Onderzoek naar de Dag van de Mobiliteit Lectoraat HRM

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Onderzoek naar de Dag van de Mobiliteit Lectoraat HRM"

Transcriptie

1 1 Onderzoek naar de Dag van de Mobiliteit Lectoraat HRM HOGESCHOOL VAN ARNHEM EN NIJMEGEN ONDERZOEK 2014

2 Onderzoek naar de Dag van de Mobiliteit 2014 Een effect studie naar de Dag van de Mobiliteit bij deelnemers en organisaties Dr. Annet de Lange Dr. Etty Wielenga- Meijer Drs. Saskia Ponten Drs. Bouwe Smeding Dave Dörenberg MSc Lotte Siebelt 2

3 Management samenvatting Vraagstelling In dit rapport wordt antwoord gegeven op twee hoofdvragen. De eerste hoofdvraag: Wat is de relatie tussen het participeren in de Dag van de Mobiliteit en de duurzame inzetbaarheid van werknemers over de tijd in de regio Gelderland en Noord- Brabant? Om deze vraag te beantwoorden zijn er vier deelvragen gesteld met betrekking tot de demografische gegevens, de persoonskenmerken, de impact van de Dag van de Mobiliteit en de evaluatie van de Dag van de Mobiliteit en de impact hiervan op de loopbaan oriëntatie van de deelnemers. De tweede hoofdvraag: wat is de mening van deelnemende organisaties over de Dag van de Mobiliteit in het bevorderen van intersectorale mobiliteit en de positionering van deze dag in relatie tot het beschikbaar HR- beleid in de betrokken organisatie? Ook deze vraag is opgedeeld in deelvragen. Zo is gevraagd aan de HR- contactpersonen wat hun redenen voor deelname aan de Dag van de Mobiliteit waren, hoe de Dag van de Mobiliteit in de betrokken organisaties werd gepositioneerd en wat de relatie was tussen de Dag van de Mobiliteit en intersectorale mobiliteit in de betrokken regio s. Resultaten De belangrijkste resultaten voor de eerste hoofdvraag zijn dat een positieve evaluatie van de Dag van de Mobiliteit samenhangt met meer inzichten in hun eigen talenten en meer inzicht in hun eigen netwerk. Daarnaast blijkt dat de gemiddelde deelnemer aan de Dag van de Mobiliteit 2014 is 45 jaar, vrouw en heeft een relatief lang dienstverband. Daarnaast De belangrijkste resultaten voor de tweede hoofdvraag zijn dat de Dag van de Mobiliteit gebruikt wordt door de HR- afdeling om het thema mobiliteit op de kaart te zetten. Wanneer de Dag van de Mobiliteit voorbij is, wordt er echter weinig aan nazorg gedaan. Deelnemers kiezen daarbij wel vaak voor een werkplek buiten hun eigen sector (intersectoraal). Aanbevelingen De aanbevelingen kunnen uitgesplitst worden naar drie verschillende niveaus, namelijk micro, meso en macro niveau, respectievelijk op individueel, organisatie en organisatorisch (PUUR.nu en provincie Gelderland) niveau. Op individueel niveau is het voor de deelnemers aan de Dag van de Mobiliteit is het van belang om continu aan te geven dat meedoen aan de Dag van de Mobiliteit een meerwaarde heeft wanneer de 3

4 deelnemer zelf actief een bijdrage levert. Dit betekent een grondige voorbereiding en een goede terugkoppeling achteraf. Op het niveau van de organisaties is het van belang zich ervan bewust te zijn dat de Dag van de Mobiliteit als instrument vooral wordt gebruikt door vrouwen van gemiddeld 45 jaar die een relatief lang dienstverband hebben in dezelfde functie bij dezelfde werkgever. Hierop dient de deelnemende organisatie een bewuste keuze in doelgroepenbeleid op te stellen om een succesvol instrument van duurzame inzetbaarheid te zijn. Ook wordt benadrukt dat een vrijwillige deelname van medewerkers belangrijk is om de Dag van de Mobiliteit een succesvol instrument te laten zijn. Deelnemende organisaties dienen vooraf ook een besluit te nemen onder welk type HR- praktijk de Dag van de Mobiliteit geplaatst kan worden. Deze bewuste keuze helpt met het bepalen van de doelgroep en daardoor de acties die in de organisatie uitgezet worden om bekendheid te geven aan het doel en nut van de Dag van de Mobiliteit. De aanbeveling aan PUUR.nu en de provincie Gelderland is om de samenwerking die aangegaan is goed te benutten. Er zijn veel vormen van verdere samenwerking mogelijk die het exploreren meer dan waard zijn. Facilitering is echter gewenst om de samenwerking tot stand te brengen. PUUR.nu kan dit onder aandacht brengen door voortdurend de succesverhalen met elkaar te delen en door gerichte events te organiseren voor de deelnemers, werkplekbegeleiders, HR- contactpersonen of HR- managers. De provincie Gelderland kan deze acties ondersteunen in de vorm van subsidieverstrekking rondom het thema Intersectorale Mobiliteitsbevordering. Tot slot: De Dag van de Mobiliteit is als event zeer succesvol. Wil deze dag een bijdrage leveren aan Duurzaam Inzetbaarheidsbeleid van organisaties dan dienen zowel organisaties als deelnemers een actieve rol in te nemen en bewuste keuzes te maken voor deelname. PUUR.nu kan hier een faciliterende rol in spelen door organisaties en deelnemers bewust te maken van de keuzes en mogelijkheden. 4

5 Inhoudsopgave 1. Inleiding Achtergrond onderzoek Doelstelling onderzoek Vraagstelling en onderzoeksvragen Methode Deelstudie Deelnemers Meetinstrumenten Procedure Analyses Deelstudie Deelnemers Meetinstrumenten Procedure Resultaten Deelstudie Deelvraag Deelvraag Deelvraag Deelvraag Deelstudie Deelvraag Deelvraag Deelvraag Aanbevelingen Aanbevelingen Referenties

6 1. Inleiding De maatschappelijke, economische en technologische ontwikkelingen hebben de afgelopen jaren een enorme impact op de arbeidsmarkt gehad. Werkgevers hebben de Nederlandse arbeidsmarkt zien veranderen van een bloeiende economie waarin vooral jongere werknemers werkzaam waren in vast dienstverband naar een dynamisch, snel vergrijzende arbeidsmarkt met een toenemend aantal flexwerkers en tijdelijke contracten (De Lange, 2014). In 2013 had bijvoorbeeld 32,1% van de beroepsbevolking een flexibel contract en de verwachting is dat dit percentage de komende jaren verder zal gaan stijgen (ABU, 2015). Van werkgevers wordt daarnaast verwacht dat ze maatschappelijke legitimiteit en duurzame inzetbaarheid van personeel in bedrijfsprocessen kunnen waarborgen (De Lange & van der Heijden, 2013; Paauwe & Boselie, 2003; Paauwe, 2004, 2009). Door bijvoorbeeld tijdelijk of boventallig personeel te ondersteunen via mobiliteitsprogramma s in het vinden van een nieuwe betaalde functie. Aandacht voor duurzame inzetbaarheid is door deze ontwikkelingen een belangrijk onderwerp geworden voor zowel werkgevers als werknemers. Volgens Schaufeli (2011) heeft duurzame inzetbaarheid te maken met gezond en vitaal blijven werken en continue blijven leren en ontwikkelen. Het accent ligt hierbij op het optimaal benutten van talenten, vaardigheden, competenties, veranderbereidheid, flexibiliteit en mobiliteit. Duurzaam inzetbaar betekent dat medewerkers doorlopend in hun arbeidsleven over daadwerkelijk realiseerbare mogelijkheden alsmede over de voorwaarden beschikken om in huidig en toekomstig werk met behoud van gezondheid en welzijn te (blijven) functioneren. Dit impliceert een werkcontext die hen hiertoe in staat stelt, evenals de attitude en motivatie om deze mogelijkheden daadwerkelijk te benutten (Van der Klink et al., 2010) Mobiliteit zal door de flexibilisering steeds belangrijker worden. Op basis van cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS, 2013) kunnen we concluderen dat de totale mobiliteit in 2013 van de Nederlandse beroepsbevolking 15% was. Mobiliteit houdt in dit geval in dat werknemers veranderen van werkgever of van functie. Dit percentage werd voornamelijk verklaard door de mobiliteit van jongere mensen met een kort dienstverband en mensen met een flexibel contract. Gezonde en vrijwillige mobiliteit van andere doelgroepen werkenden vindt, met andere woorden, nog zelden plaats en verdient daarom de 6

7 komende jaren extra aandacht. Ook de provincie Gelderland is zich hiervan bewust. Uit de Human Capital Agenda (2014) komt naar voren dat een belangrijk speerpunt in 2015, bijvoorbeeld, het bevorderen van innovatie en werkgelegenheid is. Op basis van bovenstaande wordt duidelijk dat er vraag is naar nieuwe methodes of handvatten voor werkgevers en werknemers om mobiliteit op de arbeidsmarkt te vergroten. In deze rapportage worden de resultaten gepresenteerd van een onderzoek naar een instrument ter bevordering van mobiliteit, namelijk: de Dag van de Mobiliteit. In de volgende paragrafen zullen wij eerst ingaan op de achtergrond van dit instrument en het PUUR.nu netwerk. Vervolgens besteden wij aandacht aan de probleemstelling van het onderzoek. 1.1 Achtergrond onderzoek PUUR.nu PUUR.nu is een organisatie dat onder andere arbeidsmarktprojecten initieert. De afgelopen jaren heeft PUUR.nu een landelijk netwerk ingericht voor arbeidsmarkt- professionals met als doel het bevorderen van mobiliteit in en tussen de bedrijven; de PUURnetwerken. Op dit moment is PUUR.nu in samenwerking met ACE West- Brabant ACEnetwerken aan het inrichten. Hier worden de PUURnetwerken in ondergebracht. Op dit moment zijn er in vijf regio s een ACEnetwerk en in vijf regio s nog een PUURnetwerken. De netwerken zijn intersectoraal en pluriform (grote en kleine bedrijven). Ook heeft PUUR.nu de Dag van de Mobiliteit ontwikkeld. Dag van de Mobiliteit Organisaties (intersectoraal) openen één dag hun deuren voor elkaars werknemers. Medewerkers krijgen hierbij de mogelijkheid om één dag bij een andere organisatie aan de slag te gaan. Hierdoor wordt het onderwerp mobiliteit tastbaar gemaakt voor de organisatie én de deelnemer. De Dag van de Mobiliteit is een opstap naar het nieuwe denken over de arbeidsmarkt (samengevat in de Maasland- filosofie, IMO). Dit leidt ertoe dat werkgevers initiatief nemen om zonder directe inmenging van de overheid zelf intersectoraal, integraal (een netwerk van leren en werken) en het regionaal van werk naar werk (en de brug naar werk) ter hand nemen. De Dag van de Mobiliteit is hiermee geen los initiatief, maar kan bijdragen aan de arbeidsmarkt van de toekomst. Gelderland geldt hierbij als voorbeeld van intersectorale samenwerking, door een transitie van werk naar werken op regionaal niveau te faciliteren. De verwachting is dat de Dag van de mobiliteit voor zowel organisaties als voor individuele medewerkers meerwaarde kan opleveren met betrekking tot de 7

8 bewustwording rondom het thema duurzame inzetbaarheid 1. Daarbij is de provincie Noord- Brabant meegenomen in het onderzoek om een vergelijking te kunnen leggen tussen de twee provincies. 1.2 Doelstelling onderzoek Het doel van dit onderzoek is nieuwe inzichten te geven aan PUUR.nu en de regio Gelderland, over de effecten van de Dag van de Mobiliteit, in het verhogen van de duurzame inzetbaarheid (gemeten als: motivatie om te werken, organisatieflexibiliteit en werkvermogen) van betrokken deelnemers in Gelderland en Noord- Brabant over de tijd. Daarnaast is het doel van het onderzoek: gericht implementatieadvies geven aan PUUR.nu over de communicatie en uitvoering van de Dag van de Mobiliteit, teneinde de effectiviteit van het instrument voor betrokken deelnemers en organisaties te vergroten. 1.3 Vraagstelling en onderzoeksvragen Voor het beantwoorden van bovenstaande doelstelling zijn twee deelstudies opgesteld. De eerste deelstudie betreft de studie naar de effecten van de Dag van de Mobiliteit op de duurzame inzetbaarheid van betrokken deelnemers. De tweede deelstudie gaat in op de vraag wat de reden is voor organisaties om deel te nemen aan de Dag van de Mobiliteit en hoe zij deze dag wensen in te bedden in hun bestaand HR- beleid. Deelstudie 1: Effecten van de Dag van de Mobiliteit voor betrokken Deelnemers In Deelstudie 1 wordt op basis van een vragenlijst onderzoek gedaan naar de volgende vraagstelling en gerelateerde deelvragen (zie ook Box 1.1): Kenmerken medewerker Dag van de Mobiliteit Medewerker Indicatoren duurzame inzetbaarheid Figuur 1.1 Grafische weergave van hoofdvraag 1 1 Dit onderzoek is uitgevoerd door het lectoraat HRM van de Hogeschool Arnhem en Nijmegen. Dit lectoraat wordt aangestuurd door de lector HRM, dr. Annet de Lange. Zij voert met haar team van onderzoekers diverse onderzoeken in relatie tot het thema duurzame inzetbaarheid uit. 8

9 Deelstudie 2: Inbedding Dag van de Mobiliteit in beschikbaar Human Resource (HR) beleid In Deelstudie 2 wordt onderzoek gedaan naar de inbedding van de Dag van de Mobiliteit in het beschikbaar HR- beleid. Via interviews en een vragenlijst zijn meningen verzameld van betrokken HR- stafleden en organisaties in de regio Gelderland en Noord- Brabant. In deze deelstudie wordt aandacht besteed aan de volgende hoofdvraag en deelvragen (zie ook Box 1.2): Box 1.2 Hoofdvraag en deelvragen Deelstudie 2: 2 Wat is de mening van deelnemende organisaties over de Dag van de Mobiliteit in het bevorderen van intersectorale mobiliteit en de positionering van deze dag in relatie tot het beschikbaar Human Resource beleid in de betrokken organisatie? Deelvragen: 5) Wat zijn volgens de betrokken HR- contactpersonen redenen voor de organisatie om deel te nemen aan de Dag van de Mobiliteit? 6) Hoe wordt de van de Dag van de Mobiliteit in de betrokken organisaties gepositioneerd? 7) Wat is de relatie tussen de Dag van de Mobiliteit en intersectorale mobiliteit in de regio? Intersectorale mobiliteitsbevordering Organisatie Dag van de Mobiliteit Figuur 1.2 Grafische weergave van hoofdvraag 2 HR- beleid In hoofdstuk 2 staan wij per deelstudie stil bij de gebruikte methode. Hier zullen de gehanteerde begrippen ook worden gedefinieerd, de procedures worden verhelderd en de gebruikte schalen. Vervolgens zal in hoofdstuk 3 ingegaan worden op de resultaten die uit het onderzoek zijn voortgekomen. De conclusies, praktische aanbevelingen en het implementatieadvies komen in hoofdstuk 4 aan de orde. 9

10 2. Methode De methode sectie zal, in lijn met de twee uitgevoerde studies, voor iedere deelstudie apart toelichting geven over de deelnemers, de meetinstrumenten en de procedure. 2.1 Deelstudie Deelnemers Deelnemers aan dit onderzoek werden benaderd uit het netwerk van PUUR.nu en ACE Nijmegen / Arnhem. De deelnemers waren afkomstig uit verschillende sectoren, zoals de zorg, de overheid, zakelijke dienstverlening, onderwijs, productie en de logistieke sector. In totaal zijn 572 kandidaten uitgenodigd om deel te nemen aan het onderzoek. Van deze groep heeft 49,6% (283, waarvan 280 bruikbaar) de voormeting ingevuld en 56,2% (159) ook de nameting. In totaal bleken N= 155 respondenten geschikt om als panel nader te onderzoeken over de tijd. Zie Tabel 2.1 voor een overzicht van de verdeling deelnemers en controlegroep. Tabel 2.1 Verdeling (potentiële) deelnemers en controlegroep Type groep Meetmoment 1 Meetmoment 2 Deelnemers dag van de mobiliteit 207 (73.9%) 112 (72.3 %) Controle groep 73 (26.1%) 43 (27.7%) Meetinstrumenten Duurzame Inzetbaarheid. Duurzame inzetbaarheid is in dit onderzoek gemeten als: motivatie om te werken, organisatieflexibiliteit en werkvermogen (Brouwer et al., 2013). Motivatie om door te werken werd gemeten met vijf stellingen, zoals: Ik ben enthousiast over het opbouwen van een toekomst binnen het werk. De stellingen werden gescoord op een 5- punts Likert schaal van 1 = Helemaal niet mee eens tot 5 = Helemaal mee eens. Organisatieflexibiliteit werd gemeten aan de hand van twee subschalen: 1) De flexibiliteit die de respondent aan de organisatie biedt (α =.70) en 2) de flexibiliteit die de organisatie vraagt (α =.73). Beide subschalen zijn opgebouwd uit vijf stellingen zoals: Ik bied mijn organisatie / De organisatie gaat ervan 10

11 uit dat ik op verschillende locaties inzetbaar ben. De items werden gescoord op een 5- punts Likert schaal van 1= Helemaal niet van toepassing tot 5 = Helemaal van toepassing. Werkvermogen werd gemeten aan de hand van de volgende vraag: Als u aan uw werkvermogen in de beste periode van uw leven 10 punten geeft, hoeveel punten zou u dan aan uw werkvermogen op dit moment toekennen? Hierop konden de respondenten een score geven tussen 1 en Werkkenmerken. Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van de schalen autonomie en taakeisen op het werk (Karasek, 1985).Voor beide schalen geldt dat de stellingen gescoord werden op een 5- punts Likert schaal van 1 = Helemaal niet van toepassing tot 5 = Helemaal van toepassing. Autonomie werd gemeten met vier stellingen (α=.72), zoals "Mijn baan biedt me de ruimte veel beslissingen zelf te nemen. Taakeisen is gemeten met drie stellingen (α=.71), zoals Mijn baan vereist dat ik erg snel werk. schalen Persoonskenmerken. Persoonskenmerken zijn gemeten aan de hand van de volgende Self Efficacy werd gemeten met de vragenlijst van Schwarzer en Jerusalem (1995) (α=.89). Deze vragenlijst bestond uit tien stellingen. Een voorbeeld item is: Het is voor mij makkelijk om vast te houden aan mijn plannen om mijn doel te bereiken. De stellingen werden gescoord op een 5- punts Likert schaal van 1 = Volledig onjuist tot 5 = Volledig juist. Toekomstperspectief werd gemeten aan de hand van de vragenlijst van Carstensen, Fung en Charles (2003) (α=.85). Deze vragenlijst bestond uit zes stellingen. Een voorbeeld is: Veel kansen wachten mij in mijn arbeidstoekomst. De stellingen werden gescoord op een 7- punts Likert schaal van 1= Helemaal niet van toepassing tot 7 = Helemaal van toepassing. Job Crafting werd gemeten aan de hand van de vragenlijst van Tims, Bakker en Derks (2011) (α=.83). Deze vragenlijst bestond uit vijf stellingen. Een voorbeelditem is: Ik probeer mezelf bij te scholen. De vragen werden gescoord op een 5- punts Likert schaal van 1 = Nooit tot 5 = Heel vaak Inzicht van de respondenten Daarnaast werden er extra items toegevoegd om het inzicht van respondenten in de eigen talenten, interesses en netwerken nader te kunnen onderzoeken. Een voorbeeld is: Ik heb inzicht in mijn werkgerelateerde interesses. Deze stellingen werden gescoord op een 5- punts Likert schaal van 1 = Helemaal niet mee eens tot 5 = Helemaal mee eens. 11

12 2.1.3 Procedure De vragenlijst is digitaal afgenomen via Parantion ( De vragenlijsten (voor- en nameting) zijn afgenomen in september en oktober 2014, zie Figuur 2.1. Deelnemers aan het onderzoek kregen een online link waarop zij konden klikken om zo bij de vragenlijst te komen. De vragenlijst kon vanuit een computer met een internetverbinding ingevuld worden. Er werden instructies gegeven hoe de vragenlijst ingevuld diende te worden en de anonimiteit werd hierbij gewaarborgd. Dag van de Mobiliteit 2 of 9 oktober September Oktober Meting T1: Vragenlijst deelnemers en controle groep Vragenlijst HR contactpersonen Meting T2: Vragenlijst deelnemers en controle groep Interviews HR- stafleden Figuur 2.1 Schematische weergave van de twee metingen Analyses In dit onderzoek zijn verschillende soorten statistische toetsen gebruikt. Om de eerste deelvraag te beantwoorden is via ANOVA nagegaan of er een significant verschil was in de gemiddelde leeftijd van de controlegroep versus de groep deelnemers aan de Dag voor de Mobiliteit. Bij de andere variabelen werd niet met gemiddeldes gewerkt, maar met percentages van respondenten die in bepaalde categorieën vielen. Hier zijn verschillen tussen groepen geanalyseerd middels Chisquare toetsen. Verschillen tussen de groepen en tussen de twee metingen, deelvraag 2 en 3 zijn middels repeated measurements GLM uitgevoerd. Hierbij zijn leeftijd en opleidingsniveau opgenomen als covariaat. Gekeken is naar de Wilks Lambda voor de within subjects measures voor Tijd. Om de algemene verschillen tussen T1 en T2 nader te kunnen onderzoeken, is ook is gekeken naar de interactie tussen Tijd * Groep. Tevens is gekeken naar de between subject measures om verschillen tussen de groepen te analyseren. Effect sizes worden alleen vermeld bij significante verschillen. 12

13 In de laatste deelvraag is middels een multipele regressie analyse geanalyseerd of het rapportcijfer voor de Dag voor de Mobiliteit een samenhang vertoonde voor diverse afhankelijke maten tijdens T2. Hierbij is uitgezuiverd voor de meting op T1, zodat daadwerkelijk over een causaal verband gesproken kan worden. 2.2 Deelstudie Deelnemers Voor de Human Resource (HR) vragenlijst zijn 95 HR medewerkers (hierna contactpersonen) uitgenodigd om mee te werken aan het onderzoek. In totaal heeft 29,5% (N=28) van de aangeschreven Human Resource (HR) contactpersonen de vragenlijst ingevuld. De HR- contactpersonen waren allen betrokken bij de uitvoering van de Dag van de Mobiliteit binnen de eigen organisatie. Daarnaast zijn er verdiepende interviews gehouden met HR- stafleden van drie deelnemende organisaties. De HR- stafleden waren eindverantwoordelijk voor de toestemming en uitvoering van de Dag van de Mobiliteit binnen de eigen organisatie Meetinstrumenten Vragenlijst. De HR- stafleden werd gevraagd naar: de verwachtingen die ze hadden van de Dag van de Mobiliteit; of zij acties ondernomen hebben om bekendheid van de Dag van de Mobiliteit te bevorderen; of de Dag van de Mobiliteit een vaste HRM praktijk zal worden binnen de eigen organisatie; wanneer de Dag van de Mobiliteit effect volgens hen heeft gehad Procedure Het interview was gebaseerd op semigestructureerde interviewvragen (meer informatie is op te vragen via het lectoraat HRM). De vragen hadden betrekking op de wijze waarop de Dag van de Mobiliteit is ingezet in de organisatie en of er mogelijkheden zijn om de Dag van de Mobiliteit als middel voor intersectorale mobiliteitsbevordering in te zetten. Hieronder staan de vragen beschreven. Subvraag A: Kan de DvdM als duurzaam inzetbaarheidinstrument voor uw organisatie ingezet worden? - Hoe vaak heeft u meegedaan aan de DvdM? - Doet u volgend jaar weer mee? - Wat wilt u bereiken met de DvdM? 13 - Wordt/ is deze dag onderdeel van uw HR- beleid?

14 - Wat denkt u dat het effect is van de DvdM in relatie tot duurzame inzetbaarheid? Subvraag B: Kan de DvdM gebruikt worden als instrument voor Intersectorale mobiliteitsbevordering? - Hoe denkt u over intersectorale mobiliteitsbevordering? - Gebruikt uw organisatie de DvdM ook t.b.v. intersectorale mobiliteitsbevordering - Is uw team voldoende toegerust om met intersectorale mobiliteitsbevordering aan de slag te gaan? 14

15 3. Resultaten 3.1 Deelstudie 1 Effecten van de Dag van de Mobiliteit voor betrokken Deelnemers Deelvraag 1.1 Wat zijn de demografische kenmerken van respondenten die participeren in de Dag van de Mobiliteit versus een controle groep die niet mee doet aan de Dag van de Mobiliteit? In Tabel 3.1 staat een overzicht van de demografische kenmerken, waarbij een onderscheid gemaakt is tussen de deelnemers aan de Dag van de Mobiliteit en de controlegroep. Hierbij is geen significant verschil gevonden tussen de twee provincies. Hierdoor kunnen de deelnemers als een groep worden beschouwd. Tabel 3.1 Demografische kenmerken Deelnemers versus controlegroep Deelnemers DvdM Controlegroep Geslacht Man 28.6% 34.9% Vrouw 71.4% 64.1% Leeftijd Gemiddelde (SD) (9.2) (10.0) Diensttijd huidige functie < 5 maanden 2.7% maanden 1 jaar jaar 6.3% jaar 10.7% 18.6 >3 jaar 73.3% 55.8 Diensttijd bij huidige werkgever <1jaar 3.6% 0% 1-5 jaar 20.5% 30.2% 5-10 jaar 20.5% 27.9% >10 jaar 55.4% 41.9% Hoogst behaalde opleiding* VMBO 7.1% 2.3% HAVO/VWO 8.9% 4.7% MBO 29.5% 27.9% HBO 42.0% 27.9% WO 11.6% 34.9% Gepromoveerd 0.9% 2.3% Omvang aanstelling Parttime 51.2% 49.1% *De verhoudingen tussen de categorieën van dit demografische kenmerk verschillen significant tussen de deelnemers en de mensen uit de controlegroep 15

16 Middels een ANOVA voor leeftijd en Chisquare toetsen voor de overig genoemde kenmerken is getoetst of er verschillen bestaan tussen de deelnemers enerzijds en de mensen uit de controle groep anderzijds. Uit de Chisquare toetsen bleek dat de verhoudingen wat betreft genoten opleiding anders zijn verdeeld over beide groepen. Van de deelnemers heeft een HBO (42 %) of MBO (29.5%) opleiding genoten, terwijl in de controle groep het grootste deel een Wetenschappelijke opleiding heeft genoten (34.9%). Ook liet een Chisquare toets zien dat de beide groepen andere verhoudingen hebben wat betreft het type functie. Zowel bij de deelnemers als de controlegroep heeft ruim een kwart een administratieve functie. Echter, van de deelnemers aan de DvdM heeft 12% een financiële functie, en onder hen zijn management, wetenschappelijke en onderwijs functies weinig tot niet vertegenwoordigd. In de controle groep komen juist geen mensen met een financiële functies voor, terwijl de andere drie functies wel relatief veel voorkomen. De meeste respondenten die meededen aan de Dag voor de Mobiliteit gaven als reden voor deelname DvdM: een andere organisatie leren kennen (62%) of zich willen heroriënteren op hun loopbaan (51%), zie Figuur 3.1. Verder gaf 31% van de deelnemers aan deze Dag deel te nemen omdat (er een reële kans is dat) het huidige arbeidscontract beëindigd wordt. Slechts een klein percentage (4%) geeft aan doorgestuurd te zijn door een leidinggevende. Hieruit kan worden opgemaakt dat de meerderheid van de deelnemers vrijwillig heeft deelgenomen aan de Dag voor Mobiliteit. Loopbaan herorientatie Leren van een andere organisatie Netwerk deskundigheidsbevording Doorgestuurd leidinggevende Beeindiging arbeidscontract Reeele kans beeinding arbeidscontract Percentage Deelnemers (n = 112) Figuur 3.1: redenen voor deelname aan Dag van de Mobiliteit 0, 17,5 35, 52,5 70, Box 3.1 Samenvattend: Kenmerken Deelnemers Dag van de Mobiliteit Gemiddelde leeftijd van ruim 45 jaar. Veelal vrouwen en werkenden met een relatief lang dienstverband in de zelfde functie en bij dezelfde werkgever. Vrijwillige deelname DvdM, waarbij het leren van andere organisaties door de meeste respondenten als reden is aangegeven. 16

17 3.1.2 Deelvraag 1.2 Wat zijn de persoonskenmerken van respondenten die participeren in de Dag van de Mobiliteit versus een controle groep die niet mee doet aan de Dag van de Mobiliteit? Persoonskenmerken werden gemeten aan de hand van de volgende schalen: Self Efficacy van Schwarzer en Jerusalem (1995), Job Crafting van Tims, Bakker en Derks (2011) en Toekomstperspectief van Carstensen, Fung en Charles (2003). In Tabel 3.2 zijn de resultaten van de uitgevoerde ANCOVA terug te vinden. Geen van deze resultaten verschillen significant van elkaar. Tabel 3.2 Beschrijvende data, between (Groep) en repeated measurements. T1 Gemiddelde (SD) T2 Gemiddelde (SD) Self Efficacy Deelnemer DvdM 4.1 (0.5) 4.1 (0.6) Controlegroep 4.2 (0.5) 4.1 (0.5) Job Crafting Deelnemer DvdM 3.7 (0.8) 3.6 (0.8) Controlegroep 3.8 (0.6) 3.8 (0.6) Toekomst perspectief Deelnemer DvdM 4.4 (1.3) 4.3 (1.2) Controlegroep 4.5 (1.1) 4.5 (1.2) note: Range voor Self Efficacy en Job Crafting is 1-5. Range voor Toekomstperspectief is 1-7. Box 3.2 Samenvattend: Persoonskenmerken deelnemers Dag van de Mobiliteit Er zijn geen significante verschillen gevonden in de waargenomen self- efficacy, job crafting vaardigheden en toekomstperspectief tussen de deelnemers en de controle groep op tijdstip 1. Evenmin zijn er effecten na de Dag van de Mobiliteit waargenomen. Deelnemers en controlegroep scoren voldoende tot goed op de schalen met betrekking tot met betrekking de waargenomen self- efficacy, job crafting vaardigheden en toekomstperspectief Deelvraag 1.3 Wat is de impact van de Dag van de Mobiliteit op de duurzame inzetbaarheid van de deelnemers voor en na de interventie in vergelijking tot de controle groep? Duurzame inzetbaarheid is in dit onderzoek gemeten aan de hand van de motivatie om te werken, organisatieflexibiliteit en werkvermogen (Brouwer et al., 2013). Voor de motivatie om door te werken zijn geen positieve interactie effecten gevonden, waaruit blijkt dat de deelnemers zich hierop positiever hebben ontwikkeld na de Dag van de Mobiliteit dan de mensen uit de 17

18 controle groep (zie Tabel 3.3). Voor de stelling Ik ben er zeker van dat als ik deze organisatie zou moeten verlaten, ik een gelijkwaardige baan ergens anders zou vinden is wel een klein negatief effect over de tijd (π 2 =.05), evenals een klein interactie effect Tijd * Groep. Na de Dag van de Mobiliteit zijn de respondenten hier gemiddeld iets negatiever over. Dit geldt met name voor de deelnemers aan de Dag van de Mobiliteit. Daarnaast is er een verschil tussen de deelnemers en de mensen uit de controle groep op de stelling Ik ben bereid mijn vaardigheden te actualiseren om een nieuwe baan te kunnen krijgen. De deelnemers zijn hier in de regel iets positiever (m = 4.5) over dan de mensen uit de controle groep (m = 4.1), π 2 =.07. Dit verschil blijft stabiel tijdens de tweede meting. Tabel 3.3: Beschrijvende data Motivatie om door te werken T1 en T2, inclusief eta s MANCOVA between groups (Groep) en within Repeated Measurements (Tijd en Tijd * Groep) T1 T2 π 2 π 2 π 2 Gemiddelde Gemiddelde Groep Tijd Tijd*Groep (SD) (SD) Vraag 1 Deelnemers 4.5 (0.9) 4.4 (1.0) Controle groep 4.1 (1.3) 4.4 (0.9) Vraag 2 Deelnemers 3.3 (1.1) 3.1 (1.2).05**.03* Controle groep 3.3 (1.2) 3.4 (1.1) Vraag 3 Deelnemers 3.6 (1.1) 3.4 (1.2) Controle groep 3.9 (0.9) 3.8 (1.0) Vraag 4 Deelnemers 3.4 (0.9) 3.3 (1.1) Controle groep 3.4 (1.0) 3.4 (1.1) Vraag 5 Deelnemers 4.5 (0.6) 4.4 (0.8).07** Controle groep 4.1 (0.7) 4.1 (.08) Note: Range: 1-5; *=p<.05, ** p<.01 De organisatieflexibiliteit is gemeten aan de hand van de flexibiliteit die de organisatie de respondent biedt en de flexibiliteit die de respondent van de organisatie verwacht, zie Tabel 3.4. Er werd een Tijd * Groep interactie effect gevonden voor Organisatie flexibiliteit die de respondenten bieden. Opvallend genoeg vertonen alleen de mensen uit de controle groep verschil ( T1 m=3.6 vs T2 m = 3.9), terwijl de deelnemers geen vooruitgang boekten in T2 (beide keren m = 3.7) 2. Voor wat betreft de flexibiliteit die de organisatie vraagt is er geen verschil in de metingen voor en na de Dag voor de Mobiliteit. 2 Dit druist tegen de verwachting in. Een mogelijke verklaring zou kunnen zijn dat de mensen uit de controle groep naar aanleiding van vragenlijst 1 en de gedachte aan de mobiliteitsdag, zijn gaan na denken over hun eigen mobiliteit. Wellicht zijn ze hierdoor meer de behoefte gaan voelen om zichzelf flexibeler op te stellen. Terwijl de kandidaten aan de mobiliteitsdag deze zelfreflectie minder hebben gehad, omdat zij hiervoor al een actie hadden ondernomen. 18

19 Tabel 3.4: Beschrijvende data Motivatie om door te werken T1 en T2, inclusief eta s MANCOVA between groups (Groep) en within Repeated Measurements (Tijd en Tijd * Groep) Organisatie flexibiliteit die ik de organisatie bied. Organisatie flexibiliteit die de organisatie vraagt T1 T2 Gemiddelde Gemiddelde (SD) (SD) π 2 π 2 π 2 Groep Tijd Tijd*Groep Deelnemers 3.7 (0.7) 3.7 (0.8).05** Controle groep 3.6 (0.8) 3.9 (0.6) Deelnemers 3.6 (0.8) 3.6 (0.8) Controle groep 3.7 (0.9) 3.8 (0.8) Werkvermogen Deelnemers 7.2(1.7) 7.1 (1.6).03* Controle groep 7.8 (1.5) 7.8 (1.4) Note: Range: 1-5 voor Organisatie flexibiliteit; 1-10 voor Werkvermogen; *=p<.05, ** p<.01 Werkvermogen is daarnaast gemeten aan de hand van de vraag: Als u aan uw werkvermogen in de beste periode van uw leven 10 punten geeft, hoeveel punten zou u dan aan uw werkvermogen op dit moment toekennen? In deze vraag is geen verschil over de tijd, noch een interactie effect gevonden, zie Tabel 3.4. Wel geven de deelnemers zichzelf een minder hoge score (mt1 = 7.2 en mt2 = 7.1) dan de mensen uit de controlegroep (m = 7.8 op beide metingen), π 2 =.03. Box 3.3 Samenvattend: Verschillen de duurzame inzetbaarheid scores van de deelnemers DvdM versus de controle groep: Hoewel er kleine significante verschillen gevonden zijn op de variabelen met betrekking tot duurzame inzetbaarheid, kunnen deze resultaten niet bevestigen dat de deelnemers aan de Dag voor Mobiliteit positievere scores over de tijd weergaven in vergelijking tot de mensen uit de controle groep Deelvraag 1.4 Heeft de evaluatie van de Dag van de Mobiliteit impact op de loopbaanoriëntatie van de deelnemers? De dag van de mobiliteit wordt door de meeste deelnemers als (zeer) goed ervaren, zie Figuur 3.2. Het gemiddelde rapportcijfer dat gegeven wordt op 2 oktober is 8.1 en op 9 oktober wordt gemiddeld een 8.3 gegeven. Uit de verklarende analyses werd vervolgens duidelijk dat een positieve evaluatie van de deelnemers over de Dag voor Mobiliteit significant samenhangt met de mate waarin deelnemers vinden dat een kijkje bij ander een inzicht geeft in hun talenten, en aan het inzicht dat de deelnemers hebben gekregen in hun netwerk (zie Figuur 3.3 en 3.4). 19

20 70, 62 Percentage 52, , 17, , zeer slecht slecht neutraal goed zeer goed Hoe is de Dag van de Mobiliteit ervaren Deelnemers 2 oktober (n = 51) Deelnemers 9 oktober (n = 61) Figuur 3.2: Evaluatie Dag van de Mobiliteit Rapportcijfer DvdM β = +.23* β = +.18* Inzicht in eigen talenten Inzicht in netwerk Figuur 3.3: Samenhang rapportcijfer en inzicht in talenten en eigen netwerk note: *=p<.05 In Figuur 3.4 is een selectie weergegeven van de opbrengsten van de Dag voor Mobiliteit. Deze zijn achteraf door de respondenten weergegeven in een open vraag. Inzicht in andere organisaties wordt door 38% van Percentage Inzicht in andere organisaties 38 Inzicht en inspiratie 20 Leuke ervaring Leermoment 5 5 Bredere kijk op functie 11 0, 10, 20, 30, 40, Deelnemers (n = 112) de deelnemers genoemd. Dit lijkt aan te sluiten op de twee doelen die de meeste deelnemers op voorhand hebben aangegeven (zie Figuur 3.1). Figuur 3.4: opbrengsten Dag van de Mobiliteit 20

21 Box 3.4 Samenvattend: Heeft de evaluatie van de Dag van de Mobiliteit impact op de loopbaanoriëntatie van de deelnemers? De DvdM geeft de deelnemers nieuwe inzichten over andere organisaties en in het vinden van nieuwe inspiratie met betrekking tot de eigen loopbaan. Er is een significant verband gevonden tussen de evaluatie van de dag en inzichten in eigen talenten en netwerk. Een positieve evaluatie hing significant samen met meer inzichten in eigen talenten en netwerk. 3.2 Deelstudie 2 Inbedding Dag van de Mobiliteit in beschikbaar Human Resource (HR) beleid Deelvraag 2.1 Wat zijn volgens de betrokken HR- contactpersonen redenen voor de organisatie om deel te nemen aan de Dag van de Mobiliteit? Van de 28 HR- contactpersonen die de vragenlijst volledig hebben ingevuld, gaf een ruime meerderheid (68%) aan dat de Dag van de Mobiliteit een vast onderdeel zal worden van de HR praktijken binnen de betreffende organisatie. Daarnaast geeft een ruime meerderheid (64%) aan dat de dag voor de mobiliteit bijdraagt aan het voeren van meer loopbaan gesprekken. Ook draagt deze dag er volgens de helft van deze HR managers erbij bij dat het thema mobiliteit hoger op de agenda komt (zie Figuur 3.5). Percentage Mobiliteit hoger op de agenda 50 Meer loopbaangesprekken 64 DvdM wordt vaste HR-praktijk 68 0, 10, 20, 30, 40, 50, 60, 70, 80, HR-contactpersoon (n = 28) Figuur 3.5: Bijdrage van de Dag van de Mobiliteit aan Organisatie beleid, volgens HR- managers Interview resultaten Uit de interviews is het volgende duidelijk geworden: De Dag van de Mobiliteit is een middel van een breed palet aan mogelijkheden om de flexibiliteit van personeel tussen organisaties te verhogen. De dag wordt vooral gezien als een langer lopend proces. De Dag van de Mobiliteit is één instrument in dit langer lopend proces van het begeleiden van mensen van werk naar werk. De concrete opbrengst in termen van daadwerkelijk gerealiseerde mutaties tussen organisaties is op dit moment nog onvoldoende zichtbaar. Het effect op de cultuur in de zin van een kijkje in andermans keuken, wordt door de geïnterviewden echter als winstpunt genoemd. Het succes van de 21

22 dag wordt volgens de contactpersonen vooral bepaald door een goede match tussen de vraag of behoefte van de deelnemer en de beschikbaarheid van geschikte of passende taken of werkplekken bij de deelnemende organisaties. Box 3.5 Samenvattend: Inbedding Dag van de Mobiliteit in beschikbaar Human Resource (HR) beleid? De Dag van de Mobiliteit wordt door HR- contactpersonen gebruikt om mobiliteit op de kaart te zetten, maar men realiseert zich hierbij dat er meer voor nodig is dan het inzetten van een enkele interventie; de Dag van de Mobiliteit is een onderdeel in een proces Deelvraag 2.2 Hoe wordt de van de Dag van de Mobiliteit in de betrokken organisaties gepositioneerd? Interviewresultaten De aansturing van het proces vindt vaak plaats vanuit de afdeling HRM, hoewel dit zeer voorzichtig gebeurt. Iedereen is het er over eens dat de lijn de verantwoordelijkheid draagt en dat de afdeling HR hierin faciliterend is. Binnen één organisatie is de afdeling HR (loopbaancoaches) wel de initiatiefnemer. Het gaat dan om medewerkers die boventallig zijn of in een re- integratie traject zitten. In overleg met de leidinggevende wordt dan een traject uitgezet en is een bezoek aan de Dag van de Mobiliteit een optie. Bij de andere twee organisaties ligt het initiatief meer bij de medewerker en kan, bijvoorbeeld in een jaargesprek aan de orde komen. De geïnterviewde organisaties en hun leidinggevende hebben de individuele deelnemers niet voorbereid op de Dag van de Mobiliteit. Daardoor stellen de deelnemers geen leerdoelen voor zichzelf, waardoor zij gedurende de dag geen doelen hebben om aan te werken. Hierdoor kunnen de deelnemers bij voorbaat al minder diep evalueren en reflecteren. Een nameting van het effect van deelname aan de Dag van de Mobiliteit door de afdeling HR wordt niet uitgevoerd. Dit past in het beeld van de positie die HR inneemt binnen de organisatie: faciliterend en het eigenaarschap in de relatie tussen de medewerker- leidinggevende laten liggen. Eén organisatie vormt hierop een uitzondering: daar bepaalt de HR- functionaris, in overleg met de betrokkene of hij of zij al toe is aan deelname aan de Dag. 22

23 Binnen de drie organisaties zijn ook initiatieven voor een interne Dag van de Mobiliteit. Dit alles in het kader van een flexibeler en meer wendbare inzet van personeel. Tegelijkertijd wordt aangegeven dat men ook de volgende edities van de Dag van de Mobiliteit zal inzetten. Box 3.6 Samenvattend: Hoe wordt de van de Dag van de Mobiliteit in de betrokken organisaties gepositioneerd? De Dag van de Mobiliteit wordt gefaciliteerd door de HR afdeling. Keuze voor wie kan deelnemen aan de Dag van de Mobiliteit is per organisatie verschillend. Deelnemers bereiden zich individueel voor. Achteraf vindt echter weinig nazorg door een HR medewerker of een leidinggevende plaats Deelvraag 2.3 Wat is de relatie tussen de Dag van de Mobiliteit en intersectorale mobiliteit? Interviewresultaten Intersectorale mobiliteit wordt als belangrijk omschreven, maar hangt ook af van het soort primaire proces. Voor personeel in ziekenhuizen en universiteiten gaat het vooral om de sectorale mobiliteit (tussen zorginstellingen of onderwijsinstellingen), bij de gemeente is dit iets minder uitgesproken. Algemeen gesteld lijkt intersectorale mobiliteit te gelden voor de ondersteunende, niet tot het primaire proces behorende functies. Iedereen is het er over eens dat urgentiebesef (vanuit intrinsieke motivatie danwel noodzaak) van de medewerker om iets met intersectorale mobiliteit te doen een essentiële voorwaarde is. Gestuurd worden is een zekere mislukking en leidt voor alle partijen (leverende èn ontvangende) tot een negatieve opbrengst. Intersectorale mobiliteit wordt ook in andere netwerken besproken (overleg van werkgevers, opzet van gezamenlijke opleidingsinitiatieven, etc.). Uit de vragenlijst blijkt dat deelnemers uit verschillende sectoren afkomstig zijn, zie Figuur 3.6. Daarnaast is het relevant te melden dat van al de deelnemers 65% in een andere sector op bezoek is geweest. Industrie Overheid Onderwijs Technologie Logistiek Zak.Dienst Zorg Overig Percentage Deelnemers (n = 112) Figuur 3.6 Sectoren van deelnemers 0, 12,5 25, 37,5 50, 23

24 Box 3.7 Samenvattend: Wat is de relatie tussen de DvdM en intersectorale mobiliteit? Er wordt door HR niet bewust aangestuurd op intersectorale mobiliteit. Per sector zijn er hierbij verschillen. De deelnemers kiezen opvallend vaak voor een werkplek uit een andere sector. Er is nog te weinig informatie beschikbaar om over deze vraag harde conclusies te kunnen trekken. 24

25 4. Aanbevelingen Box 4.1 vat de resultaten voor de vraagstellingen en deelvragen uit deelstudie 1 en 2 nog een keer samen (zie boxen 3.1 tot en met 3.7). Box 4.1 Samenvattend Deelstudie 1: - Vrouwen met een gemiddelde leeftijd van 45 jaar en met een lang dienstverband melden zich vaak aan voor de Dag van de Mobiliteit. - De reden voor deelname van alle deelnemers is merendeels vrijwillig. - Voor de persoonskenmerken zijn tussen de deelnemers en de controle groep geen significante verschillen gevonden. De scores zijn voldoende tot goed. De aanbevelingen kunnen gesplitst worden naar twee niveaus: - Deelname aan de Dag van de Mobiliteit levert in dit onderzoek geen directe zichtbare effecten op duurzame inzetbaarheidscores weer. - Deelnemers zijn tevreden over de invulling van de Dag van de Mobiliteit. Hoe hoger het rapportcijfer dat gegeven wordt, hoe meer inzicht deelnemers krijgen in hun eigen talenten en netwerk. Deelstudie 2: De Dag van de Mobiliteit wordt door HR- contactpersonen gebruikt om mobiliteit op de kaart te zetten, maar men realiseert zich hierbij dat er meer voor nodig is dan het inzetten van een enkele interventie. De Dag van de Mobiliteit wordt gefaciliteerd door de HR afdeling. Keuze voor wie kan deelnemen aan de Dag van de Mobiliteit is per organisatie verschillend. Deelnemers bereiden zich individueel voor. Achteraf vindt echter weinig nazorg plaats door een HR medewerker of een leidinggevende. Er wordt door HR niet bewust aangestuurd op intersectorale mobiliteit. Per sector zijn er hierbij verschillen. De deelnemers kiezen opvallend vaak voor een werkplek uit een andere sector. 25

26 4.1 Aanbevelingen De aanbevelingen uit dit onderzoek richten zich op het verhogen van de effectiviteit van de Dag van de Mobiliteit als instrument voor duurzaam inzetbaarheid. De aanbevelingen zijn adviezen aan PUUR.nu om de Dag van de Mobiliteit een succesvol instrument te laten zijn om met regionale partners samen te werken aan het thema Duurzaam Inzetbaarheid in de provincie Gelderland. Participatie van alle stakeholders is hierbij noodzakelijk. De aanbevelingen zijn daarom gericht op drie niveaus, te weten: Micro Meso Macro Deelnemers DvdM Aanbeveling 1: Actieve Deelnemer Betrokken Organisaties Aanbeveling 2: Doelgroepenbeleid Aanbeveling 3: DvdM als HR-praktijk PUUR.nu en Provincie Gelderland Aanbeveling 4: De kracht van intersectorale Mobiliteit Figuur 4.1: aanbevelingen op drie niveaus Micro 1. Deelnemers DvdM (Micro- niveau): In het contact dat PUUR.nu met de deelnemende kandidaten heeft, blijft het belangrijk om continu aan te geven dat meedoen aan de Dag van de Mobiliteit een meerwaarde heeft, indien deelnemers zelf actief hun bijdrage leveren. Aanbeveling 1.1: Actieve Deelnemer Deelnemers hebben zelf een grote rol in het laten slagen van de Dag van de Mobiliteit. Om het leereffect van De Dag van de Mobiliteit optimaal te laten zijn is een actieve rol van de deelnemer noodzakelijk. Dit betekent een grondige voorbereiding en een goede terugkoppeling achteraf. Een bewuste keuze voor deelname (op basis van urgentiebesef) levert het meeste rendement op. Vooraf doelen opstellen en deze 26

27 koppelen aan loopbaanwensen op de lange termijn is een goede start. Pas dan kan bewust gekozen worden voor een passende werkplek. Het contact met de werkplekbegeleider helpt om de verwachtingen die je hebt over de invulling van de Dag af te stemmen. Het is belangrijk om na de dag de leereffecten te plaatsen in het kader van de loopbaanwensen. Het initiatief kan hiervoor bij de leidinggevende liggen maar ook de deelnemer zelf kan hiertoe de eerste stappen zetten. De geformuleerde loopbaandoelen kunnen bijgesteld worden na aanleiding van De DvdM. Eventueel kan de Actieve Deelnemer nog een keer een werkplek bezoeken, bijvoorbeeld via een interne Dag van de Mobiliteit, de 24/7- werkplekken van de huidige DvdM of door gebruik te maken van de contacten uit het opgedane netwerk. Opstellen reële loopbaandoelen Leereffecten DvdM koppelen aan nieuwe loopbaanafspraken Bewuste keuze voor andere organisatie en werkplek Verwachtingen afstemmen met Werkplekbegeleider Loopbaanafspraken maken met leidinggevende Figuur 4.2: de cyclus van de Actieve Deelnemer 2. Betrokken organisaties (Meso- niveau) Voor de betrokken en nieuw deel te nemen organisaties aan de Dag van de Mobiliteit is het voor PUUR.nu belangrijk om met de organisaties af te stemmen wat hun reden van deelname is: - voor welke doelgroep - met welke intentie (HR- praktijken) / visie van de organisatie op mobiliteit - met welk einddoel (bijdrage Duurzaam inzetbaarheid beleid) - in welk (organisatie- )proces 27

28 Aanbeveling 2.1: Doelgroepen beleid De gemiddelde medewerker die uit eigen beweging deelneemt aan de Dag van de Mobiliteit kenschetst zich als volgt: Voornamelijk vrouwen met een gemiddelde leeftijd van 45 jaar met een langer dienstverband en een goed inzicht in kennis over eigen handelen, die aanpassingen maken in eigen functies en een reëel beeld over hun toekomstperspectieven. Organisaties die de Dag van de Mobiliteit voor alle medewerkers open willen stellen, dienen zich ervan bewust te zijn dat dit instrument in 2014 veel werd gebruikt door medewerkers uit bovenstaande schets. Men zal niet automatisch iedereen bereiken. Een bewuste keuze in doelgroepenbeleid wordt aanbevolen om de Dag van de Mobiliteit een succesvol instrument van duurzaam inzetbaarheidsbeleid te laten zijn. Organisaties dienen gerichte acties in te zetten om actief te werven naar de gewenste deelnemers. Benadrukt wordt dat vrijwillige (en actieve) deelname van medewerkers belangrijk is om dit instrument succesvol te laten zijn. Loopbaanontwikkeling? Boventallig of Reïntegratie? Alle werknemers? Figuur 4.3: Keuze maken in passende doelgroep 28

29 Aanbeveling 2.3: Dag van de Mobiliteit op maat gemaakt HR- praktijk De Dag van de Mobiliteit is een interventie. Uitstekend geschikt om opgenomen te worden in het overzicht van HR- praktijken (alle secundaire arbeidsvoorwaarden). HR- praktijken kunnen worden ingedeeld op basis van het doel dat het dient en verwacht wordt. Op basis van eerder onderzoek (Kooij, 2010) zijn de volgende vier type HR- praktijken inmiddels onderzocht en gevalideerd (De Lange, 2014): 1. HRM praktijken gericht op ontwikkeling van werkvermogen, zoals training en promotie, om werkenden te helpen hogere niveaus van functioneren te behalen. 2. HRM praktijken gericht op behoud van werkvermogen waardoor werkenden in staat gesteld worden hun huidig niveau van functioneren te behouden. 3. HRM praktijken gericht op ontzien van werkenden via het beschermen of sparen van werkende. 4. HRM praktijken gericht op het benutten van de bestaande ervaring, kennis en kunde van werkenden, en het gebruiken van nog niet eerder gebruikte kennis en vaardigheden van de werknemer via het starten van een tweede loopbaan. De Dag van de Mobiliteit als HR- praktijk: Deelnemende bedrijven dienen vooraf een besluit te nemen onder welk type HR- praktijk De Dag van de Mobiliteit geplaatst kan worden. Deze bewuste keuze helpt met het bepalen van de doelgroep en daardoor de acties die in de organisatie uitgezet worden om bekendheid te geven aan het doel en nut van de Dag van de Mobiliteit. 29

30 Tabel 4.1 Verschillende functies van de Dag van de Mobiliteit als HR instrument Dag van de Mobiliteit Type HR- Praktijk: Ontwikkel Behoud Benut Ontzie Focus op: Loopbaan Inzet Flexibele Tweede loopbaan Vrijstelling ontwikkeling arbeidsvoorwaarde (horizontale verschuiving) ontwikkeling en Deskundigheids- Oriënteren op Eenmalige verlichting van Vanuit: promotie Bevordering jobrotation takenpakket algemeen Onderliggende HR Strategische functie Stabiliseren en/of Stabiliseren Verbeteren Persoon- Werk Herstellen van een Misfit Focus op: verbeteren Persoon- Werk Fit Fit situatie Persoon- Werk Fit Vanuit: Preventie en/of Amplitie Preventie Amplitie Curatie Duurzaam Inzetbaarheid beleid Organisaties die inzicht hebben voor welke doelgroep de Dag van de Mobiliteit ingezet kan worden volgens het best passende HR- praktijk zijn al goed op weg om de DvdM een geïntegreerd onderdeel te laten zijn van hun Duurzaam Inzetbaarheid beleid. Als men de bovenstaande drie aanbevelingen samenvoegt ontstaat een helder beeld welke acties hiervoor nodig zijn van alle betrokkenen in de organisatie. 30

31 Bepaal passende PR en onderzoek / evaluatie op basis keuze deelname DvdM Kies bewust voor deelname DvdM op basis van visie, doelgroep en HRpraktijken HRmanager HR- Contactpersonen Leidinggevende Deelnemer Nodig actief medewerkers uit en maakt DvdM onderdeel jaargesprek / van het organisatieproces en follow up Actieve voorbereiding en nazorg om doelen te bereiken en de DvdM verder te benutten als duurzaam instrument Figuur 4.4 Schematische weergave betrokkenen implementatie stappen Dag van de Mobiliteit 3. PUUR.nu en de provincie Gelderland (Macro- niveau) PUUR.nu geeft in de voorbereidende informatie op de website aan dat de Dag van de Mobiliteit de intersectorale mobiliteit bevordert. Organisaties benutten dit op dit moment nog niet voldoende. Aan de dag van de mobiliteit doen veel verschillende bedrijven uit diverse sectoren mee. Er ontstaat een groot intersectoraal netwerk waar veel partijen hun voordeel mee kunnen doen. Het initiatief om met dit nieuwe netwerk aan de slag te gaan, zal een continue stimulans nodig hebben. Aanbeveling 3.1: De kracht van intersectorale mobiliteit PUUR.nu kan in samenwerking met de provincie Gelderland de aanjager worden om organisaties te wijzen op de vele netwerkmogelijkheden die ontstaan door deelname aan de Dag van de Mobiliteit: De individuele kandidaat die een eigen netwerk, kennis en ervaring opbouwt elders en dit weer mee terug neemt naar zijn eigen organisatie De HR- contactpersonen van de Dag van de Mobiliteit vormen door de Dag van de Mobiliteit een netwerk. Hier kunnen ze 24/7 gebruik van maken. De DvdM dient als een voorbeeld in samenwerking in de nieuwe arbeidsmarkt. De werkplekaanbieders van iedere organisaties zijn bekend in het systeem en kunnen ook op ander momenten benaderd worden voor bijvoorbeeld netwerkgesprekken of organisatie en of functie informatie. 31

Resultaten van de Dag van de Mobiliteit ACE

Resultaten van de Dag van de Mobiliteit ACE Resultaten van de Dag van de Mobiliteit ACE Jordy Jeras Corné van Belzen (in samenwerking met Sander Sjerp) Voorwoord: Vraagstelling: Vanuit ACE wordt er jaarlijks de Dag van de Mobiliteit georganiseerd

Nadere informatie

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting xvii Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting Samenvatting IT uitbesteding doet er niet toe vanuit het perspectief aansluiting tussen bedrijfsvoering en IT Dit proefschrift is het

Nadere informatie

Wat werkt voor de oudere werknemers?

Wat werkt voor de oudere werknemers? Wat werkt voor de oudere werknemers? Hoe houdenwe mensenlangergezondaanhet werk Drs Wendy Koolhaas Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) Disciplinegroep Gezondheidswetenschappen, Sociale Geneeskunde

Nadere informatie

Duurzame inzetbaarheid en ouder worden op het werk? Dr. Annet H. de Lange

Duurzame inzetbaarheid en ouder worden op het werk? Dr. Annet H. de Lange Duurzame inzetbaarheid en ouder worden op het werk? Dr. Annet H. de Lange Agenda 1. Wat is duurzame inzetbaarheid? 2. Ouder worden en Werkvermogen? 3. Antecedenten duurzame inzetbaarheid? 4. Onderzoek

Nadere informatie

Duurzame inzetbaarheid in de HR praktijk Onderzoeksrapport 2012

Duurzame inzetbaarheid in de HR praktijk Onderzoeksrapport 2012 Duurzame inzetbaarheid in de HR praktijk Onderzoeksrapport 2012 Zicht krijgen op duurzame inzetbaarheid en direct aan de slag met handvatten voor HR-professionals INHOUDSOPGAVE 1. Duurzame inzetbaarheid

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting Samenvatting (Summary in Dutch) Achtergrond Het millenniumdoel (2000-2015) Education for All (EFA, onderwijs voor alle kinderen) heeft in ontwikkelingslanden veel losgemaakt. Het

Nadere informatie

M200616. De winstpotentie van personeelsbeleid in het MKB

M200616. De winstpotentie van personeelsbeleid in het MKB M200616 De winstpotentie van personeelsbeleid in het MKB dr. J.M.P. de Kok drs. J.M.J. Telussa Zoetermeer, december 2006 Prestatieverhogend HRM-systeem MKB-bedrijven met een zogeheten 'prestatieverhogend

Nadere informatie

Secundaire arbeidsvoorwaarden van primair belang. Sandra Terwolbeck, Amstelveen 8 oktober 2008

Secundaire arbeidsvoorwaarden van primair belang. Sandra Terwolbeck, Amstelveen 8 oktober 2008 Secundaire arbeidsvoorwaarden van primair belang Sandra Terwolbeck, Amstelveen 8 oktober 2008 Secundaire arbeidsvoorwaarden van primair belang Huidige uitdagingen voor organisaties Veranderd werknemersperspectief

Nadere informatie

/hpm. Onderzoek werkstress, herstel en cultuur. De rol van vrijetijdsbesteding. 6 februari 2015. Technische Universiteit Eindhoven

/hpm. Onderzoek werkstress, herstel en cultuur. De rol van vrijetijdsbesteding. 6 februari 2015. Technische Universiteit Eindhoven Onderzoek werkstress, herstel en cultuur De rol van vrijetijdsbesteding 6 februari 2015 Technische Universiteit Eindhoven Human Performance Management Group ir. P.J.R. van Gool prof. dr. E. Demerouti /hpm

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

Succesvol Job Craften Hoe maak je je werk leuk(er)? Interventie bij een Politiekorps

Succesvol Job Craften Hoe maak je je werk leuk(er)? Interventie bij een Politiekorps Succesvol Job Craften Hoe maak je je werk leuk(er)? Interventie bij een Politiekorps Dhr. Karel de Groot, Politie Brabant-Noord Drs. Maggie (Machteld) van den Heuvel, UU Prof. dr. Eva Demerouti, Dr. Maria

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

Wat motiveert u in uw werk?

Wat motiveert u in uw werk? Wat motiveert u in uw werk? Begin dit jaar heeft u kunnen deelnemen aan een online onderzoek naar de motivatie en werktevredenheid van actuarieel geschoolden. In dit artikel worden de resultaten aan u

Nadere informatie

Workshop: Duurzame Inzetbaarheid op elke Leeftijd. Werken aan duurzame inzetbaarheid van oudere werknemers. Den Haag, 1 juli 2014

Workshop: Duurzame Inzetbaarheid op elke Leeftijd. Werken aan duurzame inzetbaarheid van oudere werknemers. Den Haag, 1 juli 2014 Workshop: Duurzame Inzetbaarheid op elke Leeftijd Werken aan duurzame inzetbaarheid van oudere werknemers Den Haag, 1 juli 2014 Rob Gründemann, TNO Hoofddorp HU University of Applied Sciences Utrecht Opzet

Nadere informatie

Vitaal in je werk: Naar een duurzame balans

Vitaal in je werk: Naar een duurzame balans Vitaal in je werk: Naar een duurzame balans Wilmar Schaufeli Senior adviseur, Schouten & Nelissen Inzicht Hoogleraar A&O psychologie, Universiteit Utrecht Agenda 1. Visie op duurzame inzetbaarheid 2. Vitaal

Nadere informatie

Jeugdzorg 7 juni 2013. RAPPORTAGE totaalset

Jeugdzorg 7 juni 2013. RAPPORTAGE totaalset Jeugdzorg 7 juni 2013 RAPPORTAGE totaalset Resultaten voordezorg.nl Zes jeugdzorgorganisaties hebben meegedaan aan voordezorg.nl. Medewerkers hebben antwoord gegeven op de vragen: Hoe denkt u over uw werk?

Nadere informatie

Online onderzoek Uw werknemers

Online onderzoek Uw werknemers Toelichting Online onderzoek In dit bestand vindt u een inspirerende voorbeeldvragenlijst voor een werknemertevredenheid onderzoek! De vragenlijst is bedoeld als hulpmiddel bij het opstellen van uw eigen

Nadere informatie

Nationale monitor Social media in de Interne Communicatie

Nationale monitor Social media in de Interne Communicatie Nationale monitor Social media in de Interne Communicatie VRAGENLIJST Dit is de vragenlijst zoals we die aangeboden hebben. Veel vragen worden door zogenaamde LIkert schalen aangeboden, bij ons op een

Nadere informatie

Onderzoeksrapport Randstad WerkMonitor 2015 kwartaal 1 Gevolgen wet werk en zekerheid (WWZ) Randstad Nederland

Onderzoeksrapport Randstad WerkMonitor 2015 kwartaal 1 Gevolgen wet werk en zekerheid (WWZ) Randstad Nederland Onderzoeksrapport Randstad WerkMonitor 2015 kwartaal 1 Gevolgen wet werk en zekerheid (WWZ) Randstad Nederland Maart 2015 INHOUDSOPGAVE Kennis en houding wet werk en zekerheid 3 Ervaring met wet werk en

Nadere informatie

Biowalking voor ouderen

Biowalking voor ouderen Biowalking voor ouderen Een pilot onderzoek naar de effecten van en ervaringen met Biowalking voor ouderen Dr. Jolanda Maas Vrije Universiteit Amsterdam, afdeling Klinische Psychologie 1. Inleiding IVN

Nadere informatie

Samenvatting afstudeeronderzoek

Samenvatting afstudeeronderzoek Samenvatting afstudeeronderzoek Succesfactoren volgens bedrijfsleven in publiek private samenwerkingen mbo IRENE VAN RIJSEWIJK- MSC STUDENT BEDRIJFSWETENSCHAPPEN (WAGENINGEN UNIVERSITY) IN SAMENWERKING

Nadere informatie

Werkdruk in het onderwijs

Werkdruk in het onderwijs Rapportage Werkdruk in het primair en voortgezet onderwijs DUO ONDERWIJSONDERZOEK drs. Vincent van Grinsven dr. Eric Elphick drs. Liesbeth van der Woud Maart 2012 tel: 030-2631080 fax: 030-2616944 email:

Nadere informatie

Een vragenlijst voor de Empowerende Omgeving

Een vragenlijst voor de Empowerende Omgeving Een vragenlijst voor de Empowerende Omgeving Introductie Met de REQUEST methode wordt getracht de participatie van het individu in hun eigen mobiliteit te vergroten. Hiervoor moet het individu voldoende

Nadere informatie

Inge Test 07.05.2014

Inge Test 07.05.2014 Inge Test 07.05.2014 Inge Test / 07.05.2014 / Bemiddelbaarheid 2 Bemiddelbaarheidsscan Je hebt een scan gemaakt die in kaart brengt wat je kans op werk vergroot of verkleint. Verbeter je startpositie bij

Nadere informatie

INHOUD. 1) Aandacht voor duurzame inzetbaarheid

INHOUD. 1) Aandacht voor duurzame inzetbaarheid INHOUD Augustus 2017 1) Aandacht voor duurzame inzetbaarheid pagina 1 2) Wat is duurzame inzetbaarheid? pagina 2 3) Eigen verantwoordelijkheid medewerker pagina 4 4) Urgentie duurzame inzetbaarheid groeit

Nadere informatie

HET NIEUWE WERKEN IN RELATIE TOT PERSOONLIJKE DRIJFVEREN VAN MEDEWERKERS. Onderzoek door TNO in samenwerking met Profile Dynamics

HET NIEUWE WERKEN IN RELATIE TOT PERSOONLIJKE DRIJFVEREN VAN MEDEWERKERS. Onderzoek door TNO in samenwerking met Profile Dynamics HET NIEUWE WERKEN IN RELATIE TOT PERSOONLIJKE DRIJFVEREN VAN MEDEWERKERS Onderzoek door TNO in samenwerking met Profile Dynamics 1 Inleiding Veel organisaties hebben de afgelopen jaren geïnvesteerd in

Nadere informatie

Zelf organiseren en de behoefte aan autonomie

Zelf organiseren en de behoefte aan autonomie WELKOM BIJ VALKENHOF Zelf organiseren en de behoefte aan autonomie 15 oktober 2015 Guido Dahler, HRM-adviseur Valkenhof Pauline van Dorssen, promovenda A&O-psychologie Kees der Weduwe, projectmanager gezondheidsmanagement

Nadere informatie

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016 Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016 Tussenmeting 2015 Portret samenwerkingsverband P029 Opdrachtgever: ministerie van OCW Utrecht, oktober

Nadere informatie

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY - eindrapport - Y. Bleeker MSc (Regioplan) dr. M. Witvliet (Regioplan) dr. N. Jungmann (Hogeschool Utrecht) Regioplan Jollemanhof

Nadere informatie

Expertisecentrum Plato VAN WERK-NAAR-WERK EN LOOPBAANCOACHING

Expertisecentrum Plato VAN WERK-NAAR-WERK EN LOOPBAANCOACHING Expertisecentrum Plato VAN WERK-NAAR-WERK EN LOOPBAANCOACHING INHOUD WIJ MAKEN ER WERK VAN! 04 PROCEDURE VAN EEN VAN WERK- NAAR-WERKTRAJECT 09 LOOPBAANORIËNTATIE EN LOOPBAANCOACHING 05 OVER EXPERTISECENTRUM

Nadere informatie

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016 ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek 2014 mei 2016 1 Arbeidsmarktplatform

Nadere informatie

LEREN OP DE WERKVLOER. Dr. Jessica van Wingerden MBA MCC

LEREN OP DE WERKVLOER. Dr. Jessica van Wingerden MBA MCC LEREN OP DE WERKVLOER Dr. Jessica van Wingerden MBA MCC DE WERELD VERANDERT In tijden waarin maatschappelijke, economische en technologische ontwikkelingen elkaar in hoog tempo opvolgen, neemt veranderen,

Nadere informatie

Kennis en rolopvatting van professionals gedurende Alcohol mij n zorg?!

Kennis en rolopvatting van professionals gedurende Alcohol mij n zorg?! Kennis en rolopvatting van professionals gedurende Alcohol mij n zorg?! Integrale aanpak vroegsignalering alcoholgebruik bij ouderen in de eerstelijn Drs. Myrna Keurhorst Dr. Miranda Laurant Dr. Rob Bovens

Nadere informatie

Presentatie WAI database November 2012. Hoe ziet het werkvermogen van de Nederlandse werkende beroepsbevolking eruit?

Presentatie WAI database November 2012. Hoe ziet het werkvermogen van de Nederlandse werkende beroepsbevolking eruit? Presentatie WAI database November 2012 Hoe ziet het werkvermogen van de Nederlandse werkende beroepsbevolking eruit? Over de data De WAI vragenlijsten worden afgenomen door verschillende WAI licentienemers

Nadere informatie

26 november 2015 Rapportage & achtergronden

26 november 2015 Rapportage & achtergronden 26 november 2015 Rapportage & achtergronden Inhoud 1. Inleiding 1. Onderzoeksopdracht 2. Onderzoeksmethode 3. Respons en betrouwbaarheid 2. Steekproefsamenstelling 3. Resultaten 1. Eerder onderzoek 2.

Nadere informatie

Succesvol verzekeren in 2015: wat vraagt dat van onze medewerkers? Taskforce Samenhangend Inzetbaarheidsbeleid

Succesvol verzekeren in 2015: wat vraagt dat van onze medewerkers? Taskforce Samenhangend Inzetbaarheidsbeleid MT-presentatie Succesvol verzekeren in 2015: wat vraagt dat van onze medewerkers?. Taskforce Samenhangend Inzetbaarheidsbeleid Campagne De verzekeringsbranche werkt aan inzetbaarheid Start Startsein in

Nadere informatie

Medewerkersonderszoek 2012/2013. Hoofdrapportage MBO branche

Medewerkersonderszoek 2012/2013. Hoofdrapportage MBO branche Medewerkersonderszoek 2012/2013 Hoofdrapportage MBO branche Inleiding Voor u ligt het medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO) in het bekostigd middelbaar beroepsonderwijs (mbo). Dit eerste MTO is sectorbreed

Nadere informatie

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten G.E. Wessels Datum: 16 augustus 2013 In opdracht van: Stichting Informele Zorg Twente 1. Inleiding Het belang van mantelzorg wordt in Nederland

Nadere informatie

Expertisecentrum Plato. van werk-naar-werk en loopbaancoaching. Voor medewerkers

Expertisecentrum Plato. van werk-naar-werk en loopbaancoaching. Voor medewerkers Expertisecentrum Plato van werk-naar-werk en loopbaancoaching Voor medewerkers inhoud wij maken er werk van! 04 Onze dienstverlening voor jou 09 Loopbaanoriëntatie en Loopbaancoaching 05 over expertisecentrum

Nadere informatie

DRAAIBOEK. Informatie, inspiratie en ideeën!

DRAAIBOEK. Informatie, inspiratie en ideeën! DRAAIBOEK Informatie, inspiratie en ideeën! GELDERLAND 11 APRIL 2019 Inhoudsopgave 1. Voorwoord... 3 2. De Dag van de Mobiliteit wat houdt dit in?... 4 Hoe werkt het, de Dag van de Mobiliteit?... 4 Voor

Nadere informatie

Logboek persoonlijk ontwikkelingsplan persoonlijk actieplan. Naam student: Maes Pieter

Logboek persoonlijk ontwikkelingsplan persoonlijk actieplan. Naam student: Maes Pieter BACHELOR NA BACHELOR ADVANCED BUSINESS MANAGEMENT Logboek persoonlijk ontwikkelingsplan persoonlijk actieplan Naam student: Maes Pieter 2011-2012 POP EERSTE GEKOZEN ALGEMENE COMPETENTIE: OPBOUWEN VAN EEN

Nadere informatie

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs.

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs. ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs april 2016 1

Nadere informatie

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

Nadere informatie

Salaris inleveren en demotie populair

Salaris inleveren en demotie populair Salaris inleveren en demotie populair HR-Trends onderzoek: reorganisaties nemen af; arbeidsvoorwaarden versoberen Factsheet behorend bij persbericht salaris inleveren en demotie populair d.d. 1 oktober

Nadere informatie

(Hoe) houden organisaties zich bezig met duurzame inzetbaarheid? Uitkomsten onderzoek. Uitkomsten enquête duurzame inzetbaarheid

(Hoe) houden organisaties zich bezig met duurzame inzetbaarheid? Uitkomsten onderzoek. Uitkomsten enquête duurzame inzetbaarheid (Hoe) houden organisaties zich bezig met duurzame inzetbaarheid? Uitkomsten onderzoek Datum: november 2012 Samensteller: Nicole Plugge, onderzoeker Business development, marketing en communicatie E-mail:

Nadere informatie

MENSENRECHTEN & BEDRIJFSLEVEN. ICCO Onderzoek 2015

MENSENRECHTEN & BEDRIJFSLEVEN. ICCO Onderzoek 2015 MENSENRECHTEN & BEDRIJFSLEVEN ICCO Onderzoek 2015 Inhoud 1. Uitgangspunten 2. Onderzoek Demografie Bedrijfsgegevens Functie van de respondent Landen Wat zijn mensenrechten? Waarom mensenrechten? Six step

Nadere informatie

Bedrijfsscan Duurzame Inzetbaarheid

Bedrijfsscan Duurzame Inzetbaarheid Bedrijfsscan Duurzame Inzetbaarheid Monitor 1 Bedrijf: Adviseur: Datum: Foto bedrijf 1 Registratie Bedrijfsgegevens KVK nummer: Adres: Postcode: Plaats: Website: Ondernemer: Contactpersoon DI: Telefoon:

Nadere informatie

Naar een INCLUSIEVE arbeidsmarkt Werkzekerheid: Van Werk Naar Werk

Naar een INCLUSIEVE arbeidsmarkt Werkzekerheid: Van Werk Naar Werk Naar een INCLUSIEVE arbeidsmarkt Werkzekerheid: Van Werk Naar Werk OVAL ledenbijeenkomst 6 juni 2017 Green Village, Nieuwegein Dr. Irmgard Borghouts van de Pas i.borghoutsvdpas@uvt.nl borghouts01 Introductie

Nadere informatie

EmployabilityDriver. Waarom een strategische discussie over employability beleid?

EmployabilityDriver. Waarom een strategische discussie over employability beleid? EmployabilityDriver Waarom een strategische discussie over employability beleid? We weten al een tijd dat door vergrijzing en ontgroening de druk op de arbeidsmarkt toeneemt. Het wordt steeds belangrijker

Nadere informatie

Ellen van Wijk - Ruim baan voor creatief talent B 3. Survey commitment van medewerkers

Ellen van Wijk - Ruim baan voor creatief talent B 3. Survey commitment van medewerkers Survey commitment van medewerkers B 3 Survey commitment van medewerkers 229 230 Ruim baan voor creatief talent, bijlage 3 Voor je ligt een vragenlijst waarin gevraagd wordt naar verschillende aspecten

Nadere informatie

Rapportage Peiling Duurzame Inzetbaarheid onder leden van SIGRA. 14 februari 2018

Rapportage Peiling Duurzame Inzetbaarheid onder leden van SIGRA. 14 februari 2018 Rapportage Peiling Duurzame Inzetbaarheid onder leden van SIGRA 14 februari 2018 Inhoud 1. Inleiding... 2 2. Resultaten... 3 2.1 Aandacht voor duurzame inzetbaarheid... 3 2.2 Directie is enthousiast over

Nadere informatie

Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO

Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO Kees Dijkstra (Windesheim), Els de Jong (Hogeschool Utrecht) en Elle van Meurs (Fontys OSO). 31 mei 2012 Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO Doel

Nadere informatie

Duurzame Inzetbaarheid. Plan van Aanpak. Verstarring erger dan vergrijzing

Duurzame Inzetbaarheid. Plan van Aanpak. Verstarring erger dan vergrijzing Duurzame Inzetbaarheid Plan van Aanpak Verstarring erger dan vergrijzing Energiek zijn en blijven is motivatie x competenties x conditie Definitie: Duurzame inzetbaarheid is de mate, waarin medewerkers

Nadere informatie

Onderzoek Alumni Bètatechniek

Onderzoek Alumni Bètatechniek Onderzoek Alumni Bètatechniek 0 meting - Achtergrond Eén van de knelpunten op de Nederlandse arbeidsmarkt is een tekort aan technisch geschoolden. De Twentse situatie is hierin niet afwijkend. In de analyse

Nadere informatie

Stichting Empowerment centre EVC

Stichting Empowerment centre EVC I N V E N T A R I S A T I E 1. Inleiding Een inventarisatie van EVC trajecten voor hoog opgeleide buitenlanders in Nederland 1.1. Aanleiding De Nuffic heeft de erkenning van verworven competenties (EVC)

Nadere informatie

Voor Arbeid en Kansen (VAK) Plan van aanpak bij een gemeente. Het succes van samenwerking

Voor Arbeid en Kansen (VAK) Plan van aanpak bij een gemeente. Het succes van samenwerking Voor Arbeid en Kansen (VAK) Plan van aanpak bij een gemeente Het succes van samenwerking Het project VAKwerk Doel van het project: het optimaliseren van kansen op werk door te investeren in de kansen door

Nadere informatie

EFFECTEN VAN DE WEEKEND- SCHOOL VAN STICHTING WITTE TULP. - eindrapport - dr. Marga de Weerd. Amsterdam, november 2009

EFFECTEN VAN DE WEEKEND- SCHOOL VAN STICHTING WITTE TULP. - eindrapport - dr. Marga de Weerd. Amsterdam, november 2009 EFFECTEN VAN DE WEEKEND- SCHOOL VAN STICHTING WITTE TULP - eindrapport - dr. Marga de Weerd Amsterdam, november 2009 Regioplan Beleidsonderzoek Nieuwezijds Voorburgwal 35 1012 RD Amsterdam Tel.: +31 (0)20-5315315

Nadere informatie

INTERSECTORALE MOBILITEIT IN HET HOGER ONDERWIJS ROB GRÜNDEMANN (HOGESCHOOL UTRECHT)

INTERSECTORALE MOBILITEIT IN HET HOGER ONDERWIJS ROB GRÜNDEMANN (HOGESCHOOL UTRECHT) INTERSECTORALE MOBILITEIT IN HET HOGER ONDERWIJS ROB GRÜNDEMANN (HOGESCHOOL UTRECHT) 1. Opzet van het onderzoek 2. Resultaten en conclusies 3. Discussie Vraagstelling 1. Welke omvang heeft intersectorale

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie

Competentieontwikkeling werkt!? De impact op inzetbaarheid en loopbaantevredenheid van medewerkers

Competentieontwikkeling werkt!? De impact op inzetbaarheid en loopbaantevredenheid van medewerkers Competentieontwikkeling werkt!? De impact op inzetbaarheid en loopbaantevredenheid van medewerkers Introductie Wat we (denken te) weten over competentieontwikkeling Middel tot het versterken van inzetbaarheid

Nadere informatie

Vitale zorgteams in dynamische tijden

Vitale zorgteams in dynamische tijden Vitale zorgteams in dynamische tijden Een onderzoek naar de impact van een management-ontwikkelingstraject bij een zorginstelling Derk van der Pol, Paul Keursten en Sanne Netten 1 Stel, je bent een zorginstelling

Nadere informatie

Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion

Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion Resultaat externe tevredenheidsmeting Pagina 1 Rinske Rill en Dea Bobeldijk. 21 mei 1 Inhoud Samenvatting... 1. Inleiding... 4 2. Aantallen respondenten...

Nadere informatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Voorlopige resultaten van het onderzoek naar de perceptie van medewerkers in sociale (wijk)teams bij gemeenten - Yvonne Zuidgeest

Nadere informatie

DONATEUR KIEST GOEDE DOEL VANWEGE ONDERWERP EN STOPT MET STEUN VANWEGE ONTEVREDENHEID OVER GOEDE DOEL

DONATEUR KIEST GOEDE DOEL VANWEGE ONDERWERP EN STOPT MET STEUN VANWEGE ONTEVREDENHEID OVER GOEDE DOEL Meting maart 2013 Het Nederlandse Donateurspanel van WWAV wordt mede mogelijk gemaakt door het CBF en is uitgevoerd door Peil.nl DONATEUR KIEST GOEDE DOEL VANWEGE ONDERWERP EN STOPT MET STEUN VANWEGE ONTEVREDENHEID

Nadere informatie

Online scan om inzicht te krijgen in je duurzame inzetbaarheid en zelf actie te ondernemen!

Online scan om inzicht te krijgen in je duurzame inzetbaarheid en zelf actie te ondernemen! Online scan om inzicht te krijgen in je duurzame inzetbaarheid en zelf actie te ondernemen! Welkom! Vandaag 1. Wat vooraf ging! 2. Toelichting scan 3. (S)ken jezelf! 4. Eerste ervaringen pilots interview

Nadere informatie

Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen?

Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen? Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen? Effectiviteitsonderzoek naar lesmateriaal Wijzer in geldzaken voor groep 7 www.wijzeringeldzaken.nl Inleiding:

Nadere informatie

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties in de architectenbranche QUICKSCAN mei 2013 Inhoud Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties 3 Resultaten 6 Bureau-intermediair I Persoonlijk urenbudget 6 Keuzebepalingen

Nadere informatie

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht Claudia de Graauw Bo Broers Januari 2015 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

BLIJVEN WERKEN AAN (JE) WAARDE

BLIJVEN WERKEN AAN (JE) WAARDE BLIJVEN WERKEN AAN (JE) WAARDE Verduurzamen van inzetbaarheid met oudere (laaggeschoolde) werknemers Jos Sanders, TNO 3 Duurzame inzetbaarheid werk als waarde Duurzame inzetbaarheid betekent dat werknemers

Nadere informatie

Webinar Effectieve Duurzame Inzetbaarheid. 5 november 2015

Webinar Effectieve Duurzame Inzetbaarheid. 5 november 2015 Webinar Effectieve Duurzame Inzetbaarheid 5 november 2015 Agenda 1. Opening 2. Sociale Zekerheid 3. Duurzame Inzetbaarheid 4. Arbeidsperspectief 5. Vragen? 2 Sociale Zekerheid Wat verandert er in de markt?

Nadere informatie

Leeftijdbewust personeelsbeleid Ingrediënten voor een plan van aanpak

Leeftijdbewust personeelsbeleid Ingrediënten voor een plan van aanpak Leeftijdbewust personeelsbeleid Ingrediënten voor een plan van aanpak Inhoud Inleiding 3 Stap 1 De noodzaak vaststellen 4 Stap 2 De business case 5 Stap 3 Probleemverdieping 6 Stap 4 Actieplan 8 Stap 5

Nadere informatie

Zingeving en werk: lessen voor HRM?

Zingeving en werk: lessen voor HRM? Zingeving en werk: lessen voor HRM? Dr. Annet de Lange, Dr. Hylco Nijp, Guus Heuvelink, Dr. Etty Wielenga-Meijer, Dr.Sarah Detaille, Henk Steenhuis, Kathi Kunnen Noodzaak? 2 Vraagstellingen 1. Welke lessen

Nadere informatie

VOORBIJ DUURZAME INZETBAARHEID! Verantwoord aan de slag met oudere werknemers Dr. Annet de Lange. Official sponsor: Partners: WWW.OVERDI.

VOORBIJ DUURZAME INZETBAARHEID! Verantwoord aan de slag met oudere werknemers Dr. Annet de Lange. Official sponsor: Partners: WWW.OVERDI. VOORBIJ DUURZAME INZETBAARHEID! Verantwoord aan de slag met oudere werknemers Dr. Annet de Lange Official sponsor: Partners: Agenda 1. Ouder worden op het werk: wat denkt u zelf? 2. Ouder worden op het

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Dit proefschrift gaat over de invloed van inductieprogramma s op het welbevinden en de professionele ontwikkeling van beginnende docenten, en welke specifieke kenmerken van inductieprogramma s daarvoor

Nadere informatie

Leeftijdbewust personeelsbeleid De business case

Leeftijdbewust personeelsbeleid De business case Leeftijdbewust personeelsbeleid De business case Inleiding Binnen de sector ziekenhuizen is leeftijdsbewust personeelsbeleid een relevant thema. De studie RegioMarge 2006, De arbeidsmarkt van verpleegkundigen,

Nadere informatie

Ondanks de in 2014 massaal geuite ambitie en wens tot verandering van werkgever is maar een klein deel in 2015 overgestapt

Ondanks de in 2014 massaal geuite ambitie en wens tot verandering van werkgever is maar een klein deel in 2015 overgestapt Ondanks de in 2014 massaal geuite ambitie en wens tot verandering van werkgever is maar een klein deel in 2015 overgestapt In 2014 bleek 82% van de professionals open te staan voor een carrièrestap in

Nadere informatie

Workshop opleiding op leeftijd. Margreet Verbeek

Workshop opleiding op leeftijd. Margreet Verbeek Workshop opleiding op leeftijd Margreet Verbeek Workshop opleiding op leeftijd Werken aan een gezonde toekomst Kom in beweging! 2 Wat gaan we doen? Kennismaking: Wie zijn wij? Actieve kennismaking Ik ga

Nadere informatie

Bijlagen. Tevredenheid van potentiële werknemers

Bijlagen. Tevredenheid van potentiële werknemers Bijlagen Tevredenheid van potentiële werknemers Evaluatie Pastiel Bijlagen Tevredenheid van potentiële werknemers Pastiel Drs. Jan Dirk Gardenier MBA Erik Geerlink, MSc Lotte Piekema, MSc Februari 2014

Nadere informatie

De Bladenbox in 2012 en verder.. Onderzoeksrapport

De Bladenbox in 2012 en verder.. Onderzoeksrapport De Bladenbox in 2012 en verder.. Onderzoeksrapport Samenvatting Onderzoeksvraag en methodebeschrijving Uit de situatieanalyses is naar voren gekomen dat er een verandering plaats vindt in het leefgedrag

Nadere informatie

We zijn op ontdekkingsreis, in een gebied waar de huidige systemen leidend zijn maar onvoldoende werken. Bij een ontdekkingsreis hoort ruimte.

We zijn op ontdekkingsreis, in een gebied waar de huidige systemen leidend zijn maar onvoldoende werken. Bij een ontdekkingsreis hoort ruimte. Het speelveld De wereld om ons heen verandert razend snel. De richting is duidelijk, de sociale zekerheid wordt geprivatiseerd. Samen bouwen we aan een vernieuwende structuur om de arbeidsmarkt essentieel

Nadere informatie

APQ rapportage. Bea Voorbeeld. support@meurshrm.nl. Naam: Datum: 16.06.2015. Email:

APQ rapportage. Bea Voorbeeld. support@meurshrm.nl. Naam: Datum: 16.06.2015. Email: APQ rapportage Naam: Bea Voorbeeld Datum: 16.06.2015 Email: support@meurshrm.nl Bea Voorbeeld / 16.06.2015 / APQ rapportage 2 Inleiding Dit rapport geeft inzicht in jouw inzetbaarheid. We bespreken hoe

Nadere informatie

Onderzoeksrapportage Leadership Connected 2016

Onderzoeksrapportage Leadership Connected 2016 Onderzoeksrapportage Leadership Connected 2016 Zaltbommel 30 mei 2016 Leadership Connected! Where Business meets Science 1 Inleiding Onderzoeksrapport Leadership Connected In tijden waarin ontwikkelingen

Nadere informatie

Rapport evaluatie speeddaten met uitzendbureaus op de vestigingen van het WERKbedrijf

Rapport evaluatie speeddaten met uitzendbureaus op de vestigingen van het WERKbedrijf Rapport evaluatie speeddaten met uitzendbureaus op de vestigingen van het WERKbedrijf December 2011 Auteurs: Leonie Oosterwaal, beleidsmedewerker ABU Judith Huitenga en Marit Hoffer, medewerkers Servicepunt

Nadere informatie

Onderzoeksvoorstel Techniek het jaar rond! Onderzoek naar techniekbevorderende activiteiten in het basisonderwijs van Rivierenland

Onderzoeksvoorstel Techniek het jaar rond! Onderzoek naar techniekbevorderende activiteiten in het basisonderwijs van Rivierenland Onderzoeksvoorstel Techniek het jaar rond! Onderzoek naar techniekbevorderende activiteiten in het basisonderwijs van Rivierenland Kenniscentrum Bèta Techniek Floor Binkhorst Februari 2013 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Zorgbarometer 7: Flexwerkers

Zorgbarometer 7: Flexwerkers Zorgbarometer 7: Flexwerkers Onderzoek naar de positie van flexwerkers in de zorg Uitgevoerd door D. Langeveld, MSc Den Dolder, mei 2012 Pagina 2 Het auteursrecht op dit rapport berust bij ADV Market Research

Nadere informatie

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Hoge verwachtingen over pas gediplomeerden. Utrecht: NIVEL, 2010

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Hoge verwachtingen over pas gediplomeerden. Utrecht: NIVEL, 2010 Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Hoge verwachtingen over pas gediplomeerden. Utrecht: NIVEL, 2010) worden gebruikt.

Nadere informatie

Draagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen. Rapportage derde meting juni 2016

Draagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen. Rapportage derde meting juni 2016 Draagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen Rapportage derde meting juni 2016 Introductie Waarom dit onderzoek? Zijn Nederlanders de afgelopen maanden anders gaan denken over de opvang van vluchtelingen

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Jeugdgezondheidszorg

Werkinstructies voor de CQI Jeugdgezondheidszorg Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de CQI JGZ bedoeld? De CQI Jeugdgezondheidzorg (CQI JGZ) is bedoeld om de kwaliteit van zorg rond de jeugdgezondheidzorg te meten vanuit het perspectief

Nadere informatie

Samenvatting Benchmark O&O beleid gemeenten. Tweede meting werkgevers en werknemers

Samenvatting Benchmark O&O beleid gemeenten. Tweede meting werkgevers en werknemers Samenvatting Benchmark O&O beleid gemeenten Tweede meting werkgevers en werknemers 2 Inleiding In deze brochure vindt u de belangrijkste resultaten van de benchmark Opleiden en Ontwikkelen. De benchmark

Nadere informatie

Teamcoaching in de praktijk voor managementteams. "Geef leiding vanuit je bevlogenheid!"

Teamcoaching in de praktijk voor managementteams. Geef leiding vanuit je bevlogenheid! in de praktijk voor managementteams "Geef leiding vanuit je bevlogenheid!" Van nature is de passie voor leren en ontwikkelen in het onderwijs al groot. Een passie die maakt dat leerkrachten en andere betrokken

Nadere informatie

Instroom 1. Inclusie. Uitstroom. Doorstroom. Universiteit Utrecht 1

Instroom 1. Inclusie. Uitstroom. Doorstroom. Universiteit Utrecht 1 Instroom 1 4 Uitstroom 3 Inclusie 2 Doorstroom Universiteit Utrecht 1 Rapportage 2018 Prof. Dr. Naomi Ellemers Prof. Dr. Jojanneke van der Toorn Dr. Wiebren Jansen Inhoud Voorwoord 4 Algemeen 6 Hoe is

Nadere informatie

* 1. Wat is uw geslacht? Beste oud-studenten,

* 1. Wat is uw geslacht? Beste oud-studenten, Beste oud-studenten, Hogeschool de Kempel doet onderzoek naar de loopbaan van afgestudeerden. De gegevens zijn van belang om verbeteringen aan te brengen in de huidige opleiding en om de huidige studenten

Nadere informatie

Duurzame Inzetbaarheid: Vitaliteitprogramma Levensmiddelenindustrie. Bijeenkomst Innofood 5 juli 2016 Benno Hermelink en Jennifer van der Voorn

Duurzame Inzetbaarheid: Vitaliteitprogramma Levensmiddelenindustrie. Bijeenkomst Innofood 5 juli 2016 Benno Hermelink en Jennifer van der Voorn Duurzame Inzetbaarheid: Vitaliteitprogramma Levensmiddelenindustrie Bijeenkomst Innofood 5 juli 2016 Benno Hermelink en Jennifer van der Voorn Waarom HumanCapitalCare? Wij zijn een innovatieve onafhankelijke

Nadere informatie

Leerlingtevredenheidsonderzoek

Leerlingtevredenheidsonderzoek Rapportage Leerlingtevredenheidsonderzoek De Meentschool - Afdeling SO In opdracht van Contactpersoon De Meentschool - Afdeling SO de heer A. Bosscher Utrecht, juni 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent

Nadere informatie

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK RESULTATEN Marlijn Antonides Msc marlijnantonides@gmail.com Resultaten In deze rapportage bekijken we de resultaten van het Klanttevredenheidsonderzoek 2017 van Kindercentra

Nadere informatie

Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie

Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie 1 Samenvatting In opdracht van de FamilieAcademie is een eerste effectmeting gedaan naar de training

Nadere informatie

Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [ ]

Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [ ] Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [12-3-2018 ] 1. Inleiding Op 14 oktober 2015 heeft Tweede Kamerlid Straus een motie ingediend om een indicator voor de tevredenheid van werkgevers

Nadere informatie

Model van Sociale Innovatie

Model van Sociale Innovatie Model van Sociale Innovatie Ontwikkelgebieden van sociale innovatie Sociale Innovatie richt zich op vier basisvragen: 1. Hoe medewerkers te stimuleren eigenaarschap te nemen op hun eigen leer- en ontwikkeltraject

Nadere informatie