Woonmonitor Limburg Factsheetboek Limburg 2009

Transcriptie

1 Factsheetboek Limburg 2009

2 Woonmonitor Limburg 2009 Factsheetboek Provincie Limburg

3 Colofon Provincie Limburg Postbus MA Maastricht Tel.: +31 (0) Fax.: +31 (0) Internet: Limburglaan GA Maastricht M. (Manuela) Reiche Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Etil BV Postbus BA Maastricht Tel.: +31 (0) Fax.: +31 (0) Internet: Witmakersstraat JB Maastricht R.C.M. (Roger) Vaessens J. (Jelena) Radovanović S.A.G. (Sandra) van de Ven E,til maakt deel uit van Universiteit Maastricht Holding bv Maastricht, 10 juli 2010 Bronverantwoording Woonmonitor Limburg: - Bevolking & huishoudens: CBS - Woningvoorraad: Etil - WOZ-monitor Limburg - Woningvoorraadontwikkeling: Etil - Enquête Woonmonitor Limburg - Sociale huursector / woningcorporaties: Min. VROM/CFV - BBSH (Besluit Beheer Sociale Huursector) - Aanbod koopwoningen: Woonplein Limburg - Woningtransacties: Kadaster - Plancapaciteiten: Etil - Enquête Woonmonitor Limburg

4 VOORWOORD In de Provinciale Woonvisie Limburg (mei 2005) stelt de Provincie Limburg zich betreffende het beleidsveld bouwen en wonen ten doel te investeren in een aantrekkelijk woon- en leefklimaat en bij te dragen aan het realiseren van voldoende woningen van de juiste kwaliteit en op de juiste plaats. In deze woonvisie zijn de kwantitatieve en kwalitatieve opgaven en de belangrijkste ontwikkelingen die van invloed zijn op het woonbeleid, nader belicht. Om eventuele negatieve ontwikkelingen om te kunnen buigen, dient tijdig actie te worden genomen. Om actie te kunnen ondernemen is het voor de Provincie Limburg en andere beleidsmakers van groot belang om tijdig inzicht te hebben in de ontwikkelingen en processen op de woningmarkt. De Provincie wil daarnaast ook inzicht in de uitvoering van de regionale woonvisies. De Provincie Limburg voert daarom sinds 2006 de provinciale woonmonitor uit, op basis waarvan het beleid tijdig aangepast of bijgestuurd kan worden. De voorliggende 'Woonmonitor Limburg' gaat in op de ontwikkelingen in 2009 en de stand van zaken per Om inzicht te geven in de ontwikkelingen in de huidige beleidsperiode van de Provinciale woonvisie Limburg wordt ook ingegaan op de periode Op te merken is dat niet voor alle gegevens de ontwikkeling in 2009 bekend is. Voor een aantal gegevens betreffen de meest actuele gegevens het jaar In het volgende overzicht wordt per gegevenscluster de actualiteitswaarde weergegeven: - Bevolkingsontwikkeling Huishoudensontwikkeling Verhuisstromen Woningvoorraad per Woningvoorraadontwikkeling Sociale huursector per Transacties koopwoningen Aanbod koopwoningen per Plancapaciteiten per In het kader van de 'Woonmonitor Limburg' worden de gegevens vanaf het laagst mogelijke schaalniveau geregistreerd. Zodoende zijn de ontwikkelingen op de Limburgse woningmarkt ook vanaf buurt-, wijk- en gemeenteniveau inzichtelijk te maken (1). Door het regionale karakter van de woningmarkt en het woningmarktbeleid is er voor gekozen de woningmarktontwikkelingen voor de acht Limburgse woonregio's en de Provincie Limburg in beeld te brengen. In het kader van de Woonmonitor Limburg worden de volgende publicaties samengesteld: - Factsheetboek Limburg - Factsheetboeken van de woonregio's (8 delen): Factsheetboek Maasduinen Factsheetboek Venlo e.o. Factsheetboek Venray e.o. Factsheetboek Weerterkwartier Factsheetboek Midden-Limburg Oost Factsheetboek Westelijke Mijnstreek Factsheetboek Parkstad Limburg Factsheetboek Maastricht en Mergelland - Kaartenboek Woonmonitor Limburg - Bijlagenboek Woonmonitor Limburg De voorliggende publicatie betreft het Factsheetboek Limburg De woonmonitor is in samenwerking met de acht woonregio's en de 34 Limburgse gemeenten tot stand gekomen. Wij willen dan ook op deze plaats de Limburgse regio's en gemeenten danken voor hun medewerking aan deze monitor. 1. Indien gewenst kunnen in het kader van de woonmonitor maatwerkanalyses gemaakt worden. Zo is de voorliggende publicatie voor een groot deel ook op wijk- en gemeenteniveau beschikbaar. Indien hieraan behoefte is, gelieve contact op te nemen met de Provincie Limburg of Etil. 1

5 2

6 INHOUD VOORWOORD 1 INHOUDSOPGAVE 3 SAMENVATTING & CONCLUSIES 5 1 BEVOLKING & HUISHOUDENS 15 Bevolking - ontwikkeling 16 Huishoudens - ontwikkeling 17 Huishoudens - leeftijd 18 Verhuisstromen 19 2 WONINGVOORRAAD 21 Eigendom en woningtype 22 Eigendom en woningtype - woonregio's 23 Eigendom en woningtype - stedelijk en landelijk gebied 24 Bouwjaar 25 WOZ-waarde 26 WOZ-waarde - woonregio's 27 Leegstand 28 Leegstand - woonregio's 29 Leegstand - leegstandsduur 30 Leegstand - leegstandssoort 31 3 WONINGVOORRAADONTWIKKELING 33 Netto - toevoegingen minus onttrekkingen 34 Nieuwbouw 36 Sloop 38 Planrealisaties 40 Toevoegingen naar prijsklassen 41 Toevoegingen en specifiek beleid - woningen buiten contour 42 Toevoegingen en specifiek beleid - nultredenwoningen 43 Toevoegingen en specifiek beleid - zorgwoningen 44 4 SOCIALE HUURSECTOR - WONINGCORPORATIES 45 Voorraad totaal 46 Soort woningen 45 Huurprijzen 48 Leegstand 49 Dynamiek 50 5 KOOPSECTOR - TRANSACTIES & AANBOD 51 Woningtransacties - totaal 52 Woningtransacties - regiovergelijking 53 Aanbod - totaal 54 Aanbod - regiovergelijking 55 Theoretische Verkooptijd 56 6 PLANCAPACITEITEN 57 Totaal - toevoegingen en onttrekkingen 58 Toevoegingen naar planhardheid 60 Toevoegingen naar verwacht realisatiejaar 61 Toevoegingen naar eigendom, type en prijs 62 Toevoegingen en specifiek beleid - woningen buiten contour 63 Toevoegingen en specifiek beleid - nultredenwoningen 64 Toevoegingen en specifiek beleid - zorgwoningen 65 3

7 4

8 SAMENVATTING & CONCLUSIES 1. Algemeen Deze vierde 'Woonmonitor Limburg' gaat in op de ontwikkelingen in 2009 en de stand van zaken per Op te merken is dat gegevens over verhuisstromen en de sociale huursector in 2009 nog niet beschikbaar zijn. Zodoende wordt voor deze onderwerpen ingegaan op de ontwikkelingen in In de voorliggende rapportage worden de ontwikkelingen in Limburg en de acht woonregio 's geanalyseerd. Daarbij wordt tevens een link gelegd naar de provinciale woonvisie uit De Provinciale Woonvisie Limburg op hoofdlijnen De Provinciale Woonvisie Limburg is te zien als een onderbouwd beleidsvoornemen waarbij de Provincie één van de 'spelers' is. Samen met andere - gemeenten, regio's, corporaties, bouwers - wordt de definitieve lijn voor de toekomst uitgezet. Samenwerking staat daarbij centraal. In de Provinciale Woonvisie heeft de Provincie Limburg de hoofdlijnen van haar visie geformuleerd. Dit fungeert zodoende als basis voor overleg met gemeenten, regio's en derden. In de provinciale woonvisie is een beslissende rol weggelegd voor de regio 's die hun beleid zelf bepalen in regionale woonvisies (vanwege subsidiariteit en decentralisatie). De regionale woonvisies zijn in 2006 en 2007 vastgesteld door de regio's en sindsdien de referenties waarop regio's worden beoordeeld. Het provinciebrede beeld wordt afgezet tegen de provinciale woonvisie In de vigerende woonvisie stelt de Provincie Limburg de volgende uitgangspunten en beleidskeuzes centraal: Een in kwantitatief opzicht ontspannen woningmarkt - Het uitgaande migratiesaldo wordt teruggedrongen. Vanaf 2010 wordt uitgegaan van een migratiesaldo gelijk aan nul. - Het proces van huishoudensverdunning groeit toe naar dat van het Nederlands gemiddelde. - Het aantal intramurale plaatsen blijft constant. De groei van het aantal oudere huishoudens dient opgevangen te worden door passende woningen (van zorgwoning tot nultredenwoning). - Het tekort aan woningen wordt in de periode tot 2010 teruggedrongen met 75% en is in 2020 volledig weggewerkt. - Ruimte bieden in de stedelijke gebieden ten behoeve van herstructurering. Op basis van de bovengenoemde beleidskeuzes zal in de periode de voorraad dienen te groeien met woningen (2.500 woningen per jaar). In de periode zal de voorraad moeten groeien met woningen (1.200 woningen per jaar, met een accent op de eerste jaren na 2010). Er wordt gewerkt met scenario's en bandbreedten, waarbij tot 2010 een uitbreiding nodig wordt geacht van tot woningen per jaar (dit is gelijk aan woningen voor de periode ). De ondergrens geldt als absoluut nastreefbaar en de bovengrens als bijzondere ambitie. De indicatieve uitbreidingsvraag met bandbreedten is voor de periode als volgt vertaald naar de woonregio's: - Maasduinen Regio Venray e.o Regio Venlo e.o Weerterkwartier Midden-Limburg Oost Westelijke Mijnstreek Parkstad Limburg Maastricht en Mergelland

9 Kwalitatieve opgave De Provincie wil ook in kwalitatief opzicht een ontspannen woningmarkt met brede keuze-mogelijkheden voor de woonconsument. De volgende aspecten staan daarbij centraal: minder 'gemiddeld' aanbod, aandacht voor woonmilieu's, goede mogelijkheden voor starters, een gevarieerd aanbod voor ouderen, koop en huur in meer prijsklassen en meer kwaliteiten dan nu, herstructurering. - zo dient in en rond de stadscentra meer aandacht te zijn voor grondgebonden stadswoningen, maar ook beknopte kleinere starterswoningen; - in de wijken aan de rand van de stedelijke centra grotere kavels en woningen; - stadsranden: wonen in het groen; - dorpen: grondgebonden woningen met het accent op vrijstaande woningen en minder 2^1-kap; - aandacht voor sociale huurwoningen; - afhankelijk van de lokale vraag: appartementen voor ouderen; Bijzondere aandacht is er voor passende woningen voor ouderen. In dit kader zijn de WWZ -plannen leidend (woon/welzijn/zorg). Indicatief ziet het kwalitatieve beleidsprogramma er als volgt uit: Appartementen: Sloop huur/sloop Nieuwbouw huur koop (< ) koop (> ) Grondgebonden woningen: Sloop huur/sloop Nieuwbouw huur koop ( ) koop ( ) koop (> ) Op te merken is dat de huidige beleidsperiode in 2009 is afgelopen en dat de Provincie Limburg momenteel bezig is met het samenstellen van een nieuwe woonvisie voor de komende beleidsperiode. 3. Bespreking per aspect uit de woonmonitor De woonmonitor 2009 geeft het volgende beeld. Bevolking & huishoudens Limburg had eind 2009 ruim inwoners. In 2009 is het aantal inwoners met 270 nauwelijks toegenomen (+0,02%). Dat wil zeggen dat het aantal inwoners na een aantal jaar van afname weer een, zij het beperkte, groei laat zien. Evenals in 2008 was er weliswaar sprake van een negatieve natuurlijke aanwas, zij het dat deze beperkter was dan in Daarnaast was voor het tweede achtereenvolgende jaar sprake van een positief migratiesaldo (+1.410), hetgeen de negatieve natuurlijke aanwas meer dan compenseerde. De CBS-gegevens over huishoudens in 2009 zijn nog niet beschikbaar. De laatste beschikbare gegevens betreffen Ondanks de bevolkingsafname in dat jaar is het aantal huishoudens in Limburg nog toegenomen (+0,7%). Deze toename was het gevolg van de toename van het aantal eenpersoons- huishoudens (+2,5%) in combinatie met een beperkte afname van het aantal meerpersoons- huishoudens (-0,1%). Niet in alle leeftijdsklassen nam het aantal huishoudens overigens toe; zo nam het aantal huishoudens in de leeftijdscategorie jarigen af. 6

10 In 2008 (gegevens over 2009 ontbreken momenteel) verhuisden in Limburg in totaal ruim personen; bestaande uit: - binnengemeentelijke verhuizingen (38%) - verhuizingen tussen de Limburg en overig Nederland (16%) - binnenlandse verhuizingen van en naar de gemeente binnen Limburg (35%) - en verhuizingen vanuit en naar het buitenland (11%). Bij de binnenlandse verhuizingen is sprake van een vertrekoverschot, terwijl bij migratiesaldo vanuit en naar het buitenland een vestigingsoverschot liet zien. Desondanks had Limburg met beide buurlanden een vertrekoverschot. Met name met België was sprake van een vertrekoverschot. Het migratiesaldo met Duitsland was beperkter. Daarbij is op te merken dat het vertrekoverschot de laatste jaren een afnemende trend laat zien. Daarnaast komen ook veel migranten vanuit Polen naar Limburg. De meeste binnenlandse verhuizingen vanuit Limburg vinden plaats naar de gemeente Eindhoven. Nijmegen en Amsterdam volgen met enige afstand op een tweede en derde plaats. Deze gemeenten zijn ook in de top-5 te vinden betreffende de inkomende verhuizingen. Woningvoorraad De woningvoorraad in Limburg bestaat eind 2009 uit circa woningen. Van deze woningvoorraad bestaat 58% uit koopwoningen en 38% uit huurwoningen (4% is onbekend). In alle regio s zijn meer koop- dan huurwoningen. In de regio s Parkstad Limburg, Westelijke Mijnstreek en Maastricht en Mergelland is het aandeel van huurwoningen echter met 36-47% relatief hoog. In de meer landelijke regio s zoals Maasduinen en Venray e.o. daarentegen is met 68% sprake van een relatief groot aandeel koopwoningen. De voorraad in Limburg bestaat vooral uit 2^1-kapwoningen (24%) en appartementen (24%). Vooral in de regio Maastricht en Mergelland is het aandeel appartementen bijzonder hoog. De landelijke regio s in Noord-Limburg, zoals Maasduinen en Venray laten daarentegen een groot aandeel vrijstaande woningen zien. Indien gekeken wordt naar de verdeling van de provinciale woningvoorraad naar stadsregio's versus het landelijk gebied, blijkt dat 64% van de woningvoorraad zich bevindt in de Limburgse stadsregio's. De stadsregio Parkstad Limburg is wat betreft de woningvoorraad met een aandeel in de provinciale woningvoorraad van 20% de grootste stadsregio in Limburg. De woningvoorraad in Limburg bestaat voor een relatief groot deel uit woningen uit de periode ; circa 11% van de woningen is in deze periode gebouwd. Daarbij kent de regio Venray de jongste woningvoorraad en de regio Maastricht en Mergelland de oudste. De gemiddelde woningwaarde (WOZ-waarde) in Limburg ligt bij circa (waardepeildatum ), waarbij de waarde in regio s Parkstad Limburg en Westelijke Mijnstreek met respectievelijk en onder de twee ton ligt. In de regio s in Noord- en MiddenLimburg ligt de WOZ-waarde met waardes boven het provinciaal gemiddelde. Koploper is de woonregio Maasduinen met Vrijstaande woningen hebben in Limburg een gemiddelde WOZ-waarde van , terwijl dit voor appartementen dit op ligt. Eind 2009 bedraagt het Limburgse leegstandspercentage 3,8%; dat wil zeggen dat bijna woningen leeg staan. Op te merken is echter dat leegstandsgegevens van de voormalige gemeenten Meijel, Kessel en Maasbree momenteel nog ontbreken. Deze gemeenten zijn ten aanzien van dit onderwerp in de analyses dan ook buiten beschouwing gelaten. Een groot deel, namelijk 44%, bestaat uit appartementen. Bij dit woningtype is met 6,8% sprake van een relatief hoog leegstandspercentage. De regio s Parkstad Limburg, Maastricht en Mergelland en Westelijke Mijnstreek zijn de regio s met de grootste woningleegstand. In deze regio's ligt het leegstandspercentage met respectievelijk 4,4%, 4,0% en 3,9% boven het provinciale gemiddelde. In de regio Maasduinen is met 1,8% nauwelijks sprake van leegstand. Indien wordt gekeken naar de leegstandsduur staan de woningen in Limburg gemiddeld 500 dagen ofwel 1½ jaar leeg. Daarbij staat circa 22% van de woningen langer dan twee jaar leeg. 7

11 Woningvoorraadontwikkeling Per saldo nam in 2009 de woningvoorraad in Limburg toe met bijna woningen, hetgeen gelijk was aan een groei van 0,6%. Deze toename was het gevolg van een toevoeging van woningen en een onttrekking van woningen. De toename van de woningvoorraad was daarmee in 2009 lager dan in De woningvoorraad nam in 2009 het sterkst toe in de regio Midden-Limburg Oost. In de regio Parkstad Limburg nam daarentegen de woningvoorraad het afgelopen jaar nauwelijks toe ; hier bedroeg het groeipercentage slechts 0,1%. In 2009 vond 65% van de netto toename plaats in de stadsregio's. Het aandeel van de stadsregio s in de woningvoorraadontwikkeling was in 2009 daarmee nagenoeg gelijk aan het aandeel in de woningvoorraad van 64%. Het grootste deel van de woningtoevoegingen betrof de nieuwbouw van woningen. De provinciale nieuwbouwproductie in 2009 bedroeg circa woningen (0,7% van de woningvoorraad). Het betrof met name koopwoningen (57%). Het aandeel van het woningtype 'eengezinskoopwoning' was met een aandeel in de nieuwbouwproductie van 43% het grootst. Op te merken is dat in 2009 in de huursector voor een groot deel woningen in het goedkopere segment (< 548), namelijk 48%, aan de voorraad werden toegevoegd. Slechts een beperkt deel betrof duurdere huurwoningen (> 648). In de koopsector betrof het zowel woningen in de prijsklassen alsook > ; met respectievelijk 43 en 38% van de woningtoevoegingen waren deze prijsklassen vertegenwoordigd. De drie grootste plannen waar vorig jaar nieuwbouwwoningen zijn gerealiseerd, waren alle drie gelegen in de gemeente Roermond: - Kazernevoorterrein / De Stadhouder (Roermond): 180 woningen - Huize Casimir (Roermond): 114 woningen - Oolderveste (Roermond): 112 woningen Daarnaast zijn in 2009 bijna 980 woningen gesloopt. Daarmee zijn er vorig jaar minder woningen gesloopt dan in de drie daaraan voorafgaande jaren. Voor het merendeel (59%) betrof het meergezinshuurwoningen. In het kader van herstructureringsprojecten vond het grootste deel van de sloop plaats. De drie grootste sloopprojecten in 2009 waren: - Mesdagstraat / G. Flinckstraat (Heerlen): 112 woningen - Laethof (Kerkrade): 80 woningen - Largo / Koraalstraat (Maastricht): 72 woningen In het kader van specifiek beleid hebben in 2009 de volgende woningtoevoegingen plaatsgevonden: - Woningen buiten contour met provinciaal kwaliteitsinstrumentarium: 45 woningen - Nultredenwoningen: woningen - Zorgwoningen: 398 woningen Sociale huursector / woningcorporaties In Limburg zijn 40 woningcorporaties actief, waarvan Wonen Limburg de grootste is. Eind 2008 (gegevens over 2009 zijn nog niet beschikbaar) beschikten de woningcorporaties samen in Limburg over ruim woningen. Dit is gelijk aan 31% van de totale woningvoorraad. De omvang van het aantal corporatiewoningen is in 2008 met circa 630 woningen afgenomen. Daarentegen is het aantal eenheden in verzorgingshuizen en overige wooneenheden (zoals bijvoorbeeld studentenkamers) in het bezit van woningcorporaties in Limburg in 2008 toegenomen. De afname van het corporatiebezit in Limburg was onder andere het gevolg van de bouw en aankoop van respectievelijk en 420 sociale wooneenheden in combinatie met de sloop en verkoop van respectievelijk 850 en wooneenheden. De daling was overigens het grootst Venlo e.o. en Parkstad Limburg. De afname was terug te zien in de afname van het aantal goedkope woningen, het aantal sociale huurwoningen in het midden- en dure segment nam daarentegen toe. De leegstand is in 2008 iets afgenomen; eind 2007 stonden woningen leeg, eind 2008 is dit aantal afgenomen tot circa Dit is gelijk aan 2% van de sociale huurwoningvoorraad. 8

12 Koopsector In 2009 zijn circa koopwoningen verkocht. Vorig jaar was sprake van een zeer sterke afname ; het aantal transacties is met 26,6% afgenomen. Dit is een verdubbeling van de afname ten opzichte van 2008; welke grotendeels toe te schrijven is aan de kredietcrisis die vorig jaar tot uitdrukking is gekomen in een stagnerende woningmarkt en terug te vinden was in alle woningtypes. Bij vrijstaande woningen nam het aantal transacties zelfs met een derde af. De afname was overigens het sterkst in de regio Maasduinen; hier daalde het aantal transacties met maar liefst 37,6%. Opvallend is de beperkte afname van 12,6% in de regio Venray e.o.. De stagnerende woningmarkt uitte zich ook in de gemiddelde koopsom; deze is vorig jaar afgenomen met ruim 5,7% tot In 2008 nam de gemiddelde koopsom nog met 1,0% toe. In alle regio s is de gemiddelde koopsom vorig jaar afgenomen; met als uitschieter de regio Weerterkwartier (-11,0%). In de regio Maasduinen was de afname met 2,2% beperkt. De goedkoopste gemeenten liggen in de regio Parkstad Limburg. De gemiddelde koopsom in de regio Parkstad Limburg is ; in de woonregio Maasduinen ligt deze rond Eind 2009 werden in Limburg circa woningen aangeboden (3,9% van het totaal aantal koopwoningen). Het aanbod laat de laatste jaren een stijgende trend zien. Een groot deel van het aanbod betreft (half)vrijstaande woningen. Qua prijsklasse vormt het duurste segment (> ) met 19% het grootste aandeel. De theoretische verkooptijd (TVT) van woningen bedraagt eind 2009 circa 17 maanden. De TVT geeft een indicatie van de gemiddelde verkooptijd van woningen en wordt berekend door het actuele woningaanbod te vergelijken met het aantal transacties van de laatste 12 maanden. De langste theoretische verkooptijd hebben de vrijstaande woningen (42 maanden) en de kortste tussenwoningen (9 maanden). Met name in de duurdere prijsklassen is een sterke toename van de theoretische verkooptijd waarneembaar. Plancapaciteit Eind 2009 bedroeg de totale plancapaciteit circa woningtoevoegingen en onttrekkingen. De plancapaciteit bevindt zich vooral in de stadsregio's (66% van de geplande toevoegingen). Niet alle plancapaciteiten zijn overigens hard ; een derde van de geplande toevoegingen oftewel circa woningtoevoegingen zijn als hard te classificeren. Dat wil zeggen dat voor deze woningtoevoegingen een onherroepelijk bestemmingsplan rechtsgeldig is. Voor 48% hiervan (bijna woningen) is al een bouwvergunning afgegeven. Op te merken is dat voor de gemeente Maastricht gegevens over het aantal bouwvergunningen ontbreken. De gemeenten geven aan dat in 2010 naar verwachting bijna woningen worden gerealiseerd. Gezien het aantal woningtoevoegingen in de afgelopen twee jaar (respectievelijk en woningen) zal de daadwerkelijke realisatie de komende jaren waarschijnlijk lager uitkomen. Op te merken is dat de verwachte toename voor 2010 niet realistisch is. Ook gezien de effecten van de kredietcrisis op de bouwproductie (plannen worden in de huidige situatie doorgeschoven naar de komende jaren of worden zelfs gecanceld) is het zeer onwaarschijnlijk dat de verwachte plancapaciteiten voor 2010 daadwerkelijk wordt gerealiseerd. Op te merken is dat voor de gemeente Maastricht gegevens over het verwachte realisatiejaar ontbreken. In het kader van specifiek beleid bedraagt de omvang van de plancapaciteit (woningtoevoegingen): - Woningen buiten contour met provinciaal kwaliteitsinstrumentarium: woningen - Nultredenwoningen: woningen - Zorgwoningen: woningen 9

13 4. Woningmarktbeleid versus realisatie In de voorliggende monitor wordt, naast de ontwikkelingen in het vorig jaar, ook ingegaan op de ontwikkelingen in de afgelopen beleidsperiode Netto woningvoorraadontwikkeling De provinciale woningvoorraad is in 2009 met woningen toegenomen en ligt daarmee binnen de provinciale woonvisie met opgenomen bandbreedte van tot woningen. Op te merken is dat een deel van de toevoegingen plaats hebben gevonden in het kader van herstructureringsprojecten, waarbij de sloop in de voorafgaande jaren heeft plaatsgevonden. In de voorliggende monitor wordt, naast de ontwikkelingen in het voorafgaande jaar, ook ingegaan op de realisaties in de periode 2006 tot en met In de afgelopen vier jaar zijn in totaal circa woningen aan de voorraad toegevoegd. Daartegenover zijn bijna woningen aan de voorraad onttrokken. Het saldo (netto woningtoename) bedraagt bijna woningen en ligt daarmee iets boven de in de provinciale woonvisie geformuleerde bandbreedte ( woningen voor de periode 2006 tot en met 2009). Woningtoevoegingen en -onttrekkingen In de provinciale woonvisie is eveneens de omvang van de toevoegingen en onttrekkingen apart benaderd. In dit kader heeft de provincie aangegeven dat meer nieuwbouw mogelijk is in combinatie met meer onttrekkingen ('communicerende vaten'). Hier ligt ook een link naar het streven om de woningvoorraad in kwalitatief opzicht te verbeteren. In 2009 zijn in totaal woningen aan de voorraad toegevoegd. Dit ligt binnen de provinciale woonvisie met opgenomen bandbreedte van tot woningtoevoegingen per jaar. Daartegenover zijn vorig jaar woningen aan de voorraad onttrokken. Dit is meer dan de in de provinciale woonvisie opgenomen bandbreedte van gemiddeld 900 tot onttrekkingen per jaar (totaal á woningen te slopen in zes jaar). Huur/koop, woningtypes en prijsklassen De provinciale woonvisie pleit voor een grotere differentiatie van de woningvoorraad. In dit kader zijn de volgende referenties opgenomen voor toevoegingen; 32% huur en 68% koop enerzijds en 66% eengezinswoningen en 34% meergezinswoningen anderzijds. Wat betreft de prijsklassen is in de woonvisie alleen de koop gedifferentieerd opgegeven: 28% goedkoop (met dien verstande dat de grens bij lag) en 72% duur. In 2009 werd ten aanzien van de huur/koop-verdeling niet geheel aan de provinciale visie voldaan. Het aandeel huurwoningen in de nieuwbouwproductie bedroeg vorig jaar 43%; hetgeen hoger was dan de doelstelling van 32%. Ook de nieuwbouwproductie van meergezinswoningen lag met 50% boven de doelstelling. Daarnaast zijn er meer 'duurdere' koopwoningen gerealiseerd dan gewenst; het aandeel 'goedkope' koopwoningen (< ) lag slechts op 10%. Specifiek beleid In de provinciale woonvisie zijn ook doelstellingen opgenomen ten aanzien van een aantal specifieke beleidsaspecten. Woningen buiten contour met provinciaal kwaliteitsinstrumentarium In 2009 werden 45 woningen gerealiseerd in het kader van het provinciaal beleid betreffende woningen buiten contour met provinciaal kwaliteitsinstrumentarium. Dit is gelijk aan circa 1,1% van het totaal aantal woningtoevoegingen. In de gehele beleidsperiode zijn in het kader van dit beleid bijna 220 woningen gerealiseerd. Voor de komende jaren bestaan er in het kader van dit programma nog plannen voor ruim woningen, met name in Noord- en Midden-Limburg. 10

14 Nultreden- en zorgwoningen In de provinciale woonvisie zijn geen ambities genoemd ten aanzien van zorg- en nultredenwoningen. Dit was omdat de regionale overlegtafels wonen-welzijn-zorg (regionale WWZ-programma's) reeds bezig waren de behoefte aan dergelijke woningen te ramen. De behoeftebepaling is dan ook onderdeel van de regionale woonvisies. Echter, in de regionale woonvisies is de behoefte aan zorg- en nultredenwoningen niet in alle regio's expliciet gekwantificeerd. In Limburg is met name in Zuid-Limburg het vergrijzigsproces een belangrijke factor op de woningmarkt. In Noord- en Midden-Limburg zal dit later aan de orde zijn. Daarom is in 2004 de AWBZ pilot 'Ruimte voor Resultaat' in Zuid-Limburg opgestart (ook wel de koploperspilot genoemd). Hierin hebben partijen op gebied van wonen en welzijn, gemeenten, zorgkantoor, zorgvragers en Provincie een aantal ambities neergelegd met betrekking tot de realisatie van zorgwoningen en bijpassende arrangementen welzijn en zorg. De pilot had een looptijd van 2004 tot einde Een deel van de ambities is gerealiseerd, een deel nog niet of is inmiddels bijgesteld in aantal en in de tijd. De oorspronkelijke ambitie van de pilot was de realisatie van zo'n zorgwoningen. Met Parkstad Limburg is een convenant gesloten voor woningen. In Maastricht en Mergelland zijn ruim woningen gepland. In de Westelijke Mijnstreek is de ambitie om bijna 550 zorgwoningen te realiseren. Deze aantallen zijn overigens inmiddels deels al weer bijgesteld. Op basis van voortschrijdend inzicht zijn het koplopersproject specifiek en het WWZ -programma algemeen reeds (gedeeltelijk) herzien. Diverse trends maken dat bij nader inzien toch minder zorgwoningen nodig zullen zijn (en wel meer nultredenwoningen). Daarnaast is er ook nog veel mogelijk in de aanpassing van de bestaande woningvoorraad (aanpassen woning tot een nultredenwoning). Het inzicht in de omvang van bestaande nultredenwoningen en de potentie van de voorraad ontbreken echter nog. Ondanks de genoemde opmerkingen is de omvang van het aantal gerealiseerde zorgwoningen in 2009, zeker gezien de behoefte van een vergrijzende bevolking, beperkt te noemen. Uit de monitor blijkt dat er in Zuid-Limburg betreffende woningtoevoegingen momenteel (per ) plancapaciteiten bestaan voor circa zorgwoningen. In 2009 zijn in Limburg bijna 400 zorgwoningen gerealiseerd, waarvan 280 in Zuid-Limburg. In de gehele beleidsperiode bedroeg dit aantal in Limburg 2.130, waarvan 59% oftewel zorgwoningen in Zuid-Limburg. Plancapaciteiten De provinciale woonvisie heeft geen ambities ten aanzien van de ('harde') plancapaciteit. De insteek van de woonvisie is dat de programma's op regioniveau realistisch dienen te zijn, waarop afspraken zouden kunnen worden gemaakt. Het doel is om met de regionale programma's concreet zicht te hebben op de te realiseren woningbouw in de komende jaren. Met de provinciale bandbreedte is hiervoor een voorzet gedaan. Als referentie voor de beoordeling van de omvang van de harde plancapaciteit ten opzichte van het programma kan de door het Ministerie van VROM gehanteerde normindex van 130% gehanteerd worden. Opgemerkt dient te worden dat VROM daarbij uitgaat van een ruimer begrip van wat 'hard' is. Volgens het Ministerie zijn zowel onherroepelijke als vastgestelde bestemmingsplannen als hard te beschouwen. Op te merken is dat in de woonmonitor alleen onherroepelijke bestemmingsplannen als hard gezien worden. Een vergelijking met de nieuwe beleidsperiode is momenteel nog niet mogelijk, maar als de omvang van de harde plancapaciteit (definitie Ministerie) wordt vergeleken met de doelstellingen uit de afgelopen beleidsperiode blijkt dat er in Limburg ruim voldoende plancapaciteiten voorhanden zijn (index = 136%). Dit percentage is als minimum te zien. Doordat voor de gemeente Maastricht de harde plancapaciteit momenteel onbekend is, zal deze in werkelijkheid hoger liggen. 11

15 Op te merken is dat de grote omvang van de (harde zowel als zachte) plancapaciteiten, nadelige invloed hebben op de sturingsmogelijkheden van gemeenten ten aanzien van de kwaliteit (dat wil zeggen de match tussen behoefte en aanbod). Daarom heeft de Provincie in 2008 nader onderzoek verricht naar de relatie tussen huishoudensprognose en plancapaciteit op gemeentelijk niveau ( Bestemmen om te plannen... ). De huishoudensprognose wordt sindsdien jaarlijks geactualiseerd. zodat de huishoudensontwikkeling in de woningbouwprogrammering van (gemeenten en) regio's verwerkt kan worden. 5 Conclusies De netto woningvoorraadontwikkeling bedraagt per saldo bijna woningen. Dat is 8% meer dan de bovenste bandbreedte uit de provinciale woonvisie (9.000 á woningen). Dit is ontstaan door: - circa toevoegingen (ten opzichte van de bandbreedte van tot ) - vergeleken met de bovenste marge is dit een realisatie van 111%; - circa onttrekkingen (ten opzichte van de bandbreedte van tot 4.264) - dat is 117% vergeleken met de bovenste marge. Op zich was meer productie wel akkoord, mits er voldoende sloop tegenover de toevoegingen zou worden gerealiseerd; dit is niet geheel gelukt. Deze uitkomst trekt een wissel op de toekomst. De opgave voor de nieuwbouw is kleiner geworden en de sloopopgave des te groter. In de nieuwe provinciale woonvisie wordt daarom ook meer de nadruk gelegd op provinciale sturing. Ook in de regionale woonvisies zal rekening moeten worden gehouden met de actuele stand van zaken. In de provinciale woonvisie van 2005 is daarnaast een uitgangspunt dat het bundelingspercentage gehandhaafd blijft. Dat wil zeggen dat de woningvoorraad in stedelijk gebied niet mag dalen ten opzichte van de woningvoorraad in landelijk gebied. Dit beleidsuitgangspunt is terug te voeren op rijksbeleid. Door de Provincie is er herhaaldelijk op gewezen dat dit in combinatie met krimpende bevolking lastig te realiseren is. Met name in Zuid-Limburg zou dat betekenen dat in de dorpen niet gebouwd zou kunnen worden voor de eigen woningbehoefte; zoals bijvoorbeeld voor starters. Een duidelijk standpunt hierover heeft de Provincie pas onlangs (december 2009) ingenomen met de aanvulling Verstedelijking, Gebiedsontwikkeling en Kwaliteitsverbetering bij het Provinciaal Omgevings - plan Limburg (POL aanvulling VGK). Vastgesteld is daarmee dat de grenzen van de stedelijke dynamiek ( paarse contouren ) uitgangspunt zijn voor de scheiding tussen stedelijk en landelijk gebied en dat het gemiddelde percentage van stadsregio's in de totale Limburgse woningvoorraad 65% bedraagt. Daarbij geldt als referentie voor Noord-Limburg 47%, Midden-Limburg 51% en Zuid-Limburg 76 á 77% (met dien verstande dat het bundelingsbeleid voor Zuid-Limburg in verband met de krimpproblematiek is los gelaten). De woonmonitor laat de volgende percentages zien. Aandeel woningvoorraad stadsregio in de totale regionale woningvoorraad: - Noord-Limburg 46% - Midden-Limburg 51% - Zuid-Limburg 77% Alleen in Noord-Limburg is het aandeel van de stadsregio met 1% gezakt. In de andere regio's is het aandeel van de stadsregio's conform uitgangspunt, in Zuid-Limburg zelfs aan de positieve kant van de referentie. De plancapaciteit is onverminderd groot. Dit kan, zeker in Zuid-Limburg, een bedreiging vormen voor het evenwicht op de woningmarkt. 12

16 Een belangrijkere trend is de structurele afname van het aantal huishoudens de komende jaren. In dat kader is het van belang meer inzicht te krijgen in aspecten op een laag ruimtelijk schaalniveau (kernen buurtniveau), zoals kwalitatieve kenmerken van de woningvoorraad, de vraagzijde van de woningmarkt, ontwikkeling van de leegstand en de mate van match tussen vraag en aanbod van koopwoningen. Herstructurering van de woningvoorraad en het waarborgen van het evenwicht, zowel in kwantitatieve als ook in kwalitatieve zin zal daarom de komende jaren een belangrijkere positie dienen in te nemen. Dit geldt ook voor het inzicht in de omvang van de zorg- en nultredenwoningen in de bestaande voorraad en hoeveel/wat van de bestaande voorraad in potentie geschikt is om aan te passen tot zorg- en/of nultredenwoning. Daarnaast is het belangrijk meer inzicht te verkrijgen in de vraagzijde algemeen en in de zorgbehoefte in het bijzonder. Pas op basis van deze twee referenties kan beoordeeld worden of realisaties voldoende (of onvoldoende) zijn. Kencijfers provinciale woonvisie versus realisatie 2009 Bandbreedtes provinciale woonvisie (gemiddeld per jaar) Min. Ma x. Ne tto ontwikkelin g woningv oorraa d 2009 Ve rs chil (indicatief) Maasduin en Venray e.o Venlo e.o W eerterkwartier Midd en-lim burg Oost W este lijke Mijnstre ek Parkstad Lim burg Maastrich t & Merge lland Limburg totaal Stan d per Nieuwbouw 2009 Ve rs chil (indicatief) Huu r 38 % 43% + Koop 58 % 57% - Onbe kend 4 % Eengezinswoningen 74 % 50% - Meerge zinswon inge n 24 % 50% + Onb eken d 2 % - 13

17 Kencijfers provinciale woonvisie versus realisatie 2006 t/m 2009 B an d b ree d te s P ro v in cia le w o o n v isie t /m M in. M ax. N ett o o n t wik k elin g w o n in g vo o rraa d t/m V ers c h il ( in d ica tie f) M a asd u in en V en ra y e.o V en lo e.o W ee rter kw a rtie r M id d en-l im bu rg Oo st W estel ijke M ij nstre ek P ar ksta d L im bu rg M a astr ich t & M e rg ell an d L im b u rg to ta al V e rh o u d in g P ro vin c iale w o o n v isie N ie u w b o u w t/m V ers c h il ( in d ica tie f) H u ur 3 2 % 34 % + K oo p 6 8 % 66 % - E en ge zin sw o ni ng en 6 6 % 60 % - M e er ge zin sw o nin g en 3 4 % 40 % + 14

18 1 Bevolking & huishoudens Limburg 15

19 Bevolking Limburg: ontwikkeling Bevolkingsontwikkeling (abs.), Totaal Bevolkingsgroei Vestiging Vertrek Migratiesaldo Adm. saldo correcties 1 jan. Geboorteoverschot 31 dec totaal Bevolkingsontwikkeling (in 0/00), Totaal Bevolkingsgroei Vestiging Vertrek Migratiesaldo Adm. saldo correcties 1 jan. Geboorteoverschot 31 dec ,6 41,2 43,3-2,1-1,0-3, ,7 40,5 42,4-1,9-1,1-3, ,0 43,1 42,2 0,9-0,8-1, ,7 41,1 39,9 1,3-0,4 0, gemiddeld -0,7 41,5 41,9-0,5-0,8-2,0 Bevolkingsontwikkeling vanaf Geboorteoverschot vanaf 1990 Migratiesaldo vanaf

20 Huishoudens Limburg: ontwikkeling Huishoudens (per 1 januari) Huishoudenstructuur 2009 Totaal huishoudens Ontw. Ontw. in % in % Eenpersoonshuishoudens Meerpersoonshuishoudens Ontw. in % 33,3% , , , , , , , , , ,7% Eenpersoons Meerpersoons Huishoudens totaal Eenpersoonshuishoudens Meerpersoonshuishoudens Huishoudens (per 1 januari), samenstelling Eenouderhuishoudens Eenpersoonshuishoudens Meerpersoonshuishoudens zonder Meerpersoonshuishoudens met 1 kind Meerpersoonshuishoudens met 2 kinderen Meerpersoonshuishoudens met 3 kinderen e.m Aantal huishoudens naar aantal personen per huishouden 1 persoon 2 personen 3 personen 4 personen 5 personen e.m

21 Huishoudens Limburg: leeftijd Huishoudensontwikkeling naar leeftijd, 1 jan jan 2009 (groei in %) Gemiddeld 15 tot 20 jaar 2,2-3,0-0,9-0,6 20 tot 25 jaar -2,0 2,0 4,8 1,6 25 tot 30 jaar 0,0-0,3 1,8 0,5 30 tot 35 jaar -4,8-4,7-1,2-3,6 35 tot 40 jaar -3,3-4,0-4,8-4,0 40 tot 45 jaar -1,4-1,9-1,8-1,7 45 tot 50 jaar 1,3 0,8 0,6 0,9 50 tot 55 jaar 0,5 0,4 1,1 0,7 55 tot 60 jaar -0,2-0,5-0,4-0,4 60 tot 65 jaar 5,7 5,4 4,1 5,0 65 tot 70 jaar 1,6 2,6 2,1 2,1 70 tot 75 jaar 1,1 0,4 2,1 1,2 75 tot 80 jaar 1,3 2,8 1,5 1,9 80 tot 85 jaar 2,4 1,9 2,0 2,1 85 tot 90 jaar 11,4 9,3 8,7 9,7 90 tot 95 jaar 8,7 8,9 7,2 8,2 95 jaar of ouder 3,5 6,4 10,7 7,0 Totaal 0,3 0,3 0,7 0,5 Leeftijdsstructuur per tot 20 jaar ,7% 20 tot 25 jaar ,4% 25 tot 30 jaar ,3% 30 tot 35 jaar ,3% 35 tot 40 jaar ,6% 40 tot 45 jaar ,2% 45 tot 50 jaar ,7% 50 tot 55 jaar ,1% 55 tot 60 jaar ,0% 60 tot 65 jaar ,1% 65 tot 70 jaar ,5% 70 tot 75 jaar ,5% 75 tot 80 jaar ,6% 80 tot 85 jaar ,8% 85 tot 90 jaar ,8% 90 tot 95 jaar ,5% 95 jaar of ouder 317 0,1% Totaal ,0% Aantal huishoudens naar leeftijdscategorie, tot 20 jaar 20 tot 25 jaar 25 tot 30 jaar 30 tot 35 jaar 35 tot 40 jaar 40 tot 45 jaar 45 tot 50 jaar 50 tot 55 jaar 55 tot 60 jaar 60 tot 65 jaar 65 tot 70 jaar 70 tot 75 jaar 75 tot 80 jaar 80 tot 85 jaar 85 tot 90 jaar 90 tot 95 jaar 95 jaar of ouder Verandering van het aantal huishoudens naar leeftijdscategorie, in tot 20 jaar 20 tot 25 jaar 25 tot 30 jaar 30 tot 35 jaar 35 tot 40 jaar 40 tot 45 jaar 45 tot 50 jaar 50 tot 55 jaar 55 tot 60 jaar 60 tot 65 jaar 65 tot 70 jaar 70 tot 75 jaar 75 tot 80 jaar 80 tot 85 jaar 85 tot 90 jaar 90 tot 95 jaar 95 jaar of ouder

22 Verhuizingen Limburg: verhuisstromen Verhuizingen binnen, van en naar Limburg in 2008, in absolute aantallen en in 0/00 ** Aandeel In 0/00 in % Binnengemeentelijke verhuizingen Inkomende verhuizingen tussen gemeenten binnen Nederland* Inkomende verhuizingen naar Limburg vanuit het buitenland Uitgaande verhuizingen tussen gemeenten binnen Nederland* Uitgaande verhuizingen vanuit Limburg naar het buitenland % 25% 6% 26% 5% 53,2 35,1 8,0 35,8 7,4 Totaal % 139,5 Verhuismobiliteit *** ,6 * ** *** Het betreft het totaal aantal verhuizingen tussen Nederlandse gemeenten; zowel naar c.q. vanuit gemeenten in andere provincies in Nederland alsook verhuizingen tussen gemeenten binnen de regio. In 0/00 = ten opzichte de totale bevolking Verhuismobiliteit = het totaal van de verhuizingen binnen de provincie plus de halve som van vestiging in en vertrek uit de provincie. Hoe hoger de waarde van de verhuismobiliteit, hoe meer verhuizingen er gemiddeld per inwoner hebben plaatsgevonden. Top 5 binnenlandse verhuizingen naar Limburg vanuit gemeenten in andere regio's in 2008 Vestiging vanuit Eindhoven 914 8% Nijmegen 728 6% Tilburg 496 4% Amsterdam 467 4% Utrecht 397 3% Overige gemeenten % Totaal ,0 Top 5 binnenlandse verhuizingen vanuit Limburg naar gemeenten in andere regio's in 2008 Vertrek naar Eindhoven % Nijmegen % Amsterdam % Tilburg % Utrecht % Overige gemeenten % Totaal ,0 Top 5 immigratie naar Limburg, naar land van herkomst in 2008 Top 5 emigratie vanuit Limburg, naar land van bestemming in 2008 Migratiesaldo van Limburg met België en Duitsland in de afgelopen 10 jaar Aantal Aantal 1999 Duitsland België Polen 874 Verenigd Koninkrijk 330 Irak 281 België Duitsland Verenigd Koninkrijk -288 Ver. Staten v. Amerika -245 Spanje -205 België Top 5 positief migratiesaldo naar land in 2008 Aantal Polen 724 Irak 268 Somalië 258 Voormalig Sovjet-Unie 130 China 124 Top 5 negatief migratiesaldo naar land in 2008 Aantal België -687 Duitsland -199 Australië -39 Ned. Antillen + Aruba -22 Denemarken -19 Duitsland

23 20

24 2 Woningvoorraad Limburg 21

25 Woningvoorraad Limburg: eigendom en woningtype Woningvoorraad , naar woningtype en eigendom (aantal) huur koop Onbekend Totaal Appartement ^1 kap woning Hoekwoning Tussenwoning Vrijstaande woning Overige/onbekend Totaal Woningvoorraad , naar woningtype en eigendom (in %) huur koop Onbekend Appartement 74% 19% 7% 2^1 kap woning 18% 80% 2% Hoekwoning 42% 55% 3% Tussenwoning 46% 51% 3% Vrijstaande woning 9% 88% 3% Overige/onbekend 29% 64% 7% Totaal 38% 58% 4% Totaal 24% 24% 11% 19% 20% 2% 100% Onbekend betreft leegstaande woningen, bedrijfswoningen, boerderijen/winkels met woongedeelte, woonwagens en woningen waarvan het woningtype of de eigendoms - situatie onbekend is. Woningvoorraad, naar woningtype (in %) Woningvoorraad, naar eigendom (in %) 20,4% 2,2% 24,2% 3,7% 37,8% 18,6% 23,6% 58,5% 11,0% Appartement 2^1 kap woning Hoekwoning Tussenwoning Vrijstaande woning Overige/onbekend Huur Koop Onbekend 22

26 Woningvoorraad Limburg: eigendom en woningtype - woonregio's Woningvoorraad , naar woonregio Woningvoorraad , naar eigendom (in %) Aantal huur koop Onb. Totaal Maasduinen % Venlo e.o % Venray e.o % Weerterkwartier % Midden-Limburg Oost % Westelijke Mijnstreek % Parkstad Limburg % Maastricht en Mergelland % Totaal % 30% 68% 2% 100% 35% 62% 3% 100% 30% 68% 2% 100% 31% 66% 3% 100% 32% 64% 4% 100% 36% 60% 4% 100% 42% 54% 4% 100% 47% 49% 4% 100% 38% 58% 4% 100% Woningvoorraad , naar woonregio (aantal woningen) Maasduinen Venlo e.o. Venray e.o. Weerterkwartier Midden-Limburg Oost Westelijke Mijnstreek Parkstad Limburg Maastricht en Mergelland Woningvoorraad , naar woonregio en woningtype (in %) Appartement 2/1 kap woning Hoekwoning Tussenwoning Vrijstaande woning Onbekend Totaal Maasduinen 9% 31% 8% 15% 33% 3% 100% Venlo e.o. 23% 22% 12% 22% 20% 2% 100% Venray e.o. 12% 27% 10% 16% 31% 4% 100% Weerterkwartier 18% 25% 10% 15% 29% 3% 100% Midden-Limburg Oost 17% 27% 9% 14% 30% 3% 100% Westelijke Mijnstreek 24% 30% 10% 13% 21% 2% 100% Parkstad Limburg 29% 20% 14% 22% 13% 1% 100% Maastricht en Mergelland 34% 18% 10% 22% 14% 2% 100% Totaal 24% 24% 11% 19% 20% 2% 100% Onbekend betreft met name bedrijfswoningen, boerderijen/winkels met woongedeelte, woonwagens en woningen waarvan het woningtype onbekend is. 23

27 Woningvoorraad Limburg: eigendom en woningtype - stedelijk en landelijk gebied Woningvoorraad , stadsregio's / landelijk gebied per woonregio Woningvoorraad ,2009 stadsregio's versus landelijk gebied Aantal Stadsregio's Venlo e.o % Venray e.o % Weerterkwartier % Midden-Limburg Oost % Westelijke Mijnstreek % Parkstad Limburg % Maastricht en Mergelland % Totaal % 35,7% 64,3% Landelijk gebied Maasduinen % Venlo e.o % Venray e.o % Weerterkwartier % Midden-Limburg Oost % Westelijke Mijnstreek % Parkstad Limburg % Maastricht en Mergelland % Totaal % Stadsregio's Landelijke regio Totaal % De stadsregio's zijn afgebakend op basis van het Provinciaal Omgevingsplan Limburg (POL). Er worden in Limburg zeven stadsregio's onderscheiden: Venlo, Venray, Weert - Nederweert, Roermond e.o., Westelijke Mijnstreek, Parkstad Limburg en Maastricht e.o. (de woonregio Maasduinen is de enige woonregio zonder stadsregio). Woningvoorraad , stadsregio's / landelijk gebied, woningdichtheid en samenstelling Aantal Dichtheid Huur Koop Onb. MG EG Onb. Venlo ,73 Venray ,93 Weert-Nederweert ,50 Roermond ,73 Sittard-Geleen ,00 Parkstad ,22 Maastricht ,62 Landelijk gebied ,99 Totaal ,69 40% 56% 4% 43% 55% 2% 35% 61% 3% 42% 53% 5% 39% 57% 4% 44% 51% 5% 54% 42% 4% 27% 70% 3% 38% 58% 4% 31% 69% 0% 21% 79% 0% 24% 75% 0% 29% 70% 0% 28% 72% 1% 32% 67% 1% 41% 59% 0% 11% 89% 0% 24% 75% 0% Dichtheid = aantal woningen per ha. MG = meergezinswoningen (appartementen e.d.) EG = eengezinswoningen 24

28 Woningvoorraad Limburg: bouwjaar Op basis van de WOZ-monitor Limburg wordt de woningvoorraad in Limburg in beeld gebracht. Op te merken is dat in het kader van deze monitor niet voor alle woningen het bouwjaar bekend is. Woningen waarvan het bouwjaar niet bekend is, zijn in de voorliggende analyse buiten beschouwing gelaten. Woningvoorraad , naar bouwjaar Leegstandverdeling naar bouwjaar (in %) Aantal < % % % % % % > % Totaal % < ,9% ,2% ,3% ,8% ,1% ,3% > ,5% Totaal: 100,0% Woningvoorraad , naar bouwjaar vanaf en later Woningvoorraad , gemiddeld bouwjaar naar regio Maasduinen Venlo e.o. Venray e.o. Weerterkwartier Midden-Limburg Oost Westelijke Mijnstreek Parkstad Limburg Maastricht en Mergelland

29 Woningvoorraad Limburg: WOZ-waarde Gemiddelde WOZ-waarde , naar woningtype Aantal In Gemiddelde WOZ-waarde , naar waardecategorie Appartement ^1 kap woning Hoekwoning Tussenwoning Vrijstaande woning Bedrijf met woning Woonwagen Onbekend Totaal ,4% 30,4% 47,1% De gegevens hebben betrekking op de gemiddelde WOZ-waarde per op basis van de woningvoorraad van Woningen waarvan de WOZ-waarde onbekend is, zijn buiten beschouwing gelaten. < > De totale omvang van de waarde van de woningvoorraad in Limburg bedraagt per : Gemiddelde WOZ-waarde , naar soort woning (in ) Villa/landhuis Herenhuis Bedrijf met woning (Woon)boerderij Bungalow Standaard eengezinswoning Drive-in woning Appartement Flat Beneden-/bovenwoning Etage-/portiekwoning Woonwagen