17. Windows Live Essentials (2) 17.1 Windows Live Mail Om Windows Live Mail te openen klik je de knop "Starten" in de taakbalk. Kies je "Alle programma's". Klik de map "Windows Live" en kies "Windows Live Mail". Het is misschien interessant dit programma vast te maken aan je taakbalk, je zult het meerdere keren nodig hebben per week, zelfs per dag. Rechtsklik hiervoor de optie "Windows Live Mail", en kies "Aan de taakbalk vastmaken". Wanneer je Live Mail voor de eerste keer start, wordt je gevraagd of je een e-mailaccount wil te voegen. Zonder e-mailaccount kun je weinig doen, dus antwoord je met "Ja". Typ uw e-mailadres, wachtwoord en schermnaam in het eerste venster. Klik op Volgende.
In het volgende venster vul je de informatie over de inkomende server en informatie over de uitgaande server in uw e-mailaccount in. Weet je deze niet, dan neem je contact op met je InternetProvider, en vraag je hiernaar. Klik hierna op "Volgende". Klik op Voltooien. Het zojuist toegevoegde e-mailadres is toegevoegd aan het linkerdeelvenster. Ook wel eens het mappenvenster genoemd.
Herhaal de bovenstaande procedure om meerdere accounts toe te voegen. Van elk e-mailaccount verschijnt de mappenstructuur in het mappenvenster. Deze mappenstructuur bestaat uit de mappen: Postvak IN: in deze map worden de ontvangen berichten voor deze account geplaatst Concepten: in deze map worden berichten geplaatst die reeds zijn samengesteld, maar nog niet zijn verzonden. Je kunt de inhoud van deze te verzenden berichten nog steeds wijzigen. Verzonden items: In deze map worden de reeds verzonden berichten geplaatst. Ongewenste berichten: in deze map plaatst Windows Mail alle berichten waarvan hij denkt dat deze spam zijn. Verwijderde items: in deze map worden alle door jou verwijderde berichten geplaatst. Verwijder je berichten uit deze map, dan zijn deze voorgoed verdwenen.
17.2 E-mail ontvangen Nu Je al je e-mailaccounts hebt ingevoegd, zul je meer dan waarschijnlijk de e-mail die aan jou is verzonden, ook willen ontvangen. Klik hiervoor de knop "Synchroniseren in de werkbalk, of vlugger, klik de F5 toets op je toetsenbord. 17.3 E-mail verzenden Om een nieuw E-mailbericht te verzenden klik je de knop "Nieuw" links bovenaan in de werkbalk. Dit opent een nieuw e-mailbericht. In het vak "Aan:" typ je het e-mailadres van de persoon waar je een e-mail naar wil verzenden. Typ een onderwerp in het vak "Onderwerp". Maak eventueel je e-mail op met de opties in de opmaakwerkbalk (2), en klik de knop "Verzenden" (1) wanneer je klaar bent.
Heb je meerdere e-mailaccounts, kies je in het vak "Van:" (3) de account die je wenst te gebruiken als afzender voor je e-mail. Klikken op de knop "Opslaan" zal de e-mail opslagen in de map "Concepten" en deze nog niet versturen. Om deze alsnog te versturen dubbelklik je deze in de map concepten, en klik je de knop "Versturen". Wens je een bijlage mee te sturen met je e-mail klik je de knop "Bijlage" in de werkbalk, navigeer en selecteer je het bestand dat je wil toevoegen. Wens je de e-mail te versturen naar meerdere geadresseerden, klik je de knop "Beeld" in de menubalk, en kies je "Cc en Bcc" in het Drop-downmenu. Het verschil tussen de twee is dat bij de eerste "Cc", iedereen die de e-mail ontvangt ziet naar wie deze is verzonden. Kies je voor Bcc dan is dat niet het geval, dan ziet de ontvanger enkel de afzender.