Monitor regionaal beleidskader jeugdhulp Hart van Brabant
|
|
- Ruben de Smet
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Monitor regionaal beleidskader jeugdhulp Hart van Brabant Deelrapportage Opvoeden en veerkracht ouders/verzorgers Hart van Brabant 2015 K. Vinckx MSc, het PON M. Jacobs PhD, GGD Hart voor Brabant W. de Vries Drs, GGD Hart voor Brabant
2 Colofon Het PON en de GGD Hart voor Brabant hebben dit onderzoek verricht in opdracht van de regio Hart van Brabant Auteurs Koen Vinckx, Monique Jacobs, Wieteke de Vries Datum Maart 2016
3 Inhoudsopgave 1 Inleiding Opvoeden en veerkracht ouders/verzorgers Hart van Brabant Achtergrondkenmerken respondenten Opvoedondersteuning, jeugdhulp en participatie Resultaten per gemeente 8 2 De Veerkrachtmeting Typologie naar veerkracht 10 3 Veerkrachtmeting ouders /verzorgers Hart van Brabant De veerkracht van ouders in Hart van Brabant Veerkrachttypen naar gemeenten Het gedrag van de veerkrachttypen Beleving van de veerkrachttypen 18 4 Samenvatting en discussie 21 Bijlage A Resultaten per gemeente 23 3
4 1 Inleiding Eind 2014 gaf de regio Hart van Brabant aan de GGD Hart voor Brabant opdracht om een regionale monitor jeugdhulp te ontwikkelen. Doel van deze monitor is het volgen van de beleidsdoelen jeugdhulp die door de regio zijn geformuleerd (zie figuur 1). De beleidsdoelen zijn ingedeeld naar verschillende niveaus: - Gebruik jeugdhulp - Kwaliteit jeugdhulp - Kwaliteit van het stelsel - Maatschappelijk potentieel - Maatschappelijk resultaat Om inzicht te geven in de resultaten op deze verschillende niveaus kent de monitor verschillende deelonderzoeken. Het deelonderzoek opvoeden en veerkracht ouders/ verzorgers Hart van Brabant richt zich vooral op het niveau van het maatschappelijk potentieel. Via een online magazine vindt u de resultaten van de nulmeting op alle niveaus. Figuur 1. Doelstellingen regionaal beleidskader jeugdhulp 4
5 Hoofdstuk 1 gaat in op de achtergrondkenmerken van ouders/verzorgers, en hun behoefte aan en gebruik van (opvoed)ondersteuning en jeugdhulp. Hoofdstuk 2 gaat in op de veerkrachtmeting (algemeen) en Hoofdstuk 3 op de veerkracht van ouders/verzorgers in Hart van Brabant. In Hoofdstuk 4 volgt de samenvatting en discussie. 1.1 Opvoeden en veerkracht ouders/verzorgers Hart van Brabant Ruim ouders/verzorgers van jeugdigen (0 t/m 18 jaar) in de 9 samenwerkende gemeenten van Hart van Brabant ontvingen eind 2015 een uitnodiging voor het invullen van een digitale vragenlijst. De veerkrachtmeting, bestaande uit 28 stellingen, was in deze vragenlijst geïntegreerd. De respons bedroeg 37% (4.137/11.157). Het aantal respondenten per gemeente varieerde van 431 in Dongen tot 509 in Hilvarenbeek. 1.2 Achtergrondkenmerken ouders/verzorgers Hart van Brabant De vragenlijst werd meestal ingevuld door de moeder/verzorgster van het kind (85%). 15% werd ingevuld door vaders/verzorgers. Slechts 12 vragenlijsten (0,3%) werden ingevuld door iemand met een andere relatie tot het kind. Waar we het in het vervolg van het rapport hebben over ouders bedoelen we ouders of verzorgers. Alle leeftijden van de kinderen (0 t/m 18 jaar) waren goed vertegenwoordigd. De verdeling over jongens meisjes was nagenoeg gelijk. De beschreven resultaten in dit rapport (meestal percentages) geven een representatief beeld van de regio (resultaten zijn gewogen geanalyseerd). De meeste jeugdigen in Hart van Brabant wonen bij hun vader en moeder (83%). 8% woont in een eenoudergezin. De meeste ouders hebben betaald werk (82% van de moeders/verzorgsters en 90% van de vaders/verzorgers). 5% van de moeders/verzorgsters en 2% van de vaders/verzorgers hebben een bijstandsuitkering. Enkele andere achtergrondkenmerken zijn weergegeven in figuur 2. Figuur 2. Achtergrondkenmerken respondenten 5
6 1.3 Opvoedondersteuning, jeugdhulp en participatie Zorgen over opvoeding of ontwikkeling Van de ouders maakt 31% zich soms zorgen over het opgroeien of opvoeden van het kind; 8% maakt zich hierover vaak of altijd zorgen. Het type zorgen is mede afhankelijk van de leeftijd van het kind (zie tabel 1). Ouders van jonge kinderen (t/m 3 jaar) hebben vooral zorgen over eten, slapen, groeien, gezondheid en luisteren/gehoorzamen van hun kind. Ouders van kinderen van 4 t/m 7 jaar hebben vooral zorgen over luisteren/gehoorzamen en angst of onzekerheid van hun kind, en het (houden aan) grenzen/regels en afspraken. Ouders van jeugdigen van 8 jaar en ouder, hebben vooral zorgen over schoolprestaties, angst of onzekerheid, en het (houden aan) grenzen/regels en afspraken. Opvoedondersteuning Iets minder dan de helft van de ouders heeft het afgelopen jaar hulp of advies gevraagd over het opvoeden of opgroeien van het kind (20% aan een professional, 34% aan familie/vrienden). Slechts 5% van de ouders heeft momenteel behoefte aan ondersteuning (4% van professional, 2% van familie/vrienden). Een op de drie ouders kent het team toegang (sociaal (wijk)team) van zijn/haar gemeente. Slechts 4% van de ouders heeft al eens contact gehad met het team. De weg naar ondersteuning Wanneer problemen te groot worden of niet met het sociaal netwerk kunnen worden opgelost, is het belangrijk dat men weet waar men met deze problemen wel terecht kan. Twee op de drie ouders (65%) zegt te weten waar hij/zij terecht kan voor informatie over opvoeden; 63% weet waar hij/zij terecht kan voor meldingen over huiselijk geweld of kindermishandeling. 6
7 Tabel 1. Typen zorgen over opvoeding % zorgen over: totaal 0 jaar 1 t/m 3 jaar 4 t/m 7 jaar vanaf 8 jaar 0 t/m 18 jaar Eten, slapen, groei Gezondheid t/m 18 jaar Druk, agressief zijn Angst, onzekerheid, faalangst Spraak-/taalontwikkeling Luisteren, gehoorzamen Sociaal contact, spelen Houden aan/stellen van grenzen, regels, afspraken t/m 18 jaar Pesten, gepest worden Verdrietig, depressief zijn Schoolprestaties Besteding vrije tijd t/m 18 jaar Vriendschap, uitgaan Stelen, vandalisme 0, ,1 Roken, alcohol, drugs Seksualiteit Jeugdhulp 8% van de ouders maakten (het afgelopen jaar) gebruik van jeugdhulp. De meeste ouders maakten gebruik van een vorm van jeugdhulp (7%). Voor 36 jeugdigen werd gebruik gemaakt van 2 vormen van jeugdhulp en voor 5 jeugdigen werden 3 soorten jeugdhulp ingeschakeld. Ouders maakten het meest gebruik van GGZ voor jeugd en ambulante jeugdhulp (tabel 2). Doelrealisatie Volgens 22% van de ouders die gebruik maakten van jeugdhulp, zijn de problemen waarvoor de hulp werd ingeschakeld opgelost. Volgens 52% van de ouders zijn de problemen niet opgelost, maar wel verminderd; 18% van de ouders geeft aan, dat de problemen niet zijn verminderd, maar dat zij wel goed geholpen zijn. 7
8 Tabel 2. Gebruik van jeugdhulp aantal respondenten % Gebruik gemaakt van jeugdhulp Jeugdhulp thuis (ambulante jeugdhulp) Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) voor jeugd Jeugdzorg voor jongeren met een beperking 31 0,7 JeugdzorgPlus (gesloten jeugdzorg) 1 0 Pleegzorg 13 0,3 Verblijf in een jeugdinstelling 9 0,1 Jeugdbescherming 7 0,2 Jeugdreclassering 2 0 Tevredenheid In het algemeen was 47% van de ouders die gebruik maakten van jeugdhulp (zeer) tevreden (cijfer voor de hulp 8 of hoger). Zeer ontevreden (cijfer 5 of lager) was 17% van de ouders. Tevredenheid kan samenhangen met het soort jeugdhulp: Over de jeugdhulp thuis was 54% van de ouders die daar gebruik van maakten zeer tevreden, en 19% (zeer) ontevreden. Over de GGZ voor jeugd was 40% van de ouders zeer tevreden, en 15% (zeer) ontevreden. Voor jeugdzorg voor jongeren met een beperking waren de cijfers respectievelijk 50% (zeer tevreden) en 8% (zeer ontevreden). Participatie Veel ouders (40%) zijn als vrijwilliger betrokken bij activiteiten met jeugd, bijvoorbeeld als coach van een team. Van de jeugdigen (vanaf 4 jaar) is 79% lid van een club of vereniging; 4% geeft mantelzorg. 1.4 Resultaten per gemeente De resultaten per gemeente staan weergegeven in bijlage A. Met name Hilvarenbeek wijkt op enkele achtergrondkenmerken af van de regio. De ouders zijn hoger opgeleid, vaker autochtoon, hebben vaker werk, minder vaak een bijstandsuitkering en minder moeite met rondkomen. Er zijn nauwelijks verschillen tussen gemeenten voor wat betreft zorgen om de opvoeding of ontwikkeling van het kind en het gebruik van, of de behoefte aan ondersteuning bij de opvoeding. Grootste verschil tussen gemeenten is te zien bij de bekendheid van ouders met de lokale Toegang (figuur 3); In Goirle kent 78% t Loket Goirle, in Tilburg en Waalwijk kent slechts een kwart van de ouders de lokale Toegang. In Goirle weten ouders het beste waar zij terecht kunnen voor ondersteuning en praten ouders ook onderling relatief vaak over de opvoeding van de kinderen. De participatie (van ouders en/of jongeren) is met name in Goirle en Hilvarenbeek hoger dan in andere gemeenten. 8
9 Figuur 3. Bekendheid met de lokale Toegang per gemeente 9
10 2 De Veerkrachtmeting Van burgers wordt in toenemende mate verwacht dat zij minder een beroep doen op overheidsvoorzieningen; dat zij meer zelf verantwoordelijkheid nemen over hun problemen en dat zij, voor zover mogelijk, zelf de benodigde ondersteuning regelen in hun directe omgeving. De nieuwe balans tussen overheid en burgers steunt daarbij op de zelfredzaamheid van de gemeenschap en de veerkracht van de individuele burgers en hun omgeving. In dit hoofdstuk wordt de veerkrachtmeting beschreven. In hoofdstuk 3 gaan we na, hoe we tegen de veerkracht van ouders in Hart van Brabant kunnen aankijken, welke bijzonderheden te ontdekken zijn en (in hoofdstuk 4) wat dit voor gevolgen kan hebben voor het (jeugd)beleid van de gemeenten in Hart van Brabant. De resultaten van de veerkrachtmeting bieden gemeenten zicht op de specifieke lokale situatie en fungeren zodoende als onderdeel van de nulmeting voor de beleidsmonitor jeugdhulp Het is een methode waarmee de lokale overheid meer inzicht krijgt in de (potentiële) veerkracht die aanwezig is in de samenleving, en die bestuurders en maatschappelijke instellingen handelingsperspectief biedt om op veerkracht te sturen. Herhaling van de veerkrachtmeting van ouders maakt het mogelijk om in beeld te brengen hoe de lokale samenleving in beweging is gekomen. 2.1 Typologie naar veerkracht Vanuit het uitgangspunt dat dé burger niet bestaat en diversiteit in beleid dus gewenst is, heeft het PON een typologie naar veerkracht ontwikkeld waarmee vier typen burgers naar mate van veerkracht worden onderscheiden. Onder veerkracht wordt verstaan: de mate waarin burgers de grondhouding hebben zelf regie te voeren over hun leven en hun netwerk in te kunnen en willen zetten bij het oplossen van eventuele problemen. De typologie is gebaseerd op een segmentatiemodel dat enerzijds nagaat of men zelfredzaam is en eigen regie voert over het leven of dat men kwetsbaar is. Anderzijds focust het op de vraag of men individueel of collectief in het leven staat. Bijvoorbeeld kan en wil men het netwerk inschakelen bij het oplossen van eventuele problemen? De meting geeft niet alleen inzicht in de grondhoudingen van burgers, maar geeft ook inzicht in de beleving van de type burgers (ervaren beperking, vertrouwen, ondersteuningsbehoefte) en laat het daadwerkelijk gedrag zien op bijvoorbeeld de terreinen van zorg en participatie. De combinatie van grondhouding, beleving en gedrag maken onderwerpen voor beleid zichtbaar. De veerkrachtmeting is daarmee naast een signaleringsinstrument (Hoe staat het met de veerkracht van mijn burgers?) ook een methode om gericht divers beleid mee te voeren en te monitoren. Bijvoorbeeld, niet alle middelen en activiteiten hoeven per definitie gericht te zijn op de meest kwetsbare groep burgers. Er zijn ook minder kostbare interventies mogelijk om andere groepen veerkrachtiger te maken, zodat de gemeenschap als geheel sterker wordt. De taal van de veerkrachtmeting is bruikbaar om maatschappelijke instellingen en professionals mee aan te sturen. De differentiatie naar verschillende typen is zodoende geen hoger doel op zichzelf, maar een middel voor bestuurders om aan hun transformatieopdracht te voldoen. 10
11 Het model omschrijft vier typen inwoners: Solistische inwoners De solistische inwoners staan individueel in het leven en hebben een hoge mate van zelfredzaamheid. Zij nemen eigen regie over hun leven, kunnen probleemsituaties goed het hoofd bieden, ze kunnen gemakkelijk de draad oppakken bij tegenvallers en goed zelf de nodige hulp inschakelen of op internet vinden. Zij redden zichzelf dus prima bij eventuele probleemsituaties en doen hierbij geen beroep op hun netwerk. Ze zoeken hun hulp meer op afstand, niet in hun directe omgeving. Veerkrachtige inwoners Veerkrachtige inwoners hebben net als de solistische burgers een hoge mate van zelfredzaamheid en eigen regie over hun leven. Daarnaast zijn zij vooruitstrevend en staan zij collectief in het leven: ze zijn sterk ingebed in sociale netwerken en doen hier gerust een beroep op indien nodig. Ze doen namelijk zelf ook gemakkelijk iets voor de mensen in dat netwerk. Hun netwerk is te vinden in hun nabije omgeving of buiten hun woonplaats. Gehechte inwoners Deze inwoners staan evenals de veerkrachtige inwoners collectief in het leven. Zij zijn echter meer kwetsbaar als het aankomt op zelfredzaamheid in probleemsituaties. Daarnaast zijn zij ook meer behoudend: zij houden vast aan het oude, vertrouwde en zien vaak op tegen veranderingen. Bij eventuele problemen leunen zij op hun sociale omgeving en kijken zij ook naar de overheid omdat zij het gevoel hebben recht te hebben op hulp. Ze schieten hun netwerk, dat vooral in hun nabije omgeving is, wel gemakkelijk te hulp. Afhankelijke inwoners Evenals de gehechte inwoners staan afhankelijke inwoners meer behoudend in het leven en zijn zij een kwetsbare groep als het aankomt op zelfredzaamheid. In tegenstelling tot de gehechte inwoners staan zij echter individueel in het leven, wat de mogelijke kwetsbaarheid verhoogt. Bij probleemsituaties maken zij immers geen gebruik van hun eventuele netwerk, ze staan er veelal alleen voor. Ze kunnen ook geen regie over hun leven nemen en verwachten vooral hulp van de overheid. 11
12 3 Veerkrachtmeting ouders Hart van Brabant We beginnen met een beschrijving van de veerkrachttypen van de ouders in de regio Hart van Brabant 1, en tonen daarbij de relevante achtergrondkenmerken van de veerkrachttypen (paragraaf 3.1). Daarna gaan we in paragraaf 3.2 in op de verdeling van de veerkrachttypen over de 9 gemeenten en op verschillen in gedrag en beleving tussen de vier veerkrachttypen. 3.1 De veerkracht van ouders in Hart van Brabant De verdeling van de veerkrachttypen van ouders in Hart van Brabant is weergegeven in figuur 4. Figuur 4. Veerkrachttypen ouders Hart van Brabant totaal 1 Respons betreft zodoende ouders/opvoeders van jeugdigen t/m 18 jaar. We spreken in het vervolg van het artikel van ouders. Deze Veerkrachtmeting geeft dan ook geen beeld van de veerkracht van de totale bevolking. 12
13 De figuur laat zien dat veel ouders zelfredzaam zijn. Immers, de typen solistisch en veerkrachtig (meest zelfredzaam) vormen samen 70%. 6% valt onder het type afhankelijk. Een klein kwart van de ouders in Hart van Brabant staat individueel in het leven (de typen solistisch en afhankelijk vormen samen 22%). Zij maken in hulpbehoevende situaties weinig gebruik van een eventueel netwerk. De ouders in het afhankelijke deel vormen de meest kwetsbare groep. Zij staan niet alleen individueel in het leven, maar zijn ook weinig zelfredzaam. Ze staan tevens behoudend in het leven. De indeling in veerkrachttypen is gebaseerd op scores van ouders op de stellingen die betrekking hebben op drie dimensies (kwetsbaar-zelfredzaamheid, alleen-samen en vooruitstrevend - behoudend). De score per stelling (en per dimensie) kan variëren van 1 (helemaal oneens met een stelling) tot 5 (helemaal eens met een stelling). Tabel 3 laat de gemiddelde score zien per dimensie, per veerkrachttype. Een hoge(re) score betekent respectievelijk: meer zelfredzaam, behoudend of sociaal. Tabel 3. Gemiddelde score per dimensie per veerkrachttype, ouders Hart van Brabant zelfredzaam behoudend sociaal Solistisch 4,3 3,1 3,5 Veerkrachtig 4,3 2,6 3,9 Gehecht 3,9 2,9 4,2 Afhankelijk 3,6 3,5 3,6 De typen solistisch en veerkrachtig zijn even zelfredzaam en de typen solistisch en afhankelijk scoren vergelijkbaar op de dimensie sociaal. Verder zijn de verschillen tussen de veerkrachttypen (statistisch) significant. Het type gehecht scoort lager op zelfredzaamheid dan de typen solistisch en veerkrachtig (maar lijkt met een score van 3,9 op een schaal van 1 tot 5 toch ook behoorlijk zelfredzaam). Bovendien is dit type erg sociaal ingesteld. Het type afhankelijk is veruit het minst veerkrachtig en scoort op alle drie de dimensies relatief ongunstig. Achtergrondkenmerken van de veerkrachttypen Figuur 5 illustreert verschillen in achtergrondkenmerken tussen de veerkrachttypen. Uit de figuur valt op dat zelfredzaamheid samenhangt met een hoger opleidingsniveau. Ook zien we dat de individualistische typen (afhankelijken en solisten) vaker allochtoon zijn en dat vooral het afhankelijke type vaker moeite heeft met rondkomen. 13
14 Figuur 5. Achtergrondenkenmerken naar veerkrachttypen 3.2 Veerkrachttypen naar gemeenten Om een beeld te krijgen van hoe de veerkracht over de gemeenten is verdeeld, wordt in figuur 6 een overzicht naar gemeente gegeven. De verschillen tussen gemeenten in de verdeling van de veerkrachttypen zijn niet zo groot 2. Loon op Zand heeft het grootste aandeel afhankelijke ouders (9% versus 6% in de regio). Ouders in Hilvarenbeek scoren goed op de dimensie sociaal ; in vergelijking met de regio wonen in Hilvarenbeek meer gehechte ouders en minder ouders van het solistische type. 2 Indien dieper wordt ingezoomd op kernen en wijken zijn mogelijk meer verschillen te ontdekken. Dit valt echter vanwege te geringe respons buiten bestek van dit onderzoek. 14
15 Figuur 6. Veerkrachttypen naar gemeente 3.3 Het gedrag van de veerkrachttypen In deze paragraaf gaan we in op hetgeen de verschillende veerkrachttypen daadwerkelijk doen. Dit gedrag kleurt de profielen van de typen nog verder in. Contact over opvoeden met andere ouders Aan ouders is gevraagd in hoeverre zij contact hebben met andere ouders over opvoeden. We zien in figuur 7 dat de veerkrachtige ouders vaker met andere ouders spreken over opvoeding van hun kind(eren), andere ouders vaker ondersteunen en hen aanspreken op het gedrag van hun kind(eren). Ook de gehechte ouders staan vaker in contact met andere ouders over opvoeding en praktische hulp. Voor de individualistische typen (solisten en afhankelijken) geldt dit beduidend minder. De samenredzaamheid is logischerwijs groter onder de meer collectief ingestelde typen. 15
16 Figuur 7. Contact over opvoeden met andere ouders (% dat het helemaal eens is met de stelling) Hulp bij de opvoeding Naast het bespreken van opvoeding is ouders ook gevraagd of zij hierover om hulp of advies hebben gevraagd. We zien dat de meer zelfredzame typen (veerkrachtigen en solisten) dit minder vaak hebben gedaan. De minder zelfredzame typen vroegen vaker om hulp of advies; de afhankelijken relatief vaak bij een instantie of professionele hulpverlener, de gehechten vaker aan het sociaal netwerk. Figuur 8. Heeft u om hulp of advies met betrekking tot het opvoeden en opgroeien van uw kind(eren) gevraagd? 16
17 Jeugdhulp Tabel 4 laat zien dat het afhankelijke type vaker gebruik heeft gemaakt van jeugdhulp. Een kleine 20% van hen deed hierop een beroep. We zien dat de andere typen in veel mindere mate gebruik maken van jeugdhulp. Tabel 4. Percentage ouders dat in 2015 gebruik maakte van jeugdhulp. % Veerkrachtig Gehecht Solistisch Afhankelijk Gebruik gemaakt van jeugdhulp Jeugdhulp thuis (ambulante jeugdhulp) Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) voor jeugd Jeugdzorg voor jongeren met een beperking JeugdzorgPlus (gesloten jeugdzorg) Pleegzorg Verblijf in een jeugdinstelling Jeugdbescherming Jeugdreclassering * een groen cijfer in de tabel betekent dat het percentage voor het betreffende type significant hoger is dan voor de andere typen. Een rood cijfer betekent een significant lager percentage Vrijwilligerswerk Vrijwilligerswerk is een veelzeggende indicator als het gaat om de betrokkenheid van mensen bij de samenleving 3. In de enquête is nagegaan of ouders actief zijn als vrijwilliger bij activiteiten met jeugd (anders dan de eigen kinderen). Figuur 9 toont aan dat afhankelijke en solistische ouders minder vrijwilligerswerk doen. De meer collectief ingestelde typen (veerkrachtigen en gehechten) doen dit een stuk vaker. 3 J. den Hartog e.a. Betrokken Brabanders, 2014:30. 17
18 Figuur 9. Vrijwilligerswerk 3.4 Beleving van de veerkrachttypen Zorgen over opvoeding We zagen eerder al dat het solistische type minder vaak contact heeft met andere ouders en ook minder vaak om hulp of advies over opvoeding vraagt. Toch wil dat blijkens figuur 10 niet zeggen dat solisten dan ook minder zorgen hebben: 41% van hen heeft tenminste soms zorgen gehad over de opvoeding, het gedrag of de ontwikkeling van hun kind(eren). De afhankelijken blijken veel vaker dan de andere typen zorgen te hebben gehad over opvoeding, de veerkrachtigen een stuk minder. Gehechte ouders maken zich in ongeveer dezelfde mate zorgen als de solisten. 18
19 Figuur 10. Zorgen over opvoeding Ondersteuningsbehoefte Passend bij het beeld dat we kregen van het vragen naar hulp of advies over opvoeding, zien we dat de meer zelfredzame typen ook minder behoefte hebben aan ondersteuning bij de opvoeding (figuur 11). De minder zelfredzame typen, met name de afhankelijken, hebben hieraan meer behoefte. Figuur 11. Ondersteuningsbehoefte bij opvoeding De weg naar ondersteuning Tabel 5 laat zien dat de meer collectief ingestelde typen goed weten waar ze terecht kunnen voor ondersteuning bij opvoedproblemen en voor het melden van huiselijk geweld/kindermishandeling. De meer individualistische typen zijn hiervan minder goed op de hoogte. Met name voor het afhankelijke type, dat vaker zorgen heeft, vaker behoefte heeft aan hulp en hiervoor minder goed bij een eventueel sociaal netwerk terecht kan, is dit zorgelijk. 19
20 Tabel 5. De weg naar ondersteuning % ja Veerkrachtig Gehecht Solistisch Afhankelijk Weet u waar u terecht kunt voor ondersteuning bij opvoedproblemen Weet u waar u terecht kunt voor het melden van (vermoedens van) huiselijk geweld / kindermishandeling * een groen cijfer in de tabel betekent dat het percentage voor het betreffende type significant hoger is dan voor de andere typen. Een rood cijfer betekent een significant lager percentage De lokale Toegang Sinds 2015 bieden lokale wijk- of zorgteams ondersteuning op het gebied van opvoeden en opgroeien. Zij verwijzen mensen indien nodig door naar gespecialiseerde hulp. Iedere gemeente heeft (een) eigen team(s). In lijn met het vinden van de weg naar hulp en ondersteuning, zien we ook hier dat de meer collectieve typen (veerkrachtig en gehecht) deze teams vaker kennen. De solistische en afhankelijke typen, die dus minder ondersteuning uit hun eventuele netwerk putten en minder goed weten waar zij met ondersteuningsvragen terecht kunnen, hebben hier vaker nooit van gehoord. Tabel 6. Bekendheid met de Toegangsteams Kent u het team in uw gemeente? (%) Veerkrachtig Gehecht Solistisch Afhankelijk Nee, nooit van gehoord Ja, ken ik, maar heb ik nog niet mee te maken gehad Ja, ken ik heb ik al eens contact mee gehad * een groen cijfer in de tabel betekent dat het percentage voor het betreffende type significant hoger is dan voor de andere typen. Een rood cijfer betekent een significant lager percentage 20
21 4 Samenvatting en discussie In dit rapport zijn we ingegaan op de resultaten van het deelonderzoek opvoeden en veerkracht ouders/verzorgers Hart van Brabant. De resultaten geven inzicht in de doelstellingen van het regionaal beleidskader jeugdhulp Hart van Brabant, op het niveau van het maatschappelijk potentieel (figuur 1): Gezinnen zijn zelfredzaam en gebruiken het sociaal netwerk, Gezinnen weten waar zij terecht kunnen voor ondersteuning en Burgers participeren actief. Daarnaast geeft het onderzoek aanvullende informatie over de doelstellingen op het niveau van de kwaliteit van de jeugdhulp (gebruikers zijn tevreden) en op het niveau van maatschappelijk resultaat (jeugdigen nemen actief deel aan de maatschappij). De veerkrachtmeting geeft inzicht in de zelf- en samenredzaamheid van verschillende typen ouders. Gezinnen zijn zelfredzaam en gebruiken het sociaal netwerk Uit het onderzoek blijkt dat 44% van de ouders in 2015 hulp of advies vroeg over het opvoeden of opgroeien van hun kind. De meeste ouders maakten hiervoor gebruik van hun sociale netwerk. Zij konden voor deze hulp bij vrienden of familie terecht. Een op de vijf ouders maakte (eventueel naast de hulp vanuit het sociale netwerk) gebruik van professionele hulp. Slechts 5% van de ouders gaf aan momenteel behoefte te hebben aan (meer) ondersteuning, de meeste van deze ouders hebben behoefte aan ondersteuning van een professional. Gezinnen weten waar zij terecht kunnen voor ondersteuning Als we kijken naar de bekendheid van ouders met ondersteuningsmogelijkheden zien we dat tweederde weet waar men terecht kan voor (opvoed)ondersteuning of meldingen van huiselijk geweld of kindermishandeling. Een derde van de ouders kent de lokale Toegang. In de bekendheid met en het gebruik van de lokale Toegang zijn grote verschillen tussen gemeenten. Hierin valt voor gemeenten dus nog veel te verbeteren. Echter, ondanks de onbekendheid van veel ouders met de Toegang, vindt slechts 4%, dat er in de gemeente onvoldoende opvoedondersteuning geboden wordt. Gebruikers van jeugdhulp zijn tevreden Over de kwaliteit van de jeugdzorg kunnen we concluderen dat de meeste gebruikers behoorlijk tevreden zijn. Volgens 74% van de ouders die gebruik maakten van jeugdhulp, zijn de problemen waarvoor de hulp werd ingeschakeld opgelost of verminderd. Bijna de helft van de gebruikers was zeer tevreden over de jeugdhulp. Toch was ook een deel van de ouders (17% van de gebruikers van jeugdzorg) erg ontevreden. Ouders en jeugdigen nemen actief deel aan de maatschappij Ook de actieve deelname van ouders en jeugdigen aan de maatschappij is in het onderzoek nagevraagd. Veel ouders in Hart van Brabant (40%) zijn als vrijwilliger betrokken bij activiteiten met jeugd, anders dan hun eigen kind(eren). Een groot deel van de jeugdigen vanaf 4 jaar (79%) is lid van een club of vereniging. Slechts een klein deel (4%) geeft mantelzorg. De participatie verschilt tussen gemeenten, en is het hoogst in Goirle en Hilvarenbeek. De Veerkrachtmeting Voor wat betreft de zelf- en samenredzaamheid van de ouders in Hart van Brabant laat de veerkrachtmeting zien dat de jeugd van Hart van Brabant opgroeit in een redelijk veerkrachtige samenleving. Immers, zeventig procent van de ouders is zelfredzaam en een kleine groep (6%) is kwetsbaar en afhankelijk. Het lijkt er dus op 21
22 dat de balans tussen overheidsparticipatie en burgerparticipatie, tussen ondersteunen of zelf doen, redelijk in evenwicht is. De vraag is hoe de gemeenten in deze tijden van veranderingen, ervoor kunnen zorgen dat de veerkracht van ouders en gezinnen groot genoeg blijft of zelfs versterkt wordt, zodat het evenwicht bewaard blijft. Als we meer inzoomen op de gemeenten zien we enkele verschillen. Zo zien we in Loon op Zand een relatief hoog percentage van het afhankelijke type. In deze gemeente zal de eigen veerkracht van de samenleving iets minder van de grond komen en zullen meer interventies nodig zijn. In Hilvarenbeek wonen in verhouding veel gehechte ouders. Deze groep zoekt elkaar al op om samen problemen op te lossen maar kan steun gebruiken bij het versterken van de eigen kracht. Als anderen initiatieven nemen, zullen zij zich graag aansluiten. Het versterken van de veerkracht in deze gemeente, kan grote impact hebben op het verdelen van bijvoorbeeld zorg voor elkaar. Dit kan bijvoorbeeld door initiatiefnemers te identificeren en hen te ondersteunen. In de andere gemeenten, waar het beeld meer overeenkomt met het gemiddelde in Hart van Brabant, kan gewerkt worden aan het vergroten van het aantal veerkrachtigen en het verkleinen van het aantal ouders van het afhankelijke type. Om de veerkracht van ouders verder te versterken kunnen verschillende strategieën worden ingezet: de verschillende typen kunnen op verschillende manieren versterkt worden in hun veerkracht. Zo kan voor het solistische type netwerkversterking een goede strategie zijn, terwijl gehechten en afhankelijken meer gebaat zijn bij het versterken van de zelfredzaamheid. Als we het gedrag van de verschillende typen bekijken, zien we dat de meer collectief ingestelde typen vaker contact hebben met andere ouders over opvoeden in vergelijking met de meer individualistische typen. De minder zelfredzame typen hebben vaker om hulp of advies gevraagd; de afhankelijken relatief vaak bij een instantie of professional, de gehechten vaker bij het sociaal netwerk. Specifiek gekeken naar jeugdhulp, zien we ook dat het afhankelijke type hier vaker gebruik van maakt. Daarnaast zien we dat de meer collectieve typen vaker vrijwilligerswerk doen, afhankelijken en solisten doen dit minder vaak. Als we naar de beleving van de verschillende veerkrachttypen kijken, dan zien we dat het afhankelijke type veel vaker dan de andere typen zorgen heeft over opvoeding. Wat verder opvalt, is dat solistische ouders, die minder vaak contact hebben met andere ouders over opvoeding en ook minder vaak om hulp of advies vragen, niet minder opvoedzorgen hebben. In dit type schuilt een potentiële kwetsbaarheid. Dit type weet zichzelf nu nog te redden, maar houdt opvoedproblemen dicht bij zich met als risico dat deze boven het hoofd groeien. Ze doen dan immers geen beroep op hun eventuele netwerk. De minder zelfredzame typen, met name de afhankelijken, hebben sterker behoefte aan ondersteuning bij de opvoeding. Aandachtspunt is daarbij dat dit type minder goed weet waar ze hiervoor terecht kunnen (dit geldt ook voor het solistische type). In lijn met het vinden van de weg naar hulp en ondersteuning zien we ook dat de meer collectieve typen de lokale Toegang beter kennen. De solistische en afhankelijke typen, die dus minder ondersteuning uit hun eventuele netwerk putten en minder goed weten waar met ondersteuningsvragen terecht te kunnen, kennen deze vaker niet. 22
23 Bijlage A Resultaten per gemeente Hart van Brabant Dongen Gilze en Rijen Goirle Heusden Hilvarenbeek Loon op Zand Oisterwijk Tilburg Waalwijk Achtergrondkenmerken kind in eenoudergezin (%) allochtoon (%) opleiding moeder laag (%) , opleiding vader laag (%) ,4 1 0,4 3 2 vader geen werk (%) moeder geen werk (%) vader bijstandsuitkering (%) , moeder bijstandsuitkering (%) moeite met rondkomen (%) Veerkrachtmeting veerkrachtig (%) solistisch (%) gehecht (%) afhankelijk (%) Opvoeding en ondersteuning maakt zich soms/vaak zorgen (%) maakt zich vaak zorgen (%) heeft hulp/advies gevraagd (%) aan professional (%) aan familie/vrienden (%) heeft behoefte aan hulp (%) van professional (%) van familie/vrienden (%) gebruik jeugdhulp (%)
24 Hart van Brabant Dongen Gilze en Rijen Goirle Heusden Hilvarenbeek Loon op Zand Oisterwijk Tilburg Waalwijk problemen opgelost (%) problemen opgelost/verminderd (%) weet waar info te halen over ondersteuning (%) weet waar hij/zij terecht kan met meldingen (%) onvoldoende ondersteuning in gemeente (%) kent lokaal wijkteam (%) contact lokaal wijkteam (%) Hulp aan andere ouders praat regelmatig over opvoeding (%) geeft graag tips, advies of ondersteuning (%) praktische hulp bieden geen probleem (%) spreekt andere kinderen aan op gedrag (%) bespreekt 'slecht' gedrag kind met ouders (%) Participatie ouder is vrijwilliger bij jeugdactiviteiten (%) jeugdige is lid van club (%) jeugdige is lid van sportclub (%) jeugdige geeft mantelzorg (%) * een vet cijfer in de tabel betekent dat het percentage voor de betreffende gemeente significant afwijkt van het gemiddelde van de regio Hart van Brabant. 24
Veerkracht in beeld. Veerkrachtmeting s-hertogenbosch mevrouw drs. M. Smulders K. Vinckx MSc
Veerkracht in beeld Veerkrachtmeting s-hertogenbosch 2014 mevrouw drs. M. Smulders K. Vinckx MSc het PON, kennis in uitvoering Tilburg, januari 2015 Colofon Het PON heeft dit onderzoek verricht in opdracht
Nadere informatieK I N D E R E N O N D E R Z O E K : J A A R
THUISSITUATIE, KINDEROPVANG EN OPVOEDING K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R Jeugd 2010 2 Kinderenonderzoek 2010 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied,
Nadere informatieDeelrapportage Bekendheid leerlingen en semi-professionals met ondersteuningsaanbod gemeenten 2016
Monitor regionaal beleidskader jeugdhulp Hart van Brabant Deelrapportage Bekendheid leerlingen en semi-professionals met ondersteuningsaanbod gemeenten 2016 M. Jacobs, GGD Hart voor Brabant L. van Tilburg,
Nadere informatieClientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd
Clientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd Inhoudsopgave Samenvatting 3 1. Inleiding 4 1.1 Doelgroep 4 1.2 Methode 4 1.3 Respons 4 2. Resultaten Wmo 5 2.1 Contact en toegankelijkheid van hulp of ondersteuning
Nadere informatieBetreft: Veranderingen in de jeugdhulp en het overgangsrecht - informatie voor ouders en verzorgers van kinderen in jeugdhulp
10 november 2014 Betreft: Veranderingen in de jeugdhulp en het overgangsrecht - informatie voor ouders en verzorgers van kinderen in jeugdhulp Geachte heer, mevrouw, Op 1 januari 2015 gaat de nieuwe Jeugdwet
Nadere informatieOpvoedingsproblemen. leeftijd ouders leeftijd ouders leeftijd ouders middelbaar onderwijs. hoger onderw ijs.
100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 In deze uitwerking van het thema opvoedingsondersteuning wordt inzicht gegeven in de vragen en/of problemen die Friese ouders/verzorgers ervaren bij het opvoeden van kinderen
Nadere informatieGemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017
Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515
Nadere informatieK I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R
PSYCHOSOCIALE GEZONDHEID Jeugd 2010 4 K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R Kinderenonderzoek 2010 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD Zuid-Holland
Nadere informatieMonitor Jeugdhulp Regio Hart van Brabant
Verslag dialoogbijeenkomst nulmeting Monitor Jeugdhulp Regio Hart van Brabant 11-07-2016 Eind 2014 gaf de regio Hart van Brabant de GGD opdracht om een regionale beleidsmonitor jeugdhulp te ontwikkelen.
Nadere informatieDeelrapportage met resultaten uit de gezondheidsenquête volwassenen/ouderen 2010
Opvoedondersteuning Deelrapportage met resultaten uit de gezondheidsenquête volwassenen/ouderen 2010 Opvoedvragen zijn van alle tijden. Als ouders vragen hebben over de opvoeding van hun kind, zoeken zij
Nadere informatieAuteurs Caroline Timmerman, epidemioloog Petra Boluijt, epidemioloog
Risicokinderen in de gemeente Oude IJsselstreek Auteurs Caroline Timmerman, epidemioloog Petra Boluijt, epidemioloog GGD Noord- en Oost-Gelderland, 1 mei 2015 1 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Methode... 3
Nadere informatieCLIËNTERVARINGSONDERZOEK JEUGD
Rapport CLIËNTERVARINGSONDERZOEK JEUGD Gemeenten Tilburg, Dongen, Gilze en Rijen, Goirle, Heusden, Hilvarenbeek, Loon op Zand, Oisterwijk en Waalwijk Juli 2018 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research
Nadere informatieGemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017
Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515
Nadere informatieVrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten
Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8
Nadere informatieBurgerpanel gemeente Oisterwijk. Resultaten onderzoek burgerparticipatie
Burgerpanel gemeente Oisterwijk Resultaten onderzoek burgerparticipatie Colofon Het PON heeft dit onderzoek verricht in opdracht van Gemeente Oisterwijk Auteurs Susanne Agterbosch, Koen Vinckx en Mariëlle
Nadere informatieSociale kracht in Houten Burgerpeiling 2014
in Houten Burgerpeiling 2014 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Houten Projectnummer 598 / 2015 Samenvatting Goede score voor Sociale Kracht in Houten Houten scoort over het algemeen goed als
Nadere informatieHET BURGERPANEL OVER DE SOCIALE AGENDA
HET BURGERPANEL OVER DE SOCIALE AGENDA Gemeente Leiderdorp Januari 2017 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Piet Heinkade 55 1019 GM Amsterdam 020-3330670 Rapportnummer 2017/10 Datum Januari
Nadere informatieKinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging
Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Respons thuiszorgorganisaties en GGD en In deden er tien thuiszorgorganisaties mee aan het, verspreid over heel Nederland. Uit de
Nadere informatieIs jouw maand ook altijd iets te lang? Onderzoek Jongerenpanel Tilburg
Is jouw maand ook altijd iets te lang? Onderzoek Jongerenpanel Tilburg Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Tilburg DIMENSUS beleidsonderzoek December 2012 Projectnummer 507 Inhoudsopgave Samenvatting
Nadere informatieMonitor Jeugdhulp Regio Hart van Brabant
Definitieboek kwantitatieve indicatoren - september 2015 Monitor Jeugdhulp Regio Hart van Brabant Gebruik van jeugdhulp Jeugdigen met jeugdhulp, jeugdbescherming en/ of jeugdreclassering Jeugdigen tot
Nadere informatieCLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK BREED SOCIAAL LOKET GEMEENTE EDAM-VOLENDAM
CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK BREED SOCIAAL LOKET GEMEENTE EDAM-VOLENDAM Cliënttevredenheidsonderzoek Breed Sociaal Loket gemeente Edam-Volendam Colofon Opdrachtgever Gemeente Edam-Volendam Datum April
Nadere informatieHERVORMINGEN IN SOCIAAL DOMEIN TRANSITIEPLAN
HERVORMINGEN IN SOCIAAL DOMEIN TRANSITIEPLAN 2015 Presentatie Ouderen bonden 13 januari 2014 Door: Jaap Vermeijden Lid Wmo Adviesraad Waalwijk HERVORMINGEN IN SOCIAAL DOMEIN VOORZOVER THANS BEKEND! ROL
Nadere informatieFACTSHEET #2. TRANSFORMATIEMONITOR JEUGD Moerdijk. Inleiding. maart 2016
FACTSHEET #2 TRANSFORMATIEMONITOR JEUGD Moerdijk maart 2016 Inleiding Sinds 1 januari 2015 is de jeugdwet van kracht. Deze jeugdwet stelt dat gemeenten vanaf 1 januari gegevens moeten verzamelen en vastleggen
Nadere informatieWmo-kanteling. Raadpleging Inwonerpanel Dongen
Wmo-kanteling Raadpleging Inwonerpanel Dongen Even voorstellen 2 Stephan Dijcks GfK onderzoekt gedrag consumenten en burgers Beheer en onderzoek Inwonerpanel Dongen Uitvoerder landelijke Wmo-evaluatie
Nadere informatieRapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss
Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss Juni 2008 COLOFON Samenstelling Michelle Rijken Mark Gremmen Vormgeving binnenwerk Roelfien Pranger Druk HEGA
Nadere informatieHuiselijk Geweld in 's-hertogenbosch. Omvang, kenmerken en meldingen
Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch Omvang, kenmerken en meldingen O&S oktober 2003 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Samenvatting 1. Inleiding Plan Plan van van Aanpak Aanpak Huiselijk Geweld Geweld Inhoud
Nadere informatieJeugdmonitor 0-11 jaar
Jeugdmonitor 0-11 jaar -2014 INTRODUCTIE Helmond GEZONDHEID & WELZIJN Jeugdmonitor 0-11 jaar Onderzoek onder ouders 0-11 jarigen Najaar 85% 96% Het kind voelde zich de afgelopen 3 maanden De gezondheid
Nadere informatieCliëntervaringen Wmo Gemeente Boxtel
Cliëntervaringen Wmo Gemeente Boxtel Meting 2016 Juli 2016 Afdeling Onderzoek & Statistiek Gemeente s-hertogenbosch Samenvatting De gemeente Boxtel vindt het belangrijk om de ervaringen van cliënten met
Nadere informatieRapport monitor Opvang asielzoekers. week 44 t/m Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.
Rapport monitor Opvang asielzoekers week 44 t/m 47 2015 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 23 november 2015 Projectnummer: 20645 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting
Nadere informatieE U RN E 86% Het kind voelde zich de afgelopen 3 maanden. (heel) blij 20% Het kind heeft één of meer. Gewicht (vanaf 2 jaar) ondergewicht
Jeugdmonitor 0-11 jaar E U RN E -2014 INTRODUCTIE D GEZONDHEID & WELZIJN Jeugdmonitor 0-11 jaar Onderzoek onder ouders 0-11 jarigen Najaar 86% 95% Het kind voelde zich de afgelopen 3 maanden De gezondheid
Nadere informatieSamenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013
Samenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013 Klanttevredenheidsonderzoek Het KTO is een wettelijke verplichting wat betreft de verantwoording naar de Gemeenteraad
Nadere informatieIk krijg ondersteuning bij de opvoeding en zorg voor mijn kind. Wat verandert er in 2015?
Ik krijg ondersteuning bij de opvoeding en zorg voor mijn kind Wat verandert er in 2015? Meestal kunt u op eigen kracht of met hulp van familie, vrienden of buren uw leven prima organiseren. Maar soms
Nadere informatieJeugdmonitor 0-11 jaar
Jeugdmonitor 0-11 jaar -2014 INTRODUCTIE LAARBEEK GEZONDHEID & WELZIJN Jeugdmonitor 0-11 jaar Onderzoek onder ouders 0-11 jarigen Najaar 8 97% Het kind voelde zich de afgelopen 3 maanden De gezondheid
Nadere informatieIJsselland. Wijkgezondheidsprofiel Borgele en Platvoet Deventer
IJsselland Wijkgezondheidsprofiel Deventer Januari 2015 Wijkgezondheidsprofiel Dit wijkgezondheidsprofiel bestaat uit gegevens afkomstig van diverse bronnen, registraties en (bewoners)onderzoeken. Voor
Nadere informatieRapport monitor Opvang asielzoekers. week 28 t/m 39. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.
Rapport monitor Opvang asielzoekers week 28 t/m 39 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 29 september 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting
Nadere informatieJeugdmonitor 0-11 jaar Eersel
Jeugdmonitor 0-11 jaar Eersel -2014 GEZONDHEID & WELZIJN 85% 85% 97% Het kind voelde zich de afgelopen 3 maanden De gezondheid van het kind is volgens ouder (heel) blij 96% (heel) goed Meest voorkomende
Nadere informatieCliëntervaringen Wmo s-hertogengbosch. Nulmeting 2016
Cliëntervaringen Wmo s-hertogengbosch Nulmeting 2016 Afdeling Onderzoek & Statistiek Juli 2016 Samenvatting De gemeente s-hertogenbosch vindt het belangrijk om de ervaringen van cliënten met Wmoondersteuning
Nadere informatieRapport monitor Opvang asielzoekers. week 8 t/m 11. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.
Rapport monitor Opvang asielzoekers week 8 t/m 11 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 18 maart 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting Resultaten
Nadere informatiekoopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER
koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER Oktober 2012 2 Opdrachtnemer: Opdrachtgever: Team Financieel Advies, Onderzoek & Statistiek Camiel De Bruijn Ard Costongs Economie
Nadere informatieBijlage 1: Achtergrondinformatie Transitie Jeugdzorg en verbinding decentralisaties
Bijlage 1: Achtergrondinformatie Transitie Jeugdzorg en verbinding decentralisaties Achtergrondinformatie: De transitie van de jeugdzorg dient één centrale missie: er voor zorgen dat jeugdigen gezond en
Nadere informatieRegionale VTV Bevolking. Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Bevolking
Regionale VTV 2011 Bevolking Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Bevolking Auteurs: Dr. M.A.M. Jacobs-van der Bruggen, GGD Hart voor Brabant Drs. S. van de
Nadere informatieVan de 459 respondenten was het merendeel vrouwelijk (75 procent).
Bijlage 1 Enquête Opvoeden en opgroeien in Oisterwijk Januari 2015 1. Waarom deze enquête? De gemeente vindt het belangrijk dat kinderen zich goed kunnen ontwikkelen en gezond en veilig opgroeien. Kinderen
Nadere informatieCliëntervaringsonderzoek Wmo
Cliëntervaringsonderzoek Wmo WIJ-gebieden 2017 Laura de Jong Marjolein Kolstein Oktober 2018 Inge de Vries www.oisgroningen.nl Inhoud Samenvatting... 2 2.9 Tot slot... 20 Bijlage 1: de WIJ-gebieden...
Nadere informatieRapport monitor Opvang asielzoekers. week 4 t/m 7. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.
Rapport monitor Opvang asielzoekers week 4 t/m 7 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 19 februari 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting Resultaten
Nadere informatieBURGERPANEL VEENENDAAL PEILING JEUGDBELEID
BURGERPANEL VEENENDAAL PEILING 2 2015 JEUGDBELEID Gemeente Veenendaal Oktober/november 2015 Colofon Uitgave: Research 2Evolve Tesselschadelaan 15A 1217 LG Hilversum Tel: (035) 623 27 89 info@research2evolve.nl
Nadere informatieThema: Profiel van de nieuwe burgemeester Drs. Karin du Long Dr. Ellen Dingemans
Inwonerspanel Hilvarenbeek Inwonerspanel Hilvarenbeek Onderzoek 7 2019 Gemeente Hilvarenbeek Maart 2019 Thema: Profiel van de nieuwe burgemeester Drs. Karin du Long Dr. Ellen Dingemans -1- 1. Inleiding
Nadere informatieFORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016
ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek 2014 mei 2016 1 Arbeidsmarktplatform
Nadere informatieJeugdarts en de Jeugdwet 2015
Factsheet Jeugdarts en de Jeugdwet 2015 Gemeenten worden vanaf 2015 verantwoordelijk voor alle jeugdhulp: ondersteuning, hulp en zorg aan jeugdigen en ouders bij opgroei- en opvoedproblemen, en geestelijke
Nadere informatieCliëntervaringsonderzoek Wmo
Cliëntervaringsonderzoek Wmo Gemeente Groningen 2017 Laura de Jong Marjolein Kolstein Oktober 2018 Inge de Vries www.oisgroningen.nl Inhoud Inhoud... 2 Samenvatting... 3 2.7 Overige ondersteuning... 16
Nadere informatieWerkbelevingsonderzoek 2013
Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:
Nadere informatiebox-tial Stuk ter kennisname Onderwerp Voorstel Samenvatting Vervolg Bijlagen meewerkend
meewerkend box-tial Stuk ter kennisname Datum: 28 juni 2017 Registratienummer: 28 juni 2017 Portefeuillehouder: Contactpersoon: S. van Vlerken, S.v.VIerken@MijnGemeenteDichtbij.nl, 0411-655391. Onderwerp
Nadere informatieIJsselland. Wijkgezondheidsprofiel Rivierenwijk en Bergweide Deventer
IJsselland Wijkgezondheidsprofiel Deventer Januari 2015 Wijkgezondheidsprofiel Dit wijkgezondheidsprofiel bestaat uit gegevens afkomstig van diverse bronnen, registraties en (bewoners)onderzoeken. Voor
Nadere informatieK I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R
VOEDING, BEWEGING EN GEWICHT K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R Jeugd 2010 6 Kinderenonderzoek 2010 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD
Nadere informatieMedisch specialist ziekenhuis
Factsheet Medisch specialist ziekenhuis en de Jeugdhulp Almere 2015 Gemeenten worden vanaf 2015 verantwoordelijk voor alle jeugdhulp: ondersteuning, hulp en zorg aan jeugdigen en ouders bij opgroei- en
Nadere informatieMonitor Jeugdhulp Regio Hart van Brabant
Definitieboek kwantitatieve indicatoren - 2016 Monitor Jeugdhulp Regio Hart van Brabant Gebruik van jeugdhulp Jeugdigen met jeugdzorg (jeugdhulp, jeugdbescherming en/ of jeugdreclassering) Het geheel van
Nadere informatieSamenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk
Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 Definitieve rapportage 4 augustus 2016 DATUM 4 augustus 2016 TITEL Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 ONDERTITEL
Nadere informatieCliëntervaringsonderzoek Wmo
Cliëntervaringsonderzoek Wmo Gemeente Ten Boer Laura de Jong Marjolein Kolstein Oktober 2018 Inge de Vries www.oisgroningen.nl Inhoud Inhoud... 1 2.8 Effect van de ondersteuning... 11 3. Conclusie... 13
Nadere informatieWaar staat je gemeente. Gemeente Enschede
Waar staat je gemeente Gemeente Enschede Inhoudsopgave Sheetnummer Samenvatting 3 Burgerpeiling Waar staat je gemeente & respons 4 Woon & leefomgeving Waardering & sociale samenhang 5 Veiligheid en overlast
Nadere informatieOpvoedingsondersteuning in Drenthe
Opvoedingsondersteuning in Drenthe Welke behoefte is er? Willem Jan van der Veen Marjan Kuilman Nynke van Zanden Themarapporten GGD Drenthe Assen, mei 2011 www.gezondheidsgegevensdrenthe.nl ii Inhoud Samenvatting...
Nadere informatieJeugdmonitor 0-11 jaar
Jeugdmonitor 0-11 jaar en Breugel -2014 Son GEZONDHEID & WELZIJN 85% 88% 97% Het kind voelde zich de afgelopen 3 maanden De gezondheid van het kind is volgens ouder (heel) blij 21% 22% 96% (heel) goed
Nadere informatieCLIËNTERVARINGS- ONDERZOEK JEUGD
Rapport CLIËNTERVARINGS- ONDERZOEK JEUGD Gemeente Houten Augustus 2016 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Piet Heinkade 55 1019 GM Amsterdam 020-3330670 Rapportnummer 2016/141 Datum Augustus
Nadere informatieJeugdmonitor 0-11 jaar
Jeugdmonitor 0-11 jaar enen -2014 Nu GEZONDHEID & WELZIJN 85% 81% 97% Het kind voelde zich de afgelopen 3 maanden De gezondheid van het kind is volgens ouder (heel) blij 21% 22% 96% (heel) goed Meest voorkomende
Nadere informatieHoe denken Zeeuwse jongeren en ouders over alcoholgebruik door jongeren? Onderzoek GGD Zeeland maart 2011
Hoe denken Zeeuwse jongeren en ouders over alcoholgebruik door jongeren? Onderzoek GGD Zeeland maart 2011 Zeeuwse jongeren en alcohol In 2010 is de Zeeuwse campagne Laat ze niet (ver)zuipen! van start
Nadere informatieNaar een jeugdvisie voor de gemeente Oirschot. 16 oktober 2012
Naar een jeugdvisie voor de gemeente Oirschot 16 oktober 2012 Opzet van de avond Positionering Doel van de avond Proces en burgerparticipatie Toelichting ideeën College van B&W m.b.t. jeugdvisie Discussie
Nadere informatieGrafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29%
26 DISCRIMINATIE In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het vóórkomen en melden van discriminatie in Leiden en de bekendheid van en het contact met het Bureau Discriminatiezaken. Daarnaast komt aan de orde
Nadere informatieRapport monitor Opvang asielzoekers. week 16 t/m 19. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.
Rapport monitor Opvang asielzoekers week 16 t/m 19 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 17 mei 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting Resultaten
Nadere informatieStadjers over het CJG Groningen
Stadjers over het CJG Groningen Een Stadspanelonderzoek 2013 Onderzoek en Statistiek Groningen heeft als kernactiviteiten instrumentontwikkeling voor en uitvoering van beleidsgericht onderzoek, het toegankelijk
Nadere informatieIJsselland. Wijkgezondheidsprofiel Voorstad Deventer
IJsselland Wijkgezondheidsprofiel Deventer Januari 2015 Wijkgezondheidsprofiel Dit wijkgezondheidsprofiel bestaat uit gegevens afkomstig van diverse bronnen, registraties en (bewoners)onderzoeken. Voor
Nadere informatieSubsidieplafonds Subsidieplafonds 2016
Subsidieplafonds Subsidieplafonds 1 0360_15 Subsidieplafonds V1 Subsidieplafonds 2 Subsidieplafonds Beoogd Maatschappelijk Effect stelling Bedrag Jaarlijkse subsidie Samenredzaamheid 1. Ambitie Bewoners
Nadere informatieGEZONDHEID & WELZIJN. De gezondheid van het kind is volgens ouder (heel) blij. Meest voorkomende problemen: Regio: 8%
Jeugdmonitor 0-11 jaar Cranendonck -2014 GEZONDHEID & WELZIJN 85% 89% 98% Het kind voelde zich de afgelopen 3 maanden De gezondheid van het kind is volgens ouder (heel) blij 21% 18% (heel) goed Meest voorkomende
Nadere informatieCliënt ervaringsonderzoek Jongeren en ouders met Jeugdhulp
Cliënt ervaringsonderzoek Jongeren en ouders met Jeugdhulp Zwolle 2016 Status: definitief Versie 8-11-2016 Voor nadere informatie: Madelinde Tuk, senior Adviseur en Onderzoeker m.tuk@zwolle.nl 038 498
Nadere informatieGEZONDHEID & WELZIJN. De gezondheid van het kind is volgens ouder (heel) blij. Meest voorkomende problemen: Regio: 8%
Jeugdmonitor 0-11 jaar eldhoven -2014 V GEZONDHEID & WELZIJN 85% 85% 9 Het kind voelde zich de afgelopen 3 maanden De gezondheid van het kind is volgens ouder (heel) blij 21% 2 9 (heel) goed Meest voorkomende
Nadere informatieGemeente Ede. Memo. Aan : Gemeenteraad. Van : College van Burgemeester en Wethouders. Datum : 24 november 2015. Opgesteld door : Rolieke Sietsma
Gemeente Ede Memo Aan : Gemeenteraad Van : College van Burgemeester en Wethouders Datum : 24 november 2015 Opgesteld door : Rolieke Sietsma Bijlage : Factsheet gemeente Ede Onderzoek Kinderombudsman naar
Nadere informatieKWANTITATIEF ONDERZOEK BURGERS NAAR DE PERCEPTIE VAN DE CENTRA VOOR JEUGD EN GEZIN
KWANTITATIEF ONDERZOEK BURGERS NAAR DE PERCEPTIE VAN DE CENTRA VOOR JEUGD EN GEZIN Programmaministerie voor Jeugd en Gezin Kwantitatief onderzoek Burgers naar de perceptie van de Centra voor Jeugd en Gezin
Nadere informatieTolerantieklimaat sportverenigingen Noord-Holland Noord Samenvatting I&O Research Art.1 Bureau Discriminatiezaken NHN Maart 2014
Tolerantieklimaat sportverenigingen Noord-Holland Noord Samenvatting I&O Research Art.1 Bureau Discriminatiezaken NHN Maart 2014 I Handen schudden voor de wedstrijd, heldere communicatie met ouders en
Nadere informatieOuderen of mensen met een beperking. Jeugd. Meldpunt Bezorgd. Jongeren. Hulp nodig?
Ouderen of mensen met een beperking Jeugd Jongeren Meldpunt Bezorgd Hulp nodig? Wij snappen heel goed dat het best een grote stap kan zijn om die hulp te vragen. U kunt bij ons rekenen op een luisterend
Nadere informatieBetrokkenheid van buurtbewoners. Uitgevoerd door Dimensus in opdracht van gemeenten Leiden, Leiderdorp en Oegstgeest Vergelijking gemeenten 2015
Leefbaarheid Jeugdhulp Sociaal Team Vrijwilligerswerk Mantelzorg Actief in de buurt Betrokkenheid van buurtbewoners Burenhulp Zelfredzaamheid Sociale contacten Financiële situatie Uitgevoerd door Dimensus
Nadere informatieSociale index: Gebiedsteam Sneek Noord 1 oktober 2014
Sociale index: Gebiedsteam Sneek Noord 1 oktober 2014 Inleiding De sociale index is ontwikkeld voor de inzet van gebiedsteams in het kader van de decentralisatie van taken betreffende Participatie, AWBZ(en
Nadere informatieRAPPORTAGE SPORTBESTUURDERS. In opdracht van NOC*NSF
RAPPORTAGE SPORTBESTUURDERS In opdracht van NOC*NSF 1 Inleiding GfK voert maandelijks in opdracht van NOC*NSF de Sportdeelname Index uit. In dit onderzoek wordt iedere maand aan netto n=000 Nederlanders
Nadere informatieLandelijk cliëntervaringsonderzoek
Landelijk cliëntervaringsonderzoek Monitor Januari t/m december 2016 Ons kenmerk: 17.0010587 Datum: 22-09-2017 Contactpersoon: Rosan Hilhorst E-mail: Contractbeheer@regiogv.nl Inhoud 1. Inleiding... 3
Nadere informatieErvaringen Wmo. Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017
Ervaringen Wmo Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017 Inhoud 1. Achtergrond van het onderzoek... 2 2. Het regelen van ondersteuning... 4 3. Kwaliteit van de ondersteuning... 6 4. Vergelijking regio...
Nadere informatieHouding van ouders ten aanzien van het rookgedrag van jongeren van jaar
Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Consumer & Media Rapport Houding van ouders ten aanzien van het
Nadere informatiePEILING ERVARINGEN MET EDE DOET
PEILING ERVARINGEN MET EDE DOET ACHTERGROND EN OPZET PEILING De gemeente Ede wil inwoners graag betrekken bij het behoud en het verbeteren van de leefkwaliteit in de buurt. Doel is het bevorderen van sociaal
Nadere informatieRapport monitor Opvang asielzoekers. week 40 t/m 51. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.
Rapport monitor Opvang asielzoekers week 40 t/m 51 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 27 december 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting Resultaten
Nadere informatieRapport monitor Opvang asielzoekers. week 12 t/m 15. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.
Rapport monitor Opvang asielzoekers week 12 t/m 15 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 15 april 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting Resultaten
Nadere informatieT e a m B I C L I E N T E R V A R I N G S O N D E R Z O E K J E U G D. Bijlage 4c1. Bijlage 4c1
Aanleiding Vanaf 2016 zijn gemeenten vanuit de Jeugdwet verplicht om cliëntervaringsonderzoek uit te (laten) voeren voor jeugd. In overeenstemming met het WMO-artikel 2.5.1. en artikel 2.10 van de Jeugdwet
Nadere informatieVrijwilligerswerk. Gemeente Amersfoort Dorien de Bruijn, Ben van de Burgwal 14 juli 2014
Vrijwilligerswerk Gemeente Amersfoort Dorien de Bruijn, Ben van de Burgwal 14 juli 2014 Een op de drie Amersfoorters was in de afgelopen 12 maanden actief als vrijwilliger. Hoe vaak zij vrijwilligerswerk
Nadere informatieLegenda achtergronddocument Kindmonitor 2016
Legenda achtergronddocument Kindmonitor ** *** @ = gaat over alle 8- tot 12-jarigen **** = betreft kinderen die online of achter de computer actief zijn ***** = beide eigen ouders: vader en moeder + co-ouderschap
Nadere informatieLegenda achtergronddocument Kindmonitor 2016
Legenda achtergronddocument Kindmonitor ** *** @ = gaat over alle 8- tot 12-jarigen **** = betreft kinderen die online of achter de computer actief zijn ***** = beide eigen ouders: vader en moeder + co-ouderschap
Nadere informatieUitgevoerd door Dimensus Monitor Sociale Kracht Houten 2016
Uitgevoerd door Dimensus Monitor Sociale Kracht 2016 De Monitor Sociale Kracht: 7 pijlers Participatie De Monitor Sociale Kracht gaat uit van de beredeneerde veronderstelling dat de sociale kracht van
Nadere informatieVICTIMS IN MODERN SOCIETY
VICTIMS IN MODERN SOCIETY (VICTIMS-PROJECT) Fonds Slachtofferhulp in samenwerking met CentERdata en dr. P.G. van der Velden VICTIMS IN MODERN SOCIETY 2018 (VICTIMS-PROJECT) Fonds Slachtofferhulp in samenwerking
Nadere informatieHondenbeleid Deventer Eindmeting
Hondenbeleid Deventer Eindmeting Januari 2011 Uitgave : Team Kennis en Verkenning Naam : Jasper Baks Telefoonnummer : 694229 Mail : jr.baks@deventer.nl Strategische Ontwikkeling 1 Inhoud Algemene samenvatting
Nadere informatieBurgeronderzoek Bodegraven-Reeuwijk. Gemeente Bodegraven-Reeuwijk Juli 2012
Burgeronderzoek Bodegraven-Reeuwijk Gemeente Bodegraven-Reeuwijk Juli 2012 Colofon Uitgave : I&O Research BV Van Dedemstraat 6c 1624NN Hoorn Tel. (0229) 282555 www.ioresearch.nl Rapportnummer : 2012-1888
Nadere informatie1566 en 1567 Hoe zorgen we ervoor dat kinderen en jongeren in Saendelft gezond blijven?
1566 en 1567 Hoe zorgen we ervoor dat kinderen en jongeren in Saendelft gezond blijven? 1 In paars de gegevens van de 13 tot 17-jarigen. ( screening JGZ, dwz niet-anoniem. Vragenlijsten: Emovo en JenJG)
Nadere informatieCliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015
Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015 Gemeente Deventer Team Kennis en Verkenning Jaap Barink Juni 2015 Inhoud Samenvatting... 4 Inleiding... 6 1. Indienen melding...
Nadere informatieZelfredzaamheid Eenzaamheid Financiële zelfredzaamheid Participatie - Leefbaarheid - Veiligheid
Zelfredzaamheid Eenzaamheid Financiële zelfredzaamheid Participatie - Leefbaarheid - Veiligheid Uitgevoerd door Dimensus Monitor Sociale Kracht De Bilt 2015 1/38 Onderzoeksbeschrijving De Monitor Sociale
Nadere informatieWAARDERING GEMEENTEBESTUUR KOGGENLAND
WAARDERING GEMEENTEBESTUUR KOGGENLAND Gemeente Koggenland Maart 2016 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Piet Heinkade 55 1019 GM Amsterdam 020-3330670 Rapportnummer 2016/concept Datum Maart
Nadere informatieOPVOEDEN IN TIJDEN VAN STRESS
OPVOEDEN IN TIJDEN VAN STRESS U heeft zich aangemeld bij MET ggz voor begeleiding bij of behandeling van uw psychische klachten. Dat is een hele stap! Veel ouders die bij ons in zorg komen geven aan dat
Nadere informatieGezondheidsmonitoren jongeren en ouderen. Meta Moerman Cie Welzijn gemeente Neerijnen 19 juni 2012
Gezondheidsmonitoren jongeren en ouderen Meta Moerman Cie Welzijn gemeente Neerijnen 19 juni 2012 Wat is E-MOVO q Onderzoek onder 2 e en 4 e klassers, nu 3 e keer q Vragenlijst wordt digitaal in klas ingevuld
Nadere informatieHoofdstuk 19. Financiële situatie
Stadsenquête Leiden 008 Hoofdstuk 19. Financiële situatie Samenvatting Ruim tweederde van de Leidenaren geeft aan gemakkelijk rond te komen met het huishoudinkomen, bijna een kwart komt net rond en een
Nadere informatie