Samenvatting Biologie homeostase, gedrag, bescherming
|
|
- Tobias ten Hart
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Samenvatting Biologie homeostase, gedrag, bes Samenvatting door een scholier 3228 woorden 17 juni ,8 7 keer beoordeeld Vak Biologie Biologie hoofdstuk Homeostase. Elke cel in je lichaam is omgeven door weefselvloeistof. Samen met het bloedplasma vormt het interne milieu. Homeostatische regelmechanismen zorgen ervoor dat de omstandigheden in het interne milieu niet veel veranderen. De omstandigheden schommelen om een bepaalde waarde, de normwaarde. Er ontstaat een constant intern milieu door homeostase. De regeling van kamertemperatuur wordt gedaan door middel van negatieve terugkoppeling, dat betekend dat een toename van het resultaat een remming van het proces veroorzaakt. Een regelkring is het totale systeem waardoor de temperatuur constant gehouden. De regelkring bestaat hierbij uit de thermostaat, cv-ketel en radiator. Ons lichaamtemperatuur gaat ook met negatieve terugkoppeling. Om de lichaamstemperatuur constant te houden is er een belangrijk evenwicht tussen de warmte productie en warmte afgifte. De temperatuur van het bloed word in de hypothalamus geregistreerd. Dat is een deel van de hersenen. De warmteproductie is erg belangrijk voor de stofwisseling en de activiteit voor de skeletspieren. Als de temperatuur lager is dan normaal dan kan de stofwisseling verhoogd worden door hogere intensiteit van stofwisseling en onwillige spierbewegingen ( rillen en klappertanden). Bij warmteproductie speelt het bloed en de huid een grote rol. Als de temperatuur van het bloed hoger wordt van gaan de bloedvaten zich verwijden zodat de spiertjes ontspannen. Ook de zweetklieren geven dan meer zweet af en dat bestaat uit water en zouten. Door verdamping van zweet koelt de huid weer af. De samenstelling van het interne milieu wordt ook constant gehouden door opslag en uitscheiding van stoffen. Als een stof in het interne milieu aanwezig is, glycogeen wordt opgeslagen in de lever en spieren. Vet wordt opgeslagen in het onderhuidse bindweefsel en in geel beenmerg. Sommige stoffen worden uitgescheiden, dat gebeurt met water en schadelijke stoffen. Als een stof te weinig voorkomt wordt het opgenomen. Het zenuwstelsel bestaat uit het centrale en het perifere zenuwstelsel. Het centrale zenuwstelsel bestaat uit de grote en kleine hersenen, hersenstam en de ruggenmerg. Het perifere zenuwstelsel uit de zenuwen. De zenuwen verbinden alle delen van ons lichaam met het centrale zenuwstelsel. Het animale zenuwstelsel regelt de bewuste reacties en houding van het lichaam. Het autonome regelt dingen zoals de hardslag, de dingen die niet onder invloed van wil staan. Lichtstralen en geuren zijn voorbeelden van prikkels. Door een prikkel ontstaat er in de zintuigcellen een impuls, dat zijn elektrische signalen die door de zenuwen gaan. De Zintuigcellen worden receptoren ( ontvangers) genoemd, de zenuwcellen conductoren( voortgeleiden) en de spier en klier spellen effectoren (uitvoerders). Het zenuwstelsel bestaat uit neuronen, zenuwcellen. Elke neuron bestaat uit een uitlopers en een cellichaam. In het Pagina 1 van 7
2 cellichaam is de kern en het grootste deel van de ribosomen en van het endoplasmatisch reticulum. De impulsen worden door de uitlopers geleid. Een uitloper die impulsen naar het cellichaam toe geleiden heet een dendriet en van het cellichaam af een axon. Om een lange uitloper heen ligt een mergschede. Dat bestaat uit cellen van Schwann. Tussen twee opeenvolgende cellen van Schwann is een kleine ruimte, insnoering. Bij het autonome zenuwstelsel is geen mergschede. Synapsen zijn plaatsen waar impulsen doorgegeven worden. Aan het einde van een vertakking van een dendriet zit zo n synaps. Er zijn drie soorten neuronen: motorische, schakel en sensorische neuronen. Sensorische neuronen geleiden impulsen van receptoren naar het centrale zenuwstelsel. De cellichamen liggen vlak bij het centrale zenuwstelsel. Een sensorische neuron heeft een lange dendriet en een korte axon. Motorische neuronen geleiden impulsen van het centrale zenuwstelsel naar de effectoren toe. De cellichamen daarvan liggen in het centrale zenuwstelsel. Het heeft een korte dendriet en een lang axon. Een Schakelneuron geleid impulsen binnen het centrale zenuwstelsel ze kunnen impulsen ontvangen van sensorische en zenden naar motorische neuronen. De schakelneuronen liggen in het centrale zenuwstelsel. De uitlopers van de sensorische en motorische liggen bij elkaar in zenuwen. Er zijn drie soorten zenuwen: gevoels-, bewegings- en gemengde zenuw. Een gevoelszenuw bevat alleen uitlopers van sensorische neuronen, bijv: oogzenuw. Een bewegingszenuw bevat alleen uitlopers van motorische neuronen. Een gemengde van sensorische en motorische neuronen, bijv: zenuwen die armen of benen verbinden met ruggenmerg. Een zenuwverdeling naar of in een orgaan heet een innervatie. Het celmembraan van elke cel is geladen. De binnenkant is negatief geladen. De binnenkant is negatief geladen. Bij een neuron in rust is de binnenkant en buitenkant 70 mv van elkaar verschilt. De actiefase is dat de elektrische lading heel even veranderd en de binnenkant dan een positieve lading krijgt. Daarna wordt alles weer goed herstelt. Dat is de herstelfase. De impulssterkte is de grootte van verandering die optreed in de elektrische lading. De impulsfrequentie van een neuron is het aantal impulsen dat per tijdseenheid door het neuron worden voortgeleid. Als er een mergschede ( myelineschede) om de uitloper van het neuron zit, kan er alleen verandering van lading komen bij insnoeringen. Dat heet sprongsgewijze impulsgeleiding. Je kan een neuron ook kunstmatig prikken: mechanisch, aanraken met micronaald of elektrisch, door een stroomschoot of chemisch, door bepaalde stoffen op het celmembraan te doen. Natuurlijk is de drempelwaarde dan erg belangrijk. Impulsen kunnen maar een richting op worden doorgegeven, dat komt door de synapsen. Het aanvoerende axon (presynaptische element) vormt aan het einde synapsknopjes. Daar zitten veel mitochondriën en synapsblaasjes, die bevatten een transmitterstof. Het synapsknopje is door een synapsspleet gescheiden met het postsynaptische membraan. Als er een impuls aankomt dan bewegen de blaasjes en komt de inhoud in de synapsspleet. Acetylcholine komt veel voor als transmitterstof en wordt gebruikt bij samentrekking van het skeletspieren. Een snelle reactie op iets heet een reflex. De weg die de impulsen afleggen heet de reflexboog. De reflexen van hoofd en hals gaan via de hersenstam en van romp en ledermaten via het ruggenmerg. De hersenstam bestaat uit de thalamus en de hypothalamus met de hypofyse. Het autonome zenuwstelsel bestaat uit het orthosympathische en het parasympathische deel. Het orthosympathische beïnvloed de organen zodat het lichaam arbeid kan verrichten. Alle processen waarbij energie vrij komt heet dissimilatie. De impulsen worden hier via de grensstrengen voortgeleid. Het parasympathische deel beïnvloed de organen zodat het lichaam in rust en herstel komt. Dat heet assimilatie. De impulsen worden hier via de zwevende zenuw voortgeleid. De producten van de Exocriene klieren komen in het milieu terecht. Van het endocriene klieren komen de producten Pagina 2 van 7
3 in het interne milieu. Er zijn twee soorten hormonen, hormonen die in vet oplosbaar zijn zoals schildklier, progesteron en je hebt hormonen die niet in vet oplosbaar zijn zoals hormonen met een eiwitstructuur. Bij vet oplosbare hormonen oefent hun invloed door genregulatie. Als het een cel ingekomen is wordt het gebonden aan het receptor eiwit in het cytoplasma. Het hormoon vormt een hormoon-receptorcomplex. De hypofyse ligt onder de hersenstam. Het bestaat uit de voorkwab en de achterkwab. Als de hypofyse te veel groeihormonen produceert ontstaat er een reuzengroei, te weinig een dwerggroei. Het ATCH beïnvloed de bijnierschors en THS de schildklier. ADH regelt de afgifte van water door de nieren. De schilklier ligt in de hals en produceert het hormoon thyroxine. Als er te veel komt wordt de stofwisseling verhoogd. Thyroxine remt de productie van TSH. De eilandjes van langerhans zijn groepen cellen die tussen de cellen van de alvleesklier liggen. De a-cellen produceren het hormon glucagon en de B-cellen insuline. Het glucosegehalte is 0,1 %. Als er te weinig insuline gemaakt wordt mag het glucosegehalte max. 0,16% stijgen, dat heet de nierdrempel. Het bijniermerg produceert adrenaline. Bio Gedrag Onder gedrag verstaan we alle neembare activiteiten van een mens of dier. Dit bestaat dus ook geluiden, slapen, geurstoffen afscheiden en lichaamshouding. Bij de meeste gedragingen reageert een mens of dier op prikkels. In zintuigcellen ontstaan impulsen. Zenuwcellen geleiden en verwerken deze impulsen. De natuurwetenschappelijke studie van gedrag wordt ethologie genoemd. De reactie van een dier op een prikkel wordt respons genoemd. Beschrijving van gedrag doen we altijd objectief. Dus je ziet de leeuw aan het vrouwtje snuffelen. Je mag nooit zeggen dat de leeuw het vrouwtje leuk vindt. Een objectieve beschrijving van de verschillende typen handelingen van een diersoort heet een ethogram. Een protocol is een lijst van de achtereenvolgens waargenomen handelingen van een dier. Gedrag is georganiseerd in gedragssystemen. Een gedragssysteem is een groep van samenhangende handelingen. De handelingen hebben vaak een gemeenschappelijk effect. Ze volgen elkaar vaak in een vaste volgorde op. Als het effect van de ene handeling leidt tot een volgende handeling spreken van een gedragsketen. Gedrag wordt veroorzaakt door inwendige en uitwendige factoren. Bij de meeste gedragingen reageert een dier op prikkels uit de omgeving. De prikkels zijn de uitwendige factoren. Niet alle prikkels leiden tot een respons. Uit alle opgevangen prikkels worden alleen die prikkels geselecteerd die belangrijk zijn. Bij het tot stand komen van gedrag spelen ook inwendige factoren een rol. Honger, dorst en voortplantingsdrang zijn bijvoorbeeld inwendige factoren. Dit worden ook wel motiverende factoren genoemd. Motivatie is de bereidheid tot het verrichten van een bepaald gedrag. Het hormoonstelsel en het zenuwstelsel beïnvloeden de motivatie. Voortplantingsdrang komt voor een belangrijk deel tot stand door afgifte van bepaalde hormonen. Het zien van lekker voedsel vergroot de motivatie. Het eten stimuleert in het begin je eetlust (positieve terugkoppeling), later remt je eetlust (negatieve terugkoppeling). Bij veel soorten dieren heeft licht invloed op de voortplanting. Door het licht impuls zet de hypothalamus de hypofyse aan tot het afgeven van hormonen. Onder invloed van de hypofysehormonen komen de geslachtorganen tot ontwikkeling en gaan ze geslachtshormonen produceren. Bij amfibieën worden deze processen mede beïnvloed door temperatuur. Als de tempetratuur stijgt gaan amfibieën voortplantingsgedrag vertonen. Alcohol en andere drugs kunnen invloed hebben op het gedrag. Een sleutelprikkel is een prikkel die een doorslaggevende rol speelt bij het veroorzaken van een bepaald gedrag. Bijvoorbeeld dat een meeuwenjong naar de rode vlek op moeders snavel prikt wanneer het honger heeft. Een hele Pagina 3 van 7
4 rode snavel blijkt een veel sterker pikgedrag de vertonen. We noemen dit een supranormale prikkel. Een supranormale prikkel is effectiever bij het veroorzaken van een bepaald gedrag. Gedrag wordt bepaald door erfelijke factoren en door leerprocessen. Bij alle diergroepen komen leerprocessen voor. Door iets te leren kunnen dieren zich aanpassen aan veranderende omstandigheden. Door leerprocessen ontwikkelt het gedrag zich tijdens het leven. Het vermogen iets te leren is erfelijk bepaald. De mate waarin dit vermogen tot expressie komt is afhankelijk van het milieu. Leren kan op verschillende manieren plaatsvinden: door inprenting, gewenning, conditionering, imitatie en inzicht. Inprenting: als ze iets leren in een korte periode in hun leven (de gevoelige periode) bijv. het herkennen van je ouders. Gewenning: de kans op een prikkel neemt af bij herhaaldelijk toediening van die prikkel. Bij gewenning gaat het om het afleren van reacties op bepaalde prikkels uit d eomgeving. Trial and error/ conditionering: een dier leert bepaald gedrag via beloning of straf. Dit wordt vaak proefondervindelijk leren genoemd. Dresseren: dieren worden geleerd bepaald gedrag op commando uit te voeren. Klassiek conditioneren: (geconditioneerde reflex) de reflex treedt op als aan een bepaalde, niet natuurlijke conditie (voorwaarde) is voldaan. Bij deze vorm van conditioneren veroorzaakt een prikkel een bepaald gedrag dat oorspronkelijk niet door die prikkel werd veroorzaakt. Operant conditioneren: de gevolgen van het gedrag. Een beloning heeft direct invloed op het plaatsvinden van de operants. Imitatie: het gedrag van soortgenoten na doen (nabootsing) Inzicht: een dier in een onbekende situatie de oplossing van een probleem vindt door verschillende vroeger opgedane ervaringen te combineren. Het gedrag van soortgenoten ten opzichte van elkaar noemen we sociaal gedrag. Handelingen bij sociaal gedrag noemen we signalen. Door signalen is communicatie tussen soortgenoten mogelijk. Signalen kunnen worden gegeven door middel van kleuren, geuren, houdingen of gebaren. Bij dieren die in groepsverband leven bestaat in de groep vaak een bepaalde rangorde. De rangorde bij kippen wordt pikorde genoemd. De plaats in de rangorde houdt verband met het gehalte aan mannelijk geslachtshormoon. Het testosterongehalte van het bloed is hoger bij dominante hennen dan bij minder dominante hennen. Dominante hennen paren meer dan minder dominante hennen. Bij dieren die in groepsverband leven, proberen ondergeschikte dieren vaak door het uitlokken van gevechten een hogere plaats in de rangorde te krijgen. Vaak is dreiggedrag voldoende om en conflict te beëindigen. Bij het dreigen kunnen de dieren imponeergedrag vertonen: ze maken zich groot en indrukwekkend. Tegenover het dreiggedrag van een dominant mannetje vertoont het ondergeschikte dier vaak verzoeningsgedrag. Sommige soorten insecten leven in staten: grote groepen met een sterke taakverdeling. Bijen- mieren- termieten In elke bijenstaat komt één koningin voor, die als functie heeft eieren te leggen. De meeste bijen in een bijenstaat zijn werkbijen. Dat zijn vrouwtjes waarbij de voortplantingsorganen niet tot ontwikkeling zijn gekomen. Daardoor kunnen de werkbijen geen eieren leggen. Taken van een werkbij zijn: voedsel verzamelen, bouwen van honingraten en het verzorgen van larven. In de zomermaanden bevruchten enkele darren de koningin. Wanneer dat is gebeurd, worden de darren door de werkbijen uit de bijenstaat verjaagd. De koningin legt bevruchte en onbevruchte eieren. Uit bevruchte eieren ontwikkelen zich werkbijen. Uit de onbevruchte eieren ontstaan darren. Het ontstaan van nakomelingen uit een eicel zonder bevruchting heet Pagina 4 van 7
5 parthenogenese. Bijen communiceren met elkaar door allerlei signalen. De belangrijkste daarvan is feromonen (geurstoffen). Rondedans: een rijke voedselbron in de buurt van de staat Kwispeldans: de voedselbron is op grotere afstand aanwezig. Hoe groter de afstand des te langzamer de kwispeldans. De balts bestaat uit een aantal karakteristieke signalen die een gedragsketen vormen. Baltsgedrag is opvallend en lokt daardoor mogelijke partners. De signalen zijn soortspecifiek, zodat alleen paring met soortgenoten voorkomt. Baltsgedrag bestaat meestal uit een mengsel van handelingen uit voortplantgedrag en handelingen uit aanvals- en vluchtgedrag. De handelingen worden bij de balts vaak overdreven, omgevormd en/of versneld zodat ze een signaalfunctie krijgen. We spreken dan van geritualiseerd gedrag. Bij zoogdieren spreken we over bronst. D.m.v. territoriumgedrag verdedigt een mannetje zijn gebied tegen binnendringende soortgenoten. Door het vormen van een territorium wordt een bepaalde hoeveelheid voedsel veilig gesteld om nakomelingen groot te kunnen brengen. Veel dieren die een territorium verdedigen vertonen op de grens dreiggedrag. Soorten conflictgedrag: Ambivalent: dit ontstaat als ervoor meerdere gedragssystemen een even sterke motivatie bestaat. Overspringgedrag: niet logisch lijkend gedrag dat voortkomt uit het conflict van twee relevante gedragssystemen. Het heeft vaak een signaalfunctie. Omgericht gedrag: verhaal van voetballer uit zijn agressie op de doelpaal omdat die doelpunt mist. Zelfhandhaving van het individu zijn voedselgedrag en bessgedrag. Gedrag van mensen wordt ook bepaald door erfelijke factoren en door leerprocessen. Tot gedrag dat grotendeels wordt bepaald door erfelijke factoren behoren: zuiggedrag en gelaatsuitdrukkingen. Mensen leren net zoals dieren door gewenning, conditionering, imitatie en inzicht. Bij mensen verlopen de leerprocessen echter veel sneller dan bij dieren. Inzicht speelt bij mensen een ook veel belangrijkere rol. Mensen kunnen nadenken over hun gedrag en hun gedrag beoordelen. Mensen ontwikkelen normen en waarden voor hun gedrag. Normen zijn gedragsregels waarvan veel mensen vinden dat je,je er aan moet houden. Normen zijn gebaseerd op waarden. Waarden zijn uitgangspunten die mensen gebruiken bij het inrichten van hun leven. Eerlijkheid is een waarde, maar ook een respect voor anderen, rechtvaardigheid en vrijheid zijn waarden. Rolgedrag is gedrag dat anderen van iemand verwachten in een bepaalde situatie. Als iemand rolgedrag vertoont voldoet hij of zij aan het rolpatroon. Mensen zijn gevoelig voor sleutelprikkels, het schattig vinden van baby s en jonge dieren. De meeste typen gedrag die je bij dieren heb leren kennen, komen ook bij mensen voor. Mensen vertonen ook territorium,gedrag. Met wijd geopende ogen staren naar een persoon is dreiggedrag. Vaak wordt bij het dreiggedrag ook imponeergedrag vertoond. Tot het overspronggedrag behoren bijv. op het hoofd krabben en door het haar strijken. Bes: Opperhuid: hoornlaag, voor bes van de huid zoals uitdroging en slijmlaag, pigment voor bes tegen uvstraling. (geen bloedvaten) Haar met haarzakjes en talgklieren voor haar en huid soepel te houden. Lederhuid: bindweefsel met zintuigen,zenuwen,bloedvaten. Opslag van vetcellen. Aspecifieke afweer. Pagina 5 van 7
6 Apesifieke afweer is voor verschillende ziekteverwekkers. Dit gaat vanuit het lichaam zelf zoals koorts die er voor zorgt dat de ontwikkeling van ziekteverwekkers tegen wordt gehouden. Chemische afweer: zoutzuur in de maag Mechanische afweer: verschillende stelsels die het binnendringen van een ziekteverwekker en schadelijke stoofen moeilijk maakt. Fagocyten: onstaan uit stamcellen in rood beenmerg. Granulocyten kunnen door de wand van bloedvaten heen. Monocyten gaan naar weefsel en veranderen in macrofagen. Specifieke afweer: Tegen een soort ziekteverwekker en worden opgewekt door antigenen. Receptoreiwitten herkennen lichaamsvreemde antigenen. Macrofagen plaatsen lichaamsvreemd antigeen op hun celmembraan. Lymocyten zorgen voor specifieke afweerreacties. Cellulaire afweer gericht tegen geinfecteerde lichaamscellen. Humorale afweer door antistoffen die terechtkomen in alle lichaamsvloeisstoffen. Immuniteit. Natuurlijke immuniteit als iemand wordt geinfecteerd door een ziekteverwekker. Primaire reactie: de antistofvorming na de eerste besmetting met het antigeen van de ziekteverwekker. Secundaire reactie: antistofvorming na 2de of latere x besmetting met hetzlefde antigeen. Kunstmatig immuniteit door stof inspuiten van een serum van een antistof (actieve immunisatie) OF een vaccin van dode of zwakke ziekteverwekker waardoor je lichaam zelf antistof maakt (passieve immunisatie) transplantaties. MHC-eiwitten worden door het afweersysteem herkend a;ls lichaamsvreemde antigenen. Het HLA-systeem is bij iedereen uniek, dit zijn antigenen die een grote rol daarbij spelen. Door cellulaire afweer treden vooral afstotingsreacties op. Acute afstoting is dat antistofvorming tot zeer snelle afstoting leidt. Bij transplantaties worden er gekeken of het HLA-systeem zoveel mogelijk overeenkomt met dat van de acceptor. Zodat er weinig tot geen afstotingsreacties plaatsvinden Afstotingsreacties worden onderdrukt met medicijnen. Bloedgroep Antigeen op celmembranen van rode bloedcellen Anti stof in bloedplasma A A Anti- B B B Anti A AB A & B Geen O Geen Anti A & Anti - B Een antigeen A en antistof A gaan niet samen. Ze gaan dan namelijk klonteren en blijven de bloedcellen steken in de haarvaten. Dan komt er hemoglobine vrij in het bloedplasma, dat heet hemolyse. Dan kunnen er beschadigingen komen en zelfs leiden tot de dood. Donor --> acceptor A B AB O A B AB Pagina 6 van 7
7 O Bij de donor kijk je naar het antigeen en bij de acceptor naar de antistof. Als je een antigeen A en een antistof A heb dan gaat het klonteren en gaat dat niet goed in het lichaam. Bloedgroep Rode bloedcel bloedplasma Rh + Resus antigeen - Rh maar na contact met antigeen is er wel antistoffen! Mensen die Rh- maken pas een antistof aan als ze in contact komen met resuspositief bloed. De eerste keer zal dit geen probleem zijn, maar de tweede keer zal het toch echt gaan klonteren. Het kan ook een probleem geven bij de zwangerschap. Door scheurtjes in placenta kan er rode bloedcellen van het kind in de bloedsomloop van de moeder. De eerste keer maakt het niet bij. Maar als het bij een tweede zwangerschap het kind weer resuspositief is, dan kan het antiresus bij het kind in het bloed komen. Dan gaat het klonteren en wordt het kind een resus kindje genoemd. Pagina 7 van 7
Samenvatting Biologie Gedrag
Samenvatting Biologie Gedrag Samenvatting door een scholier 1211 woorden 21 juni 2005 6,7 235 keer beoordeeld Vak Biologie Samenvatting biologie hoofdstuk Gedrag Basisstof 1 Gedrag: alle waarneembare activiteiten
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 9 - Gedrag
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9 - Gedrag Samenvatting door Wil 975 woorden 6 juli 2014 7,1 13 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Gedrag: Alles wat een mens of dier doet. Waaruit bestaat
Nadere informatieIn zintuigcellen (receptoren) ontstaan onder invloed van prikkels impulsen, zenuwcellen conductoren) geleiden en verwerken impulsen.
Samenvatting door B. 797 woorden 26 oktober 2014 8.1 19 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Gedrag: alle waarneembare activiteiten van een dier of een mens. Handeling: reactie op prikkels.
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 6 + 9: Regeling en Gedrag
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 6 + 9: Regeling en Gedrag Samenvatting door R. 858 woorden 19 juni 2014 7 7 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Zintuig = orgaan dat reageert op prikkels
Nadere informatie6.6. Boekverslag door D woorden 26 juni keer beoordeeld. Biologie voor jou. Biologie thema 5, Homeostase
Boekverslag door D. 2035 woorden 26 juni 2011 6.6 69 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie thema 5, Homeostase 1. Elke cel van je lichaam is omgeven door weefselvloeistof. Weefsel
Nadere informatieSamenvatting Biologie Thema 6
Samenvatting Biologie Thema 6 Samenvatting door Saar 879 woorden 10 april 2018 0 keer beoordeeld Vak Biologie Aantekeningen Biologie P3: Homeostase en regelkringen: Bij meercellige organismen: de cellen
Nadere informatie6,4. Samenvatting door N woorden 6 november keer beoordeeld. Biologie voor jou. Biologie H5 Homeostase
Samenvatting door N. 1886 woorden 6 november 2010 6,4 16 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie H5 Homeostase Paragraaf 1 Interne milieu: weefselvloeistof samen met bloedplasma
Nadere informatieDe samenstelling van het interne milieu wordt ook constant gehouden d.m.v. stoffen opslaan, uitscheiden of opnemen.
Samenvatting door een scholier 2746 woorden 2 oktober 2012 6,9 3 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Thema 5 Homeostase Basisstof 1 Door Homeostase wordt het interne milieu rond de normwaarde
Nadere informatiebiologie voor jouw ; klas 5 havo ; hoofdstuk 7 bescherming en evenwicht Hoofdstuk 7 paragraaf 1 de huid beschermd tegen invloeden van buitenaf en
biologie voor jouw ; klas 5 havo ; hoofdstuk 7 bescherming en evenwicht Hoofdstuk 7 paragraaf 1 de huid beschermd tegen invloeden van buitenaf en gaat waterverlies door verdamping tegen. 1. de opperhuid:
Nadere informatie3 keer beoordeeld 15 maart Regelkring van de lichaamstemperatuur is homeostase. Homeostase is een voorbeeld van zelfregulatie.
7 Boekverslag door H. 1590 woorden 3 keer beoordeeld 15 maart 2016 Vak Biologie Methode Biologie voor jou Biologie Thema 6 Bassisstof 1 Regelkringen en homeostase Een sensor à Normwaarde: De afgestelde
Nadere informatie1 De huid en bescherming Waar beschermt onze huid ons eigenlijk allemaal tegen?
Samenvatting door Y. 1076 woorden 27 januari 2015 8,9 6 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou 1 De huid en bescherming Waar beschermt onze huid ons eigenlijk allemaal tegen? Onze huid
Nadere informatieH5 Begrippenlijst Zenuwstelsel
H5 Begrippenlijst Zenuwstelsel acetylcholine Vaak voorkomende neurotransmitter, bindt aan receptoren en verandert de permeabiliteit van het postsynaptische membraan voor specifieke ionen. animatie synaps
Nadere informatieSamenvatting Biologie Thema 7, Bescherming
Samenvatting Biologie Thema 7, Bescherming Samenvatting door een scholier 1387 woorden 20 januari 2006 7,4 143 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Hoofdstuk 7 Bescherming Basisstof 1:
Nadere informatieNormwaarde = is een waarde die je af leest, zoals bij de thermostaat, zie je 19 graden staan dan is dat de normwaarde. Zo warm moet het zijn.
Boekverslag door E. 1602 woorden 17 maart 2014 6.8 55 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie samenvatting paragraaf 1 Een regelkring = is een kring van meerdere apparaten die samen
Nadere informatieSamenvatting Biologie Regeling
Samenvatting Biologie Regeling Samenvatting door P. 1319 woorden 20 maart 2016 10 1 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie samenvatting Regeling SE2 Het zenuwstelsel Het zenuwstelsel
Nadere informatieSamenvattingen. Samenvatting Thema 6: Regeling. Basisstof 1. Zenuwstelsel regelt processen:
Samenvatting Thema 6: Regeling Basisstof 1 Zenuwstelsel regelt processen: - regelen werking spieren en klieren - verwerking van impulsen van zintuigen Zintuigcellen: - staan onder invloed van prikkels
Nadere informatieSamenvatting Biologie Gedrag
Samenvatting Biologie Gedrag Samenvatting door Quintin 1754 woorden 2 april 2016 8,5 2 keer beoordeeld Vak Biologie Onderwerp Gedrag Inhoud Wat is gedrag? Hoe wordt gedrag veroorzaakt? Hoe wordt gedrag
Nadere informatieSamenvatting Biologie Regeling (thema 5)
Samenvatting Biologie Regeling (thema 5) Samenvatting door Jip 1978 woorden 24 mei 2018 0 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie thema 5 regeling Homeostase à het gelijk houden
Nadere informatieDOCENT: A. SEWSAHAI Havo HENRY N. HASSANKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] Thema: Regeling
DOCENT: A. SEWSAHAI Havo HENRY N. HASSANKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] Thema: Regeling Doelstellingen: De student moet: de bouw en functies van het zenuwstelsel kunnen beschrijven de functies
Nadere informatieRegeling. Regeling is het regelen van allerlei processen in het lichaam. Regeling vindt plaats via twee orgaanstelsels: Zenuwstelsel.
Regeling Regeling is het regelen van allerlei processen in het lichaam. Regeling vindt plaats via twee orgaanstelsels: (1) Zenuwstelsel (2) Hormoonstelsel Verschillen in bouw en functie: bestaat uit functie
Nadere informatieSamenvatting Biologie Thema 6
Samenvatting Biologie Thema 6 Samenvatting door een scholier 2924 woorden 22 oktober 2008 6,2 147 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Thema 6 Basisstof 1 Het zenuwstelsel bestaat uit
Nadere informatieSamenvatting door Hidde 506 woorden 31 maart keer beoordeeld. Biologie Hoofdstuk 14: Zenuwstelsel Centraal zenuwstelsel
Samenvatting door Hidde 506 woorden 31 maart 2017 0 keer beoordeeld Vak Biologie Biologie Hoofdstuk 14: Zenuwstelsel 14.1 Centraal zenuwstelsel Zenuwstelsel bestaat uit 2 delen: - centraal zenuwstelsel
Nadere informatieV5 Begrippenlijst Hormonen
V5 Begrippenlijst Hormonen ADH Hormoon dat de terugresorptie van water in de nierkanaaltjes stimuleert. adrenaline Hormoon dat door het bijniermerg wordt afgescheiden. Adrenaline wordt ook door zenuwvezels
Nadere informatieZenuwcellen. Samenvatting door een scholier 2435 woorden 24 juni keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 2435 woorden 24 juni 2007 7 45 keer beoordeeld Vak Biologie 1. Het zenuwstelsel. Bestaat uit: centrale zenuwstelsel: hersenen, hersenstam, ruggenmerg. Perifere zenuwstelsel:
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 7 Bescherming
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 7 Bescherming Samenvatting door een scholier 1136 woorden 21 juni 2011 8 1 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou BASISSTOF 1 DE HUID EN HET ONDERHUIDSE
Nadere informatieSamenvatting Biologie Regeling en waarneming
Samenvatting Biologie Regeling en waarneming Samenvatting door een scholier 2011 woorden 9 december 2017 7,2 4 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie SMV hft 6 havo 4 1 Homeostase:
Nadere informatieBeide helften van de hersenen zijn met elkaar verbonden door de hersenbalk. De hersenstam en de kleine hersenen omvatten de rest.
Biologie SE4 Hoofdstuk 14 Paragraaf 1 Het zenuwstelsel kent twee delen: 1. Het centraal zenuwstelsel bevindt zich in het centrum van het lichaam en bestaat uit de neuronen van de hersenen en het ruggenmerg
Nadere informatie4 keer beoordeeld 30 mei 2017
8 Samenvatting door een scholier 1301 woorden 4 keer beoordeeld 30 mei 2017 Vak Biologie Methode Biologie voor jou H6 Waarneming, regeling en gedrag Zintuigen in het algemeen zintuig orgaan dat reageert
Nadere informatieSamenvatting Biologie H7 Bescherming
Samenvatting Biologie H7 Bescherming Samenvatting door N. 1845 woorden 6 november 2010 7,7 5 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie H7 Bescherming Paragraaf 1 De opperhuid: heeft
Nadere informatieH.6 regeling. Samenvatting
H.6 regeling Samenvatting Zenuwstelsel Het zenuwstelsel bestaat uit: Centrale zenuwstelsel ( bestaat uit: grote hersenen, kleine hersenen, hersenstam en ruggenmerg Zenuwen Functies van zenuwstelsel: Verwerken
Nadere informatie6,7. Samenvatting door een scholier 1580 woorden 20 juni keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 1580 woorden 20 juni 2011 6,7 3 keer beoordeeld Vak Biologie Les 1. - Organen zorgen bijvoorbeeld voor je bloedsomloop, spijsvertering en uitscheiding. - Onder alle omstandigheden
Nadere informatieDe hersenen, het ruggenmerg en hun bloedvaten worden beschermd door drie vliezen.
Samenvatting door R. 1795 woorden 30 maart 2016 6,7 11 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Biologie samenvatting hoofdstuk 14 zenuwstelsel 14.1 centraal zenuwstelsel het zenuwstelsel bestaat uit
Nadere informatieOnwillekurig of Autonoom Ingedeeld in parasympatisch en orthosympatisch
Paragraaf 8.1 en 8.2 perifere zenuwstelsel Uitlopers van zenuwcellen buiten de hersenen en het ruggenmerg centrale zenuwstelsel Zenuwcellen en uitlopers in hersenen en ruggenmerg autonome zenuwstelsel
Nadere informatieSamenvatting Biologie hoofdstuk 14 - zenuwstelsel
Samenvatting Biologie hoofdstuk 14 - zenuwstelsel Samenvatting door een scholier 1962 woorden 5 oktober 2016 7,1 11 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Biologie hoofdstuk 14 Zenuwstelsel 14.1 Centraal
Nadere informatieSamenvatting Biologie Zintuigelijke waarneming
Samenvatting Biologie Zintuigelijke waarneming Samenvatting door T. 2587 woorden 15 januari 2013 4,8 3 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Onderscheiding zenuwstelsel op grond van bouw
Nadere informatieSamenvatting Biologie Thema 4:
Samenvatting door L. 717 woorden 19 juni 2013 4,8 5 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Samenvatting Biologie Thema 4: Zintuig Ligging Prikkel Waarneming Gezichts~ In de ogen Licht Zien
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 14 Zenuwstelsel
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 14 Zenuwstelsel Samenvatting door Elin 1218 woorden 9 april 2018 7,9 8 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Biologie Hoofdstuk 14 14.1 * Het zenuwstelsel bestaat
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 13 Hormonen
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 Hormonen Samenvatting door Elin 1039 woorden 4 april 2018 9,5 8 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Biologie Hoofdstuk 13 13.1 * Hormoonklieren = organen die
Nadere informatieUitscheiding en afweer
Uitscheiding en afweer De lever: slokdarm galblaas maag 12-ving. darm dunne darm ligging van de lever Functies van de lever: bloedsuikerspiegel (glucosegehalte in bloed) op peil houden overtollige eiwitten
Nadere informatieParagraaf 6.1 en 6.2. 2. Osmotische waarde, ph weefselvloeistof, glucosegehalte
Paragraaf 6.1 en 6.2 1. Neem de volgende begrippen over in je schrift en geef een omschrijving Homeostase In stand houden van het interne milieu opperhuid Bovenste laag van de huid chitine Koolhydraat
Nadere informatieSamenvatting Biologie H5: Regeling en waarneming
Samenvatt Biologie H5: Regel en waarnem Samenvatt door L. 1365 woorden 1 juli 2016 8,2 10 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie thema 5 regel en waarnem 2 Hormonen Cellen communiceren
Nadere informatieSamenvatting Biologie Regeling
Samenvatting Biologie Regeling Samenvatting door een scholier 4050 woorden 12 juni 2002 7,1 295 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie samengevat: regeling (biologie voor jou)
Nadere informatieThema 5 Regeling en waarneming Doelstelling 1 Homeostase bij de mens Homeostase Dynamisch evenwicht Homeostatische regelkringen
Thema 5 Regeling en waarneming Doelstelling 1 Homeostase bij de mens Homeostase : het min of meer constant houden van de omstandigheden (het interne milieu) in een organisme door middel van regelkringen
Nadere informatie7,3. Het zenuwstelsel. Zenuwcellen en zenuwen. Samenvatting door een scholier 1716 woorden 24 februari keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 1716 woorden 24 februari 2008 7,3 67 keer beoordeeld Vak Biologie Biologie Samenvatting Thema 7: Regeling en gedrag Het zenuwstelsel Bij het waarnemen speelt het zenuwstelsel
Nadere informatieConflictsituatie =gedragssystemen die tegelijkertijd opgewekt worden(voortplanten & prooi zijn)
Samenvatting door een scholier 1107 woorden 1 oktober 2003 5,3 61 keer beoordeeld Vak Biologie Smnvt hfst.11 Bio 1 Ethologie Gedrag is er altijd,ook als het dier niet actief is =is het resultaat van zintuigen,zenuwen,
Nadere informatieSamenvatting Biologie Basisstof 1 tot 10
Samenvatting Biologie Basisstof 1 tot 10 Samenvatting door Binc 2141 woorden 16 januari 2018 0 keer beoordeeld Vak Biologie Biologie B1: Reageren op je omgeving Reageren op je omgeving doe je met Zintuigen,
Nadere informatieWerkstuk Biologie Regeling en Gedrag.
Werkstuk Biologie Regeling en Gedrag. Werkstuk door een scholier 2029 woorden 5 oktober 2007 6,1 24 keer beoordeeld Vak Biologie 1 Het zenuwstelsel. Het zenuwstelsel bestaat uit het centrale zenuwstelsel
Nadere informatieBij het uitscheiden helpen de nieren om de samenstelling van je bloed constant te houden. Uitscheiding is het
Samenvatting door R. 1946 woorden 10 maart 2016 7 37 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Bio samenvatting H9 9.1 WAT WORDT ER BINNENIN JE LICHAAM GEREGELD? Je lichaam probeert vanbinnen om constant
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1 en 2
Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting door Thirza 1709 woorden 11 januari 2018 0 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Communicatie: Alles wat een dier of mens doet of nalaat, is gedrag. Vaak
Nadere informatieFenotype nakomelingen. donker kort 29 donker lang 9 wit kort 31 wit- lang 11
1. Bij honden is het allel voor donkerbruine haarkleur (E) dominant over het allel voor witte haarkleur (e). Het allel voor kort haar (F) is dominant over het allel voor lang haar (f). Een aantal malen
Nadere informatieSamenvatting Biologie Homeostase bij de mens en gedrag
Samenvatting Biologie Homeostase bij de mens en gedrag Samenvatting door een scholier 1440 woorden 27 juni 2007 6 17 keer beoordeeld Vak Biologie Biologie 5.1 + 5.2 We hebben een zenuwstelsel. Door impulsen,elektrisch,snel,kortdurend,via
Nadere informatieExtra paragraaf. Hormonen
Extra paragraaf Hormonen In deze extra paragraaf leer je meer over hormonen. Het gaat over de structuur van hormonen en de manier waarop ze werken. Daarnaast leer je een aantal hormoonklieren en het samenspel
Nadere informatieSamenvatting NLT Hersenen en Leren
Samenvatting NLT Hersenen en Leren Samenvatting door een scholier 2525 woorden 18 januari 2010 6,4 82 keer beoordeeld Vak NLT Samenvatting NLT Hersenen en Leren Basisblokken 3, 4 en 5 3. Basisblok: bouw
Nadere informatieExamentrainer. Vragen vmbo-bk. Scan
THEMA 4 REGELING EXAMENTRAINER OEFENVRAGEN 3 VMBO-bk Examentrainer Vragen vmbo-bk Scan In een Engelse folder staat informatie over een bepaald apparaat. Hiermee kan het centrale zenuwstelsel onderzocht
Nadere informatieBiologie SE4. Hoofdstuk 13 Paragraaf 1 Begrippenlijst:
Hoofdstuk 13 Paragraaf 1 Begrippenlijst: Hormoonklieren: Exocriene klieren: Endocriene klieren: Hypothalamus: Biologie SE4 organen die elders in het lichaam organen en weefsels activeren. zweet- en verteringsklieren
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 11, Regeling door hormonen
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 11, Regeling door hormonen Samenvatting door een scholier 1429 woorden 19 juni 2006 5,7 16 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar H11 1 Ribosomen: koppelen aminozuren
Nadere informatie2. Van welke van de onderstaande factoren is de hartslagfrequentie NIET afhankelijk? a. de wil b. lichamelijke activiteiten c.
Take-home toets Thema 4.6 Anatomie en fysiologie van het centrale en perifere zenuwstelsel 1. Door activiteiten van de nervus vagus wordt a. de hartslagfrequentie verhoogd b. de hartslagfrequentie verlaagd
Nadere informatieDOCENT: A. SEWSAHAI VWO KLASSE 6
DOCENT: A. SEWSAHAI VWO KLASSE 6 HENRY N. HASSANKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] ARTHUR A. HOOGENDOORN ATHENEUM - VRIJE ATHENEUM - AAHA De student moet: de bouw en functies van het zenuwstelsel
Nadere informatie3,7. Samenvatting door een scholier 1551 woorden 15 maart keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 1551 woorden 15 maart 2016 3,7 6 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar 12.1 Gedrag: alles wat mensen/dieren doen: alle reacties die ze vertonen. Je reageert op een
Nadere informatieSamenvatting Biologie voor Jou 1B Thema 6 Waarnemen, regeling en gedrag. Zintuig = orgaan dat reageert op prikkels uit de omgeving
Samenvatting Biologie voor Jou 1B Thema 6 Waarnemen, regeling en gedrag 6.1 Zintuig = orgaan dat reageert op prikkels uit de omgeving Prikkel = invloed uit de omgeving van een organisme Alle zintuigen
Nadere informatieSamenvatting Biologie Module 9, 10 en 11
Samenvatting Biologie Module 9, 10 en 11 Samenvatting door een scholier 2824 woorden 29 juni 2005 7,1 20 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar 9.1 ziekte verwekkers: geen toegang De miljoenen micro-organismen
Nadere informatieExamen Voorbereiding Waarneming Regeling
Examen Voorbereiding Waarneming Regeling Teylingen College Leeuwenhorst 2015/2016 Thema 6 Waarneming en Regeling Begrippenlijst: Begrip Normwaarde Negatieve terugkoppeling Positieve terugkoppeling Homeostase
Nadere informatieUit waarnemingen en voorbeelden de relatie prikkel-reactie vaststellen
School: Vak: AV Biologie Leerplan: D/2012/7841/003 Handboek: Biogenie 3.1 (leerboek + werkboek) Leerkracht: Graad: 2de graad ASO Leerjaar: 1ste leerjaar Aantal lestijden/week: 1u/week Schooljaar: les leerplan
Nadere informatieAnatomie / fysiologie. Zenuwstelsel overzicht. Perifeer zenuwstelsel AFI1. Zenuwstelsel 1
Anatomie / fysiologie Zenuwstelsel 1 FHV2009 / Cxx56 1+2 / Anatomie & Fysiologie - Zenuwstelsel 1 1 Zenuwstelsel overzicht Encephalon = hersenen Spinalis = wervelkolom Medulla = merg perifeer centraal
Nadere informatieREGELING. 1 G o e d g e r e g e l d. 2 Z e n u w s t e l s e l
REGELING 1 G o e d g e r e g e l d In je lichaam gebeuren veel dingen te gelijk: je haalt adem, je beweegt je spieren, je hart klopt, reservevoedsel wordt opgeslagen, enzovoort. Het zenuwstelsel en het
Nadere informatieBescherming Evenwicht
Examen Voorbereiding Bescherming Evenwicht Teylingen College Leeuwenhorst 2015/2016 Thema 7 Bescherming en Evenwicht Begrippenlijst: Begrip Melanocyt Temperatuurregulatie Pathogenen Infectie Lichaamsvreemd
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 18 brainwave
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 18 brainwave Samenvatting door een scholier 3212 woorden 31 mei 2011 6,5 44 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar H18 Brainwave Licht weerkaatst op een onderwerp en
Nadere informatieHoofdstuk 1 Paragraaf 1 alles wat dieren en mensen doen of laten. een actie van binnen af (binnen het individu) waarop
Hoofdstuk 1 Paragraaf 1 Gedrag: Uitwendige prikkel: Inwendige prikkel: Sleutelprikkels: Signalen: Gedragseenheden: Gedragsketen: Gedragssysteem: Functies van gedrag: alles wat dieren en mensen doen of
Nadere informatieHOMEOSTASE. Biologie Havo. Docent: A. Sewsahai HENRY N. HASSENKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL]
HOMEOSTASE Biologie Havo HENRY N. HASSENKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] Docent: A. Sewsahai DOELSTELLINGEN De student moet aan het einde van de les de homeostase bij de mens kunnen beschrijven
Nadere informatie- Is een centrale hormoonklier die zich net onder de grote hersenen bevindt en een doorsnee van ongeveer één centimeter heeft.
Samenvatting door H. 1895 woorden 16 februari 2016 7,6 30 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Biologie H13: Hormonen Samenvatting 13.1 Hormoonklieren Hormoonklieren zijn organen die elders in het
Nadere informatieAntwoorden Biologie Deel 1: Hoofdstuk 9, Afweer
Antwoorden Biologie Deel 1: Hoofdstuk 9, Afweer Antwoorden door een scholier 1813 woorden 17 augustus 2010 5,8 5 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Hoofdstuk 9 9.1 (Deze paragraaf gaat over huid
Nadere informatieZenuwstelsel a3. Wat kun je hier intekenen wat goed weergeeft waar dit hoofdstuk over gaat?
Zenuwstelsel a3 Wat kun je hier intekenen wat goed weergeeft waar dit hoofdstuk over gaat? Bewustwording 1 Wanneer wordt een mens zich bewust van prikkels? A Als de prikkels worden omgezet in impulsen.
Nadere informatieSamenvatting Biologie H3+8
Samenvatting Biologie H3+8 Samenvatting door Marjolein 2704 woorden 20 december 2017 0 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie samenvatting hoofdstuk 3 en 8 https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-biologie-h38
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 13 en 14
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 en 14 Samenvatting door een scholier 1351 woorden 5 februari 2006 6, 18 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar H 13 In skeletspieren is het spierweefsel verdeeld
Nadere informatieZiekteverwekkende micro-organismen dringen via lichaamsopeningen het lichaam binnen:
IMMUNITEIT 1 Immuniteit Het lichaam van mens en dier wordt constant belaagd door organismen die het lichaam ziek kunnen maken. Veel van deze ziekteverwekkers zijn erg klein, zoals virussen en bacteriën.
Nadere informatieH7 Zintuigelijke waarneming:
Samenvatting door een scholier 1383 woorden 31 mei 2010 7,5 32 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou H7 Zintuigelijke waarneming: Een zintuig is een orgaan dat reageert op prikkels. -
Nadere informatiede productieplaats van groeihormoon 8 2. oorzaken van een groeihormoontekort 18 gemeten 24 symptomen van een tekort 30
Inhoud Inleiding 6 1. De hypofyse: de productieplaats van groeihormoon 8 2. oorzaken van een groeihormoontekort 18 3. Zo wordt een tekort aan groeihormoon gemeten 24 4. De functie van groeihormoon en de
Nadere informatieUit waarnemingen en voorbeelden de relatie prikkel- reactie vaststellen
School: Vak: AV Biologie Leerplan: D/2012/7841/004 Handboek: Biogenie 3.2 (leerboek + werkboek) Leerkracht: Graad: 2de graad ASO Leerjaar: 1ste leerjaar Aantal lestijden/week: 2u/week Schooljaar: les leerplan
Nadere informatieSamenvatting Biologie voor Jou 2A Thema 4 Waarnemen en regeling
Samenvatting Biologie voor Jou 2A Thema 4 Waarnemen en regeling 4.1 Zintuig = orgaan dat reageert op prikkels uit de omgeving Prikkel = invloed uit de omgeving van een organisme Alle zintuigen samen =
Nadere informatieCapabel Examens 2011 Pagina 1
1. Wat is de kleinste levende eenheid van een organisme? A) Een cel. B) Een orgaan. C) Een weefsel. 2. Bij welke levensverrichting van de cel speelt chromatine een belangrijke rol? A) Bij de prikkelbaarheid.
Nadere informatieSamenvatting Biologie H14 Reageren
Samenvatting Biologie H14 Reageren Samenvatting door Jacomijn 1512 woorden 20 maart 2018 7 3 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Samenvatting biologie H14 Reageren 14.1 Samenwerkende organen Spieren:
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 9
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9 Samenvatting door een scholier 2839 woorden 21 september 2003 7,5 27 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Paragraaf 9.1 Micro-organismen: verhinderen dat ziekteverwekkers
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 9 afweer
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9 afweer Samenvatting door een scholier 1970 woorden 31 mei 2011 7,4 6 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar HOOFDSTUK 9 Afweer Je afweersysteem maakt onderscheid
Nadere informatieThema 5 Regeling en waarneming
Thema 5 Regeling en waarneming Boek 5b Basisstof 1 Regelkringen en homeostase Evolutionair gezien is stress belangrijk; het zorgt ervoor dat je lichaam snel klaar wordt gemaakt om over te gaan tot actie
Nadere informatieWerkstuk Biologie Thema 5 t/m 7
Werkstuk Biologie Thema 5 t/m 7 Werkstuk door een scholier 2805 woorden 16 mei 2008 5,3 16 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie Thema 5 Transport Basisstof 1 De bloedsomloop
Nadere informatieSamenwerking van bepaalde stelsels vb. zintuigstelsel, hormoonstelsel om de omstandigheden van je lichaam constant te houden.
Samenvatting door W. 3226 woorden 3 december 2015 7,4 44 keer beoordeeld Vak Biologie 1. Regelkringen en homeostase Homeostase Samenwerking van bepaalde stelsels vb. zintuigstelsel, hormoonstelsel om de
Nadere informatieFysiologie / Hormonen Endocriene stelsel
Fysiologie / Hormonen Endocriene stelsel Hormoon = boodschapper Homao (grieks)= in beweging zetten. Hormonen worden geproduceerd door klieren en hebben een regelende functie. Hormoonwerking (Hypofyse)
Nadere informatievwo hormoonstelsel 2010
vwo hormoonstelsel 2010 Integratie In onderstaande afbeelding is schematisch de regulatie van een aantal animale en vegetatieve functies bij de mens weergegeven. Al deze functies spelen een rol bij het
Nadere informatieH2 Bouw en functie. Alle neuronen hebben net als gewone cellen een gewone cellichaam.
Soorten zenuw cellen Neuronen H2 Bouw en functie Alle neuronen hebben net als gewone cellen een gewone cellichaam. De informatie stroom kan maar in een richting vloeien, van dendriet naar het axon. Dendrieten
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 10.1-10.5 Samenvatting door Dave 2329 woorden 1 februari 2018 7,5 28 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar 10.1 Om in leven te blijven zijn er verschillende lichaamsprocessen
Nadere informatieauteurs ARTEUNIS BOS MARIANNE GOMMERS ONNO KALVERDA RUUD PASSIER THEO DE ROUW GERARD SMITS BEN WAAS RENÉ WESTRA
4 HAVO biologie voor jou uitwerkingenboek BIOLOGIE VOOR DE BOVENBOUW havo auteurs ARTEUNIS BOS MARIANNE GOMMERS ONNO KALVERDA RUUD PASSIER THEO DE ROUW GERARD SMITS BEN WAAS RENÉ WESTRA VIJFDE DRUK MALMBERG
Nadere informatie4,3. Samenvatting door een scholier 1547 woorden 28 februari keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 1547 woorden 28 februari 2014 4,3 5 keer beoordeeld Vak Biologie Bloed bestaat uit bloedplasma, in het bloedplasma drijven bloedcellen en bloedplaatjes. Waar bestaat bloedplasma
Nadere informatieToelatingsexamens en Ondersteunend Onderwijs
Toelatingsexamens en Ondersteunend Onderwijs VOORBLAD EXAMENOPGAVEN Toetsdatum: n.v.t. Vak: Biologie voorbeeldexamen 2015 Tijdsduur: 2 uur en 30 minuten De volgende hulpmiddelen zijn toegestaan bij het
Nadere informatie3. Wat gebeurt er met het kernmembraan in de eerste fase van de celdeling?
1. Welke stof beweegt zich het makkelijkst door het celmembraan? A) Eiwit. B) Vet. C) Water. 2. Waarbij zijn de centraallichaampjes van belang? A) Bij de celdeling. B) Bij de celgroei. C) Bij de celstofwisseling.
Nadere informatieProfielwerkstuk Biologie Invloed van kou op het concentratievermogen
Profielwerkstuk Biologie Invloed van kou op het concentratievermogen Profielwerkstuk door R. 1428 woorden 20 februari 2013 7,2 19 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Voorwoord Wij hebben
Nadere informatieEthologie. De studie van het gedrag. Doel : Nauwkeurig leren bestuderen van een gedragssysteem van een dier en het leren verwerken van de observaties.
Ethologie De studie van het gedrag Doel : Nauwkeurig leren bestuderen van een gedragssysteem van een dier en het leren verwerken van de observaties. Tijd : In het veld : 90 minuten Uitwerking : 60 minuten
Nadere informatieLes 18 Zenuwstelsel 1
Les 18 Zenuwstelsel 1 Zenuwweefsel, neuron, depolarisatie, neurotransmitters, CZS, vegatatief, sensorisch, motorisch ANZN 1e leerjaar - Les 18 - Matthieu Berenbroek, 2000-2011 1 Zenuwweefsel Cellen met
Nadere informatiewww.samengevat.nl voorbeeldhoofdstuk havo biologie
www.samengevat.nl voorbeeldhoofdstuk havo biologie www.samengevat.nl havo biologie Drs. E.J. van der Schoot Drs. A.N. Leegwater Voorwoord Beste docent, Voor u ligt een deel van de nieuwe Samengevat havo
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 13 en 14
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 en 14 Samenvatting door Amber 3849 woorden 22 april 2018 9,5 5 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Hoofdstuk 13 13.1 Hormoonklieren Hormoonklieren Hormoonklieren
Nadere informatieProefexamen ANATOMIE EN FYSIOLOGIE
Proefexamen ANATOMIE EN FYSIOLOGIE Deelexamen In dit proefexamen worden over de volgende onderwerpen vragen gesteld: zenuwstelsel hormoonstelsel zintuigen geslachtsorganen Beschikbare tijd: 45 minuten
Nadere informatie