoe minder temperatuurverandering door tocht per tijdseenheid. γ kan kleiner gemaakt worden door het oppervlak van de kier te verkleinen, de stroomsnelheid van de lucht te verminderen of de kamer groter te maken. Kieren dichtstoppen is hiervan verreweg de makkelijkste oplossing. Maar wanneer is tocht een factor van belang? In hoofdstuk 8 wor hierop ingegaan. 17 Warmtehuishouding woonhuis

19 7 Warmtestroom door muren/ramen Voor het eenvoudige model op basis van de wet van Newton wor verondersteld dat het temperatuurverloop in de muren lineair is. Verandert er buiten iets, dan merk je dat binnen direct. Die aanname is redelijk als de veranderingen relatief langzaam gaan en de muur dun is. Onder deze aanname is een hele wand of kamer met meerdere isolerende lagen en met ramen te vatten in één k-waarde. ater wor in meer detail gekeken naar warmteuitwisseling via de muur. 7.1 Warmtestroom door muur bestaande uit meerdere lagen (serie Een muur in een normaal woonhuis bestaat niet uit slechts een laag baksteen of beton; er worden meerdere lagen gebruikt. We bekijken de warmtestroom door een muur bestaande uit meerdere lagen, waarbij verondersteld wor dat de binnen en buitentemperatuur constant zijn. Er wor gekeken naar een muur bestaande uit 3 verschillende lagen van verschillende diktes (d 1, d 2 en d 3. De drie lagen hebben alledrie een eigen warmteoverdrachtscoëfficient: λ 1, λ 2 en λ 3, zie figuur 11. Met de formule voor warmtestroom op pagina 42 uit de bijlage: Figuur 11: Warmtestroom door muur bestaande uit 3 lagen q = λ 1 A d 1 (T binnen T 1 q = λ 2 A d 2 (T 1 T 2 q = λ 3 A d 3 (T 2 T buiten. 18 Warmtehuishouding woonhuis

20 Het stelsel vergelijkingen uit (7.1 kan herschreven worden tot: T binnen T 1 = q A d1 λ 1 T 1 T 2 = q A d2 λ 2 T 2 T buiten = q A d3 λ 3. Het optellen van deze drie vergelijkingen levert: T binnen T buiten = q A hieruit volgt dan voor de warmtestroom q: ( d1 + d 2 + d 3 λ 1 λ 2 λ 3 q = A(T binnen T buiten. 3 d i i=1 λ i Dit resultaat kan eenvoudig gegeneraliseerd worden naar n lagen, dan is de warmtestroom q: q = A (T binnen T buiten 1 = n d i 1 n d i (T binnen T buiten. (14 A λ i=1 i λ i=1 i Merk op dat de warmteweerstand R als vervangingsweerstand voor meerdere lagen in serie gegeven wor door: R = 1 n d i n = R i. (15 A λ i i=1 i=1 7.2 Totale warmtestroom door muren en ramen (parallel Net als in Warmtestroom door muur bestaande uit meerdere lagen (serie kan een vervangingswaarde voor de constantes gevonden worden, als de lagen parallel geschakeld worden. Er worden gekeken naar de warmtestroom door verschillende lagen naast elkaar (parallel, dus bijvoorbeeld een muur met daarin een raam. De lagen hebben verschillende oppervlakte (A, dikte (d en warmteoverdrachtscoëfficient (λ. De warmtestroom naar buiten, q, door laag i wor weer gegeven door vergelijking (37 op pagina 42: q = λ i A i d i (T binnen T buiten. Dit gel voor elke laag i, dus als er n lagen zijn wor de totale warmtestroom naar buiten gegeven door: n λ i A i q = (T binnen T buiten. (16 d i i=1 19 Warmtehuishouding woonhuis

21 Merk op dat de warmteweerstand R als vervangingsweerstand voor meerdere parallele lagen gegeven wor door: R = 1 n λ i A i d i i=1 = n i=1 1 1 ( di λ i A i = 1 n i=1 1 R i. (17 8 Model op basis van de warmtewet van Newton Het hele model met warmtebron en tocht wor beschreven met de volgende vergelijking: dt = k ( T T omg γ ( T Tomg + Q (18 Door dt = te stellen, kan uitgerekend worden wat het eindniveau van de temperatuur wor. Omgekeerd kan iedere gewenste constante temperatuur bereikt worden door Q aan te passen. Als de warmtebron op een bepaald moment net zo veel energie toevoegt als er door de muren en door tocht wor verloren, blijft de temperatuur constant. Het model kan ook in de vorm van de oorspronkelijke warmtewet opgeschreven worden: ( ( ( dt = (k + γ T T omg + Q (19 k + γ Q k+γ Volgens dit model is de situatie met warmtebron identiek aan de situatie zonder warmtebron maar met een omgevingstemperatuur die K hoger is. Een daling in de omgevingstemperatuur met 1 K kan dus volledig teniet gedaan worden door een warmtebron die K aan warmte afgeeft. Q k+γ meer Bovendien heeft beperking van de tocht (verlaging van γ hetzelfde effect als betere isolatie (verlaging van k als de verlaging van γ of k even groot is. Tocht is een belangrijke factor als niet te klein is. γ k 2 Warmtehuishouding woonhuis

22 9 Wet van Fourier In dit deel van het verslag wor het temperatuurverloop in de muur nader bekeken. Als de buitenkant van de muur opwarmt of afkoelt, hoe lang duurt het dan totdat daar binnen iets van te merken is? Bij dunne muren zal dat vrijwel direct zijn, bij dikke muren zoals van een bunker kan dat heel lang duren. De wet van Newton zegt niets over plaatsafhankelijkheid van de temperatuur en dus gebruiken we de wet van Fourier: u t ku xx = (2 Deze wet geeft een verband tussen de afgeleide naar de tijd en de tweede afgeleide naar de plaats van een temperatuurfunctie u(x, t. Als de tweede afgeleide in een punt positief is, zal de temperatuur daar stijgen, is de tweede afgeleide negatief, dan zal de temperatuur dalen. Hoe groter de tweede afgeleide, hoe sneller de temperatuur verandert. Dit verband geeft aan dat scherpe pieken en dalen snel uitvlakken. Als er geen grote schommelingen in de temperatuur zijn, zal de verandering veel langzamer gaan. Is er ook een stabiele toestand? In dat geval verandert de temperatuur niet meer met de tijd, ofwel u t =. Maar dan moet gelden u xx =. Als de temperatuurfunctie een rechte lijn is, zal de temperatuur dus niet meer veranderen. Er zal blijken dat het temperatuurverloop inderdaad convergeert naar een rechte lijn. Wanneer die convergentie heel snel gaat, was de aanname van een lineair verloop misschien voldoende. Bij relatief langzame convergentie vergeleken met andere effecten moet het verloop in de muren wel meegenomen worden. Vanuit een bepaalde begintoestand willen we het temperatuurverloop op latere tijdstippen kunnen voorspellen. Dat wor in dit verslag op twee manieren gedaan. De eerste manier is door de begintoestand te benaderen met Fourierreeksen, de tweede manier is het numeriek benaderen van het probleem in een simulatie. Beide manieren hebben hun voor- en nadelen, en samen geven ze meer inzicht in warmtediffusie. 1 Fourierreeksen De eerste aanpak gaat met behulp van Fourierreeksen. De aanpak is om een algemene oplossing van vergelijking (2 te zoeken van de vorm u(x, t = X (x T (t, dus een oplossing die het product is van een functie van x en een functie van t. Zo n gescheiden oplossing is makkelijk, want uit de begintoestand kunnen we X (x bepalen. Aan T (t is dan te zien hoe groot de veranderingen in temperatuur op een tijdstip zijn. Merk verder op dat elke lineaire combinatie van oplossingen weer een nieuwe oplossing is. Daarmee kan een hele familie van eenvoudige oplossingen bepaald worden. Vervolgens kiezen we de oplossing die de begintoestand het beste benadert. Het stelsel dat we willen oplossen is: u t = ku xx, < x <, t > u(x, = f (x, x 21 Warmtehuishouding woonhuis u(, t = T, u(, t = T, t >,

23 waarbij f (x differentieerbaar en f ( = T en f ( = T. Een mogelijke temperatuurfunctie is weergeven in figuur 12. u 1 u x, 8 T 6 4 T x Figuur 12: Een mogelijke temperatuurgrafiek op t = De stationaire oplossing u s is (t = : ( T T u s (x = x + T. Definieer v(x, t := u(x, t u s (x. Dan volgt dat v t = u t, v xx = u xx en v(x, = f (x u s (x =: g(x. Zodat het stelsel equivalent is aan: v t = kv xx, < x <, t > v(x, = g(x, x v(, t = = v(, t, t >. De beginsituatie na transformatie is weergeven in figuur 13. We proberen als oplossing: v(x, t = X (x T (t. Dan volgt dat v t (x, t = X (xt (t en v xx (x, t = X (xt (t. We vinden dan T (t kt (t = X (x X (x. Merk op dat de linkerkant alleen van t afhangt en de rechterkant alleen van x afhangt. Omdat t en x onafhankelijk zijn, volgt dan dat ze gelijk moeten zijn aan een constante. Noem deze constante λ. Dus dan gel: ofwel T (t kt (t = λ en X (x X (x = λ, T (t + λkt (t = en X (x + λk X (x =. De eerste differentiaalvergelijking heeft als algemene oplossing T (t = Ce λkt. Nu zoeken we dus nog een oplossing van X + λx = met randvoorwaarde X ( = X ( =. We 22 Warmtehuishouding woonhuis

24 v v x, x 2 4 Figuur 13: Een mogelijke temperatuurgrafiek na transformatie op t = onderscheiden nu 3 gevallen: i : λ =, ii : λ <, iii : λ >. Geval i: X (x = X (x = ax + b met a, b R. Uit de randvoorwaarde volgt nu dat X (x =, zodat v(x, t =. Hierin zijn we niet geïnteresseerd. Geval ii: Noem λ = r 2, dan zoeken we een oplossing voor X r 2 X =. Probeer als oplossing X (x = Ce λx, met C R. Het wor dan Zodat de algemene oplossing wor Invullen van de randvoorwaarden geeft Cλ 2 e λx Cr 2 e λx = λ = ±r. X (x = C 1 e r x + C 2 e r x met C 1, C 2 R. = X ( = C 1 + C 2 = X ( = C 1 e r + C 2 e r, waaruit volgt dat C 1 (e r e r =. Omdat r = vinden we dat C 1 = C 2 = zodat weer X (x =. Geval iii: Noem λ = ω 2, dan X + ω 2 X =. Dit heeft als algemene oplossing: X (x = a cos(ωx + b sin(ωx met a, b R. Uit de randvoorwaarde volgt dan dat a = en b sin(ω =, zodat sin(ω =. We vinden dan dat ω = nπ met n Z. Dit levert op λ n = ω 2 = n2 π 2 2 ( nπ x X n (x = b sin. 23 Warmtehuishouding woonhuis

25 Hieruit volgt ook dat De totale oplossing wor dan: T n (t = C n e λ nkt v(x, t = n= = C n e n2 π 2 2 kt. C n e n2 π 2 2 kt sin ( nπ x. (21 Om aan te tonen dat deze reeks uniform convergent is, gebruiken we het M-criterium. We nemen hierbij aan dat n C n begrensd is. ( Definieer Y n (x := C n e n2 π 2 2 kt nπ x sin. Merk op dat e π2 2 kt < r < 1 voor zekere r R + zodat e n2 π 2 2 kt < r n2 < 1. Dan vinden we: Y n < C n r n2. Om te laten zien dat de reeks C n r n2 convergent is, maken we gebruik van het wortelcriterium: lim n n C n r n2 = lim n n= n Cn r n = < 1 is begrensd. Volgens het M-criterium is nu de reeks C n r n2 is convergent (want n C n n= Y n (x uniform convergent. Voor elke verzameling constanten C n is dit een oplossing van de differentiaalvergelijking. Nu moeten we alleen nog waarden voor C n bepalen zodat (21 op tijdstip t = aan de beginconditie voldoet. Invullen van de beginconditie v(x, = g(x levert g(x = v(x, = n= ( nπ x C n sin n=1 We berekenen de volgende integraal met p Z vast. 2 ( pπ x g(x sin = 2 ( nπ x C n sin n=1 ( = 2 ( nπ x C n sin n=1 dx sin sin. ( pπ x ( pπ x dx dx. Om het gelijkteken ( = te mogen gebruiken, moeten we aantonen dat de reeks uniform convergeert, zodat we integratie en sommatie mogen verwisselen. Dit gaat ( weer op eenzelfde nπ x ( pπ x manier als zojuist beschreven: het M-criterium. We gebruiken dat sin sin 1 en dat n C n begrensd is. Om dit verder uit te rekenen, moeten we dus de volgende integraal berekenen: 24 Warmtehuishouding woonhuis ( nπ x sin sin ( pπ x dx.

26 Als p = n dan is de integraal als volgt te berekenen 1 ( ( (n pπ x (n + pπ x cos cos 2 = 1 ( (n pπ x 2 (n pπ sin =, want n, p Z. dx (n + pπ sin ( (n + pπ x Als p = n dan staat er Zodat We vinden dus dat: ( nπ x sin C p = 2 ( sin 2 nπ x dx = 2. sin ( pπ x ( pπ x g(x sin { p = n dx = p = n. 2 dx p Z. (22 Beschouw het volgende stelsel: v t = 1 1 v xx, < x < 1, t > v(x, = 4x 2 + 4x, x 1 v(, t = = v(1, t, t >. In figuur 14 is de beginsituatie (t = getekend. 1. v.8 v x, x Figuur 14: Temperatuur op t= We verwachten natuurlijk dat naarmate de tijd verstrekt, de temperatuur grafiek afplat. Immers de randen (x = en x = 1 zijn constant en er wor geen energie toegevoegd. Dit 25 Warmtehuishouding woonhuis

27 v v x, v x,3 v x,6 v x,9 v x,12 v x,15 v x, x Figuur 15: Temperatuur op tijdstip t is ook te zien in de exacte oplossing: met C n = 2 1 v(x, t = n= C n e n2 π 2 1 t sin (nπ x, (23 ( 4x 2 + 4x sin (nπ x dx. Als t toeneemt wor de temperatuur v(x, t afplat door de e-macht. In figuur 15 is de oplossing weergeven voor een aantal waarden van t. Beschouw nu het volgende voorbeeld. Stel dat de buitenmuur van een huis een constante temperatuur heeft. Als de zon die op de buitenmuur schijnt ineens achter een wolk komt, zal de temperatuur van de muur aan de buitenkant in een korte tijd snel dalen. In figuur 16 is zo n situatie weergegeven. De positie x = 1 stelt de binnenzijde van de buitenmuur voor, x = stelt de buitenzijde van buitenmuur voor. De gebruikte functie die de temperatuur van de buitenmuur op t = voorstelt is u(x, = x x log x. Als de binnen en buitentemperatuur niet verder veranderen, dan zal zich een evenwicht instellen. We weten al voordat we iets uitgerekend hebben hoe het evenwicht eruit zal zien: u(x, = x. Maar we weten nog niet hoe de temperatuur grafiek zal convergeren naar het evenwicht. Het stelsel dat we nu willen oplossen is (kies k = 1 1 : u t = 1 1 u xx, < x < 1, t > u(x, = x x log x, x 1 u(, t =, u(1, t = 1, t >, (24 Omdat de temperatuur op de randen niet gelijk aan is, passen we de transformatie v(x, t := u(x, t x toe. In figuur 17 is de temperatuurfunctie v(x, weergegeven. 26 Warmtehuishouding woonhuis

28 u 1..8 u x, x Figuur 16: Temperatuur buitenmuur op tijdstip t= v v x, x Figuur 17: Temperatuurfunctie na transformatie op tijdstip t= Dit levert dan het volgende stelsel waarbij wel gel dat de temperatuur op de randen gelijk aan is. v t = 1 1 v xx, < x < 1, t > v(x, = x x log x x = x log x, x 1 De oplossing van dit stelsel is v(, t = = v(1, t, t >. v(x, t = n= C n e n2 π 2 1 t sin (nπ x, (25 27 Warmtehuishouding woonhuis

29 met C n = 2 1 ( x log x sin (nπ x dx. De temperatuurfunctie v(x, kan worden benaderd door de som niet tot oneindig te laten lopen, maar op een gegeven moment af te breken: v M (x, M C n sin (nπ x, waarbij M N +. n= Het zal duidelijk zijn dat hoe groter men M kiest hoe beter de benadering zal zijn. In figuur 18 is de temperatuurfunctie v M (x, voor verschillende waarden van M getekend. v x, v 1 x, v 1. v 2 x, v 3 x,.8.6 v 4 x, v 5 x, v 6 x, x Figuur 18: Temperatuurfunctie v(x, voor verschillende waarden van M De oplossing van het stelsel voor M = 15 voor verschillende waarden van t is weergegeven in figuur 19. Merk op dat voor kleine t de temperatuurgrafiek v(x, t alleen aan de linkerkant verandert, links verdwijnt de bult snel maar rechts gebeurt niets. Dit is te verklaren door het feit dat aan de rechterkant bij x = 1 de v(x, t-grafiek bij benadering een rechte lijn is. Immers v xx (x, t is dan bijna gelijk aan, zodat er geen verandering optree. Merk ook op dat dit komt omdat de stationaire oplossing van dit stelsel een rechte lijn is. We zien dat de convergentiesnelheid van de reeks v M (x, niet erg hoog is. Voor t > is in figuur 19 te zien dat er geen schommelingen meer in de temperatuurgrafiek te zien zijn. 28 Warmtehuishouding woonhuis

30 v x, v 15 x, v 15 x,1 v 1. v 15 x,2.8 v 15 x,5 v 15 x, x Figuur 19: Temperatuurfunctie v 15 (x, voor verschillende waarden van t Hier lijkt de convergentiesnelheid wel erg hoog. We berekenen: v(x, t v M (x, t µ:= π2 kt 2 = y:= µn = = = n=m+1 2 C n e n2 π 2 2 kt g(x dx 2 g(x dx 2 g(x dx 1 2 µ n=m+1 M M g(x dx e n2 π 2 2 kt e n2 π 2 2 kt dn e n2µ dn µm e y2 dy π g(x dx erfc( µm µ π g(x dx erfc( µm µ 29 Warmtehuishouding woonhuis

31 waarin we gebruik hebben gemaakt van het feit dat en dat C n 2 g(x dx erfc(x := 1 erf(x = 2 e ξ 2 dξ. π Omdat de erfc-functie erg snel afneemt naarmate de M toeneemt, concluderen we dat (voor normale beginvoorwaarde de convergentiesnelheid voor t > van de fourierreeks erg hoog is. x 11 Simulatie De manier waarop warmte overgedragen wor kan ook gesimuleerd worden. Het idee is dat de ruimte wor opgedeeld in kleine vakjes van breee x. Ook de tijd loopt met discrete stapjes t. Vervolgens kan door de computer voor elk vakje na elk tijdstapje de temperatuur berekend worden. De temperatuur in vakje i op tijdstip n geven we aan met ui n. Het resultaat van de simulatie is een matrix ter grootte [aantal vakjes] [aantal tijdstappen] met temperaturen. Deze losse punten vormen samen een benadering voor het continue probleem. Naarmate x en t kleiner worden, verwacht je een betere benadering dimensionaal in de plaats Warmtediffusie moet voldoen aan de wet van Fourier: u t ku xx = De afgeleiden kunnen benaderd worden met behulp van Taylorreeksen: u(t t = u(t u (t t + u (t( t u (t( t 3 + O( t 4 u u(t u(t t (t = + O( t, t waarbij O( t een functie aangeeft die begrensd is door een constante maal t. u(x + x = u(x + u (x x + u (x( x u (x( x 3 + O( x 4 u(x x = u(x u (x x + u (x( x u (x( x 3 + O( x 4 u (x = Met de notatie u n i krijgen we u (n t un i u n 1 i t u (i x un 1 i 1 2un 1 i ( x 2 3 Warmtehuishouding woonhuis u(x x 2u(x + u(x + x ( x 2 + O( x 2 + u n 1 i+1 (achterwaartse differentie (centrale tweede differentie

32 Door de termen van O( t en O( x 2 af te kappen, ontstaat een benadering. Deze benadering heeft een afbreekfout T ( t, ( x 2. Kleinere t en x verkleinen de fout. Uiteindelijk wor de benaderde wet van Fourier: u n i u n 1 i t k un 1 i 1 2un 1 i + u n 1 i+1 = ( x 2 En dus is, met behulp van de temperaturen op tijdstip n 1 in een vakje en de buurvakjes, ook de temperatuur op tijdstip n te berekenen. Alleen de begintoestand is nodig om de rest van de matrix te vullen. Gaat dit altijd goed? Definieer s := k t ( x 2. ui n = u n 1 i + k t ( x 2 (un 1 i 1 2un 1 i + u n 1 i+1 = (1 2su n 1 i = (1 2su n 1 i + s(u n 1 i 1 + un 1 i+1 + 2s un 1 i 1 + un 1 i+1 2 Bij warmtediffusie vlakken pieken en dalen uit totdat een lineair verloop ontstaat. ui n moet dus dichter bij het gemiddelde van de temperaturen in de twee buurvakjes komen te liggen na een tijd t. Dat geeft de conditie 2s < 1 ofwel s = k t < 1. Voor een stabiel systeem ( x 2 2 is het dus van belang dat t voldoende klein is ten opzichte van ( x 2. Om de ruimte in 1 keer zo kleine vakjes op te kunnen delen moeten de tijdstapjes 1 keer zo klein worden! De hoeveelheid rekenwerk neemt snel toe als je een betere benadering wilt krijgen. MSE n Figuur 2: Mean squared error voor verschillende aantallen punten in de simulatie voor beginfunctie u = sin(π x op t = 1. Met behulp van Fourierreeksen kunnen we de exacte oplossing bepalen voor beginfunctie u = sin(π x op tijdstip t = 1. Daarmee kunnen we dus de fout die de simulatie maakt benaderen. Kies k =.1 en t =.4. Varieer nu het aantal punten n in de simulatie ( x = 1/n en bereken de Mean Squared Error (MSE. Daarvoor gel 31 Warmtehuishouding woonhuis MSE = 1 n+1 (u benaderd (i u exact (i 2. n + 1 i=1

33 In figuur 2 is voor diverse n de MSE uitgezet op een loglog-schaal. Voor n 5 is dit een rechte lijn met helling ongeveer 2, want de dominante term in de fout is dan ( x 2. Voor n > 1 zijn ( x 2 en t van dezelfde ordegrootte en dan begint de fout in de tijdstapjes mee te spelen. Bovendien is het temperatuurverschil tussen buurcellen dan zo klein, dat ook het afronden van java belangrijk wor. Als de verschillen tussen buurcellen te klein worden voor het aantal decimalen dat java gebruikt, werkt de iteratiestap slecht. Dit veroorzaakt de enorme stijging in de MSE van n = 1 naar n = 5. Paradoxaal genoeg moet x dus niet te klein worden om de fout te minimaliseren. Natuurlijk kan de simulatie ook gebruikt worden om de aanpak met Fourierreeksen te verifieren en andersom. Het voorbeeld van de functie v = x log x is ook uitgevoerd in de simulatie met t =, 25, x =, 5 en k =, 1. Merk op dat voldaan is aan de stabiliteitsconditie, k t < 1. Dit levert figuur 21. Vergelijk deze met figuur 19, te zien is dat ( x 2 2 beide aanpakken hetzelfde temperatuurverloop laten zien. v x Figuur 21: Temperatuurfunctie v simulatie (x, voor verschillende waarden van t Toch is er natuurlijk een verschil tussen de Fourierreeks die afgekapt is na 15 termen en de numerieke simulatie. Dit verschil op t = 2 en t = 1 is te zien in figuur 22. De fout is het grootst op t = 2 rond.1 < x <.2. Al eerder was te zien dat de Fourierreeks de functie daar niet zo goed benaderde op t = (Figuur 18. Voor grotere t (bijvoorbeeld t = 1, wor de fout kleiner. De simulatie voorspelt dan iets langzamere convergentie dan de afgekapte Fourierreeks. Het verschil is ongeveer van de orde 1 5 graad, dus niet iets om wakker van te liggen dimensionaal in de plaats Een groot voordeel van het simuleren van de heat equation, is dat het eenvoudig kan worden uitgebreid naar 3 dimensies in de plaats. Hiervoor gebruiken we de wet van Fourier in 3 dimensies: ( u 2 t k u x + 2 u 2 y + 2 u =. (26 2 z 2 32 Warmtehuishouding woonhuis

34 Err x x Figuur 22: Fourier - simulatie voor de functie v = x log x op t = 2 (rood en t = 1 (blauw. Er is nu dus een warmteflux in zowel de x, y als z richting. We verdelen de 3 dimensionale ruimte in kleine blokjes met afmetingen x y z. De tijd loopt nog steeds met discrete stapjes t. We noteren de temperatuur van het i, j, l e blokje in de respectievelijk x, y, z-richting op tijdstip n met u n i, j,l. We vinden dan: u (n t un i, j,l un 1 i, j,l t u (i x un 1 i 1, j,l 2un 1 i, j,l + un 1 i+1, j,l ( x 2 u ( j y un 1 i, j 1,l 2un 1 i, j,l + un 1 i, j+1,l ( y 2 u (l z un 1 i, j,l 1 2un 1 i, j,l + un 1 i, j,l+1 ( z 2 (achterwaartse differentie (centrale tweede differentie in de x-richting (centrale tweede differentie in de y-richting (centrale tweede differentie in de z-richting. Merk op dat de temperatuur van een blokje nu afhangt van de 6 aangrenzende buren en zijn vorige temperatuur. De benaderde wet van Fourier wor nu dan: ui, n j,l ( un 1 i, j,l u n 1 i 1, j,l k 2un 1 i, j,l + un 1 i+1, j,l + un 1 i, j 1,l 2un 1 i, j,l + un 1 i, j+1,l + un 1 i, j,l 1 2un 1 i, j,l + un 1 i, j,l+1 = t ( x 2 ( y 2 ( z 2 We nemen de stapgrootte in de plaats voor alledrie de richtingen gelijk ( x = y = z. Net als in het 1 dimensionaal geval vinden we een uitdrukking voor de temperatuur van blokje 33 Warmtehuishouding woonhuis

35 u n i, j,k (we gebruiken weer s = k t ( x 2 : u n i = u n 1 i, j,l + k t ( x 2 (un 1 i 1, j,l 2un 1 i, j,l + un 1 i+1, j,l + un 1 i, j 1,l 2un 1 i, j,l + un 1 i, j+1,l + un 1 i, j,l 1 2un 1 i, j,l + un 1 i, j,l+1 = (1 6su n 1 i, j,l + s(un 1 i 1, j,l + un 1 i+1, j,l + un 1 i, j 1,l + un 1 i, j+1,l + un 1 i, j,l 1 + un 1 i, j,l+1 = (1 6su n 1 un 1 i 1, j,l i, j,l + 6s + un 1 i+1, j,l + un 1 i, j 1,l + un 1 i, j+1,l + un 1 i, j,l 1 + un 1 6 i, j,l+1 De temperatuur in een kamer kunnen we visualiseren door elk blokje afhankelijk van zijn temperatuur een kleur te geven. Het model bestaat uit 1 kamer in de vorm van een kubus. Aan de randen van de kamer zitten muren en buiten die muren is de buitenlucht. We veronderstellen dat de buitenlucht een constante temperatuur heeft. Aan elk blokje geven we een k-waarde. De blokjes aan de rand, dus de muren, hebben een erg lage k-waarde. De andere blokje midden in de kamer hebben een hogere k-waarde. Dus de muren houden de warmte dus goed vast. Aan het model voegen we een verwarming toe. De verwarming hou niet een aantal blokjes op constante (hoge temperatuur, maar voegt aan een aantal blokjes extra warmte toe. In figuur 23 is dezelfde kamer na een aantal tijdseenheden weergegeven. De temperatuur is dan dicht naar de evenwichtssituatie genaderd. Net zoals we in het 1 dimensionaal model. Figuur 23: Evenwichtssituatie in een kamer met verwarming gezien hebben, is dit systeem niet altijd stabiel. Het systeem is stabiel als voor elk blokje 34 Warmtehuishouding woonhuis

36 de vorige temperatuur wor meegenomen. We vinden dan dus als stabiliteitsvoorwaarde < 1 6s < 1 ofwel < s < 1 6. Als we bijvoorbeeld kiezen: s = 1, dan is het systeem zeker 5 niet stabiel. In figuur 24 zien we het resultaat van het programma voor s = 1 5. Figuur 24: Onstabiel systeem 35 Warmtehuishouding woonhuis

37 12 Fourier versus simulatie Er zijn nu twee methodes besproken om het probleem aan te pakken. Maar waarom is één aanpak niet genoeg? Een voordeel van de simulatie is dat er eenvoudig een warmtebron toegevoegd kan worden. Dat kan bijvoorbeeld door één cel altijd op constante temperatuur te houden. Ook de temperaturen aan de rand hoeven niet voortdurend te blijven. Dit kan iedere andere constante zijn of zelfs een variabele waarde hebben. Bovendien is de simulatie ook 3-dimensionaal uit te breiden. Bij Fourierreeksen is een warmtebron toevoegen moeilijk of ronduit onmogelijk. Bovendien is er bij Fourierreeksen eerst een transformatie nodig om aan de rand constante temperatuur te krijgen. Daarna moeten dan veel integralen uitgerekend worden en is het nodig om een oneindige reeks af te kappen. Wat overblijft is dus ook maar een benadering. Toch is er een goede reden om Fourierreeksen te gebruiken. Fourierreeksen geven meer inzicht in warmtediffusie. De simulatie blijft een black box, waar wat getallen in worden gestopt en even later grafiekjes uitkomen. De gebruiker moet zelf nadenken of de simulatie wel in de buurt van de werkelijkheid komt. Een goed voorbeeld hoe het mis kan gaan, is te zien als niet wor voldaan aan de stabiliteitsconditie k t < 1 ( x 2 2. In figuur 25 staat mogelijke uitvoer. Daarom zijn Fourierreeksen ook belangrijk om de simulatie te controleren. v x Figuur 25: Resultaat van simulatie die niet aan de stabiliteitsconditie voldoet 13 Resultaten In dit hoofdstuk zal bestudeerd worden hoe Fourierreeksen het begrip voor het probleem kunnen vergroten. De simulatie zal handig blijken om lastigere situaties te bekijken. 36 Warmtehuishouding woonhuis

38 13.1 Insteltijd Bekijk nog eens de standaard gedaante van de oplossingen met Fourierreeksen. v(x, t = n= ( C n e n2 π 2 2 kt nπ x sin Voor t gaat de hele uitdrukking naar, de stationaire toestand is de nulfunctie. Als er getransformeerd was met v(x, t = u(x, t u s (x, blijkt dit te corresponderen met een lineair verloop tussen de twee randpunten. Hoe lang duurt het voordat dit lineaire verloop zich heeft ingesteld? De sinussen worden snel gedempt met snelheid e n2 π 2 2 k. Hoe groter n, hoe sneller de term naar convergeert. We zagen al eerder dat scherpe pieken veel sneller uitvlakken dan brede pieken. De dominante term is dus de term voor n = 1, alle andere termen gaan veel sneller naar. Aan e kπ2 2 t is te zien hoe snel het systeem naar de stabiele toestand convergeert. Dikke muren (grote met veel isolatie (kleine k doen er veel langer over om in stabiele toestand te raken. Het evenwicht is ongeveer ingesteld als er nog maar 5% van de oorspronkelijke pieken over is. Dit correspondeert met een factor e ofwel t = 2. Deze tijd totdat kπ 2 het evenwicht zich ongeveer heeft ingesteld noemen we de insteltijd. De insteltijd geeft aan of warmteopslag in muren van belang is. Als de muren bijvoorbeeld een insteltijd van 1 seconden hebben, terwijl de temperatuur buiten er uren over doet om te veranderen, kan het temperatuurverloop in de muren gerust verwaarloosd worden. In een bunker of kasteel met metersdikke muren kan de insteltijd in de muren veel langer zijn en dan moet het warmteverloop in de muren wel gemodelleerd worden. Het meenemen van het effect van de muren heeft een demping van temperatuurveranderingen tot gevolg. De kamer opwarmen gaat langzamer, want de muren zijn nog kouder. Plaatselijk wor de helling van de temperatuurfunctie aan de binnenkant van de muur steiler, dus is er meer warmteflux. Omgekeerd gaat afkoelen door een tochtvlaag ook minder snel, nu omdat de helling juist minder steil wor en er dus minder warmteflux is. Als de verwarming langere tijd aan is of er is langere tijd tocht, verandert de temperatuur in de kamer wel terwijl het evenwicht in de muur zich instelt Plaatsing verwarming Waar in huis kan de verwarming het beste staan? Veel huizen hebben een verwarming bij het raam. De warmte vliegt zo naar buiten. Is het niet beter om de verwarming ergens anders te zetten? Dit is een typisch probleem dat te lastig is om met Fourierreeksen te doen. Het is wel mogelijk om verschillende isolatiewaarden van materialen en een warmtebron te simuleren. Aan de overgangen tussen verschillende materialen moet een extra voorwaarde opgelegd worden: u i u i 1 u i+1 u i k = k 1 x x 37 Warmtehuishouding woonhuis

Warmtehuishouding woonhuis project Modelleren B

Warmtehuishouding woonhuis project Modelleren B Warmtehuishouding woonhuis project Modelleren B Marco ten Eikelder & Wouter van der Heide ID (resp.): 0748594 & 0739052 Begeleider: prof.dr.ir. E.H. van Brummelen Opdrachtgever: dr. S.W. Rienstra Faculteit:

Nadere informatie

Lineaire dv van orde 2 met constante coefficienten

Lineaire dv van orde 2 met constante coefficienten Lineaire dv van orde 2 met constante coefficienten Homogene vergelijkingen We bekijken eerst homogene vergelijkingen van orde twee met constante coefficienten, d.w.z. dv s van de vorm a 0 y + a 1 y + a

Nadere informatie

TRILLINGEN EN GOLVEN HANDOUT FOURIER

TRILLINGEN EN GOLVEN HANDOUT FOURIER TRILLINGEN EN GOLVEN HANDOUT FOURIER Cursusjaar 2009 / 2010 2 Inhoudsopgave 1 FOURIERANALYSE 5 1.1 INLEIDING............................... 5 1.2 FOURIERREEKSEN.......................... 5 1.3 CONSEQUENTIES

Nadere informatie

Overzicht Fourier-theorie

Overzicht Fourier-theorie B Overzicht Fourier-theorie In dit hoofdstuk geven we een overzicht van de belangrijkste resultaten van de Fourier-theorie. Dit kan als steun dienen ter voorbereiding op het tentamen. Fourier-reeksen van

Nadere informatie

10 Materie en warmte. Onderwerpen. 3.2 Temperatuur en warmte.

10 Materie en warmte. Onderwerpen. 3.2 Temperatuur en warmte. 1 Materie en warmte Onderwerpen - Temperatuur en warmte. - Verschillende temperatuurschalen - Berekening hoeveelheid warmte t.o.v. bepaalde temperatuur. - Thermische geleidbaarheid van een stof. - Warmteweerstand

Nadere informatie

De dynamica van een hertenpopulatie. Verslag 1 Modellen en Simulatie

De dynamica van een hertenpopulatie. Verslag 1 Modellen en Simulatie De dynamica van een hertenpopulatie Verslag Modellen en Simulatie 8 februari 04 Inleiding Om de groei van een populatie te beschrijven, kunnen vele verschillende modellen worden gebruikt, en welke meer

Nadere informatie

Toepassingen op discrete dynamische systemen

Toepassingen op discrete dynamische systemen Toepassingen op discrete dynamische systemen Een discreet dynamisch systeem is een proces van de vorm x k+ Ax k k met A een vierkante matrix Een Markov-proces is een speciaal geval van een discreet dynamisch

Nadere informatie

Tentamen Inleiding Meten Vakcode 8E020 22 april 2009, 9.00-12.00 uur

Tentamen Inleiding Meten Vakcode 8E020 22 april 2009, 9.00-12.00 uur Tentamen Inleiding Meten Vakcode 8E april 9, 9. -. uur Dit tentamen bestaat uit opgaven. Indien u een opgave niet kunt maken, geeft u dan aan hoe u de opgave zou maken. Dat kan een deel van de punten opleveren.

Nadere informatie

Eerste orde partiële differentiaalvergelijkingen

Eerste orde partiële differentiaalvergelijkingen Eerste orde partiële differentiaalvergelijkingen Vakgroep Differentiaalvergelijkingen 1995, 2001, 2002 1 Eerste orde golf-vergelijking De vergelijking au x + u t = 0, u = u(x, t), a ɛ IR (1.1) beschrijft

Nadere informatie

Wiskundige Technieken 1 Uitwerkingen Hertentamen 23 december 2014

Wiskundige Technieken 1 Uitwerkingen Hertentamen 23 december 2014 Wiskundige Technieken Uitwerkingen Hertentamen 3 december 04 Normering voor 4 pt vragen andere vragen naar rato: 4pt 3pt pt pt 0pt goed begrepen én goed uitgevoerd, eventueel met enkele onbelangrijke rekenfoutjes

Nadere informatie

2. Hoelang moet de tweede faze duren om de hoeveelheid zout in de tank op het einde van de eerste faze, op de helft terug te brengen?

2. Hoelang moet de tweede faze duren om de hoeveelheid zout in de tank op het einde van de eerste faze, op de helft terug te brengen? Vraag Een vloeistoftank met onbeperkte capaciteit, bevat aanvankelijk V liter zuiver water. Tijdens de eerste faze stroomt water, dat zout bevat met een concentratie van k kilogram per liter, de tank binnen

Nadere informatie

Toepassingen op differentievergelijkingen

Toepassingen op differentievergelijkingen Toepassingen op differentievergelijkingen We beschouwen lineaire differentievergelijkingen of lineaire recurrente betrekkingen van de vorm a 0 y k+n + a y k+n + + a n y k+ + a n y k = z k, k = 0,,, Hierbij

Nadere informatie

Buiging van een belaste balk

Buiging van een belaste balk Buiging van een belaste balk (Modelbouw III) G. van Delft Studienummer: 0480 E-mail: gerardvandelft@email.com Tel.: 06-49608704 4 juli 005 Doorbuigen van een balk Wanneer een men een balk op het uiteinde

Nadere informatie

Technische Universiteit Delft. ANTWOORDEN van Tentamen Gewone differentiaalvergelijkingen, TW2030 Vrijdag 30 januari 2015,

Technische Universiteit Delft. ANTWOORDEN van Tentamen Gewone differentiaalvergelijkingen, TW2030 Vrijdag 30 januari 2015, Technische Universiteit Delft Faculteit EWI ANTWOORDEN van Tentamen Gewone differentiaalvergelijkingen, TW23 Vrijdag 3 januari 25, 4.-7. Dit tentamen bestaat uit 6 opgaven. Alle antwoorden dienen beargumenteerd

Nadere informatie

Doe de noodzakelijke berekeningen met de hand; gebruik Maple ter controle.

Doe de noodzakelijke berekeningen met de hand; gebruik Maple ter controle. De n-de term van de numerieke rij (t n ) (met n = 0,, 2,...) is het rekenkundig gemiddelde van zijn twee voorgangers. (a) Bepaal het Z-beeld F van deze numerieke rij en het bijhorende convergentiegebied.

Nadere informatie

2.1 Twee gekoppelde oscillatoren zonder aandrijving

2.1 Twee gekoppelde oscillatoren zonder aandrijving Hoofdstuk Twee gekoppelde oscillatoren.1 Twee gekoppelde oscillatoren zonder aandrijving We beschouwen als voorbeeld van een systeem van puntmassa s die gekoppeld zijn aan elkaar en aan twee vaste wanden

Nadere informatie

8. Differentiaal- en integraalrekening

8. Differentiaal- en integraalrekening Computeralgebra met Maxima 8. Differentiaal- en integraalrekening 8.1. Sommeren Voor de berekening van sommen kent Maxima de opdracht: sum (expr, index, laag, hoog) Hierbij is expr een Maxima-expressie,

Nadere informatie

5 Lineaire differentiaalvergelijkingen

5 Lineaire differentiaalvergelijkingen 5 Lineaire differentiaalvergelijkingen In veel toepassingen in de techniek en de exacte wetenschappen wordt gewerkt met differentiaalvergelijkingen om continue processen te modelleren. Het gaat dan meestal

Nadere informatie

Bekijk nog een keer het stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden x en y: { De tweede vergelijking van de eerste aftrekken geeft:

Bekijk nog een keer het stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden x en y: { De tweede vergelijking van de eerste aftrekken geeft: Determinanten Invoeren van het begrip determinant Bekijk nog een keer het stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden x en y: { a x + b y = c a 2 a 2 x + b 2 y = c 2 a Dit levert op: { a a 2 x

Nadere informatie

Hoofdstuk 10: Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen

Hoofdstuk 10: Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen Hoofdstuk : Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen Partiële differentiaalvergelijkingen zijn vergelijkingen waarin een onbekende functie van twee of meer variabelen en z n partiële afgeleide(n)

Nadere informatie

Complexe eigenwaarden

Complexe eigenwaarden Complexe eigenwaarden Tot nu toe hebben we alleen reële getallen toegelaten als eigenwaarden van een matrix Het is echter vrij eenvoudig om de definitie uit te breiden tot de complexe getallen Een consequentie

Nadere informatie

Toegepaste wiskunde. voor het hoger beroepsonderwijs. Deel 2 Derde, herziene druk. Uitwerking herhalingsopgaven hoofdstuk 7.

Toegepaste wiskunde. voor het hoger beroepsonderwijs. Deel 2 Derde, herziene druk. Uitwerking herhalingsopgaven hoofdstuk 7. Drs. J.H. Blankespoor Drs.. de Joode Ir. A. Sluijter Toegepaste wiskunde voor het hoger beroepsonderwijs Deel Derde, herziene druk herhalingsopgaven hoofdstuk 7 augustus 009 HBuitgevers, Baarn Toegepaste

Nadere informatie

Wiskundige Technieken 1 Uitwerkingen Hertentamen 2 januari 2014

Wiskundige Technieken 1 Uitwerkingen Hertentamen 2 januari 2014 Wiskundige Technieken Uitwerkingen Hertentamen januari 4 Normering voor 4 pt vragen (andere vragen naar rato): 4pt 3pt pt pt pt goed begrepen én goed uitgevoerd, eventueel met of onbelangrijke rekenfoutjes

Nadere informatie

Hoofdstuk 9: Niet-lineaire differentiaalvergelijkingen en stabiliteit

Hoofdstuk 9: Niet-lineaire differentiaalvergelijkingen en stabiliteit Hoofdstuk 9: Niet-lineaire differentiaalvergelijkingen en stabiliteit Hoewel we reeds vele methoden gezien hebben om allerlei typen differentiaalvergelijkingen op te lossen, zijn er toch nog veel differentiaalvergelijkingen

Nadere informatie

Lineaire Algebra voor ST

Lineaire Algebra voor ST Lineaire Algebra voor ST docent: Judith Keijsper TUE, HG 9.3 email: J.C.M.Keijsper@tue.nl studiewijzer: http://www.win.tue.nl/wsk/onderwijs/2ds6 Technische Universiteit Eindhoven college 2 J.Keijsper (TUE)

Nadere informatie

1 VRIJE TRILLINGEN 1.0 INLEIDING 1.1 HARMONISCHE OSCILLATOREN. 1.1.1 het massa-veersysteem. Hoofdstuk 1 - Vrije trillingen

1 VRIJE TRILLINGEN 1.0 INLEIDING 1.1 HARMONISCHE OSCILLATOREN. 1.1.1 het massa-veersysteem. Hoofdstuk 1 - Vrije trillingen 1 VRIJE TRILLINGEN 1.0 INLEIDING Veel fysische systemen, van groot tot klein, mechanisch en elektrisch, kunnen trillingen uitvoeren. Daarom is in de natuurkunde het bestuderen van trillingen van groot

Nadere informatie

Gaap, ja, nog een keer. In één variabele hebben we deze formule nu al een paar keer gezien:

Gaap, ja, nog een keer. In één variabele hebben we deze formule nu al een paar keer gezien: Van de opgaven met een letter en dus zonder nummer staat het antwoord achterin. De vragen met een nummer behoren tot het huiswerk. Spieken achterin helpt je niets in het beter snappen... 1 Stelling van

Nadere informatie

10.0 Voorkennis. Herhaling van rekenregels voor machten: a als a a 1 0[5] [6] Voorbeeld 1: Schrijf als macht van a:

10.0 Voorkennis. Herhaling van rekenregels voor machten: a als a a 1 0[5] [6] Voorbeeld 1: Schrijf als macht van a: 10.0 Voorkennis Herhaling van rekenregels voor machten: p p q pq a pq a a a [1] a [2] q a q p pq p p p a a [3] ( ab) a b [4] Voorbeeld 1: Schrijf als macht van a: 1 8 : a a : a a a a 3 8 3 83 5 Voorbeeld

Nadere informatie

Monitoraatssessie Wiskunde

Monitoraatssessie Wiskunde Monitoraatssessie Wiskunde 1 Overzicht van de cursus Er zijn drie grote blokken, telkens voorafgegaan door de rekentechnieken die voor dat deel nodig zullen zijn. Exponentiële en logaritmische functies;

Nadere informatie

3 Opgaven bij Hoofdstuk 3

3 Opgaven bij Hoofdstuk 3 3 Opgaven bij Hoofdstuk 3 Opgave 3. Voor k beschouwen we de functie f k : x sin(x/k). Toon aan dat f k 0 uniform op [ R, R] voor iedere R > 0. Opgave 3.2 Zij V een verzameling. Een functie f : V C heet

Nadere informatie

Examenvragen Hogere Wiskunde I

Examenvragen Hogere Wiskunde I 1 Examenvragen Hogere Wiskunde I Vraag 1. Zij a R willekeurig. Gegeven is dat voor alle r, s Q geldt dat a r+s = a r a s. Bewijs dat voor alle x, y R geldt dat a x+y = a x a y. Vraag 2. Gegeven 2 functies

Nadere informatie

ax + 2 dx con- vergent? n ln(n) ln(ln(n)), n=3 (d) y(x) = e 1 2 x2 e 1 2 t2 +t dt + 2

ax + 2 dx con- vergent? n ln(n) ln(ln(n)), n=3 (d) y(x) = e 1 2 x2 e 1 2 t2 +t dt + 2 Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Calculus NWI-NPB 8 januari 3, 8.3.3 Het gebruik van een rekenmachine, telefoon en boek(en) is niet toegestaan. Geef precieze argumenten en antwoorden. Maak uw redenering

Nadere informatie

Tentamen Inleiding Meten en Modelleren Vakcode 8C120 7 april 2010, uur. Het gebruik van een (grafische) rekenmachine is toegestaan.

Tentamen Inleiding Meten en Modelleren Vakcode 8C120 7 april 2010, uur. Het gebruik van een (grafische) rekenmachine is toegestaan. Tentamen Inleiding Meten en Modelleren Vakcode 8C1 7 april 1, 9. - 1. uur Dit tentamen bestaat uit 4 opgaven. Indien u een opgave niet kunt maken, geeft u dan aan hoe u de opgave zou maken. Dat kan een

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Lineaire Algebra en Lineaire Analyse (Y550/Y530), op donderdag 5 november 00, 9:00 :00 uur. De uitwerkingen van de opgaven dienen

Nadere informatie

Inhoud college 5 Basiswiskunde Taylorpolynomen

Inhoud college 5 Basiswiskunde Taylorpolynomen Inhoud college 5 Basiswiskunde 4.10 Taylorpolynomen 2 Basiswiskunde_College_5.nb 4.10 Inleiding Gegeven is een functie f met punt a in domein D f. Gezocht een eenvoudige functie, die rond punt a op f lijkt

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Uitwerking Tentamen Calculus, 2DM10, maandag 22 januari 2007

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Uitwerking Tentamen Calculus, 2DM10, maandag 22 januari 2007 TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Uitwerking Tentamen Calculus, DM, maandag januari 7. (a) Gevraagd is het polynoom f() + f () (x ) + f (x ). Een eenvoudige rekenpartij

Nadere informatie

3. Beschouw een zeer goede thermische geleider ( k ) in de vorm van een cilinder met lengte L en straal a

3. Beschouw een zeer goede thermische geleider ( k ) in de vorm van een cilinder met lengte L en straal a 1. Op een vierkantig substraat bevinden zich 4 IC s (warmtebronnen), zoals op de bijgevoegde figuur. Als een van de warmtebronnen een vermogen van 1W dissipeert als warmte (en de andere geen vermogen dissiperen),

Nadere informatie

Uitwerkingen Mei 2012. Eindexamen VWO Wiskunde B. Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek

Uitwerkingen Mei 2012. Eindexamen VWO Wiskunde B. Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek Uitwerkingen Mei 01 Eindexamen VWO Wiskunde B A B C Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek Onafhankelijkheid van a Opgave 1. We moeten aantonen dat F a een primitieve is van de

Nadere informatie

Analyse I. 1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar 2005-2006 1ste semester 31 januari 2006

Analyse I. 1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar 2005-2006 1ste semester 31 januari 2006 1ste semester 31 januari 2006 Analyse I 1. Onderstel dat f : [a, b] R continu is, en dat f(a)f(b) < 0. Toon aan dat f minstens 1 nulpunt heeft gelegen in het interval (a, b). 2. Gegeven is een functie

Nadere informatie

3. Bepaal de convergentie-eigenschappen (absoluut convergent, voorwaardelijk convergent, divergent) van de volgende reeksen: n=1. ( 1) n (n + 1)x 2n.

3. Bepaal de convergentie-eigenschappen (absoluut convergent, voorwaardelijk convergent, divergent) van de volgende reeksen: n=1. ( 1) n (n + 1)x 2n. Radboud Universiteit Tentamen Calculus A NWI-WP025 25 januari 208, 8.30.30 Het gebruik van een rekenmachine/gr, telefoon, boek, aantekeningen e.d. is niet toegestaan. Geef precieze argumenten en antwoorden.

Nadere informatie

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Uitwerking Proeftentamen 3 Functies van één veranderlijke (15126 De uitwerkingen van de opgaven dienen duidelijk geformuleerd en overzichtelijk

Nadere informatie

Tentamen Inleiding Meten en Modelleren 8C120-2011 6 april 2011, 09:00-12:00

Tentamen Inleiding Meten en Modelleren 8C120-2011 6 april 2011, 09:00-12:00 Tentamen Inleiding Meten en Modelleren 8C20-20 6 april 20 09:00-2:00 Dit tentamen bestaat uit 4 opgaven. Indien u een opgave niet kunt maken geeft u dan aan hoe u de opgave zou maken. Dat kan een deel

Nadere informatie

Energieverlies bij warmwaterleidingen

Energieverlies bij warmwaterleidingen Technische Universiteit Delft Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Delft Institute of Applied Mathematics Energieverlies bij warmwaterleidingen Verslag ten behoeve van het Delft Institute

Nadere informatie

Uitwerkingen Tentamen Gewone Differentiaalvergelijkingen

Uitwerkingen Tentamen Gewone Differentiaalvergelijkingen Uitwerkingen Tentamen Gewone Differentiaalvergelijkingen Maandag 4 januari 216, 1: - 13: uur 1. Beschouw voor t > de inhomogene singuliere tweede orde vergelijking, t 2 ẍ + 4tẋ + 2x = f(t, (1 waarin f

Nadere informatie

Opgaven bij het vormen van ruimte: van Poincaré tot Perelman

Opgaven bij het vormen van ruimte: van Poincaré tot Perelman Opgaven bij het vormen van ruimte: van Poincaré tot Perelman Roland van der Veen Inleiding Deze reeks opgaven is bedoeld voor de werkcolleges van de vakantiecursus Wiskunde in Wording, Augustus 2013. 1

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Numerieke Methoden voor Werktuigbouwkunde N460 op donderdag 4 juni 010, 14.00-17.00 uur. De uitwerkingen van de opgaven dienen

Nadere informatie

Examen Wiskundige Analyse I 1ste bach ir wet. dinsdag 5 januari Vraag 1.1. Waar of vals (1pt) Het beginvoorwaardenprobleem

Examen Wiskundige Analyse I 1ste bach ir wet. dinsdag 5 januari Vraag 1.1. Waar of vals (1pt) Het beginvoorwaardenprobleem Examen Wiskundige Analyse I ste bach ir wet dinsdag 5 januari 206 Vraag.. Waar of vals (pt) Het beginvoorwaardenprobleem 32x 3 y = (y ) 3, y() = 2, y () = 4 bezit een unieke oplossing, die geldig is in

Nadere informatie

Primitieve functie Als f : R --> R continu is op een interval, dan noemt men F : R --> R een primiteive functie of

Primitieve functie Als f : R --> R continu is op een interval, dan noemt men F : R --> R een primiteive functie of Enkelvoudige integralen Kernbegrippen Onbepaalde integralen Van onbepaalde naar bepaalde integraal Bepaalde integralen Integratiemethoden Standaardintegralen Integratie door splitsing Integratie door substitutie

Nadere informatie

Lijnenspel. Remco van Groesen ( ) & Ellen Houbiers ( )

Lijnenspel. Remco van Groesen ( ) & Ellen Houbiers ( ) Lijnenspel Remco van Groesen (0769631) & Ellen Houbiers (0775493) Technische Universiteit Eindhoven Opdrachtgever: Benne de Weger Begeleider: Cor Hurkens 18 januari 2013 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2

Nadere informatie

Wiskundige Technieken 1 Uitwerkingen Tentamen 4 november 2013

Wiskundige Technieken 1 Uitwerkingen Tentamen 4 november 2013 Wiskundige Technieken Uitwerkingen Tentamen 4 november 0 Normering voor 4 pt vragen andere vragen naar rato): 4pt pt pt pt 0pt goed begrepen én goed uitgevoerd, eventueel met of onbelangrijke rekenfoutjes

Nadere informatie

Lineaire Afbeelding Stelsels differentiaalvergelijkingen. 6 juni 2006

Lineaire Afbeelding Stelsels differentiaalvergelijkingen. 6 juni 2006 Lineaire Afbeelding Stelsels differentiaalvergelijkingen 6 juni 6 i ii Inhoudsopgave Stelsels differentiaalvergelijkingen Opgaven Stelsels differentiaalvergelijkingen In deze paragraaf passen we onze kennis

Nadere informatie

Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur 1 september Nummer vragenreeks: 1

Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur 1 september Nummer vragenreeks: 1 Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 Nummer vragenreeks: Resultaten IJkingstoets Bio-ingenieur september 8 - p. / Aan de KU Leuven namen in totaal 8 aspirant-studenten deel aan de ijkingstoets

Nadere informatie

1. Een van mijn collega s, liet een mooi verhaal zien: De opgave was: Los op ln(x + 2) ln(x + 1) = 1.

1. Een van mijn collega s, liet een mooi verhaal zien: De opgave was: Los op ln(x + 2) ln(x + 1) = 1. Tentamen-wiskunde?. De basiswiskunde. Een van mijn collega s, liet een mooi verhaal zien: De opgave was: Los op ln(x + 2) ln(x + ) =. Oplossing : ln(x + 2) = + ln(x + ) x + 2 = ln + x + 3 = ln dus x =

Nadere informatie

2010-I. A heeft de coördinaten (4 a, 4a a 2 ). Vraag 1. Toon dit aan. Gelijkstellen: y= 4x x 2 A. y= ax

2010-I. A heeft de coördinaten (4 a, 4a a 2 ). Vraag 1. Toon dit aan. Gelijkstellen: y= 4x x 2 A. y= ax 00-I De parabool met vergelijking y = 4x x en de x-as sluiten een vlakdeel V in. De lijn y = ax (met 0 a < 4) snijdt de parabool in de oorsprong en in punt. Zie de figuur. y= 4x x y= ax heeft de coördinaten

Nadere informatie

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Uitwerking tentamen Functies van één veranderlijke (5260) op dinsdag 6 januari 2009, 9.00 2.00 uur. De uitwerkingen van de opgaven

Nadere informatie

Overgangsverschijnselen

Overgangsverschijnselen Hoofdstuk 5 Overgangsverschijnselen Doelstellingen 1. Overgangsverschijnselen van RC en RL ketens kunnen uitleggen waarbij de wiskundige afleiding van ondergeschikt belang is Als we een condensator of

Nadere informatie

1 WAAM - Differentiaalvergelijkingen

1 WAAM - Differentiaalvergelijkingen 1 WAAM - Differentiaalvergelijkingen 1.1 Algemene begrippen Een (gewone) differentiaalvergelijking heeft naast de onafhankelijke veranderlijke (bijvoorbeeld genoteerd als x), eveneens een onbekende functie

Nadere informatie

1e bachelor ingenieurswetenschappen Modeloplossing examen oefeningen analyse I, januari y = u sin(vt) dt. wordt voorgesteld door de matrix

1e bachelor ingenieurswetenschappen Modeloplossing examen oefeningen analyse I, januari y = u sin(vt) dt. wordt voorgesteld door de matrix e bachelor ingenieurswetenschappen Modeloplossing examen oefeningen analyse I, januari 9. Opgave: Bereken dt ( q) als p = (, ), q = (, ) en p u+v x = e t dt T : (u, v) (x, y) : u y = u sin(vt) dt Oplossing:

Nadere informatie

1 Eigenwaarden en eigenvectoren

1 Eigenwaarden en eigenvectoren Eigenwaarden en eigenvectoren Invoeren van de begrippen eigenwaarde en eigenvector DEFINITIE Een complex (of reëel getal λ heet een eigenwaarde van de n n matrix A als er een vector x is met Ax = λx Dan

Nadere informatie

Werken met eenheden. Introductie 275. Leerkern 275

Werken met eenheden. Introductie 275. Leerkern 275 Open Inhoud Universiteit Appendix B Wiskunde voor milieuwetenschappen Werken met eenheden Introductie 275 Leerkern 275 1 Grootheden en eenheden 275 2 SI-eenhedenstelsel 275 3 Tekenen en grafieken 276 4

Nadere informatie

Uitwerkingen van de opgaven bij het vormen van ruimte: van Poincaré tot Perelman

Uitwerkingen van de opgaven bij het vormen van ruimte: van Poincaré tot Perelman Uitwerkingen van de opgaven bij het vormen van ruimte: van Poincaré tot Perelman Roland van der Veen Inleiding Deze reeks opgaven is bedoeld voor de werkcolleges van de vakantiecursus Wiskunde in Wording,

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde b 1-2 havo 2002 - II

Eindexamen wiskunde b 1-2 havo 2002 - II Pompen of... Een cilindervormig vat met een hoogte van 32 dm heeft een inhoud van 8000 liter (1 liter = 1 dm 3 ). figuur 1 4p 1 Bereken de diameter van het vat. Geef je antwoord in gehele centimeters nauwkeurig.

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Beweging in beeld. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 1 Beweging in beeld. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 1 Beweging in beeld Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 1.1 Beweging vastleggen Het verschil tussen afstand en verplaatsing De verplaatsing (x) is de netto verplaatsing en de

Nadere informatie

Stelsels differentiaalvergelijkingen

Stelsels differentiaalvergelijkingen Stelsels differentiaalvergelijkingen Stelsels homogene differentiaalvergelijkingen We bekijken in deze paragraaf stelsels homogene differentiaalvergelijkingen: x (t x (t x (t x (t x n(t A Voorbeeld x +

Nadere informatie

n 2 + 2n + 4 3n 2 n + 4n n + 2n + 12 n=1

n 2 + 2n + 4 3n 2 n + 4n n + 2n + 12 n=1 Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Calculus 2 NWI-NP004B 6 april 205, 8.00 2.00 Het gebruik van een rekenmachine/gr, telefoon, boek, aantekeningen e.d. is niet toegestaan. Geef precieze argumenten

Nadere informatie

Oefeningentoets Differentiaalvergelijkingen, deel 1 dinsdag 6 november 2018 in lokaal 200M van 16:00 tot 18:00u

Oefeningentoets Differentiaalvergelijkingen, deel 1 dinsdag 6 november 2018 in lokaal 200M van 16:00 tot 18:00u Oefeningentoets Differentiaalvergelijkingen, deel 1 dinsdag 6 november 2018 in lokaal 200M 00.07 van 16:00 tot 18:00u Beste student, Deze oefeningentoets bevat twee oefeningen betreffende het tweede deel

Nadere informatie

SEMESTER 1, BLOK B SIMULATIE

SEMESTER 1, BLOK B SIMULATIE INLEIDING In deze workshop gaan we met behulp van Excel een simulatie uitvoeren die betrekking heeft op chemische omzettingen en het schoonspoelen van een reactorsysteem. We bekijken dan wat er gebeurt

Nadere informatie

Indicatie van voorkennis per les Algemene relativiteitstheorie Docent: Dr. H. (Harm) van der Lek

Indicatie van voorkennis per les Algemene relativiteitstheorie Docent: Dr. H. (Harm) van der Lek Indicatie van voorkennis per les Algemene relativiteitstheorie Docent: Dr. H. (Harm) van der Lek Dit document bevat niet alleen voorkennis in de zin dat moet u al gehad hebben en kennen, maar ook in de

Nadere informatie

Wiskundige Technieken 1 Uitwerkingen Tentamen 3 november 2014

Wiskundige Technieken 1 Uitwerkingen Tentamen 3 november 2014 Wiskundige Technieken Uitwerkingen Tentamen 3 november 0 Normering voor pt vragen andere vragen naar rato): pt 3pt pt pt 0pt goed begrepen én goed uitgevoerd, eventueel met enkele onbelangrijke rekenfoutjes

Nadere informatie

Het vinden van een particuliere oplossing

Het vinden van een particuliere oplossing Het vind van e particuliere oplossing Voor e lineaire differtiaalvergelijking met constante (reële) coëfficiënt a 0 y (n) (t) + a 1 y (n 1) (t) +... + a n 1 y (t) + a n y(t) = g(t), a 0 0 (1) geldt, dat

Nadere informatie

Zomercursus Wiskunde. Katholieke Universiteit Leuven Groep Wetenschap & Technologie. September 2008

Zomercursus Wiskunde. Katholieke Universiteit Leuven Groep Wetenschap & Technologie. September 2008 Katholieke Universiteit Leuven September 008 Algebraïsch rekenen (versie 7 juni 008) Inleiding In deze module worden een aantal basisrekentechnieken herhaald. De nadruk ligt vooral op het symbolisch rekenen.

Nadere informatie

Wiskunde 3 partim Analyse: oefeningen

Wiskunde 3 partim Analyse: oefeningen Wiskunde 3 partim Analyse: oefeningen Lijnintegralen 1. Bereken de lijnintegraal waarbij C xdx + ydy (x 2 + y 2 ) 5/2 C : P (t) = exp t sin t e x + exp t cos t e y, 0 t 2π. Antwoord: 1 (1 exp ( 6π)) 3

Nadere informatie

Proef Natuurkunde Warmteafgifte weerstand

Proef Natuurkunde Warmteafgifte weerstand Proef Natuurkunde Warmteafgifte weerstand Proef door een scholier 1229 woorden 12 december 2003 5,7 31 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Inleiding Wij hebben ervoor gekozen om ons met onze natuurkunde EXO

Nadere informatie

Een model voor een lift

Een model voor een lift Een model voor een lift 2 de Leergang Wiskunde schooljaar 213/14 2 Inhoudsopgave Achtergrondinformatie... 4 Inleiding... 5 Model 1, oriëntatie... 7 Model 1... 9 Model 2, oriëntatie... 11 Model 2... 13

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2002-II

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2002-II Pompen of... Een cilindervormig vat met een hoogte van 32 dm heeft een inhoud van 8000 liter (1 liter = 1 dm 3 ). figuur 1 4p 1 Bereken de diameter van het vat. Geef je antwoord in gehele centimeters nauwkeurig.

Nadere informatie

x(t + T ) = x(t) Voorbeeld 1. Beschouw het niet-lineaire autonome stelsel . (1) y x + y y(x 2 + y 2 )

x(t + T ) = x(t) Voorbeeld 1. Beschouw het niet-lineaire autonome stelsel . (1) y x + y y(x 2 + y 2 ) 97 Periodieke oplossingen en limit ccles We beschouwen weer autonome stelsels van de vorm x (t) = f(x(t)), waarbij het rechterlid dus niet expliciet van t afhangt We gaan onderzoeken wanneer er periodieke

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN FACULTEIT WERKTUIGBOUWKUNDE DIVISIE COMPUTATIONAL AND EXPERIMENTAL MECHANICS

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN FACULTEIT WERKTUIGBOUWKUNDE DIVISIE COMPUTATIONAL AND EXPERIMENTAL MECHANICS TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN FACULTEIT WERKTUIGBOUWKUNDE DIVISIE COMPUTATIONAL AND EXPERIMENTAL MECHANICS Tentamen Polymeerverwerking (4K550) donderdag 5 juli 2007, 14:00-17:00. Bij het tentamen mag

Nadere informatie

10.6. Andere warmteproblemen. We hebben warmteproblemen bekeken van de vorm. 0 < x < L, t > 0. w(0, t) = 0, w(l, t) = 0, t 0. u(x, 0) = f(x), 0 x L,

10.6. Andere warmteproblemen. We hebben warmteproblemen bekeken van de vorm. 0 < x < L, t > 0. w(0, t) = 0, w(l, t) = 0, t 0. u(x, 0) = f(x), 0 x L, .6. Andere warmteproblem. We hebb warmteproblem bekek van de vorm α 2 u xx = u t, < x u(, t) =, u(, t) =, t u(x, ) = f(x), x, waarbij de temperatuur aan de beide uiteind constant bovdi gelijk is.

Nadere informatie

Verbanden en functies

Verbanden en functies Verbanden en functies 0. voorkennis Stelsels vergelijkingen Je kunt een stelsel van twee lineaire vergelijkingen met twee variabelen oplossen. De oplossing van het stelsel is het snijpunt van twee lijnen.

Nadere informatie

2.0 Voorkennis. Herhaling merkwaardige producten: (A + B) 2 = A 2 + 2AB + B 2 (A B) 2 = A 2 2AB + B 2 (A + B)(A B) = A 2 B 2

2.0 Voorkennis. Herhaling merkwaardige producten: (A + B) 2 = A 2 + 2AB + B 2 (A B) 2 = A 2 2AB + B 2 (A + B)(A B) = A 2 B 2 .0 Voorkennis Herhaling merkwaardige producten: (A + B) = A + AB + B (A B) = A AB + B (A + B)(A B) = A B Voorbeeld 1: (5a) (a -3b) = 5a (4a 1ab + 9b ) = 5a 4a + 1ab 9b = 1a + 1ab 9b Voorbeeld : 4(x 7)

Nadere informatie

Notatie Voor een functie y = y(t) schrijven we. Definitie Een differentiaalvergelijking is een vergelijking van de vorm

Notatie Voor een functie y = y(t) schrijven we. Definitie Een differentiaalvergelijking is een vergelijking van de vorm college 3: differentiaalvergelijkingen Notatie Voor een functie y = y(t) schrijven we y = y (t) of y (1) = y (1) (t) voor de afgeleide dy dt, en y = y (t) of y (2) = y (2) (t) voor de tweede afgeleide

Nadere informatie

18.I.2010 Wiskundige Analyse I, theorie (= 60% van de punten)

18.I.2010 Wiskundige Analyse I, theorie (= 60% van de punten) 8.I.00 Wiskundige Analyse I, theorie 60% van de punten) Beantwoord elk van de vragen I,II,III en IV op één van de dubbele geruite bladen. Schrijf op elk van die dubbele geruite bladen, bovenaan de eerste

Nadere informatie

Differentiaalvergelijkingen Technische Universiteit Delft

Differentiaalvergelijkingen Technische Universiteit Delft Differentiaalvergelijkingen Technische Universiteit Delft Roelof Koekoek WbMT2048 Roelof Koekoek (TU Delft) Differentiaalvergelijkingen WbMT2048 1 / 1 Het vinden van een particuliere oplossing Voor een

Nadere informatie

Lineaire Algebra voor W 2Y650

Lineaire Algebra voor W 2Y650 Lineaire Algebra voor W 2Y65 Docent: L Habets HG 89, Tel: 4-247423, Email: lcgjmhabets@tuenl http://wwwwintuenl/wsk/onderwijs/2y65 1 Herhaling: bepaling van eigenwaarden en eigenvectoren (1) Bepaal het

Nadere informatie

15.0 Voorkennis. Herhaling rekenregels voor differentiëren: (somregel) (productregel) (quotiëntregel) n( x) ( n( x))

15.0 Voorkennis. Herhaling rekenregels voor differentiëren: (somregel) (productregel) (quotiëntregel) n( x) ( n( x)) 5.0 Voorkennis Herhaling rekenregels voor differentiëren: f ( x) a f '( x) 0 n f ( x) ax f '( x) nax n f ( x) c g( x) f '( x) c g'( x) f ( x) g( x) h( x) f '( x) g'( x) h'( x) p( x) f ( x) g( x) p'( x)

Nadere informatie

Dune Ash een wiskundig model voor de verspreiding van een vulkanische aswolk werkbundel

Dune Ash een wiskundig model voor de verspreiding van een vulkanische aswolk werkbundel Dune Ash een wiskundig model voor de verspreiding van een vulkanische aswolk werkbundel Nele Cosemans en Greet Dockx, studenten SLO wiskunde KU Leuven VERKENNING Open het programma Dune Ash en lees de

Nadere informatie

BIOFYSICA: Toets I.4. Dynamica: Oplossing

BIOFYSICA: Toets I.4. Dynamica: Oplossing 1 ste jaar Bachelor BIOMEDISCHE WETENSCHAPPEN Academiejaar 006-007 BIOFYSICA: Toets I.4. Dynamica: Oplossing 1 Opgave 1 Een blokje met massa 0, kg heeft onder aan een vlakke helling een snelheid van 7,

Nadere informatie

(x x 1 ) + y 1. x x k+1 x k x k+1

(x x 1 ) + y 1. x x k+1 x k x k+1 Les Talor reeksen We hebben in Wiskunde een aantal belangrijke reële functies gezien, bijvoorbeeld de exponentiële functie exp(x) of de trigonometrische functies sin(x) en cos(x) Toen hebben we wel eigenschappen

Nadere informatie

IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica september 2018: algemene feedback

IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica september 2018: algemene feedback IJkingstoets wiskunde-informatica-fysica september 8 - reeks - p. IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica september 8: algemene feedback Positionering ten opzichte van andere deelnemers In totaal namen

Nadere informatie

TW2040: Complexe Functietheorie

TW2040: Complexe Functietheorie TW2040: Complexe Functietheorie week 4.1, donderdag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 21 april, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 32 Outline 1 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie

Nadere informatie

De parabool en de cirkel raken elkaar in de oorsprong; bepaal ook de coördinaten van de overige snijpunten A 1 en A 2.

De parabool en de cirkel raken elkaar in de oorsprong; bepaal ook de coördinaten van de overige snijpunten A 1 en A 2. BURGERLIJK INGENIEUR-ARCHITECT - 5 SEPTEMBER 2002 BLZ 1/10 1. We beschouwen de cirkel met vergelijking x 2 + y 2 2ry = 0 en de parabool met vergelijking y = ax 2. Hierbij zijn r en a parameters waarvoor

Nadere informatie

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl) Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl) Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 19 juni 13.30 16.30 uur 20 02 Voor dit examen zijn maximaal 85 punten te behalen; het examen bestaat uit

Nadere informatie

Schuifbanden in vloeistoffen (Engelse titel: Shear bands in fluids)

Schuifbanden in vloeistoffen (Engelse titel: Shear bands in fluids) Technische Universiteit Delft Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Delft Institute of Applied Mathematics Schuifbanden in vloeistoffen (Engelse titel: Shear bands in fluids Verslag ten behoeve

Nadere informatie

Oefenopgaven wi3097: Numerieke methoden voor differentiaalvergelijkingen

Oefenopgaven wi3097: Numerieke methoden voor differentiaalvergelijkingen Oefenopgaven wi3097: Numerieke methoden voor differentiaalvergelijkingen 1 Introductie Taylor polynoom, floating point getal, afrondfout Orde symbool Landau 1. Laat f(x) = x 3. Bepaal het tweede orde Taylor

Nadere informatie

toelatingsexamen-geneeskunde.be Gebaseerd op nota s tijdens het examen, daarom worden niet altijd antwoordmogelijkheden vermeld.

toelatingsexamen-geneeskunde.be Gebaseerd op nota s tijdens het examen, daarom worden niet altijd antwoordmogelijkheden vermeld. Wiskunde juli 2009 Laatste aanpassing: 29 juli 2009. Gebaseerd op nota s tijdens het examen, daarom worden niet altijd antwoordmogelijkheden vermeld. Vraag 1 Wat is de top van deze parabool 2 2. Vraag

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Inleiding

Hoofdstuk 1: Inleiding Hoofdstuk 1: Inleiding 1.1. Richtingsvelden. Zie Stewart, 9.2. 1.2. Oplossingen van enkele differentiaalvergelijkingen. Zelf doorlezen. 1.3. Classificatie van differentiaalvergelijkingen. Differentiaalvergelijkingen

Nadere informatie

Differentiaalvergelijkingen I : separabele en lineaire 1ste orde DV

Differentiaalvergelijkingen I : separabele en lineaire 1ste orde DV WISKUNDIGE ANALYSE OEFENZITTING 0 c D. Keppens 2004 Differentiaalvergelijkingen I : separabele en lineaire ste orde DV Onderwerp : separabele differentiaalvergelijkingen van de eerste orde en vergelijkingen

Nadere informatie

Trillingen en geluid wiskundig

Trillingen en geluid wiskundig Trillingen en geluid wiskundig 1 De sinus van een hoek 2 Radialen 3 Uitwijking van een harmonische trilling 4 Macht en logaritme 5 Geluidsniveau en amplitude 1 De sinus van een hoek Sinus van een hoek

Nadere informatie

Hoofdstuk 7: Stelsels eerste orde lineaire differentiaalvergelijkingen

Hoofdstuk 7: Stelsels eerste orde lineaire differentiaalvergelijkingen Hoofdstuk 7: Stelsels eerste orde lineaire differentiaalvergelijkingen Bij het vak Lineaire Algebra hebben we reeds kennis gemaakt met stelsels eerste orde lineaire differentiaalvergelijkingen We hebben

Nadere informatie

Snelle glijbanen. Masterclass VWO-leerlingen juni Emiel van Elderen en Joost de Groot NWD Faculteit EWI, Toegepaste Wiskunde

Snelle glijbanen. Masterclass VWO-leerlingen juni Emiel van Elderen en Joost de Groot NWD Faculteit EWI, Toegepaste Wiskunde Masterclass VWO-leerlingen juni 2008 Snelle glijbanen Emiel van Elderen en Joost de Groot NWD 2009 1 Technische Universiteit Delft Probleemstelling Gegeven: een punt A(0,a) en een punt B(b, 0) met a 0.

Nadere informatie