Projectrapportage inspectieproject. Schoonmaak Zorginstellingen 2002
|
|
- Saskia van den Brink
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Projectrapportage inspectieproject Schoonmaak Zorginstellingen 2002 Arbeidsinspectie Den Haag, 19 april 2005 Inspectieonderwerpen Voorzieningen vanuit de zorginstelling, fysieke belasting, biologische en chemische belasting, werkdruk, werktijden, en arbobeleid. AI-bedrijfstakdirectie Commerciële Dienstverlening Landelijk projectleider Drs. E.W. Kroon (voor informatie: ) Looptijd project maart oktober 2002 (1 e fase) Projectnummer A 505 Correspondentie-adres Arbeidsinspectie kantoor Utrecht T.a.v. N.E. Reijers Postbus AV Utrecht Blz. 1 van 16
2 Inhoudsopgave bladzijde Voorwoord 3 Samenvatting 4 1. Aanleiding en doel van het inspectieproject Aanleiding 1.2 Doel 2. Omvang van het project Werkterrein 2.2 Looptijd en aantallen bezoeken 3. Opzet van het project Globale opzet 3.2 Inspectiepunten 7 4. Resultaten Totaal overzicht 4.2 Resultaten per inspectiepunt Voorzieningen vanuit de zorginstelling Fysieke belasting Biologische en chemische belasting Werkdruk Werktijden Arbobeleid Conclusies 15 Blz. 2 van 16
3 Voorwoord In de schoonmaaksector komen vele verschillende arborisico s voor, waarvan werkdruk, fysieke belasting, biologische en chemische agentia de belangrijkste zijn. Schoonmaakpersoneel werkt niet in het eigen bedrijf, maar op locatie. De bedrijven zijn daarmee afhankelijk van de situatie bij de opdrachtgever. Tevens is door het werkgeversschap op afstand het contact tussen het uitvoerend personeel en de leidinggevende beperkt. Binnen de schoonmaakbranche ligt de WAO-instroomkans hoog. Het ziekteverzuimpercentage wordt geschat op 10%. Kortom verschillende redenen voor de Arbeidsinspectie om aandacht te geven aan deze branche. Uit dit project blijkt dat de arboproblematiek nog blijvende aandacht van de schoonmaaksector verdient. Bij 66% van de bedrijven zijn overtredingen geconstateerd. Met name de BHV-organisatie, de maatregelen na prikaccidenten, het schoonmaakprotocol voor cytostaticaruimten, en structurele aandacht voor arbeidsomstandigheden in de vorm van een complete risico-inventarisatie blijken kwetsbare punten. Een positieve ontwikkeling is dat sociale partners in de schoonmaakbranche met SZW een arboconvenant hebben afgesloten. De resultaten van dit inspectieproject kunnen mede de basis leveren voor een aantal systematische branche-activiteiten op het terrein van arbeidsomstandigheden. Den Haag, april 2005 De Algemeen Directeur van de Arbeidsinspectie, Dr. J.J.M. Uijlenbroek Blz. 3 van 16
4 Samenvatting De schoonmaaksector is een sector die, op grond van de gedifferentieerde arbo-problematiek op de werkvloer en de AI-ervaringen in de afgelopen jaren, structurele aandacht van de Arbeidsinspectie krijgt. In de afgelopen jaren zijn inspectieprojecten uitgevoerd bij schoonmaak in kantoren, autopoetsbedrijven, voedingsmiddelenindustrie en in de vervoerssector. De reinigingssector is een WAO-probleemsector en staat als zodanig in de belangstelling. De WAOinstroomkans ligt hoog, in het bijzonder vanwege psychische belasting, en belasting van het bewegingsapparaat. Het ziekteverzuimpercentage wordt geschat op 10 %. De reinigingssector is door de SZW-beleidsdirectie benoemd als een hoogrisico bedrijfstak t.a.v. tillen, werkdruk, OPS en allergenen. In dit kader heeft SZW een arboconvenant met de sociale partners ondertekend. De uitvoering loopt tot juli Door dit project is inzicht verkregen in de arbo problematiek die zich voordoet bij de schoonmaakwerkzaamheden in zorginstellingen. De informatie zal aan de beleidsafdeling worden aangeboden om in het lopende convenanttraject te gebruiken. Het project is uitgevoerd in de periode maart t/m oktober Schoonmaakbedrijven zijn geïnspecteerd; 104 locaties in zorginstellingen zijn bezocht. Op deze locaties zijn ca schoonmakers werkzaam. De inspectiepunten betroffen de voorzieningen vanuit de zorginstelling, biologische en chemische agentia, werkdruk, werktijdenregistratie, arbobeleid in de vorm van voorlichting en onderricht, samenwerking werkgevers en de risico-inventarisatie & evaluatie. De belangrijkste (handhaving)resultaten: 66% van de schoonmaakbedrijven zijn qua arbeidsomstandigheden niet op orde. Dit percentage ligt hoger dan het gemiddelde (over alle actieve inspecties) van de Arbeidsinspectie (58%). Op de meeste locaties zijn 2 à 3 (heel verschillende) overtredingen geconstateerd. De aard van de overtredingen was niet zo ernstig dat onmiddellijk actie genomen moest worden. In ruim een kwart van de locaties wordt in de BHV-organisatie onvoldoende met het schoonmaakpersoneel rekening gehouden. Bijna de helft van de bezochte schoonmaakbedrijven heeft hiervoor een waarschuwing gekregen. Op 43 locaties bestond risico op een prikaccident (werknemers die zich verwonden aan een gebruikte injectienaald). 22 Verschillende schoonmaakbedrijven hebben met dit risico te maken. 13 Bedrijven (62%) hebben een waarschuwing gekregen in verband met het ontbreken van een hepatitisvaccinatie en/of postexpositie-behandeling. Op 22 locaties werden cytostaticaruimten door ingehuurd personeel schoongemaakt. In 6 van de 22 situaties (27%) was geen schoonmaakprotocol aanwezig. Ten aanzien van de RIE werden bij 16 van de 34 bedrijven (47%) overtredingen geconstateerd. Toch is de sector ook goed op weg: De maatregelen om fysieke belasting te voorkomen werden al in vele bedrijven toegepast. De door de branche ontwikkelde USA-lijst (Uitbesteding Schoonmaak Arbeidsomstandigheden) was bij de contractbesprekingen bij 47 van de 104 locaties toegepast. In alle bedrijven werd voorlichting en onderricht gegeven, ook al werden sommige elementen nog vergeten. Werkdruk komt voor in de schoonmaak, maar wordt regelmatig door werkgevers nader onderzocht. Kortom, de brede arboproblematiek blijft de nodige aandacht vragen. Blz. 4 van 16
5 1. Aanleiding en doel van het inspectieproject 1.1 Aanleiding De schoonmaaksector is een sector die, op grond van de gedifferentieerde arbo-problematiek op de werkvloer en de AI-ervaringen in de afgelopen jaren, structurele aandacht van de AI krijgt. In de afgelopen jaren zijn inspectieprojecten uitgevoerd bij schoonmaak in kantoren, autopoetsbedrijven, voedingsmiddelenindustrie, en in de vervoerssector. In deze branche speelt een complicerende factor waardoor de verbetering van arbeidsomstandigheden extra aandacht nodig heeft, namelijk de factor van het werkgeversschap op afstand. Het feitelijke arbobeleid wordt belemmerd doordat de werkplek niet bij de (formele) werkgever ligt, maar bij het bedrijf waar schoongemaakt moet worden. Dat schept een grote afstand tussen werkgever/leidinggevende en uitvoerend personeel, en vermindert de grip die de werkgevers hebben op de arbeidsomstandigheden. De reinigingssector is een WAO-probleemsector en staat als zodanig in de belangstelling. De WAOinstroomkans ligt hoog, in het bijzonder vanwege psychische belasting, en belasting van het bewegingsapparaat. Het ziekteverzuimpercentage wordt geschat op 10 % (Jaarverslag 2000 Ondernemersorganisatie Schoonmaak- en Bedrijfsdiensten (OSB)). Gezien deze gegevens is de sector een aandachtsgebied voor de Arbeidsinspectie. De reinigingssector is (in het kader van de convenantaanpak) door de SZW-beleidsdirectie benoemd als een hoogrisicobedrijfstak t.a.v. tillen, werkdruk, OPS en allergenen. Met betrekking tot deze onderwerpen heeft SZW een convenant met de sociale partners ondertekend. De resultaten van het inspectieproject kunnen in dit convenanttraject worden gebruikt. Bovenstaande feiten waren de aanleiding voor een inspectieproject Schoonmaak, dit keer in de zorginstellingen. De inspecties zijn in de periode maart 2002 t/m oktober 2002 uitgevoerd. 1.2 Doelstellingen van het project Het doel van dit inspectieproject was: Het verkrijgen van inzicht in de arbo-misstanden die zich voordoen bij de schoonmaakwerkzaamheden in zorginstellingen. Beleidsrelevante informatie verzamelen t.a.v. werkdruk en fysieke belasting. Gezien de politieke aandacht voor deze sector i.v.m. de hoge WAO-instroom is de informatie over de twee belangrijkste oorzaken van de WAO-instroom (werkdruk en fysieke belasting) beleidsrelevante informatie. De informatie wordt aan beleidsafdelingen aangeboden en zal in het convenantoverleg worden ingebracht. Het verbeteren van de arbeidsomstandigheden van de werknemers op de werkvloer door bij het constateren van overtredingen de wettelijke verplichtingen te handhaven volgens het algemene handhavingsbeleid van de Arbeidsinspectie. Het beoordelen van de werkdrukproblematiek, een onderwerp dat al jarenlang op de agenda van de sociale partners staat. Blz. 5 van 16
6 2. Omvang van het project 2.1 Werkterrein/BIK s In de branche zijn ca werknemers werkzaam en circa werkgevers actief. Uitgaande van een grove schatting gebaseerd op CBS-gegevens over de omzet kan de volgende onderverdeling worden gemaakt. Activiteit % totale omzet van de branche Aantal werknemers Schoonmaak interieur van 70,9% gebouwen Reiniging industrieel (incl food) 2,5% Brand en roetreiniging 3,3% Reiniging vervoermiddelen 2,4% Schoonmaak 2,6% gezondheidszorg Gevelreiniging 2,1% Glazenwassen 9,8% Overig 6,4% Van de ca werkgevers zijn er ongeveer 600 aangesloten bij de werkgeversorganisatie OSB. Van de ca werknemers behoren bij benadering tot het personeelsbestand van de werkgevers die lid zijn van de OSB. De schoonmaakbedrijven behoren tot BIK-code 747. Dit project had alleen betrekking op de schoonmaak in gezondheidszorginstellingen, waar naar schatting werknemers werkzaam zijn. Onduidelijk is hoeveel schoonmaakbedrijven in de gezondheidszorg werkzaam zijn. De schoonmaakbedrijven zijn achterhaald via de zorginstellingen. 2.2 Looptijd en aantallen bezoeken Het project is uitgevoerd in de periode maart t/m oktober Voor het project was ca uur beschikbaar voor de 1 e fase bezoeken, waardoor naar schatting 190 verschillende locaties zouden worden bezocht. 3. Opzet van het project 3.1 Globale opzet inspecties In juni 2001 zijn de sociale partners in deze bedrijfstak (OSB en FNV Bondgenoten) informeel benaderd. Het project is formeel in het convenantoverleg op toegelicht. In de zorginstellingen zijn met name 4 grote schoonmaakbedrijven werkzaam, te weten ISS, HAGO, ASITO en GOM. Met deze bedrijven is een voorgesprek gehouden. Tijdens de uitvoeringsfase zijn verschillende locaties geïnspecteerd. De overige schoonmaakbedrijven zijn via de zorginstellingen achterhaald. Naast de terugkoppeling en handhaving bij het schoonmaakbedrijf, zijn de resultaten van de inspecties op locatie ook mondeling en/of schriftelijk aan de zorginstelling teruggekoppeld. Van de opdrachtgever en de opdrachtnemer wordt immers verwacht dat zij (waar nodig) in overleg de tekortkomingen oplossen. De inspectiemethodiek bestond uit de volgende elementen: Contact opnemen met de zorginstelling. Project toelichten en vragen naar het ingeleende schoonmaakbedrijf. De werktijdenregistratie van een bepaalde periode opvragen. Aan het schoonmaakbedrijf een aankondigingbrief sturen. Blz. 6 van 16
7 Onaangekondigde inspectie, bestaande uit introductiegesprek met het hoofd van de facilitaire dienst en de objectleider, inspectie schoonmaakwerkzaamheden, interview met 3 werknemers, en een afsluitend gesprek met hoofd facilitaire dienst en objectleider. Bezoek aan schoonmaakbedrijf: terugkoppeling aan directeur en handhaving volgens standaard handhavingsbeleid. Handhavingbrief naar schoonmaakbedrijf en eventueel informatieve brief aan zorginstelling. 3.2 Inspectiepunten In dit inspectieproject is gekozen op onderstaande onderwerpen te inspecteren. Voorzieningen vanuit de zorginstelling Kleedruimte. De schoonmakers moeten zich kunnen verkleden (artikel 3.22 Arbobesluit). Afsluitbare kledingkast. In de kleedruimte moet de kleding die werknemers tijdens de arbeid niet dragen, afgesloten kunnen worden bewaard (art Arbobesluit). Werkplek objectleider. De werkplek van de objectleider moet, als deze meer dan 2 uur per dag wordt gebruikt, voldoen aan daglichtbepalingen (artikel 6.4), beeldschermwerkpleknormen (artikel 5.1 Arboregeling), en oppervlaktenormering (artikel 3.19 Arbobesluit). Toegankelijkheid vluchtroutes. Ook het schoonmaakpersoneel moet gebruik kunnen maken van de kortst mogelijke weg om zich in noodsituaties in veiligheid te kunnen stellen (artikel 3.6 Arbobesluit). BHV-organisatie. De hulpverlening moet ook beschikbaar zijn voor het schoonmaakpersoneel en moet door het schoonmaakpersoneel kunnen worden ingeschakeld. De betrokken werkgevers nemen zodanige organisatorische maatregelen dat betrokken bedrijfshulpverleners, over en weer, bijstand kunnen verlenen (artikel 2.18 Arbobesluit). Bovenstaande elementen gaven tevens een indruk over de samenwerking tussen de werkgevers (zie arbobeleid / samenwerking werkgevers). Fysieke belasting Schoonmaken is zwaar werk: door vele ongunstige houdingen, duwen en trekken en het hanteren van zware lasten. 16% Van het totale verzuim wordt veroorzaakt door klachten aan houdings- en bewegingsapparaat. In het rapport Ergonomie in de schoonmaak (Voskamp e.a., april 2001) zijn risicovolle handelingen benoemd. Op basis van dit rapport zijn vragen gesteld over 3 belangrijke onderwerpen m.b.t. fysieke belasting, te weten: Moppen. Het percentage werknemers dat de handeling uitvoert bedraagt 92%, met een gemiddeld percentage van 30% van de totale werktijd. Moppen is een alternatief voor dweilen (klassiek mop: dweil aan een steel en twee dweilemmers op wielen). De vlakmop is een verbeterde methode waarbij de dweil aan een vlakke houder is gehecht. Stofzuigen. Het percentage werknemers dat de handeling uitvoert is 92%, met een gemiddeld percentage van 40% van de totale werktijd. Het legen van afvalbakken/papierkorven. Biologische en chemische agentia Tijdens schoonmaakwerkzaamheden in zorginstellingen kunnen schoonmakers op verschillende manieren worden blootgesteld aan schoonmaakmiddelen, desinfectantia, en biologische agentia. Bij het schoonmaken kan men niet alleen worden blootgesteld aan het reinigingsmiddel zelf, maar ook aan de stoffen die men moet verwijderen of aan de stoffen die aanwezig zijn in de ruimte die wordt gereinigd. De volgende elementen zijn geïnspecteerd: Protocol cytostatica. In ruimten waar cytostatica (geneesmiddelen die celgroei en celdeling remmen) worden toegediend of waar behandelde patiënten verblijven, moet een schoonmaakprotocol aanwezig zijn (artikel 4.19 Arbobesluit). Vaccinatie Hepatitis B. Het schoonmaakpersoneel moet de mogelijkheid hebben om zich te laten vaccineren tegen Hepatitis B (een virus dat leverontsteking veroorzaakt) (artikel 4.91 Arbobesluit) Post expositiebehandeling. Het schoonmaakpersoneel moet de mogelijkheid hebben om na blootstelling aan biologische agentia (bacteriën, schimmels en virussen) een behandeling te ondergaan (de zogenoemde post expositiebehandeling) (artikel 4.87 Arbobesluit). Blz. 7 van 16
8 RIE. In de RIE moet aandacht worden besteed aan stoffen en gevaren (artikel 4.2 Arbobesluit), en aan biologische agentia (artikel 4.85 Arbobesluit). Enkele van deze aspecten komen tevens terug in de vragen m.b.t voorlichting en onderricht en de vragen m.b.t. samenwerking werkgevers. Werkdruk Uit de literatuur blijkt dat werkdruk een belangrijk risico in deze bedrijfstak is. De Arbeidsinspectie heeft nog geen mogelijkheden om concrete maatregelen af te dwingen, maar wel de mogelijkheid om onderzoek te eisen naar de oorzaken en het vóórkomen van werkdruk. In principe zijn 3 werknemers per locatie geïnterviewd. Gevraagd is naar het vóórkomen en de beïnvloedingsmogelijkheden m.b.t. 9 werkdrukbronnen, te weten: werkinhoud, contacten, werkhoeveelheid, werktempo, inspanning, pauzes, afwijkende werktijden, overwerk, en verlof kunnen opnemen. Indien op basis van de gesprekken een indicatie bestond voor het risico op werkdruk (3 of meer werkdrukbronnen werden in 1 van de interviews gescoord), is werkdrukonderzoek via een eis (op basis van artikel 5 Arbowet) gehandhaafd, indien gedegen onderzoek nog niet had plaatsgevonden. Werktijden Een goed werktijdenbeleid vormt de basis voor goede arbeidsomstandigheden. In dit project is gevraagd naar dubbele banen en gebroken diensten. Gebroken diensten komen naar verwachting veel voor bij schoonmaakpersoneel in zorginstellingen: s morgens een dienst van een aantal uren, s middags vrij en s avonds weer werken. Een vermoeiende situatie die wel is toegestaan. Handhavend is opgetreden bij het ontbreken van een deugdelijke registratie van arbeid- en rusttijden (begin-, eindtijd, en pauze). Arbobeleid In dit project werd aandacht besteed aan 3 beleidsmatige aspecten, te weten de risico-inventarisatie, voorlichting en onderricht, en samenwerking tussen werkgevers. De RIE is volgens het in 2002 geldende handhavingsbeleid (inmiddels gewijzigd) gecontroleerd. De RIE van een schoonmaakbedrijf moet van toepassing zijn op alle werkzaamheden die door het schoonmaakbedrijf worden verricht. Zowel op de activiteiten op het kantoor van het schoonmaakbedrijf als op de activiteiten op de locaties. Het schoonmaakbedrijf is voor de RIE afhankelijk van de opdrachtgever c.q. de zorginstelling. De zorginstelling is verplicht (relevante delen uit) de RIE aan het schoonmaakbedrijf beschikbaar te stellen. Deze verplichting is niet gehandhaafd, wel onderzocht. Naast de aanwezigheid van de RIE (artikel 5 Arbowet) en de toets door de Arbodienst (artikel 14 Arbowet), is de volledigheid van de RIE gecheckt (artikel 5 Arbowet). Schoonmaakpersoneel dient op een goede manier voorlichting en onderricht te krijgen. Allereerst over de eigen werkzaamheden, maar ook over de specifieke situatie in de zorginstelling (denk aan schoonmaakprotocollen, bijzondere schoonmaakmiddelen, biologische agentia, omgang met patiënten en personeel, etc.). Verschillende elementen zijn aan de orde gesteld. Indien V&O niet als voldoende werd beoordeeld, is een een eis op grond van artikel 8 Arbowet gesteld. Ten slotte dienen de werkgevers (schoonmaakbedrijf en zorginstelling) samen te werken op het terrein van de Arbeidsomstandigheden. Verschillende elementen zijn gecheckt (o.a. de voorzieningen vanuit de zorginstelling en de informatie over biologische en chemische agentia). Indien de samenwerking niet als voldoende werd beoordeeld, is een een eis op grond van artikel 19 Arbowet gesteld. Blz. 8 van 16
9 4. Inspectie- en monitorresultaten 4.1 Totaal overzicht resultaten Aantal bedrijven / locaties In totaal zijn 45 schoonmaakbedrijven achterhaald die in de schoonmaaksector werkzaam zijn. 34 Bedrijven zijn geïnspecteerd; 104 locaties in zorginstellingen zijn bezocht. Op deze locaties zijn ca schoonmakers werkzaam. De volgende typen van zorginstellingen zijn bezocht: Medisch centrum / ziekenhuis 39x Verpleeghuis / revalidatiecentrum 18x Psychiatrische instelling 15x Verzorgingshuis 14x Bejaardentehuis 7x Huis voor lichamelijke of geestelijke gehandicapten 11x In de bezochte zorginstellingen werden in bijna alle gevallen de gangen, de recreatieruimten, de kantoren, en de sanitaire ruimten door de ingehuurde schoonmakers schoongemaakt. In 35-40% van alle locaties werden tevens de polikliniek, de verpleegafdelingen, en het laboratorium door hen schoongemaakt. In 20% van de locaties werden ook de operatiekamers, de ruimten waar cytostatica of radio-actieve stoffen worden gebruikt, en de röntgenafdeling, schoongemaakt. In 40% van de locaties bestond het risico een prikaccident op te lopen. Handhaving Op 55 van de 104 locaties (in 26 van de 34 bedrijven) zijn in totaal 126 overtredingen geconstateerd Figuur 1: Aantal bedrijven in orde / niet in orde Bedrijven in orde niet in orde Figuur 2: Aantal locaties in orde / niet in orde Locaties in orde niet in orde Blz. 9 van 16
10 De overtredingen zijn als volgt over de locaties verdeeld (zie figuur 3): 0 overtredingen : 45 locaties 1 overtreding : 18 locaties 2 overtredingen : 15 locaties 3 overtredingen : 13 locaties 4 overtredingen : 6 locaties 5 overtredingen : 3 locaties Figuur 3: Aantal overtredingen per locatie overtredingen per locatie aantal overtredingen aantal locaties De overtredingen zijn als volgt over de bedrijven verdeeld (zie figuur 4): 0 overtredingen : 8 bedrijven 1 overtreding : 6 bedrijven 2 overtredingen : 5 bedrijven 3 overtredingen : 7 bedrijven 4 overtredingen : 3 bedrijven 8 overtredingen : 2 bedrijven met 3 geïnspecteerde locaties 13 overtredingen : 1 bedrijf met 6 geïnspecteerde locaties 16 overtredingen : 1 bedrijf met 8 geïnspecteerde locaties 32 overtredingen : 1 bedrijf met 14 geïnspecteerde locaties Figuur 4: Aantal overtredingen per bedrijf aantal locaties aantal overtredingen overtredingen per bedrijf aantal bedrijven aantal locaties aantal overtredingen Blz. 10 van 16
11 Per overtreding werd een instrument ingezet: een boete (7x), een eis (21x), waarschuwing ATW (14x) of waarschuwing Arbo (84x). In de onderstaande grafiek is een overzicht van de instrumenten weergegeven, in totaal 126. Figuur 5: Aantal instrumenten Instrumentinzet waarschuwing Arbo 84 waarschuwing ATW 14 eis 21 boete De meest voorkomende overtredingen waren: BHV 29 overtredingen op 27 locaties bij 15 verschillende bedrijven Biologische/chemische agentia 18 overtredingen op 13 locaties bij 10 verschillende bedrijven Registratie arbeidstijden 15 overtredingen (15 locaties) bij 8 bedrijven RIE-verplichtingen 14 overtredingen in 14 verschillende bedrijven. Figuur 6. Vier meest voorkomende Arbo- of ATW-overtredingen: meest voorkomende overtredingen RIE-verplichtingen Registratie arbeidstijden Biologische/chemische agentia 18 BHV Blz. 11 van 16
12 4.2 Resultaten per inspectiepunt Voorzieningen vanuit de zorginstelling Voorzieningen vanuit de zorginstelling Overtredingen Kleedruimte 4 Afsluitbare kledingkast 5 Daglichtbepalingen 1 Beeldschermwerk 3 Oppervlaktenormering 1 Vluchtroutes 1 BHV-organisatie 30 Totaal 45 De schoonmakers hebben over het algemeen een plek om zich om te kleden en hebben een afsluitbare kast tot hun beschikking, ook al zijn deze vaak op de minder fraaie locatie van de zorgsinstelling (in de kelder of bij opslagruimten) gelegen. De objectleider zit meestal (in 63% van de bezochte locaties) minder dan 2 uur per dag op zijn of haar vaste werkplek. De wettelijke verplichtingen t.a.v. daglicht, beeldschermwerk, en oppervlaktenormering zijn dan niet van toepassing. In de overige situaties was de werkplek over het algemeen in orde. Minder goed geregeld is de BHV-organisatie. Op 29 verschillende locaties (29%) werd in de BHVorganisatie onvoldoende rekening gehouden met het schoonmaakpersoneel. Dit was het geval in de psychiatrische instellingen en de verzorgingstehuizen. Het betrof 15 van de 34 schoonmaakbedrijven Fysieke belasting Aan fysieke belasting wordt in alle aanwezige risico-inventarisaties en evaluaties aandacht geschonken. Een risico waarvoor in de branche dus de nodige aandacht aanwezig is. Er zijn geen handhavinginstrumenten ingezet; wel zijn enkele monitorvragen gesteld. Op de geïnspecteerde locaties werd vaak (in 76%) gebruik gemaakt van het microvezeldoekje, een doekje dat veel minder water opneemt en minder vaak hoeft te worden uitgespoeld. Een belangrijke ontwikkeling omdat daarmee het tillen, duwen en trekken van zware emmers water wordt beperkt. In 54% van de bezochte locaties werd gebruik gemaakt van de vlakmop, een verbeterde mopmethode (groter werkoppervlak en niet te natte dweil). Stofzuigers zijn op 85% van de bezochte locaties voorzien van aanpassingen (regelbare zuigkracht, rollers onder zuigmond en/of instelbare steel), zodat de (vaak uitgevoerde) handeling stofzuigen ergonomisch beter kon worden uitgevoerd. Tot slot is gevraagd naar de aanwezigheid van aparte vuilophaalkarren. Vuilophaalkarren zijn op 88% van de bezochte locaties aanwezig. De psychiatrische instellingen springen daarbij in negatieve zin uit, met 60%. Het afvoeren van afvalzakken met de werkkar, waardoor lastig hanteerbare zware last ontstaat, komt in de zorginstellingen dus nog maar weinig voor. Blz. 12 van 16
13 4.2.3 Biologische en chemische belasting Chemische en biologische agentia Overtredingen Aanwezigheid schoonmaakprotocol in ruimten 2 waar cytostatica worden of zijn toegediend Ter beschikking stellen vaccin Hepatitis B 9 Post expositiebehandeling na prikaccident 4 Overige overtredingen 3 Totaal 18 In 22 van de 104 bezochte locaties werden cytostaticaruimten door ingehuurd schoonmaakpersoneel schoongemaakt. In 6 situaties (27%) was geen schoonmaakprotocol aanwezig. In 2 gevallen is een waarschuwing gegeven, in de andere 4 gevallen is een eis gesteld t.a.v. voorlichting en onderricht. Schoonmakers kunnen besmet worden met biologische agentia. In die gevallen dient het vaccin tegen Hepatitis B ter beschikking te worden gesteld, en dienen een post expositiebehandeling en een beoordeling in de RIE aanwezig te zijn. In 43 van de 104 locaties bestaat risico voor het schoonmaakpersoneel op een prikaccident. Het waren locaties van 22 verschillende schoonmaakbedrijven. Met name in de medische centra en de verpleeghuizen. 9 Waarschuwingen zijn gegeven voor het niet ter beschikking stellen van een Hepatitisvaccinatie (21%) en 4 voor het ontbreken van een post expositiebehandeling. De waarschuwingen zijn aan 9 verschillende bedrijven gegeven (41% van de (22) schoonmaakbedrijven met mogelijke blootstelling aan biologische agentia) Werkdruk Werkdruk Overtredingen Onvolledige RIE 11 In principe zijn op elke locatie 3 werknemers geïnterviewd. Op 27 van de 104 locaties (26%) was sprake van een indicatie voor werkdrukrisico bij 1 of meer werknemers. Op 11 locaties was werkdruk nog niet voldoende onderzocht en is handhavend opgetreden. De 11 locaties betroffen 6 van 34 geïnspecteerde schoonmaakbedrijven (18%). Met name de werkdrukbronnen werkhoeveelheid, werktempo en inspanning, werden vaak in de interviews gehoord Werktijden Werktijden Overtredingen Registratie 15 Op 15 van de 104 locaties was de registratie van arbeidstijden niet in orde en is een waarschuwing gegeven. Het betrof locaties van 6 verschillende bedrijven. 6 Van 34 schoonmaakbedrijven (18%) zorgt nog niet voor goede registratie op locatie, met name (ca 50%) niet in de medische centra. Gebroken diensten komen op 33 van de 104 locaties voor (32%). Dit fenomeen doet zich vooral in de medische centra voor (21 van de 33 gevallen). 83% van de schoonmaakwerkgevers heeft inzicht in dubbele banen van het schoonmaakpersoneel. 35% registreert dit ook. 65% van de werkgevers schat in dat 10-50% van het schoonmaakpersoneel een dubbele baan heeft. Het overige deel van de werkgevers schat het percentage werknemers met een dubbele baan lager in. Blz. 13 van 16
14 4.2.6 Arbobeleid Arbobeleid Aantal overtredingen Voorlichting en onderricht 9 Samenwerking werkgevers 12 Schriftelijke ri&e aanwezig 4 Deskundige bijstand: arbodienst 4 Onvolledige RIE 6 Plan van aanpak 2 Totaal 37 Voorlichting en onderricht waren niet voldoende op 9 van de 104 locaties. De 9 locaties betroffen 5 verschillende schoonmaakbedrijven. Verschillende elementen zijn gecheckt. Het schoonmaakpersoneel was over het algemeen voldoende geïnformeerd over de locatiecontactpersoon, gevaarlijke stoffen, persoonlijke beschermingsmiddelen en fysieke belasting. De informatie over biologische agentia, de omgang met patiënten, aanvullende schoonmaakopdrachten en wat te doen bij een calamiteit en prikaccidenten liet te wensen over. Bij de bezochte 104 locaties is in 47 gevallen bij de contractbespreking gebruik gemaakt van de USAlijst (Uitbesteding Schoonmaak Arbo, of een afgeleide daarvan). Op 33 locaties was deze lijst niet gebruikt; in 24 gevallen was dit onduidelijk. De samenwerking is op een aantal aspecten beoordeeld, namelijk het beschikbaar stellen van de RIE, de voorzieningen voor het schoonmaakpersoneel, en de informatie over biologische en chemische agentia. Op 12 locaties is de samenwerking als onvoldoende beoordeeld. Het betrof locaties van 7 verschillende schoonmaakbedrijven. 7 Van 34 schoonmaakbedrijven (20%) besteedde te weinig aandacht aan de samenwerking met de opdrachtgever. Ten aanzien van de risico-inventarisatie en evaluatie zijn bij 16 van de 34 bedrijven (47%) overtredingen geconstateerd. 7 Keer is een boete opgelegd omdat de RIE ontbrak of niet getoetst was door een Arbodienst. De RIE was op 58 locaties bekend bij de objectleider (56%). De RIE van de zorginstelling was op 39 locaties (38%) beschikbaar gesteld aan het schoonmaakbedrijf, op 48 locatie (46%) niet, en op 17 locaties was dit onbekend. Blz. 14 van 16
15 5. Conclusies Algemeen De werkplekken van ca 1900 schoonmakers zijn beoordeeld. Uitgaande van de inschatting, die neerkomt op een totaal van ca werknemers, is een aanzienlijk deel van de schoonmakers in zorginstellingen bezocht. 50% van de geïnspecteerde locaties was niet in orde. In 1 op de 5 locaties zijn 3 of meer overtredingen geconstateerd. 66% van de schoonmaakbedrijven was niet in orde. Dit percentage ligt hoger dan het gemiddelde (over alle actieve inspecties) van de Arbeidsinspectie (58%). Voorzieningen vanuit de zorginstelling De kleedruimten en afsluitbare kledingkasten zijn over het algemeen aanwezig en in orde. De kantoorwerkplek van de objectleiders is over het algemeen in orde. In ruim een kwart van de locaties werd in de BHV-organisatie onvoldoende met het schoonmaakpersoneel rekening gehouden. Bijna de helft van de bezochte schoonmaakbedrijven heeft hiervoor een waarschuwing gekregen. Fysieke belasting De maatregelen om fysieke belasting te voorkomen werden al in vele bedrijven toegepast. Biologische en chemische agentia Op 22 locaties werden cytostaticaruimten door ingehuurd personeel schoongemaakt. In 6 van de 22 situaties (27%) was geen schoonmaakprotocol aanwezig. Op 43 locaties bestaat het risico op een prikaccident. 22 Verschillende schoonmaakbedrijven hebben met dit risico te maken. 13 Bedrijven (62%) hebben een waarschuwing gekregen in verband met het ontbreken van een hepatitisvaccinatie en/of post expositiebehandeling. Werkdruk Op 27 van de 104 locaties (26%) was sprake van een indicatie voor werkdruk bij 1 of meer werknemers. In 6 van de 34 bedrijven (18%) is een eis gesteld om het werkdrukrisico nader te onderzoeken. Arbeidstijden Op 15 van de 104 locaties (14%) was de registratie van werktijden niet in orde. 6 Van 34 schoonmaakbedrijven (18%) zorgen nog niet voor goede registratie op locatie. Beleidsmatige aspecten Voorlichting en onderricht worden in de meeste schoonmaakbedrijven wel gegeven. In 5 van de 34 bedrijven werd V&O echter beoordeeld als niet voldoende. Elementen die regelmatig vergeten worden, zijn: biologische agentia, de omgang met patiënten, aanvullende schoonmaakopdrachten, en wat te doen bij een calamiteit of prikaccident. Op 12 locaties is samenwerking als onvoldoende beoordeeld. 7 Van de 34 bedrijven (20%) besteedde te weinig aandacht aan samenwerking met de opdrachtgever voor wat betreft de arbeidsomstandigheden. De door de branche ontwikkelde USA-lijst (Uitbesteding Schoonmaak Arbeidsomstandigheden) is bij de contractbesprekingen van 47 van de 104 locaties toegepast. Ten aanzien van de RIE zijn bij 16 van de 34 bedrijven (47%) overtredingen geconstateerd. Blz. 15 van 16
16 Slotconclusie De arboproblematiek is breed en veel bedrijven zijn nog niet geheel op orde. Op de meeste locaties werden 2 à 3 (heel verschillende) overtredingen geconstateerd. De aard van de overtredingen was in het algemeen niet zo ernstig, dat er onmiddellijk actie genomen moest worden. De schoonmaak in zorginstellingen dient de aandacht met name te concentreren op het verbeteren van de BHV-organisatie, de maatregelen na prikaccidenten, een schoonmaakprotocol voor cytostaticaruimten, en structurele aandacht voor arbeidsomstandigheden in de vorm van een complete RIE. De branche-aanpak in de vorm van een convenant zal naar verwachting actief kunnen bijdragen aan de verdere verbetering van de arbozorg bij schoonmaakwerk in zorginstellingen. De arbeidsinspectie zal zich verder richten op de schoonmaakbranche en ook inspecteren in andere sectoren waar schoonmaakwerk plaatsvindt. Blz. 16 van 16
Rapportage Inspectieproject. Schoonmaak in vliegtuigen 2005
Rapportage Inspectieproject Schoonmaak in vliegtuigen 2005 Project A 734 Arbeidsinspectie, Den Haag April 2006 Schoonmaak in vliegtuigen 2005 Arbeidsinspectie, Den Haag Projectnummer A 734 Inspectieonderwerpen
Nadere informatieProjectverslag. Vakkenvullen jeugdigen supermarkten 2004
Projectverslag Vakkenvullen jeugdigen supermarkten 2004, Den Haag Inspectieonderwerpen - Verboden arbeid door kinderen - Werkdagen en werktijden voor kinderen AI bedrijfstakdirectie Commerciële Dienstverlening
Nadere informatieVERSLAG INSPECTIEPROJECT DE FYSIEKE BELASTING BIJ METSELAARS
VERSLAG INSPECTIEPROJECT DE FYSIEKE BELASTING BIJ METSELAARS COLOFON Plaats: Den Haag, 17 augustus 2005 Projectnummer: Inspectieonderwerp: Directie: A658 Fysieke belasting Bouw Landelijke projectleider:
Nadere informatieVERSLAG INSPECTIEPROJECT TECHNISCHE GROOTHANDEL (A501) ARBEIDSINSPECTIE. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
VERSLAG INSPECTIEPROJECT TECHNISCHE GROOTHANDEL (A501) ARBEIDSINSPECTIE Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 1 Inhoudsopgave SAMENVATTING...3 1. AANLEIDING EN DOELEN VAN HET INSPECTIEPROJECT...4
Nadere informatieMINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID ARBEIDSINSPECTIE EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT GROENTE, FRUIT, ZUIVEL EN DRANKEN (A430)
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID ARBEIDSINSPECTIE EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT GROENTE, FRUIT, ZUIVEL EN DRANKEN (A430) Periode 1 april 2000 t/m 30 november 2000 INHOUDSOPGAVE 1 Samenvatting
Nadere informatieDwergvinvisstraat HP Amsterdam KvK Telefoon: Fax:
AAS-lijst: Arbo Aandachtspunten bij het aanbesteden van Schoonmaakonderhoud Achtergrond Hoewel het schoonmaakbedrijf als werkgever verantwoordelijk is voor de arbeidsomstandigheden van de schoonmakers,
Nadere informatieLANDELIJK PROJECTVERSLAG HOUT EN MEUBEL 1999
LANDELIJK PROJECTVERSLAG HOUT EN MEUBEL 1999 A200 Juli 2000 Arbeidsinspectie regio Noordwest C.J. Hensbergen-Aalbers, landelijk projectsecretaris Inhoud 1. Samenvatting 2 Aanleiding en doel van het inspectieproject
Nadere informatieVERSLAG INSPECTIEPROJECT ASBEST OP STORTPLAATSEN
VERSLAG INSPECTIEPROJECT ASBEST OP STORTPLAATSEN COLOFON Plaats: Den Haag, september 2007 Projectnummers: Inspectieonderwerpen: Directie: A748 Blootstelling aan asbestvezels op stortplaatsen Bouw Landelijke
Nadere informatieVERSLAG INSPECTIEPROJECT WASGOEDKETEN ZORG A 754. Onderwerpen: Biologische agentia, Cytostatica, Fysieke belasting
VERSLAG INSPECTIEPROJECT WASGOEDKETEN ZORG A 754 Onderwerpen: Biologische agentia, Cytostatica, en Fysieke belasting Inspectieperiode 1 januari 2006 tot en met 30 april 2006 Arnhem, 31 augustus 2006 definitief
Nadere informatiePROJECTPLAN INSPECTIEPROJECT FACILITAIRE DIENSTEN. in de ZORG A 904
PROJECTPLAN INSPECTIEPROJECT FACILITAIRE DIENSTEN in de ZORG A 904 Inspectieperiode 1 maart 2009 tot en met 31 december 2009 versie 6: 6 februari 2009 1 Colofon Arbeidsinspectie Den Haag : 28 februari
Nadere informatieprojectverslag Textiel 2002 A523
projectverslag Textiel 2002 A523 Contactpersoon: Mw. Y.A.J. Montforts, 0475-356666 Den Haag, november 2003 Inhoudsopgave Samenvatting... 3 1. Aanleiding en doel van het inspectieproject... 3 1.1 Strategie...
Nadere informatiePROJECTVERSLAG MONITORPROJECT UNIVERSITEITEN A796
PROJECTVERSLAG MONITORPROJECT UNIVERSITEITEN A796 1 0 colofon Arbeidsinspectie, Den Haag maart 2007 Projectverslag status Projectnummer: concept A796 Looptijd project: september 2006 t/m december 2006
Nadere informatieRisico-inventarisatie & evaluatie en Preventiemedewerker
Interne Instructie Risico-inventarisatie & evaluatie en Preventiemedewerker Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Wettelijke grondslag 3. Aanpak 3.1. Toezicht en handhaving 3.2. Werkwijze 3.3. Basis toetskader
Nadere informatieEUROPEAN CONSTRUCTION CAMPAIGN 2004
VERSLAG EUROPEAN CONSTRUCTION CAMPAIGN 2004 (Project A663 - Actieperiode juni) Informatie: Arbeidsinspectie, kantoor Groningen Drs. J.R. Boer Landelijk Projectleider Postbus 30016 9700 RM GRONINGEN (050)5225880
Nadere informatieProjectverslag Inspectieproject Intramurale Zorg 2003 A575 Looptijd van: van 1 maart 2003 tot en met 31 augustus 2003
Projectverslag Inspectieproject Intramurale Zorg 2003 A575 Looptijd van: van 1 maart 2003 tot en met 31 augustus 2003 Den Haag, januari 2004 Jacques van der Pols, Landelijk Projectleider 026-3557111 Samenvatting
Nadere informatieARBEIDSINSPECTIE MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
VERSLAG PROJECT VESTIGINGSADRESSEN AANNEMERS MET TIMMERWERKPLAATS ARBEIDSINSPECTIE MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Projectinformatie Informatie : drs. J.R. Boer Arbeidsinspectie Postbus
Nadere informatieEindverslag Opslag Ammoniumnitraat
Landelijk inspectieproject, uitgevoerd i.s.m. VROM-inspectie Eindverslag Opslag Ammoniumnitraat 2002 Projectnummer A554 Arbeidsinspectie Postbus 90801 2509 LV DEN HAAG Contactpersoon: K. Rheiter, Teamleider
Nadere informatiePROJECTNUMMER: A439 EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT BROODBAKKERIJEN
PROJECTNUMMER: A439 EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT BROODBAKKERIJEN INHOUDSOPGAVE. 1. SAMENVATTING. 3 2. AANLEIDING EN DOEL VAN HET INSPECTIEPROJECT. 3 2.1 Strategie. 3 2.2 Doelstelling van het project. 3
Nadere informatieIn het project zijn verder de volgende inspectiepunten meegenomen: -verdrinkingsgevaar, -instructie, -persoonlijke beschermingsmiddelen en -werkdruk
projectverslag A27 hotelschepen projectverslag A27-999 Hotelschepen "Arbeids - & Rusttijden Horecapersoneel aan boord van Nederlandse en buitenlandse hotelschepen" Versie: 20 juni 2000 Uitvoeringsperiode:
Nadere informatieProjectrapportage. Inspectieproject Legionella
Projectrapportage Inspectieproject Legionella 2004-2005 Projectrapportage Legionella 2004-2005 Arbeidsinspectie Den Haag, 6 september 2006 Inspectieonderwerpen Risico-inventarisatie en beheersplan Legionella,
Nadere informatieInspectie naar naleving Arbowet en aandacht arbeidsomstandigheden in de Bijzondere Zorg
Inspectie naar naleving Arbowet en aandacht arbeidsomstandigheden in de Bijzondere Zorg Arbeidsinspectie te Den Haag COLOFON: Inspectieproject: Bijzondere Zorg 2003 (A621) Directie: Publieke Dienstverlening
Nadere informatieMinisterie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Arbeidsinspectie EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT AUDIOVISUELE SECTOR 2002 2003
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Arbeidsinspectie EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT AUDIOVISUELE SECTOR 2002 2003 (Inspectieproject m.b.t. werktijden, werkdruk en fysieke belasting in de audiovisuele
Nadere informatieJaargang 2013 / nieuwsbrief 16 / Juli en augustus 2013 INHOUD:
Jaargang 2013 / nieuwsbrief 16 / Juli en augustus 2013 INHOUD: Zwangere vrouwen ervaren weinig tolerantie op het werk Werkgevers zouden een gezonde levensstijl moeten kunnen eisen Legionellose Werkgevers
Nadere informatieInspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid TITELPAGI NA. Hollen. Stilstaan bij Werkdruk. dát maakt zorg beter.
Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid TITELPAGI NA Hollen Stilstaan bij Werkdruk dát maakt zorg beter Anita Hertogh Waarom is Zorg en Welzijn een van de prioritaire sectoren voor
Nadere informatiePROJECTPLAN INSPECTIEPROJECT. Ambulancezorg A 895. Onderwerpen:. Fysieke belasting.. Agressie & geweld (PSA). Biologische agentia
PROJECTPLAN INSPECTIEPROJECT Ambulancezorg A 895 Onderwerpen:. Fysieke belasting. Agressie & geweld (PSA). Biologische agentia. Arbeidstijden Inspectieperiode 1 september 2008 tot en met 31 december 2008
Nadere informatieGezond & veilig werken in kleinschalige zorgvoorzieningen dát maakt zorg beter
Gezond & veilig werken in kleinschalige zorgvoorzieningen dát maakt zorg beter De Inspectie SZW 1 inspecteerde van maart 2011 tot en met februari 2012 zorgboerderijen en andere kleinschalige zorgvoorzieningen.
Nadere informatieVrijwilligers en Arbeidsomstandigheden
Vrijwilligers en Arbeidsomstandigheden Frank Rijshouwer Hogere Veiligheidskundige 20 juni 2006 1 Arbowetgeving Arbeidsomstandighedenwet Arbeidsomstandighedenbesluit Arbeidsomstandighedenregeling Arbo-
Nadere informatieAandachtspunten Arbeidsomstandigheden Schoonmaak INTERIEUR GEBOUWEN (kantoren, scholen etc.)
Bijlage 7: Aandachtspunten Arbeidsomstandigheden Schoonmaak (AAS-lijst) Bedrijfsnaam opdrachtgever: Adres: Telefoon: Email: Aandachtspunten Arbeidsomstandigheden Schoonmaak INTERIEUR GEBOUWEN (kantoren,
Nadere informatieMinisterie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Arbeidsinspectie
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Arbeidsinspectie EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT PRIMAIR ONDERWIJS (Inspecteren van arbeidsomstandigheden op scholen in het primair onderwijs) VOORWOORD Vanaf
Nadere informatieEindverslag inspectieproject OPS 2001 A491
Eindverslag inspectieproject OPS 2001 A491 Den Haag, december 02 Colofon Contactpersoon: mw. Y.A.J. Montforts tel.nr.: 0475-356603 Titel : Eindverslag inspectieproject OPS 2001 Project nr. : A491 Uitvoeringsperiode
Nadere informatie1.1 Hoe vrijblijvend is de Arbowet?
1 Arbo 17 de meest gestelde vragen in de schoonmaak 1 Arbo Arbeidsomstandigheden hebben de laatste decennia veel aandacht gekregen, en terecht. Vaak is al gebleken dat met soms eenvoudige werkplekaanpassingen,
Nadere informatieProjectrapportage inspectieproject. Facilitaire diensten in de zorg
Projectrapportage inspectieproject Facilitaire diensten in de zorg Inhoudsopgave Voorwoord 3 1 Aanleiding, doelstelling, doelgroep en communicatie 4 Aanleiding 4 Doelstelling 4 Doelgroep 4 Communicatie
Nadere informatieProjectverslag. Garagebedrijven Project A660
Projectverslag Garagebedrijven 2004 Project A660 juli 2005 2 Garagebedrijven 2004 Inspectieonderwerpen Veiligheid RI&E en plan van aanpak Bedrijfshulpverlening AI bedrijfstakdirectie Commerciële Dienstverlening
Nadere informatieDe Nationale Politie Arbeidstijden en Agressie en Geweld geïnspecteerd
De Nationale Politie Arbeidstijden en Agressie en Geweld geïnspecteerd De Nationale Politie slaagt er nog onvoldoende in om de Arbeidstijdenwet en de bepalingen rondom Agressie en Geweld van de Arbeidsomstandighedenwet
Nadere informatieKinder- en Jeugdarbeid 2006 Vakantiewerk & bijbaantjes. (tussenrapportage)
Kinder- en Jeugdarbeid 2006 Vakantiewerk & bijbaantjes (tussenrapportage) Colofon: Arbeidsinspectie, Den Haag 20-11-2006 Projectnaam Kinder- en Jeugdarbeid (vakantiewerk en bijbaantjes) Projectnummer A789
Nadere informatieAan de slag met RI&E RI& onderdeel Preventiebeleid. Waar ik kort over kan zijn
Aan de slag met RI&E Als onderdeel van het Preventiebeleid Marco Sikkel (CAOP) m.sikkel@caop.nl /06-51293568 RI& onderdeel Preventiebeleid 1.Het inventariseren en evalueren van de veiligheids- en gezondheidsrisico
Nadere informatiePROJECTVERSLAG ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN IN HET
PROJECTVERSLAG ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN IN HET ONDERWIJS 2001, nr. A457 Informatie: Arbeidsinspectie, regio Noordwest P. Terstall, Landelijk projectsecretaris Tel. 020-5812 535 INHOUDSOPGAVE 1. SAMENVATTING...
Nadere informatieArbocatalogus Tuincentra
Arbocatalogus Tuincentra Arbocatalogus Tuincentra Voorwoord Voor u ligt de Arbocatalogus Tuincentra, het oplossingenboek voor arborisico s in tuincentra. In de tuincentra denken we bij veiligheid automatisch
Nadere informatieInterne instructie Arbeidsinspectie. Beeldschermwerk. 2. AANPAK 2.1 Wettelijke grondslag 2.2 Indicatie beeldschermwerk 2.3 Inspectie 2.
Interne instructie Arbeidsinspectie Beeldschermwerk INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 2. AANPAK 2.1 Wettelijke grondslag 2.2 Indicatie beeldschermwerk 2.3 Inspectie 2.4 Handhaving 3. ACHTERGRONDINFORMATIE 3.1
Nadere informatieRisico-inventarisatie & evaluatie
Interne instructie Arbeidsinspectie Risico-inventarisatie & evaluatie INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 2. AANPAK 2.1 Wettelijke grondslag 2.2 Inspectie 2.3 Handhaving 3. ACHTERGRONDINFORMATIE 3.1 Algemeen 3.2
Nadere informatieColofon. Arbeidsinspectie, Den Haag, mei 2006. Afdeling Persvoorlichting, 070-333 4444. Looptijd project januari 2005 januari 2006.
PROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT KINDEROPVANG Inspectieonderwerp: Fysieke belasting werknemers Colofon Arbeidsinspectie, Den Haag, mei 2006 Inspectieonderwerp AI-bedrijfstakdirectie Landelijk Projectleider
Nadere informatieVakantiewerk Colofon:
Vakantiewerk 2007 Jong geleerd is oud gedaan?! Colofon: Arbeidsinspectie, Den Haag 28-11-2007 Projectnaam Vakantiewerk 2007 Projectnummer A731: Inspectieproject Vakantiewerk Horeca-VWA A737: Inspectieproject
Nadere informatieVakantiewerk (en bijbaantjes) 2005 van 1 juli 2005 t/m 28 februari 2006 A715
Vakantiewerk (en bijbaantjes) 2005 van 1 juli 2005 t/m 28 februari 2006 A715 Juni 2006 2 Vakantiewerk en bijbaantjes 2005 Inspectieonderwerpen Arbeidstijdenwet en Nadere Regeling Kinderarbeid CO 2 en N
Nadere informatiePROJECTVERSLAG. Inspectieproject Callcenters 2001 / 2002, A502 / A521
PROJECTVERSLAG Inspectieproject Callcenters 2001 / 2002, A502 / A521 Den Haag, 3 februari 2003 Contactpersoon E.W. Kroon 030-2305600 Inhoudsopgave 0. Samenvatting 1. Aanleiding en doel van het inspectieproject
Nadere informatieRisico-inventarisatie & evaluatie
Risico-inventarisatie & evaluatie Dit is een uitgave van: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl September 2013 Deze brochure is ontwikkeld door het voormalig
Nadere informatieProjectverslag Leerindustrie
Projectverslag Leerindustrie Projectnummer: A018 Projectsecretaris: T. Rijlaarsdam Betrokken regio's: regio Zuid Uitvoeringsperiode: juni 1999 t/m maart 2000 INHOUDSOPGAVE Blz. Inhoudsopgave 2 1 Doelstelling
Nadere informatieHollen & stilstaan bij werkdruk
Hollen & stilstaan bij werkdruk dát maakt zorg beter De Inspectie SZW 1 inspecteerde van april 01 tot oktober 01 op het onderwerp psychosociale arbeidsbelasting (PSA) in zorginstellingen. PSA is in de
Nadere informatie2 Inventariseren. 2.1 Inleiding. 2.2 Zelf doen of uitbesteden?
2 Inventariseren 2.1 Inleiding Alvorens begonnen kan worden met het uitvoeren van een RI&E dienen een aantal zaken in kaart gebracht te worden. Zo is het onder andere van belang een methode te kiezen die
Nadere informatiePROJECT Legionella Binnenvaart 2000 A412
PROJECT Legionella Binnenvaart 2000 A412 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Versie: januari 2002 Postadres: Postbus 90801 te 2509 LV DEN HAAG Bezoekadres: Anna van Hannoverstraat 4 te DEN
Nadere informatiePROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT VERPLEGING EN VERZORGING A 795. Onderwerpen:. fysieke belasting.. biologische agentia..
PROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT VERPLEGING EN VERZORGING A 795 Onderwerpen:. fysieke belasting. biologische agentia. agressie & geweld. bedrijfshulpverlening Inspectieperiode 1 september 2006 tot en met
Nadere informatieCAO. Collectieve arbeidsovereenkomst in het schoonmaak- en glazenwassersbedrijf
CAO Collectieve arbeidsovereenkomst in het schoonmaak- en glazenwassersbedrijf 2014-2016 COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST ARBEID EN GEZONDHEID VOOR HET SCHOONMAAK- EN GLAZENWASSERSBEDRIJF van 1 januari
Nadere informatieToetsingsrapportage RI&E
Oranjestraat 38 3291 BS Strijen Tel. 078-3030230 www.questadvies.nl info@questadvies.nl Toetsingsrapportage RI&E 1. VERANTWOORDING Betreft RI&E van bedrijf : Technisch Buro Nigo B.V. Koperweg 4 8251 KA
Nadere informatieWat doet de Arbeidsinspectie? Alles over de taken en werkwijze van de Arbeidsinspectie
Wat doet de Arbeidsinspectie? Alles over de taken en werkwijze van de Arbeidsinspectie 1 De Arbeidsinspectie in het kort De Arbeidsinspectie (AI) maakt deel uit van het ministerie van Sociale Zaken en
Nadere informatieProjectverslag Metaal 1999-A208 BIK 27 t/m 30, 34 en 352 t/m 355
Projectverslag Metaal 1999-A208 BIK 27 t/m 30, 34 en 352 t/m 355 Datum: 25 april 2000 Uitvoeringsperiode:1 januari 1999 t/m 15 november 1999 1. Samenvatting 2. Projectomschrijving 2.1 Algemeen 2.2 Geconstateerde
Nadere informatieBasisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht)
Basisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht) Deze BasisInspectieModule (BIM) is opgesteld aan de hand van de stand van de wetenschap en professionele dienstverlening en is
Nadere informatieBasisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht)
Basisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht) Deze BasisInspectieModule (BIM) is opgesteld aan de hand van de stand van de wetenschap en professionele dienstverlening en is
Nadere informatieArbeidsomstandighedenbeleid
Arbeidsomstandighedenbeleid informatie voor werkgevers en werknemers 170.indd 1 30-12-2008 10:38:37 170.indd 2 30-12-2008 10:38:38 Veilig en gezond werken is belangrijk. De overheid stelt doelen vast voor
Nadere informatieProjectrapportage Kwarts in de bouw 2007
Projectrapportage Kwarts in de bouw 2007 Projectrapportage Kwarts in de bouw 2007 Blootstelling aan kwartsstof bij een aantal vaak voorkomende werkzaamheden Inhoudsopgave Voorwoord 5 1 Projectopzet en
Nadere informatieWorkshop: Training preventiemedewerker. Door: Mark Smakman Arbeids- & Organisatieadviseur/Veiligheidskundige
Workshop: Training preventiemedewerker Door: Mark Smakman Arbeids- & Organisatieadviseur/Veiligheidskundige Programma Introductie; Kennismaking; Arbo-wet; Partijen in de Arbo-wet; Arbobeleidscyclus; De
Nadere informatiePROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT SOCIALE WERKVOORZIENING. 20 november 2006
PROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT SOCIALE WERKVOORZIENING 20 november 2006 Colofon Arbeidsinspectie, Den Haag November 2006 Projectnummer A760 Looptijd Project Januari 2006 Juni 2006 Inspectieonderwerpen
Nadere informatiePROJECTVERSLAG. Project Schilders - OPS
PROJECTVERSLAG Project Schilders - OPS Projectnummer A 219 Amsterdam, juni 2000 Looptijd project: 1 februari 1999 tot 1 juni 1999 1. AANLEIDING EN DOEL VAN HET INSPECTIEPROJECT Page 1 1.1 Aanleiding Veel
Nadere informatieTaak 1.1.8 Arbo >> Discussietaak Burcu Arslan 3T1A. Ergonomie. Arbozorg in de grafimedia
Taak 1.1.8 Arbo >> Discussietaak Burcu Arslan 3T1A Ergonomie Arbozorg in de grafimedia In de grafische sector zijn de laatste jaren behoorlijke inspanningen gedaan om een gezondere bedrijfstak te worden
Nadere informatieMeta(al)morfose Inspecties op het gebied van machineveiligheid, geluid en arbobeleid in de metaalindustrie
Meta(al)morfose Inspecties op het gebied van machineveiligheid, geluid en arbobeleid in de metaalindustrie Projectnummer: A568 Contactpersoon: mevr. Y. Montforts Tel: 0475-356603 Den Haag, 14 mei 2004
Nadere informatieInspectierapport Project A590. Tillen in de industrie
Inspectierapport Project A590 Tillen in de industrie Uitvoeringsperiode: april t/m juni 2003 Contactpersoon: Mw. Y.A.J. Montforts Tel. 0475-356603 Den Haag, 23 mei 2004 Inhoudsopgave Samenvatting... 3
Nadere informatiePROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT HOGER ONDERWIJS A773
PROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT HOGER ONDERWIJS A773 1 0 colofon Arbeidsinspectie, Den Haag 4 april 2007 Projectverslag status Projectnummer: concept A773 Looptijd project: maart 2006 t/m november 2006
Nadere informatieEen introductie op de Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E)
Een introductie op de Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) WHITEPAPER Een introductie op de Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) 2 Wettelijk kader De Arbowet stelt een Risico Inventarisatie &
Nadere informatieGezond. veilig werken. Sectoraanpak Zorg en Welzijn 2012-2015. dát maakt zorg beter
Gezond veilig werken Sectoraanpak Zorg en Welzijn 2012-2015 dát maakt zorg beter De Inspectie SZW werkt samen aan eerlijk, gezond en veilig werk en bestaanszekerheid voor iedereen Voor mensen die met heel
Nadere informatieInhoud 1 REGELGEVING ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN 1
Inhoud Woord vooraf Lijst van afkortingen V VII 1 REGELGEVING ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN 1 1.1 Inleiding 2 1.1.1 Waarom zorg voor arbeidsomstandigheden? 2 1.1.2 Financieel-economische motieven 2 1.1.3 Bedrijfsvoeringsmotieven
Nadere informatiearboregelgeving Informatiebron Arbo-aspecten bij het gebruiken van biomassa voor energie-opwekking arbowet
Informatiebron Arbo-aspecten bij het gebruiken van biomassa voor energie-opwekking arbo-regelgeving Arbowet De regelgeving op het gebied van arbeidsomstandigheden is vastgelegd in de Arbeidsomstandighedenwet,
Nadere informatieProjectverslag. Vakantiewerk Arbeidsinspectie Den Haag
Projectverslag Vakantiewerk 2004 Arbeidsinspectie Den Haag 3 december 2004 Vakantiewerk 2004 Voorwoord De arbeidsomstandigheden van vakantiewerkers staan de laatste jaren prominent in de schijnwerpers.
Nadere informatieMinisterie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Arbeidsinspectie
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Arbeidsinspectie EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT INSPECTIEDIENSTEN Den Haag september 2003 COLOFON / PROJECTINFORMATIE Naam: Projectnummer: Inspectieproject
Nadere informatieProtocol voor het handelen bij ongevallen
Protocol voor het handelen bij ongevallen Maart 2016 Op grond van de Arbeidsomstandighedenwet, kortweg de Arbowet, is de werkgever verplicht om ongevallen op te nemen in een ongevallenregister en ernstige
Nadere informatieWerkdruk, Agressie en Geweld in Zorg & Welzijn Inspecties in ziekenhuizen, opvanghuizen en asielzoekerscentra
Werkdruk, Agressie en Geweld in Zorg & Welzijn Inspecties in ziekenhuizen, opvanghuizen en asielzoekerscentra Aanleiding Psychosociale arbeidsbelasting (PSA) is al jaren een van de grootste arbeidsrisico
Nadere informatieDE OPDRACHTGEVER IN HET BOUWPROCES
DE OPDRACHTGEVER IN HET BOUWPROCES VERSLAG VAN PROJECT A455 ARBEIDSINSPECTIE MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Eindverslag van project A455 DE OPDRACHTGEVER IN HET BOUWPROCES Maart 2002 drs.
Nadere informatieBasisinspectiemodule Agressie & Geweld
Basisinspectiemodule Agressie & Geweld Deze BasisInspectieModule (BIM) is opgesteld aan de hand van de stand der wetenschap en professionele dienstverlening en is geschreven voor intern gebruik bij de
Nadere informatieArbo wet maatwerk in bedrijfshulpverlening. door: Willem van Vianen
Arbo wet 2007 maatwerk in bedrijfshulpverlening door: Willem van Vianen 1 Programma: Arbowet 2007 (voornaamste wijzigingen) Risico inventarisatie en -evaluatie (RI&E) Bedrijfshulpverlening 2 Arbowet 2007
Nadere informatieARBOCATALOGUS SCHOONMAAK- EN GLAZENWASSERSBRANCHE
ARBOCATALOGUS SCHOONMAAK- EN GLAZENWASSERSBRANCHE 2 1. ALGEMEEN ARBOBELEID 1.1 Voorlichting, instructie en onderricht 1.2 Voorkomen psychisch verzuim 1.3 RI&E 1.4 Voorkomen en bestrijden ongewenst gedrag
Nadere informatieDe ri&e en het plan van aanpak
De ri&e en het plan van aanpak Door: Jaap Bijl (Bijl Opleiding en Advies) 0. Inhoud 1. Samenvatting 2. Wettelijke grondslag 3. Wat is een ri&e en pva? 4. Waarom een ri&e? 5. Waar leidt een ri&e toe? 6.
Nadere informatieREACH en ARBO Hoe implementeer ik REACH in arbeidsomstandigheden? Diana Martens Projectleider Renske Beetstra Specialist Diana Martens, Inspectie SZW
REACH en ARBO Hoe implementeer ik REACH in arbeidsomstandigheden? Diana Martens Projectleider Renske Beetstra Specialist Inhoud 1. Verplichtingen REACH Eindgebruiker 2. Relatie REACH en ARBO-wetgeving
Nadere informatieEindverslag project aardolie, chemie, kunststof en rubber (ACKR) 2001 Projectnummer A465
31-7-02 Eindverslag project aardolie, chemie, kunststof en rubber (ACKR) 2001 Projectnummer A465 Deelprojecten: rubber overige productie kunststof farmaceutische industrie kunststofindustrie chemie overig
Nadere informatieRapport Inspectie Arbeidsomstandigheden
Rapport Inspectie Arbeidsomstandigheden School: PCSS voor basisonderwijs De Arend Vestiging: Nunspeet Beschrijving: Protestants Christelijk Speciale School voor Basisonderwijs Onderzoek: drs. P.A. de Kloe
Nadere informatieVoorlichting, onderricht & Toezicht
Interne instructie Arbeidsinspectie Voorlichting, onderricht & Toezicht INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 2. AANPAK 2.1 Wettelijke grondslag 2.2 Inspectie 2.3 Handhaving 3. SCHEMA STAPPEN BIJ HANDHAVING Vastgesteld
Nadere informatieGeachte., Deze overtredingen worden hieronder nader toegelicht: Psychosociale arbeidsbelasting: Werkdruk:
Geachte., In de periode Juni t/m Augustus 2013 is er een klacht over arbeidsomstandigheden onderzocht in uw onderneming. Het onderzoek is uitgevoerd in zowel het distributiecentrum (DC) als in enkele filialen.
Nadere informatieHelger Siegert. Agenda
Stand van Zaken Arbeidsomstandigheden www.molens.nl en www.molen.pagina.nl Helger Siegert 1 Agenda Introductie Uitgangspunten Veranderingen in de wet Discussie 2 1 Arbeidsomstandigheden Wat is aandacht
Nadere informatieInspectie- en monitoringproject Kantoorwerk. Projectrapportage A645
Inspectie- en monitoringproject Kantoorwerk Projectrapportage A645 Projectrapportage Inspectie- en monitoringproject Kantoorwerk A645 Arbeidsinspectie 2006 Colofon: Arbeidsinspectie, Den Haag juli 2006
Nadere informatieBijeenkomst Platform voor ondernemingsraden in de Zorg
Bijeenkomst Platform voor ondernemingsraden in de Zorg 9 december 2015 Maria Breas Inspectie SZW Wat doet Inspectie SZW? De Inspectie SZW werkt aan: eerlijk werk, gezond en veilig werk en bestaanszekerheid
Nadere informatiePRAKTISCHE INSTRUMENTEN VOOR ARBORISICO S IN DE GRAFIMEDIA. RI&E Risico-inventarisatie en -evaluatie is wettelijk verplicht
PRAKTISCHE INSTRUMENTEN VOOR ARBORISICO S IN DE GRAFIMEDIA RI&E Risico-inventarisatie en -evaluatie is wettelijk verplicht PRAKTISCHE INSTRUMENTEN VOOR ARBORISICO S IN DE GRAFIMEDIA Ondernemers in de Grafimedia,
Nadere informatie2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE
> Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333
Nadere informatieAansluitend is er op 27 januari 2014 een afrondend gesprek gevoerd met,,, en.
Drie medewerkers in de executieve dienst en twee medewerkers van de afdeling MSO van Bureau Scheveningen. Vier medewerkers in de executieve dienst en drie medewerker van de afdeling Intake & Service van
Nadere informatieBetrekken medewerkers bij de uitvoering van de RI&E.
Betrekken medewerkers bij de uitvoering van de RI&E. Medewerkers zijn een belangrijke bron van informatie over veiligheid en gezondheid op het werk. Zij hebben belang bij veilige en gezonde werkomstandigheden
Nadere informatieEindverslag. Project Onderhoudsstops Projectnummer: A448
Eindverslag Project Onderhoudsstops 2000 Projectnummer: A448 Definitief versie 10 augustus 2001 Hoofdconclusie: De arbeidstijden tijdens onderhoudsstops leiden over het algemeen tot een flink aantal overschrijdingen
Nadere informatieARBOCATALOGUS PKGV- INDUSTRIE De arbocatalogus PKGV- industrie is een in fasen ontwikkelde catalogus die beheerd wordt door het Verbond Papier- en
2007 ARBOCATALOGUS PKGV- INDUSTRIE De arbocatalogus PKGV- industrie is een in fasen ontwikkelde catalogus die beheerd wordt door het Verbond Papier- en Kartonproducerende en - verwerkende industrieën.
Nadere informatieDeze opleiding is voor schoonmaakmedewerkers, zowel in dienst van een schoonmaakbedrijf als medewerkers uit een "eigen-dienst- situatie".
Basismodule schoonmaakonderhoud. Deze opleiding is voor schoonmaakmedewerkers, zowel in dienst van een schoonmaakbedrijf als medewerkers uit een "eigen-dienst- situatie". Werkwijze en toepassing van het
Nadere informatieVeilig werken met Gevaarlijke Stoffen
Pagina: 1 / 8 Veilig werken met Gevaarlijke Stoffen Checklist voor leidinggevenden In een Universitair Medisch Centrum wordt veel gewerkt met gevaarlijke stoffen. Als vuistregel geldt dat een gevaarlijke
Nadere informatieAansluitend is er op 27 januari 2014 een afrondend gesprek gevoerd met,,, d en.
Drie medewerkers in de executieve dienst en twee medewerkers van de afdeling MSO van Bureau Scheveningen. Vier medewerkers in de executieve dienst en drie medewerker van de afdeling Intake & Service van
Nadere informatieLet op je lijf! Zo werk je prettiger!
Let op je lijf! Zo werk je prettiger! Tillen, draaien, bukken, kracht zetten. Werken in de schoonmaak kan best zwaar zijn. Dat is op zich niet zo erg. Als je het maar op een gezonde manier doet. En gezond
Nadere informatieCampagne Tillen in de industrie 2003
Campagne Tillen in de industrie 2003 De Arbeidsinspectie gaat dit jaar een campagne voeren gericht op fysieke belasting. In de maanden april t/m juni 2003 zal in een aantal bedrijfstakken het onderwerp
Nadere informatieDe doelstellingen van de Arbowet zijn: het verbeteren van de veiligheid en gezondheid van medewerkers
1. Wetgeving 1.1 Arbowet In januari 2007 is de Arbowet 2007 van kracht geworden. Het begrip Arbo staat voor Arbeidsomstandigheden en heeft betrekking op Veiligheid, Gezondheid en Welzijn (VGW). De Arbowet
Nadere informatieProjectrapportage Inspectieproject Gehandicaptenzorg
Projectrapportage Inspectieproject Gehandicaptenzorg Projectrapportage Inspectieproject Gehandicaptenzorg Inhoudsopgave Voorwoord 1 Samenvatting 2 Aanleiding, doelstellingen en opzet van het project 3
Nadere informatie