Onderzoek Vrijstelling bij Uitzending

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Onderzoek Vrijstelling bij Uitzending"

Transcriptie

1 Bezoekadres: Van Alkemadelaan 357 Postadres: MPC 58 A Postbus LS Den Haag Nederland Steller: Lkol drs. F. Jansen Telefoon Intern (546) F.Jansen3@mindef.nl Augustus 2007 Rapportnummer GW

2 Colofon Commando DienstenCentra stelt zich tot doel het ondersteunen en verbeteren van de gehele defensieorganisatie door praktijkgericht sociaal wetenschappelijk onderzoek en advies. Een van de taken van GW is om kennis binnen de defensieorganisatie te verspreiden. Rapporten en brochures zijn middelen om dit te bereiken. Graag ontvangen we reacties op vorm en inhoud van onze rapporten. Zo kunnen wij ook dat deel van onze dienstverlening verbeteren. Directeur Dr. Renier van Gelooven Bezoekadres Alexanderkazerne gebouw 201 Van Alkemadelaan 357 Postbus MPC 58A 2509 LS Den Haag Telefoon (070) Fax (070) MDTN (*06) CDC/Dienstencentrum 2

3 Samenvatting In februari en juni 2007 heeft de Staatssecretaris van Defensie aan de Tweede Kamer de toezegging gedaan dat er een onderzoek zou worden uitgevoerd naar de mate waarin er binnen populatie mannelijke militairen interesse bestaat om gebruik te maken van een regeling waarbij ouders van kinderen jonger dan 5 jaar vrijgesteld zijn van inzet bij uitzendingen. Dit rapport beschrijft de bevindingen uit dat onderzoek. Uit het onderzoek blijkt dat circa 58% van de mannelijke militairen, met kinderen onder de 5 jaar, zeker of misschien gebruik zou willen maken van een regeling vrijstelling voor uitzending. Uitgedrukt in aantallen zijn dat 4300 militairen. Ongeveer 26% geeft aan zeker gebruik te willen maken van de regeling. In dat geval gaat het om 1980 militairen. Het belangrijkste, en tevens voor de hand liggende, voordeel van de regeling vrijstelling bij uitzendingen is dat men bij het gezin kan blijven. Gezinsaspecten die daarbij meespelen zijn: het meebeleven van de ontwikkeling van jonge kinderen, gelijke verdeling van zorgtaken, voorkomen van stress bij het thuisfront en de angst uit elkaar te groeien. Er zijn echter ook drempels die het minder aantrekkelijk maken om gebruik te maken van de regeling. De belangrijkste drempel is het feit dat men op voorhand een zekere sociale druk ervaart van collega s of leidinggevenden wanneer men besluit niet te gaan. Zelf niet gaan betekent immers dat een ander geacht wordt wel te gaan in jouw plaats. Daarnaast vragen militairen zich af of de regeling uiteindelijk niet ten koste zal gaan van de inzetbaarheid van de gehele krijgsmacht. Wanneer voor een te groot deel van de mensen geldt dat zij niet inzetbaar zijn, kunnen missies wellicht niet meer uitgevoerd worden, denkt men. Andere redenen om geen gebruik te maken van de regeling hebben vooral te maken met de carrière, het missen van de uitzendtoelage, mogelijk misbruik van de regeling en de behoefte om juist thuis te kunnen blijven wanneer de kinderen wat ouder zijn. CDC/Dienstencentrum 3

4 Inhoud 1 INLEIDING AANLEIDING DOELSTELLING VAN HET ONDERZOEK VRAAGSTELLINGEN LEESWIJZER METHODE TELEFONISCHE ENQUÊTE INTERVIEWS RESULTATEN HOE GROOT IS DE DOELGROEP? WELKE DEEL VAN DE DOELGROEP ZAL GEBRUIKMAKEN VAN DE REGELING? WELKE FACTOREN DRAGEN BIJ AAN HET GEBRUIK VAN DE REGELING? WELKE FACTOREN BEPERKEN HET GEBRUIK VAN DE REGELING? DISCUSSIE EN CONCLUSIE DISCUSSIE CONCLUSIE BIJLAGE 1: Overzichtstabel 20 BIJLAGE 2: Vragen telefonische enquête 21 CDC/Dienstencentrum 4

5 1 INLEIDING 1.1 Aanleiding De aanleiding tot dit onderzoek is gelegen in toezeggingen van de Staatssecretaris van Defensie aan de Tweede Kamer van medio februari en juni Beloofd is dat er een onderzoek zou worden uitgevoerd naar de mate waarin er binnen de populatie mannelijke militairen interesse bestaat om gebruik te maken van een regeling waarbij ouders van kinderen jonger dan 5 jaar vrijgesteld zijn van inzet bij uitzendingen. 1.2 Doelstelling van het onderzoek De doelstelling van dit onderzoek is inzicht te krijgen in het aantal mannelijke militairen met kinderen jonger dan vijf jaar, dat gebruik zal maken van een vrijstellingsregeling bij uitzending en in de motieven, die een rol spelen bij de afweging hiervoor. Dit inzicht is noodzakelijk voor een goede appreciatie van de motie van de leden Van Velzen en Eijsink (Tweede Kamer, vergaderjaar , X, nr. 19). 1.3 Vraagstellingen Om de doelstelling te realiseren is dit onderzoek gebaseerd op de volgende centrale vraag: Geef aan in welke mate mannelijke militairen met jonge kinderen gebruik zullen maken van een regeling vrijstelling en van welke factoren het tot stand komen van die keuze afhankelijk is. Uit deze centrale vraag volgen de volgende onderzoeksvragen: 1. Hoe groot is de doelgroep mannelijke militairen met kinderen jonger dan vijf jaar? 2. Hoe groot is het deel van die doelgroep dat gebruik zal maken van een regeling vrijstelling? 3. Welke factoren zullen bijdragen aan het gebruik van de regeling? 4. Welke factoren kunnen het gebruik van de regeling beperken? 1.4 Leeswijzer Dit rapport beschrijft de bevindingen uit het (vervolg)onderzoek naar mate waarin naar verwachting door mannelijke militairen gebruik gemaakt zal gaan worden van een regeling vrijstelling bij uitzendingen. In hoofdstuk 2 staat beschreven op welke wijze dit onderzoek is uitgevoerd. In hoofdstuk 3 worden de resultaten van het onderzoek gepresenteerd. De rapportage wordt afgerond met een discussie en conclusie in hoofdstuk 4. CDC/Dienstencentrum 5

6 2 METHODE Om antwoord te kunnen geven op de vier onderzoeksvragen is eerst een telefonische enquête uitgevoerd. Vervolgens zijn diepte-interviews gehouden met mannelijke militairen met kinderen jonger dan 5 jaar. In dit hoofdstuk zullen de telefonische enquête en de diepte-interviews worden beschreven. 2.1 Telefonische enquête De telefonische enquête is uitgevoerd in maart Er is een random steekproef getrokken van militairen in werkelijke dienst. Het veldwerk is uitgevoerd door TNS-NIPO. Vanwege de korte doorlooptijd die voor de gegevensverzameling beschikbaar was, is opdracht gegeven een zo groot mogelijk aantal militairen te bellen. Daarbij is aangesloten bij een al lopend onderzoek. Van de benaderde militairen was 74% bereid mee te werken aan de telefonische enquête. Voor de 26% die niet bereid was mee te doen aan het onderzoek was het onderwerp van de enquête geen reden voor de weigering. De voornaamste redenen voor weigering waren: geen tijd/te druk en ik doe niet mee met telefonische enquêtes. In totaal leverde de steekproef 314 geslaagde telefonische interviews op. In de korte telefonische enquête is gevraagd naar het hebben van jonge kinderen en naar de belangstelling voor een regeling vrijstelling. Ook is gevraagd naar voor- en nadelen van zo n regeling. Voor de vragenlijst zie Bijlage 2. De respons op de telefonische enquête is afgezet tegen de totale populatie mannelijke militairen. De groep manschappen en de groep jonger dan 25 zijn in de steekproef ondervertegenwoordigd. Deze twee categorieën overlappen elkaar. Bij de beschrijving van de resultaten wordt hiervoor gecorrigeerd. 2.2 Interviews In totaal zijn 32 individuele diepte-interviews gehouden met militairen, vaders van jonge kinderen (< 5 jaar oud). De interviews zijn gelijk verdeeld over CZSK, CLAS, CLSK en de KMar, gespreid over rang en functie. De gesprekken hebben plaatsgevonden op de werkplek van de respondent in augustus Van de gesprekken zijn audio-opnamen gemaakt die vervolgens uitgewerkt zijn tot notulen. Op basis van de notulen en de observatie van de onderzoekers is een kwalitatieve analyse gemaakt die ten grondslag ligt aan de beschrijving in dit rapport. Het onderzoek en de interviews zijn uitgevoerd CDC/Dienstencentrum 6

7 door senior onderzoekers van Blauw Research uit Rotterdam. Primair doel van het kwalitatieve onderzoek was het inventariseren van motieven en drempels om van de vrijstellingsregeling gebruik te maken. CDC/Dienstencentrum 7

8 3 RESULTATEN In dit hoofdstuk staan de resultaten van dit onderzoek weergegeven. Achtereenvolgens zullen de vier onderzoeksvragen aan de orde komen. 3.1 Hoe groot is de doelgroep? Er zijn bijna mannelijke militairen in werkelijke dienst bij Defensie. Welk deel hiervan kinderen heeft, kan niet uit de administratieve gegevens worden afgeleid. Daarom is hier naar gevraagd in de telefonische enquête. De resultaten staan in Tabel 3.1. In de tabel zijn de percentages afkomstig uit de telefonische enquête, na weging, geprojecteerd op het totale aantal mannelijke militairen bij Defensie. Tabel 3.1: Antwoord op de vraag Heeft u kinderen jonger dan 5 jaar? Aantal mannelijke Percentage** militairen* Ja, ik heb nu kinderen jonger dan 5 jaar % Ja, ik verwacht ze % Nee % Weet niet 300 1% Totaal % * Omdat het personeelsbestand binnen Defensie geen constant gegeven is, zijn de aantallen in de tabel afgerond op honderdtallen. ** Door toepassing van afronding tellen de afzonderlijke percentages niet exact op tot 100%. Uit Tabel 3.1 blijkt dat 17 % van alle mannelijke militaire kinderen jonger dan 5 jaar heeft. Nog eens 14 % geeft aan kinderen te verwachten. Omdat de gegevens gebaseerd zijn op een steekproef is er sprake van een marge van betrouwbaarheid. Deze marge is afhankelijk van de omvang van de steekproef en het gevonden percentage in de steekproef. De 95% betrouwbaarheidsmarge voor ja ik heb kinderen is ± 4%. Het al dan niet hebben van jonge kinderen blijkt vooral af te hangen van de leeftijd van de militair. De mannelijke militairen met jonge kinderen zijn merendeels tussen de 25 en 45 jaar oud. In de jongste leeftijdsgroep en in de groep ouder dan 44 jaar is het percentage met jonge kinderen zeer laag (zie Bijlage 1, Tabel B.1) Subconclusie: De doelgroep van potentiële gebruikers van een regeling vrijstelling bij uitzendingen bestaat uit circa 7500 mannelijke militairen met kinderen jonger dan 5 jaar. Voor het merendeel zijn dat militairen tussen de 25 en 45 jaar oud. CDC/Dienstencentrum 8

9 3.2 Welke deel van de doelgroep zal gebruikmaken van de regeling? In de telefonische enquête is aan alle respondenten gevraagd of zij gebruik zouden willen maken van een regeling vrijstelling bij uitzending. In Tabel 3.2 staan de resultaten. Tabel 3.2: Zou u gebruik maken van een regeling vrijstelling bij uitzending? Percentage van alle mannelijke militairen Zeker wel 29% Misschien wel 29% Misschien niet 5% Zeker niet 33% Weet niet 4% Totaal 100% Uit Tabel 3.2 blijkt dat de belangstelling voor de regeling groot is. Circa 58% van alle mannelijke militairen (met een 95% betrouwbaarheidsmarge van ± 5%) zegt zeker wel of misschien wel gebruik te willen maken van de regeling vrijstelling bij uitzending. Dit percentage van 58% geldt in gelijke mate voor alle categorieën. Er zijn daarbij geen verschillen tussen de leeftijdsgroepen, noch tussen de rangscategorieën. Ook is er geen significant verschil tussen degenen die kinderen hebben, degenen die kinderen verwachten en de andere militairen. Dit percentage is daarom ook van toepassing op de potentiële doelgroep van mannelijke militairen met kinderen jonger dan 5 jaar. Echter, indien alleen gekeken wordt naar het deel van de militairen dat zeker wel gebruik wil maken van de regeling, dan wijkt het percentage van de potentiële doelgroep iets af van het percentage binnen de totale populatie mannelijke militairen. Binnen de potentiële doelgroep is het aandeel personen dat zeker wel van de regeling gebruik zou maken iets meer dan een kwart (26%). Dat zijn circa 1980 militairen. Als ook de groep die misschien van de regeling gebruik zou maken wordt meegeteld gaat het om ruim 4300 mannelijke militairen (58% van de 7500 mannelijke militairen met kinderen jonger dan 5 jaar). Figuur 3.1 op de volgende bladzijde zijn ter illustratie de percentages naar leeftijd en rangscategorie opgenomen. CDC/Dienstencentrum 9

10 Figuur 3.1: Zou u gebruik maken van een regeling vrijstelling bij uitzending? (Per rangscategorie gestapeld per leeftijdsgroep). > 44 manschappen onderofficieren officieren <25 > <25 > <25 0% 20% 40% 60% 80% 100% Zeker wel Misschien wel Misschien niet Zeker niet Weet niet Opvallend in Figuur 3.1 is dat onder de officieren de percentages die zeker wel gebruik zullen maken duidelijk lager zijn. Ook opvallend is het relatief hoge percentage onderofficieren dat aangeeft dat ze van de regeling gebruik zou willen maken. Subconclusie: Uit het onderzoek blijkt dat circa 58% van de mannelijke militairen, met kinderen onder de 5 jaar, zeker of misschien gebruik zou willen maken van een regeling vrijstelling voor uitzending. Uitgedrukt in aantallen zijn dat 4300 militairen. Ongeveer 26% geeft aan zeker gebruik te willen maken van de regeling. In dat geval gaat het om 1980 militairen. CDC/Dienstencentrum 10

11 3.3 Welke factoren dragen bij aan het gebruik van de regeling? Tijdens de telefonische enquête is aan de respondenten gevraagd wat volgens hen de belangrijkste voordelen van een vrijstellingsregeling zijn. In Tabel 3.3 staan de resultaten vermeld. De genoemde voordelen spreken voor zich, het thuis zijn (34%), minder belasting voor de partner (11%) en het niet uitgezonden worden (10%). Tabel 3.3 Overzicht van genoemde voordelen van de regeling Voordelen Aantal % vd redenen % vd mensen thuis zijn % 34% partner minder belast 38 11% 11% niet uitgezonden 34 10% 10% in noodgeval 13 4% 4% werkgelegenheid 13 4% 4% Keuze 5 1% 2% gelijkheid man vrouw 5 1% 2% geen/weet niet 92 26% 27% onduidelijk/overig 38 11% 11% Totaal % 105% In de diepte-interviews is vervolgens dieper ingegaan op de factoren die bijdragen aan het gebruik van de regeling. Uit deze interviews blijkt dat de meeste militairen zich, bij hun sollicitatie bij defensie, al bewust waren van het feit dat zij uitgezonden zouden kunnen worden. It s part of the job, is de algemene redenatie. Bij jongere militairen was het bewustzijn hieromtrent groter dan bij de oudere militairen: op het moment dat deze laatste categorie bij defensie kwam, was immers nog amper sprake van missies in het buitenland. De huidige algemene perceptie is dan ook, dat men gedurende een normaal carrièreverloop meerdere malen uitgezonden wordt. Men houdt er dan ook in essentie rekening mee uitgezonden te zullen worden en het overgrote deel van de militairen zal zonder twijfel de aanwijzing tot uitzending opvolgen. De mate waarin men op dit moment gemotiveerd is om op missie te gaan varieert echter: sommigen melden zich vrijwillig aan, terwijl anderen naar (legitieme) mogelijkheden zullen zoeken om uitzending te voorkomen. Daarnaast is er een deel van de militairen dat wel uitgezonden wil worden, maar een voorkeur heeft voor het moment waarop. De kans om uitgezonden te worden varieert per onderdeel en per functie. Bijvoorbeeld: voor iemand die bij een parate eenheid zit van het CLAS is de kans groot, voor iemand die bij een schoolbataljon werkt is de kans aanzienlijk kleiner. Door gericht te solliciteren op specifieke functies, kan men de kans op uitzending verkleinen. Sommigen melden zich vrijwillig aan voor uitzending op een zeker moment in hun carrière of in een specifieke levensfase (bijvoorbeeld wanneer ze nog vrijgezel zijn), om op die manier de CDC/Dienstencentrum 11

12 kans te verkleinen dat ze uitgezonden worden op een moment dat het minder goed uitkomt (bijvoorbeeld wanneer er kleine kinderen zijn). Ook zonder de uitsluitingsregeling heeft men zodoende al een zekere mate van invloed op het wel of niet uitgezonden worden op een bepaald moment. Alle militairen geven aan dat er iets verandert in de bereidwilligheid om op uitzending te gaan wanneer men kinderen heeft. De leeftijd van de kinderen speelt een minder grote rol: sommigen willen thuis zijn wanneer de kinderen jong zijn (willen de ontwikkeling niet missen), anderen juist wanneer ze de puberleeftijd bereikt hebben (kinderen maken uitzending bewuster mee en men wil bijstaan in de opvoeding). De geïnterviewden geven aan dat de druk van het gezin om thuis te blijven groot is, ook op het moment dat men zelf de keuze maakt om wel op uitzending te gaan. Het voordeel van de regeling is dat men thuis kan blijven. Een nadeel in deze context zou kunnen zijn, dat men een loyaliteitsprobleem met het thuisfront krijgt wanneer men besluit toch te gaan. Samengevat kan gesteld worden dat men er van uit gaat uitgezonden te worden en dat men dit accepteert als een vast onderdeel van het werk. In bijna alle gevallen is alleen het gezin sterk van invloed op de motivatie om wel of niet op missie te willen gaan. Het voordeel van de regeling is dan dat men bij het gezin kan zijn. Redenen om dit te willen: Niets te willen missen in de ontwikkeling van de kinderen: vooral op jonge leeftijd maken kinderen een aantal ontwikkelingsstadia door (praten, lopen, naar school gaan) die men met het gezin wil meebeleven. Bijstaan in zorg en opvoeding: vooral wanneer er problemen zijn in het gezin (opvoeding, ontwikkeling van het kind, relatie) wil men thuis zijn ter ondersteuning of om eventuele problemen op te lossen. Risicobeleving: partners en kinderen kunnen de uitzending als een stressvolle periode ervaren, vooral wanneer het een uitzending betreft naar gebieden met een verhoogd risico. De stress kan ten koste gaan van het geestelijk welzijn van de thuisblijvers, de onderlinge relaties, de schoolprestaties van de kinderen, enz. Men ervaart dat de uitzending in veel gevallen erger is voor de thuisblijvers dan voor de militair zelf. Problemen na terugkomst: militairen ervaren dat het na thuiskomst, moeilijk is de draad weer op te pakken in het gezin. Men maakt een periode door van individuele persoonlijke groei of men heeft ingrijpende ervaringen op uitzending. Het is daarna moeilijk om weer mee te draaien in het normale gezinspatroon. Men is bang uit elkaar te groeien. Problemen met kinderopvang: wanneer beide ouders (onregelmatig) werken ontstaan er problemen in het samenlevingspatroon. De thuisblijvende ouder komt er alleen voor te staan en dient voor opvang te zorgen voor de tijdstippen waarop de vader normaal gesproken thuis is. Deze opvang wordt nu veelal gezocht binnen de eigen familiekring. CDC/Dienstencentrum 12

13 Een ander (niet gezinsgerelateerd) voordeel van de vrijstellingsregeling is dat de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen weggenomen wordt. Slechts een beperkt deel van de militairen ervaart deze ongelijkheid overigens als een probleem. De meeste zijn van mening dat het vooral van belang is dat de moeder bij het kind blijft en dat de bestaande regeling voor vrouwen gehandhaafd dient te blijven. Degene die vinden dat de regeling (vanuit het gelijkheidsbeginsel) ook van toepassing zou moeten zijn op mannen, plaatsen de discussie in een bredere context. Men constateert daarbij dat vrouwen ook op andere gebieden meer privileges hebben dan mannen en men vindt dat de discussie over vrouwen binnen de krijgsmacht dan ook breder gevoerd dient te worden. Subconclusie: Militairen gaan ervan uit dat zij uitgezonden kunnen worden en accepteren dat als vast onderdeel van hun werk. Het gezin van de militair heeft echter een sterke invloed op de motivatie van de militair om wel of niet op missie te willen gaan. Het belangrijkste, en tevens voor de hand liggende, voordeel van de regeling vrijstelling bij uitzendingen is dat men bij het gezin kan blijven. Gezinsaspecten die daarbij meespelen zijn: het meebeleven van de ontwikkeling van jonge kinderen, gelijke verdeling van zorgtaken, voorkomen van stress bij het thuisfront en de angst uit elkaar te groeien. 3.4 Welke factoren beperken het gebruik van de regeling? Tijdens de telefonische enquête is aan de respondenten gevraagd wat volgens hen de belangrijkste nadelen van een vrijstellingsregeling zijn. In Tabel 3.4 staan de resultaten vermeld. Tabel 3.4 Overzicht van genoemde nadelen van de regeling Nadelen Aantal % vd redenen % vd mensen nadelig voor anderen % 47% slechte inzetbaarheid/ 88 23% 26% onwerkbaar Uitzending hoort erbij 27 7% 8% Misbruik mogelijk 20 5% 6% discriminatie tov andere 6 2% 2% problemen Onjuiste leeftijd 8 2% 2% Financieel nadeel 3 1% 1% onduidelijk/overig 17 5% 5% geen/weet niet 54 14% 16% Totaal ,0% 113% CDC/Dienstencentrum 13

14 De meest genoemde nadelen zijn: het is nadelig voor anderen (47% van de mensen) en het beperkt de inzetbaarheid, het is onwerkbaar (26% van de mensen). In de diepte-interviews is vervolgens dieper ingegaan op de factoren die het gebruik van de regeling beperken. Uit deze interviews blijkt dat een aanzienlijk deel van de militairen niet graag gebruik zal maken van de regeling. Velen hebben oorspronkelijk gekozen voor het beroep van militair vanuit een behoefte aan afwisseling en avontuur. Voor de meesten staat de dagelijkse praktijk voor een groot deel in het teken van voorbereiding op missies. Wanneer het moment gekomen is dat het zo ver is, dan heeft men er moeite mee om op dat moment verstek te laten gaan. Dit verschilt overigens in zekere mate per functie of onderdeel. Militairen uit een parate eenheid worden direct opgeleid om uitgezonden te worden, groepsgewijs met het gehele peloton of de compagnie. Wanneer het zover is, is het voor hen minder aantrekkelijk en minder voor de hand liggend om van de regeling gebruik te maken, dan voor iemand die in een staffunctie werkt en een individuele aanwijzing krijgt tot uitzending. Deze laatste categorie houdt er veelal minder rekening mee, is er minder op voorbereid en heeft soms juist voor de functie gekozen om de kans op uitzending te verkleinen. In alle gevallen ervaart men een zekere sociale druk van collega s of leidinggevenden wanneer men besluit niet te gaan. Zelf niet gaan betekent immers dat een ander geacht wordt wel te gaan in jouw plaats. Sommigen vragen zich tevens af of de regeling uiteindelijk niet ten koste zal gaan van de inzetbaarheid van de gehele krijgsmacht. Wanneer voor een te groot deel van de mensen geldt dat zij niet inzetbaar zijn, kunnen missies wellicht niet meer uitgevoerd worden, denkt men. Hieronder volgt, naar aanleiding van de diepte-interviews, een overzicht van redenen om niet van de regeling gebruik te maken: Men wordt voorbereid op uitzending. Uitzending hoort er bij, het is niet consequent om dan niet te gaan. Inzetbaarheid krijgsmacht: als te veel militairen gebruik maken van de regeling dan kan dit ten koste gaan van de inzetbaarheid van het leger. Wanneer te veel militairen van de regeling gebruik maken, zullen bepaalde missies geen doorgang kunnen vinden. Sommigen voelen zich daar voor persoonlijk verantwoordelijk, anderen vinden dit een probleem voor defensie of voor de politiek. Inzetbaarheid eenheid: wanneer te veel militairen (vooral in kaderfuncties) gebruik maken van de regeling, dan zou dit kunnen betekenen dat de totale eenheid niet op uitzending kan, wegens gebrek aan leiding of ondersteuning. Nadelig voor anderen: wanneer men afziet van uitzending, dan zal een ander (zonder jonge kinderen) in de plaats dienen te gaan. Dit nadeel voelt men vooral wanneer degene die dan wel gaat een bekende of een directe collega is. De druk op mensen zonder kinderen zal hierdoor onevenredig groot worden. Men is bang aansluiting te missen bij collega s: vooral wanneer de hele eenheid op uitzending gaat, dan deelt men niet in de ervaring. Men loopt achterstand op in werk- en levenservaring en kan niet meepraten over belevenissen. CDC/Dienstencentrum 14

15 Serieus genomen worden: men verwacht dat militairen die niet op uitzending gaan, minder serieus genomen worden. Een hogere rang betekent meer autoriteit, welke gepaard dient te gaan met ervaring. Niet uitgezonden zijn gaat dan ten koste van de geloofwaardigheid. Carrière: men verwacht dat het gebruik maken van de regeling nadelig kan zijn voor de carrière. Er zullen geen directe gevolgen zijn denkt men, maar wanneer men solliciteert zal het aantal uitzendingen meewegen in de beoordeling. Iemand die meerdere uitzendingen op zijn naam heeft staan zal meer kans maken op een aantrekkelijke baan. Selectie van personeel: bij de selectie van personeel zal men rekening gaan houden met de levensfase van de sollicitant (pas getrouwd, betekent een grotere kans op kleine kinderen, betekent minder aantrekkelijk voor de functie). Eén en ander zou kunnen leiden tot scheefgroei (alleen oudere en / of vrijgezelle militairen op parate functies). Gemis aan extra toelage: sommige militairen melden zich vrijwillig voor uitzending, onder andere vanwege het financiële voordeel. Gebruik maken van de regeling betekent dat ze dit voordeel niet meer hebben. Regeling sluit niet aan bij behoefte: de vigerende regeling is toegespitst op moeders van jonge kinderen. Veel vaders hebben juist behoefte aan een regeling waarbij ze thuis kunnen blijven wanneer de kinderen wat ouder zijn. Oudere kinderen maken de uitzending bewuster mee waardoor een deel van de militairen er eerder voor zou kiezen om op uitzending te gaan wanneer de kinderen jong zijn. Misbruik: sommige militairen verwachten dat anderen hun gezinsplanning op de regeling afstemmen. Met meerdere kinderen gespreid over een langere periode kan men een groot deel van de tijd dat men in dienst is, uitzendingen voorkomen. Mogelijke conflicten met de partner: De regeling zou tevens kunnen leiden tot een conflict tussen de militair en zijn partner, wanneer men besluit om (op basis van bovenstaande argumenten) toch op uitzending te gaan, terwijl de mogelijkheid bestaat om vrijstelling te vragen. De precieze invulling van de regeling is van invloed op de mate waarin men er gebruik van zal maken. Wanneer men zelf actief om vrijstelling moet verzoeken, dan zal men een hogere sociale druk ervaren en men verwacht grotere negatieve gevolgen voor de carrière dan wanneer men automatisch vrijgesteld wordt. Doordat men op dat moment er zelf actief voor kiest om van de regeling gebruik te maken, kan men er ook persoonlijk op aangesproken worden. Men verwacht dat de regeling dan van negatieve invloed zal zijn op de arbeidsrelatie tussen defensie en het personeel en tussen het personeel onderling. Sommige militairen doen suggesties om de regeling aantrekkelijker te maken, ondanks de genoemde drempels: Verkort de uitzendtermijn. 2 of 3 maanden van huis zijn is nog enigszins te overzien. Meer dan 4 maanden van huis voelt veel langer en definitiever en vraagt veel meer organisatie om de periode te overbruggen. CDC/Dienstencentrum 15

16 Introduceer de regeling als een uitstelregeling. Militairen kunnen uitstel vragen wanneer ze jonge kinderen hebben, maar komen daarna bovenaan de lijst te staan bij een volgende uitzending. Subconclusie: Er zijn drempels die het minder aantrekkelijk maken om gebruik te maken van de regeling. De belangrijkste drempel is het feit dat men op voorhand een zekere sociale druk ervaart van collega s of leidinggevenden wanneer men besluit niet te gaan. Zelf niet gaan betekent immers dat een ander geacht wordt wel te gaan in jouw plaats. Daarnaast vragen de militairen zich af of de regeling uiteindelijk niet ten koste zal gaan van de inzetbaarheid van de gehele krijgsmacht. Wanneer voor een te groot deel van de mensen geldt dat zij niet inzetbaar zijn, kunnen missies wellicht niet meer uitgevoerd worden, denkt men. Andere redenen om geen gebruik te maken van de regeling hebben vooral te maken met de carrière, het missen van de uitzendtoelage, mogelijk misbruik van de regeling en de behoefte om juist thuis te kunnen blijven wanneer de kinderen wat ouder zijn. CDC/Dienstencentrum 16

17 4 DISCUSSIE EN CONCLUSIE 4.1 Discussie In deze paragraaf zal kort worden ingegaan op de betrouwbaarheid en de validiteit van dit onderzoek. Bij de betrouwbaarheid gaat het om de vraag hoe precies de resultaten van het onderzoek zijn. De betrouwbaarheid volgt uit de gehanteerde methode en kan voor een deel in betrouwbaarheidsgrenzen worden uitgedrukt. In dit rapport wordt gesteld dat 58% van de mannelijke militairen met kinderen onder de 5 jaar zeker of misschien gebruik zou willen maken van een regeling vrijstelling voor uitzending. Met een 95% betrouwbaarheidsmarge van 5% wil dat zeggen dat dit percentage ligt tussen de 53 en 63%. Bij de telefonische enquête is gebruik gemaakt van een steekproef. Deze steekproef is getrokken uit de totale populatie van militairen in werkelijke dienst die op dat moment niet waren uitgezonden. Het feit dat het hier gaat om een random steekproef draagt in grote mate bij aan de betrouwbaarheid van de resultaten. Van de benaderde militairen was 74% bereid mee te werken aan de telefonische enquête. Voor de 26% die niet bereid was mee te doen aan het onderzoek was het onderwerp van de enquête geen reden voor de weigering. De non-respons heeft daarom nauwelijks invloed gehad op de betrouwbaarheid van de eindresultaten. Voor praktijkgericht onderzoek is triangulatie (gebruik maken van meerdere methoden) vaak een manier om de zekerheid van de conclusies te vergroten. In dit onderzoek was daar echter geen tijd voor. Ook was er geen tijd om onderzoek te doen naar het aantal gezinnen met jonge kinderen waarvan beide ouders militair zijn. Bij validiteit gaat het om de vraag of wat we meten ook hetgeen is dat we willen meten. Indien bijvoorbeeld tijdens een onderzoek gebruik gemaakt wordt van suggestieve vragen of van sturing bij de beantwoording van de vragen, kunnen er vraagtekens gesteld worden bij de validiteit van het onderzoek. Bij de uitvoering van de telefonische enquête is door TNS-NIPO echter gebruik gemaakt van een vast protocol met duidelijke vragen die niet suggestief zijn (zie Bijlage 2). Er is gemeten wat we wilden meten. Er zijn in totaal 32 diepte-interviews gehouden. Deze steekproef is niet representatief in aantallen, maar op basis van dit aantal mag er wel vanuit gegaan worden dat alle onderwerpen die een rol spelen in de afweging om wel of niet gebruik te maken van de regeling, één of meerdere malen boven tafel zijn gekomen. CDC/Dienstencentrum 17

18 Gezien het bovenstaande kan gesteld worden dat er geen redenen zijn om te twijfelen aan de conclusies van dit onderzoek. Deze conclusies staan vermeld in de volgende paragraaf. 4.2 Conclusie De centrale vraag bij dit onderzoek was: Geef aan in welke mate mannelijke militairen met jonge kinderen gebruik zullen maken van een regeling vrijstelling en van welke factoren het tot stand komen van die keuze afhankelijk is. Hieronder staan de antwoorden op de vier onderzoeksvragen die zijn afgeleid van de centrale vraag. 1. Hoe groot is de doelgroep mannelijke militairen met kinderen jonger dan vijf jaar? De doelgroep van potentiële gebruikers van een regeling vrijstelling bij uitzendingen bestaat uit circa 7500 mannelijke militairen met kinderen jonger dan 5 jaar. Voor het merendeel zijn dat militairen tussen de 25 en 45 jaar oud. 2. Hoe groot is het deel van de doelgroep dat gebruik zal maken van een regeling vrijstelling? Uit het onderzoek blijkt dat circa 58% van de mannelijke militairen, met kinderen onder de 5 jaar, zeker of misschien gebruik zou willen maken van een regeling vrijstelling voor uitzending. Uitgedrukt in aantallen zijn dat 4300 militairen. Ongeveer 26% geeft aan zeker gebruik te willen maken van de regeling. In dat geval gaat het om 1980 militairen. 3. Welke factoren zullen bijdragen aan het gebruik van de regeling? Militairen gaan ervan uit dat zij uitgezonden kunnen worden en accepteren dat als vast onderdeel van hun werk. Het gezin van de militair heeft echter een sterke invloed op de motivatie van de militair om wel of niet op missie te willen gaan. Het belangrijkste, en tevens voor de hand liggende, voordeel van de regeling vrijstelling bij uitzendingen is dat men bij het gezin kan blijven. Gezinsaspecten die daarbij meespelen zijn: het meebeleven van de ontwikkeling van jonge kinderen, gelijke verdeling van zorgtaken, voorkomen van stress bij het thuisfront en de angst uit elkaar te groeien. 4 Welke factoren kunnen het gebruik van de regeling beperken? Er zijn drempels die het minder aantrekkelijk maken om gebruik te maken van de regeling. De belangrijkste drempel is het feit dat men op voorhand een zekere sociale druk ervaart van collega s of leidinggevenden wanneer men besluit niet te gaan. Zelf niet gaan betekent immers dat een ander geacht wordt wel te gaan in jouw plaats. Daarnaast vragen de militairen zich af of de regeling uiteindelijk niet ten koste zal gaan van de inzetbaarheid van de gehele krijgsmacht. Wanneer voor een te groot deel van de mensen geldt dat zij niet inzetbaar zijn, kunnen missies wellicht niet CDC/Dienstencentrum 18

19 meer uitgevoerd worden, denkt men. Andere redenen om geen gebruik te maken van de regeling hebben vooral te maken met de carrière, het missen van de uitzendtoelage, mogelijk misbruik van de regeling en de behoefte om juist thuis te kunnen blijven wanneer de kinderen wat ouder zijn. Samenvattend kan gesteld worden dat circa 58% van de mannelijke militairen, met kinderen onder de 5 jaar, zeker of misschien gebruik zou willen maken van een regeling vrijstelling voor uitzending. Uitgedrukt in aantallen zijn dat 4300 militairen. Ongeveer 26% geeft aan zeker gebruik te willen maken van de regeling. In dat geval gaat het om 1980 militairen. Het zijn vooral gezinsfactoren, die maken dat men een beroep zal doen op de regeling. Hierbij gaat het meer om emotionele factoren (missen van ontwikkelingen, opvoeding) dan om praktische factoren (gebrek aan opvang). Er zijn echter ook drempels die het minder aantrekkelijk maken om gebruik te maken van de regeling, vooral wanneer men geacht wordt zelf actief een verzoek in te dienen. CDC/Dienstencentrum 19

20 BIJLAGE 1: Overzichtstabel Tabel B.1: Aantal en percentage militairen met kinderen, verdeeld naar leeftijd van de militair Leeftijdscategorieën < 25 jaar jaar jaar ouder dan 45 aantal* % aantal* %** aantal* % aantal* % Ja, kinderen jonger dan 5 jaar Ja, ik verwacht ze Nee Weet niet * Omdat het personeelsbestand binnen Defensie geen constant gegeven is, zijn de aantallen in de tabel afgerond op honderdtallen. ** Door toepassing van afronding tellen de afzonderlijke percentages niet exact op tot 100%. CDC/Dienstencentrum 20

21 BIJLAGE 2: Vragen telefonische enquête Tijdens de telefonische enquête zijn de volgende vier vragen aan de respondenten gesteld: Vraag 1: Heeft u kinderen jonger dan 5 jaar of verwacht u ze binnen enkele jaren? Ja, ik heb nu kinderen jonger dan 5 jaar Ja, ik verwacht ze Nee Weet niet Vraag 2: Zou u, als het van toepassing zou zijn, van een dergelijke regeling (regeling is kort uitgelegd) gebruik maken? Zeker wel Misschien wel Misschien niet Zeker niet Vraag 3: Wat zijn voor u de belangrijkste nadelen van een dergelijke regeling? (open vraag) Vraag 4: Wat zijn voor u de belangrijkste voordelen van een dergelijke regeling? (open vraag) CDC/Dienstencentrum 21

Monitor Steun en Draagvlak

Monitor Steun en Draagvlak Bezoekadres: Alexanderkazerne Van Alkemadelaan 357 Postadres: MPC 58 A Postbus 90701 2509 LS Den Haag Nederland Monitor Steun en Draagvlak Steller: Drs. A.J.V.M. Vos Februari 2008 Rapportnummer GW-08-022A

Nadere informatie

Evaluatie vrijstelling vrouwen met jonge kinderen

Evaluatie vrijstelling vrouwen met jonge kinderen Commando Dienstencentra DPD/ Evaluatie vrijstelling vrouwen met jonge kinderen Oktober 2008 Bezoekadres: Alexanderkazerne Van Alkemadelaan 357 Postadres: MPC 58 A Postbus 90701 2509 LS Den Haag www.cdc.nl

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Postbus 20701 2500 ES Den Haag Telefoon (070) 318 81 88 Fax (070) 318 78 88 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Afschrift aan de Voorzitter van de Eerste

Nadere informatie

Gedragscode Defensie. Draagvlakmeting. Ministerie van Defensie. Defensie Personele Diensten Gedragswetenschappen

Gedragscode Defensie. Draagvlakmeting. Ministerie van Defensie. Defensie Personele Diensten Gedragswetenschappen Bezoekadres: Van Alkemadelaan 357 Postadres: MPC 58 A Postbus 90701 2509 LS Den Haag Nederland www.cdc.nl Draagvlakmeting TNS NIPO: Drs. Anneloes Klaassen Lisanne van Thiel GW: Drs. Amber Vos +31 (070)

Nadere informatie

Wervingsketen MP midden midden 2012

Wervingsketen MP midden midden 2012 Bijlage Personele kengetallen Defensie en trends midden 211 - midden 212 Instroom Grafiek 1: Wervingsketen militair personeel van midden 211 tot midden 212. Personen Wervingsketen MP midden 211 - midden

Nadere informatie

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Nederlanders aan het woord

Nederlanders aan het woord Nederlanders aan het woord Veteranen en de Nederlandse Veteranendag 2014 Trends, Onderzoek en Statistiek (TOS) Directie Communicatie Documentnummer: TOS-14-066a Belangrijkste inzichten Nederlander hecht

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek. Picture

Werkbelevingsonderzoek. Picture Werkbelevingsonderzoek Picture Bestuursstaf 2008 December 2008 Documentnummer GW-08-028 GWmail@mindef.nl Colofon Commando DienstenCentra Defensie Personele Diensten Gedragswetenschappen Gedragswetenschappen

Nadere informatie

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016 ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek 2014 mei 2016 1 Arbeidsmarktplatform

Nadere informatie

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs.

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs. ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs april 2016 1

Nadere informatie

Flitspeiling NAVO. Opinieonderzoek naar het draagvlak voor de NAVO onder het Nederlands publiek. Ministerie van Defensie

Flitspeiling NAVO. Opinieonderzoek naar het draagvlak voor de NAVO onder het Nederlands publiek. Ministerie van Defensie Flitspeiling NAVO Opinieonderzoek naar het draagvlak voor de NAVO onder het Nederlands publiek Inleiding en onderzoeksverantwoording Op verzoek van het ministerie van Defensie heeft Veldkamp een flitspeiling

Nadere informatie

Opvattingen over de figuur Zwarte Piet

Opvattingen over de figuur Zwarte Piet Opvattingen over de figuur Zwarte Piet Een opinieonderzoek onder het Nederlandse publiek, met uitsplitsingen naar autochtone Nederlanders en Surinaamse- en Antilliaanse-Nederlanders meting 4 November 2017

Nadere informatie

Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging

Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Respons thuiszorgorganisaties en GGD en In deden er tien thuiszorgorganisaties mee aan het, verspreid over heel Nederland. Uit de

Nadere informatie

Voor het wachtlijstonderzoek is de wachttijd per kind onderzocht en gewerkt met het bestand kinderen.

Voor het wachtlijstonderzoek is de wachttijd per kind onderzocht en gewerkt met het bestand kinderen. Bijlage 7 behorend bij eindrapport Wachtlijsten en tijden in de kinderopvang door NIPO i.s.m. Vyvoj, 17 december 2003 Wachtlijstonderzoek via ouderbevraging Ouderbevraging op basis van een representatieve

Nadere informatie

Bijlage. Behoeftepeilingen Haven- en Transportdagen Maasbracht en Nijmegen

Bijlage. Behoeftepeilingen Haven- en Transportdagen Maasbracht en Nijmegen Bijlage Behoeftepeilingen Haven- en Transportdagen Maasbracht en Nijmegen Behorend bij het rapport VMBO-opleiding Rijn- en binnenvaart in Nijmegen ; Onderzoek naar de behoefte aan een VMBO-opleiding Rijn-

Nadere informatie

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Jongeren en het huwelijk. Jongeren en het huwelijk

Jongeren en het huwelijk. Jongeren en het huwelijk Inhoud Zijn je ouders nog bij elkaar? 3 Genschap van goederen: Stel je zou gaan trouwen, waarvoor zou je dan kiezen? 7 Ik zou later willen trouwen 4 Partneralimentatie: Waar gaat je voorkeur naar uit?

Nadere informatie

Gemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017

Gemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017 Gemeente Nederweert Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 30 juni 2017 DATUM 30 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl

Nadere informatie

CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN

CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN Peiling 1 januari 2014 D.T.P. Van Hassel R.J. Kenens 2 CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN Peiling 1 januari 2014 D.T.P. van Hassel R.J. Kenens

Nadere informatie

Wat vinden bedrijven?

Wat vinden bedrijven? Wat vinden bedrijven? Een peiling onder HRM ers en P&O ers over het in dienst nemen van een Wajongere Juni 2009 * Kenniscentrum CrossOver * Nieuwegein COLOFON Uitgave: Kenniscentrum CrossOver Schouwstede

Nadere informatie

Onderzoek slaapproblemen. in opdracht van Zilveren Kruis

Onderzoek slaapproblemen. in opdracht van Zilveren Kruis Onderzoek slaapproblemen in opdracht van Zilveren Kruis 1 Samenvatting Een op zes werkende Nederlanders kampt met slaapproblemen Mannen liggen vaker wakker van het werk, vrouwen vaker van privé situaties

Nadere informatie

Bijlagen. Grenzen aan de eenheid. Iris Andriessen Wim Vanden Berghe Leen Sterckx

Bijlagen. Grenzen aan de eenheid. Iris Andriessen Wim Vanden Berghe Leen Sterckx Bijlagen Grenzen aan de eenheid Iris Andriessen Wim Vanden Berghe Leen Sterckx Inhoud Topiclijst vrouwen... 2 Topiclijst etnisch-culturele minderheden... 5 Topiclijst lhb-personeel... 2 Bijlage B2... 6

Nadere informatie

Levensfasen van kinderen en het arbeidspatroon van ouders

Levensfasen van kinderen en het arbeidspatroon van ouders Levensfasen van kinderen en het arbeidspatroon van ouders Martine Mol De geboorte van een heeft grote invloed op het arbeidspatroon van de vrouw. Veel vrouwen gaan na de geboorte van het minder werken.

Nadere informatie

Flitspeiling begeleid wonen

Flitspeiling begeleid wonen Grote Bickersstraat 76 1013 KS Amsterdam Postbus 1903 1000 BX Amsterdam tel 020 522 59 99 fax 020 622 15 44 e-mail info@veldkamp.net www.veldkamp.net Flitspeiling begeleid wonen Bart Koenen, Valerie Vieira

Nadere informatie

Houding van ouders ten aanzien van het rookgedrag van jongeren van jaar

Houding van ouders ten aanzien van het rookgedrag van jongeren van jaar Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Consumer & Media Rapport Houding van ouders ten aanzien van het

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

Onderzoek Zondagopenstelling Gemeente Borger-Odoorn

Onderzoek Zondagopenstelling Gemeente Borger-Odoorn Onderzoek Zondagopenstelling Gemeente Borger-Odoorn Oktober 2015 2 Management Summary Inleiding Ongeveer een jaar geleden heeft de gemeenteraad van Borger-Odoorn besloten om de winkels in haar gemeente

Nadere informatie

Effectiviteitonderzoek naar de kennisoverdracht van I&E Milieu

Effectiviteitonderzoek naar de kennisoverdracht van I&E Milieu Effectiviteitonderzoek naar de kennisoverdracht van I&E Milieu SAMENVATTING dr. L.A. Plugge 1, drs. J. Hoonhout 2, T. Carati 2, G. Holle 2 Universiteit Maastricht IKAT, Fac. der Psychologie Inleiding Het

Nadere informatie

Burgerpanel Wijdemeren

Burgerpanel Wijdemeren BURGERPANEL WIJDEMEREN PEILING 3 2019 DORPENBELEID Gemeente April-mei 2019 Colofon Uitgave: Research 2Evolve Tesselschadelaan 15A 1217 LG Hilversum Tel: (035) 623 27 89 info@research2evolve.nl www.research2evolve.nl

Nadere informatie

Rookprevalentie

Rookprevalentie Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Consumer & Media Rapport Rookprevalentie -2008 Continu onderzoek

Nadere informatie

Veldwerkverslag Homo-onderzoek Defensie 2006 [3]

Veldwerkverslag Homo-onderzoek Defensie 2006 [3] Veldwerkverslag Homo-onderzoek Defensie 2006 [3] INHOUD: 1. Inleiding In dit verslag wordt de respons en nonrespons besproken met betrekking tot het homoseksualiteitonderzoek. Dit onderzoek wordt in opdracht

Nadere informatie

Internetpeiling ombuigingen

Internetpeiling ombuigingen Internetpeiling ombuigingen In opdracht van: Gemeente Sittard-Geleen januari 2012 Flycatcher Internet Research, 2004 Dit materiaal is auteursrechtelijk beschermd en kopiëren zonder schriftelijke toestemming

Nadere informatie

Bestuurlijke toekomst gemeente Nuenen c.a.: de opvattingen van de inwoners

Bestuurlijke toekomst gemeente Nuenen c.a.: de opvattingen van de inwoners Bestuurlijke toekomst gemeente Nuenen c.a.: de opvattingen van de inwoners Onderzoek uitgevoerd in opdracht van Provincie Noord-Brabant Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda T 076 515 13 88 info@dimensus.nl

Nadere informatie

Kamervragen over de psychische gevolgen van uitzending naar Uruzgan ( )

Kamervragen over de psychische gevolgen van uitzending naar Uruzgan ( ) Postbus 20701 2500 ES Den Haag Telefoon (070) 318 81 88 Fax (070) 318 78 88 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Datum 20 maart 2008 Ons kenmerk D/2008005159

Nadere informatie

RAPPORT OKTOBER Discriminatiemonitor. Midden-Drenthe TRENDBUREAU DRENTHE IS ONDERDEEL VAN CMO STAMM

RAPPORT OKTOBER Discriminatiemonitor. Midden-Drenthe TRENDBUREAU DRENTHE IS ONDERDEEL VAN CMO STAMM RAPPORT OKTOBER 2017 Discriminatiemonitor TRENDBUREAU DRENTHE IS ONDERDEEL VAN CMO STAMM Midden-Drenthe Colofon Titel Discriminatiemonitor Midden-Drenthe Datum Oktober 2017 Trendbureau Drenthe, onderdeel

Nadere informatie

Sandwichgeneratie in de gemeente Haaren

Sandwichgeneratie in de gemeente Haaren Sandwichgeneratie in de gemeente Haaren Onderzoek naar omvang, knelpunten en ondersteuningsbehoefte Februari 2017 drs. W. Jeeninga, onderzoeker GGD Hart voor Brabant drs. M. Scholtens, functionaris gezondheidsbeleid

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek. Picture

Werkbelevingsonderzoek. Picture Werkbelevingsonderzoek Picture 2008 November 2008 Documentnummer GW-08-028P GWmail@mindef.nl Colofon Commando DienstenCentra Defensie Personele Diensten Gedragswetenschappen Gedragswetenschappen stelt

Nadere informatie

Kiezersonderzoek 2017 Onderzoek naar stemgedrag van gemeentepanelleden

Kiezersonderzoek 2017 Onderzoek naar stemgedrag van gemeentepanelleden Kiezersonderzoek 2017 Onderzoek naar stemgedrag van gemeentepanelleden Bestuursstaf Advies en ondersteuning Venlo, juli 2017 Onderzoek & Statistiek 2 Samenvatting In maart 2018 vinden er in Venlo gemeenteraadsverkiezingen

Nadere informatie

Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss

Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss Juni 2008 COLOFON Samenstelling Michelle Rijken Mark Gremmen Vormgeving binnenwerk Roelfien Pranger Druk HEGA

Nadere informatie

Kerngegevens veteranen Jessica Cozzi Melanie Dirksen Jacco Duel

Kerngegevens veteranen Jessica Cozzi Melanie Dirksen Jacco Duel Kerngegevens veteranen 2018 Jessica Cozzi Melanie Dirksen Jacco Duel Oordeel over veteranenbeleid en dienstverlening Over het algemeen zijn veteranen positief over het veteranenbeleid en de uitvoering

Nadere informatie

Kijk- en luisteronderzoek 2013b

Kijk- en luisteronderzoek 2013b Kijk- en luisteronderzoek 2013b eindrapport januari 2014 OWP research Wethouder van Caldenborghlaan 76-6226 BV - Maastricht - www.owp.nl Inhoud Samenvatting 3 1 Inleiding 6 1.1 Aanleiding onderzoek 6 1.2

Nadere informatie

HR & Participatie 2014-2015

HR & Participatie 2014-2015 HR & Participatie 2014-2015 samenvatting Het onderzoek naar de Participatiewet 2015 is een kwantitatief online onderzoek uitgevoerd onder Nederlandse bedrijven (verdeeld naar de categorieën 50-99 werk

Nadere informatie

Deel ; Conclusie. Handleiding scripties

Deel ; Conclusie. Handleiding scripties Deel ; Conclusie Als je klaar bent met het analyseren van de onderzoeksresultaten, kun je beginnen met het opstellen van de conclusie(s), de eventuele discussie en het eventuele advies. In dit deel ga

Nadere informatie

Analyse WMO thuiszorg

Analyse WMO thuiszorg 2017 Analyse WMO thuiszorg DAT 6-3-2018 Pagina 1 van 8 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Uitkomsten van de PMO... 4 3. Conclusies... 9 Bijlage(n)... 10 Pagina 2 van 8 1. Inleiding Één keer in de twee jaar zijn

Nadere informatie

Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk

Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 Definitieve rapportage 4 augustus 2016 DATUM 4 augustus 2016 TITEL Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 ONDERTITEL

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8

Nadere informatie

Burgerpanel Horst aan de Maas - Meting 3

Burgerpanel Horst aan de Maas - Meting 3 Rapportage Burgerpanel meting 3: Juni 2013 In opdracht van: Contactpersoon: Gemeente Horst aan de Maas Dhr. F. Geurts Utrecht, juli 2013 DUO Market Research drs. Aart van Grootheest drs. Marjan den Ouden

Nadere informatie

Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek

Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Divisie sociale en regionale statistieken (SRS) Sector statistische analyse voorburg (SAV) Postbus 24500 2490 HA Den Haag Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen

Nadere informatie

Monitor naleving rookvrije werkplek 2006

Monitor naleving rookvrije werkplek 2006 Monitor naleving rookvrije werkplek 2006 METINGEN 2004 EN 2006 B. Bieleman A. Kruize COLOFON St. INTRAVAL Postadres: Postbus 1781 9701 BT Groningen E-mail info@intraval.nl Kantoor Groningen: Kantoor Rotterdam:

Nadere informatie

Nazorgonderzoek. voor militairen en thuisfront

Nazorgonderzoek. voor militairen en thuisfront Nazorgonderzoek voor militairen en thuisfront Iedere militair die langer dan 30 dagen uitgezonden is geweest, wordt uitgenodigd om deel te nemen aan het Nazorgonderzoek. De militair ontvangt zes maanden

Nadere informatie

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Versie 5.0.0 Drs. J.J. Laninga December 2015 www.triqs.nl Voorwoord Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over het uitgevoerde ervaringsonderzoek naar

Nadere informatie

Enquête op weg naar herstel

Enquête op weg naar herstel 21179801 Enquête op weg naar herstel - Beschrijving belangrijkste uitkomsten - Uitgevoerd in opdracht van VOORWOORD In opdracht van de gemeente Voorschoten is aan RenM Matrix opdracht gegeven voor het

Nadere informatie

Burgerpeiling Discriminatie

Burgerpeiling Discriminatie Burgerpeiling Discriminatie Uitgave : Team Kennis en Verkenning Naam : Marije Hofland Telefoonnummer : 0570-69 3317 Mail : m.hofland@deventer.nl 1 Inleiding De Gemeente Deventer voert om de twee jaar een

Nadere informatie

Talkshowgasten Facts & figures

Talkshowgasten Facts & figures Motivaction International B.V. 1 Inhoudsopgave Achtergrond 3 Facts & figures 3 Biculturele achtergrond 4 Geslacht 5 Leeftijd 6 Conclusie 7 Betrouwbaarheid 7 Motivaction International B.V. 2 Achtergrond

Nadere informatie

Sportparticipatie Kinderen en jongeren

Sportparticipatie Kinderen en jongeren Sportparticipatie 2017 Kinderen en jongeren Onderzoek & Statistiek Juni 2017 Samenvatting Begin 2017 heeft de afdeling Onderzoek & Statistiek een onderzoek uitgezet onder ouders en jongeren uit de gemeente

Nadere informatie

Fase I Voorvallen in de huiselijke kring Huiselijk geweld

Fase I Voorvallen in de huiselijke kring Huiselijk geweld Samenvatting Dit onderzoek heeft tot doel algemene informatie te verschaffen over slachtoffers van huiselijk geweld in Nederland. In het onderzoek wordt ingegaan op de vraag met welke typen van huiselijk

Nadere informatie

Rapport Kor-relatie- monitor

Rapport Kor-relatie- monitor Rapport Kor-relatie- monitor Voor: Door: Publicatie: mei 2009 Project: 81595 Korrelatie, Leida van den Berg, Directeur Marianne Bank, Mirjam Hooghuis Klantlogo Synovate 2009 Voorwoord Gedurende een lange

Nadere informatie

Monitor Beleving Publiekscommunicatie

Monitor Beleving Publiekscommunicatie Monitor Beleving Publiekscommunicatie Definitieve rapportage 25-1-2019 244405842 Inhoud Inleiding 3 Samenvatting 4 2 Informatievoorziening van de Rijksoverheid 6 3 Informatiekanalen: bekendheid en gebruik

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Cliëntervaringsonderzoek Wmo Cliëntervaringsonderzoek Wmo Gemeente Groningen 2017 Laura de Jong Marjolein Kolstein Oktober 2018 Inge de Vries www.oisgroningen.nl Inhoud Inhoud... 2 Samenvatting... 3 2.7 Overige ondersteuning... 16

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Cliëntervaringsonderzoek Wmo Cliëntervaringsonderzoek Wmo Gemeente Ten Boer Laura de Jong Marjolein Kolstein Oktober 2018 Inge de Vries www.oisgroningen.nl Inhoud Inhoud... 1 2.8 Effect van de ondersteuning... 11 3. Conclusie... 13

Nadere informatie

E-Health en de huisarts. Digitaal Stadspanel Rotterdam. Achtergrond. Methode. Contact met de huisarts

E-Health en de huisarts. Digitaal Stadspanel Rotterdam. Achtergrond. Methode. Contact met de huisarts E-Health en de huisarts Digitaal Stadspanel Rotterdam Achtergrond Een taak van de gemeente is het bevorderen van de gezondheid van haar inwoners. In haar nota Publieke Gezondheid 2016-2020 Rotterdam Vitale

Nadere informatie

HOOFDRAPPORTAGE ONDERZOEK TEVREDENHEID 2017 WMO VERVOER - VLISSINGEN.

HOOFDRAPPORTAGE ONDERZOEK TEVREDENHEID 2017 WMO VERVOER - VLISSINGEN. ONDERZOEK TEVREDENHEID 2017 WMO VERVOER - VLISSINGEN HOOFDRAPPORTAGE www.klantok.nl O Inhoudsopgave Æ Inleiding 3 Æ Samenvatting 4 Æ Een overall beeld 5 Het onderzoek 5 Toegekend eindcijfer vervoer 6 Beoordeling

Nadere informatie

Werkstress hoger management

Werkstress hoger management Werkstress hoger management GfK Oktober 2017 1 Inhoudsopgave 1 2 3 4 Management summary Slide 3-4 Onderzoeksresultaten Slide 5-17 Onderzoeksverantwoording Slide 18-20 Contact Slide 21-22 2 Management Summary

Nadere informatie

Barometer Gehandicaptenzorg. Samenvattend rapport Kenmerk: December 2016

Barometer Gehandicaptenzorg. Samenvattend rapport Kenmerk: December 2016 Barometer Gehandicaptenzorg Samenvattend rapport Kenmerk: 20474 December 2016 1 Inhoudsopgave Geschreven voor Inleiding 3 Danielle van Essen Conclusies 5 Resultaten 7 Steekproef en verantwoording 16 2

Nadere informatie

Clientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd

Clientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd Clientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd Inhoudsopgave Samenvatting 3 1. Inleiding 4 1.1 Doelgroep 4 1.2 Methode 4 1.3 Respons 4 2. Resultaten Wmo 5 2.1 Contact en toegankelijkheid van hulp of ondersteuning

Nadere informatie

Meting stoppers-met-roken juni 2008

Meting stoppers-met-roken juni 2008 Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Consumer & Media Rapport Meting stoppers-met-roken juni 2008

Nadere informatie

OPVOEDEN KUN JE LEREN Onderzoek 1 naar het opvoeden van kinderen onder ouders in opdracht van het Ministerie voor Jeugd en Gezin

OPVOEDEN KUN JE LEREN Onderzoek 1 naar het opvoeden van kinderen onder ouders in opdracht van het Ministerie voor Jeugd en Gezin OPVOEDEN KUN JE LEREN Onderzoek 1 naar het opvoeden van onder ouders in opdracht van het Ministerie voor Jeugd en Gezin JORIS DE JONGH MSC ODETTE VLEK MSC AMSTERDAM, SEPTEMBER 2009 OPVOEDEN KUN JE LEREN

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Cliëntervaringsonderzoek Wmo Cliëntervaringsonderzoek Wmo REGIO DRECHTSTEDEN - 2016 Inhoud Volgens de Wmo 2015 is iedere gemeente in Nederland verplicht jaarlijks te onderzoeken hoe cliënten de kwaliteit van de maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren

Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren Versie 2 Datum 15 oktober 2018 Status Definitief Onze referentie 1427719 Colofon Directie Projectnaam Contactpersoon Kennis/DUO Mobiliteit leraren Ministerie

Nadere informatie

Onderwerp: Advies inzake Evaluatie mantelzorgbeleid 2017 Bijlage: Een kritische kijk op het rapport Situatie en behoeften mantelzorgers in Schagen

Onderwerp: Advies inzake Evaluatie mantelzorgbeleid 2017 Bijlage: Een kritische kijk op het rapport Situatie en behoeften mantelzorgers in Schagen Wmo- en Jeugdadviesraad Schagen Wmo- en Jeugdadviesraad Schagen p/a Jan van der Benstraat 32 1742 SE SCHAGEN wmoadviesraad@schagen.nl College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Schagen Laan

Nadere informatie

Monitoring gebruikerstevredenheid invoering 130 km/h

Monitoring gebruikerstevredenheid invoering 130 km/h TNS Nipo Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam t 020 5225 444 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Rapport Monitoring gebruikerstevredenheid invoering 130 km/h Rick Heldoorn & Matthijs de Gier H1630

Nadere informatie

Barometer Ziekenhuissector. Samenvattend rapport Kenmerk: December 2016

Barometer Ziekenhuissector. Samenvattend rapport Kenmerk: December 2016 Barometer Ziekenhuissector Samenvattend rapport Kenmerk: 20378 December 2016 1 Inhoudsopgave Geschreven voor Inleiding 3 Danielle van Essen Conclusies 5 Resultaten 7 Steekproef en verantwoording 15 2 Inleiding

Nadere informatie

Samenvatting Eenzaamheidsonderzoek Coalitie Erbij

Samenvatting Eenzaamheidsonderzoek Coalitie Erbij Samenvatting Eenzaamheidsonderzoek Coalitie Erbij Door TNS/NIPO oktober/november 2008 1. Inleiding Eenzaamheid is een groot maatschappelijk probleem en treft veel Nederlanders direct in hun welzijn. Het

Nadere informatie

EERSTE METING SLACHTOFFERMONITOR: ERVARINGEN VAN SLACHTOFFERS MET JUSTITIËLE SLACHTOFFERONDERSTEUNING. Deel 1: politie. Management samenvatting

EERSTE METING SLACHTOFFERMONITOR: ERVARINGEN VAN SLACHTOFFERS MET JUSTITIËLE SLACHTOFFERONDERSTEUNING. Deel 1: politie. Management samenvatting EERSTE METING SLACHTOFFERMONITOR: ERVARINGEN VAN SLACHTOFFERS MET JUSTITIËLE SLACHTOFFERONDERSTEUNING Deel 1: politie Management samenvatting EERSTE METING SLACHTOFFERMONITOR: ERVARINGEN VAN SLACHTOFFERS

Nadere informatie

Maatschappelijke Participatie

Maatschappelijke Participatie Maatschappelijke Participatie Marjolein Kolstein September 2016 www.os-groningen.nl BASIS VOOR BELEID 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding van het onderzoek 3 1.2 Doel van het onderzoek 3 1.3 Opzet van het onderzoek

Nadere informatie

Kinderopvang in aandachtswijken

Kinderopvang in aandachtswijken Kinderopvang in aandachtswijken Significant Thorbeckelaan 91 3771 ED Barneveld +31 342 40 52 40 KvK 3908 1506 info@significant.nl www.significant.nl Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Barneveld,

Nadere informatie

Hiv op de werkvloer 2011

Hiv op de werkvloer 2011 Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Political & Social Samenvatting Hiv op de werkvloer 20 Natascha

Nadere informatie

Peiling Tweede Kamerverkiezingen 2017 stemgedrag en stemmotieven van Nederlanders met een migratie-achtergrond

Peiling Tweede Kamerverkiezingen 2017 stemgedrag en stemmotieven van Nederlanders met een migratie-achtergrond Peiling Tweede Kamerverkiezingen 2017 stemgedrag en stemmotieven van Nederlanders met een migratie-achtergrond Rotterdam, Februari 2017 Versie: 2017-01 Het auteursrecht op dit rapport ligt bij de opdrachtgever.

Nadere informatie

Gedeputeerde Staten van Drenthe Postbus 122 9400 AC ASSEN

Gedeputeerde Staten van Drenthe Postbus 122 9400 AC ASSEN Aan: Gedeputeerde Staten van Drenthe Postbus 122 9400 AC ASSEN Assen, 27 februari 2007 Ons kenmerk: 07.016/32000118.02/SW/EL/HL Behandeld door: drs. E. Lange (0592) 365943 Onderwerp: aanbieding onderzoeksrapport

Nadere informatie

Rapportage Enquête Mantelzorgondersteuning 2012

Rapportage Enquête Mantelzorgondersteuning 2012 Rapportage Enquête Mantelzorgondersteuning 2012 November 2012 Inhoudsopgave Samenvatting... 3 Inleiding... 4 Onderzoeksopzet... 4 Doel... 4 Aanpak... 4 Blok I: Algemene gegevens... 5 Figuur 1: Leeftijd...

Nadere informatie

Bekendheid Overijsselse regio s. Rapportage meting 4 (december 2012)

Bekendheid Overijsselse regio s. Rapportage meting 4 (december 2012) Bekendheid Overijsselse regio s Rapportage meting 4 (december 202) NBTCNIPO Research Postadres Postbus 63470 2502 JL Den Haag Bezoekadres Prinses Catharina Amaliastraat 5, Den Haag Grote Bickersstraat

Nadere informatie

Glazen Huis peiling Leids JongerenPanel. Colofon. Serie Statistiek 2011 / 08

Glazen Huis peiling Leids JongerenPanel. Colofon. Serie Statistiek 2011 / 08 Glazen Huis 2011 peiling Leids JongerenPanel Colofon Serie Statistiek 2011 / 08 Gemeente Leiden Afdeling Strategie en Onderzoek, BOA Postbus 9100, 2300 PC Leiden E-mail: boa@leiden.nl Website: www.leiden.nl/jongerenpanel

Nadere informatie

Monitor HH(T) 4 e kwartaalmeting

Monitor HH(T) 4 e kwartaalmeting Monitor HH(T) 4 e kwartaalmeting Marlijn Abbink-Cornelissen Marcel Haverkamp Janneke Wilschut 5 April 2016 1 Samenvatting Samenvatting Dit is het vijfde rapport van de monitor HH(T). Deze monitor inventariseert

Nadere informatie

Datum 13 augustus 2018 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over Aangiftebereidheid van minderjarige slachtoffers mensenhandel

Datum 13 augustus 2018 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over Aangiftebereidheid van minderjarige slachtoffers mensenhandel 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

Burgerpanel Wijdemeren

Burgerpanel Wijdemeren BURGERPANEL WIJDEMEREN PEILING 2 2019 COMMUNICATIE Gemeente Maart-mei 2019 Colofon Uitgave: Research 2Evolve Tesselschadelaan 15A 1217 LG Hilversum Tel: (035) 623 27 89 info@research2evolve.nl www.research2evolve.nl

Nadere informatie

Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch. Omvang, kenmerken en meldingen

Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch. Omvang, kenmerken en meldingen Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch Omvang, kenmerken en meldingen O&S oktober 2003 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Samenvatting 1. Inleiding Plan Plan van van Aanpak Aanpak Huiselijk Geweld Geweld Inhoud

Nadere informatie

Nederlanders aan het woord

Nederlanders aan het woord Nederlanders aan het woord Veteranen en de Nederlandse Veteranendag 2015 Trends, Onderzoek en Statistiek (TOS) Directie Communicatie Documentnummer: TOS-15-074a 1 Belangrijkste inzichten Nederlander hecht

Nadere informatie

Wat motiveert u in uw werk?

Wat motiveert u in uw werk? Wat motiveert u in uw werk? Begin dit jaar heeft u kunnen deelnemen aan een online onderzoek naar de motivatie en werktevredenheid van actuarieel geschoolden. In dit artikel worden de resultaten aan u

Nadere informatie

Klantenpanel RVO.nl Resultaten peiling 36: Koopsubsidie Januari 2016

Klantenpanel RVO.nl Resultaten peiling 36: Koopsubsidie Januari 2016 Klantenpanel RVO.nl Resultaten peiling 36: Koopsubsidie Januari 2016 1. Inleiding Deze nieuwsbrief beschrijft de resultaten van de gebruikerspeiling over de regeling Koopsubsidie. Meer specifiek gaat het

Nadere informatie

Opvoeden in Nederland 2010 Onderzoeksverantwoording. Sociaal en Cultureel Planbureau

Opvoeden in Nederland 2010 Onderzoeksverantwoording. Sociaal en Cultureel Planbureau Opvoeden in Nederland 2010 Onderzoeksverantwoording In opdracht van: Sociaal en Cultureel Planbureau Date : 19 april 2010 Reference : 14280.PW.ND.mr GfK Panel Services Benelux is gecertificeerd voor het

Nadere informatie

Werkdruk in het onderwijs

Werkdruk in het onderwijs Rapportage Werkdruk in het primair en voortgezet onderwijs DUO ONDERWIJSONDERZOEK drs. Vincent van Grinsven dr. Eric Elphick drs. Liesbeth van der Woud Maart 2012 tel: 030-2631080 fax: 030-2616944 email:

Nadere informatie

WORKSHOP ONDERZOEKSMETHODEN

WORKSHOP ONDERZOEKSMETHODEN WORKSHOP ONDERZOEKSMETHODEN INHOUD Kwantitatieve onderzoeksmethoden Algemene kenmerken Enquête Experiment Kwalitatieve onderzoeksmethoden Algemene kenmerken Observatie Interview Kwaliteit van het onderzoek

Nadere informatie

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN Klanttevredenheidsonderzoek Schoonmaakdienst gemeente Haren Colofon Opdrachtgever Gemeente Haren Datum December 2016 Auteurs Tessa Schoot Uiterkamp

Nadere informatie

Bij deze bieden wij u de resultaten aan van het onderzoek naar de eerste effecten van de decentralisaties in de gemeente Barneveld.

Bij deze bieden wij u de resultaten aan van het onderzoek naar de eerste effecten van de decentralisaties in de gemeente Barneveld. rriercoj Gemeenteraad Barneveld Postbus 63 3770 AB BARNEVELD Barneveld, 27 augustus 2015 f Ons kenmerk: Ö^OOJcfc Behandelend ambtenaar: I.M.T. Spoor Doorkiesnummer: 0342-495 830 Uw brief van: Bijlage(n):

Nadere informatie

CarePower Cliënttevredenheidsonderzoek CarePower 2013/14

CarePower Cliënttevredenheidsonderzoek CarePower 2013/14 CarePower Cliënttevredenheidsonderzoek CarePower 2013/14 Datum : 01-02-2014 Auteur : Jaap Noorlander, Joris van Nimwegen Versie : 2 1 Inhoudsopgave Inleiding... Pagina 3 Vraagstelling... Pagina 3 Methode

Nadere informatie

Water uit de kraan laten doorlopen of niet? Onderzoek naar het effect van de zomercampagne waterkwaliteit

Water uit de kraan laten doorlopen of niet? Onderzoek naar het effect van de zomercampagne waterkwaliteit Water uit de kraan laten doorlopen of niet? Onderzoek naar het effect van de zomercampagne waterkwaliteit Index 1. Oasen en de campagne 3 2. Samenvatting en conclusie 6 3. Resultaten onderzoek 10 4. Onderzoeksverantwoording

Nadere informatie

Onderzoek Passend Onderwijs

Onderzoek Passend Onderwijs Rapportage Onderzoek passend onderwijs In samenwerking met: Algemeen Dagblad Contactpersoon: Ellen van Gaalen Utrecht, augustus 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Liesbeth van der Woud drs. Tanya Beliaeva

Nadere informatie

Maatschappelijke waardering van Nederlandse Landbouw en Visserij

Maatschappelijke waardering van Nederlandse Landbouw en Visserij Nederlandse Landbouw en Visserij Inhoud 1 Inleiding 03 2 Samenvatting en conclusies landbouw en visserij 3 Maatschappelijke waardering landbouw 09 4 Associaties agrarische sector 13 5 Waardering en bekendheid

Nadere informatie

Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015

Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015 Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015 Gemeente Deventer Team Kennis en Verkenning Jaap Barink Juni 2015 Inhoud Samenvatting... 4 Inleiding... 6 1. Indienen melding...

Nadere informatie

Mediamix 2014 Peiling onder de Deventer bevolking. Januari 2015

Mediamix 2014 Peiling onder de Deventer bevolking. Januari 2015 Mediamix 2014 Peiling onder de Deventer bevolking Januari 2015 Uitgave : Team Kennis en Verkenning Naam : M. Hofland Telefoonnummer : 3317 Mail : m.hofland@deventer.nl Gemeente Deventer 1 Inhoud Samenvatting

Nadere informatie