BEKNOPT VERSLAG SIMULATIE BIJ STICHTING PASSEND PRIMAIR ONDERWIJS HAAGLANDEN (SPPOH)

Transcriptie

1 BEKNOPT VERSLAG SIMULATIE BIJ STICHTING PASSEND PRIMAIR ONDERWIJS HAAGLANDEN (SPPOH) Plaats : Den Haag Bestuursnummer : Samenwerkingsverband : PO2815 Onderzoek uitgevoerd op : 17 december 2013 Rapport vastgesteld te Utrecht op 14 april 2014 Documentnummer:

2 Pagina 2 van 11

3 1. INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs voerde een simulatie uit bij het samenwerkingsverband Stichting Passend Primair Onderwijs Haaglanden (SPPOH). Binnen de gemeenten Leidschendam-Voorburg, Rijswijk en Den Haag vormen 28 schoolbesturen met 193 vestigingen gezamenlijk het samenwerkingsverband. In dit verslag geeft de inspectie haar bevindingen uit het onderzoek weer. Simulatie Een simulatie houdt in dat de inspectie een kwaliteitsonderzoek nabootst ook al is het samenwerkingsverband nog niet volledig ingericht. In het schooljaar 2013/2014, voorafgaand aan de inwerkingtreding van de zorgplicht, wil de inspectie simulaties uitvoeren bij alle samenwerkingsverbanden. Het doel van een simulatie is tweeledig: 1. het stimuleren van de ontwikkeling van de samenwerkingsverbanden door een kwaliteitsonderzoek na te bootsen en zo een beeld te geven van de ontwikkeling op dat moment, afgezet tegen het waarderingskader van de inspectie; 2. toezicht houden op de ontwikkeling van de samenwerkingsverbanden, zowel inhoudelijk als op de totstandkoming van de rechtspersoon en de inspraak door de ondersteuningsplanraad. Voor de inspectie levert die simulatieronde informatie op over de wenselijke en redelijke normering van de indicatoren, de werking van het risicomodel en de kwaliteit van het toezichtkader. Toezichtkader De inspectie baseert zich bij deze simulatie op het toezichtkader samenwerkingsverbanden po/vo passend onderwijs. Dit toezichtkader bevat een waarderingskader, maar nog geen beslisregels om vast te kunnen stellen of het samenwerkingsverband aan de basiskwaliteit voldoet. Onderzoeksopzet De simulatie start met een bureauanalyse van documenten en gegevens over het samenwerkingsverband die bij de inspectie aanwezig zijn en een analyse van documenten die het samenwerkingsverband aan de inspectie toestuurde of uitreikte. Het betreft de volgende documenten, op volgorde van versiedatum en voor zover relevant voor dit onderzoek: - Concept-Ondersteuningsplan (vastgesteld, 6 november 2013); - Website: (geraadpleegd op 16 december 2013); - Kengetallen samenwerkingsverband ( geraadpleegd op 16 december 2013). Hierna vond op 17 december 2013 een onderzoek op locatie plaats waarbij de inspectie: - presentaties kreeg van het samenwerkingsverband over: het conceptondersteuningsplan; de context van het samenwerkingsverband; ontwikkelingen in het speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs. - een gesprek voerde met het bestuur met speciale aandacht voor onder andere de wijze van financieel beheer en de ontwikkeling van het management en de organisatie. Pagina 3 van 11

4 Aan het eind van het onderzoek besprak de inspectie haar bevindingen met het bestuur en het management van het samenwerkingsverband. Opbouw verslag In hoofdstuk 2 staan de bevindingen uit het onderzoek op hoofdlijnen, een beeld van de ontwikkeling van het samenwerkingsverband op het gebied van management en organisatie en een overzicht van de bevindingen van het ondersteuningsplan. Hoofdstuk 3 vermeldt de reactie van het bevoegd gezag. Pagina 4 van 11

5 2. BEVINDINGEN 2.1 Hoofdlijn Het samenwerkingsverband Stichting Passend Primair Onderwijs Haaglanden heeft op hoofdlijnen een duidelijke en zakelijke organisatie uitgewerkt en neergezet. Het samenwerkingsverband heeft te maken met een positieve verevening. Het merendeel van de financiële middelen verdeelt het via de schoolbesturen over de scholen. Hiermee krijgen schoolbesturen een grote verantwoordelijkheid om de middelen doelmatig in te zetten. Op hoofdlijnen zijn hier binnen het samenwerkingsverband afspraken over gemaakt. Het samenwerkingsverband zet sterk in op de samenwerking en de netwerken van de scholen en de centra voor jeugd en gezin en jeugdzorg in de tien wijken van Den Haag. Voor alle wijken zijn inmiddels bijeenkomsten geweest. De schoolondersteuningscommissies van de scholen hebben een belangrijke positie in de wijk en bij de extra ondersteuning in de vorm van arrangementen. De adviseurs van het samenwerkingsverband gaan dit begeleiden. Uitgangspunt is één kind, één gezin, één plan. Het expertiseteam beoordeelt uiteindelijk de aanvragen voor toelaatbaarheid. De werkwijze van het expertiseteam, de schoolondersteuningsteams en de adviseurs moet het samenwerkingsverband nog vaststellen. Het bestuur van het samenwerkingsverband wil zoveel mogelijk gebruik maken van de bestaande structuren, kennis en mensen. De ondersteuningsplanraad is op 16 december 2013 ingesteld en het op overeenstemming gericht overleg (oogo) loopt. Aan de ondersteuningsprofielen wordt gewerkt en het samenwerkingsverband wil deze voor 1 maart 2014 compleet hebben. Het zijn levende documenten waar men veel met elkaar over spreekt. Punt van aandacht is dat het samenwerkingsverband een ondersteuningsplan heeft voor twee jaar en daar ook aan vast wil houden. Het bestuur wil om de twee jaar met de verschillende partners over het ondersteuningsplan overleggen. Volgens het bestuur is een tweejaarlijks plan actueler, werkbaarder en staat het dichter bij de praktijk. Het betreft een samenwerkingsverband dat er positief voor staat, maar dat nog veel concreet moet uitwerken, zoals een duidelijk organogram, de inhoudelijke invulling van nieuwe functies en commissies, een tijdpad, een overlegstructuur en de beoogde klankbordgroepen. 2.2 Management en organisatie van het samenwerkingsverband In oktober 2012 is het samenwerkingsverband voor het primair onderwijs in de regio Haaglanden opgericht. Het samenwerkingsverband heeft een bestuur dat bestaat uit 28 leden. Daarbinnen functioneert een dagelijks bestuur van zeven leden. Het algemeen bestuur met 21 leden houdt toezicht op het dagelijks bestuur. Hiermee is een basis gelegd om het interne toezicht op het bestuur verder uit te werken. Het bestuur heeft een directeur en een projectsecretaris aangesteld, die belast zijn met de leiding en organisatie van de dagelijkse gang van zaken van het samenwerkingsverband. Het samenwerkingsverband is actief in tien werkgebieden, namelijk de acht stadsdelen in Den Haag en de gemeenten Rijswijk, Leidschendam-Voorburg. Uitganspunt is de samenwerking in deze werkgebieden die voor een groot deel voortkomt uit de zeven WSNS- Pagina 5 van 11

6 samenwerkingsverbanden. Hiermee heeft het samenwerkingsverband op hoofdlijnen de organisatiestructuur neergezet. In de tien wijken is een bijeenkomst geweest waar het onderwijs en de jeugdzorg met elkaar in gesprek zijn geweest over een aantal door hen gekozen onderwerpen. In het kader van voorlichting en informatievoorziening heeft het samenwerkingsverband een website opgezet. Ten tijde van de simulatie geeft die website op hoofdlijnen informatie aan alle betrokkenen, maar deze moet het samenwerkingsverband nog met meer concrete informatie vullen. De website is overigens nog moeilijk te vinden met een zoekfunctie. Het bestuur van het samenwerkingsverband is van mening dat de besturen en de scholen ook een belangrijke rol hebben bij de communicatie en de voorlichting. Het samenwerkingsverband moet de operationele bevoegdheden binnen het samenwerkingsverband nog verder uitwerken. Het gaat dan onder andere om de werkwijze binnen de tien wijken en de schoolondersteuningsteams. Het ontbreekt nog aan een heldere beschrijving van de organisatie en de overlegvormen (inclusief bezetting, agendering, besluitvorming, escalatiemogelijkheden en doorzettingsmacht). Er is geen tijdpad beschreven en een aantal (onderwijsinhoudelijke) onderwerpen, de taken en bevoegdheden, commissies en werkgroepen moet het samenwerkingsverband verder invullen en uitwerken. Het samenwerkingsverband heeft een visie geformuleerd die aansluit bij het doel van passend onderwijs: iedere leerling in staat te stellen eigen talenten zo goed mogelijk te ontplooien. Het samenwerkingsverband geeft aan dat het daarbij belangrijk is dat men weet wat een kind nodig heeft en hoe eventuele ondersteuning bij het leren en het dagelijks functioneren zo dicht mogelijk bij huis georganiseerd kan worden. De (extra) ondersteuning organiseert het samenwerkingsverband zoveel mogelijk in en rond de reguliere basisschool. Hier ligt een grote verantwoordelijkheid voor de basisscholen, die daarbij ondersteuning krijgen vanuit het samenwerkingsverband met expertise en middelen. Het ontbreekt nog aan concrete (strategische) doelen. Bovendien zijn de criteria en is de procedure voor besteding en toewijzing van ondersteuningsmiddelen en voorzieningen niet concreet uitgewerkt. 2.3 (Concept)ondersteuningsplan Kerndocument voor het samenwerkingsverband is het ondersteuningsplan. In deze paragraaf beschrijft de inspectie de stand van zaken bij de ontwikkeling, de opbouw, de inhoud en de status van het conceptondersteuningsplan. Om te komen tot een ondersteuningsplan is overleg geweest met mensen van binnen en buiten het onderwijs en deelnemers van aangesloten besturen. De inhoudelijke, personele, financiële en organisatorische kaders zijn besproken en hebben geleid tot het conceptondersteuningsplan. Op 6 november 2013 heeft het samenwerkingsverband een voorgenomen besluit tot vaststelling genomen. Hiermee is het plan beschikbaar voor het formele overleg met de gemeenten en de ondersteuningsplanraad. Om te voldoen aan de wettelijke voorschriften is het nodig dat het samenwerkingsverband onderstaande onderdelen opneemt in het ondersteuningsplan en/of waar hieronder vermeld, nader uitwerkt. Het onderstaande overzicht dient niet als een beoordeling van het samenwerkingsverband, maar als een handreiking om de ontwikkeling van het beleid van het samenwerkingsverband verder te ondersteunen. Pagina 6 van 11

7 1 Instemming, overleg, vaststelling en toezending (Artikel 14a Wms, Artikel 18a Wpo lid 7, 9, 10) Het ondersteuningsplan is door het bestuur in november 2013 vastgesteld. Op 16 december 2013 is de ondersteuningsplanraad geïnstalleerd en 1 februari 2014 wordt het ondersteuningsplan in de ondersteuningsplanraad besproken. Een tijdpad of planning met betrekking tot de ondersteuningsplanraad is niet opgenomen in het ondersteuningsplan. Op 16 januari 2014 staat het op overeenstemminggericht overleg (oogo) met de gemeenten gepland. Tijdens deze bespreking wordt het ondersteuningsplan, maar ook het jeugdhulpplan met de gemeenten besproken. Dit is niet de eerste keer dat de gemeenten het ondersteuningsplan bespreken. Zowel de kwartiermaker, de coördinatoren van de WSNSverbanden en de denktank van het samenwerkingsverband hebben het plan regelmatig met de gemeenten besproken. Het bestuur verwacht ook veel van een integrale aanpak tussen onderwijs en jeugdzorg waarbij de rol van de gemeenten essentieel is. Er zijn op hoofdlijnen afspraken gemaakt voor verder overleg voor de periode Concrete afspraken en een tijdpad ontbreken. Het bestuur verwacht zowel van het oogo als van de ondersteuningsplanraad geen grote problemen met betrekking tot de instemming van het ondersteuningsplan. De inspectie benadrukt dat het samenwerkingsverband het ondersteuningsplan voor 1 mei 2014 aan de inspectie moet zenden. 2 Geheel van ondersteuningsvoorzieningen (Artikel 18a Wpo lid 8a) Het samenwerkingsverband gaat uit van een hoge kwaliteit van de basisscholen. Het bestuur vindt dat een aantal indicatoren van het waarderingskader po van de inspectie en de standaarden voor handelingsgericht werken voldoende moeten zijn. Ook hoort een aantal preventieve en licht curatieve interventies tot de basisondersteuning. Het samenwerkingsverband heeft hier een lijst voor opgesteld. Tot slot verwacht het samenwerkingsverband dat alle bij het samenwerkingsverband aangesloten scholen een schoolondersteuningscommissie inrichten. In zo n commissie zitten in ieder geval de intern begeleider, de ouders, iemand van schoolmaatschappelijk werk en een onderwijsadviseur van het samenwerkingsverband. Uitgangspunt is één kind één gezin één plan. Hoever de scholen zijn in de vorming van deze commissies is niet duidelijk. Met behulp van een instrument verzamelde het samenwerkingsverband informatie over de kwaliteit van de basisscholen en zo heeft het een globaal overzicht. Globaal, aangezien het samenwerkingsverband bijvoorbeeld niet weet waar scholen sterk in zijn, of scholen voldoen aan de criteria die het samenwerkingsverband als basisondersteuning vaststelt, waar ontwikkelpunten liggen en welke eventuele risico s aanwezig zijn. Het samenwerkingsverband beschikt nog niet over alle schoolondersteuningsprofielen die hierover informatie kunnen geven. Formeel stellen de medezeggenschapsraden deze profielen vast en de afspraak is dat voor 1 maart 2014 de schoolondersteuningsprofielen bij het samenwerkingsverband zijn aangeleverd. Op hoofdlijnen is in het ondersteuningsplan iets opgenomen over de onderlinge samenhang tussen de scholen, de ondersteuning door deskundigen, het terugplaatsen van leerlingen in het regulier onderwijs, de samenwerking met het speciaal onderwijs en de wijkbenadering. De insteek van het samenwerkingsverband is dat expertise, extra inzet van middelen en het speciaal onderwijs (so) en speciaal basisonderwijs (sbo), indien mogelijk op wijkniveau worden ingezet. Pagina 7 van 11

8 3 Procedures en criteria toewijzing middelen (Artikel 18a Wpo lid 8b) Indien kinderen toch extra ondersteuning nodig hebben, moet de basisschool nagaan welke extra ondersteuning beschikbaar is. Het samenwerkingsverband heeft gekozen voor individuele arrangementen, specifiek toegespitst op een kind en groepsarrangementen als specialisme van een school binnen het samenwerkingsverband. In de schoolondersteuningscommissie bekijken de professionals welke ondersteuning het best bij het kind past. De procedure voor het aanvragen van een toelaatbaarheidsverklaring na 1 augustus 2014 is nog niet uitgewerkt en daarmee onduidelijk. Het samenwerkingsverband ontwikkelt nog een format voor de aanvraag. De procedure gaat in een digitaal werkproces verlopen. In het ondersteuningsplan is opgenomen dat scholen per 1 maart 2014 bij het samenwerkingsverband aanvragen kunnen indienen voor een individueel arrangement. Ook kunnen zij de aanvraag van groepsarrangementen indienen vanaf die datum. Termijnen en criteria voor toewijzing van de arrangementen en het verstrekken van middelen hiervoor, staan in het ondersteuningsplan. 4 Procedures en criteria plaatsing leerlingen (Artikel 18a Wpo lid 8c,8d, 11 en 12 en Artikel XVII Wet passend onderwijs lid 1) In het ondersteuningsplan is opgenomen dat de directeur van de school de aanvraag voor toelating indient. De criteria en de procedure voor het al dan niet toekennen van een toelaatbaarheidsverklaring moet het samenwerkingsverband nog ontwikkelen. Voor het schooljaar 2014/2015 handelt het nog in te richten expertiseteam de aanvragen af. Het is belangrijk dat de werkwijze, de samenstelling van het expertiseteam en de criteria duidelijk opgenomen zijn in het ondersteuningsplan. Voor leerlingen die voor 1 januari 2014 leerlinggebonden financiering (lgf) hebben gekregen, geldt een overgangsregeling. De directeur kan voor deze kinderen een lgf-arrangement aanvragen. Hiermee kan het lopende traject worden voortgezet met toevoeging van een ontwikkelingsperspectief. 5 Kwalitatieve en kwantitatieve resultaten (Artikel 18a Wpo lid 8e) Het samenwerkingsverband SPPOH heeft vijf hoofdoelstellingen opgenomen in het ondersteuningsplan: - het voorkomen van thuiszitters door prioriteit te geven aan leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften; - het voorkomen van thuiszitters door samen met het voortgezet onderwijs een doorgaande lijn te realiseren; - het daadwerkelijk realiseren van de inhoud en de kwaliteit van de in het ondersteuningsplan beschreven basisondersteuning; - het ontwikkelen van een breed toepasbare set van effectieve individuele en groepsarrangementen; - een verwijzingspercentage dat lager ligt dan het percentage van 1 oktober Met uitzondering van het laatste doel zijn dit weinig kwantitatieve en meetbare doelen. Het samenwerkingsverband geeft ook aan dat het de normen nog moet vaststellen: normen die nodig zijn om te kunnen evalueren en aan kwaliteitsverbetering te kunnen doen. Het samenwerkingsverband heeft echter wel opgenomen dat het jaarlijks de behaalde resultaten publiceert. Voor de groepsarrangementen is het schoolbestuur verantwoordelijk voor de uitvoering, de resultaten en de verantwoording. Ook dit kader is niet uitgewerkt. Pagina 8 van 11

9 6 Informeren ouders (Artikel 18a Wpo lid 8f) Ouders spelen een belangrijke rol in het samenwerkingsverband. Ze worden gezien als partner. In de ondersteuningscommissies worden ouders bij alle stappen betrokken. Indien het samenwerkingsverband dit kan blijven borgen, is dat een mooi uitgangspunt. In hoeverre ouders over deze werkwijze geïnformeerd zijn, is niet duidelijk. Een duidelijk aanspreekpunt voor hen, behalve op de basisschool, is er niet. De website van het samenwerkingsverband ziet er georganiseerd uit maar moet ook op deze onderdelen specifieker worden uitgewerkt. Naast de rol die het samenwerkingsverband hier voor zichzelf in ziet is het ook van oordeel dat de schoolbesturen en basisscholen een belangrijke rol hebben bij de informatievoorziening aan ouders. De klachtenprocedure moet het samenwerkingsverband nog opstellen. 7 Bekostigingsaspecten (Artikel 18a Wpo lid 8g t/m j) Het samenwerkingsverband heeft een positieve verevening en krijgt op termijn meer middelen ter beschikking. Het samenwerkingsverband verdeelt het grootste deel van de beschikbare middelen over de schoolbesturen. De directeur van de basisschool vraagt dit aan. De aanvraag moet onderbouwd zijn met onder andere de tijdsduur en een begroting. De verantwoording achteraf zal met name ingaan of alles is verlopen zoals gepland bij de aanvraag. De besturen leggen ook verantwoording af over de besteding van de extra verkregen middelen. Over de wijze waarop de besturen verantwoording moeten afleggen, is niets vastgelegd in het ondersteuningsplan. De eventuele groei van het aantal s(b)o-leerlingen en de daarmee samenhangende verdeling van de lasten voor de onderliggende besturen, is niet beschreven in het ondersteuningsplan. In de ondersteuningscommissies vindt een groot deel van de voorbereiding plaats van een aanvraag voor een arrangement. De directeur dient deze aanvraag in bij het samenwerkingsverband en het expertiseteam beoordeelt de aanvraag. Onduidelijk is hoe het samenwerkingsverband voorkomt dat dit onbeheersbaar wordt. In het ondersteuningsplan is daarover wel de zinsnede opgenomen dat indien het beschikbare budget wordt overschreden het bestuur van het samenwerkingsverband kan besluiten aanvragen niet meer te honoreren. Dit kan in strijd zijn met de gedachte van passend onderwijs. Pagina 9 van 11

10 3. REACTIE VAN HET BESTUUR Het bestuur geeft in een schriftelijke reactie d.d. 26 maart 2014 aan dat het verslag een goede weergave biedt van de stand van de ontwikkeling van het samenwerkingsverband op dat moment. Daarnaast meent het bestuur dat het verslag waardevolle aanknopingspunten biedt voor verdere ontwikkeling. Het bestuur zal de bevindingen uit het verslag bij de verdere ontwikkeling van het samenwerkingsverband op de volgende wijze betrekken. De werkwijze van het expertiseteam zal het samenwerkingsverband verder uitwerken. De schoolondersteuningscommissie moet in de praktijk vorm krijgen. Voor de adviseurs heeft het bestuur inmiddels een taakomschrijving vastgelegd. Naar aanleiding van de opmerking van de inspectie over de looptijd van het ondersteuningsplan heeft het bestuur uitgesproken de looptijd van het ondersteuningsplan dat in 2016 moet ingaan, expliciet te willen bespreken. Met de uitwerking van een aantal genoemde concrete zaken is het samenwerkingsverband inmiddels gevorderd. Het vastgestelde ondersteuningsplan en de daarin beschreven organisatieopzet krijgt een grafische vertaling (waaronder een organogram). Het personeelsplan, het managementstatuut en een aantal taakomschrijvingen is vastgesteld. In het ondersteuningsplan zijn een beleidsinhoudelijk programma en de beleidsplanning opgenomen. De overlegstructuur heeft het samenwerkingsverband inmiddels voor een groot deel ingericht. Met betrekking tot de toewijzing van ondersteuningsmiddelen en voorzieningen heeft het bestuur het ondersteuningsplan nader uitgewerkt in het Kader Arrangeren en Indiceren en in het Overzicht van Regelingen en Bedragen 2014/2015. Het Ondersteuningsplan SPPOH heeft het bestuur op 12 maart 2014 definitief vastgesteld, met instemming van de ondersteuningsplanraad en na het bereiken van overeenstemming met de drie gemeenten in zijn werkgebied. De inspectie van het onderwijs ontvangt voor 1 mei 2014 het vastgestelde ondersteuningsplan. De SPPOH heeft recent de adviseurs passend onderwijs aangenomen. De scholen worden in het tweede kwartaal van 2014 geïnformeerd over de inbedding van de schoolondersteuningscommissies in de interne zorgstructuur en de rol van de adviseurs. Met betrekking tot de stand van de basisondersteuning deelt het bestuur het volgende mee: Inmiddels beschikt SPPOH over stadsdeeldashboards, waarin van de scholen in een stadsdeel en van het stadsdeel als geheel te zien is hoe zij (zichzelf) scoren op de verschillende elementen van de basisondersteuning. De meeste schoolondersteuningsprofielen heeft het SPPOH nog niet binnen. De procedure voor de aanvraag en aspecten als bijvoorbeeld de duur van de toelaatbaarheidsverklaringen, werkt het samenwerkingsverband verder uit in een nog vast te stellen nieuwe versie van het Overzicht Regelingen en Bedragen 2014/2015. Pagina 10 van 11

11 Het expertiseteam zit inmiddels in de opstartfase. Met ingang van 1 maart 2014 is het loket SPPOH geopend voor aanvragen in het kader van de overgangsregeling leerlinggebonden financiering en voor aanvragen voor individuele arrangementen. Aanvraagformulieren staan op de site van SPPOH, de bemensing van het expertiseteam is in volle gang en werkprocessen worden uitgedacht en beschreven. De periode tot aan de zomervakantie 2014 dient voor het expertiseteam als testfase. Het stellen van concrete doelen en normen is een belangrijk punt voor SPPOH. Deze zullen vooral moeten voortkomen uit de inhoudelijke beleidsagenda van SPPOH. De opvatting van SPPOH is dat de scholen vooropgaan in de contacten met ouders en ouders informeren over hun werkwijze. Dit om naar ouders duidelijk te blijven over de rolverdeling scholen-sppoh. SPPOH ondersteunt de scholen daarbij met communicatiemiddelen: voorbeeldbrief leerlinggebonden financiering, een powerpointpresentatie (in voorbereiding) voor ouders en met de website van SPPOH. Op de website kunnen ouders onder andere vinden hoe zij met SPPOH contact op kunnen nemen. Dat kan er toe leiden dat een adviseur van SPPOH, altijd in overleg met een betrokken school, ouders actief ondersteunt. Klachten- en bezwaarprocedures werkt het samenwerkingsverband uit in het tweede kwartaal van Wat de beheersbaarheid van de kosten van voorzieningen betreft, heeft het samenwerkingsverband in het ondersteuningsplan aangegeven dat individuele arrangementen in het schooljaar 2014/2015 alleen kunnen worden aangevraagd voor leerlingen, die anders in aanmerking komen voor toelating tot sbo of so. Hierdoor wil het samenwerkingsverband voorkomen dat het moet gaan werken met bijvoorbeeld een budgetplafond. Pagina 11 van 11