Derde Nota van Inlichtingen 25 juni 2013

Transcriptie

1 Aanbesteding openbaar vervoer provincie Noord-Brabant Derde Nota van Inlichtingen Concessie West-Brabant en Concessie Oost-Brabant 25 juni 2013 Mededelingen nummer artikel betreft Mededeling a b Station Breda OVchipkaartd ata Een nieuwe maatvoeringstekening van het nieuwe busstation in de OV terminal in Breda is bij deze Derde Nota van Inlichtingen gevoegd (bijlage C.1). Voor de volledigheid wijst de Provincie op het feit dat de aangeleverde OVchipkaartdata de tijden in UTC-format bevatten. Antwoorden op vragen uit de Eerste en Tweede Nota van Inlichtingen Datum Vraag Perceel Deel bestek Hoofdstuk Artikel Pagina Onderwerp Vraag van Inschrijver Antwoord Provincie b Beide C C.08 C Overgang abonnementen De huidige en de nieuwe concessiehouders maken zelf afspraken over de verrekening van abonnementen. Deze afspraken worden aan de provincie ter goedkeuring voorgelegd. Indien partijen er niet uitkomen zal de provincie een bemiddelende rol spelen. Bij de huidige concessies is de provincie opbrengstverantwoordelijk. Feitelijk zou de nieuwe concessiehouder dus met de provincie afspraken moeten maken over de verrekening van abonnementen. Wilt u dit als zodanig wijzigen in het bestek? De nieuwe Concessiehouder zal met de Provincie afspraken moeten maken over de verrekening. De basis voor de manier waarop de verrekeningen plaats vinden is opgenomen in de bijgevoegde bijlage C b Beide C C.08 C Overgang abonnementen Bij de verrekening van abonnementen bij ingang van concessie is voorstel gegadigde dat deze verrekening plaatsvindt naar rato van het aantal niet verstreken reisdagen op het moment dat de concessie aanvangt b Beide D D.19 D.19.1.a Personeelsopgave Veolia Kunt u aangeven of er ook monteurs behoren tot het indirect personeel en zo ja, het daarbij behorend aantal fte? Zie de bijlage (C.2) die is bijgevoegd bij het antwoord op vraag 80b. De door de Provincie aangestelde onafhankelijke deskundige heeft deze vraag opnieuw neergelegd bij de huidige concessiehouders. Volgens de huidige concessiehouders zijn zij niet verplicht om deze gegevens te verstrekken. De Provincie heeft vervolgens de huidige concessiehouders nogmaals verzocht om deze informatie beschikbaar te stellen. Arriva stelt hierop: Per peildatum 1 juni 2012 zijn 7,64 FTE's werkzaam als monteur in de concessies Meierij en Oost-Brabant. In de gewaarmerkte personeelsopgave van oktober 2012 zijn deze gegevens reeds verwerkt. Van Veolia heeft de Provincie nog geen reactie op dit hernieuwde verzoek ontvangen. De eerdere reactie van Veolia is bijgevoegd (bijlage C.3). Zodra de Provincie gegevens van Veolia ontvangt worden deze alsnog gepubliceerd. 1 1 van 19

2 b Beide E E.03 E Aantal DRU huidige dienstregeling Voor optie huidige dienstregeling moet ook het aantal DRU s worden ingevuld. In bijlage C.4 van deze Derde Nota van Inlichtingen is een calculatie te vinden Dat aantal DRU s moet in principe voor iedere inschrijver gelijk zijn. Wat doet van het aantal dienstregelinguren (DRU) per lijn in de Optie Huidige de Provincie als er verschillen in aantal DRU s zijn bij Inschrijvers? Dit heeft nl. Dienstregeling. ook invloed op de prijs, en daarmee op de gunningspunten. Deze DRU-calculatie dient louter en alleen voor het bepalen van het aantal DRU s in de Optie Huidige Dienstregeling t.b.v. het calculeren van de meer- /minderwerkprijzen per dienstregelinguur. Inschrijvers dienen in hun Inschrijving uit te gaan van het aantal DRU s zoals weergegeven in deze bijlage, met uitzondering van die lijnen waar expliciet vermeld staat dat het aantal DRU s mag afwijken a beide I I.10 Algeme en Opbrengsten Kunt u inzage bieden in de verkoopcijfers van het Brabantvrij product voor 16- en 17-jarige van start verkoop tot inleveren offerte? a West C C.02 C Huurcontract In artikel C2.12 staat dat het huurcontract bij de Eerste Nota van Inlichtingen wordt geleverd. Op dit moment ontbreekt het huurcontract voor informatieloket in Breda. Omwille van de calculatie willen wij zsm beschikken over het contract. Wanneer de gevraaagde informatie niet tijdig wordt verstrekt heeft dat consequenties voor de planning van de procedure en a Beide C C.07 C Het Nieuwe Rijden Hoeveel (percentage) chauffeurs uit het huidige chauffeurscorps hebben per december 2014 een Code-95 opleiding gehad, en hoeveel chauffeurs hebben hiervoor een MBO-diploma ontvangen? De DRU-calculatie heeft geen invloed op de te rijden dienstregeling. Indien de Optie Huidige Dienstregeling wordt gelicht, dient de dienstregeling te worden geëxploiteerd zoals beschreven in Bijlage D.9 bij het Bestek (zie bijlage C14), ook als het aantal DRU s in deze DRU-calculatie blijkt af te wijken van het aantal DRU s in de te rijden dienstregeling. Indien u vragen heeft over de DRU-calculatie of meent dat (onderdelen van) de DRU-calculatie niet correct is / zijn, verzoekt de Provincie u uw vragen of opmerkingen zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk op 10 juli 2013 om 12:00 kenbaar te maken aan de Provincie via OVaanbesteding@brabant.nl. Indien de binnengekomen vragen of opmerkingen aanleiding geven om de DRUcalculatie te herzien zal de Provincie zo spoedig mogelijk een nieuwe versie van de DRU-calculatie publiceren. De laatst gepubliceerde versie van de DRUcalculatie zal na gunning van de Concessie gebruikt worden voor het berekenen van de meer-/minderwerkprijs conform bepaling E.3.3 tot en met E.3.5 in het Bestek, ook als blijkt dat deze afwijkt van het werkelijke aantal DRU s in de Dienstregeling. Op dit moment heeft de Provincie alleen informatie over de omvang van de verkoop van het Brabant Vrij product 16- en 17-jarigen via de POST van Veolia over april De omzet (inclusief BTW) volgens opgave van Veolia was over april 2013: West-Brabant 3.186,30 en Midden-Brabant 2.042,50. Van de overige verkoopkanalen zoals die van Arriva, CCV en van de 'productowner Connexxion' is nog geen informatie beschikbaar, maar de Provincie zal de dan beschikbare gegevens alsnog bij de Vierde Nota van Inlichtingen beschikbaar stellen. Zodra de Provincie de concept-huurovereenkomst van de NS heeft ontvangen, zal deze worden gepubliceerd. De door de Provincie aangestelde onafhankelijke deskunige voor de personeelsopgave heeft deze vraag voorgelegd aan de huidige concessiehouders. Arriva stelt hierover:"naar verwachting zal ca. 85% van de huidige chauffeurs in december 2014 het verplichte aantal uren nascholing hebben gevolgd." Het antwoord van Veolia is in de Tweede Nota van Inlichtingen opgenomen a Beide C C.08 C Opleiding chauffeurs Hoeveel (percentage) chauffeurs uit het huidige chauffeurscorps hebben per december 2014 een EHBO-diploma en/of een diploma levensreddend handelen? a Beide C C.09 C Restitutie In C.9.23 lezen wij dat er bij informatie- en verkooploketten teveel afgeschreven saldo moet worden terugbetaald (6e bullit). Om een goede inschatting te maken van de huidige opbrengsten en dus ook de kosten die gemoeid zijn met restitutie, wensen wij inzage in de restitutiebedragen die de Beide C C.10 nvt 71 Gezamenlijke acties Voor een level playing field is het van belang dat alle inschrijvers nu al inzage hebben in alle beschikbare informatie met betrekking tot de marketingstrategie (goed bezig bus), het promotieplan, pilots met integrale lijnmarketing en eventuele resultaten. Kunt u deze zo spoedig mogelijk beschikbaar stellen? De door de Provincie aangestelde onafhankelijke deskundige voor de personeelsopgave heeft deze vraag aan beide huidige concessiehouders voorgelegd. Arriva stelt hierover: "Conform de Wp2000 dient een opgave te worden gedaan per peildatum met een doorkijk naar datum overgang. Van de huidige chauffeurs is 3,2% in het bezit van een EHBO diploma en 0,84% in het bezit van een diploma levensreddend handelen. Naar verwachting ligt dit percentage in december 2014 iets lager.". Het antwoord van Veolia is in de Tweede Nota van Inlichtingen opgenomen. Arriva antwoordt als volgt: "2011: en 2012: ". In aanvulling op de informatie die bij de Tweede Nota van Inlichtingen is toegezonden (Bijlage 5) voegt de Provincie de beschikbare interne evaluaties van de verschillende marketingacties bij deze Derde Nota van Inlichtingen (bijlage C.5). 2 2 van 19

3 a Beide D D.19 Personeelsopgave Veolia In de Personeelsopgave van Veolia is de leeftijdsverdeling en de verdeling van de lengte van het dienstverband van het directe personeel voor Midden- Brabant indentiek aan die voor West-Brabant en de Brabantliner. Dit geldt ook voor de gemiddelde loonkosten, het ziekteverzuim en de verhouding tussen de pensioenregelingen. Het lijkt er dus op dat beide concessiegebieden alleen zijn verdeeld op basis van personeelsaantallen en niet op basis van personeelsdata. Omdat concessiegebied Midden een substantieel aandeel is van de aanbesteding en mogelijk in de toekomst aan een andere vervoerder wordt gegund dan West-Brabant, ontvangen wij graag nieuwe opgaven die voor beide concessies gebaseerd zijn op de medewerkers die voor die betreffende concessie werkzaam zijn a Beide G G.05 G Gevraagde exploitatiesubsidie Klopt het dat de indexatie van de DRU-prijs gebeurt op basis van de methode zoals beschreven in het rapport Methodiek voor het volgen van de kostenontwikkelingen in het openbaar vervoer; update 2012 dat door NEA is uitgebracht in augustus 2012? De door de Provincie aangestelde onafhankelijke deskundige voor de personeelsopgave heeft deze vraag voorgelegd aan Veolia. Bijgevoegd is de reactie van Veolia (C.3). Nee. De op het moment van toepassen van de Index door het ROVB (of diens opvolger) vastgestelde landelijke OV-index (of diens landelijk geaccepteerde opvolger) wordt gebruikt. De tekst in artikel E.3.15 vanaf "Indien gedurende de looptijd van de Concessie een nieuwe landelijke (OV-)index wordt ontwikkeld, zal de Provincie die nieuwe landelijke index toepassen, tenzij de Concessiehouder aannemelijk maakt dat toepassing van die nieuwe index in de gegeven omstandigheden onredelijk zou zijn" vervangt de Provincie door: "Indien gedurende de looptijd van de Concessie een nieuwe landelijke (OV-)index wordt ontwikkeld, zal de Provincie die nieuwe landelijke index toepassen vanaf het moment dat deze is vastgesteld" a Beide NvI 1 vraag Aanvullende bedrijfsregelingen Arriva In de aanvullende bedrijfsregelingen van Arriva zijn nog steeds een aantal De door de Provincie aangestelde onafhankelijke deskundige voor de ontbrekende items die een grote impact hebben op de personeelskosten. personeelsopgave heeft deze informatie nogmaals opgevraagd bij Arriva. Pagina 4 punt 8: op en afstaptijden: Er wordt een methodiek beschreven maar de werkelijk gehanteerde op en afstaptijden per concessie en/of vestiging ontbreken. Pagina 4 punt 9: Bruto/netto pauzes: Er wordt gesproken over de OR-tijden, maar deze zijn niet toegevoegd. Ook de lokale afspraken over looptijd en op-/afrijtijd zijn niet toegevoegd. Graag willen wij deze alsnog ontvangen. Zonder deze afspraken is niet mogelijk om chauffeurskosten goed Antwoorden op vragen uit de Derde Nota van Inlichtingen Beide B B01 B.1 13 Aantal zaterdagen In het PvE staan Koninginnedag en Hemelvaartsdag als een zaterdag genoemd, maar in het gestandaardiseerd kalenderjaar staan maar 52 zaterdagen. Kunt u dit aanpassen of nader specificeren? Het aantal zaterdagen in het Gestandaardiseerd kalenderjaar wordt gewijzigd in 54. Het aantal zondagen wordt van 58 teruggebracht naar Beide C 1 C Werkbudget ontwikkelteam Wij begrijpen uw antwoord op de vraag met nummer 251 van de 2e N.v.I. Echter menen wij dat in geval er werkbudget over is dat ieder der partijen die budget inbrengt dat ook weer terug krijgt. Niet zoals wij nu uit uw antwoord interpreteren dat de provincie het gehele budget dan opeist. Deelt u onze mening? Nee, de Provincie deelt uw mening niet. In het antwoord op vraag 251 is aangegeven, dat de Provincie het werkbudget beschikbaar stelt met een specifiek doel. Wordt het budget niet uitgegeven aan dat doel, dan vloeit het terug naar de Provincie, tenzij Provincie en Concessiehouder tijdens de looptijd van de Concessie hier aparte overeenstemming over bereiken Beide C C02 C02.8 haltepalen De concessie houder is verantwoordelijk voor de plaatsing en beheer van de haltepalen. Betekent dit dat de huidige concessiehouders zullen garanderen, dat alle huidige haltes, waar geen abri staat, voorzien zullen zijn van haltepalen op het moment van afloop van de huidige concessies? Zo nee, kan de provincie instemmen met een verrekening beding met huidige concessiehouders? Het valt onder de verantwoordelijkheid van de Concessiehouder om erop toe te zien dat de huidige haltes op het moment van concessieovergang zijn voorzien van haltepalen. Het staat de Concessiehouder vrij daarover garanties te vragen van de huidige concessiehouder(s). Het is de Provincie niet geheel duidelijk wat u bedoelt met het laatste deel van uw vraag. Indien u wilt weten of het de Concessiehouder is toegestaan om met de huidige concessiehouders een verrekeningsbeding af te spreken: de Provincie speelt bij dergelijke afspraken geen rol. Overigens verwijst de Provincie ten aanzien van de eigendom van de haltepalen naar het antwoord op vraag 32 in de Eerste Nota van Inlichtingen. 3 3 van 19

4 West C C2 C Pauzelocatie Oosterhout U geeft in aanloop naar dit artikel aan het belangrijk te vinden dat op strategische locaties de huidige voorzieningen beschikbaar blijven in de concessie. De gemeente Oosterhout is bezig met herontwikkeling van het busstation in Oosterhout (de Leysenhoek waar u in de nieuwe concessie de gezamenlijke OV-bundel laat eindigen) en heeft in de ontwerptekeningen geen pauzelocatie opgenomen en is ook niet voornemens dat te doen. Bent u bereid afgaande op uw eerdere opmerking om bij de gemeente Oosterhout alsnog te bewerkstellingen dat op deze strategische locatie (drukste knooppunt zonder NS-station) een pauzelocatie beschikbaar blijft? Zo nee, waarom niet? Hiertoe zijn wij niet bereid. Het is aan de Concessiehouder om hier eventueel een pauzelocatie te organiseren Beide C C.03 C Tijdblokken In hoofdstuk C stelt u op pg. 35 bij (*) dat er ' tenminste één Rit in de drukste richting tussen 6:30 en 7:00 uur dient aan te komen op het eindpunt.' In Bijlage D.8.1 stelt u onder het kopje 'Eerste en laatste ritten' dat er een rit vóór 7:00 uur op het eindpunt dient aan te komen. Een rit die een uurdienst rijdt en bijvoorbeeld om 6:23 en 7.23 uur aankomt op het eindpunt, voldoet wel aan Bijlage 8, maar niet aan Hoofdstuk C. We gaan ervan uit dat Bijlage 8 leidend is, kunt u dat bevestigen? Dat bevestigt de Provincie Beide C C.03 C Tijdblokken In hoofdstuk C stelt u op pg. 35 bij (**) dat er ' tenminste één Rit in de drukste richting tussen 18:00 en 18:30 uur dient te vertrekken op het beginpunt.' In Bijlage D.8.1 stelt u onder het kopje 'Eerste en laatste ritten' dat er een rit ná 18:00 uur op het beginpunt dient te vertrekken. Een rit die bijvoorbeeld om 18:43 uur vertrekt op het beginpunt, voldoet wel aan Bijlage 8, maar niet aan Hoofdstuk C. We gaan ervan uit dat Bijlage 8 leidend is, kunt u dat bevestigen? Beide C - PvE Eisen milieuprest atie materieel C..5.3 & C Leeftijd Zero emissie voertuigen In artikel C.5.3. beperkt u de leeftijd van bussen tot max. 12 jaar. Daarnaast geeft u in artikel C.5.6. aan dat de leeftijdseisen zoals gesteld in C.5.6 (versterkingsritten) niet gelden voor Zero emissie voertuigen. Is het juist dat u, voor bijvoorbeeld ombouw van bestaande bussen naar zero emissie, aan deze bussen geen maximale leeftijdgrens van 12 jaar stelt? Dat bevestigt de Provincie. Dat is niet juist. Artikel C.5.3 geldt wel degelijk voor Zero emissie voertuigen. De leeftijdsgrens voor Zero emissie voertuigen is dus maximaal 12 jaar (gerekend vanaf datum eerste toelating/oorspronkelijk bouwjaar). NB: Dat geldt ook voor Zero emissie versterkingsbussen Beide C C.06 c Materieel U schrijft 'alle Auto's'. Bedoelt u hiermee ook auto's van de vervoerder die Nee, auto's / dienstauto's die niet ingezet worden ten behoeve van het voor andere doeleinden worden gebruikt dan het vervoeren van reizigers zoals vervoeren van Reizigers vallen hier niet onder. Aan auto's / dienstauto's (die bijvoorbeeld dienstauto's? niet ingezet worden ten behoeve van het vervoeren van Reizigers) worden door de Provincie geen eisen gesteld Beide C C.06 C Huisstijl materieel Op alle zijden van het Materieel staat het logo van de Concessiehouder'. In het huisstijlhandboek, bijlage D15, zien wij geen ruimte voor het logo van Concessiehouder op de voorzijde van de Brabantliner en de Volans. Kunt u aangeven waar wij ons logo op de voorzijde van deze bussen moeten plaatsen? De Provincie past de betreffende zin in C.6.19 als volgt aan: "Op de zijkanten (flanken) en de achterzijde van het Materieel staat het logo van de Concessiehouder". 4 4 van 19

5 Beide C C.08 C SOV De eerste geluiden van het Bos-onderzoek zijn dat er voor Brabant een verwachte SOV-opbrengstendaling van ruim 13,5% inzit. Deze aangepaste inkomsten, welke voor de huidige concessies Noord-Brabant worden ingeschat op circa 3,5-4 miljoen verlaging, worden per doorgevoerd. Hoe wilt u met deze verwachte daling omgaan in uw bestek en dan specifiek het kernnetwerk? Allereerst: uit recente gegevens is gebleken dat de Reizigersopbrengsten over 2012 ongeveer EUR 1 miljoen hoger zijn dan in het Bestek is aangegeven. Bijgevoegd is een gewijzigd overzicht van de Reizigersopbrengsten 2012 (bijlage C.6). Indien daadwerkelijk (door de Concessiehouder deugdelijk aangetoond en door de Provincie geverifieerd) een structurele daling van de SOV-opbrengsten in het betreffende Concessiegebied vanwege het door u genoemde BOSonderzoek zich voordoet, geldt het volgende: - de Provincie en de Concessiehouder treden met elkaar in overleg teneinde via o.a. tariefaanpassingen en/of netmanagement de Dienstregeling en/ of Tarieven met ingang van 1 januari 2015 aan te passen aan de nieuwe financiële kaders. NB: de exacte omvang van de door u verwachte daling is op dit moment nog niet bekend. Indien dit bedrag bekend is, zal het worden opgenomen in de Vierde Nota van Inlichtingen dan wel zo spoedig mogelijk bekend gemaakt worden. (Ten aanzien van eventuele verschuldigdheid van BTW over dit bedrag: zie E.3.18 Bestek). - indien en voorzover blijkt dat de hierboven genoemde mogelijke maatregelen niet of in onvoldoende mate compensatie bieden voor de daling van de SOVopbrengsten, is de Provincie bereid hiervoor een geldelijke compensatie te bieden. Die compensatie zal overigens nooit hoger zijn dan de daadwerkelijke daling van de SOV-opbrengsten in een jaar. De compensatie geldt in beginsel slechts voor het jaar 2015 (1 januari december 2015). Een compensatie voor het jaar 2015 vindt in beginsel plaats door middel van een verhoging van de Exploitatiebijdrage en zal worden uitbetaald in twaalf maandelijkse termijnen. - In principe is voor het jaar 2016 compensatie niet aan de orde, tenzij (door de Concessiehouder deugdelijk aangetoond en door de Provincie geverifieerd) de inkomstendaling SOV niet of in onvoldoende mate is/ kan worden opgevangen via de eerder genoemde/ genomen maatregelen. Dan zullen de Provincie en de Concessiehouder opnieuw in overleg treden teneinde via o.a. tariefaanpassingen en/of netmanagement de Dienstregeling en/ of Tarieven met ingang van 1 januari 2016 aan te passen aan de (nieuwe) financiële kaders. Ook in dit geval kan er nog sprake zijn van geldelijke compensatie in het jaar Ook dan geldt dat een compensatie nooit hoger zal zijn dan de daadwerkelijke daling van de SOV-opbrengsten in het betreffende jaar. Die compensatie geldt in beginsel dan slechts voor het jaar 2016 (1 januari december 2016). - Een geldelijke compensatie geldt in beginsel niet voor een systeemwijziging SOV bijvoorbeeld zoals genoemd in E.2.7 van het Bestek en evenmin voor een daling in verband met/ten gevolge van een eventueel volgend BOS-onderzoek. Tegenover deze bereidheid van de Provincie om de daling van SOV-inkomsten geldelijk te compenseren staat dat eventuele meevallende Reizigersopbrengsten over het jaar 2015 (en indien van toepassing: 2016) in mindering zullen worden gebracht op de door de Provincie te verstrekken compensatie(s). Als uitgangspunt gelden hierbij de Reizigersopbrengsten over 2012, zoals opgenomen in het Bestek. 5 5 van 19

6 Bijvoorbeeld: - Geschatte reizigersopbrengsten (exclusief SOV-inkomsten) voor het jaar 2015: EUR 30 miljoen (gebaseerd op reizigersopbrengsten 2012, zoals vermeld in het Bestek; voor dit voorbeeld afgerond op EUR 30 miljoen). - Daadwerkelijke reizigersopbrengsten (exclusief SOV-inkomsten) in het jaar 2015: EUR 32 miljoen (door Concessiehouder aan te tonen door middel van een accountantsverklaring; zie E.2.2 Bestek). - Daling SOV-inkomsten: EUR 3,5 miljoen (daling SOV-opbrengsten vanaf 1 januari 2014 ten opzichte van het huidige niveau). De hogere reizigersopbrengsten van 2 miljoen (32 miljoen - 30 miljoen) worden in dit geval in mindering gebracht op de compensatie. De compensatie bedraagt dan dus niet EUR 3,5 miljoen, maar EUR 1,5 miljoen. Indien de SOVinkomstendaling volledig wordt gecompenseerd door een stijging van de reizigersopbrengsten, zal de Provincie geen compensatie betalen. Let wel: bij uw Inschrijving dient u uit te gaan van de Reizigersopbrengsten en huidige SOV-opbrengsten als genoemd in (aangepaste) bijlage C.6. Na gunning zal bovenstaande van kracht zijn Beide C C08 C Beheertaak oplaadautomatten/service locaties Kan de concessieverlener aangeven welke kosten jaarlijks in 2012 gemoeid Nee. Zie hiervoor het antwoord op vraag 280 uit de Tweede Nota van gingen met 1. huidige contractwaarde SLA 82 apparaten. 2 Huidige kosten Inlichtingen. contract service winkeliers? Hoeveel transacties worden er jaarlijks gedaan op Het aantal transacties in 2012 bedroeg , waarvan deze 82 apparaten. afhaaltransacties Beide C C08 C NAL De Concessiehouder hanteert de National Action List (NAL). Concessiehouder dient er zorg voor te dragen dat de reiziger alle bestelde reisproducten en saldo op elk distributiepunt en in elke Bus kan ophalen. Is de NAL functionaliteit op dit moment beschikbaar op alle distributiepunten? Ja, de NAL functionaliteit is nu beschikbaar op alle distributiepunten Beide C C09 C Levering data aan derden U geeft aan dat de concessiehouder derden in staat stelt om reisinformatie aan reiziger te verstrekken. Kunt u bevestigen dat het het leveren van OpenData (NDOV) aan OpenData voldoende is om aan deze eis te voldoen? Nee, zie ook het antwoord op vraag 290 in de Tweede Nota van Inlichtingen Beide C C.09 C Reisinformatie Er staat geschreven dat reisinformatie toegankelijk moet zijn voor mensen met een functiebeperking. Tot de reisinformatie behoren ook de informatiepanelen op de haltepalen. Blindheid is ook een functiebeperking. Wilt u aangeven in hoeverre de informatie op de haltepalen toegankelijk gemaakt moet worden voor blinden? Nee, de informatie óp de haltepalen hoeft niet toegankelijk te zijn voor blinden. Deze informatie moet wél indien technisch haalbaar in gesproken vorm beschikbaar zijn voor blinden Beide C C09 C GOVI levering data Is het toegestaan om actuele reisinformatie aan de GOVI server via het landelijk reisinformatiesysteem aan te leveren? De Concessiehouder is vrij in de wijze waarop data aan GOVI worden aangeleverd, mits voldaan wordt aan de eisen hieromtrent in het Bestek, waaronder specifiek Bijlage D.16. De Concessiehouder is te allen tijde verantwoordelijk voor correcte aanlevering van data, ook als de aanlevering van deze data via servers van derden verloopt. 6 6 van 19

7 Beide C C.09 C Reisinformatie app De recent beschikbaar gekomen app Brabant OV voldoet ons insziens aan alle functionaliteiten die u hier beschrijft. Bent u in het kader van duurzaamheid (investering in ontwikkeling, investering in promotie richting reizigers) en het voorkomen van kapitaalvernietiging bereid om de functionaliteiten en achterliggende techniek ter beschikking te stellen aan de Concessiehouder? De Brabant OV app bestaat uit diverse componenten, waaronder een reisplanner. De reisplanner wordt geleverd door Go About. 0.) De data voor de app komen van de vervoerders. Het gaat hier in Noord- Brabant vooralsnog om de dienstregeling, maar de reisplanner zal naar verwachting najaar 2013 ook dynamische reisinformatie meenemen. 1.) Deze data zijn als "Open Data" voor de verschillende vervoerders verzameld door het ND-OV loket. 2.) Ook GOVI ontvangt data van de verschillende vervoerders, zij doet hier een kwaliteitsslag op en levert de data door naar belanghebbenden (vervoerders, decentrale overheden).. 3.) Go About gebruikt de beschikbare "Open Data" om in haar reisplanner een reisadvies samen te stellen. Dit advies wordt gegeven via een zg. "API" (interface) en in de app verwerkt Beide C C09 C Info op display's in de voertuigen Kunt u bevestigen dat het wel is toegestaan om voor de reiziger relevante mededelingen, zoals tariefwijzigingen, klantenservicenummer, huissregels, aanbiedingen en acties in het kader van OV te tonen op de display in de voertuigen? De software van Go About is geen eigendom van de Provincie. Er is een Service Level Agreement (SLA) afgesproken op basis van het aantal gegeven reisadviezen. Hierin draagt Go About zorg voor hosting, onderhoud en tweedelijns support van de reisplanner. Het contract met Go About is geldig tot ten minste 22 mei 2014 en kan daarna maandelijks worden verlengd. De Concessiehouder kan in de nieuwe Concessie in ten minste dezelfde positie treden als de Provincie. Daartoe heeft de Provincie een clausule in het dienstverleningscontract opgenomen. Het is aan de nieuwe Concessiehouder om hiervan wel of geen gebruik te maken. De Provincie heeft bijgedragen aan enkele voor haar relevante eenmalige aanpassingen en doorontwikkelingen van de Go About reisplanner en is voornemens dit ook komend jaar te doen. Naast de incidentele ontwikkelkosten die liggen tussen ad en euro per jaar, belopen de variabele kosten uit het SLA ongeveer euro per jaar. 4.) Moop bouwde voor de Provincie de BrabantOV app waarin o.a. deze reisplanner wordt gebruikt en gecombineerd met o.a. Brabants nieuws, Points of Interest, etc. De app is eigendom van de Provincie. Het beheer en onderhoud van de app is ondergebracht bij Moop Mobility, hiermee is nu jaarlijks ongeveer euro excl. BTW gemoeid. 5.) De reiziger kan reisadviezen opvragen via de app. Deze is inmiddels 3500 keer gedownload (stand van zaken per 21 juni, na 4 weken livegang). De wekelijkse aanwas ligt nu rond 150 downloads. De promotiecampagne voor de app loopt tot september. De verwachting is dat dan het streefgetal van 5000 downloads is bereikt. Het staat de Concessiehouder vrij om de samenwerking met beide organisaties wel of niet te continueren of andere oplossingen te vinden. Dat is toegestaan mits het eerste doel, informatie over de eerstvolgende haltes en actuele vertrektijden en overstapverbindigen, prioriteit krijgt in de weergave Beide C C09 C Paneel van abri's Kunt u bevestigen dat de informatiepanelen in abri's door de provincie zonder kosten ter beschikking worden gestelde aan Inschrijver om actuele informatieposters in te hangen? Nee. De Provincie kan toezeggen dat de informatiepanelen in abri's die in eigendom zijn van de Provincie zonder kosten ter beschikking worden gesteld om actuele informatieposters op te hangen. Voor de overige abri's verwijst de Provincie u door naar de betreffende wegbeheerder Beide C C.10 C Strategisch ontwikkelteam In het Strategisch ontwikkelteam wordt besloten welke gezamenlijke acties, activiteiten en/of producten over de gehele Provincie worden uitgevoerd.' In C.10 is de algemene gang van zaken beschreven tijdens de looptijd van de Concessie. Om te voorkomen dat 2015 uit oogpunt van Marketing verloren zou Daarentegen schrijft u voor in C.10.1 dat de Concessiehouder bij de uitvoering gaan, is gevraagd om een concrete uitwerking voor het eerste jaar van de van de Concessie al hetgeen hij in de Beschrijving Integrale Marketing en Concessie te maken. In C.10.3 is vastgelegd dat in de implementatiefase de Reisinformatie heeft aangeboden/beschreven daadwerkelijk realiseert. Dit lijkt Concessiehouder en Provincie het uitvoeringsplan marketing bespreken om de tegenstrijdig. Kunt u bevestigen dat de Concessiehouder het plan hij presenteert in de Beschrijving Integrale Marketing en Reisinformatie volledig uit kan voeren en daar vanuit het strategisch ontwikkelteam geen veto op kan komen? uitvoering te bespoedigen. Dan wordt ook bepaald wat de provinciale financiële bijdrage zal zijn voor In 2015 zal het strategisch Ontwikkelteam de integrale marketingstrategie voor 2016 e.v. bespreken, met als doel wederzijds overeenstemming te ontwikkelen. Een veto is in beginsel niet aan de orde, maar het in gezamenlijkheid tot de conclusie komen dat aanpassingen wenselijk zijn, behoort wel tot de mogelijkheden. 7 7 van 19

8 Beide C C10 71 Projectteams marketing en communicatie In de inleiding, alinea 2 geeft u aan dat er vanuit het Tactisch Ontwikkelteams indien nodig en gewenst projectteams marketing en promotie kunnen worden ingesteld. In C10.5 geeft u aan dat er vanuit het tactisch Ontwikkelteam een projectteam marketing en promotie wordt geformeerd. Is het ' kan indien wenselijk' (wens) of ' wordt' (eis)? Beide C C10 C Budget marketing U geeft bij opsommingsteken 2 aan dat het budget voor marketing jaarlijks minimaal gelijk moet blijven. U geeft aan dat de provincie jaarlijks zijn/haar budget marketingbudget in de provinciale begroting bepaalt. Waarom geeft u diezelfde vrijheid niet aan de inschrijver? Juist omdat de inschrijver opbrengstverantwoordelijk is mag worden uitgegaan van eigen belang/verantwoordelijkheid Beide C C10 C Strategisch Ontwikkelteam..worden op hoofdlijnen afspraken gemaakt zowel ten aanzien van marketing en promotie en uitgewerkt naar doelgroepen en lifestyles'. Taalkundig klopt deze zin niet, bij gebruik van het woord 'zowel' dient ook 'als' te worden gebruikt. Kunt u deze zin herformuleren zodat wij zeker weten waarover op hoofdlijnen afspraken worden gemaakt in het strategisch Ontwikkelteam Beide C C10 C Projectteams marketing en communicatie In de inleiding, alinea 2 geeft u aan dat er vanuit het Tactisch Ontwikkelteams indien nodig en gewenst projectteams marketing en promotie kunnen worden ingesteld. Per concessie moeten er minimaal 2 fte worden geleverd voor dit Ontwikkelteam excl 1 fte marcom. Valt de deelnemer aan het projectteam marketing en promotie onder die 2fte? Bv 1 fte marketing en promotie en 1 fte ' overig' in tactisch ontwikkel team Beide C C10 C Gespecialiseerd bureau U geeft aan dat de kosten van het externe bureau ten laste van het marketingbudget komen. Wij gaan ervan uit dat alleen de kosten van de overeengekomen acties/projecten/ adviesaanvragen ten laste komen van het budgetdeel van de inschrijver en de aanbesteder uit het marketingbudget. Klopt dat? Stel dat Inschrijver als opbrengstverantwoordelijke wel een bepaalde actie op een bepaalde wijze wil uitvoeren bv tegen advies van bureau/provincie dan is dit toch de verantwoordelijkheid van de opbrengstverantwoordelijke partij? Beide C C.10 C Extern adviesbureau uw antwoord op onze vraag in de 2e Nota van Inlichtingen anticipeert op de huidige concessies. In de uitvoering van deze concessie ligt de marketingtaak bij de overheid en niet bij de concessiehouders. Uw conclusie dat marketing niet meer vanzelfsprekend behoort tot de core-business van een vervoerder vinden wij in het licht van de huidige verhoudingen niet juist. Dat de aanbestedende dienst vindt dat aanvullende expertise noodzakelijk is voor de eigen organisatie mag geen onderdeel uitmaken van deze aanbesteding. Nu de vervoerder weer verantwoordelijk wordt voor de commercie betekent dat de vervoerder investeert in de marketingfunctie en daarbij behorende kwaliteiten. Wij vinden dat met de opstelling van de aanbestedende dienst nu geen recht wordt gedaan aan het vertrouwen dat noodzakelijk is voor de samenwerking tussen opdrachtgever en opdrachtnemer door op voorhand te verplichten een extern bureau in te huren. Wij vragen nogmaals in overweging te nemen om het besluit over het wel of niet inhuren van externe ondersteuning over te laten aan het ontwikkelteam Beide C C.10 C Beschikbaar marketingbudget Vanuit bestek en de nota's van inlichtingen die zijn gepubliceerd ontstaat er onduidelijkheid bij Inschrijver over Ad1: de hoogte van het marketingbudget, Ad2: de verdeling van het marketingbudget. Vraag 1. In de leidraad G, paragraaf G.5.3., pagina 41 schrijft u dat er beoordeeld wordt op een hogere investering in marketing/menskracht (meer dan de geeiste 0,5 miljoen per jaar). Waar in het PvE staat de eis geformuleerd? Vraag 2. Indien 0,5 miljoen correct is kunt u dan aangeven hoe dit bedrag is opgebouwd : bijdrage provincie versus bijdrage Inschrijver en voor een of beiden concessies? Vraag 3. Wij begrijpen dat dat uit het beschikbaar gestelde bedrag van de provincie geen reisinformatie bekostigd mag worden. Kunt u dit bevestigen? Vraag 4. Wij begrijpen dat uit het marketingbudget dat door de Inschrijver beschikbaar wordt gesteld wel reisinformatie bekostigd mag worden. Kunt u dit bevestigen? Het is een eis. De laatste zin van de 2e alinea C.10 Inleiding wordt als volgt aangepast: "Per concessie wordt vanuit het tactisch Ontwikkelteam een projectteam Marketing en promotie ingesteld." De Provincie eist inderdaad dat het marketingbudget van de Concessiehouder gelijk moet blijven tijdens de looptijd van de Concessie. De Provincie wil die inspanning ook leveren, doch formeel zijn Provinciale Staten bevoegd via vaststelling van de provinciale begroting om het budget vast te stellen. Het gaat de Provincie niet alleen om verhoging van opbrengsten maar ook om klanttevredenheid, een beter imago en meer gebruik van het Openbaar Vervoer als maatschappelijk doel. De zin is inderdaad niet helemaal goed geformuleerd. De tekst van C wordt als volgt aangepast: "In het strategisch Ontwikkelteam worden op hoofdlijnen afspraken gemaakt over de Provinciebrede activiteiten/projecten ten aanzien van Marketing en promotie inclusief uitwerkingen naar doelgroepen en lifestyles". Nee. In C.10.7 is vastgelegd dat de 1,0 fte senior voor Marketing en promotie bovenop de geëiste formatie ten behoeve van de Ontwikkelteams komt die in C.1.6 is vastgelegd. Ook in C.1.6. is expliciet aangegeven dat de 1,0 fte senior Marketing-/ communicatieadviseur niet is meegerekend bij de 2,0 fte voor het tactische en operationeel Ontwikkelteam. Het antwoord op beide vragen is: ja, dat klopt. Als de Concessiehouder op eigen kosten een bepaalde actie op een bepaalde wijze wil uitvoeren tegen het advies van het externe bureau of Provincie in, dan is dat mogelijk. De Provincie handhaaft de verplichting tot inhuur van een extern adviesbureau. De Provincie verwijst daarbij naar het antwoord op vraag 95 van de Eerste Nota van Inlichtingen. Vraag 1: In C.10.9 staat vermeld, dat de Provincie een bijdrage betaalt van maximaal 50% tot een hoogte van maximaal van de kosten van marketingacties waarover overeenstemming bestaat binnen het strategisch of tactisch Ontwikkelteam. De eventuele overige kosten zijn voor rekening van de Concessiehouder. In het Programma van Eisen is dus geen eis geformuleerd tot het inzetten van een hoger bedrag, maar is de maximale bijdrage van de Provincie vermeld. Zie ook onder E.6.2. Zoals uw vraag 1 is geformuleerd, betreft een hoger bedrag dus een wens. Vraag 2: het bedrag van 0,5 miljoen euro geldt per Concessie en is gelijk verdeeld over de Concessiehouder en Provincie (ieder ). Vragen 3 en 4: In C.9.3. is opgenomen dat de Concessiehouder jaarlijks aangeeft hoeveel budget er beschikbaar is voor reisinformatie. In algemene zin is het antwoord op vraag 3: Ja. Maar vanuit specifieke marketingacties kan de koppeling met reisinformatie relevant zijn. In die gevallen zal er overeenstemming moeten zijn binnen het marketing- en promotieteam als van de Provincie een bijdrage wordt verwacht. Met deze kanttekening is het antwoord op vraag 4: Nee. Voor het marketingbudget dat door de Concessiehouder ter beschikking wordt gesteld geldt hetzelfde als vermeld onder 3: het marketingbudget mag niet besteed worden aan reisinformatie, tenzij daarover overeenstemming wordt bereikt binnen het marketing- en promotieteam. 8 8 van 19

9 Beide C C10 C Marketing/promotie In uw bestek maakt u in beschrijvingen veelal onderscheid tussen marketing en promotie.in de definitielijst op pagina 14 omschrijft u promotie als 1 van de 5 p's van Intergrale Marketing. Mogen wij promotie lezen als 1 van de 5 P's van integrale marketing en die ook als zodanig beschrijven in onze plannen West/ Midden C C C.11 Sociale veiligheid Als onderdeel van het sociaal veiligheidsplan heeft de provincie camerasystemen aangeschaft. Zijn dit camerasystemen voor in het rijdend materieel? Zo nee, kunt u toelichten welke camerasystemen het betreft, waar ze staan en wie deze exploiteert?zo ja, hoeveel systemen betreft het, worden deze ter beschikking gesteld aan de nieuwe concessiehouder en wie exploiteert de systemen? Als de Provincie de systemen niet beheert kunt u dan aangeven wat de jaarlijkse onderhoud en beheerkosten zijn? Beide C Klachtenrapportage Om het netwerk en de dienstverlening mogelijk verder te verbeteren zouden wij graag de beschikking hebben over de klachtenrapportages over het jaar 2012/2013. Kunt u ons deze rapportages op lijnniveau verstrekken met daarin weergegeven het aantal klachten en de aard van de klachten? Beide C Klantgegevens Is er een database met klantgegevens beschikbaar die binnen de eisen van de Wet bescherming persoonsgegevens verstrekt kan worden aan Inschrijver voor en/of na inschrijving? Beide C MIPOV Kunt u over het jaar 2012 en 2013 tot nu toe de rapportages/gegevens uit de MIPOV verstrekken over alle elementen? In de MIPOV staat dat deze gegevens openbaar zijn? Ja. Promotie is één van de vijf P's van het marketingplan, zoals staat beschreven in de definitielijst (B.1). Ja. In de huidige concessie zijn alle Bussen uitgerust met camera's. Deze camera's zijn door de huidige Concessiehouder aangeschaft. Deze camera's worden niet ter beschikking gesteld aan de nieuwe Concessiehouder. De Concessiehouder exploiteert de systemen. De Provincie heeft geen inzicht in de jaarlijkse onderhouds- en beheerskosten. De gevraagde informatie is beschikbaar in bijlage C.7. Ja, de Provincie beschikt over een database met circa adressen voor de Nieuwsbrief Goed Bezig Bus. Tijdens de implementatiefase worden deze personen en organisaties benaderd met de vraag of hun adres doorgegeven mag worden aan de Concessiehouders. Na instemming worden deze gegevens aan de Concessiehouder beschikbaar gesteld. Bij deze Derde Nota van Inlichtingen heeft de Provincie de gegevens over Rituitval (bijlage C.8) en incidenten (bijlage C.9) toegevoegd. Voor andere MIPOV gegevens verwijst de Provincie naar de reeds eerder gepubliceerde bijlagen van het Bestek en de Nota's van Inlichtingen, waarin veel gegevens uit de MIPOV rapportages verwerkt zitten Beide C C12 C MIPOV U geeft bij opsommingsteken 4 aan dat per rit op leeftijd(scategorie) van de reiziger, de betaalde en gereisde kilometers, het reisproduct, de lijn, de in-en uitstaphaltes en de in-en uitchecktijden aangeleverd moeten kunnen worden. OV chipkaart transacties kennen geen leeftijdscategorien en verschil tussen betaalde en gereisde kilometers. Eventueel is het wel mogelijk een bepaald product aan een leeftijdscategorie te verknopen. Is dit wat u bedoeld? Oost Bijlage D D Lijn 99 Welke ritten worden gereden door de concessiehouder? Deze informatie is nodig in verband met het maken van omlopen voor bussen en diensten voor personeel. Omdat meerdere mogelijke inschrijvers wel over deze informatie beschikken, is er anders geen sprake van een level playing field Beide D D.08 Deel B 18 Eerste en laatste ritten U geeft een toelichting op bedieningseisen aan lijnen, waar doordeweeks het tijdblok 's avonds tot 0.00 uur doorloopt. Dat betreft slechts enkele lijnen. Op veel meer lijnen eist u alleen op zaterdagavond bediening tot 0.00 uur. Moet op die lijnen ook de laatste rit in de drukste richting na 0.00 uur van het beginpunt vertrekken? Of, als voorbeeld: voldoet een laatste rit op zaterdag van Tilburg CS vertrek 23:25 naar Hilvarenbeek aankomst 23:47 uur aan de eisen? Ja. Arriva antwoordt als volgt: "Dit verschilt per jaar en wordt jaarlijks afgestemd met Hermes, op basis van de dienstregeling en de omlopen". Overigens is een aangepaste bijlage D.7.2 (aanvullende voorwaarden lijn 99, zie bijlage C.10) bij deze Derde Nota van Inlichtingen gevoegd. De bepaling met betrekking tot een laatste Rit geldt alleen voor die Verbindingen waar dit staat gespecificeerd. Met uw voorbeeld voldoet u dus aan de eisen Oost D D.08 D H1 's-hertogenbosch - Waalwijk - Tilburg Bediening haltes Oost D D.08 D S4 Tilburg - Hilvarenbeek Bediening Speelland U schrijft voor de sneldienst en de semi-sneldienst H1 's-hertogenbosch - De huidige Dienstregeling wordt gehandhaafd. Dit betekent dat in de richting Waalwijk - Tilburg exact voor welke haltes deze lijnen moeten bedienen. 's-hertogenbosch de halte Blyde Incomstelaan in plaats van de halte Daaruit ontstaat het beeld dat u zoveel mogelijk wilt aansluiten bij de huidige Leeuwenbekstraat moet worden aangedaan. Bijlage D.8.2 wordt hierop dienstregeling. In de huidige dienstregeling wordt door lijn 300/301 de aangepast (zie bijlage C.11). voorgeschreven halte Waalwijk, Leeuwenbekstraat bediend, alleen in de richting Tilburg. In de andere richting wordt in plaats van deze halte de nabijgelegen halte Blyde Incomstelaan bediend. Is het inderdaad uw bedoeling dat dit t.o.v. de huidige praktijk gaat wijzigen? Volgens uw aanvullende voorwaarden bij verbinding S4 dient deze lijn de halte Speelland te bedienen, alleen tijdens de zomervakantie. Klopt onze veronderstelling dat we deze bediening kunnen beperken tot de openingsuren van deze attractie? Uw veronderstelling klopt. De Provincie zal dit nader specificeren in bijlage D.8.2 (zie bijlage C.11) West Bijlage D D Kaart route H4, H5, H6 Onder de kaart staat Loevensestraat. We nemen aan dat u bedoelt Loevesteinstraat? Waar kan gekeerd worden? De Provincie bedoelt inderdaad de Loevesteinstraat. Er is geen keermogelijkheid bij de Loevesteinstraat. De Verbindingen H4, H5 en H6 keren vanuit de Hogeschoollaan via de Molengracht (linksaf), Claudius Prinsenlaan, Verlengde Poolseweg, Molengracht terug naar de Hogeschoollaan. De halte Bijster wordt in een richting toegevoegd aan de haltelijst. Bijlage D.8.3 wordt hierop aangepast (zie bijlage C.12). 9 9 van 19

10 West D D Route H6 Naar onze mening zijn de routekaart H6 en de opsomming van de van De halten Sophiastraat en Nassausingel vervallen. Lijn H6 dient via de voorgeschreven halten nog steeds niet in overeenstemming met elkaar. In Vondellaan te rijden in Oosterhout en dient te halteren aan de Burgemeester onze offerte moeten wij uitgaan van het HOV-tracé, de tijdelijke route loopt via Holtroplaan. Verbinding H6 rijdt inderdaad via de Delpratsingel. Bijlage D.8.3 de Nieuwe Kadijk. Hoe past de bediening van de halte Sophiastraat en wordt hierop aangepast (zie bijlage C.12). Nassausingel hier in? (dit geldt ook bij H4 en H5). In onze beleving moeten deze halten worden verwijderd. In Oosterhout moet H6 via de Hildebrandlaan rijden, zonder dat daar een halte moet worden aangedaan. H6 komt dan wel langs de halte Burg. Holtroplaan maar die staat weer niet in de haltelijst opgenomen. Ons inziens moet of de Burg. Holtroplaan in de haltelijst worden opgenomen of kan de route beter buitenom de wijk worden gelegd, vanwege betere OV-infrastructuur. Tenslotte vragen wij ons af of de route tussen de binnenstad en OV-terminal van Breda wel goed staat weergegeven (dit geldt ook voor H4 en H5).In onze beleving rijden de bussen via de Delpratsingel van/naar de OV-terminal West Bijlage D D Gelijke intervallen Onderaan pagina 9 wordt gesproken over drie lijnen, maar alleen H6 en H7 worden benoemd. Wat is de derde lijn? Bedoeld wordt: op het gezamenlijke traject met H4 en H5. De derde lijn is dus H6 zelf West D D.08 D H8 Als verplichte route geeft u aan conform de huidige lijn 401. Wij nemen aan dat u lijn 400 bedoelt. Kunt u dit bevestigen? West D D.08 D H8 In Nieuwendijk wordt volgens de tabel medio 2013 een halte gerealiseerd. Inmiddels is het medio 2013, maar wij hebben nog geen halte of voorbereidende werkzaamheden daartoe kunnen constateren. Kunt u bevestigen dat deze halte wordt gerealiseerd? Zo ja, kunt u ons een tekening van het ontwerp doen toekomen, zodat we hier in ons dienstregelingontwerp rekening mee kunnen houden? Dat bevestigt de Provincie. Bijlage D.8.3 is hierop aangepast (zie bijlage C.12). De halte Nieuwendijk wordt dit jaar gerealiseerd. Bijgevoegd zijn de concept ontwerp-tekeningen van de halte Nieuwendijk Oost en de halte Nieuwendijk West (bijlage C.13) West D D.08 D H8 In de bijgevoegde dienstregeling van lijn 401 komt de halte Nieuwendijk voor. Deze halte wordt echter niet aangedaan. Kunt u aangeven waar we nu van uit moeten gaan? West D D.08 D H9 De huidige lijn 402 rijdt niet in de vakantieperioden. Dat is logisch omdat deze lijn met name scholieren trekt. Wij gaan ervan uit dat H9 niet in de vakanties hoeft te rijden. Kunt u dit bevestigen? West D D08 D.8.3 Verschrijving Elke zaterdag rijden tenminste 2 ritten vanuit Breda naar hieronder genoemde kernen. Wij nemen aan dat hiermee bedoeld wordt " hierboven genoemde kernen"? West D D.08 D S10 Lijn 117 kent in de huidige dienstregeling na geen ritten op het traject Breda - Zevenbergen. Deze ritten worden nu wel geëist tot uur. Aangezien er nu geen bezetting is, immers er rijden geen ritten, nemen wij aan dat dit een vergissing is en er 's avonds geen ritten hoeven te rijden. Ter aanvulling: De korte ritjes van de huidige lijn 117 betreffen feitelijk de eindlus van lijn 119, die nog wel in die periode rijdt. Kunt u bevestigen dat lijn 117 niet 's avonds van uur hoeft te rijden? West D D.08 D B3/B4 Op beide lijnen B3 en B4 eist u een rit na 00:00 uur vanaf Breda CS (ic de drukste richting). Is het toegestaan zo'n laatste rit op één van deze lijnen te bieden en als eindlus alle wijken te bedienen? De halte Nieuwendijk moet in beide richtingen door alle Ritten worden aangedaan in zowel het Kernnetwerk (verbindingen H7, H8 en H9) als in de optie Huidige Dienstregeling (lijnen 400, 401 en 402). Hiervoor is in de bestaande dienstregeling voldoende rijtijd ingebouwd. Dat bevestigt de Provincie. Bijlage D.8.3 is hierop aangepast (zie bijlage C.12). Uw aanname is correct. Bijlage D.8.3 is hierop aangepast (zie bijlage C.12). De Provincie handhaaft de huidige eisen. In de Ritten net na 18:00 in de huidige dienstregeling is de vervoervraag nog dusdanig hoog, dat deze Verbinding tijdens het uurblok van 18:00 tot 21:30 de normen van het Kernnetwerk haalt. Nee, dat is niet toegestaan West D D Nachtbus 54 Mogen wij aannemen daar waar 54 staat Nachtbus 53 wordt bedoeld? Ja, de Provincie bedoelt de huidige lijn 53. Om verwarring te voorkomen: dit betreft de lijn naar Haagse Beemden (De Donk), niet de voormalige lijn 53 naar Bavel. Bijlage D.8.3 is hierop aangepast (zie bijlage C.12) West D 9 1 In bijlage D.9 staat aangegeven er voor de optie huidige dienstregeling in West-Brabant een nachtlijn 54 moet worden geboden. In de bijgevoegde dienstregeling is geen Uitbus 54 opgenomen, wel een Uitbus 53. Is de aanname juist dat lijn 53 bedoelt wordt met de nachtlijn 54? Ja, de Provincie bedoelt de huidige lijn 53. Om verwarring te voorkomen: dit betreft de lijn naar Haagse Beemden (De Donk), niet de voormalige lijn 53 naar Bavel. Bijlage D.8.3 is hierop aangepast (zie bijlage C.12) Oost Bijlage D D.9 1 Efteling-lijnen De huidige dienstregeling van Lijn 303/304 wijkt sterk af van de dagsoorten die gedefinieerd zijn in het gestandardiseerde kalenderjaar. Kunnen wij deze ritten meetellen in de volledige vakantieperioden? Zo mee, kunt u aangeven hoe wij deze ritten in het gestandardiseerde kalenderjaar moeten verwerken? West Bijlage D D.9 1 Stadsdienst Breda De huidige dienstregeling van de stadsdienst in Breda wijkt sterk af van de dagsoorten die gedefinieerd zijn in het gestandardiseerde kalenderjaar. De lijn rijdt nu alleen volgens de vakantiedienstregeling in de zomervakantie. Kunnen wij deze ritten meetellen in de volledige vakantieperioden? Zo mee, kunt u aangeven hoe wij deze ritten in het gestandardiseerde kalenderjaar moeten verwerken? Het klopt dat Lijn 303/304 sterk afwijkende bedieningsperioden kent. Daarom heeft de Provincie specifiek voor deze Lijnen een afwijkend Gestandaardiseerd kalenderjaar opgesteld, dat nader gespecificeerd is in bijlage C.4 bij deze Derde Nota van Inlichtingen. De vraag is de Provincie niet duidelijk: in de huidige dienstregeling van de stadsdienst Breda zijn geen afwijkingen van de dagsoorten in het Gestandaardiseerde kalenderjaar. Bovendien is niet duidelijk op welke Lijn vragensteller doelt. De Provincie verzoekt aan vragensteller deze vraag nader te specificeren van 19