Woonmonitor Limburg Factsheetboek Limburg

Transcriptie

1 Woonmonitor Limburg 21 Factsheetboek Limburg

2 Woonmonitor Limburg 21 Factsheetboek Provincie Limburg

3 Colofon Provincie Limburg Postbus MA Maastricht Tel.: +31 () Fax.: +31 () postbus@prvlimburg.nl Internet: Limburglaan GA Maastricht M. (Manuela) Reiche Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Etil BV Postbus BA Maastricht Tel.: +31 () Fax.: +31 () info@etil.nl Internet: Witmakersstraat JB Maastricht R.C.M. (Roger) Vaessens S.A.G. (Sandra) van de Ven J. (Jelena) Radovanović S.C.A (Stéphanie) Knoors Maastricht, 3 augustus 211 Bronverantwoording Woonmonitor Limburg: - Bevolking & huishoudens: CBS - Bevolking & huishoudens - prognoses: Etil (Progneff) - Woningvoorraad: Dataland/Etil (WOZ-monitor Limburg) - Woningvoorraadontwikkeling: Etil (enquête Woonmonitor Limburg) - Sociale huursector / woningcorporaties: Centraal fonds voor de Volkshuisvesting (CfV) - Koopsector - aanbod koopwoningen / TVT: Woonplein Limburg - Koopsector - woningtransacties: Kadaster - Plancapaciteiten: Etil (enquête Woonmonitor Limburg) Woonmonitor Limburg 21

4 VOORWOORD In de 'Provinciale Woonvisie' (vastgesteld door Gedeputeerde Staten d.d. 1 februari 211) stelt de Provincie Limburg zich betreffende het beleidsveld wonen ten doel te investeren in een aantrekkelijk woon- en leefklimaat en bij te dragen aan het realiseren van de juiste woning op de juiste plek en op het juiste moment beschikbaar. In deze woonvisie zijn de kwantitatieve en kwalitatieve opgaven en de belangrijkste ontwikkelingen die van invloed zijn op het woonbeleid, nader belicht. Om eventuele negatieve ontwikkelingen om te kunnen buigen, dient tijdig actie te worden genomen. Om actie te kunnen ondernemen is het voor de Provincie Limburg en andere beleidsmakers van groot belang om tijdig inzicht te hebben in de ontwikkelingen en processen op de woningmarkt. De Provincie wil daarnaast ook inzicht in de uitvoering van de regionale woonvisies. De Provincie Limburg voert daarom sinds 26 de provinciale woonmonitor uit, op basis waarvan het beleid tijdig aangepast of bijgestuurd kan worden. De voorliggende 'Woonmonitor Limburg' gaat in op de ontwikkelingen in 21 en de stand van zaken per Om inzicht te geven in de ontwikkelingen in de huidige beleidsperiode van de Provinciale Woonvisie Limburg wordt ook ingegaan op de periode Op te merken is dat niet voor alle gegevens de ontwikkeling in 21 bekend is. Voor een aantal gegevens betreffen de meest actuele gegevens het jaar 29. In het volgende overzicht wordt per gegevenscluster de actualiteitswaarde weergegeven: - Bevolkingsontwikkeling 21 - Huishoudensontwikkeling 29 - Verhuisstromen 29 - Woningvoorraad per Woningvoorraadontwikkeling 21 - Sociale huursector per Transacties koopwoningen 21 - Aanbod koopwoningen per Plancapaciteiten per In het kader van de 'Woonmonitor Limburg' worden de gegevens vanaf het laagst mogelijke schaalniveau geregistreerd. Zodoende zijn de ontwikkelingen op de Limburgse woningmarkt ook vanaf buurt-, wijk- en gemeenteniveau inzichtelijk te maken (1). Door het regionale karakter van de woningmarkt en het woningmarktbeleid is er voor gekozen de woningmarktontwikkelingen voor de acht Limburgse woonregio's en de Provincie Limburg in beeld te brengen. In het kader van de Woonmonitor Limburg worden de volgende publicaties samengesteld: - Factsheetboek Limburg - Factsheetboeken van de woonregio's (8 delen): Factsheetboek Maasduinen Factsheetboek Venlo e.o. Factsheetboek Venray e.o. Factsheetboek Weerterkwartier Factsheetboek Midden-Limburg Oost Factsheetboek Westelijke Mijnstreek Factsheetboek Parkstad Limburg Factsheetboek Maastricht en Mergelland - Kaartenboek Woonmonitor Limburg - Bijlagenboek Woonmonitor Limburg De voorliggende publicatie betreft het Factsheetboek Limburg 21. De woonmonitor is in samenwerking met de acht woonregio's en de 33 Limburgse gemeenten tot stand gekomen. Wij willen dan ook op deze plaats de Limburgse regio's en gemeenten danken voor hun medewerking aan deze monitor. 1. Indien gewenst kunnen in het kader van de woonmonitor maatwerkanalyses gemaakt worden. Zo is de voorliggende publicatie voor een groot deel ook op wijk- en gemeenteniveau beschikbaar. Indien hieraan behoefte is, gelieve contact op te nemen met de Provincie Limburg of Etil. 1 Woonmonitor Limburg 21

5 2 Woonmonitor Limburg 21

6 INHOUD VOORWOORD 1 INHOUDSOPGAVE 3 SAMENVATTING & CONCLUSIES 5 1 BEVOLKING & HUISHOUDENS 13 Bevolking - ontwikkeling 14 Bevolking - verhuisstromen 15 Bevolking - prognose 16 Huishoudens - ontwikkeling 17 Huishoudens - leeftijd 18 Huishoudens - prognose 19 2 WONINGVOORRAAD 21 Eigendom en woningtype 22 Eigendom en woningtype gemeenten 23 Eigendom en woningtype - stadsregio en landelijk gebied 24 Bouwjaar 25 WOZ-waarde 26 WOZ-waarde - gemeenten 27 Leegstand 28 Leegstand - gemeenten 29 Leegstand - leegstandsduur 3 Leegstand - leegstandssoort 31 Woonmilieus 32 3 WONINGVOORRAADONTWIKKELING 33 Netto - toevoegingen minus onttrekkingen 34 Nieuwbouw 36 Sloop 38 Planrealisaties 4 Toevoegingen naar prijsklassen 41 Toevoegingen en specifiek beleid - woningen buiten contour 42 Toevoegingen en specifiek beleid - nultredenwoningen 43 Toevoegingen en specifiek beleid - zorgwoningen 44 Woonmilieus 45 4 HUURSECTOR 47 Sociale huursector - voorraad totaal 48 Sociale huursector - huurprijsklasse 49 Sociale huursector - woningtype 5 Sociale huursector - leegstand 51 Sociale huursector - dynamiek 52 Sociale huursector - toewijzingen 53 Sociale huursector - voornemens 54 Sociale huursector - statushouders 55 Particuliere huursector - indicatieve omvang 56 5 KOOPSECTOR 57 Woningtransacties - totaal 58 Woningtransacties - gemeenten 59 Aanbod - totaal 6 Aanbod - gemeenten 61 Theoretische Verkooptijd 62 6 PLANCAPACITEITEN 63 - toevoegingen en onttrekkingen 64 Toevoegingen naar planhardheid 66 Toevoegingen naar verwacht realisatiejaar 67 Toevoegingen naar eigendom, type en prijs 68 Toevoegingen en specifiek beleid - woningen buiten contour 69 Toevoegingen en specifiek beleid - nultredenwoningen 7 Toevoegingen en specifiek beleid - zorgwoningen 71 Woonmilieus 72 3 Woonmonitor Limburg 21

7 4 Woonmonitor Limburg 21

8 SAMENVATTING & CONCLUSIES 1. Algemeen Deze vijfde 'Woonmonitor Limburg' gaat in op de ontwikkelingen in 21 en de stand van zaken per Op te merken is dat gegevens over verhuisstromen en de huursector in 21 nog niet beschikbaar zijn. Zodoende wordt voor deze onderwerpen ingegaan op de ontwikkelingen in 29. In de voorliggende rapportage worden de ontwikkelingen in Limburg en de acht woonregio 's geanalyseerd. Daarbij wordt tevens een link gelegd naar de Provinciale Woonvisie (vastgesteld door Gedeputeerde Staten d.d. 1 februari 211). 2. De Provinciale Woonvisie Limburg op hoofdlijnen Met de Provinciale Woonvisie is het beleid vastgesteld dat de Provincie in de komende periode wil voeren met betrekking tot wonen. Dit in nauwe samenwerking met de daarbij betrokken partijen - met name gemeenten, regio's, en woningcorporaties. In de Provinciale Woonvisie heeft de Provincie Limburg de hoofdlijnen van haar visie geformuleerd. Deze fungeert zodoende als basis voor overleg met gemeenten, regio's en derden. In de provinciale woonvisie is tevens een vergaande rol weggelegd voor de regio 's die hun beleid zelf formuleren en vaststellen in regionale woonvisies (vanwege subsidiariteit en decentralisatie). De Provincie richt haar regierol voornamelijk op het op basis van consensus tot stand brengen en afsluiten van afsprakenkaders met de woonregio 's. De (provinciale en regionale) woonvisies zijn daarbij kaderstellend. Het doel van de afsprakenkaders is om daarmee de woningbouwprogrammering voor de regio's c.q. gemeenten op een sluitende en afrekenbare wijze vast te leggen. Bij het niet nakomen van een gezamenlijk afsprakenkader c.q. het niet meewerken aan het tot stand komen hiervan kan de Provincie het interventieinstrumentarium van de Wro inzetten. De Provincie Limburg heeft diverse doelen op tal van beleidsterreinen. Wonen is één beleidsterrein, maar het gaat niet alleen om wonen, maar om leven in Limburg. De ambitie van de Provincie is om een aantrekkelijk woon- en leefklimaat in Limburg te bevorderen. De bestaande woningvoorraad, mede gezien de demografische ontwikkelingen, voldoet voor een deel niet meer aan de huidige en toekomstige woningbehoefte. De verwachte krimp in huishoudens, in eerste instantie in Zuid-Limburg, maar later ook in Midden- en Noord-Limburg zal een grote invloed hebben op de woningmarkt. In de nieuwe woonvisie ziet de Provincie Limburg zowel een kwantitatieve als een kwalitatieve opgave. De woonvisie geeft verder de context aan waarbinnen de Provincie haar rol wil vervullen met betrekking tot diverse thema's en doelgroepen. Het gaat daarbij met name om de herstructurering en de samenhang met de Limburgse Wijkenaanpak, leefbaarheid, duurzaamheid, levensloopbestendig wonen met welzijn en zorg en huisvesting van specifieke doelgroepen (waaronder verblijfgerechtigden). Bijzondere aandacht wordt tevens geboden aan het systeem van onderzoek en monitoring, dit mede ter ondersteuning van het dynamisch karakter en de voortschrijdende afsprakenkaders met de woonregio's. Op basis van de gemaakte beleidskeuzes zal in de periode de voorraad Limburgbreed moeten afnemen met 5. woningen. Deze afname moet tot stand komen enerzijds door 16. te onttrekken woningen in Zuid-Limburg. Deze afname zal in de regio Parkstad Limburg plaats dienen te vinden, waarbij in de twee andere deelregio's in Zuid-Limburg geldt '1 erbij = 1 er af'. Anderzijds is in Noord- en Midden-Limburg in de komende jaren wel nog een groei-opgave van toepassing: +8. woningen in Noord-Limburg en +3. woningen in Midden-Limburg. In het kader van het bundelingsbeleid zal de genoemde opgave grotendeels in het stedelijk gebied (lees: stadsregio's) opgevangen dienen te worden, waarbij voor de regio's Noord en Midden de bundelingspercentages van toepassing zijn: Noord-Limburg = 47%, Midden-Limburg = 51%. In Zuid-Limburg wordt strikt vasthouden aan het bundelingsbeleid als niet uitvoerbaar gezien. Vandaar dat hier voor de landelijke gemeenten op een richtinggevende opgave van 5% als aandeel in de afname van de woningvoorraad wordt ingezet, waarmee voor de stadsregio's een procentueel grotere opgave staat dan conform het bundelingsbeleid wenselijk. 5 Woonmonitor Limburg 21

9 3. Bespreking per aspect uit de woonmonitor De woonmonitor 21 geeft het volgende beeld. Bevolking & huishoudens Limburg had eind 21 ruim inwoners. In 21 is het aantal inwoners met 7 personen iets afgenomen (-,1%). Deze bevolkingsdaling was met name het gevolg van een negatieve natuurlijke aanwas (-1.13); een trend die al een aantal jaren gaande is. Alhoewel voor het tweede achtereen - volgende jaar sprake was van een positief migratiesaldo (+1.6), was dit onvoldoende om het negatieve geboorteoverschot te compenseren. Alhoewel de laatste jaren sprake is van een stabilisatie van het aantal inwoners, verwacht Etil voor de komende jaren een verdere afname van het aantal inwoners in Limburg. Op basis van het Etil-prognosemodel Progneff zal het aantal inwoners in de huidige beleidsperiode (21-23) gaan dalen met 5,9% oftewel ruim 62.7 personen tot personen in 23. Daarbij zet de trend van vergrijzing door; was in 21 circa 18% van de bevolking 65 jaar en ouder, in 24 zal dit percentage toegenomen zijn tot 3%. De prognose is te vinden op Deze momentele stabilisatie van het aantal inwoners is het gevolg van een trendbreuk betreffende de migratiebewegingen van en naar Limburg. Zoals reeds vermeld, is het migratiesaldo sinds twee jaar positief. Het is echter nog te vroeg om te bepalen of er sprake is van een structurele trendbreuk, maar op basis van migratiegegevens uit 29 (gedetailleerde gegevens over 21 ontbreken momenteel) kan wel gekeken worden naar de oorzaak van deze verschuiving. In 29 was het migratiesaldo voor het eerst sinds jaren positief. Alhoewel dat jaar sprake was van een positief saldo, was bij de binnenlandse verhuizingen, zoals ook in de voorafgaande jaren, sprake van een vertrekoverschot. De meeste uitgaande verhuizingen vonden plaats naar Eindhoven, Amsterdam en Nijmegen. De inkomende verhuizingen zijn voor een groot deel afkomstig uit Eindhoven, Nijmegen en Tilburg. Het negatieve binnenlands migratiesaldo was in 29 zelfs negatiever dan in 28. Daarentegen is er bij het migratiesaldo bij buitenlandse verhuizingen (sinds 28) sprake van een positief saldo. Daarbij is in 29 de immigratie naar Limburg toegenomen in combinatie met een afnemende emigratie. Zo laat het negatieve migratiesaldo met België een afnemende trend zien, en is het saldo met Duitsland in 29 omgeslagen in een positief saldo. Een groot deel van het positieve migratiesaldo is dus het gevolg van de trends bij de buitenlandse migratiestromen. Gedetailleerde gegevens over de huishoudensontwikkeling in 21 zijn nog niet beschikbaar. De laatste beschikbare gegevens betreffen het jaar 29. Het aantal huishoudens in Limburg is dat jaar toegenomen met,6% tot ruim 54.4 huishoudens. Deze toename was het gevolg van de toename van het aantal een-persoonshuishoudens (+2,%) in combinatie met een beperkte afname van het aantal meerpersoons-huishoudens (-,1%). Niet in alle leeftijdsklassen nam het aantal huishoudens overigens toe; zo nam het aantal huishoudens in de leeftijdscategorie 3-45-jarigen af. De Etil-prognoses voorzien dat het aantal huishoudens zal toenemen met 1,5% oftewel 7.6 huishoudens tot 23. Woningvoorraad De woningvoorraad in Limburg bestond eind 21 uit circa woningen, waarvan 59% koopwoningen en 37% huurwoningen (4% is onbekend). In alle regio s zijn meer koop- dan huurwoningen. In de regio s Parkstad Limburg, Westelijke Mijnstreek en Maastricht en Mergelland is het aandeel van huurwoningen echter met 36-45% relatief hoog. In de meer landelijke regio s zoals Maasduinen en Venray e.o. daarentegen is met 67-69% sprake van een relatief groot aandeel koopwoningen. De voorraad in Limburg bestaat vooral uit 2^1-kapwoningen (24%) en appartementen (24%). Vooral in de regio Maastricht en Mergelland is het aandeel appartementen bijzonder hoog. De landelijke regio s in Noord-Limburg, zoals Maasduinen en Venray laten daarentegen een groot aandeel vrijstaande woningen zien. Indien gekeken wordt naar de verdeling van de provinciale woningvoorraad naar stadsregio's versus het landelijk gebied, blijkt dat 64% van de woningvoorraad zich bevindt in de Limburgse stadsregio's. De stadsregio Parkstad Limburg is met een aandeel in de provinciale 6 Woonmonitor Limburg 21

10 woningvoorraad van 2% de grootste stadsregio in Limburg. De woningvoorraad in Limburg bestaat voor een relatief groot deel uit woningen uit de periode ; circa 11% van de woningen is in deze periode gebouwd. Daarbij kent de regio Venray de jongste woningvoorraad en de regio Maastricht en Mergelland de oudste. De gemiddelde woningwaarde (WOZ-waarde) in Limburg ligt bij circa 29.8 (waardepeildatum ), waarbij de waarde in regio s Parkstad Limburg en Westelijke Mijnstreek met respectievelijk en onder de twee ton ligt. In de regio s in Noord- en Midden-Limburg en in de regio Maastricht en Mergelland ligt de WOZ-waarde boven het provinciaal gemiddelde. Koploper is de woonregio Maasduinen met Vrijstaande woningen hebben in Limburg een gemiddelde WOZ-waarde van 341.6, terwijl dit voor appartementen op ligt. Eind 21 bedraagt het Limburgse leegstandspercentage 3,4%; dat wil zeggen dat ruim 17.5 woningen leeg staan. Een groot deel daarvan, namelijk 44%, bestaat uit appartementen. Bij dit woningtype is met 6,1% sprake van een relatief hoog leegstandspercentage. De regio s Parkstad Limburg, Maastricht en Mergelland en Midden-Limburg Oost zijn de regio s met de grootste woningleegstand. In deze regio's ligt het leegstandspercentage met respectievelijk 4,, 4, en 3,6% boven het provinciaal gemiddelde. Indien wordt gekeken naar de leegstandsduur staan de woningen in Limburg gemiddeld 587 dagen leeg. Daarbij staat circa 24% van de woningen langer dan twee jaar leeg. Bij dit onderwerp dient in acht te worden genomen dat een gezonde woningmarkt een zekere leegstand (2%) nodig heeft zodat de doorstroming plaats kan vinden. De meeste woningen, ruim 157.3, zijn in de stedelijke woonmilieus gelegen. In dit stedelijke woonmilieu komen met name appartementen (36%) en tussenwoningen voor. Dit woonmilieu komt alleen in de regio Maasduinen niet voor. In het landelijk gebied liggen ruim woningen. In dit woonmilieu komen de meeste vrijstaande woningen voor. Dit landelijk woonmilieu komt in alle gemeenten voor. Woningvoorraadontwikkeling Per saldo nam in 21 de woningvoorraad in Limburg toe met 2.2 woningen, hetgeen gelijk was aan een groei van,4%. Deze toename was het gevolg van een toevoeging van bijna 3.7 woningen en een onttrekking van bijna 87 woningen. De toename van de woningvoorraad was daarmee lager dan in 29. Dit is niet verwonderlijk gezien de huidige vastgoedcrisis. De woningvoorraad nam in 21 het sterkst toe in Noord- en Midden-Limburg, zo nam in de regio Venlo de woningvoorraad met 1,1% toe. Deze relatief sterke groei was met name het gevolg van de oplevering van een aantal zeer grote bouwprojecten (Maasboulevard, Nieuwe Munt in Venlo). Ook in Zuid-Limburg nam de woningvoorraad, zij het in beperktere mate, nog toe. Daarbij is op te merken dat in de woonregio Parkstad Limburg de woningvoorraad het afgelopen jaar, als gevolg van een aantal gerealiseerde sloopprojecten (Schaesbergerveld, Passart in Heerlen), iets afnam (-,1%). In 21 vond 58% van de netto toename plaats in de stadsregio's. Alhoewel het zwaartepunt in de stadsregio's lag, was het aandeel van de stadsregio s in de woningvoorraadontwikkeling in 21 kleiner dan het eigenlijke woningvoorraadaandeel van 64%. Het grootste deel van de woningtoevoegingen betrof nieuwbouw. De provinciale nieuwbouwproductie in 21 bedroeg circa 2.68 woningen (,5% van de woningvoorraad). Het betrof iets meer koopwoningen (51%) dan huurwoningen. Daarmee lag het koopaandeel onder het meerjarig gemiddelde. Wat opvalt is het relatief hoge aandeel van 'meergezinshuurwoningen' van 42% dat ruim boven het meerjarig gemiddelde van 28% lag. Vorig jaar betrof het in de huursector voor een groot deel woningen in het goedkopere segment, namelijk 34%. Het aandeel duurdere huurwoningen was met 18% beperkt. In de koopsector betrof het voor een groot deel dure koopwoningen (45%). 7 Woonmonitor Limburg 21

11 Een deel van de nieuwbouw werd gerealiseerd in het kader van enkele grote bouwplannen. Zo waren twee van de drie grootste planrealisaties in de gemeente Venlo te vinden: - Maasboulevard (Venlo): 183 woningen - Nieuwe Munt (Venlo): 163 woningen - Lucasstraat / Corneliuslaan (Heerlen): 99 woningen Daarnaast zijn in 21 circa 82 woningen gesloopt. Daarmee zijn er vorig jaar minder woningen gesloopt dan in de vier daaraan voorafgaande jaren. Voor het merendeel (61%) betrof het huurappartementen. Een groot deel van de sloop vond plaats in het kader van enkele grotere herstructureringsprojecten in Parkstad Limburg. De drie grootste sloopprojecten in 21 waren: - Schaesbergerveld (Heerlen): 231 woningen - Passart: Laurierstraat (Heerlen): 112 woningen - Heilust (Kerkrade): 69 woningen In het kader van specifiek beleid hebben in 21 de volgende woningtoevoegingen plaatsgevonden: - Woningen buiten contour met provinciaal kwaliteitsinstrumentarium: 36 woningen - Nultredenwoningen: woningen - Zorgwoningen: 388 woningen Huursector Eind 29 (gegevens over 21 zijn nog niet beschikbaar) beschikten de woningcorporaties samen in Limburg over ruim huurwoningen. Dit is gelijk aan 28% van de totale woningvoorraad. Naast corporaties zijn overigens ook anderen (commerciële verhuurders, particulieren) actief op de huurmarkt. Het aandeel van de particuliere huursector in Limburg bedraagt circa 1%. Het aantal corporatiewoningen is in 29 met circa 51 woningen afgenomen. De afname van het corporatiebezit was onder andere het gevolg van de sloop en verkoop van respectievelijk 1.15 en 5.2 woningen. De nieuwbouw en aankoop van respectievelijk 1.23 en 4.45 woningen was onvoldoende om de afname als gevolg van sloop/verkoop te compenseren. De daling was overigens het grootst in de regio Parkstad Limburg. Hier nam het aantal corporatiewoningen, met name door sloop, af met 1,4%, deze daling was daarmee beduidend groter dan gemiddeld in Limburg (-,4%). Deze afname was voor een groot deel het gevolg van de sloop van goedkope huurwoningen. Ook het aantal betaalbare huurwoningen nam af, zij het in beperktere mate. Het aantal duurdere huurwoningen is daarentegen toegenomen. Het aantal leegstaande sociale huurwoningen liet in 29 een toename zien tot circa 3.46 woningen. Daarmee staat 2,5% van de sociale huurwoningvoorraad leeg. Op te merken is dat een groot deel (59%) leeg staat in het kader van herstructureringsprojecten. In 21 werden huurwoningen toegewezen, hetgeen gelijk is aan een mutatiegraad van 8,5%. De mutatiegraad varieert in Limburg overigens van 9,7% in Parkstad Limburg tot 4,8% in Maasduinen. Van het totaal aantal toewijzingen werd 73% toegewezen aan de doelgroep van de woningcorporaties (huishoudens met een laag inkomen). De corporaties hebben het voornemen om de komende jaren 9.28 huurwoningen te bouwen tegenover de sloop van 4.66 huurwoningen te slopen. Daarnaast bestaan er plannen om 1.82 koopwoningen te realiseren. Daarnaast zijn de woningcorporaties van plan om 4.8 woningen te verkopen (en 47 woningen aan te kopen). Ten slotte willen de woningcorporaties ook een deel van het bezit renoveren. Met name in de regio Venray e.o. is de renovatiedoelstelling groot. In deze regio bestaan plannen om 15% van het bezit te renoveren. Limburgbreed bedraagt dit percentage bijna 5%. De Limburgse gemeenten hebben ook een huisvestingstaakstelling voor statushouders c.q. verblijfs-gerechtigden, welke in de sociale huursector wordt opgevangen. De provinciale taakstelling voor 21 bedroeg 7 plaatsen, daarvan is vorig jaar 85% gerealiseerd. Eind 21 bedroeg de achterstand in Limburg in totaal bijna 4 woningen. 8 Woonmonitor Limburg 21

12 Koopsector In 21 zijn circa 7.66 koopwoningen verkocht, hetgeen 3,3% minder is dan in het voorafgaande jaar. Alhoewel wederom sprake was van een afname, was deze afname beperkter dan in de drie voorafgaande jaren. Bij alle woningtypes was sprake van een afname, zij het dat deze bij 2^1- kapwoningen (-,8%) beperkt was in vergelijking met de afname bij vrijstaande woningen (-5,6%). De afname was overigens het sterkst in de regio Weerterkwartier; hier daalde het aantal transacties met 1%. Ook de gemiddelde koopsom is vorig jaar afgenomen en wel met,9% tot Alleen in de regio s Weerterkwartier en Midden-Limburg Oost is de gemiddelde koopsom toegenomen. In de andere regio's was sprake van een afname. In de regio Maasduinen was de afname met 14,9% het sterkst. Hier zijn echter ook de 'duurste' gemeenten te vinden. De goedkoopste gemeenten liggen in de regio Parkstad Limburg. De gemiddelde koopsom in deze regio bedraagt 158.2, tegenover een gemiddelde koopsom van 23.5 in de regio Maasduinen. Eind 21 werden koopwoningen aangeboden (nieuwbouwwoningen niet meegerekend), hetgeen wederom een toename was. Dit is gelijk aan 4,5% van het totaal aantal koopwoningen. Het aanbod laat de laatste jaren een stijgende trend zien. Een groot deel van het aanbod betreft (half)vrijstaande woningen. Qua prijsklasse vormt het goedkoopste (< 148.) en het duurste segment (> 37.) met ieder 18% het grootste aandeel. De theoretische verkooptijd (TVT) in Limburg bedraagt eind 21 circa 21 maanden; een toename van vier maanden ten opzichte van een jaar eerder. De TVT geeft een indicatie van de gemiddelde verkooptijd van woningen en wordt berekend door het actuele woningaanbod te vergelijken met het aantal transacties van de laatste twaalf maanden. Met name bij vrijstaande woningen (53 maanden) en bij woningen boven de 37. (66 maanden) is sprake van een lange theoretische verkooptijd. Daarentegen is de TVT bij tussenwoningen en woningen in de 'goedkopere' prijsklassen beduidend geringer. De grootste toename van de verkooptijd in 21 is te vinden bij de vrijstaande woningen en woningen in de duurdere prijsklassen. Plancapaciteit Eind 21 bedroeg de totale plancapaciteit circa 49.1 woningtoevoegingen en 7.15 onttrekkingen. De plancapaciteit bevindt zich vooral in de stadsregio's; 63% van de geplande toevoegingen is hier te vinden (en 87% van de geplande sloop). Niet alle plancapaciteiten zijn overigens hard ; ruim eenderde oftewel circa woningtoevoegingen zijn als hard te classificeren. Dat wil zeggen dat voor deze woningtoevoegingen een onherroepelijk bestemmingsplan rechtsgeldig is. Voor 42% hiervan (ruim 7.34 woningen) is al een bouwvergunning afgegeven. Op te merken is dat voor de gemeente Maastricht gegevens over de planhardheid en het aantal bouwvergunningen ontbreken. Gezien voorgaande is het niet verwonderlijk dat nog niet van alle plannen bekend is of het om koop- of huurwoningen gaat en om één- of meergezinswoningen. Duidelijk is echter dat de nadruk meer op koopwoningen ligt dan op huurwoningen en iets meer op eengezinswoningen dan op meergezinswoningen. Qua prijsklasse ligt de nadruk bij de huurwoningen op het goedkope en middeldure segment en bij de koopwoningen op het middeldure en duurdere segment. De gemeenten geven aan dat in 211 naar verwachting ruim 7.21 woningen worden gerealiseerd. Gezien het aantal woningtoevoegingen in de afgelopen twee jaar (respectievelijk 3.7 en 4.2 woningen) zal de daadwerkelijke realisatie de komende jaren waarschijnlijk lager uitkomen. Op te merken is dat de verwachte toename voor 211 niet realistisch is. Ook gezien de effecten van de vastgoedcrisis op de bouwproductie (plannen worden in de huidige situatie gefaseerd uitgevoerd, doorgeschoven naar de komende jaren of worden zelfs gecanceld) is het zeer onwaarschijnlijk dat de verwachte plancapaciteiten voor 211 daadwerkelijk wordt gerealiseerd. Op te merken is dat voor de gemeente Maastricht gegevens over het verwachte realisatiejaar ontbreken. In het kader van specifiek beleid bedraagt de omvang van de plancapaciteit (woningtoevoegingen): - Woningen buiten contour met provinciaal kwaliteitsinstrumentarium: woningen - Nultredenwoningen: woningen - Zorgwoningen: 2.95 woningen 9 Woonmonitor Limburg 21

13 Een van de doelstellingen van de woonmonitor 21 was om uitspraken te kunnen doen ten aanzien van het aspect duurzaamheid. Zo zijn in de woonenquête onder gemeenten extra vragen opgenomen ten aanzien van duurzaam bouwen. De respons op deze vragen was echter zeer laag, zodat geen uitspraken mogelijk zijn ten aanzien van duurzaamheid. Daarnaast is getracht inzicht te krijgen in het aspect duurzaamheid op basis van het registratiesysteem 'bouwplannen.nl'. Gezien het feit dat bij slechts enkele bouwplannnen in deze registratie het aspect duurzaamheid was vermeld, zijn helaas geen analyses betreffende duurzaam bouwen mogelijk. 4. Woningmarktbeleid versus realisatie In de voorliggende monitor worden de ontwikkelingen op de woningmarkt afgezet tegen de doelstellingen zoals die in de provinciale woonvisie zijn vastgesteld voor de beleidsperiode Op te merken is dat de voorliggende monitorrraportage ingaat op de ontwikkelingen in 21 c.q. het eerste jaar van de nieuwe beleidsperiode. Woningvoorraadontwikkeling 21 Op basis van de beleidskeuzes die in de provinciale woonvisie zijn opgenomen, zal in de periode de voorraad moeten afnemen met circa 5. woningen. Daarmee zorgt de huidige woonvisie voor een trendbreuk. In de afgelopen beleidsperiodes is namelijk steeds uitgegaan van een provinciale groei-opgave. In het kader van de vergelijking tussen de nieuwe beleidsopgaves en de daadwerkelijke realisatie is op te merken dat de huidige realisatie het gevolg is van gemaakte beleidskeuzes die in het verleden hebben plaatsgevonden. De doorlooptijd van een woningbouwplan tussen ideefase en daadwerkelijke realisatie kan acht tot tien jaar bedragen. Het zal dus enkele jaren duren voordat het nieuwe beleid in de praktijk te zien is. De in de huidige woonvisie gemaakte beleids-opgaves zullen dan ook grotendeels in het tweede deel van de beleidsperiode (22-23) zichtbaar worden, waarbij in de komende jaren naar verwachting nog sprake zal zijn van een groei van de woningvoorraad die geleidelijk zal overgaan in een negatieve netto voorraadontwikkeling. Daarnaast dient opgemerkt te worden dat een deel van de toevoegingen is gerealiseerd in het kader van herstructureringsprojecten, waarbij de sloop reeds in de voorafgaande jaren heeft plaatsgevonden. Kencijfers provinciale woonvisie versus realisatie 21 Doelstelling woningvoorraadontwikkeling Netto ontwikkeling woningvoorraad 21 Verschil (indicatief) gemiddeld per jaar Noord Midden Zuid Limburg totaal Woonmonitor Limburg 21

14 Rekening houdend met de eerder genoemde opmerkingen is voor het eerste jaar van de nieuwe beleidsperiode te concluderen dat de provinciale woningvoorraad met 2. woningen is toegenomen. Daarmee ligt de ontwikkeling in 21 nog ver boven de opgave zoals deze in de provinciale woonvisie is opgenomen. Op te merken is dat het aantal huishoudens pas na 22 zal gaan dalen. De groei van de woningvoorraad zal dan ook in de tweede helft van de beleidsperiode omgebogen dienen te zijn in een afname. Dit zal overigens in Zuid-Limburg eerder aan de orde zijn dan in Noord- en Midden-Limburg, waarbij de regio Parkstad Limburg voorop loopt. In deze regio is de urgentie van de omzetting van het beleid in de praktijk het grootst. De eerste beleidseffecten zijn in deze regio overigens met een voorraadafname in 21 van 6 woningen, zij het in beperkte mate, te zien. In de provinciale woonvisie zijn geen ambities genoemd ten aanzien van zorg- en nultredenwoningen. Dit, omdat de regionale overlegtafels wonen-welzijn-zorg (regionale WWZ-programma's) momenteel bezig zijn om de behoefte aan dergelijke woningen te ramen. De behoeftebepaling is dan ook onderdeel van de regionale woonvisies. Echter, in de regionale woonvisies is de behoefte aan zorg- en nultredenwoningen niet in alle regio's expliciet gekwantificeerd. In Limburg is met name in Zuid-Limburg het krimpproces een belangrijke factor op de woningmarkt. In Noord- en Midden-Limburg zal dit later aan de orde zijn. Daarom gaat de Provincie bewaken dat in de Regionale Woonvisies levensloopbestendig wonen met welzijn en zorg geborgd is. Uit de monitor blijkt dat in Zuid-Limburg betreffende woningtoevoegingen momenteel (per ) een plancapaciteit bestaat voor circa 1. zorgwoningen. In 21 zijn in Limburg bijna 39 zorgwoningen gerealiseerd, waarvan 195 in Zuid- Limburg. Bundelingsbeleid In de provinciale woonvisie zijn doelstellingen opgenomen ten aanzien van het bundelingsbeleid. Zo wil de Provincie Limburg een groot deel van de groei/krimp-opgave opvangen in het stedelijk gebied. c.q. de stadsregio's. Daarbij gelden voor Noord-, Midden- en Zuid-Limburg verschillende opgaves. Kencijfers provinciaal bundelingsbeleid woonvisie versus realisatie 21 Doelstelling woningvoorraadontwikkeling (gemiddeld per jaar) Netto ontwikkeling woningvoorraad 21 Verschil (indicatief) Stadsregio Plattelandskernen & Buitengebied Stadsregio Plattelandskernen & Buitengebied Stadsregio Plattelandskernen & Buitengebied Noord Midden Zuid Limburg totaal Woonmonitor Limburg 21

15 Voor Noord-Limburg geldt dat 47% van de groeiopgave opgevangen dient te worden in de stadsregio's (Venlo/Venray). De groei in het stedelijk gebied en in iets mindere mate in het landelijk gebied was in 21 beduidend groter dan in de provinciale woonvisie opgenomen groei-opgave. In 21 is de groei voor 66% in de stadsregio's opgevangen. In Midden-Limburg ligt het gewenste bundelingspercentage met 51% iets hoger. Ook in deze regio lag het gerealiseerde bundelingspercentage in 21 hoger. In Midden-Limburg was namelijk 6% van de groei te vinden in een van de twee stadsregio's (Weert-Nederweert, Roermond-Echt). In Zuid-Limburg zal de krimpdoelstelling voor het overgrote deel (95%) opgevangen dienen te worden in de stadsregio's. Alhoewel in de stadsregio van Parkstad Limburg in 21 sprake was van een (beperkte) afname van de woningvoorraad, nam deze in de twee andere stadsregio 's (Maastricht, Sittard-Geleen) vorig jaar nog toe. Rekening houdende met het feit dat er in 21 nog in Zuid-Limburg als geheel sprake was van een positieve voorraadontwikkeling, is 43% van de nettoontwikkeling in Zuid-Limburg te vinden in het stedelijk gebied c.q. de stadsregio's. Dat wil zeggen dat in Zuid-Limburg in het landelijk gebied vorig jaar sprake was van een relatief sterke netto voorraadontwikkeling. 12 Woonmonitor Limburg 21

16 1 Bevolking & huishoudens Limburg 13 Woonmonitor Limburg 21

17 Bevolking Limburg: ontwikkeling Bevolkingsontwikkeling in de afgelopen vijf jaar Bevolking per 1 januari Geboorteoverschot Vestiging Vertrek Bevolkingsgroei Migratiesaldo (1) Overige correcties Bevolking per 31 december inclusief administratieve correcties. 21 zijn voorlopige cijfers Bevolkingsontwikkeling in de afgelopen vijf jaar, in % Bevolking per 1 Geboorteoverschot Bevolkingsgroei Vestiging Vertrek Migratiesaldo Overige (1) correcties Bevolking per 31 december ,6% 4,12% 4,46% -,34%,3% -,37% ,7% 4,5% 4,36% -,31%,1% -,36% ,1% 4,31% 4,32% -,1%,2% -,1% ,6% 4,1% 4,4%,6%,2%,1% ,1% 4,5% 3,95%,9%,% -,1% Bevolkingsontwikkeling, vanaf Geboorte-overschot, vanaf Migratiesaldo, vanaf Woonmonitor Limburg 21

18 Bevolking Limburg: verhuisstromen Verhuizingen binnen, van en naar Limburg in 29, in absolute aantallen en in / ** Aandeel In / in % Binnengemeentelijke verhuizingen Inkomende verhuizingen tussen gemeenten binnen Nederland* Inkomende verhuizingen naar Limburg vanuit het buitenland Uitgaande verhuizingen tussen gemeenten binnen Nederland* Uitgaande verhuizingen vanuit Limburg naar het buitenland % 25% 6% 26% 5% 48,8 32,3 8,3 33,8 6, % 129,4 Verhuismobiliteit *** ,8 * ** *** Het betreft het totaal aantal verhuizingen tussen Nederlandse gemeenten; zowel naar c.q. vanuit gemeenten in andere provincies in Nederland alsook verhuizingen tussen gemeenten binnen de regio. In / = ten opzichte de totale bevolking Verhuismobiliteit = het totaal van de verhuizingen binnen de provincie plus de halve som van vestiging in en vertrek uit de provincie. Hoe hoger de waarde van de verhuismobiliteit, hoe meer verhuizingen er gemiddeld per inwoner hebben plaatsgevonden. Top 5 binnenlandse verhuizingen naar Limburg vanuit gemeenten in andere regio's in 29 Vestiging vanuit Eindhoven 91 8% Nijmegen 622 6% Tilburg 549 5% Amsterdam 495 4% Rotterdam 338 3% Overige gemeenten % , Top 5 binnenlandse verhuizingen vanuit Limburg naar gemeenten in andere regio's in 29 Vertrek naar Eindhoven % Amsterdam % Nijmegen % Tilburg % Utrecht % Overige gemeenten % , Top 5 immigratie naar land van herkomst in 29 Top 5 emigratie naar land van bestemming in 29 Migratiesaldo met België, Duitsland en Polen in de afgelopen 1 jaar Top 5 positief migratiesaldo naar land in 29 Aantal Duitsland België Polen 738 Somalië 379 Ver. Staten v. Amerika 348 Aantal Aantal België Duitsland Verenigd Koninkrijk -292 Ver. Staten v. Amerika -236 Polen -18 Top 5 negatief migratiesaldo naar land in 29 Aantal België Duitsland Polen 558 Somalië 37 Irak 322 Duitsland 23 Voormalige Sovjet-Unie 191 België -384 Verenigd Koninkrijk -53 Nieuw-Zeeland -21 Zweden -1 Jordanië -7 Polen Op te merken is dat de migratiegegevens betrekking hebben op de in het GBA (gemeentelijke basisadministratie) geregistreerde migratie. Zo zijn de migratiebewegingen van met name Polen slechts voor een klein deel terug te vinden in de officiële/geregistreerde cijfers. Een migrant hoeft namelijk alleen te worden ingeschreven als hij langer dan vier maanden in Nederland verblijft. Poolse aspergestekers bijvoorbeeld die hier drie maanden werken, hoeven niet te worden geregistreerd bij de gemeente. 15 Woonmonitor Limburg 21

19 Bevolking Limburg: prognose Bevolkingsprognose Stand per 1-1 Ontwikkeling Bevolkingsprognose, gemiddelde jaarlijkse ontwikkeling per periode in %,2, ,7% -,4% -1,2% -,5% -1,4% -1,6% -2,2% -3,% -3,8%, -,2 -,4 -,6 -,8 -,1 -,2 -,1 -,3 -,3 -,4 -,6 -, Bevolkingsprognose, aantal inwoners Bevolkingsprognose naar leeftijdscategorie Leeftijdsverdeling 21 Stand per 1-1 Ontwikkeling in % 18,1% 14,% e.o e.o ,6% -5,1% -1,1% -8,4% -5,7% -,9% -1,1% -3,7% -6,6% -,7% -1,3% -2,3% -3,5% -5,% -6,5% -7,4% -6,5% -4,3% 7,8% 9,2% 11,8% 17,% 12,8% 1,6% 8,7% 3,9% -2,% Ontwikkeling ,9% -29,% 61,6% 68,% e.o. Leeftijdsverdeling 24 12,1% 33,1% 54,8% e.o. 16 Woonmonitor Limburg 21

20 Huishoudens Limburg: ontwikkeling Huishoudens (per 1 januari) Huishoudenstructuur 21 huishoudens Eenpersoonshuishoudens Meerpersoonshuishoudens Ontw. Ontw. in % in % Ontw. in % 33,7% , , , , , , , , ,1 66,3% , , , Eenpersoons Meerpersoons Huishoudens totaal Eenpersoonshuishoudens Meerpersoonshuishoudens Huishoudens (per 1 januari), samenstelling Eenouderhuishoudens Eenpersoonshuishoudens Meerpersoonshuishoudens zonder kinderen Meerpersoonshuishoudens met 1 kind Meerpersoonshuishoudens met 2 kinderen Meerpersoonshuishoudens met 3 kinderen e.m Aantal huishoudens naar aantal personen per huishouden 1 persoon 2 personen personen 7. 4 personen 7. 5 personen e.m Woonmonitor Limburg 21

21 Huishoudens Limburg: leeftijd Huishoudensontwikkeling naar leeftijd, 1 jan 26-1 jan 21 (groei in %) Gemiddeld 15 tot 2 jaar 2,2-3, -,9 -,2 -,5 2 tot 25 jaar -2, 2, 4,8 3,2 2, 25 tot 3 jaar, -,3 1,8 1,7,8 3 tot 35 jaar -4,8-4,7-1,2 -,1-2,8 35 tot 4 jaar -3,3-4, -4,8-5,6-4,4 4 tot 45 jaar -1,4-1,9-1,8-1,9-1,7 45 tot 5 jaar 1,3,8,6,,7 5 tot 55 jaar,5,4 1,1 1,6,9 55 tot 6 jaar -,2 -,5 -,4 -,4 -,4 6 tot 65 jaar 5,7 5,4 4,1 3,8 4,7 65 tot 7 jaar 1,6 2,6 2,1 1,9 2,1 7 tot 75 jaar 1,1,4 2,1 1,7 1,4 75 tot 8 jaar 1,3 2,8 1,5 1,8 1,8 8 tot 85 jaar 2,4 1,9 2, 2,1 2,1 85 tot 9 jaar 11,4 9,3 8,7 5,7 8,6 9 tot 95 jaar 8,7 8,9 7,2 8,9 8,4 95 jaar of ouder 3,5 6,4 1,7 7,1 7,,3,3,7,6,5 Leeftijdsstructuur per tot 2 jaar 3.663,7% 2 tot 25 jaar ,6% 25 tot 3 jaar ,4% 3 tot 35 jaar ,1% 35 tot 4 jaar ,6% 4 tot 45 jaar ,7% 45 tot 5 jaar ,6% 5 tot 55 jaar ,2% 55 tot 6 jaar ,8% 6 tot 65 jaar ,7% 65 tot 7 jaar ,7% 7 tot 75 jaar ,6% 75 tot 8 jaar ,7% 8 tot 85 jaar ,9% 85 tot 9 jaar ,1% 9 tot 95 jaar 2.619,5% 95 jaar of ouder 381,1% ,% Aantal huishoudens naar leeftijdscategorie, tot 2 jaar 2 tot 25 jaar 25 tot 3 jaar 3 tot 35 jaar 35 tot 4 jaar 4 tot 45 jaar 45 tot 5 jaar 5 tot 55 jaar 55 tot 6 jaar 6 tot 65 jaar 65 tot 7 jaar 7 tot 75 jaar 75 tot 8 jaar 8 tot 85 jaar 85 tot 9 jaar 9 tot 95 jaar 95 jaar of ouder Verandering van het aantal huishoudens naar leeftijdscategorie, in tot 2 jaar 2 tot 25 jaar 25 tot 3 jaar 3 tot 35 jaar 35 tot 4 jaar 4 tot 45 jaar 45 tot 5 jaar 5 tot 55 jaar 55 tot 6 jaar 6 tot 65 jaar 65 tot 7 jaar 7 tot 75 jaar 75 tot 8 jaar 8 tot 85 jaar 85 tot 9 jaar 9 tot 95 jaar 95 jaar of ouder Woonmonitor Limburg 21

22 Huishoudens Limburg: prognose Huishoudensprognose Stand per 1-1 Ontwikkeling Gemiddelde jaarlijkse ontwikkeling per periode in %,6,4,4,4, ,3% 1,8% 2,%,8%,% -1,3% -2,5% -3,3%,2, -,2 -,4 -,6 -, , , , , , Huishoudensprognose naar leeftijdscategorie Leeftijdsverdeling 24 Stand per 1-1 Ontwikkeling e.o ,% ,5% ,5% ,2% ,8% ,3% ,1% ,3% 16,4% 7,8% 11,4% 2,% 14,3% 15,5% 14,6% 29 jaar en jonger 3-39-jarigen 4-49-jarigen 5-59-jarigen 6-69-jarigen 7-79-jarigen 8 jaar en ouder Huishoudensprognose naar samenstelling Huishoudenssamenstelling 24 Stand per 1-1 Ontwikkeling Eenpersoons ,1% 33,4% 42,% Gezinnen ,7% Tweepersoons ,6% ,3% 24,7% Eenpersoons Gezinnen Tweepersoons 19 Woonmonitor Limburg 21

23 2 Woonmonitor Limburg 21

24 2 Woningvoorraad Limburg 21 Woonmonitor Limburg 21

25 Woningvoorraad Limburg: eigendom en woningtype Woningvoorraad , naar woningtype en eigendom (aantal) Huur Koop Onbekend Appartement ^1 kap woning Hoekwoning Tussenwoning Vrijstaande woning Overige/onbekend Woningvoorraad , naar woningtype en eigendom (in %) Huur Koop Onbekend Appartement 74% 2% 6% 2^1 kap woning 18% 8% 2% Hoekwoning 42% 56% 2% Tussenwoning 45% 52% 2% Vrijstaande woning 9% 88% 3% Overige/onbekend 28% 66% 5% 37% 59% 3% 24% 24% 11% 19% 2% 2% 1% Onbekend betreft leegstaande woningen, bedrijfswoningen, boerderijen/winkels met woongedeelte, woonwagens en woningen waarvan het woningtype of de eigendoms - situatie onbekend is. Woningvoorraad, naar woningtype (in %) Woningvoorraad, naar eigendom (in %) 2,4% 2,1% 24,4% 3,4% 37,4% 18,5% 23,5% 59,2% 11,% Appartement 2^1 kap woning Hoekwoning Tussenwoning Vrijstaande woning Overige/onbekend Huur Koop Onbekend 22 Woonmonitor Limburg 21

26 Woningvoorraad Limburg: eigendom en woningtype - woonregio's Woningvoorraad , naar woonregio Woningvoorraad , naar eigendom (in %) Aantal huur koop Onb. Maasduinen % Venray e.o % Venlo e.o % Weerterkwartier % Midden-Limburg Oost % Westelijke Mijnstreek % Parkstad Limburg % Maastricht en Mergelland % % 3% 67% 2% 1% 29% 69% 2% 1% 35% 63% 2% 1% 3% 67% 3% 1% 32% 65% 4% 1% 36% 6% 3% 1% 42% 54% 4% 1% 45% 51% 4% 1% 37% 59% 3% 1% Woningvoorraad , naar woonregio (aantal woningen) Maasduinen Venlo e.o. Venray e.o. Weerterkwartier Midden-Limburg Oost Westelijke Mijnstreek Parkstad Limburg Maastricht en Mergelland Woningvoorraad , naar woonregio en woningtype (in %) Appartement 2/1 kap woning Hoekwoning Tussenwoning Vrijstaande woning Onbekend Maasduinen 9% 31% 8% 15% 33% 3% 1% Venray e.o. 12% 27% 1% 16% 31% 4% 1% Venlo e.o. 23% 22% 12% 22% 2% 2% 1% Weerterkwartier 18% 25% 1% 15% 29% 3% 1% Midden-Limburg Oost 17% 27% 9% 14% 3% 3% 1% Westelijke Mijnstreek 24% 3% 1% 13% 21% 2% 1% Parkstad Limburg 29% 2% 14% 22% 13% 1% 1% Maastricht en Mergelland 34% 18% 1% 21% 14% 2% 1% 24% 24% 11% 19% 2% 2% 1% Onbekend betreft met name bedrijfswoningen, boerderijen/winkels met woongedeelte, woonwagens en woningen waarvan het woningtype onbekend is. 23 Woonmonitor Limburg 21

27 Woningvoorraad Limburg: eigendom en woningtype - stedelijk en landelijk gebied Woningvoorraad , stadsregio's / landelijk gebied per woonregio Woningvoorraad ,21 stadsregio's versus landelijk gebied Aantal Stadsregio's Venray e.o % Venlo e.o % Weerterkwartier % Midden-Limburg Oost % Westelijke Mijnstreek % Parkstad Limburg % Maastricht en Mergelland % % 35,8% 64,2% Landelijk gebied Maasduinen % Venray e.o % Venlo e.o % Weerterkwartier % Midden-Limburg Oost % Westelijke Mijnstreek % Parkstad Limburg % Maastricht en Mergelland % % Stadsregio's Landelijke regio % De stadsregio's zijn afgebakend op basis van het Provinciaal Omgevingsplan Limburg (POL). Er worden in Limburg zeven stadsregio's onderscheiden: Venlo, Venray, Weert - Nederweert, Roermond e.o., Westelijke Mijnstreek, Parkstad Limburg en Maastricht e.o. (de woonregio Maasduinen is de enige woonregio zonder stadsregio). Woningvoorraad , stadsregio's / landelijk gebied, woningdichtheid en samenstelling Aantal Dichtheid Huur Koop Onb. MG EG Onb. Venlo ,75 Venray ,5 Weert-Nederweert ,57 Roermond ,75 Sittard-Geleen ,4 Parkstad ,24 Maastricht ,68 Landelijk gebied , ,72 4% 58% 2% 42% 55% 3% 34% 62% 3% 42% 54% 4% 39% 57% 3% 44% 51% 4% 52% 45% 4% 27% 7% 3% 37% 59% 3% 31% 69% % 21% 79% % 25% 75% % 28% 72% % 28% 71% % 32% 67% % 41% 59% % 11% 88% % 24% 75% % Dichtheid = aantal woningen per ha. MG = meergezinswoningen (appartementen e.d.) EG = eengezinswoningen 24 Woonmonitor Limburg 21

28 Woningvoorraad Limburg: bouwjaar Op basis van de WOZ-monitor Limburg wordt de woningvoorraad in Limburg in beeld gebracht. Op te merken is dat in het kader van deze monitor niet voor alle woningen het bouwjaar bekend is. Woningen waarvan het bouwjaar niet bekend is, zijn in de voorliggende analyse buiten beschouwing gelaten. Woningvoorraad , naar bouwjaar Woningvoorraad naar bouwjaar (in %) Aantal < % % % % % % > % % < ,9% ,% ,3% ,7% ,% ,2% > 2 6,9% : 1,% Woningvoorraad , naar bouwjaar vanaf en later Woningvoorraad , gemiddeld bouwjaar per woonregio Maasduinen Venlo e.o. Venray e.o. Weerterkwartier Midden-Limburg Oost Westelijke Mijnstreek Parkstad Limburg 1.96 Maastricht en Mergelland Woonmonitor Limburg 21

29 Woningvoorraad Limburg: WOZ-waarde Gemiddelde WOZ-waarde , naar woningtype Aantal In Gemiddelde WOZ-waarde , naar waardecategorie Appartement ^1 kap woning Hoekwoning Tussenwoning Vrijstaande woning Bedrijf met woning Woonwagen Onbekend ,% 29,1% 48,9% De gegevens hebben betrekking op de gemiddelde WOZ-waarde per op basis van de woningvoorraad van Woningen waarvan de WOZ-waarde onbekend is, zijn buiten beschouwing gelaten. < >27. De totale omvang van de waarde van de woningvoorraad in Limburg bedraagt per : Gemiddelde WOZ-waarde , naar soort woning (in ) Villa/landhuis Herenhuis Bedrijf met woning (Woon)boerderij Bungalow Standaard eengezinswoning Drive-in woning Appartement Flat Beneden-/bovenwoning Etage-/portiekwoning Woonwagen Woonmonitor Limburg 21

30 Woningvoorraad Limburg: WOZ-waarde - woonregio's Gemiddelde WOZ-waarde , naar woonregio Aantal In Maasduinen Venlo e.o Venray e.o Weerterkwartier Midden-Limburg Oost Westelijke Mijnstreek Parkstad Limburg Maastricht en Mergelland De gegevens hebben betrekking op de gemiddelde WOZ-waarde per op basis van de woningvoorraad van Woningen waarvan de WOZ-waarde onbekend is, zijn buiten beschouwing gelaten. Gemiddelde WOZ-waarde , naar woonregio (in ) Maasduinen Venray e.o. Weerterkwartier Maastricht en Mergelland Midden-Limburg Oost Venlo e.o. Westelijke Mijnstreek Parkstad Limburg Gemiddelde WOZ-waarde , naar woonregio (in ) en woningtype App. 2^1 kap Hoek Tussen Vrijstaand Onbekend Maasduinen Venlo e.o Venray e.o Weerterkwartier Midden-Limburg Oost Westelijke Mijnstreek Parkstad Limburg Maastricht en Mergelland Onbekend betreft met name bedrijfswoningen, boerderijen/winkels met woongedeelte, woonwagens en woningen waarvan het woningtype onbekend is. 27 Woonmonitor Limburg 21