gemeenteraad Zitting van 16 december 2013

Transcriptie

1 beraadslaging/proces verbaal Kopie gemeenteraad Zitting van 16 december 2013 Besluit GOEDGEKEURD A-punten cultuur, sport, jeugd en onderwijs Samenstelling De heer Bart De Wever, burgemeester-voorzitter De heer Koen Kennis, schepen; de heer Philip Heylen, schepen; de heer Ludo Van Campenhout, schepen; de heer Claude Marinower, schepen; de heer Marc Van Peel, schepen; de heer Rob Van de Velde, schepen; mevrouw Nabilla Ait Daoud, schepen; mevrouw Liesbeth Homans, schepen; de heer Filip Dewinter, raadslid; mevrouw Kathleen Van Brempt, raadslid; de heer Gerolf Annemans, raadslid; de heer André Gantman, raadslid; de heer Robert Voorhamme, raadslid; mevrouw Güler Turan, raadslid; mevrouw Anke Van dermeersch, raadslid; de heer Karim Bachar, raadslid; mevrouw Monica De Coninck, raadslid; mevrouw Leen Verbist, raadslid; mevrouw Maya Detiège, raadslid; mevrouw Fauzaya Talhaoui, raadslid; mevrouw Fatma Akbas, raadslid; mevrouw Greet van Gool, raadslid; de heer Bruno Valkeniers, raadslid; de heer Toon Wassenberg, raadslid; de heer Wim Van Osselaer, raadslid; de heer Frank Hosteaux, raadslid; de heer Patrick Janssen, raadslid; de heer Peter Mertens, raadslid; mevrouw Meyrem Almaci, raadslid; mevrouw Yasmine Kherbache, raadslid; mevrouw Annemie Turtelboom, raadslid; de heer Mohamed Chebaa Amimou, raadslid; de heer Wouter Vanbesien, raadslid; mevrouw Mie Branders, raadslid; mevrouw Galina Matushina, raadslid; mevrouw Caroline Bastiaens, raadslid; mevrouw Carine Leys, raadslid; mevrouw Lisa Geets, raadslid; mevrouw Leyla Aydemir, raadslid; de heer Johan Klaps, raadslid; de heer Vic Van Aelst, raadslid; mevrouw Danielle Meirsman, raadslid; de heer Dirk Rochtus, raadslid; mevrouw Anne Giveron, raadslid; mevrouw Martine Vrints, raadslid; de heer Koen Laenens, raadslid; de heer Martijn Van Esbroeck, raadslid; de heer Franky Loveniers, raadslid; de heer Danny Feyen, raadslid; de heer Jean Goedtkindt, raadslid; de heer Joris Giebens, raadslid; de heer Kevin Vereecken; de heer Dirk Avonts; mevrouw Fatima Talhaoui De heer Roel Verhaert, stadssecretaris Iedereen aanwezig, behalve: Mevrouw Monica De Coninck, raadslid; mevrouw Maya Detiège, raadslid; de heer Frank Hosteaux, raadslid; mevrouw Meyrem Almaci, raadslid _GR_00767 Sportsubsidies - Materiaal- en infrastructuursubsidies. Reglement - Goedkeuring Motivering Aanleiding en context In 2010 werd het toenmalige sportsubsidiereglement, dat zowel de erkenning, de werkingssubsidies als de patrimoniumsubsidies omvatte, op advies en vraag van Bloso opgesplitst in drie afzonderlijke reglementen: een voor de erkenning van Antwerpse sportverenigingen, een voor werkingssubsidies en een voor materiaal- en infrastructuursubsidies. De algemene voorwaarden en bepalingen voor het reglement inzake werkingssubsidies en het reglement materiaal- en infrastructuursubsidies werden steeds op elkaar afgestemd omdat dit duidelijkheid creëerde naar de betrokken sportverenigingen, dezelfde sportverenigingen beroep konden doen op beide reglementen, de aanvragen samengevoegd konden worden en alles in één procedure kon verlopen. Ook bij de opmaak van de nieuwe reglementen inzake sportsubsidies is het aangewezen om de algemene voorwaarden en bepalingen voor de onderdelen sportparticipatie, sporttechnische 1 / 22

2 vooruitgang en materiaal- en infrastructuursubsidies op elkaar te af stemmen. De basisvoorwaarden voor het verkrijgen van een materiaal- en infrastructuursubsidies worden bijgevolg uitgebreid tot: de sportvereniging is een erkende Antwerpse sportvereniging conform het reglement op de erkenning van Antwerpse sportverengingen uiterlijk op 1 juli van het desbetreffende susbidiejaar; de sportvereniging ontvangt in het betrokken subsidiejaar een basissubsidie conform het reglement sportsubsidies - basissubsidies; de sportvereniging heeft een actieve werking in het toekomstige subsidiejaar, onder actieve werking wordt verstaan het hebben van een structureel een duurzaam aanbod voor elk lid; de sportvereniging bezit het vzw-statuut op uiterlijk 30 juni van het betrokken subsidiejaar; de sportvereniging is aangesloten bij een erkende Vlaamse sportfederatie; de sportvereniging heeft minstens 50 leden op de ledenlijst afgeleverd door de federatie. De vzw Antwerpen Sportstad beheert de sportsubsidies en betaalt de toegekende subsidies uit aan de sportverenigingen. Juridische grond Zijn van toepassing op het reglement: de wet betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen van 14 november 1983; het reglement op de toelagen van de stad Antwerpen van 18 december 2006 (jaarnummer 2730). Inspraak De stedelijke sportraad kreeg op 29 oktober 2013 een toelichting over het nieuwe reglement inzake sportsubsidies. Het advies van de stedelijke sportraad wordt toegevoegd bij het gemeenteraadsbesluit. Argumentatie Het afstemmen van de voorwaarden tot het verkrijgen van materiaal- en infrastructuursubsidies op de voorwaarden voor subsidies voor sportparticipatie en sporttechnische vooruitgang zorgt voor duidelijkheid en bevordert de adminstratieve vereenvoudiging omdat alles via één aanvraag en één procedure kan blijven verlopen. Financiële gevolgen Nee Strategisch kader Dit besluit past in de realisatie van: Doelstellingen: SD - SDCS02 - Antwerpen houdt van sport en iedereen wordt aangezet om het zelf te doen ND - SDCS In Antwerpen vindt iedereen zijn gading in een aantrekkelijk en divers sportaanbod OD - SDCS Het sportaanbod van Antwerpse sportclubs, sportverenigingen en het anders georganiseerd sporten is financieel en logistiek ondersteund Adviezen Stedelijke sportraad Antwerpen 2 / 22

3 Advies: Gunstig mits voorwaarden Het advies wordt gegeven op drie vernieuwde reglementen rond erkenning en subsidiëring van sportverenigingen. De gegeven deeladviezen zijn verwerkt in één document (zie bijlage) en gaan ofwel over het erkenningsreglement ofwel over het subsidiereglement. Het globale advies en het antwoord hierop wordt integraal toegevoegd aan de twee collegebesluiten. In het oorspronkelijke voorstel om als sportvereniging erkend te worden stond dat de sportvereniging minimaal 60 leden moet hebben en moet werken aan een veilige sportomgeving. Dit waren de twee essentiële criteria die veranderden tegenover het vorige erkenningsreglement. Deze criteria werden toegevoegd met de bedoeling om van de titel erkende Antwerpse Sportvereniging een kwaliteitslabel te maken. Om de inspanningen, die de sportverenigingen hiervoor zouden moeten leveren, te belonen, werd aan het behalen van het kwaliteitslabel een basissubsidie van max 750,00 euro gekoppeld. Aangezien feitelijke verenigingen kunnen erkend worden, houdt dit in dat feitelijke verenigingen subsidies kunnen krijgen. Hiervan werd destijds afgestapt: enkel vzw s konden sportsubsidies krijgen. Tijdens de drie inspraakmomenten (Aftrappen) in oktober 2013 kwamen er geen bemerkingen over het toevoegen van het criterium rond een veilige sportomgeving, maar werden bezwaren geuit rond het optrekken van het aantal leden van 25 naar 60 en het terug mogelijk maken om als feitelijke vereniging subsidies te krijgen. Eén sportvereniging maakte bezwaar rond het criterium aangesloten zijn bij een sportfederatie. Deze bezwaren werden overgenomen door de stedelijke sportraad en verwoord in het bijhorende advies. Als antwoord op deze bezwaren werd het oorspronkelijke voorstel als volgt aangepast: Om erkend te worden dient de sportvereniging 25 leden te hebben in plaats van 60 leden; Een erkende sportvereniging kan, indien zij een subsidieaanvraag doet, een basissubsidie van max 250,00 euro krijgen. Het bedrag van max 750,00 euro wordt teruggebracht naar max 250,00 euro omdat de criteria verlaagd zijn en hierdoor meer sportverenigingen in aanmerking komen en het bedrag van 250,00 euro meer in verhouding staat tot deze criteria. Om te kunnen genieten van subsidies voor sportparticipatie, sporttechnische ontwikkeling en sportmateriaal- en infrastructuursubsidies worden de voorgestelde criteria (aangesloten bij een erkende Vlaamse sportfederatie en vzw) behouden en wordt dit uitgebreid met het criterium: minimaal 50 leden. Met deze aanpassingen wordt grotendeels tegemoetgekomen aan de verzuchtingen van het werkveld. Volgende specifieke antwoorden op de deeladviezen worden geformuleerd: 3 / 22

4 Motivering: Deeladvies 1: de subsidiemiddelen schuiven grotendeels naar het derde niveau, waar het criterium vzw-statuut hebben geldt. Beperkte middelen (max 250,00 euro) kunnen toegekend worden aan feitelijke verenigingen, die ook een subsidieaanvraag indienen. Deze middelen kunnen aangewend worden om het bijkomende criterium van veilige sportomgeving efficiënt na te streven. Deeladvies 2: hier wordt aan tegemoet gekomen door het aantal leden voor erkende sportverenigingen terug te brengen van 60 naar 25 leden. Door het terugbrengen naar 25 leden is een gefaseerde optrekking, gekoppeld aan een beloningstabel, op dit moment niet aan de orde. Om een dergelijk systeem te implementeren is heel wat onderzoekswerk nodig. Deeladvies 3: dit advies wordt gevolgd. Een erkende Antwerpse sportvereniging krijgt niet automatisch de basissubsidie. Hiervoor dient de sportvereniging jaarlijks een bijkomende aanvraag te doen. Deeladvies 4: dit advies wordt niet gevolgd. Dit criterium was reeds opgenomen in de vorige reglementen en bleek in het verleden geen probleem. De huidige 363 erkende sportverenigingen beantwoorden allemaal aan dit criterium. In het reglement rond de erkenning van Antwerpse sportverenigingen wordt er ook niet gesproken over aangesloten zijn bij een erkende Vlaamse sportfederatie of een landelijke sportfederatie. Regionale sportfederaties komen hier ook in aanmerking. Aangesloten zijn bij een sportfederatie draagt ook bij om de vereniging te benoemen als sportvereniging. Deeladvies 5: het voorgestelde reglement bepaalt niet hoe de seniorenwerking in de sportvereniging dient georganiseerd te worden. De vrijheid om als sportvereniging zelf te oordelen hoe zij het seniorensportaanbod organiseert, lijkt aangewezen. Dit verruimt enkel de mogelijkheden. Subcategorieën creëren verzwaart het reglement en de bijhorende administratieve belasting. Ook het verminderen van de administratieve last is een rode draad doorheen de nieuwe voorstellen en dient steeds bewaakt te worden. Deeladvies 6: dit is een zeer waardevol advies, dat niet rechtstreeks met de reglementswijzigingen te maken heeft, maar dat meegenomen wordt in de acties om het stedelijke niveau af te stemmen met het districtsniveau. Deeladvies 7: ook dit advies heeft niet rechtstreekst iets te maken met de reglementswijzigingen, maar is waardevol. In de huidige procedure zijn meerdere contactmomenten geweest waar mogelijkheid tot inspraak werd gecreëerd. Het duidelijkste bewijs is dat er grondige wijzigingen zijn aangebracht aan de oorspronkelijke voorstellen. Gelijklopend werd er gewerkt aan een nieuw werkkader om inspraak en advies beter te organiseren. Het nieuwe werkkader, dat zijn goedkeuring kreeg van de stedelijke sportraad, breidt in de toekomst de mogelijkheden uit om zowel individuele burgers, experten als adviesraden inspraak te verlenen. 4 / 22

5 Bijlagen: 1. Bijlage bij dit besluit: Stedelijke_sportraad_Advies_erkenning_sportsubsidies.pdf Besluit De gemeenteraad keurt bij monde van de fractievoorzitters volgend besluit goed. Stemden ja: N-VA, sp.a, CD&V, PVDA+, Groen, Open Vld Hebben zich onthouden: Vlaams Belang Artikel 1 De gemeenteraad keurt het reglement materiaal- en infrastructuursubsidies goed. Artikel 2 Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen voor de stad of het OCMW. Bijlagen 1. Bijlage bij dit besluit: Regl_sportsubsidies_mat_infra_2014.pdf 5 / 22

6 Regl_sportsubsidies_mat_infra_2014.pdf REGLEMENT MATERIAAL- EN INFRASTRUCTUURSUBSIDIES TITEL I - VOORWAARDEN EN AANVRAAG Artikel 1 - Voorwaarden materiaal- en infrastructuursubsidies Elke vereniging die voldoet aan volgende cumulatieve voorwaarden komt in aanmerking voor materiaal- of infrastructuursubsidies: een erkende Antwerpse sportvereniging zijn conform het reglement op de erkenning van Antwerpse sportverenigingen uiterlijk op 1 juli van het desbetreffende subsidiejaar; in het betrokken subsidiejaar een basissubsidies ontvangen conform het reglement basissubsidies; een actieve werking hebben in het toekomstige subsidiejaar. Onder actieve werking wordt verstaan het hebben van een structureel en duurzaam aanbod voor elk lid; een vzw-statuut bezitten op uiterlijk 30 juni van het betrokken subsidiejaar; minstens over 50 leden beschikken op de ledenlijst afgeleverd door de federatie. Een sportvereniging die hoofdzakelijk werkt met personen met een handicap of beperking moet over minstens 25 leden beschikken op de ledenlijst afgeleverd door de federatie; aangesloten zijn bij een erkende Vlaamse sportfederatie. Artikel 2 - Aanvraag materiaal- en infrastructuursubsidies De sportvereniging dient uiterlijk op 30 april van het betrokken subsidiejaar een aanvraag in te dienen. De aanvraag kan uitsluitend ingediend worden bij de vzw Antwerpen Sportstad. De aanvraag gebeurt digitaal via de daartoe voorziene website. Er kan slechts één aanvraag per vereniging per betrokken subsidiejaar worden ingediend. Artikel 3 - Bijlagen materiaal- en infrastructuursubsidies Ter staving dienen uiterlijk 30 juni van het betrokken subsidiejaar volgende bijlagen, voor zover deze nog niet in het bezit zijn van vzw Antwerpen Sportstad, toegevoegd te worden aan de aanvraag: Motiveringsnota Dit is een omschrijving van de betrokken projecten en de reden waarom de sportvereniging ze wenst uit te voeren. Plan of plattegrond Dit is een plan of plattegrond van de huidige en toekomstige situatie met de vermelding van de exacte locatie (enkel van toepassing bij niet-mobiele of verankerde projecten). Gedetailleerde prijsofferte of factuur Hieruit moet afgeleid kunnen worden welke projecten worden aangevraagd. Elk betrokken project dient afzonderlijk en nominatief vermeld te worden. BTW-plicht Er moet aangeduid worden of de aanvrager voor het betrokken project BTW-plichtig is en zo ja voor welk percentage. 6 / 22

7 Bewijs van bouwrecht Wanneer de subsidieaanvraag niet-mobiele of verankerde projecten betreft, dient een schriftelijke toestemming van de eigenaar van het betrokken patrimonium te worden toegevoegd waaruit blijkt dat deze akkoord gaat met de ingediende aanvraag (bewijs enkel aan te leveren indien de aanvrager niet zelf de eigenaar is). Toelating van de concessiehouder Wanneer de subsidieaanvraag niet-mobiele of verankerde projecten betreft, dient een schriftelijke toestemming van de concessiehouder van het betrokken patrimonium te worden toegevoegd waaruit blijkt dat deze akkoord gaat met de ingediende aanvraag (bewijs enkel aan te leveren indien de aanvrager niet zelf de concessiehouder is). Huurcontract Wanneer de aanvrager geen concessieovereenkomst heeft met de stad Antwerpen en zelf geen eigenaar is van de betrokken infrastructuur, dient een kopie van de lopende huurovereenkomst aangeleverd te worden. Ter staving dient uiterlijk 24 maanden na de effectieve toekenning van de betrokken subsidie volgende bijlage, voor zover deze nog niet in het bezit is van vzw Antwerpen Sportstad, toegevoegd te worden aan de aanvraag: Bouwvergunning Enkel aan te leveren wanneer noodzakelijk volgens de huidig heersende stedenbouwkundige voorschriften en reglementeringen. Zonder de noodzakelijke vergunning(en) kan er niet overgegaan worden tot uitbetaling van de betrokken subsidie. Bij het ontbreken van één of meerdere van deze documenten zal de sportclub geen aanspraak kunnen maken op subsidies voor de betrokken projecten. TITEL II - MATERIAAL- EN INFRASTRUCTUURSUBSIDIES Artikel 4 - Definitie materiaal- en infrastructuursubsidies Materiaal- of infrastructuursubsidies kunnen uitsluitend aangevraagd worden voor de aankoop van duurzaam sportgerelateerd materiaal of voor de aankoop, oprichting of verbouwing van duurzame sportgerelateerde infrastructuur. Sportgerelateerde materialen moeten steeds ten goede komen van de algemene werking van de vereniging en moeten beschikbaar zijn voor alle leden van de vereniging. Artikel 5 - Verdeling en prioriteiten materiaal- en infrastructuursubsidies De aanvragen worden onderverdeeld volgens volgende prioriteitentabel: Soort project Infrastructuurprojecten noodzakelijk voor het behoorlijk kunnen beoefenen van de betrokken sporttak voor infrastructuur: in concessie gegeven door een overheid met het eigenaaronderhoud ten laste van de concessiehouder. Prioriteit PRIORITEIT 1 7 / 22

8 (heraanleg van sportterreinen, renovatie van kleedkamers, werken ifv wettelijke verplichtingen in zake veiligheid, gezondheid en hygiëne zoals vermeld in de politiecodex hoofdstuk 5, plaatsen van terreinverlichting, ) Infrastructuurprojecten noodzakelijk voor het behoorlijk kunnen beoefenen van de betrokken sporttak voor infrastructuur: in concessie gegeven door een overheid met het eigenaaronderhoud ten laste van de betrokken overheid; NIET in concessie gegeven door een overheid. (heraanleg van sportterreinen, renovatie van kleedkamers, werken ifv wettelijke verplichtingen in zake veiligheid, gezondheid en hygiëne zoals vermeld in de politiecodex hoofdstuk 5, plaatsen van terreinverlichting, ) Aankoop en/of onderhoud van duurzaam materiaal noodzakelijk voor het behoorlijk kunnen beoefenen van de betrokken sporttak. (aankoop van doelen, aanschaf van grasmachine, ) Projecten die behoren tot het sportpatrimonium maar niet strikt noodzakelijk zijn voor het beoefenen van de sporttak. (verharden van parking, plaatsen van omheining, bouwen van tribunes, ) Projecten voor de verfraaiing van het sportpatrimonium of die betrekking hebben op de cafetaria. (aanleg van toegangspad, planten van boompjes, werken in of aan cafetaria, ) PRIORITEIT 2 PRIORITEIT 2 PRIORITEIT 3 De opsomming van bovenvermelde voorbeelden is niet limitatief en wordt louter ter informatie aangeboden. Het toe te kennen bedrag wordt per ingediend project nominatief berekend aan de hand van door de sportvereniging aangeleverde offertes of facturen. Deze documenten dienen steeds de naam van de sportvereniging te vermelden. Voor verenigingen die een geldige lopende concessieovereenkomst hebben met de stad Antwerpen kan het verslag van de laatste jaarlijkse concessiecontrole gebruikt worden als extra motivatie. Aanvragen voor infrastructuurwerken waarvan geen melding gemaakt wordt in het jaarlijkse controleverslag worden mogelijk niet aanvaard indien datzelfde verslag andere ernstige gebreken vermeldt. Tenzij de club kan aantonen dat deze ernstige gebreken reeds uitgevoerd werden. 8 / 22

9 Artikel 6 - Verrekening materiaal- en infrastructuursubsidies De verrekening van de materiaal- en infrastructuursubsidies gebeurt aan de hand van een coëfficiënt die als volgt wordt bepaald: Indien het aantal goedgekeurde aanvragen in prioriteit 1 het beschikbare budget overschrijden wordt dit krediet procentueel herverdeeld over alle goedgekeurde aanvragen in prioriteit 1 tot uitputting van het beschikbaar budget. Coëfficiënt prioriteit 1 = beschikbaar budget materiaal- en infrastructuursubsidies gedeeld door totaal goedgekeurde aanvragen prioriteit 1. Indien door het aantal goedgekeurde aanvragen in prioriteit 1 het beschikbare budget niet volledig uitgeput is, zal het resterende bedrag aangewend worden voor de goedgekeurde aanvragen van prioriteit 2. Indien het aantal goedgekeurde aanvragen in prioriteit 2 het beschikbare budget overschrijden wordt dit budget procentueel herverdeeld over alle goedgekeurde aanvragen in prioriteit 2 tot uitputting van het beschikbaar budget. Coëfficiënt prioriteit 2 = beschikbaar budget materiaal en infrastructuur verminderd met totaal goedgekeurde aanvragen prioriteit 1 gedeeld door totaal goedgekeurde aanvragen prioriteit 2. Indien door het aantal goedgekeurde aanvragen in prioriteit 2 het beschikbare budget niet volledig uitgeput is, zal het resterende bedrag aangewend worden voor de goedgekeurde aanvragen van prioriteit 3. Indien het aantal goedgekeurde aanvragen in prioriteit 3 het beschikbare budget overschrijden wordt dit budget procentueel herverdeeld over alle goedgekeurde aanvragen tot uitputting van het beschikbaar budget. Coëfficiënt prioriteit 3 = beschikbaar budget materiaal en infrastructuur verminderd met totaal goedgekeurde aanvragen prio. 1 en 2 gedeeld door totaal goedgekeurde aanvragen prioriteit 3. Artikel 7 - Maximale toekenning materiaal- en infrastructuursubsidies Een sportvereniging kan binnen de materiaal- en infrastructuursubsidies maximum 80% van het aangevraagde bedrag per ingediend project toegekend krijgen. Deze berekening gebeurt voor elk project nominatief, aan de hand van door de sportverenigingen aangeleverde offertes of facturen. Maximaal euro / 5 subsidiejaren voor duurzaam sportmateriaal Overgangsmaatregel 2012: de reeds toegekende materiaalsubsidies van 2011 en vroeger worden niet in aanmerking genomen. Maximaal euro / 5 subsidiejaren voor duurzaam onderhoudsmateriaal en infrastructuurprojecten, inclusief de euro voor duurzaam sportmateriaal Uitzonderingsmaatregel bij fusie Bij een fusie van twee of meerdere sportverenigingen wordt éénmalig in het kalenderjaar volgend op het jaar dat de fusie plaatsvond: 9 / 22

10 de maximaal toe te kennen infrastructuursubsidie verhoogd naar euro; de reeds toegekende materiaal- en infrastructuursubsidie van de vier voorafgaande subsidiejaren van de oorspronkelijke verenigingen gezamenlijk in aanmerking genomen voor de bepaling van het maximale toe te kennen bedrag voor het lopende subsidiejaar. Het tweede kalenderjaar volgend op het jaar dat de fusie plaatsvond vervalt de uitzonderingsmaatregel voor de sportvereniging en worden de reeds toegekende materiaal- en infrastructuursubsidies niet in aanmerking genomen. Artikel 8 - Voltooiing toegekende materiaal- en infrastructuursubsidies De projecten binnen de toegekende materiaal- of infrastructuursubsidies moeten voltooid zijn binnen een termijn van maximum vierentwintig maanden na de toekenning. Facturen kunnen tot uiterlijk dertig maanden na de toekenning aangeleverd worden. Wanneer een sportvereniging de eerder vermelde termijnen niet respecteert zullen de op dat ogenblik nog openstaande toegekende bedragen niet meer uitgekeerd worden. Artikel 9 - Uitbetaling materiaal- en infrastructuursubsidies Een toegekende materiaal- of infrastructuursubsidie kan slechts uitbetaald worden na uitvoering van de toegekende projecten; controle op de toegekende projecten; aanlevering van de betrokken facturen. Enkel facturen die op naam van de sportvereniging staan en die op de uiterlijke indiendatum van het betrokken subsidiejaar niet ouder zijn dan één jaar, worden aanvaard. Indien het voorgaande in orde is, wordt de toegekende subsidie uiterlijk 1 maand na een plaatscontrole uitbetaald. Artikel 10 - Toetsing coëfficiënt materiaal- en infrastructuursubsidies De totaal bedragen vermeld op de aangeleverde facturen worden steeds getoetst aan de coëfficiënt zoals bepaald in artikel 6 en aan het maximum toe te kennen percentage van 80% zoals bepaald in artikel 7. Wanneer blijkt dat het oorspronkelijk toegekende bedrag hoger is dan het vermelde factuurbedrag, wordt het aan de sportvereniging uit te betalen bedrag alsnog gelimiteerd tot de respectievelijk eerder vermelde coëfficiënt of tot de maximum van 80% van het factuurbedrag. TITEL III - SPECIFIEKE BEPALINGEN Artikel 11 - Gebruik stad Antwerpen of vzw Antwerpen Sportstad De sportvereniging bevestigt door indiening en ondertekening van een subsidieaanvraag dat de stad Antwerpen of de vzw Antwerpen Sportstad jaarlijks vijf dagen kosteloos gebruik mag maken van al het gesubsidieerd materiaal of infrastructuur, wanneer de betrokken subsidie werd toegekend op basis van onderhavig reglement en wanneer het bedrag van de nominatieve toekenning gelijk of hoger is dan euro. Een dergelijk kosteloos gebruik 10 / 22

11 gebeurt enkel mits voorafgaand overleg en met in acht name van de agenda en competitie van de sportvereniging. Artikel 12 - Verkoop gesubsidieerd materiaal of infrastructuur Sportverenigingen verbinden zich er toe om het gesubsidieerde materiaal of infrastructuur, vanaf de formele toekenning door het college van burgemeester en schepenen, gedurende de eerste volgende tien jaar niet te verkopen of vervreemden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de vzw Antwerpen Sportstad. Artikel 13 - Billijkheids- of opportuniteitsredenen Het college van burgemeester en schepenen kan steeds beslissen om materiaal- of infrastructuursubsidies niet toe te kennen op basis van billijkheids- of opportuniteitsredenen. In dit geval zal de betrokken sportverenigingen hiervan gemotiveerd worden ingelicht. TITEL IV - ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 14 - Ontbrekende documenten Elke sportvereniging ontvangt na het indienen van haar aanvraag uiterlijk 15 juni van het betrokken subsidiejaar een bericht met de vermelding welke documenten in het aangeleverde subsidiedossier al dan niet ontbreken conform het betrokken reglement. Deze mededeling betekent geenszins een eventuele goedkeuring van het dossier, maar wordt louter informatief als een extra service naar de sportverenigingen toe medegedeeld. De sportvereniging heeft tot uiterlijk 30 juni de tijd om eventuele ontbrekende documenten aan te leveren. Deze dienen op net dezelfde wijze bezorgd te worden zoals beschreven in artikel 2. Artikel 15 - Werkingsjaar Het werkingsjaar loopt van 1 mei tot en met 30 april. De aangevraagde materiaal- of infrastructuursubsidies kunnen reflecteren op het afgelopen of op de twee volgende werkingsjaren. Artikel 16 - Onverenigbaarheid De toegekende materiaal- of infrastructuursubsidies mogen op geen enkele wijze overlappen met eender welke andere toegekende subsidie, ongeacht door welk orgaan of overheid deze subsidie werd toegekend. Aanvullende subsidiëring is dus steeds mogelijk, dubbele subsidiëring vanzelfsprekend niet. De sportvereniging is verplicht om alle eventuele overlappingen ogenblikkelijk, en indien mogelijk zelfs preventief, te melden aan de cel sportsubsidies. 11 / 22

12 Artikel 17 - Subsidiecommissie Een subsidiecommissie beoordeelt alle subsidieaanvragen en interpreteert indien nodig. Ze maakt haar bevindingen over aan het college van burgemeester en schepenen. De subsidiecommissie bestaat uit volgende leden: mét stemrecht: een consulent sport; een deskundige sport; een stafmedewerker van de vzw Antwerpen Sportstad. zonder stemrecht: een lid van het kabinet bevoegd voor sport. De aanwezigheid van alle stemgerechtigde leden is vereist om rechtsgeldig dossiers te beoordelen. De aanwezigheid van het niet-stemgerechtigd lid is optioneel. Artikel 18 - Beroepsprocedure Sportverenigingen kunnen beroep aantekenen tegen elke beslissing omtrent de door hen aangevraagde subsidies. Het beroep dient gemotiveerd digitaal ingediend te worden via de daartoe voorziene website uiterlijk 14 dagen na kennisgeving van de betrokken beslissing. Artikel 19 - Beroepscommissie Een beroepscommissie beoordeelt alle ingediende beroepen en maakt haar bevindingen uiterlijk drie maanden na het verstrijken van de beroepstermijn over aan het college van burgemeester en schepenen. De beroepscommissie bestaat uit volgende leden: mét stemrecht: de bedrijfsdirecteur cultuur, jeugd en sport of een gevolmachtigde; de coördinator van de dienst sport en recreatie of een gevolmachtigde; de directeur van de vzw Antwerpen Sportstad of een gevolmachtigde. zonder stemrecht: een lid van het kabinet bevoegd voor sport. De aanwezigheid van alle stemgerechtigde leden is vereist om rechtsgeldig dossiers te beoordelen. De aanwezigheid van het niet-stemgerechtigd lid is optioneel. Leden die in het betrokken subsidiejaar al gezeteld hebben in de subsidiecommissie kunnen niet meer zetelen in de beroepscommissie. 12 / 22

13 Artikel 20 - Beslissingsbevoegdheid Elke beslissing die betrekking heeft op het toekennen van materiaal- of infrastructuursubsidies wordt genomen door het college van burgemeester en schepenen. Zodra het college van burgemeester en schepenen een beslissing neemt wordt de sportverenigingen hiervan zo spoedig mogelijk op de hoogte gebracht door de vzw Antwerpen Sportstad via de voorziene kanalen. De vzw Antwerpen Sportstad zal hierover elk jaar uitvoerig communiceren en de nodige stappen ondernemen om deze kanalen duidelijk kenbaar te maken aan de sportverenigingen. Artikel 21 - Controle en uitbetaling Door een aanvraag te doen aanvaardt de sportvereniging elke mogelijke controle van de stad Antwerpen of vzw Antwerpen Sportstad, noodzakelijk voor de toepassing van dit reglement. De cel sportsubsidies heeft de uitdrukkelijke opdracht om elk subsidiejaar steekproefsgewijs of gericht controle uit te voeren. De uitbetaling van toegekende sportsubsidies gebeurt na toekenning door het college van burgemeester en schepenen en met in acht name van de voorwaarden zoals beschreven in artikel 9. Artikel 22 - Opschorting, schrapping of terugvordering Indien na controle zou blijken dat de toegekende subsidie niet of slechts gedeeltelijk strookt met de aangeleverde informatie in het subsidiedossier, of indien eender welke voorwaarde of artikel vermeld in dit reglement niet correct wordt nageleefd, kan het toegekende subsidiebedrag geheel of gedeeltelijk worden opgeschort, geschrapt of teruggevorderd. Een dergelijke sanctie kan eveneens worden toegepast bij een club die een controle ter zake weigert. In bovenvermelde gevallen kan het college van burgemeester en schepenen, bij gemotiveerd besluit, de betrokken vereniging eveneens voor bepaalde of onbepaalde tijd uitsluiten van verdere sportsubsidiëring. Artikel 23 - Betwistingen Alle niet in dit reglement voorziene gevallen evenals betwistingen omtrent de uitvoering ervan worden geregeld door het college van burgemeester en schepenen. Artikel 24 Vrijwaringsprincipe Ieder die een subsidie van de stad ontvangt of rechtstreeks of onrechtstreeks gebruik maakt van stedelijke infrastructuur, neemt het engagement op zich om op een constructieve manier mee te werken aan de opbouw van een stad waarin burgers zonder onderscheid, met respect voor elkaar, harmonieus samen leven. Uiteraard betekent dit de volstrekte naleving van de wetten van het Belgische volk en het Europees Verdrag ter bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. 13 / 22

14 De subsidie of infrastructuur aanwenden op een wijze die in strijd is met het engagement leidt steeds tot sancties zoals: weigeren of terugvorderen van de subsidie; eenzijdig beëindigen van de samenwerking; verhuurverbod in alle stedelijke centra; weigering logistieke ondersteuning. De stad kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de schade die geleden wordt naar aanleiding van de opgelegde sancties. Artikel 25 - Algemeen Dit reglement gaat in voege zodra het is goedgekeurd door de gemeenteraad en vervangt het voormalige reglement materiaal- en infrastructuursubsidies. Voor zover er in dit reglement niet van wordt afgeweken zijn de wet betreffende de controle op de toekenningen en de aanwending van sommige toelagen van 14 november 1983 en het reglement op de toelagen van de stad Antwerpen van 18 december 2006 (jaarnummer 2730) van toepassing. 14 / 22

15 Bijlagen bij adviezen 15 / 22

16 Stedelijke_sportraad_Advies_erkenning_sportsubsidies.pdf Sportraad stad Antwerpen Conferentie districtssportraden ADVIES Titel advies: Advies erkenning en subsidiëring sportverenigingen Datum behandeling: Van 24/10 tot 08/11/2013 Datum overhandiging: 08 november 2013 Bezorgd per ALGEMEEN ADVIES Het algemeen advies ondersteunt de visie dat een subsidiereglement stimulerend moet zijn en progressief moet inspelen op de veranderingen in de sportsector en de veranderingen in de stad. Echter heeft de sportraad 7 deeladviezen geformuleerd, die het algemene advies over bepaalde thema s meer wil bijsturen. Motivatie De sportraad is mede voorstander dat de subsidiereglementen actueel blijven en dus afstemmen op de inmiddels waarneembare veranderingen. De sportraad maakt zeven deeladviezen die de voorgestelde teksten wil bijsturen. Toelichting Deze methode van advies geven maakt het beleid mogelijk gedeeltelijk of volledig of één of meerdere deelaspecten van het advies over te nemen. De sportraad heeft met deze methode ook de mogelijkheid om een positief algemeen advies te geven mits aanpassingen voor te stellen d.m.v. deeladviezen te presenteren. 16 / 22

17 Betrokkenen die hierbij werden geconsulteerd: * De adviseurs van de sportraad stad Antwerpen * De adviseurs van de districtssportraden Betrokkenen die hierbij werden geïnformeerd: * De sportclubs t.g.v. de Aftrap -actie. De inspraakmogelijkheid van de sportbeoefenaar en haar sportstructuren, evenals de bevolking in t algemeen via de digitale weg. Argumentatie die geleid heeft tot het vormen van dit advies en de 7 deeladviezen: De wettelijke verplichting om advies te vragen door de beleidsmaker. Wijze waarop dit advies tot stand kwam: Overleg tussen sportdienst en sportraad voor opstelling tijdstabel en te volgen werkwijze. Het dagelijks coördinatieteam van de sportraad realiseert - door de adviseurs van de stedelijke sportraad één debatronde te laten houden; - door de gelegenheid te geven digitaal te reageren met het overmaken van suggesties. Het resultaat is weergegeven in het algemeen advies en haar 7 deeladviezen. DEELADVIES 1 De sportvereniging die subsidies ontvangt moet het statuut hebben van een VZW. Motivatie Enkele jaren terug verplichte het reglement dat een sportvereniging het vzw-statuut moest aannemen. Het is onlogisch om dat nu terug te schroeven. Toelichting Is een kwestie van consequent te blijven. 17 / 22

18 DEELADVIES 2 Het aantal van 25 leden als basis behouden en volgens een beloningstabel een gefaseerde optrekking mogelijk maken. Motivatie Er zijn sportdisciplines die een gemiddeld aantal leden hebben dat veel lager ligt dan 60, zelfs lager dan de huidige 25, zoals bijvoorbeeld zaalvoetbal, biljart, duiken, alpinisme, boogschieten, Het zijn sportdisciplines die enerzijds vanuit hun cultuur (biljart, zaalvoetbal) klein zijn of anderzijds om een kwalitatieve sportbeoefening te kennen (duiken, alpinisme). Toelichting Wijzigingen mogen niet bruuskeren. Wijzigingen dienen voldoende in tijd aangekondigd te worden en eventueel gefaseerd ingevoerd te worden (cfr. aanpassing zwembadentarieven). Indien de norm van 60 door het beleid wordt aangenomen dan adviseert de sportraad om uitzonderingen te kunnen toestaan. Eerder adviseert de sportraad ee beloningstabel in de plaats te zetten. Bijvorbeeld indien een club 10% groei kent kan dat extra punten opleveren. DEELADVIES 3 Als sportvereniging erkend worden is losgekoppeld aan het ontvangen van subsidies. Motivatie Om erkend te worden moet de sportvereniging aan erkenningsvoorwaarden voldoen. Om gesubsidieerd te worden moet de sportvereniging aan bijkomende voorwaarden voldoen. Er kunnen verschillende redenen zijn waarom een sportvereniging niet gesubsidieerd wordt maar wel erkend wordt. Erkennen staat los van subsidies. Een erkening verkrijgen kan voor een sportvereniging belangrijker zijn dan de daaraan geldelijke subsidies koppelen. Toelichting Indien de sportvereniging niet gesubsidieerd kan worden (wegens onvoldoening aan de voorwaarden) doch wel erkend kan worden dan kan deze sportvereniging toch reeds genieten van bepaalde voordelen (bijv. tariefvermindering huur sport-accommodatie of bijv. ee concessie kunnen verwerven. 18 / 22

19 DEELADVIES 4 Aangesloten moeten zijn bij een federatie mag geen voorwaarde zijn voor subsidiëring. Het kan wel een verhoogde kwalitatieve waarde opleveren en indien de kwaliteit van de sportverenigig stijgt verhoogt automatisch hun subsidiëring. Motivatie. Aansluiten bij een federatie betekent niet automatisch een grotere zekerheid voor een kwalitatieve clubwerking. Een recreatieve club kan veel leden hebben, kan aanzien hebben wegens haar kwalitatieve en professionele aanpak en toch niet aangesloten zijn bij een federatie. De competitieve clubs kunnen niet anders dan lid zijn bij een federatie. Toelichting Er zijn grote sportclubs die niet zijn aangesloten bij een landelijke federatie en daarvoor ook geen behoefte hebben; het zijn hier meestal recreatieve sportvereni-gingen. DEELADVIES 5 De oudere sporters worden ingedeeld in drie categoriën, met name: * de +55 ers zijn de medioren; * de +65 ers zijn de senioren; * de +75 ers zijn de senioren+ Motivatie Het leeftijdsverschil wordt in de sportgroep te groot indien een 55-jarige moet samen sporten met een 70-jarige. Toelichting De ervaring leert ons dat een groep senioren steeds een klein verschil heeft in leef ijd. Je ziet een groep van tussen de 55 en 60 jaar of een groep van rond de 70 jaar gymnastiek doen of badminton spelen. Indien een oudere generatie meedoet in een jongere categorie betekent dit dat de conditie van de oudere minstens zo goed is als die van de meerderheid jongere leden. 19 / 22

20 DEELADVIES 6 Een duidelijk protocol wordt opgesteld tussen het stedelijk niveau en de districten om de ondersteuning op elkaar af te stemmen, zowel horizontaal als verticaal. Motivatie De burger die in het district Antwerpen woont en lid is bij een Hobokense club mag niet vasstellen dat zijn teamgenoot, die in het district Hoboken woont, wel terugbetaling krijgt van het inschrijvingsgeld om een cursus te kunnen volgen en hij niet. Toelichting De sportvereniging moet weten voor welke subsidies men terecht kan bij de stedelijke overheid en voor welke subsidies men kan aankloppen bij de de districten. Met horizontale afstemming wordt bedoeld dat de districten een onderling overleg hebben. Met verticale afstemming wordt bedoeld dat de districten een gezamenlijk overleg hebben met het stedelijk niveau. DEELADVIES 7 Zowel de stedelijke sportraad als de districtssportraden meer betrekken bij het tot stand komen van een advies. De driehoek moet hier gebruikt worden. Motivatie De sportraad pleit voor het goed laten functioneren van de driehoek advies-uitvoering-beleid, daarom dit deeladvies. Laat aan je partners zien hoe een reglement groeit. Dan begrijpt men dat beter en kan men een beter advies afleveren. Toelichting De sportraden van de districten en de stedelijke sportraad zijn onvoldoende betrokken geweest bij de voorbereidende werkzaamheden. Weliswaar werden op het inspraakmoment van 23 februari 2013, waar de grote lijnen werden uitgezet, alle clubs uitgenodigd en werd de sportraad expliciet uitgenodigd. Evenals op de Aftrappen werden alle clubs uitgenodigd en werden de districtssportraden expliciet uitgenodigd. Op dergelijke bijeenkomsten kan de stand van zaken worden gepresenteerd, maar is er op zo n grote bijeenkomst onvoldoende ruimte voor een grondig debat. 20 / 22

21 De website OOR.Antwerpen van de jeugdraad is goed en wil de sportraad ook wel laten gebruiken, maar deze website is bij de sportcubs nog onbekend, met als gevolg dat nog niemand zich heeft aangemeld. 21 / 22

22 INSPRAAK Dit is een nieuwe toevoeging. Daar dit advies echter wordt gegeven door een demissionaire sportraad en de inspraakmethodiek nog niet bekend is gemaakt blijft dit hoofdstuk van het advies blanco. Resultaten: A geen B / C / Wijze van regeling Niet uitgevoerd Resultaten Niet uitgevoerd Conclusies Geen, wegens niet-uitvoering. Informatief Bij het opstellen van dit advies is gebleken dat de adviesraad machteloos is indien het beleid en/of de uitvoerende dienst niet betrokken wordt bij het groei-proces van het formuleren van een advies (zie deeladvies nr. 7). Bij het bekend maken van de wijzigingen t.g.v. de organisatie Aftrap zijn er 15 spontane reacties ontvangen,waaronder 2 districtssportraden. Namens de Raad van Adviseurs Voorzitter Sportraad stad Antwerpen Pierre Van Thillo 22 / 22