Faseplan Gentse kanaalzone Van humane biomonitoring naar beleidsacties

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Faseplan Gentse kanaalzone Van humane biomonitoring naar beleidsacties"

Transcriptie

1 Faseplan Gentse kanaalzone Van humane biomonitoring naar beleidsacties Rapportering fase I: prioritaire thema s voor beleidsactie Dries Coertjens, Bert Morrens en Ilse Loots Universiteit Antwerpen Ann Colles en Greet Schoeters VITO September 2015 Project in opdracht van het departement Leefmilieu, Natuur en Energie en het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid 1

2 Inhoud 1. Inleiding Humane biomonitoring in de Gentse kanaalzone Het faseplan: van humane biomonitoring naar beleidsacties Leeswijzer Bovenlokale prioriteiten: Steunpunt Milieu en Gezondheid en Vlaamse overheid Methode: Resultaten: Lokale prioriteiten: HBM-deelnemers en lokale actoren Methode: Resultaten: Conclusies fase I

3 1. Inleiding In de periode werd door het Steunpunt Milieu en Gezondheid een humanebiomonitoringsonderzoek uitgevoerd in de Gentse kanaalzone. In dit onderzoek werd nagegaan of wonen nabij de Gentse haven een invloed heeft op de gezondheid. De resultaten van dit onderzoek werden bekendgemaakt in het voorjaar van Met het oog op een verdere interpretatie en beleidsvertaling van deze onderzoeksresultaten werd vervolgens een proces opgestart ( het faseplan ), met als doel op een stapsgewijze, transparante en participatieve manier te komen tot concrete beleidsacties. In een eerste fase werd nagegaan welke thema s prioritaire aandacht verdienen in het licht van deze beleidsvertaling. Voor deze prioriteitsstelling werden verschillende groepen bevraagd: de wetenschappers van het Steunpunt Milieu en Gezondheid, beleidsmakers op Vlaams en lokaal niveau, enkele lokale maatschappelijke actoren en de deelnemers aan het onderzoek. Alle informatie werd samengebracht op een gezamenlijk overlegmoment, waar tot slot enkele eindconclusies werden geformuleerd voor fase 1. Dit rapport doet verslag van deze eerste fase van het faseplan voor de Gentse kanaalzone Humane biomonitoring in de Gentse kanaalzone Humane biomonitoring (HBM) is een meettechniek waarbij blootstelling aan milieuverontreinigende stoffen en de gezondheidseffecten die hiermee kunnen gepaard gaan, gemeten wordt in het lichaam van de mens. Het onderzoek in de Gentse kanaalzone gebeurde naar aanleiding van bezorgdheden over de mogelijke gezondheidseffecten van het drukke verkeer en de industriële activiteiten in de regio. Vooral de fijnstofproblematiek wordt in dit verband veel genoemd. Het onderzoek werd uitgevoerd door het Steunpunt Milieu en Gezondheid in opdracht van de Vlaamse overheid. En tot het studiegebied behoorden de gemeenten Zelzate en Wachtebeke en delen van de gemeente Evergem en de stad Gent. In de periode namen 395 jongeren van jaar oud deel aan het onderzoek. Alle deelnemende jongeren vulden vragenlijsten in en gaven toestemming om de gegevens van het medisch schoolonderzoek op te vragen bij de centra voor leerlingenbegeleiding (CLB). Bij 200 van deze jongeren werden bloed-, urine- en ademstalen onderzocht op de aanwezigheid van vervuilende stoffen en de vroegtijdige gezondheidseffecten van deze stoffen in het lichaam. De meetwaarden die dit onderzoek opleverde, werden vergeleken met de meetwaarden van hun Vlaamse leeftijdsgenoten en met de resultaten van een vergelijkbare studie die het Steunpunt Milieu en Gezondheid tien jaar geleden in de Gentse kanaalzone uitvoerde. Voor de meeste meetwaarden konden geen significante verschillen worden vastgesteld tussen de jongeren in de Gentse kanaalzone en de jongeren van de Vlaamse referentiegroep. Bovendien konden voor verschillende vervuilende stoffen duidelijk dalende trends worden vastgesteld in vergelijking met 10 jaar eerder, parallel aan de dalingen in algemeen Vlaanderen. Naast deze gunstige resultaten, konden voor de Gentse kanaalzone echter ook enkele aandachtspunten worden geformuleerd: 3

4 Ondanks de daling in de tijd van enkele persistente of moeilijk afbreekbare stoffen in het milieu en in de mens, zoals PCB s en DDT, zijn er nog steeds aanwijzingen dat de PCB-gehaltes in bloed bij jongeren in de Gentse kanaalzone hoger liggen dan in Vlaanderen. En voor het pesticide DDT worden nog steeds waarden vastgesteld boven de gezondheidskundige richtlijn (zowel in de kanaalzone als in Vlaanderen). Ook de waarden voor het pesticide lindaan liggen hoger in de Gentse kanaalzone, maar hiervoor is geen gezondheidskundige richtlijn beschikbaar en deze stof werd tien jaar geleden niet gemeten waardoor we geen zicht hebben op de tijdstrend. Deze persistente stoffen zijn ondertussen verboden, maar omdat ze traag afbreken en opstapelen in het milieu en in ons lichaam vinden we deze nog steeds terug. Verder werd een licht stijgende tijdstrend vastgesteld voor PAK s, zowel in de kanaalzone als in Vlaanderen. Dit zijn stoffen die vrijkomen bij allerhande verbrandingsprocessen en dus diverse bronnen hebben. De gezondheidseffecten die werden gemeten, gaven over het algemeen goede resultaten aan voor jongeren uit de Gentse kanaalzone: DNA-schade scoort lager en ook de bloeddruk was lager in vergelijking met Vlaanderen. Aandachtspunten zijn echter het feit dat metingen in ademstalen op meer ontstekingen van de luchtwegen wijzen, dat er meer allergie voor verzorgingsproducten wordt vastgesteld en dat een nierfunctiemerker minder gunstig was. Enkele van deze gezondheidseffecten (met name ontstekingsreacties in de luchtwegen en allergie voor verzorgingsproducten) werden in verband gebracht met zowel hogere fijn-stof-concentraties (berekend op het thuisadres van de jongeren) als met de schadelijkheid van het fijn stof (op dagen dat meer ontstekingscapaciteit werd gemeten op het fijn stof in de lucht werden ook hogere waarden voor de ontstekingsreacties in de luchtwegen gemeten). Tot slot werd a.d.h.v. een perceptievragenlijst vastgesteld dat jongeren in de Gentse kanaalzone vaker milieuhinder ondervinden en daardoor ongeruster zijn over hun gezondheid dan hun Vlaamse leeftijdsgenoten. Voor meer info over de resultaten, raadpleeg: Het faseplan: van humane biomonitoring naar beleidsacties Een HBM-onderzoek levert een veelheid aan interessante gegevens op over milieu en gezondheid. De doorwerking naar beleid is echter niet altijd eenduidig. Zowel wetenschappelijk als maatschappelijk bestaat er vaak heel wat onenigheid en/of onzekerheid over o.a. de (gezondheidskundige) ernst van de resultaten, de oorzaken achter verhoogde waarden, mogelijke oplossingen voor geïdentificeerde problemen en prioriteiten voor beleid. Daarom werd in het kader van het Steunpunt Milieu en Gezondheid het faseplan ontwikkeld, een procedure om de resultaten van HBM-campagnes verder te interpreteren en te vertalen naar beleidsacties op een transparante, systematische en participatieve manier. Het Faseplan is m.a.w. een vervolgtraject op HBM-onderzoek, waarin zowel onderzoekers, beleidsmakers en maatschappelijke stakeholders participeren. 4

5 De procedure van het Faseplan Het faseplan werd een eerste keer toegepast en geëvalueerd voor de resultaten van het eerste generatie Steunpunt Milieu en Gezondheid ( ) en daarna ook voor de meetcampagnes in Genk-Zuid, regio Menen en algemeen Vlaanderen van het tweede generatie Steunpunt Milieu en Gezondheid ( ). De concrete uitvoering is sterk afhankelijk van de context, maar in algemene zin bestaat het Faseplan uit een voorfase en vier opeenvolgende fasen: - Voorfase: vaststellen en selecteren van belangwekkende HBM-resultaten. - Fase I: bepalen van prioritaire thema s voor beleidsactie, op basis van gezondheidskundige ernst, beleidsopportuniteit en maatschappelijke wenselijkheid. - Fase II: verdere beleidsrelevante interpretatie van de prioritaire thema s en opstellen van beleidsacties. - Fase III: uitvoeren beleidsacties - Fase IV: evaluatie beleidsacties Het project Faseplan is een opdracht van de Vlaamse overheid (departement Leefmilieu, Natuur en Energie (LNE) en het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid (VAZG)) en wordt getrokken door de Universiteit Antwerpen en VITO, beide ook betrokken in het Steunpunt Milieu en Gezondheid. Samenwerking tussen wetenschappers, overheden en maatschappelijke actoren staat echter steeds voorop. Faseplan Gentse kanaalzone: In een voorfase werd een eerste ruwe selectie gemaakt van de HBM-resultaten voor de Gentse kanaalzone om de grote hoeveelheid aan onderzoeksresultaten enigszins te beperken. De verschillende biomerkerresultaten werden gegroepeerd per thema en enkel de meest belangwekkende thema s werden geselecteerd voor fase I. Dit gebeurde door het veldwerkcomité van het Steunpunt Milieu en Gezondheid. Drie voorwaarden werden vooropgesteld om bepaalde thema s niet te weerhouden: (i) geen ongunstige aanwijzingen voor de Gentse kanaalzone, of (ii) enkel blootstelling-effectrelaties (deze gelden voor heel Vlaanderen), zonder ongunstige aanwijzingen voor de Gentse kanaalzone, of (iii) enkele waarden liggen boven de gezondheidskundige norm in de Gentse kanaalzone, maar de gemiddelde waarde voor de Gentse kanaalzone is gunstiger dan de Vlaamse referentie. Resultaten die vallen onder één van deze drie voorwaarden zijn ofwel gunstig over de hele lijn, ofwel eerder een aandachtspunt voor Vlaanderen in het algemeen en daarom minder relevant voor een faseplan in de Gentse kanaalzone. Volgende thema s werden op die manier niet weerhouden voor fase I: O.b.v. voorwaarde 1: koper, thallium, mangaan, cardiovasculaire functie, bezorgdheid om het milieu, vertrouwen in verschillende informatiekanalen en betrokkenheid bij beleid. 5

6 O.b.v. voorwaarde 2: hexachloorbenzeen (HCB), chloordanen, dioxineachtige stoffen, benzeen en neurologische ontwikkeling. En o.b.v. voorwaarde 3: cadmium, arseen, lood, genotoxiciteit, schildklierwerking en puberteitsontwikkeling. De overblijvende resultaten gaan door naar fase I (voor een overzicht van deze resultaten, zie hoofdstuk 2) waarin vervolgens wordt nagegaan welke thema s prioritaire aandacht verdienen voor beleidsactie. Deze prioritering gebeurt op basis van drie algemene criteria: gezondheidskundige ernst, beleidsopportuniteit en maatschappelijke relevantie. Hiervoor werden verschillende groepen bevraagd, met name de wetenschappers van het Steunpunt Milieu en Gezondheid, beleidsmakers op Vlaams en lokaal niveau, enkele lokale maatschappelijke actoren en de deelnemers aan het onderzoek. 1 Alle informatie werd samengebracht op een gezamenlijk overlegmoment, waar tot slot enkele eindconclusies werden geformuleerd voor fase 1. Verder in dit rapport wordt uitgebreid verslag gedaan van deze eerste fase voor het faseplan Gentse kanaalzone. In fase II zullen de prioritaire thema s verder onder de loep genomen worden, met het oog op mogelijke verklaringen en beleidsopties. Deze fase zal bestaan uit drie onderdelen: desk research door het onderzoeksteam, expertbevraging(en) en (lokaal) overleg. Deze drie onderdelen hoeven niet noodzakelijk strikt van elkaar gescheiden te worden. Interacties tussen experten, beleid en maatschappelijke organisaties kunnen immers tot waardevolle inzichten en resultaten leiden. Het einddoel van fase II is te komen tot wetenschappelijk onderbouwde en maatschappelijk afgetoetste maatregelen die het bestaande beleid kunnen versterken. Voor meer info over het faseplan Gentse kanaalzone, zie: 1 De bevragingen in het kader van het faseplan hebben vooral als doel om een diversiteit aan perspectieven te betrekken, eerder dan representatieve uitspraken te doen in naam van de desbetreffende groepen (daarvoor zijn de bevragingen immers te beperkt opgezet). 6

7 1.1. Leeswijzer In dit rapport wordt verslag uitgebracht van fase I voor het faseplan in de Gentse kanaalzone. In deze fase wordt nagegaan welke thema s prioritaire aandacht verdienen voor beleidsactie. Aangezien hierbij zowel bovenlokale als lokale argumenten van belang zijn, werden verschillende bevragingen opgezet in twee parallelle sporen. In een eerste, bovenlokaal spoor werden de wetenschappers van het Steunpunt Milieu en Gezondheid en de bevoegde diensten op Vlaams niveau gevraagd om een prioritering te maken van de geselecteerde thema s (zie hoofdstuk 2). En in een tweede, lokaal spoor werden verschillende lokale actoren (enkele HBM-deelnemers en buurtbewoners, de lokale overheden en enkele betrokken maatschappelijke actoren) gevraagd naar de prioritaire thema s vanuit lokaal maatschappelijk en beleidsperspectief (zie hoofdstuk 3). Tot slot werd alle verzamelde informatie samengebracht op een gezamenlijk overlegmoment, waar enkele eindconclusies werden geformuleerd voor fase I. Deze eindconclusies worden beschreven in hoofdstuk 4. Overzicht fase I: Spoor 1: Bovenlokale prioriteiten Criteria: Gezondheidskundige ernst en bovenlokale beleidsrelevantie Ingeschat door: Steunpunt Milieu en Gezondheid en Vlaamse overheid Spoor 2: Lokale prioriteiten Criteria: Maatschappelijke wenselijkheid en lokale beleidsrelevantie Ingeschat door: HBM-deelnemers, lokale maatschappelijke actoren en lokale overheden Conclusies fase I Gezamenlijk overlegmoment met vertegenwoordigers van de verschillende betrokken groepen 7

8 2. Bovenlokale prioriteiten: Steunpunt Milieu en Gezondheid en Vlaamse overheid In een eerste spoor van fase I staat de vraag centraal welke HBM-resultaten prioritaire aandacht verdienen vanuit gezondheidskundig perspectief (ingeschat door de wetenschappers van het Steunpunt Milieu en Gezondheid) en vanuit bovenlokaal beleidsperspectief (ingeschat door de bevoegde diensten van de Vlaamse overheid). In het eerste geval wordt vooral gekeken naar gezondheidskundige ernst, in het tweede geval naar aansluiting bij het lopende beleid, specifieke beleidsopportuniteiten (bijvoorbeeld de herziening van bepaalde beleidsplannen) of leemten in het huidige beleid. Lokale actoren werden in een tweede, parallelle spoor bevraagd (zie hoofdstuk 3) Methode: Zowel de wetenschappelijke experten als de beleidsexperten werden via aangeschreven. In totaal werden 24 wetenschappelijke experten aangeschreven van de 9 onderzoeksgroepen die verbonden zijn aan het Steunpunt Milieu en Gezondheid: De vakgroep Analytische en Milieuchemie van de Vrije Universiteit Brussel (VUB); de vakgroep Maatschappelijke Gezondheidskunde van de Universiteit Gent (UGent); de vakgroep Arbeids-, milieu- en verzekeringsgeneeskunde van de Katholieke Universiteit Leuven (KULeuven); de vakgroep Milieu en Samenleving van de Universiteit Antwerpen (UAntwerpen); de afdeling Sociale Geneeskunde van de Universiteit Antwerpen (UAntwerpen); het centrum voor Milieukunde van de Universiteit Hasselt (UHasselt); het centrum voor Statistiek van de Universiteit Hasselt (UHasselt); de unit Milieurisico en Gezondheid van VITO en het Provinciaal Instituut voor Hygiëne van de provincie Antwerpen (PIH). Bij de Vlaamse overheid werden 13 beleidsexperten aangeschreven werkzaam in de beleidsdomeinen Leefmilieu en gezondheid: de Dienst Milieu & Gezondheiden de afdelingen milieuinspectie en milieuvergunningen van het departement Leefmilieu, Natuur en Energie (dlne), de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM), de afdeling Preventie van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid (ZG) en de medisch milieukundigen van het Lokaal Gezondheidsoverleg Gezond+ 2. Er werd aan de gecontacteerde wetenschappelijke en beleidsexperten gevraagd een gemotiveerde prioriteitsscore (gaande van 0 (= weinig prioriteit) tot 4 (= veel prioriteit)) toe te kennen aan onderstaande geselecteerde thema s uit de resultaten van de humane biomonitoring. Aan de wetenschappelijke experten werd gevraagd vooral rekening te houden met de gezondheidskundige ernst, terwijl aan de beleidsexperten werd gevraagd vooral te kijken vanuit de beleidsrelevantie (op Vlaams niveau). 2 Hoewel de medisch-milieukundigen samen worden bevraagd met de bovenlokale beleidsexperten, vervullen zij eerder een 1 e lijnsfunctie, op de grens tussen het lokale en het bovenlokale niveau. De MMK s zijn het aanspreekpunt voor lokale besturen die vragen hebben over milieu en gezondheid. 8

9 De resultaten m.b.t. onderstaande thema s werden ter prioritering voorgelegd. Deze resultaten werden in een voorfase geselecteerd als de meest belangwekkende resultaten voor de Gentse kanaalzone (zoals reeds besproken in de inleiding van dit rapport). Blootstellingsmerkers: PCB s som van 3 merker-pcb s in serum DDT p,p -DDE in serum Lindaan lindaan in serum PAK s 1-hydroxypyreen in urine Fijn stof berekende concentratie PM 10 en PM 2,5 op het thuisadres van de deelnemers Gezondheidseffecten: Astma en allergie bevraging van: astma en hooikoorts vastgesteld door een arts, het ooit voorkomen van astma of hooikoorts, het voorkomen van astma tijdens het afgelopen jaar, eczeem, allergie aan voeding, medicatie of insectenbeten, allergie aan metaal, verzorgings-, onderhouds- of huishoudproducten, dierenallergie, het voorkomen tijdens het afgelopen jaar van luchtweginfecties, oorinfecties of alle infecties Ontstekingsmerkers stikstofmonoxide (NO) in uitgeademde lucht, zuurtegraad (ph) van het ademcondensaat, interleukine1-β in het ademcondensaat Nierfunctie tubulaire functie (α1-microglobuline in urine) en glomerulaire functie (cystatine C in serum) Risicoperceptie: Signaleren van milieuhinder in de leefomgeving Ongerustheid over de invloed van milieu op de gezondheid Milieugerelateerde gezondheidsklachten Behoefte aan milieu-informatie Voor de scoretoekenning werd voor deze thema s achtergrondinformatie aangeboden uit de rapporten van het Steunpunt Milieu en Gezondheid 3 in de vorm van een overzichtstabel. Meer informatie kon indien nodig worden opgezocht op de website van het Steunpunt Milieu en Gezondheid. 3 Vlaams Humaanbiomonitoringsprogramma ( ): Resultatenrapport Gentse kanaalzone + bijlagen; Vlaams Humaanbiomonitoringsprogramma : Blootstelling-effect relaties bij jongeren. Beide opvraagbaar via de website van het Steunpunt Milieu en Gezondheid ( 9

10 2.2. Resultaten: Respons Van de 24 bevraagde wetenschappelijke experten werden 11 ingevulde scoreformulieren ontvangen. Van deze 11 formulieren zijn er 2 die gezamenlijk werden ingevuld door telkens 2 experten, de overige 9 formulieren werden individueel ingevuld. Een overzicht van de vertegenwoordigde expertisedomeinen wordt weergegeven in onderstaande tabel. Expertisedomein Aantal ingevulde scoreformulieren Milieuchemie 2 Maatschappelijke gezondheidskunde 1 Geneeskunde 4 Toxicologie/epidemiologie 3 Provinciaal Instituut voor Hygiëne (PIH) 1 Van de bovenlokale beleidsexperten werden 8 ingevulde scoreformulieren ontvangen. Deze werden ingestuurd door - het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid (3 scoreformulieren), - het departement Leefmilieu, Natuur en Energie van de Vlaamse overheid, o afdeling Lucht, Hinder, Risicobeheer, Milieu & Gezondheid (1 gebundeld scoreformulier van 3 medewerkers) o afdeling Milieu-inspectie (1 scoreformulier) o afdeling Milieuvergunningen (1 scoreformulier) - de Vlaamse Milieumaatschappij (1 scoreformulier), - de medisch-milieukundigen van het LOGO Gezond+ (1 gebundeld scoreformulier van 2 medewerkers) Op één van de ingestuurde formulieren van de beleidsexperten werd geen score gegeven voor de 3 thema s rond gezondheidseffecten. 10

11 aantal aantal Prioritering THEMA S BLOOTSTELLINGSMERKERS Figuur 1 geeft een overzicht van de toegekende prioriteitsscores voor verdere vertaling naar beleidsacties voor de blootstellingsresultaten. Deel 1 van de figuur geeft de scores weer van de wetenschappelijke experten en deel 2 toont de scores van de bovenlokale beleidsexperten. Aan het thema fijn stof wordt op alle ingezonden scoreformulieren de hoogste prioriteit toegekend. De overige blootstellingsthema s worden door de wetenschappelijke experten telkens hoger gescoord dan door de beleidsexperten. De argumentaties die voor de verschillende scores werden gegeven, worden hieronder samengevat. Er werden 3 scoregroepen onderscheiden: i) weinig prioriteit (bevat de argumentaties voor de scores 0 en 1), ii) matige prioriteit (bevat de argumentaties voor score 2) en iii) prioritair (bevat de argumentaties voor de scores 3 en 4). Wetenschappelijke experten score 0 score 1 score 2 score 3 score 4 Beleidsexperten score 0 score 1 score 2 score 3 score PCB s DDT Lindaan PAK s Fijn stof PCB s DDT Lindaan PAK s Fijn stof Figuur 1: overzicht van de scores die door de wetenschappelijke experten (op basis van gezondheidskundige ernst) en de beleidsexperten (op basis van beleidsrelevantie) werden toegekend aan de thema s van de blootstellingsmerkers. (score 0 = laagste prioriteit voor verdere beleidsvertaling, score 4 = hoogste prioriteit voor verdere beleidsvertaling). Argumentatie wetenschappelijke experten (criterium: gezondheidskundige ernst) PCB s Weinig en matige prioriteit (score 1 en 2) Zelfde dalende trend als in Vlaanderen; onder de gezondheidskundige norm; onduidelijke relatie met gezondheidseffecten; geen prioriteit specifiek voor GKZ (Gentse kanaalzone), maar wel opvolging vermits relatie met gezondheidseffecten. 11

12 DDT Weinig prioriteit (score 0 en 1) Dalende trend; niet specifiek voor GKZ (score 3 en 4) Grote dynamische range; relatie met gezondheidseffecten; boven gezondheidskundige norm en hoge P90 Lindaan Matige prioriteit (score 2) Geen relaties met effectmerkers; MAAR: wel hoger in GKZ; relevant door lokale industrie; interessant om de bron te kennen (score 3 en 4) PAK s Weinig of matige prioriteit (score 0 en 2) (score 3 en 4) Fijn stof (score 4) Hoger in GKZ; geen tijdstrend beschikbaar; weinig gekend (ook over effecten), zeker bij lokale bevolking; bron? Overeenkomst ligging vroegere suikerbietteelt? Eerder een Vlaams probleem en relevanter voor een Vlaams faseplan; relatie met meetpost niet overtuigend; MAAR: wel stijging met de tijd; associatie met DNA-schade Verbonden met fijn stof; vermoedelijk relevant in het kader van industriële en verkeersgerelateerde luchtverontreiniging; mogelijk lokale verschillen; stijgende trend; relatie met gezondheidseffecten; covariaten voor verdere interpretatie (SES, kachel, ) Verhoogd in GKZ; overschrijding norm; relatie met gezondheidseffecten; meer onderzoek nodig naar meest beduidende componenten, meeste ongerustheid bij de bevolking. Argumentatie beleidsexperten (criterium: beleidsrelevantie) PCB s Weinig of matige prioriteit (score 0, 1 en 2) (score 3 en 4) DDT Weinig prioriteit (score 0 en 1) Dalende trend; onder de norm; minder prioritair om nieuw beleid te ontwikkelen, wel belangrijk om lopend beleid verder te zetten Hogere blootstelling in GKZ; is reeds prioriteit bij Milieu-inspectie; ondersteuning PCB-actieplan shredderbedrijven Dalende trend; Vlaamse maatregelen nodig voor individuen boven de norm; verboden product 12

13 Lindaan Matige prioriteit (score 2) (score 3 en 4) PAK s Weinig of matige prioriteit (score 1 en 2) (score 3 en 4) Fijn stof (score 4) Historisch probleem; uit de handel genomen; geen aanwijzingen voor gezondheidsprobleem; MAAR: meer info nodig over oorzaak verhoging in GKZ; specifiek voor GKZ Verhoogd in GKZ; staat op de POP-lijst 4 ; wat is de oorzaak van de hogere waarden? Er is al een faseplan rond PAK s geweest 5 ; aandachtspunt voor heel Vlaanderen Hogere waarden dichter bij de meetpost kunnen aangeven dat er lokaal meer aan de hand is dan blijkt uit de gemiddelde waarden; stijgende trend; opgenomen in actieplan vorige hotspots Verhoogd in GKZ; relatie met gezondheidseffecten; ondersteuning fijnstofactieplan; belang Vlaamse en lokale aanpak; aandachtspunt bij milieuvergunningen en inspectie; leeft sterk bij bewonersgroepen THEMA S GEZONDHEIDSEFFECTEN Figuur 2 geeft een overzicht van de toegekende prioriteitsscores voor verdere beleidsvertaling voor de gezondheidseffecten. Deel 1 van de figuur geeft de scores weer van de wetenschappelijke experten en deel 2 toont de scores van de bovenlokale beleidsexperten. Het thema inflammatie krijgt in beide groepen de hoogste scores. Zowel inflammatie als het thema astma en allergie worden meer prioritair beoordeeld door de beleidsexperten dan door de wetenschappelijke experten. Het thema rond nierfunctie krijgt hogere scores van de wetenschappelijke experten dan van de beleidsexperten, voornamelijk gevoed vanuit wetenschappelijke interesse naar een mogelijke indicator voor algemene stress. Een overzicht van de argumentatie bij de toegekende scores wordt hieronder samengevat. Er werden 3 scoregroepen onderscheiden: i) weinig prioriteit (bevat de argumentaties voor de scores 0 en 1), ii) matige prioriteit (bevat de argumentaties voor score 2) en iii) prioritair (bevat de argumentaties voor de scores 3 en 4). 4 Het Verdrag van Stockholm inzake persistente organische verontreinigende stoffen is een internationaal milieuverdrag met als doel de gezondheid van de mens en het milieu te beschermen tegen persistente organische verontreinigende stoffen door productie en toepassing van deze stoffen te beperken. Oorspronkelijk bestond de lijst uit 12 POP s, maar in 2009 werden daar nog 9 stoffen aan toegevoegd, waaronder lindaan. 5 Zie Colles et al.,

14 aantal aantal Wetenschappelijke experten Beleidsexperten score 0 score 1 score 2 score 3 score 4 score 0 score 1 score 2 score 3 score Astma & Allergie Inflammatie/ ontsteking luchtwegen Nierfunctie Astma & Allergie Inflammatie/ ontsteking luchtwegen Nierfunctie Figuur 2: overzicht van de scores die door de wetenschappelijke experten (op basis van gezondheidskundige ernst) en de beleidsexperten (op basis van beleidsrelevantie) werden toegekend aan de thema s van de effectmerkers. (score 0 = laagste prioriteit voor verdere beleidsvertaling, score 4 = hoogste prioriteit voor verdere beleidsvertaling). Argumentatie wetenschappelijke experten (criterium: gezondheidskundige ernst) Astma en allergie Weinig of matige prioriteit (score 1 en 2) (score 3 en 4) Inflammatie Matige prioriteit (score 2) (score 3 en 4) Nierfunctie Weinig of matige prioriteit (score 1 en 2) Geen eenduidige blootstelling-effectrelaties; hogere allergie aan metalen vermoedelijk eerder te wijten aan genetische of levensstijlfactoren; niet typisch voor de regio, gelijkaardig aan Vlaanderen. Relatie met blootstelling Verhoogd, maar geen bevestiging door meer infecties; metingen niet klinisch aanvaard; IL1-β groot aantal onder LOD, voorzichtig met conclusies; meer aandacht aan blootstelling/fijn stof besteden; MAAR: interessante blootstelling-effectrelaties; inflammatiemerkers significant hoger in GKZ; consistent verhaal met fijn stof. relatie met fijn stof; bijdrage aan astma, longkanker en andere pathologieën Slechts 1 nierparameter verhoogd, lijkt geïsoleerde bevinding; niet duidelijk of dit te wijten is aan lokaal milieu; zou eerder inzetten op blootstelling dan op lokaal voorkomen van effecten; MAAR: Microglobuline is bescherming tegen 14

15 (score 3 en 4) oxidatieve stress; verhoging is in overeenstemming met inflammatie en wijst op algemene stressrespons. Hoger in GKZ; weinig info bekend, interessant voor verder onderzoek Argumentatie beleidsexperten (criterium: beleidsrelevantie) Astma en allergie Weinig of matige prioriteit (score 1 en 2) (score 3 en 4) Inflammatie (score 3 en 4) Nierfunctie Weinig of matige prioriteit (score 1 en 2) Allergie metalen lijkt minder prioritair; niet specifiek voor GKZ Eén geheel met fijn stof en inflammatie luchtwegen; onderbouwing maatregelen rond fijn stof; werd door enkele lokale artsen aangegeven als verontrustend in GKZ. Relaties met blootstelling/fijn stof; link met effectgericht meten; concentraties in GKZ duidelijk effect op luchtwegen jongeren; link tussen inflammatie luchtwegen en astma; onderbouwing maatregelen fijn stof; wordt door lokale artsen aangegeven als verontrustend in GKZ. Te weinig info over oorzaak en gezondheidskundige betekenis; onduidelijke relevantie voor GKZ; slechts 1 merker verhoogd. THEMA S PERCEPTIE Figuur 3 geeft een overzicht van de toegekende prioriteitsscores voor verdere beleidsvertaling voor de perceptieresultaten. Deel 1 van de figuur geeft de scores weer van de wetenschappelijke experten en deel 2 toont de scores van de bovenlokale beleidsexperten. Over het algemeen worden deze thema s hoger gescoord door de beleidsexperten dan door de wetenschappelijke experten. Bij de wetenschappelijk experten wordt bovendien vooral de nadruk gelegd op de hogere ongerustheid van de jongeren in de Gentse kanaalzone over hun gezondheid, terwijl de beleidsexperten eerder prioriteit geven aan de vaststelling dat jongeren in de Gentse kanaalzone vaker milieuhinder signaleren in de leefomgeving. Een overzicht van de argumentaties bij de scores wordt hieronder weergegeven. Er werden 3 scoregroepen onderscheiden: i) weinig prioriteit (bevat de argumentaties voor de scores 0 en 1), ii) matige prioriteit (bevat de argumentaties voor score 2) en iii) prioritair (bevat de argumentaties voor de scores 3 en 4). 15

16 Signaleren van milieuhinder in de leefomgeving Ongerustheid Milieu-gerelateerde gezondheidsklachten Behoefte aan milieuinformatie Signaleren van milieuhinder in de leefomgeving Ongerustheid Milieu-gerelateerde gezondheidsklachten Behoefte aan milieuinformatie aantal aantal Wetenschappelijke experten Beleidsexperten score 0 score 1 score 2 score 3 score 4 score 0 score 1 score 2 score 3 score Figuur 3: overzicht van de scores die door de wetenschappelijke experten (op basis van gezondheidskundige ernst) en de beleidsexperten (op basis van beleidsrelevantie) werden toegekend aan de thema s van de perceptieresultaten. (score 0 = laagste prioriteit voor verdere beleidsvertaling, score 4 = hoogste prioriteit voor verdere beleidsvertaling). Argumentatie wetenschappelijke experten (criterium: gezondheidskundige ernst) Signaleren van milieuhinder in de omgeving Weinig prioriteit ondergeschikt aan ongerustheid; lijkt logisch resultaat in industriegebied. (score 1) Aandacht besteden aan ongerustheid van bewoners is belangrijk; (score 3 en 4) identificeren van problemen (verkeer); scoort hoger in GKZ. Ongerustheid Weinig of matige Hogere ongerustheid is niet zeer uitgesproken; duidelijke en goede prioriteit (score 1 communicatie nuttig en relevant. en 2) Aandacht besteden aan ongerustheid van bewoners is belangrijk; hoger in (score 3 en 4) GKZ; hangt samen met hogere fijn stof in GKZ. Milieu gerelateerde gezondheidsklachten Weinig of matige Ondergeschikt aan ongerustheid; duidelijke en goede communicatie nuttig en prioriteit relevant; niet-gestandaardiseerde bevraging. (score 1 en 2) Aandacht besteden aan ongerustheid van bewoners is belangrijk; (score 3 en 4) weerspiegelt lokale ervaring; sluit aan bij fijn stof problematiek 16

17 Behoefte aan milieu-informatie Weinig of matige Houdt verband met ongerustheid, dus eerder ongerustheid aanpakken; prioriteit duidelijke en goede communicatie nuttig en relevant. (score 1 en 2) Aandacht besteden aan ongerustheid van bewoners is belangrijk; op de (score 3 en 4) behoefte kan ingespeeld worden. Argumentatie beleidsexperten (criterium: beleidsrelevantie) Signaleren van milieuhinder in de omgeving Ondersteuning en evaluatie klachtenmeldpunt; input voor gepaste acties en (score 3 en 4) maatregelen; aftoetsen maatregelen aan de beleving van de buurtbewoners. Ongerustheid Weinig of matige Minder prioritair dan signaleren milieuproblemen; kan verminderd worden prioriteit (score 0 door acties en correcte berichtgeving. en 2) Draagvlak voor beleid; aftoetsen maatregelen aan beleving door (score 3 en 4) buurtbewoners; nagaan of de ongerustheid in verhouding is met lokale situatie en bevolking inlichten. Milieu gerelateerde gezondheidsklachten Weinig of matige Dit perceptieresultaat is niet in overeenstemming gezondheidsmerkers prioriteit waarom?; minder prioritair dan signaleren milieuproblemen; veeleer focus (score 1 en 2) leggen op verminderen polluenten. Consistent met biomerkerresultaten; onderbouwing maatregelen fijn stof (score 3 en 4) Behoefte aan milieu-informatie Matige. prioriteit De beschikbaarheid van meer milieu-info kan potentieel leiden tot minder (score 2) ongerustheid; wellicht niet evident om verstaanbare milieu-info effectief tot bij de burger te krijgen; minder prioritair dan signaleren van milieuhinder; er zijn stuur- en werkgroepen actief om een actieplan Gentse agglomeratie en Gentse kanaalzone operationeel te maken. In dit kader kan uiteraard extra milieu-informatie gebruikt worden. Er wordt naar gestreefd om de actie van het faseplan ook op te nemen in het actieplan van de Gentse Kanaalzone en Gentse agglomeratie. Aftoetsen maatregelen; aan welke informatie is er behoefte en wat is de (score 3 en 4) beste manier om deze over te brengen?; is reeds een beleidsprioriteit (cfr. GPBV-loket 6 ). 6 Geïntegreerde Preventie en Bestrijding van Verontreiniging 17

18 Fijn stof PAK s Lindaan PCB s DDT Inflammatie/ ontsteking luchtwegen* Nierfunctie* Astma & Allergie* Ongerustheid Milieu-gerelateerde gezondheids-klachten Signaleren van milieuhinder in de leefomgeving Behoefte aan milieuinformatie Besluit Figuur 4 geeft een algemeen overzicht van de toegekende prioriteitsscores voor verdere beleidsvertaling door de wetenschappelijke experten en de bovenlokale beleidsexperten. Omwille van de ongelijke deelname (aantal toegezonden scoreformulieren) door beide expertgroepen, werden de scores omgezet in een verhouding ten opzichte van de maximum score die kon behaald worden. Uit de figuur kan dan bijvoorbeeld worden afgeleid dat het thema fijn stof van iedereen de maximale score kreeg (totale score/maximum score = 1); het thema PAK s behaalde 60% van de maximum score, enz. ratio wetenschappers (n=11) ratio beleid (n=8, *7) maximum score 1,20 1,00 0,80 0,60 0,40 0,20 0,00 Figuur 4: overzicht van de prioriteitsinschatting van de bevraagde wetenschappelijke experten (blauw) en de bovenlokale beleidsexperten (oranje) voor de verdere beleidsvertaling van de geselecteerde thema s in fase I. De totaalscore van de verschillende thema s is relatief weergegeven ten opzichte van de maximum haalbare score. Uit de bevraging van de wetenschappelijke experten verbonden aan het Steunpunt Milieu en Gezondheid en de bovenlokale beleidsexperten van de Vlaamse overheid, kunnen volgende besluiten worden geformuleerd: De hoogste prioriteit voor verdere uitwerking binnen het faseplan wordt toegekend aan het thema fijn stof. De voornaamste argumenten zijn de verhoogde concentraties op de thuislocaties van de deelnemers in de Gentse kanaalzone vergeleken met deze in de Vlaamse referentiegroep en de gevonden associaties met gezondheidseffecten binnen deze studiepopulatie (deelnemers Gentse kanaalzone + referentiegroep). 18

19 Hoge prioriteit wordt ook toegekend aan de ontstekingsmerkers en aan het thema astma en allergie. De voornaamste argumenten die hier worden gegeven, zijn de associaties met hogere blootstelling aan fijn stof en de bijdrage die ontstekingsreacties hebben in de ontwikkeling van astma, longkanker en andere pathologieën. Er wordt door de wetenschappelijke experten wel gevraagd om voorzichtig om te springen met conclusies over deze resultaten omdat deze merkers nog niet algemeen klinisch aanvaard zijn en er voor interleukine-1-β veel waarden onder de detectielimiet lagen. Voor astma en allergie geldt dan weer de nuance dat slechts één enkele vorm van allergie significant verhoogd was in de Gentse kanaalzone, waarbij vermoedelijk levensstijlfactoren en genetische factoren een rol spelen. Ook de perceptieresultaten krijgen hoge prioriteitsscores. Beide groepen experten vinden dat er voldoende aandacht moet gaan naar de ongerustheid van de omwonenden. Deze ongerustheid kan in verband staan met de plaatselijke luchtvervuiling en de hogere concentraties aan fijn stof. Volgens hen moet worden nagegaan of deze ongerustheid in overeenstemming is met de lokale situatie, waarover de bewoners ook voldoende moeten worden geïnformeerd. Een duidelijke en verstaanbare communicatie wordt dan ook belangrijk gevonden en kan volgens de bevraagde experten de ongerustheid verminderen. Minder ongerustheid zou volgens sommigen dan ook kunnen leiden tot minder milieugerelateerde gezondheidsklachten. De perceptieresultaten in het algemeen en het signaleren van milieuhinder in het bijzonder worden vooral door de beleidsexperten gezien als draagvlak voor het opzetten van beleidsacties, een signaal voor gerichte acties en een mogelijkheid voor het aftoetsen van de effectiviteit van lopende en nieuwe maatregelen. Aan het thema PAK s wordt een matige prioriteit toegekend. De voornaamste argumenten voor een hoge score gaan vooral over de stijgende tijdstrend, zowel in de Gentse kanaalzone als in Vlaanderen, de associaties met gezondheidseffecten, de mogelijke lokale verschillen en de verbondenheid met fijn stof (op de fijnstofdeeltjes kunnen PAK s aanwezig zijn). Lagere scores worden eerder toegekend omdat de PAK s-problematiek eerder een aandachtspunt is voor heel Vlaanderen, en niet specifiek voor de Gentse kanaalzone, en omdat er momenteel enkele projecten rond blootstelling aan PAK s lopen waarvan men de resultaten wil afwachten zodat deze informatie kan worden meegenomen bij het opstellen van nieuwe acties. De thema s rond PCB s, DDT en lindaan scoren veeleer laag. Voor PCB s en DDT wordt dit beargumenteerd met een dalende tijdstrend en gemeten concentraties onder de gezondheidskundige norm, waardoor het minder prioritair zou zijn om voor deze stoffen nieuw beleid te ontwikkelen. Wel vinden de beleidsexperten dat de resultaten moeten worden aangewend om het belang van lopend beleid te benadrukken, zoals het PCB-actieplan rond schrootverwerkers. De wetenschappelijke experten motiveren verdere opvolging van PCB s met de associaties die gevonden worden met gezondheidseffecten. Lindaan wordt minder prioritair ingeschat omdat dit, net als DDT, een pesticide is dat ondertussen verboden werd. Ook werden geen associaties gevonden met de onderzochte gezondheidseffecten bij de deelnemers. Verschillende experten halen wel aan dat het zinvol zou zijn om de oorzaak of bron van de verhoogde lindaanblootstelling in de Gentse kanaalzone te achterhalen. 19

20 Het thema nierfunctie scoort veeleer laag omdat er slechts één nierparameter verhoogd is in de Gentse kanaalzone en dit eventueel kan beschouwd worden als een geïsoleerde bevinding. Enkele beleidsexperten stellen zich vragen bij de gezondheidskundige relevantie van deze bevinding. Vanuit wetenschappelijk oogpunt is er wel interesse naar verder onderzoek rond dit thema, gericht op een mogelijk verband met milieublootstelling (missen we een milieuparameter? Bijvoorbeeld langdurige blootstelling aan cadmium (urinair cadmium) werd niet gemeten) en mogelijke relaties met oxidatieve stress of cardiovasculaire eindpunten. 20

21 3. Lokale prioriteiten: HBM-deelnemers en lokale actoren Een tweede, parallelle spoor van fase I concentreerde zich op de lokale context in de Gentse kanaalzone. In dit deel staat de vraag centraal wat de prioriteiten en aandachtspunten zijn vanuit maatschappelijk perspectief en lokaal beleidsperspectief. Hiervoor werden de HBM-deelnemers en enkele geïnteresseerde buurtbewoners, de lokale overheden en enkele lokale maatschappelijke actoren naar hun mening gevraagd. Ook hier vormden de HBM-resultaten de vertrekbasis. De focus werd echter verbreed tot milieu en gezondheid in het algemeen om het debat niet te verengen tot technische materie Methode: INSPRAAK Om de deelnemers van het HBM-onderzoek (jongeren en ouders) BUURTBEWONERS inspraak te geven in fase I van het faseplan werd hen de mogelijkheid geboden deel te nemen aan een focusgesprek, ongeveer drie maanden na de bekendmaking van de resultaten, op 27 april in Evergem, 28 april in Wachtebeke of 4 mei in Oostakker. Ook enkele geïnteresseerde buurtbewoners die hun contactgegevens hadden opgegeven tijdens één van de infoavonden over het onderzoek, werden uitgenodigd. Door het beperkte aantal inschrijvingen werd uiteindelijk slechts één focusgesprek georganiseerd in Evergem, met zeven deelnemers. De groep bestond uit vier ouders van jongeren die hadden deelgenomen aan het onderzoek en drie geïnteresseerde buurtbewoners die niet hadden deelgenomen aan het onderzoek. Verder waren ook twee onderzoekers van het Steunpunt Milieu en Gezondheid, de milieuambtenaar van de gemeente Evergem en een medisch-milieukundige van het lokaal gezondheidsoverleg Gezond+ aanwezig. Tijdens dit focusgesprek werden drie algemene vragen voorgelegd aan de deelnemers: (i) Wat is uw voornaamste motivatie om deel te nemen aan dit focusgesprek? (ii) Wat is u vooral bijgebleven over de resultaten en op welke thema s moet het beleid verder inzetten? En (iii) Wat vindt u belangrijke waarden en aandachtspunten voor het milieu- en gezondheidsbeleid in de regio? Voor deze laatste vraag werden enkele stellingen voorgelegd. Het was geenszins de bedoeling van dit focusgesprek om representatieve uitspraken te kunnen doen over de mening van de bewoners in de kanaalzone. Wel werd het een interessant gesprek dat verschillende relevante aandachtspunten opleverde. Verder kregen we inzicht in de meningen van de HBM-deelnemers en hun ouders en andere buurtbewoners door de vragen en bemerkingen op de infoavonden over het onderzoek op 28 januari in Evergem en 5 februari in Zelzate, met telkens een 30-tal aanwezigen en een uitgebreid vragenuurtje, en a.d.h.v. een evaluatievragenlijst over het onderzoek die werd ingevuld door 62 HBM-deelnemers (door de jongere en/of de ouders). 21

22 BETROKKENHEID De lokale overheden en maatschappelijke actoren anderzijds, LOKALE OVERHEDEN EN werden in twee stappen betrokken in fase I. In eerste instantie MAATSCHAPPELIJKE werden enkele bilaterale gesprekken en een bevraging ACTOREN opgezet. Op die manier werden eveneens drie algemene vragen voorgelegd aan de milieuambtenaren van de gemeenten, de bewonersgroepen van de kanaalzone en enkele huisartsen uit de regio, met name (i) Wat is u vooral bijgebleven over de resultaten van het HBM-onderzoek? (ii) Welke resultaten of onderwerpen verdienen volgens u verdere aandacht in navolging op het HBM-onderzoek? En waarom? en (iii) Wat vindt u dat er verder moet gebeuren in de regio Gentse kanaalzone op vlak van milieu en gezondheid? Tot slot werd op 28 mei een overlegmoment georganiseerd in Gent om op basis van alle verzamelde input een eindconclusie te formuleren voor fase I. Dit overlegmoment werd opengesteld voor alle geïnteresseerde actoren. Uiteindelijk werd het overlegmoment bijgewoond door 17 aanwezigen van 14 verschillende organisaties, met name de milieudiensten van de gemeenten Gent, Evergem, Zelzate en Wachtebeke en de provincie Oost-Vlaanderen, het havenbedrijf Gent, het projectbureau Gentse kanaalzone, twee huisartsen, één vertegenwoordiger van een bewonersgroep, de medisch-milieukundigen van het lokaal gezondheidsoverleg, de dienst milieu & gezondheid van het departement LNE van de Vlaamse overheid, het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid en het Steunpunt Milieu en Gezondheid (VITO en UAntwerpen). Voor de eindconclusie van dit overlegmoment, en tevens voor fase I, zie punt 4 van dit rapport ( conclusies fase I ) Resultaten: FIJN STOF EN GERELATEERDE GEZONDHEIDSEFFECTEN Wanneer gepeild wordt naar de prioriteiten voor beleid wordt steevast geantwoord met fijn stof. Om het met de woorden van enkele deelnemers aan het focusgesprek te zeggen: Het meest frappante vind ik het fijn stof, een probleem dat zich de laatste jaren meer manifesteert en dat voor onze regio echt wel een probleem is. Het laagje zwart stof van de koolterminal, ik heb nooit anders geweten. Het is wel verbeterd, maar niet gedaan., aangezien de historische vervuiling afneemt, fijn stof, fijn stof moet verder worden opgevolgd. Daar worden we het meest mee geconfronteerd. In vele gevallen wordt verwezen naar verkeer als belangrijke bron. Zoals o.a. in enkele reacties van de bewonersgroepen: Er is momenteel nog veel te veel zwaar verkeer (vrachtwagens en zware tractoren) in de dorpskernen aanwezig. Er is ook nog te veel fijn stof afkomstig van de industrie. (lid bewonersgroep) Zoals in heel Vlaanderen is fijn stof een ernstig probleem. Dit vraagt echter op minimum Vlaams niveau gedurfde maatregelen. De files worden steeds langer, binnenkort blijft alles stilstaan. (lid bewonersgroep) 22

23 Dat het verkeer voor veel luchtverontreiniging en fijn stof zorgt. De Sifferverbinding moet er zo snel mogelijk komen, zodat het zware havenverkeer niet langer door een woongebied (Muide- Meulestede) moet rijden. Dit zal de gezondheid van de bewoners in de omliggende wijken ten goede komen. (lid bewonersgroep) De fijnstofproblematiek is natuurlijk al langer gekend in de kanaalzone, maar over de relatie met gezondheid waren tot nu toe weinig data beschikbaar. Met de humane biomonitoring werd de relatie tussen fijn stof en o.a. ontsteking van de luchtwegen voor het eerst in kaart gebracht. Ook hier wordt naar gerefereerd in enkele reacties: Wat mij ook nog steeds stoort is wanneer wij dit probleem in het verleden aankaartten (veel neusen keelziektes bij kinderen in de kanaalzone) werd steeds door enkele geneesheren/politiekers beweerd dat dit wetenschappelijk niet bewezen was en dit diende gerelativeerd te worden. De biomonitoring stelt dus vast dat dit wel degelijk het geval is. (lid bewonersgroep) Ik heb vooral onthouden dat in de kanaalzone heel wat meer fijnstofconcentraties voorkomen die schadelijker zijn dan in de rest van Vlaanderen. Ook is bijgebleven de invloed van heel wat factoren die verantwoordelijk kunnen zijn voor de sterk gestegen gevoeligheid voor allergieën bij de bewoners. De huisartsen uit ons gebied kunnen u dat bevestigen. (lid bewonersgroep) Ik denk dat problemen als sinusitis, aanslepende luchtwegklachten, oorontstekingen, e.d. hier veel meer voorkomen dan normaal. Ik vind hierover echter weinig terug in de rapportering, o.a. hoe dit bevraagd werd in de vragenlijsten. Het is natuurlijk vaak moeilijk om het voorkomen van deze ziekten, zoals bijvoorbeeld sinusitis, te vergelijken tussen regio s omdat de diagnose niet altijd eenvoudig is. De gouden standaard voor de diagnose van sinusitis is een CT-scan, dat is al geen eenvoudig onderzoek. Misschien zit er wel potentieel in modernere technieken. De neus-keeloorarts gaat tegenwoordig gewoon kijken met een glasvezelbuisje. Misschien volstaat dat om bijvoorbeeld ethmoïditis te diagnosticeren. Dat zijn een aantal botcellen in de neus, als die ontstoken zijn geeft dat afzakkend slijm langs de keelholte en prikkelhoest enzo. Ik bevraag dit regelmatig bij de patiënten. Er zijn hier veel mensen die dat kennen. (huisarts uit de regio) De resultaten van het onderzoek tonen het verband tussen de schadelijkheid van fijn stof en ontsteking van de luchtwegen. Op onderzoeksdagen waarop een hogere ontstekingscapaciteit van het fijn stof werd gemeten, zagen we ook effectief hogere waarden voor ontstekingsmerkers in de ademlucht van de jongeren. Een vraag die vervolgens meermaals werd gesteld, is wat het fijn stof op die dagen nu net schadelijker maakt? Die vraag kan echter nog niet beantwoord worden. Hiervoor is wellicht verder onderzoek nodig. In het kader van het faseplan kan bekeken worden welke conclusies eventueel getrokken kunnen worden op basis van de huidige beschikbare data. Ook de vertegenwoordigers van de lokale overheden benadrukken dat de resultaten m.b.t. fijn stof en de gezondheidseffecten die hiermee in verband werden gebracht prioritaire aandacht moeten krijgen. Nog vóór de bekendmaking van de resultaten werd al gestart met het opmaken van een luchtkwaliteitsplan voor Gent en de Gentse haven. In vijf werkgroepen wordt gewerkt rond personenvervoer, goederenvervoer, industriële bronnen, gebouwenverwarming en kennisopbouw. Het belang van dit actieplan wordt opnieuw benadrukt door de resultaten van de humane biomonitoring. Verder wordt er wel op gewezen dat een goede afstemming nodig is tussen dit lopende proces en het faseplan. Enerzijds zullen de resultaten van de humane biomonitoring worden meegenomen in de besprekingen voor het luchtkwaliteitsplan, anderzijds kan bekeken worden waar 23

24 het faseplan een aanvullende bijdrage kan leveren (bv. in de sfeer van het gezondheidsbeleid, of bij het informeren en sensibiliseren van de lokale bevolking, zie ook verder). Naast fijn stof wordt ook benadrukt dat de aandacht voor andere stoffen niet mag verslappen, en dan vooral de stoffen die het meest schadelijk zijn, aldus een deelnemer aan het focusgesprek. Over een aantal van deze stoffen bestaan nog wel wat vragen. Bijvoorbeeld waar de verhoogde waarden voor het pesticide lindaan vandaan komen. Indien dit komt van de suikerbietenteelt of de suikerfabriek in het verleden, dan zouden we vooral hogere waarden verwachten in de buurt van Moerbeke (bij Wachtebeke), aldus enkele lokale actoren. Ook de resultaten voor het pesticide DDT roepen vragen op aangezien deze stof al lange tijd verboden is: Ik ben toch geschrokken dat er nog steeds pesticiden gevonden zijn. Dat er blijkbaar toch nog een grote vervuiling hangt, of in de grond zit, of via onze voeding binnenkomt. (deelnemer aan het focusgesprek) Komt de DDT misschien uit Nederland? Worden de landbouwers gecontroleerd? En wat met de nieuwe pesticiden, want er wordt nog steeds veel gespoten (bv. in de maïsteelt) (deelnemer aan het focusgesprek) 7 Ook op de infoavonden over het onderzoek werden heel wat vragen gesteld over deze stoffen (lindaan, DDT, PCB s), veelal historische vervuilers die ondertussen verboden zijn en duidelijk afnemen in de tijd. Desondanks worden de stoffen nog steeds teruggevonden in het lichaam van de jongeren, soms in concentraties die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid. Een verdere opvolging en eventueel een herhaling van bepaalde maatregelen die in het verleden reeds werden ondernomen lijkt dus aangewezen volgens verschillende actoren. Anderzijds werden deze onderwerpen als minder prioritair ingeschat op het finale overlegmoment. ANDERE SCHADELIJKE STOFFEN: LINDAAN, DDT, PCB S, PAK S De PAK s-resultaten roepen vooral vragen op over het belang van de verschillende bronnen (industrie, verkeer, gebouwenverwarming, voeding). Hierover lopen nog enkele onderzoeken in andere regio s. Een lokale ambtenaar vraagt zich af wat de bijdrage is van huizenverwarming, aangezien er veel onzekerheid zit op de huidige emissieschattingen hierover. Ook wordt gesuggereerd om de relatie tussen PAK s en fijn stof te bekijken. Er bestaat wel wat onenigheid over de vraag of deze resultaten ook prioritaire aandacht moeten krijgen. Sommige lokale actoren merken op dat de resultaten niet verschillend waren in vergelijking met Vlaanderen en dus niet meteen een specifieke aanpak voor de Gentse kanaalzone vereisen. Anderen merken op dat de PAK s problematiek toch ook een lokale relevantie heeft, met name in Zelzate waar zich enkele specifieke industriële bronnen bevinden die reeds lange tijd worden opgevolgd. In een bepaalde zone gelden bijvoorbeeld adviezen 7 Als antwoord op deze vragen werd benadrukt dat stoffen als DDT lange tijd aanwezig blijven in het milieu door de lange afbraaktijd. Op die manier kunnen deze nog steeds via de voeding in ons lichaam terechtkomen. Voor de nieuwere pesticiden zijn er strengere Europese regels. De producten moeten bijvoorbeeld sneller afbreken eens ze in het milieu terechtkomen. 24

Humane biomonitoring Gentse kanaalzone

Humane biomonitoring Gentse kanaalzone Humane biomonitoring Gentse kanaalzone Resultaten bij jongeren 27 januari 2015 Steunpunt Milieu en Gezondheid 1 situering Onderzoeksteam = Steunpunt Milieu en Gezondheid Beleidsrelevant onderzoek, in opdracht

Nadere informatie

Humane biomonitoring Gentse kanaalzone. Resultaten bij jongeren 28 januari februari 2015 Steunpunt Milieu en Gezondheid

Humane biomonitoring Gentse kanaalzone. Resultaten bij jongeren 28 januari februari 2015 Steunpunt Milieu en Gezondheid Humane biomonitoring Gentse kanaalzone Resultaten bij jongeren 28 januari 2015 5 februari 2015 Steunpunt Milieu en Gezondheid 1 situering Onderzoeksteam = Steunpunt Milieu en Gezondheid Beleidsrelevant

Nadere informatie

Biomonitoring bij jongeren

Biomonitoring bij jongeren Biomonitoring bij jongeren Onderzoek naar milieu en gezondheid in de Gentse kanaalzone Groepsresultaten In deze brochure vind je de belangrijkste resultaten van de humane biomonitoring uitgevoerd in de

Nadere informatie

Faseplan Gentse kanaalzone Van humane biomonitoring naar beleidsacties

Faseplan Gentse kanaalzone Van humane biomonitoring naar beleidsacties Faseplan Gentse kanaalzone Van humane biomonitoring naar beleidsacties Rapportering fase II: interpretatie en beleidsvertaling prioritaire thema s Dries Coertjens, Bert Morrens en Ilse Loots Universiteit

Nadere informatie

situering Pilootstudie (1999) Steunpunt Milieu & Gezondheid, 1 e generatie ( ) Steunpunt Milieu & Gezondheid, 2 e generatie ( )

situering Pilootstudie (1999) Steunpunt Milieu & Gezondheid, 1 e generatie ( ) Steunpunt Milieu & Gezondheid, 2 e generatie ( ) situering Pilootstudie (1999) Steunpunt Milieu & Gezondheid, 1 e generatie (2001-06) Steunpunt Milieu & Gezondheid, 2 e generatie (2007-11) Steunpunt Milieu & Gezondheid, 3 e generatie (2012-15) 1 situering

Nadere informatie

Humane biomonitoring GENK-ZUID Onderzoek naar de invloed van wonen nabij het industriegebied Genk-Zuid RESULTATEN

Humane biomonitoring GENK-ZUID Onderzoek naar de invloed van wonen nabij het industriegebied Genk-Zuid RESULTATEN Humane biomonitoring GENK-ZUID 2016 2018 Onderzoek naar de invloed van wonen nabij het industriegebied Genk-Zuid RESULTATEN 1 Wat is de humane biomonitoring Genk-Zuid 2016/2018? Waarom deden we dit onderzoek?

Nadere informatie

SAMENVATTING RESULTATENRAPPORT

SAMENVATTING RESULTATENRAPPORT HUMAAN BIOMONITORINGSPROGRAMMA 2012-2015 LUIK GENTSE KANAALZONE SAMENVATTING RESULTATENRAPPORT resultaten Gentse kanaalzone Steunpunt Milieu en Gezondheid (2012-2015) 27 januari 2015 2 In dit rapport worden

Nadere informatie

VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGS- PROGRAMMA

VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGS- PROGRAMMA VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGS- PROGRAMMA GROEPSRESULTATEN Humane biomonitoring bij jongeren in Genk-Zuid Het Steunpunt Milieu en Gezondheid onderzocht in opdracht van de Vlaamse overheid of wonen nabij

Nadere informatie

Van kennis naar beleid: interpretatie, participatie en actie

Van kennis naar beleid: interpretatie, participatie en actie Van kennis naar beleid: interpretatie, participatie en actie Dr. Ir. Karen Van Campenhout Vlaams Planbureau voor Omgeving Departement Omgeving DEPARTEMENT LEEFMILIEU, NATUUR & ENERGIE DEPARTEMENT RUIMTE

Nadere informatie

Onderzoeksplan Gentse Kanaalzone

Onderzoeksplan Gentse Kanaalzone Onderzoeksplan Gentse Kanaalzone Steunpunt Milieu en Gezondheid 2012-2015 Inhoud Factsheet: Humane Biomonitoring Gentse Kanaalzone 2 Onderzoeksvragen 3 Doelgroep 4 Onderzoeksgebied 4 Biomerkerselectie

Nadere informatie

15 jaar Vlaams humaan biomonitoringprogramma: meten, weten en actie

15 jaar Vlaams humaan biomonitoringprogramma: meten, weten en actie 15 jaar Vlaams humaan biomonitoringprogramma: meten, weten en actie Dr. Ir. Karen Van Campenhout DEPARTEMENT DEPARTEMENT Vlaams Planbureau Omgeving VLAANDEREN LEEFMILIEU, NATUUR & ENERGIE voor RUIMTE Departement

Nadere informatie

VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGS- PROGRAMMA

VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGS- PROGRAMMA VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGS- PROGRAMMA GROEPSRESULTATEN Humane biomonitoring bij jongeren in de regio Menen Het Steunpunt Milieu en Gezondheid onderzocht in opdracht van de Vlaamse overheid of wonen nabij

Nadere informatie

Humane biomonitoring Genk-Zuid

Humane biomonitoring Genk-Zuid Humane biomonitoring Genk-Zuid Steunpunt Milieu en Gezondheid Infomoment stadsschouwburg Genk 29 september 2011 www.milieu-en-gezondheid.be 1 Situering studie Team: steunpunt Milieu en Gezondheid in opdracht

Nadere informatie

VLAAMS HUMAANBIOMONITORINGSPROGRAMMA 2012-2015 ANALYSES INVLOED SOCIAAL-ECONOMISCHE STATUS EN ETNISCHE HERKOMST RAPPORT PASGEBORENEN

VLAAMS HUMAANBIOMONITORINGSPROGRAMMA 2012-2015 ANALYSES INVLOED SOCIAAL-ECONOMISCHE STATUS EN ETNISCHE HERKOMST RAPPORT PASGEBORENEN VLAAMS HUMAANBIOMONITORINGSPROGRAMMA 2012-2015 ANALYSES INVLOED SOCIAAL-ECONOMISCHE STATUS EN ETNISCHE HERKOMST RAPPORT PASGEBORENEN Ann Colles, Bert Morrens, Liesbeth Bruckers, Greet Schoeters en Ilse

Nadere informatie

Jongeren in onderzoek naar milieu en gezondheid

Jongeren in onderzoek naar milieu en gezondheid Jongeren in onderzoek naar milieu en gezondheid De Vlaamse Humane Biomonitoring Bert Morrens Universiteit Antwerpen KEKI Research on Stage 16 oktober 2018 Inhoud presentatie 1. Steunpunt Milieu en Gezondheid

Nadere informatie

Project Faseplan Hotspots Genk-Zuid en regio Menen van humane biomonitoringresultaten naar beleidsacties. Eindrapport

Project Faseplan Hotspots Genk-Zuid en regio Menen van humane biomonitoringresultaten naar beleidsacties. Eindrapport Project Faseplan Hotspots Genk-Zuid en regio Menen van humane biomonitoringresultaten naar beleidsacties Eindrapport Bert Morrens, Dries Coertjens en Ilse Loots Universiteit Antwerpen Ann Colles, Elly

Nadere informatie

Humane biomonitoring Genk-Zuid

Humane biomonitoring Genk-Zuid Humane biomonitoring Genk-Zuid Steunpunt Milieu en Gezondheid www.milieu-en-gezondheid.be Situering studie Onderzoeksteam: steunpunt Milieu en Gezondheid: consortium i.o.v. Vlaamse overheid Onderzoeksopzet:

Nadere informatie

SELECTIE BIOMERKERS 4 DE STEUNPUNT MILIEU EN GEZONDHEID FLEHS IV

SELECTIE BIOMERKERS 4 DE STEUNPUNT MILIEU EN GEZONDHEID FLEHS IV SELECTIE BIOMERKERS 4 DE STEUNPUNT MILIEU EN GEZONDHEID FLEHS IV 2016-2021 ACHTERGROND SELECTIE BIOMERKERS Thema s Tijdstrends (FLEHSI 2002-2017, N=200) Gezond wonen (N=600) Gezonde voeding (N=600) Ruimtegebruik,

Nadere informatie

Complexe blootstellingen in Vlaanderen visie vanuit het beleid Karen Van Campenhout VPO 21 mei 2019

Complexe blootstellingen in Vlaanderen visie vanuit het beleid Karen Van Campenhout VPO 21 mei 2019 Complexe blootstellingen in Vlaanderen visie vanuit het beleid Karen Van Campenhout VPO 21 mei 2019 Leiegardens 2014, Your Estate Solution Departement Omgeving Departement Omgeving is op 1 april 2017 ontstaan

Nadere informatie

Luchtkwaliteit in het Vlaamse Gewest

Luchtkwaliteit in het Vlaamse Gewest Luchtkwaliteit in het Vlaamse Gewest Overzicht presentatie Luchtkwaliteit getoetst aan de normen Impact van deze luchtkwaliteit op onze gezondheid Bespreking van stikstofdioxide en fijn stof De nieuwste

Nadere informatie

VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGS- PROGRAMMA

VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGS- PROGRAMMA VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGS- PROGRAMMA GROEPSRESULTATEN Vlaamse referentiepopulatie 2007-2011 Het Steunpunt Milieu en Gezondheid onderzocht in opdracht van de Vlaamse overheid de aanwezigheid van vervuilende

Nadere informatie

Genk-Zuid Werkgroep Gezondheid. Stand van zaken 6 februari 2007

Genk-Zuid Werkgroep Gezondheid. Stand van zaken 6 februari 2007 Genk-Zuid Werkgroep Gezondheid Stand van zaken 6 februari 2007 Aanleiding Meetwaarden VMM 2004: hoge waarden voor nikkel en chroom in Genk December 2005: Persbelangstelling ongerustheid Info-vergaderingen

Nadere informatie

Dessel, Mol & Retie. Uw regio, uw gezondheid, uw baby.

Dessel, Mol & Retie. Uw regio, uw gezondheid, uw baby. Uw regio, uw gezondheid, uw baby. Dessel, Mol & Retie U vindt het goed wonen in Dessel, Mol en Retie? Maar met een baby op komst stelt u zich toch soms vragen over de kwaliteit van ons milieu? Wilt u de

Nadere informatie

Vlaams Humaan Biomonitoringsprogramma

Vlaams Humaan Biomonitoringsprogramma Vlaams Humaan Biomonitoringsprogramma Hoorzitting C-LEE Vlaams parlement 23 mei 2017 Dr. Vera Nelen, PIH Prof. dr. Tim Nawrot, UHasselt Prof. dr. Greet Schoeters, VITO Prof. dr. Ilse Loots, UA Humane biomonitoring

Nadere informatie

Luchtkwaliteit en lozingen in de lucht in het Vlaamse Gewest Koen Toté

Luchtkwaliteit en lozingen in de lucht in het Vlaamse Gewest Koen Toté Luchtkwaliteit en lozingen in de lucht in het Vlaamse Gewest Koen Toté Overzicht presentatie Waarom luchtmetingen in Vlaanderen? Evolutie van de laatste decennia Toetsen van de luchtkwaliteit aan de heersende

Nadere informatie

DE HEER KRIS PEETERS ACTIEPLAN CADMIUM

DE HEER KRIS PEETERS ACTIEPLAN CADMIUM DE HEER KRIS PEETERS Vlaams Minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur ACTIEPLAN CADMIUM Maandag 13 februari 2006 Doelstelling: - probleem cadmiumverontreining Vlaanderen in kaart brengen

Nadere informatie

Veehouderij en gezondheid omwonenden

Veehouderij en gezondheid omwonenden Veehouderij en gezondheid omwonenden Hebben veehouderijen effect op de gezondheid van mensen die in de omgeving wonen? Dat was de centrale vraag in het onderzoek VGO. In deze brochure vindt u de belangrijkste

Nadere informatie

1. Inleiding: structuur Faseplan. Pagina 1 van 8

1. Inleiding: structuur Faseplan. Pagina 1 van 8 Beleidsantwoord op basis van fase 1 van het geïntegreerd faseplan met betrekking tot humane biomonitoringresultaten eerste generatie Steunpunt Milieu en Gezondheid (2002-2006) Op basis van de deskresearch,

Nadere informatie

Antwerpen, postdatum. Beste mevrouw XXX,

Antwerpen, postdatum. Beste mevrouw XXX, Antwerpen, postdatum Beste mevrouw XXX, Je hebt meegewerkt aan het onderzoek naar persistente organische polluenten (POP s) in moedermelk gecoördineerd door de Wereldgezondheidsorganisatie, waarvoor dank.

Nadere informatie

Blootstellingsonderzoek Noorderkempen BONK

Blootstellingsonderzoek Noorderkempen BONK Resultaten Blootstellingsonderzoek Noorderkempen BONK - 18 juni 2006 - Cadmiumbesmetting is groter dan gedacht (HBvL)? Cadmiumbelasting is duidelijk gedaald dus niet groter Een hogere belasting wordt ook

Nadere informatie

Humane biomonitoring regio Menen

Humane biomonitoring regio Menen Humane biomonitoring regio Menen Steunpunt Milieu en Gezondheid (i.o.v. Vlaamse overheid) Persconferentie 17 januari 2012 www.milieu-en-gezondheid.be 1 Situering studie Opzet: 200 jongeren (14-15jaar)

Nadere informatie

DEMOCOPHES ONDERZOEK. persoonlijke resultaten

DEMOCOPHES ONDERZOEK. persoonlijke resultaten DEMOCOPHES ONDERZOEK persoonlijke resultaten Geachte Mevrouw, Wij danken u en uw kind voor uw deelname aan de studie DEMOCOPHES 1. Hierbij bezorgen wij u uw persoonlijke resultaten. De bedoeling van het

Nadere informatie

Resultaten voor België Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997 6.10.1. Inleiding De term ongeval kan gedefinieerd worden als 'elk onverwacht en plots voorval dat schade berokkent of gevaar oplevert (dood, blessures,...) of als ' een voorval dat onafhankelijk van de

Nadere informatie

Gezondheid & verkeer: de rol van lokale besturen. Stien Stassen Medisch milieukundige 5 december 2013

Gezondheid & verkeer: de rol van lokale besturen. Stien Stassen Medisch milieukundige 5 december 2013 Gezondheid & verkeer: de rol van lokale besturen Stien Stassen Medisch milieukundige 5 december 2013 Uitgangspunt Verkeer beïnvloedt onze gezondheid: ook op lokaal niveau kan je het verschil maken! 1.

Nadere informatie

INTERPRETATIE LUCHT- EN DEPOSITIEMETINGEN VMM IN GENK-ZUID EN OMGEVING

INTERPRETATIE LUCHT- EN DEPOSITIEMETINGEN VMM IN GENK-ZUID EN OMGEVING (SAMENGEVATTE) VOLKSGEZONDHEIDSKUNDIGE INTERPRETATIE LUCHT- EN DEPOSITIEMETINGEN VMM IN GENK-ZUID EN OMGEVING Stuurgroep Genk-Zuid, januari 2017 VMM-MEETPOSTEN GENK-ZUID Benaming meetpost Adres Gebied

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997 6.10.1. Inleiding De term ongeval kan gedefinieerd worden als 'elk onverwacht en plots voorval dat schade berokkent of gevaar oplevert (dood, blessures,...) of als ' een voorval dat onafhankelijk van de

Nadere informatie

TRANSITION = Lokaal luchtkwaliteitsbeleid Stad Gent

TRANSITION = Lokaal luchtkwaliteitsbeleid Stad Gent TRANSITION = Lokaal luchtkwaliteitsbeleid Stad Gent Tine Heyse Schepen voor Milieu, Klimaat, Energie en Noord-Zuid Stad Gent 10 oktober 2016 Mobiliteitsplan Gent: Duurzame MODAL SHIFT Bijdrage (lokaal)

Nadere informatie

Gezondheid & Milieu medische milieukunde

Gezondheid & Milieu medische milieukunde medische milieukunde Jasmien Pauwels Medisch milieukundige Logo Gezond+ Logo Op de agenda Logo = Lokaal gezondheidsoverleg Logo de medisch milieukundige (= MMK )? Milieugezondheidsfactoren in Vlaanderen

Nadere informatie

Faseplan generiek thema (referentiebiomonitoring) van humane biomonitoringresultaten naar beleidsacties

Faseplan generiek thema (referentiebiomonitoring) van humane biomonitoringresultaten naar beleidsacties Faseplan generiek thema (referentiebiomonitoring) van humane biomonitoringresultaten naar beleidsacties Eindrapport generieke thema genotoxiciteit en PAK sblootstelling Onderzoeksteam Faseplan Ann Colles,

Nadere informatie

Eerste kaart roetconcentraties Nederland Roet aanvullende maat voor gezondheidseffecten luchtvervuiling

Eerste kaart roetconcentraties Nederland Roet aanvullende maat voor gezondheidseffecten luchtvervuiling Eerste kaart roetconcentraties Nederland Roet aanvullende maat voor gezondheidseffecten luchtvervuiling RIVM/DCMR, december 2013 Roet is een aanvullende maat om de gezondheidseffecten weer te geven van

Nadere informatie

Een gezonde omgeving in Binnenstad

Een gezonde omgeving in Binnenstad Een gezonde omgeving in Binnenstad Utrecht Gemeente en inwoners kunnen samen een gezonde leefomgeving creëren. Een gezonde leefomgeving is van belang om een gezonde leefstijl te bevorderen en risico s

Nadere informatie

Gezondheid & Voeding

Gezondheid & Voeding Luchtverontreiniging groot probleem gezondheid Elk jaar sterven wereldwijd zo n 6,5 miljoen mensen aan de gevolgen van luchtverontreiniging en in Nederland zorgt dit jaarlijks zeker voor 13.000 vroegtijdige

Nadere informatie

Luchtkwaliteit in het Vlaamse Gewest. Koen Toté - VMM

Luchtkwaliteit in het Vlaamse Gewest. Koen Toté - VMM Luchtkwaliteit in het Vlaamse Gewest Koen Toté - VMM Overzicht presentatie Luchtkwaliteit 2017 getoetst aan de normen Impact van deze luchtkwaliteit op onze gezondheid Bespreking van fijn stof en stikstofdioxide

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 hoofdstuk 4

Hoofdstuk 3 hoofdstuk 4 126 Uit talrijke studies blijkt dat blootstelling aan luchtverontreiniging veroorzaakt door verkeer leidt tot schade aan de gezondheid van hart, bloedvaten en luchtwegen. In de meeste van deze studies

Nadere informatie

De invloed van burgerbronnen in het nieuws

De invloed van burgerbronnen in het nieuws De invloed van burgerbronnen in het nieuws Dit rapport beschrijft de resultaten van de vragenlijst rond burgerbronnen in het nieuws die u invulde in januari 7. Namens de Universiteit Antwerpen en de onderzoeksgroep

Nadere informatie

Wat levert Stappen nu op? - Resultaten van het project Stappen Gent

Wat levert Stappen nu op? - Resultaten van het project Stappen Gent Wat levert 10 000 Stappen nu op? - Resultaten van het project 10 000 Stappen Via een wetenschappelijk onderzoek is nagegaan of een dergelijke aanpak wel effectief is om de se bevolking te bereiken en om

Nadere informatie

Onderzoek naar oorzaken van PAK s-vervuiling in de Vlaamse bevolking: case studie Menen en Genk

Onderzoek naar oorzaken van PAK s-vervuiling in de Vlaamse bevolking: case studie Menen en Genk Onderzoek naar oorzaken van PAK s-vervuiling in de Vlaamse bevolking: case studie Menen en Genk Maja Mampaey Beleidsmedewerker Omgeving en Gezondheid Wat ga ik jullie vertellen? Wat zijn PAK sen waar komen

Nadere informatie

Startconferentie actieplan luchtkwaliteit stad en haven Gent

Startconferentie actieplan luchtkwaliteit stad en haven Gent Startconferentie actieplan luchtkwaliteit stad en haven Gent Sessie luchtverontreiniging door industrie dinsdag 29 april 2014 Inleiding op problematiek en genomen maatregelen Jasper Wouters Vlaamse overheid

Nadere informatie

Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma

Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35 bus 10 1030 Brussel

Nadere informatie

Resultaten meetcampagne luchtkwaliteit in Gent bekend

Resultaten meetcampagne luchtkwaliteit in Gent bekend Resultaten meetcampagne luchtkwaliteit in Gent bekend Na een oproep van de Stad Gent stelden vijftig Gentenaars hun gevel ter beschikking om de invloed van het verkeer op de Gentse luchtkwaliteit te onderzoeken.

Nadere informatie

Sociale ongelijkheid in de humane biomonitoring

Sociale ongelijkheid in de humane biomonitoring Sociale ongelijkheid in de humane biomonitoring Bert Morrens Universiteit Antwerpen Symposium Onderzoek milieu & gezondheid - anno 2017 - focus Vlaanderen 21 september 2017 Uitgangspunt: Environmental

Nadere informatie

Het staal en deze vragenlijst zullen volgens afspraak, later bij u thuis opgehaald worden.

Het staal en deze vragenlijst zullen volgens afspraak, later bij u thuis opgehaald worden. Toestemmingsformulier tot deelname aan het onderzoek naar persistente organische stoffen (POPs) in moedermelk gecoördineerd door de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) Studie uitgevoerd in samenwerking

Nadere informatie

VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGS- PROGRAMMA 2007-2011

VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGS- PROGRAMMA 2007-2011 VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGS- PROGRAMMA 2007-2011 Resultatenrapport Resultaten van het onderzoek bij jongeren in de regio Menen Foto: Daniel Herlent januari 2012 in opdracht van de Vlaamse overheid Vlaams

Nadere informatie

1. Inleiding. Rapportage Luchtkwaliteit 2012, gemeente Doetinchem 4

1. Inleiding. Rapportage Luchtkwaliteit 2012, gemeente Doetinchem 4 Rapport Luchtkwaliteit 2012 Doetinchem Oktober 2013 INHOUD 1. Inleiding... 4 2. Algemeen... 5 2.1 Wet luchtkwaliteit... 5 2.2 Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit... 5 2.3 Bronnen van luchtverontreiniging...

Nadere informatie

Instroom 1. Inclusie. Uitstroom. Doorstroom. Universiteit Utrecht 1

Instroom 1. Inclusie. Uitstroom. Doorstroom. Universiteit Utrecht 1 Instroom 1 4 Uitstroom 3 Inclusie 2 Doorstroom Universiteit Utrecht 1 Rapportage 2018 Prof. Dr. Naomi Ellemers Prof. Dr. Jojanneke van der Toorn Dr. Wiebren Jansen Inhoud Voorwoord 4 Algemeen 6 Hoe is

Nadere informatie

Evaluatie van Open Bedrijvendag

Evaluatie van Open Bedrijvendag Evaluatie van Open Bedrijvendag Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35 bus 10 1030 Brussel April 2011 Samenvatting De Open Bedrijvendag

Nadere informatie

Meting van PFOA in serum van omwonenden Chemours. Duiding van de uitkomsten. Joke Herremans RIVM

Meting van PFOA in serum van omwonenden Chemours. Duiding van de uitkomsten. Joke Herremans RIVM Meting van PFOA in serum van omwonenden Chemours Duiding van de uitkomsten Joke Herremans RIVM 14-9-2017 Teflon in de pan PFOA in de ban REACH restrictie Geen productie, gebruik en in de handel brengen

Nadere informatie

Gezondheid & verkeer: de rol van lokale besturen. Stefanie Vanhoutte Medisch milieukundige Logo Midden-West-Vlaanderen 2 december 2013

Gezondheid & verkeer: de rol van lokale besturen. Stefanie Vanhoutte Medisch milieukundige Logo Midden-West-Vlaanderen 2 december 2013 Gezondheid & verkeer: de rol van lokale besturen Stefanie Vanhoutte Medisch milieukundige Logo Midden-West-Vlaanderen 2 december 2013 Inhoud Uitgangspunt & feiten Waarom lokaal? Hoe? Wat kan je concreet

Nadere informatie

Milieu en Gezondheid - Dialoog over wetenschap en beleid

Milieu en Gezondheid - Dialoog over wetenschap en beleid > Steunpunt Milieu en Gezondheid > Biomonitor, nieuwsbrief Milieu en Gezondheid Milieu en Gezondheid - Dialoog over wetenschap en beleid In oktober 2004 hebben onderzoekers van de Universiteit Antwerpen

Nadere informatie

Waarom kunnen omgevingsfactoren een belangrijk risico op kanker inhouden?

Waarom kunnen omgevingsfactoren een belangrijk risico op kanker inhouden? Waarom kunnen omgevingsfactoren een belangrijk risico op kanker inhouden? 1.Mechanistische inzichten in belang van lage dosissen 1.1Carcinogenese berust op accumulatie van mutaties 1.2 Dosis-antwoord voor

Nadere informatie

17 GEMIDDELD WEEKVERLOOP

17 GEMIDDELD WEEKVERLOOP 17 GEMIDDELD WEEKVERLOOP Geïnspireerd door het verschil in O 3 -concentratie tussen werkdagen en niet-werkdagen werd het concentratieverloop van de gemiddelde week berekend. Bij de berekening van het concentratieverloop

Nadere informatie

Niewsbrief nr. 3 / November 2014 Januari 2015

Niewsbrief nr. 3 / November 2014 Januari 2015 Niewsbrief nr. 3 / November 2014 Januari 2015 1. Inleiding De laatste maanden is er hard gewerkt aan enkele SEFIRA werkpakketten. Onder de leiding van de universiteit van Urbino werd een theoretisch en

Nadere informatie

Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel

Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel Weergaven van publieke opinie in het nieuws en hun invloed op het publiek Dit rapport beschrijft de resultaten van een onderzoek over weergaven van publieke opinie

Nadere informatie

Onderzoek naar blootstelling aan endotoxinen in de agrarische sectoren van teelt, be- en verwerking en handel

Onderzoek naar blootstelling aan endotoxinen in de agrarische sectoren van teelt, be- en verwerking en handel Onderzoek naar blootstelling aan endotoxinen in de agrarische sectoren van teelt, be- en verwerking en handel drs. Suzanne Spaan ir. Inge Wouters dr. ir. Dick Heederik Institute for Risk Assessment Sciences

Nadere informatie

Sara Benoy, medisch milieukundige.

Sara Benoy, medisch milieukundige. Sara Benoy, medisch milieukundige. Gezondheidseffecten verkeer. Directe invloeden van verkeer: Luchtverontreiniging Geluidsoverlast Verkeersonveiligheid Gebrek aan beweging Indirecte gezondheidsgevolgen

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» SCSZ/09/106 AANBEVELING NR 09/04 VAN 15 SEPTEMBER 2009 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN ANONIEME GEGEVENS BETREFFENDE

Nadere informatie

Thematische behoeftepeiling. Uitkomsten en conclusies van een brede enquête onder patiëntenorganisaties

Thematische behoeftepeiling. Uitkomsten en conclusies van een brede enquête onder patiëntenorganisaties Thematische behoeftepeiling Uitkomsten en conclusies van een brede enquête onder patiëntenorganisaties Inleiding In de komende jaren ontwikkelt de VSOP toerustende activiteiten voor patiëntenorganisaties

Nadere informatie

VMM-METINGEN IN MENEN

VMM-METINGEN IN MENEN VMM-METINGEN IN MENEN WAAR WORDT GEMETEN? - MN01: in woonzone (impact voedselketen) - MNO8: industriezone (impact bron) - MN13: woonzone (stopgezet in 2013) - WK01: agrarisch gebied (stopgezet in 2013

Nadere informatie

De eerste resultaten. Een milieu-gezondheidsprofiel voor Dessel, Mol en Retie. Uw regio, uw gezondheid, uw baby

De eerste resultaten. Een milieu-gezondheidsprofiel voor Dessel, Mol en Retie. Uw regio, uw gezondheid, uw baby De eerste resultaten Een milieu-gezondheidsprofiel voor Deze brochure vat de eerste resultaten van de 3xG-studie samen. Van 150 moeders en pasgeboren baby s uit werden urine, bloed, navelstrengbloed en

Nadere informatie

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 4.3 (2010-2011)

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 4.3 (2010-2011) Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 4.3 (2010-2011) Verkeerskundige interpretatie van de belangrijkste tabellen (Analyserapport) D. Janssens, S. Reumers, K. Declercq, G. Wets Contact: Prof. dr. Davy

Nadere informatie

Care for You. Viviane De Boey 25/2/2013

Care for You. Viviane De Boey 25/2/2013 Care for You Viviane De Boey 25/2/2013 2008 gestart met brainstormen over aanwezigheidsbeleid/ absenteïsme: Belangrijke items na het brainstormen : Ondersteuning van de werknemer / zorg dragen voor/ geen

Nadere informatie

Onderzoek naar. levenskwaliteit. bij colorectale (ex-)kankerpatiënten. Basisrapport. Met financiële steun van

Onderzoek naar. levenskwaliteit. bij colorectale (ex-)kankerpatiënten. Basisrapport. Met financiële steun van Onderzoek naar levenskwaliteit bij colorectale (ex-)kankerpatiënten Basisrapport Met financiële steun van Onderzoek naar levenskwaliteit bij colorectale (ex-)kankerpatiënten Basisrapport Auteurs: De Gendt

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 31 322 Kinderopvang Nr. 342 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

1) In hoeverre is het instrument in uw organisatie gebruikt geweest?

1) In hoeverre is het instrument in uw organisatie gebruikt geweest? Verwerking antwoorden enquête over het reflectie instrument slikproblemen Mei 2015 Vlaamse werkgroep slikproblemen Steunpunt Expertisenetwerken (SEN) Aantal bevraagden 120 Aantal reacties 36, ofwel 30%

Nadere informatie

AIRbezen Achtergrond. Wat is AIRbezen?

AIRbezen Achtergrond. Wat is AIRbezen? AIRbezen 2015 Achtergrond Luchtverontreiniging, meer bepaald door fijnstof, is een van de belangrijkste problemen in stedelijke omgevingen. De term fijnstof omvat in de lucht zwevende deeltjes die kleiner

Nadere informatie

Samenvatting van de belangrijkste wetenschappelijke inzichten

Samenvatting van de belangrijkste wetenschappelijke inzichten (/Zoeken) Samenvatting van de belangrijkste wetenschappelijke inzichten wetenschappelijk comité CurieuzeNeuzen Vlaanderen, Universiteit Antwerpen Vlaamse Milieumaatschappij VITO et citizen-scienceproject

Nadere informatie

Hormoon verstorende stoffen

Hormoon verstorende stoffen Hormoon verstorende stoffen Dr. Vera Nelen, Directeur PIH Antwerpen Woordvoerder Steunpunt milieu en gezondheid 1-10/20/2014 Inhoud Wat zijn hormonen, Waarom zijn ze belangrijk Hormoonverstorende stoffen,

Nadere informatie

TBM-scorerooster. Tabel 1. Scorerooster voor de Wetenschappelijke evaluatie (W-as) Zwak (-2) Positief (0)

TBM-scorerooster. Tabel 1. Scorerooster voor de Wetenschappelijke evaluatie (W-as) Zwak (-2) Positief (0) TBM-scorerooster Tabel 1. Scorerooster voor de Wetenschappelijke evaluatie (W-as) Wetenschappelijke waarde W W1. Focus van het project op de ontwikkeling van een nieuwe therapie, diagnose en specifieke

Nadere informatie

VVSG Studiedag 11 maart Eva Platteau Prof. dr. Annie Hondeghem Instituut voor de Overheid K.U.Leuven

VVSG Studiedag 11 maart Eva Platteau Prof. dr. Annie Hondeghem Instituut voor de Overheid K.U.Leuven VVSG Studiedag 11 maart 9 Eva Platteau Prof. dr. Annie Hondeghem Instituut voor de Overheid K.U.Leuven Steunpunt bestuurlijke organisatie Vlaanderen 1 Liggen de lokale besturen wakker van de pensioenproblematiek?

Nadere informatie

Hoe bepaal je. in planvorming

Hoe bepaal je. in planvorming Hoe bepaal je gezondheid in planvorming Tilly Fast Presentatie > Verschillende methoden: hoe bepalen welke geschikt is? > Methoden Hoe werkt het Wat levert het op Beperkingen/Randvoorwaarden Voorbeelden

Nadere informatie

Luchtkwaliteit in Steden Probleemschets, Aandachtspunten, Tendensen

Luchtkwaliteit in Steden Probleemschets, Aandachtspunten, Tendensen Luchtkwaliteit in Steden Probleemschets, Aandachtspunten, Tendensen Frans Fierens, Gerwin Dumont (*) (*)Medewerkers van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) gedetacheerd naar de Intergewestelijke Cel voor

Nadere informatie

Evaluatie SamenOud-lezingen voorjaar 2014

Evaluatie SamenOud-lezingen voorjaar 2014 Evaluatie SamenOud-lezingen voorjaar 2014 Een evaluatierapport over de SamenOud-lezingen in, en R. Brans September 2014 0 Inhoud 1. Inleiding... 2 1.1 Aanleiding... 2 1.2 Doel van de lezingen... 2 1.1

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en aanbevelingen

Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Blootstelling aan elektromagnetische velden die afkomstig zijn van apparatuur voor mobiele telecommunicatie is in toenemende mate een bron van zorg in de maatschappij.

Nadere informatie

Vlaams beleid luchtverontreiniging en. milieuvergunningsaanvragen

Vlaams beleid luchtverontreiniging en. milieuvergunningsaanvragen Vlaams beleid luchtverontreiniging en milieuvergunningsaanvragen Geert Pillu Adviesverlener LNE afdeling Milieuvergunningen Brugge Vlaams beleid luchtverontreiniging en milieuvergunningsaanvragen Kennis

Nadere informatie

SYNTHESERAPPORT EVALUATIE WETENSCHAPPELIJKE OLYMPIADES SAMENVATTING

SYNTHESERAPPORT EVALUATIE WETENSCHAPPELIJKE OLYMPIADES SAMENVATTING SYNTHESERAPPORT EVALUATIE WETENSCHAPPELIJKE OLYMPIADES SAMENVATTING Studiedienst en Prospectief Beleid 1 Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Vlaamse Overheid Koning Albert II-laan 35 bus 10 1030

Nadere informatie

INTERBESTUURLIJKE SAMENWERKING IN VLAANDEREN

INTERBESTUURLIJKE SAMENWERKING IN VLAANDEREN K.U.Leuven Instituut voor de Overheid Universiteit Antwerpen Universiteit Gent Hogeschool Gent www.steunpuntbov.be INTERBESTUURLIJKE SAMENWERKING IN VLAANDEREN Ellen Wayenberg & Filip De Rynck Spoor Bestuurlijke

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Betreft Landelijke Kwaliteitsmonitor Kinderopvang - resultaten

Nadere informatie

grondig onderzoek milieu en gezondheid rond Corus

grondig onderzoek milieu en gezondheid rond Corus grondig onderzoek milieu en gezondheid rond Corus onderzoek door RIVM in opdracht van Minister van VROM goede medewerking van provincie, bewoners, Corus en anderen de situatie rond Corus is uitgebreid

Nadere informatie

KLANTENTEVREDENHEIDSONDERZOEK FACULTATIEVE OPDRACHT PRIORITEITENBELEID. Resultaten

KLANTENTEVREDENHEIDSONDERZOEK FACULTATIEVE OPDRACHT PRIORITEITENBELEID. Resultaten KLANTENTEVREDENHEIDSONDERZOEK FACULTATIEVE OPDRACHT PRIORITEITENBELEID Resultaten Dienstverlening m.b.t. de facultatieve opdracht prioriteitenbeleid in het kader van het decreet van 13 juli 2001 en het

Nadere informatie

Gezondheidsmonitor luchthaven Twente

Gezondheidsmonitor luchthaven Twente Gezondheidsmonitor luchthaven Twente 14 en 16 januari 2014 Jaap de Wolf Op verzoek van ADT heeft GGD Twente samen met het RIVM een offerte opgesteld voor het uitvoeren van een gezondheidsmonitor burgerluchthaven

Nadere informatie

MEMO. Onderwerp/Subject: Analyse rapport RIVM Luchtkwaliteit 2012

MEMO. Onderwerp/Subject: Analyse rapport RIVM Luchtkwaliteit 2012 MEMO Aan/To: Van/From: Datum/Date: RAI Vereniging Chris van Dijk 18 september Onderwerp/Subject: Analyse rapport RIVM Luchtkwaliteit 2012 Ieder jaar publiceert het RIVM een jaaroverzicht van de meetresultaten

Nadere informatie

Vertrek van je eigen brede kijk op jeugd en jeugdbeleid

Vertrek van je eigen brede kijk op jeugd en jeugdbeleid STAPPENPLAN fiche 4 Gericht gegevens verzamelen die je jeugdbeleid richting kunnen geven. Waarover gaat het? Het jeugdbeleid in jouw gemeente is geen blanco blad. Bij de opmaak van een nieuw jeugdbeleidsplan

Nadere informatie

Vlaanderen. is samenwerking COMPLEXE PROJECTEN. Een nieuwe procesaanpak. www.complexeprojecten.be

Vlaanderen. is samenwerking COMPLEXE PROJECTEN. Een nieuwe procesaanpak. www.complexeprojecten.be Vlaanderen is samenwerking COMPLEXE PROJECTEN Een nieuwe procesaanpak www.complexeprojecten.be U heeft het als bestuur of als private initiatiefnemer wellicht reeds meegemaakt. De opstart en uitvoering

Nadere informatie

Risicocommunicatie. Gezondheid als uitgangspunt, een kwestie van vertrouwen?? Henk Jans, arts Inhoudsmanager Bureau GMV 10 juli 2008

Risicocommunicatie. Gezondheid als uitgangspunt, een kwestie van vertrouwen?? Henk Jans, arts Inhoudsmanager Bureau GMV 10 juli 2008 Risicocommunicatie Gezondheid als uitgangspunt, een kwestie van vertrouwen?? Henk Jans, arts Inhoudsmanager Bureau GMV 10 juli 2008 Presentatie Beleving risico s in relatie tot (praktijk) Wat is een risico?

Nadere informatie

LOKALE POLITIE & STAD LIER

LOKALE POLITIE & STAD LIER LOKALE POLITIE & STAD LIER 20 september 2010 PERSTEKST Resultaten van de tussentijdse leefbaarheids- en veiligheidsenquête juni 2010 Perstekst Resultaten van de tussentijdse veiligheids- en leefbaarheidsenquête

Nadere informatie

3.2 Effecten van onbemande snelheidshandhaving op autosnelwegen in Vlaanderen

3.2 Effecten van onbemande snelheidshandhaving op autosnelwegen in Vlaanderen 3.2 Effecten van onbemande snelheidshandhaving op autosnelwegen in Vlaanderen Ellen De Pauw, Stijn Daniels, Tom Brijs, Elke Hermans, Geert Wets Universiteit Hasselt Instituut voor Mobiliteit (IMOB) Dat

Nadere informatie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Overgewicht is een snel groeiend wereldwijd probleem en is geassocieerd

Nadere informatie

VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGSPROGRAMMA 2007-2011

VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGSPROGRAMMA 2007-2011 Foto: Stad Genk VLAAMS HUMAAN BIOMONITORINGSPROGRAMMA 2007-2011 Resultatenrapport Resultaten van het onderzoek bij jongeren in Genk-Zuid september 2011 Foto: Stad Genk in opdracht van de Vlaamse overheid

Nadere informatie

Milieu en Gezondheid in Genk-Zuid. Dirk Wildemeersch Vlaamse Gezondheidsinspectie

Milieu en Gezondheid in Genk-Zuid. Dirk Wildemeersch Vlaamse Gezondheidsinspectie Milieu en Gezondheid in Genk-Zuid Dirk Wildemeersch Vlaamse Gezondheidsinspectie Inhoud Probleemstelling Giftigheid Algemeen Specifiek voor de verhoogd gemeten stoffen Richtwaarden en normen versus Genk

Nadere informatie

Verslag Jury fase 1. Rapportage. Prioriteren cases voor beleid. Fasenplan Biomonitoring. Hans Keune, Bert Morrens, Johan Springael

Verslag Jury fase 1. Rapportage. Prioriteren cases voor beleid. Fasenplan Biomonitoring. Hans Keune, Bert Morrens, Johan Springael Steunpunt MILIEU & GEZONDHEID ONDERZOEKSGROEP FASENPLAN November 2007 Het steunpunt Milieu en Gezondheid is een samenwerkingsverband tussen de Vrije Universiteit Brussel, de Universiteit Gent, de Universiteit

Nadere informatie