Auteur VO-content Laatst gewijzigd 20 oktober 2016 Licentie CC Naamsvermelding 0 Nederland licentie Webadres https://maken.wikiwijs.nl/73831 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.
Inhoudsopgave Bedrijfskosten Vooraf 1 2 3 4 5 6 Antwoorden Over dit lesmateriaal Pagina 1
Bedrijfskosten Vooraf De heer De Groot heeft een bouwbedrijf. Een van zijn klanten wil een houten schuur laten maken. De Groot moet een prijsopgaaf maken. Wat denk jij? Waar hangt de prijs van de houten schuur vanaf? Schrijf zoveel mogelijk verschillende factoren op. Bespreek je antwoord met een klasgenoot. Aan het eind van deze opdracht kun je: een aantal voorbeelden van bedrijfskosten noemen. uitleggen wat afschrijvingskosten zijn en ken je verschillende manieren om de afschrijvingskosten te berekenen. uitleggen wat het verschil is tussen constante kosten en variabele kosten. Activiteiten Groepsgrootte Activiteit 1 Alleen Informatie lezen en vragen beantwoorden over bedrijfskosten. 2 Alleen Informatie lezen en vragen beantwoorden over verschillende kosten. 3 Alleen Vragen beantwoorden over afschrijvingskosten. 4 Alleen Vragen beantwoorden over de kosten van een dameskapsalon. Pagina 2
5 Alleen + samen Informatie lezen, vragen beantwoorden en bespreken met klasgenoot. 6 Alleen De kostprijs berekenen. Benodigdheden Voor deze opdracht heb je een rekenmachine nodig. Tijd Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig. 1 Bedrijfskosten Bestudeer uit de Kennisbank economie de eerste pagina van het volgende onderdeel: KB: Bedrijfskosten Welke soort bedrijfskosten herken je in de volgende situaties? 5. 6. Het bedrijf sponsort de plaatselijke voetbalclub. De nota van het gasbedrijf bedraagt 259,-. De secretaresse verstuurt een aantal brieven. Als je hier gaat werken, krijg je een bedrijfsopleiding. Het magazijn is afgelopen zomer voor 10.000,- verbouwd. Voor de aanschaf van een nieuwe machine heeft de ondernemer 8.000,- geleend. Controleer je antwoorden. 2 Pagina 3
Verschillende kosten De heer De Groot heeft een bouwbedrijf. Een klant wil een houten schuur laten maken. Bij het maken van de prijsopgaaf moet De Groot rekening houden met materiaalkosten. Daarnaast moet hij rekening houden met de kosten van het gereedschap dat hij gebruikt. Het gereedschap wordt niet weggegooid als de schuur klaar is, maar het gereedschap zal eens vervangen moeten worden. Geef twee voorbeelden van materiaalkosten waarmee De Groot rekening moet houden bij het maken van de prijsopgaaf. Bedenk een manier waarop De Groot in de prijsopgaaf rekening kan houden met de kosten die gemaakt worden voor het gereedschap dat wordt gebruikt? Bestudeer nu de tweede pagina van het onderdeel bedrijfskosten: KB: Bedrijfskosten De aanschafprijs van een machine is 540.000,-. De verwachting is dat de machine 9 jaar meegaat. a. Bereken de afschrijvingskosten per jaar. b. Wat doet een ondernemer om na 9 jaar een nieuwe machine te kunnen kopen? 3 Pagina 4
Afschrijvingskosten De slagerijafdeling van een groot winkelbedrijf heeft een nieuwe snijmachine gekocht. De aanschafprijs is 6.000,-. De verwachting is dat de machine twee jaar meegaat en dat de machine na die twee jaar bij het inruilen nog 400,- opbrengt. De machine wordt 2000 uur per jaar gebruikt. Met de machine wordt 5 kilogram vlees per uur gesneden. Welk bedrag moet in twee jaar worden afgeschreven? Hoeveel is dat per jaar? Bereken de afschrijvingskosten per uur. Hoe hoog zijn de afschrijvingskosten per kilogram vlees? Controleer je antwoorden. 4 Pagina 5
Een dameskapsalon heeft per week de volgende kosten: kostensoort Loonkosten bedrag 2480,- Huisvestingskosten 1760,- Energiekosten 440,- Afschrijvingskosten 680,- Overige kosten 1040,- Per week heeft de salon gemiddeld 320 klanten. Beantwoord de volgende vragen. 5. Leg uit waarom een kapsalon afschrijvingskosten heeft. Geef een voorbeeld van mogelijke overige kosten. Hoeveel bedragen de bedrijfskosten per week? Hoeveel is dat per klant? Een klant besteedt gemiddeld 25,- in de kapsalon. Is dat genoeg? 6. In de zomervakantie is de kapsalon een week dicht. Welke bedrijfskosten heeft het bedrijf niet in die week? 5 Constante en variabele kosten Bestudeer uit de Kennisbank economie de derde pagina van het onderdeel: KB: Bedrijfskosten Geef van de volgende bedrijfskosten aan of het constante kosten of variabele kosten zijn. Als je twijfelt, leg dan uit waarom je twijfelt. 5. 6. 7. energiekosten reclamekosten materiaalkosten huisvestingskosten afschrijvingskosten personeelskosten inkoopkosten Pagina 6
Bespreek jouw antwoorden met de antwoorden van een klasgenoot. Hebben jullie steeds dezelfde antwoorden? Bespreek eventuele verschillen. 6 Kostprijs berekenen Maak de volgende twee opdrachten. De eigenaar van een winkel in cadeauartikelen heeft berekend dat de bedrijfskosten per product gemiddeld 20% van de inkoopprijs zijn. a. De winkelier heeft een kandelaar ingekocht voor 20,-. Laat met een berekening zien dat de kostprijs van de kandelaar 24,- is. b. Wat is de kostprijs als de inkoopprijs 85,- is? En wat is de kostprijs bij een inkoopprijs van 132,-? c. Van een artikel is de kostprijs 48,-. Wat was de inkoopprijs? d. Waarom wil een ondernemer de kostprijs van een product weten? Sander Lokic werkt in vaste dienst bij een garagebedrijf. Hij verdient 1700,- per maand. Yke Engels plukt aardbeien bij een boer. Per doosje aardbeien dat ze plukt, krijgt ze 0,60 cent betaald. a. Horen de loonkosten van Sander tot de constante kosten of tot de variabele kosten? b. En hoe zit dat met de loonkosten van Yke? Antwoorden Pagina 7
1 5. 6. Reclamekosten Energiekosten Administratiekosten Personeelskosten Huisvestingskosten Rentekosten 3 6.000,- - 400,- = 5.600,- in twee jaar 5.600,- : 2 = 800,- per jaar 800,- : 2000 = 1,40 per uur 1,40 : 5 = 0,28 per kilogram vlees Pagina 8
Over dit lesmateriaal Colofon Auteur VO-content Laatst gewijzigd 20 oktober 2016 om 15:03 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding 0 Nederland licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4; Leerinhoud en doelen Arbeid, productie en bedrijfsleven; Economie; Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Studiebelasting 2 uur en 0 minuten Trefwoorden leerlijn, rearrangeerbare Pagina 9