Samenvatting Biologie Regeling

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Samenvatting Biologie Regeling"

Transcriptie

1 Samenvatting Biologie Regeling Samenvatting door een scholier 4050 woorden 12 juni ,1 295 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie samengevat: regeling (biologie voor jou) B1 Centrale zenuwstelsel bestaat uit: grote hersenen, kleine hersenen, hersenstam en ruggenmerg. Perifere zenuwstelsel bestaat uit: de zenuwen. de zenuwen verbinden het centrale zenuwstelsel met alle delen van het lichaam. Prikkel is een invloed uit het milieu op een organisme. Impulsen zijn een soort elektrische signalen, die door zenuwen kunnen worden voorgeleidt. onder invloed van prikkels ontstaan in zintuigcellen impulsen. Zintuigcellen worden receptoren genoemd (ontvangen) Zenuwcellen worden conductoren genoemd (voortgeleiden) Spiercellen en kliercellen worden effectoren genoemd (uitvoeren) Zenuwcellen ook wel neuronen genoemd. In het cellichaam bevinden zich de kern en het grootste deel van het cytoplasma met mitochondriën, ribosomen en endoplasmatisch reticulum. Door uitlopers worden impulsen voortgeleid. Een uitloper die impulsen naar het cellichaam toe geleidt heet een dendriet. Een uitloper die impulsen van het cellichaam af geleidt heet een axon. Bepaalde zenuwcellen zijn de uitlopers omgeven door een myelineschede (mergschede), die bestaat uit cellen van schwann. Die isoleert de uitlopers van sensorische en motorische zenuwcellen van elkaar (liggen bij elkaar in zenuw), deze laag zorgt ook voor bescherming. -Sensorische zenuwcellen: gevoelszenuwcellen. Geleiden impulsen van receptoren naar centrale zenuwstelsel. Ze liggen vlakbij het centrale zenuwstelsel. Ze hebben een lange dendriet en een korte axon. -Motorische zenuwcellen: bewegingszenuwcellen geleiden impulsen van centrale zenuwstelsel naar effetoren ze liggen in het centrale zenuwstelsel korte dendrieten en een lange axon -Schakelcellen geleiden impulsen binnen centrale zenuwstelsel. Pagina 1 van 10

2 Ontvangen impulsen van sensorische zenuwcellen en geven deze door aan motorische zenuwcellen. Schakelcellen kunnen ook impulsen doorgeven/ontvangen van andere schakelcellen. Ze liggen helemaal in het centrale zenuwstelsel. Synapsen: plaatsen waar impulsen worden doorgegeven van ene cel naar andere. Gevoelszenuw bevat alleen uitlopers van sensorische zenuwcellen b.v. oogzenuw de deze zenuwen geleiden impulsen van zintuigcellen in je oog naar het centrale zenuwstelsel. Bewegingszenuw bevat alleen uitlopers B2 Als een zenuwcel geen impuls voortgeleidt (zenuwcel in rust) is de ionenconcentratie van het cytoplasma niet gelijk aan die van de vloeistof rondom de cel. De binnenkant van het celmembraan heeft ten opzichte van de buitenkant een negatieve elektrische lading. Een impuls komt tot stand doordat de binnenkant heel even een positieve lading ten opzichte van de buitenkant krijgt door een toegediende prikkel. Dit word actiefase van een impuls genoemd. Na een actiefase komt een herstelfase dat houdt in dat er even geen impulsen kunnen voortgeleiden. Actie- en herstelfase duren ongeveer even lang. Impulssterkte is de grootte van de verandering die optreedt in de elektrische lading van het celmembraan, bij de mens is de impulssterkte voor alle zenuwcellen gelijk. Bij verschillende prikkelsterkte verschilt de impulsfrequentie. Impulsfrequentie is de hoeveelheid impulsen dat b.v. per seconde door de zenuwcel wordt voortgeleid. Sprongsgewijze impulsgeleiding: om bepaalde uitlopers zit een myelineschede daar zitten insnoeringen in. Alleen bij een insnoering kan de elektrische lading van het celmembraan heel even veranderen. Daardoor 'springt' een impuls als het ware van insnoering naar insnoering, daarom de naam sprongsgewijze impulsgeleiding. Dit verloopt veel sneller dan een impulsgeleiding in een uitloper zonder myelineschede De elektrische lading van het celmembraan van een zenuwcel 'in rust' kan op verschillende manieren kunstmatig worden verstoord. -mechanisch: door het aanraken met een micronaald -elektrisch: door een stroomstoot toe te dienen -chemisch: door bepaalde stoffen op het celmembraan te laten inwerken. Als een prikkelsterkte onder de drempelwaarde / prikkeldrempel ligt dan is de toegediende prikkel heel zwak waardoor de zenuwcel 'in rust' de elektrische lading van het celmembraan kan handhaven. Als de zenuwcel de elektrische lading van het celmembraan niet kan handhaven, ontstaat er een impuls, die word voortgeleid door de zenuwcel. Als er door een prikkel een impuls ontstaat, dan maakt het niet uit hoe sterk de prikkel is er zal altijd een even sterke impuls ontstaan. Prikkelsterkte heeft wel invloed op de impulsfrequentie: hoe sterker de prikkel, des te hoger is de impulsfrequentie. Als een zenuwcel kunstmatig word geprikkeld, worden in twee richtingen impulsen voortgeleid: naar het Pagina 2 van 10

3 uiteinde van de uitloper en naar het cellichaam. De impulsen worden in een richting doorgegeven aan andere cellen, de synaps laat impulsen in een richting door. De impulsoverdracht in synapsen kan o.a. door geneesmiddelen, genotmiddelen en drugs worden beïnvloed. Verslaving als de gebruiker geestelijk en lichamelijk afhankelijk van de stof wordt. Gewenning als de gebruiker steeds meer moet gebruiken van de stof om het zelfde effect te bereiken. B3 Ruggenmerg ligt goed beschermd in het wervelkanaal in de wervels. Van de halswervel tot aan het staartbeen verlaten 31 paar ruggenmergzenuwen het wervelkanaal, door openingen links en rechts tussen de wervels. Het ruggenmerg loopt van de bovenste wervel (de atlas) tot aan de tweede lendenwervel. Van af de tweede lendenwervel loopt door het wervelkanaal een waaier van ruggenmergszenuwen. In het midden van het ruggenmerg bevindt zich een vlindervormig gedeelte dat donkerder van kleur is dan het buitenste gedeelte. In de schors ( het buitenste gedeelte) ligt de witte stof hierin liggen veel uitlopers van schakelcellen. Deze uitlopers geleiden impulsen van en naar de hersenen. De witte kleur komt door de myelinescheden die om de uitlopers heen liggen. In het merg ( het vlindervormig gedeelte) ligt de grijze stof. Hierin liggen de cellichamen van schakelcellen en van motorische zenuwcellen. Ruggenmergzenuwen zijn gemengde zenuwen. Elke ruggenmergzenuw verbindt een bepaald gedeelte van de romp of ledematen met het ruggenmerg. Vlak bij het ruggenmerg splitsen de ruggenmergzenuwen zich. De uitlopers van sensorische zenuwcellen liggen bij elkaar in gevoelszenuwen, die aan de rugzijde het ruggenmerg binnenkomen. De verdikkingen in deze zenuwen heten ruggenmergzenuwknopen / spinale ganglia dit zijn opeenhopingen van zenuwcellichamen buiten het centrale zenuwstelsel. In de spinale ganglia liggen de cellichamen van sensorische zenuwcellen. De cellichamen van de sensorische zenuwcellen zijn door uitlopers verbonden met de grijze stof in het ruggenmerg. In de grijze stof liggen in het midden en aan de rugzijde cellichamen van schakelcellen, en aan de buikzijde cellichamen van motorische zenuwcellen. Uitlopers van motorische zenuwcellen verlaten het ruggenmerg aan de buikzijde in bewegingszenuwen. De bewegingszenuwen komen uit in de ruggenmergzenuwen. Het ruggenmerg is omgeven door drie ruggenmergvliezen. Hierdoor wordt het ruggenmerg beschermd en van bloed voorzien. In het midden van het merg is een holte, het centrale kanaal. Dit kanaal is gevuld met vocht en staat rechtstreeks in verbinding met de hersenholten. B4 Hersenen bestaan uit de groten hersenen, de kleine hersenen en de hersenstam. Twaalf paar hersenzenuwen verbinden de hersenen (hersenstam) met receptoren en effectoren in hoofd en hals. De grote hersenen en de kleine hersenen bestaan uit tweehelften. In de schors (buitenste gedeelte) ligt grijze stof, hierin liggen cellichamen van schakelcellen. In het merg (binnenste gedeelte) ligt witte stof, hierin liggen de uitlopers van schakelcellen. De hersenstam geleidt impulsen van het ruggenmerg naar de grote en kleine hersenen, en omgekeerd. De impulsen van de linker lichaamshelft worden naar de rechterhelft van de hersenen geleid, anders om Pagina 3 van 10

4 geld het zelfde. Door de hersenstam worden ook impulsen geleid van het hoofd en de hals naar de grote en kleine hersenen en in omgekeerde richting. In de grote hersenen komen veel impulsen aan, afkomstig van receptoren. Pas als deze impulsen in de grote hersenen zijn verwerkt, word je je bewust van een prikkel. De plaats in de grote hersenen waar een impuls worden verwerkt, ligt aan de aard van de waarnemingen die je doet. In de grote hersenen liggen de cellichamen van de schakelcellen in groepen bij elkaar: de hersencentra. We onderscheiden sensorische centra en motorische centra die liggen in beide hersenhelften. De meeste sensorische centra liggen bij elkaar in de hersenschors achter de centrale groeve. Sensorische centra voor reuk, gehoor en gezicht liggen apart in de hersenschors. In een sensorisch centrum worden binnenkomende impulsen verwerkt. Meeste motorische centra liggen bij elkaar in de hersenschors vóór de centrale groeve. Een motorisch centrum voor een bepaald lichaamsdeel ligt vlak voor het sensorisch centrum voor dat lichaamsdeel. De motorische centra voor schrijven en spreken liggen apart in hersenschors. In de motorische centra kunnen impulsen ontstaan, deze impulsen kunnen via de hersenstam en motorische zenuwcellen naar spieren in hoofd en hals worden geleid, of via ruggenmerg en motorische zenuwcellen naar spieren in romp en ledematen. Deze impulsen veroorzaken gewilde bewegingen. De kleine hersenen coördineren alle bewegingen van je lichaam. Je zintuigen (ogen) nemen allerlei veranderingen waar. In je kleine hersenen worden deze waarnemingen gecombineerd met je bewegingen. Kleine hersenen zorgen er ook voor dat je je evenwicht kunt handhaven. De hersenen zijn omgeven door drie hersenvliezen, deze beschermen de hersenen en voorzien ze van bloed. In de hersenen bevinden zich holten gevuld met hersenvocht, deze hersenholten staan in verbinding met het centrale kanaal van het ruggenmerg. B5 Bewuste reactie: een handeling die je bewust uitvoert. Reflex: een vaste, snelle, onbewuste reactie op een bepaalde prikkel. De weg die impulsen bij een reflex afleggen, wordt een reflexboog genoemd. Die bestaat uit een receptor, een deel van het zenuwstelsel en een effector. De reflexbogen van hoofd en hals verlopen via het ruggenmerg. De grote hersenen maken geen deel uit van reflexbogen, toch komen bij reflexen ook impulsen in grote hersenen aan. Sommige reflexen zijn betrokken ij het beschermen van je lichaam b.v. terugtrekreflex als je b.v. iets heets aanraakt. De meeste reflexen hebben een functie bij het handhaven van bepaalde houdingen van je lichaam en bij bewegingen. B6 Zenuwstelsel ingedeeld op grond van functie, onderscheiden daarbij het animale zenuwstelsel en autonome zenuwstelsel. Animale zenuwstelsel regelt vooral bewuste reacties en de reflexen. Hierbij zijn zintuigen en skeletspieren betrokken. Door het animale zenuwstelsel worden houding en beweging van je lichaam geregeld. Autonome (of vegetatieve) zenuwstelsel regelt vooral de werking van inwendige organen. Het autonome zenuwstelsel staat niet onder invloed van de wil. Het werkt nauw samen met het hormoonstelsel. Het autonome zenuwstelsel wordt onderverdeeld in een orthosympathisch deel en een parasympathisch Pagina 4 van 10

5 deel. Het orthosympathische deel beïnvloed de organen zodanig dat het lichaam arbeid kan verrichten. Hier voor is energie nodig. Het orthosympathische deel bevordert de dissimilatie. Dissimilatie alle processen waarbij energie wordt vrijgemaakt. Het parasympathische deel beïnvloedt de organen zodanig, dat het lichaam in een toestand van rust en herstel kan komen. Het parasympathische deel bevordert de assimilatie. Assimilatie worden organische stoffen gevormd waar uit je lichaam bestaat. Voor dit proces is energie nodig. Bij het orthosympathische deel worden impulsen vanuit het ruggenmerg via grensstrengen naar de organen geleid. Grensstrengen zijn twee reeksen van ganglia links en rechts van de wervelkolom. Vanuit deze ganglia lopen zenuwen naar de organen. Bij het parasympathische deel worden impulsen vooral via de linker en rechter zwervende zenuw voortgeleid. De zenuwen ontspringen in de hersenstam. Vertakkingen ervan lopen naar de organen. Doelwitorgaan is een orgaan dat door een bepaald deel van het centrale zenuwstelsel wort beïnvloed. Innervatie is de voorziening van een orgaan met zenuwen. Elk doelwitorgaan wordt geïnnerveerd door twee zenuwen van het autonome zenuwstelsel: een ortosympathische en een parasympathische zenuw. Dit word dubbele innervatie genoemd. Beide delen van het autonome zenuwstelsel zijn steeds actief, het hangt van de omstandigheden af welk deel op een bepaald moment de sterkste activiteit vertoont. Centra in de hersenstam coördineren de activiteiten van het autonome zenuwstelsel. B7 Bewegingen worden veroorzaakt doordat spieren zich samentrekken. Twee soorten spierweefsel: glad spierweefsel en dwarsgestreept spierweefsel. Glad spierweefsel bestaat uit langwerpige spiercellen, elk met een celkern. Het komt voor in de huid en in de wand van buisvormige of holle organen. Glad spierweefsel wordt geïnnerveerd door het autonome zenuwstelsel. De samentrekkingen verlopen relatief traag, de spiercellen raken niet snel vermoeid. Dwarsgestreept spierweefsel, bestaat uit spiervezels, die ontstaan door versmelting van vele spiercellen een spervezel bevat dan ook vele celkernen. Veel dwarsgestreepte spieren zitten vast aan delen van het skelet (skeletspieren), sommige spieren zitten met een of beide uiteinden vast aan de huid (huidspieren). Dwarsgestreept spierweefsel wordt geïnnerveerd door het animale zenuwstelsel. De samentrekking verloopt snel, maar de spiervezels raken snel vermoeid. Een skeletspier is omgeven door bindweefsel (spierschede). Aan beide uiteinden van de spier gaat het bindweefsel van de spierschede over in het bindweefsel van pezen. Een skeletspier bestaat uit een aantal spierbundels, elk omgeven door een laag bindweefsel. Een spierbundel bestaat uit een aantal spiervezels. De spieren ontvangen impulsen van motorische zenuwcellen, het axon van een motorische zenuwcel is aan het eind vertakt. Een vertakking eindigt in een motorisch eindplaatje. Daar worden impulsen van de motorische zenuwcel overgebracht op een spiervezel. De vertakkingen van een axon kunnen naar motorische eindplaatjes op verschillende Pagina 5 van 10

6 spiervezels lopen, alle spierezels die via motorische eindplaatjes in verbinding staan met één motorische zenuwcel, vormen samen een motorische eenheid. Onder invloed van impulsen van motorische zenuwcellen kunnen spiervezels zich samentrekken. Net als zenuwcellen hebben spiervezels een prikkeldrempel, die hangt samen met de impulsfrequentie in de motorische zenuwcellen. De prikkeldrempel van alle spiervezels van één motorische eenheid is gelijk. In een spier kunnen motorische eenheden een verschillende prikkeldrempel hebben. De samentrekking van spiervezels verloopt volgens de alles- of niets- wet, als de prikkeldrempel overschreden is, trekken alle spiervezels van de motorische eenheid zich samen. De samentrekking is altijd maximaal. De samentrekking van een spier als geheel kan krachtig of minder krachtig zijn, afhankelijk van het aantal motorische eenheden dat zich tegelijkertijd samentrekt. In een spiervezel zitten een groot aantal spierfibrillen. Tussen de spierfibrillen bevinden zich veel mitochondriën en glycogeenkorrels, in de glycogeenkorrels is de reservestof glycogeen opgeslagen. Elke spierfibril bestaat uit een groot aantal eiwitdraden: de filamenten. Er zijn dunnen filamenten die bestaan uit het eiwit actine en dikke filamenten die bestaan uit het eiwit myosine. De actine- en myosinefilamenten liggen in een regelmatig patroon. Hierdoor is een spiervezel onder de microscoop een dwarse streping zichtbaal van lichte en donkere banden. Als impulsen via een motorisch eindplaatje in een spiervezel aankomen, schuiven de actine- en myosinefilamenten in elkaar. Hierdoor wordt de spiervezel korter. De lichte banden van de dwarse streping worden dan zeer smal; de donkere banden blijven even breed. Voor het in elkaar schuiven van de actine- en myosinefilamenten is energie nodig. Die energie komt vooral vrij door dissimilatie (verbranding) van glucose. Het in de glycogeenkorrels opgeslagen glycogeen kan worden omgezet in glucose. Naar elke spier lopen een groot aantal motorische zenuwcellen. Deze geleiden hun impulsen niet gelijktijdig. Als sommige motorische eenheden zich samentrekken ontspannen andere zich. Hierdoor wordt een snelle vermoeidheid van de spier tegengegaan. In een normale, ontspannen toestand is een skeletspier niet helemaal ontspannen. Via elke motorische zenuwcel wordt zo nu en dan een impuls voortgeleid. De aangesloten motorische eenheid trekt zich samen. Het aantal motorische eenheden is te klein om een beweging te veroorzaken. De spier oefent daardoor een lichte kracht uit op de aanhechtingsplaatsen van de pezen. Deze kracht wordt de spierspanning genoemd. Reflexen spelen ook een rol bij het handhaven ven de lichaamshouding. B.v. bij het rechtop staan als je iets naar voren helt dan trekken de kuispieren zich in een reflex samen, zonder dat je je daar bewust van bent. Antagonisten zijn spieren waarvan het samentrekken een tegengesteld effect heeft, b.v. biceps en de triceps. Regelmatige lichaamsbeweging houdt de spieren in een goede conditie, ook raken de spieren minders snel geblesseerd en wordt de kans op bepaalde ziekten kleiner. Het beste resultaat als je drie keer per week een half uur traint. Door training kunnen de skelet spieren betere prestaties leveren. Als er op kracht wordt getraind worden de spieren zwaarder, de spieren krijgen dan meer spiervezels en het aantal filamenten in de spierfibrillen Pagina 6 van 10

7 neemt toe. Als er op uithoudingsvermogen wordt getraind neemt voor al de doorbloeding van de spieren toe, ze worden dan niet zwaarder. Doping wordt gebruikt om betere prestaties te kunnen leveren. Om de spierkracht te vergroten worden spierversterkende middelen gebruikt, deze bevatten vaak anabole steroïden, die hebben een vergelijkbare molecuulbouw en werking als het mannelijke geslachtshormoon (testosteron). De eiwitsynthese, de groei van spieren en de vorming van bloedcellen worden gestimuleerd. Om het gebruik van die stoffen tegen te gaan op wedstrijden wordt er dopingcontrole gehouden, dan wordt de urine van de sporters onderzocht. B8 Het hormoonstelsel bestaat uit een aantal hormoonklieren (endocriene klieren) die produceren hormonen. Belangrijke hormoonklieren in je lichaam zijn de hypofyse, de schildklier, de eilandjes van Langerhans, de bijnieren en de hormoonklieren in de geslachtsorganen (geslachtsklieren). Bij veel klieren worden de producten afgevoerd via afvoerbuizen. Hormoonklieren hebben geen afvoerbuizen. Hormoonklieren geven de hormonen meestal af aan het bloed dat door de hormoonklier stroomt. Via het bloed komen de hormonen in het hele lichaam. De hormonen zijn alleen werkzaam in de organen die er gevoelig voor zijn: de doelwitorganen. De mate van de reactie van een doelwitorgaan wordt bepaald door de concentratie van het hormoon in het bloed. Deze concentratie wordt de hormoonspiegel genoemd. Één hormoon kan processen in meerdere doelwitorganen regelen. Hormonen worden door de lever afgeroken, en worden dan ook steeds opnieuw geproduceerd. Het hormoonstelsel werkt nauw samen met het autonome zenuwstelsel. Het zenuwstelsel regelt snelle, kort durende processen, het hormoonstelsel vooral langzame, langdurige processen. Gecastreerd is de testes verwijderd. De hypofyse ligt tussen de beide hersenhelften. De hypofyse bestaat uit twee gedeelten: de voorkwab en de achterkwab. De hypofyse produceert enkele hormonen die de werking van andere hormoonklieren beïnvloeden. De hypofyse produceert o.a. oxytocine, groeihormoon en antiduretichs hormoon. Het antidiurtisch hormoon (adh) regelt de productie van urine door de nieren. Met urine kan de osmotische waarde van het bloed constant worden gehouden. Het groeihormoon (gh) regelt de groei en ontwikkeling. De secretie van hormonen door de hypofyse wordt geregeld door de hypothalamus, die ligt boven de hypofyse. De hypothalamus produceert verschillende hormonen die de secretie van hormonen door de hypofyse stimuleren of remmen. De schildklier ligt in de hals, voor het strottenhoofd, tegen de luchtpijp. De schildklier produceert het hormoon thyroxine, dat beïnvloedt de stofwisseling en de groei en ontwikkeling. Als de schildklier te veel thyroxine produceert dan wordt de intensiteit van de stofwisseling verhoogd dan wordt die gene rusteloos en vermagerd, als er te weinig wordt geproduceerd dan krijgt zon iemand het gauw koud en wordt snel moe, bij kinderen ontstaat dan een stilstand in de geestelijke en lichamelijke ontwikkeling. Struma (kropgezwel): als bij een volwassene te weinig thyroxine wordt geproduceerd dan kan de schildklier zich sterk vergroten. Dit kan komen doordat er te weinig jood in het eten zit, jood is noodzakelijk voor vorming van thyroxine. Pagina 7 van 10

8 TSH uit hypofyse stimuleert de vorming van schildklierweefsel en de secretie van thyroxine. Thyroxine remt de secretie van TSH. Als bijv. de concentratie van thyroxine in het bloed daalt, wordt de secretie van TSH minder geremd. Doordat de concentratie van TSH in het bloed stijgt, wordt de secretie van thyroxine gestimuleerd, daardoor stijgt de concentratie van thyroxine in het bloed weer. Dit regelmechanisme wordt negatieve terugkoppeling genoemd. De eilandjes van Langerhans zijn groepjes cellen die tussen de cellen van de alvleesklier liggen. De alvleesklier is een verteringsklier. De eilandjes van Langerhans produceren de hormonen insuline en glucagon. Deze hormonen regelen het glucosegehalte van het bloed. In voedsel vrijwel altijd koolhydraten voor, die worden verteerd tot o.a. glucose, dat wordt door de wand van de dunne darm heen opgenomen in het bloed. Bloed bevat gemiddeld 0,1% glucose, glucosegehalte van het bloed wordt ook wel bloedsuikerspiegel genoemd. Onder invloed van insuline en glucagon wordt de bloedsuikerspiegel constant gehouden. Als glucosegehalte van bloed stijgt, produceren de eilandjes van Langerhans meer insuline en minder glucagon. Onder invloed van insuline wordt in de lever en in spieren glucose omgezet in glycogeen, dit wordt daar opgeslagen. Als er te weinig insuline wordt gevormd, kan glucosegehalte van het bloed tot max 0,16% stijgen deze concentratie noemt men de nierdrempel. Bij overschrijding van deze concentratie verlaat glucose met de urine het lichaam, wat bij suikerziekte (diabetes mellitus) het geval is. Om het insulinetekort aan te vullen kan insuline worden toegediend, door insuline in te spuiten. Die insuline wordt verkregen door bacteriën te kweken. De bijnieren liggen als kapjes boven op de nieren. Het bijniermerg (het binnenste gedeelte van de bijnieren) produceer het hormoon adrenaline. Adrenaline wordt geproduceerd als je woedend of angstig of schrikt. Het hormoon heeft een snelle korte werking. Onder invloed van dadrenaline wordt in de lever en in spieren glycogeen omgeet in glucose, verder wordt de hartslag- en ademfrequentie verhoogd en verwijden de bloedvaten naar de skeletspieren en naar de hersenen zich. De verteringsorganen worden in hun werking geremd. V1 Met drugs worden in het algemeen stoffen bedoeld waarvan het gebruik en de verhandeling wettelijk is verboden. Softdrugs (hasj marihuana)en harddrugs (cocaïne, heroïne, XTC) Softdrugs werken in het algemeen niet verslavend. Als softdrugs matig wordt gebruikt krijg je een licht gevoel in je hoofd (high). Als je meer gebruikt. Krijg je een loof en suf gevoel (stoned). Je kunt ook neerslagtig worden of in paniek raken (flippen). Vooral de combinatie van softdrugs en alcohol kan verkeerd uitvallen. Het roken van softdrugs even schadelijk als tabak. Harddrugs werken meestal sterk verslavend, de gebruiker wordt geestelijk en lichamelijk afhankelijk. Bovendien treed er gewenning op, de gebruiker moet steeds meer gebruiken voor het zelfde effect. Harddrugs zijn schadelijk voor de gezondheid, ze kunnen leiden tot beschadiging van nieren, lever en hersenen. Een junk zal alles ervoor over hebben om aan drugs te komen. Het leven van een junk draait om drugs en er van af te komen (afkicken) is nauwelijks mogelijk zonder hulp. Vooral omdat een verslaafde Pagina 8 van 10

9 dan hevige ontwenningsverschijnselen krijgt b.v. koorts, pijn, misselijkheid en slapeloosheid. Clean blijven niet te gebruiken, als je bent afgekickt. Gedoogbeleid wil zeggen dat het verhandelen van softdrugs oogluikend wordt toegestaan maar wel onder bepaalde voorwaarden, handel in coffeeshops. V2 Matig gebruik van alcohol is niet schadelijk voor de gezondheid. Maar chronisch gebruik is wel schadelij en werkt verslavend. Alcohol wordt vooral in de maag en dunne darm in het bloed opgenomen. Op een lege maag wordt de alcohol sneller in het bloed opgenomen dan na een maaltijd. In de lever wordt alcohol gedissimileerd. Het drinken van koffie of eten van haring zorgt er niet voor dat je weer wat nuchterder wordt, dat wordt bepaald door de aanwezige enzymen. Bij gelijke alcohol consumptie tussen mannen en vrouwen, is de alcoholconcentratie in het bloed van vrouwen hoger en krijgen sneller lever afwijkingen. Dit komt doordat mannen in hun maag de concentratie van een bepaald alcoholafbrekend enzym veel hoger is. Een deel komt daardoor niet bij mannen in het bloed terecht. Door alcohol ga je je ontspannender voelen, vrolijker en krijg je meer zelfvertrouwen. In werkelijkheid hoor en zie en beweeg je minder goed, je reactievermogen neemt af. Je bent dan aangeschoten als je meer drinkt wordt je dronken. Dan worden de kleine hersenen in hun werking geremd. Als je aan het verkeer deelneemt dan mag je niet meer dan 0,5 promillage in je bloed hebben, dit wordt getest met een blaastest. Een alcoholgehalte van 220 micrograp per liter uitgeademde lucht komt overeen met een alcoholgehalte van 0,5 milligram per milliliter bloed. Langdurig overmatig alcoholgebruik leidt tot verslaving. Verslaafde mensen lopen een groter risico op bepaalde ziektes bijv. in de mond, keel en slokdarm kan kanker ontstaan. In het maagslijmvlies kunnen ontstekingen ontstaan die kunnen leiden tot maagzweer, dit komt meer voor bij mensen die gedestilleerd dan bij bierdrinkers. Dan wordt de wand van de dunne darm door overmatig alcoholgebruik aangetast, dit kan leiden tot verminderde opname van voedingsstoffen. Ook treed bij veel alcoholverslaafden levercirrose op, is een chronische aandoening van de lever waarbij levercellen te gronde gaan en worden vervangen door bindweefsel, de lever gaat zo minder goed functioneren. Er kunnen dan problemen optreden met bloedstolling of bepaalde geneesmiddelen kunnen vergiftigingsverschijnselen veroorzaken. Bij langdurig overmatig alcoholgebruik kun je het Syndroom van Korsakov krijgen, dit houdt in dat er te weinig myeline om de zenuwceluitlopers wordt gevormd, doordat je te weinig vitamine B1 binnen krijgt. Ook kun je te weinig eiwitten binnen krijgen. Bij zwangere vrouwen die alcohol gebruiken kan het placenta minder goed gaan werken, bij het embryo kan er een groei achterstand optreden, vooral in de eerste weken van de zwangerschap. V3 Reflexen kunnen getest worden met de kniepeesreflex of voetzoolreflex, de arts strijkt dan langs de voetzool vanaf de hiel naar de kleine teen de tenen krommen zich dan. Werking van je hersenen kan worden onderzocht met een elektro-encephalogram (EEG), er worden elektronen op je hoofd geplaatst, die zijn verbonden met een apparaat die registreert hoe de hersenen werken. Pagina 9 van 10

10 Ook kan er een hersenscan worden gemaakt, er worden dan röntgenfoto's gemaakt van je hersenen, zo kunnen je hele hersens in beeld worden gebracht. Nog een manier om onderzoek te doen naar werking van zenuwstelsel is de ruggenprik of lumbaalpunctie. Van de zenuwen die het wervelkanaal lager dan de tweede lendenwervel verlaten liggen de cellichamen van de zenuwcellen bij de eerste lendenwervel. De uitlopers liggen in een bundel bij elkaar (paardenstaart). Om het ruggenmerg liggen drie vliezen. Bij de paardenstaart is er ruimte tussen de uitlopers en deze ruggenmergsvliezen. Deze ruimte is gevuld met vocht. Dit vocht staat via het centrale kanaal in het ruggenmerg in verbinding met het hersenvocht. Door deze verbinding vormen het hersenvocht en het ruggenmergsvocht een geheel. Bij een ruggenprik wordt er met een naald wat ruggenmergsvocht weggehaald, dit gebeurt bijna altijd tussen de derde en vierde lendenwervel, omdat daar de zenuwen makkelijk aan de kant gaan. Door het vocht te onderzoeken kan er van alles geconcludeerd worden. Ook kan er wat weggehaald worden om druk die op de hersenen of het ruggenmerg is ontstaan, te verlichten. Pagina 10 van 10

Samenvatting Biologie Regeling

Samenvatting Biologie Regeling Samenvatting Biologie Regeling Samenvatting door P. 1319 woorden 20 maart 2016 10 1 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie samenvatting Regeling SE2 Het zenuwstelsel Het zenuwstelsel

Nadere informatie

Zenuwcellen. Samenvatting door een scholier 2435 woorden 24 juni keer beoordeeld

Zenuwcellen. Samenvatting door een scholier 2435 woorden 24 juni keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 2435 woorden 24 juni 2007 7 45 keer beoordeeld Vak Biologie 1. Het zenuwstelsel. Bestaat uit: centrale zenuwstelsel: hersenen, hersenstam, ruggenmerg. Perifere zenuwstelsel:

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Zintuigelijke waarneming

Samenvatting Biologie Zintuigelijke waarneming Samenvatting Biologie Zintuigelijke waarneming Samenvatting door T. 2587 woorden 15 januari 2013 4,8 3 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Onderscheiding zenuwstelsel op grond van bouw

Nadere informatie

Normwaarde = is een waarde die je af leest, zoals bij de thermostaat, zie je 19 graden staan dan is dat de normwaarde. Zo warm moet het zijn.

Normwaarde = is een waarde die je af leest, zoals bij de thermostaat, zie je 19 graden staan dan is dat de normwaarde. Zo warm moet het zijn. Boekverslag door E. 1602 woorden 17 maart 2014 6.8 55 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie samenvatting paragraaf 1 Een regelkring = is een kring van meerdere apparaten die samen

Nadere informatie

3 keer beoordeeld 15 maart Regelkring van de lichaamstemperatuur is homeostase. Homeostase is een voorbeeld van zelfregulatie.

3 keer beoordeeld 15 maart Regelkring van de lichaamstemperatuur is homeostase. Homeostase is een voorbeeld van zelfregulatie. 7 Boekverslag door H. 1590 woorden 3 keer beoordeeld 15 maart 2016 Vak Biologie Methode Biologie voor jou Biologie Thema 6 Bassisstof 1 Regelkringen en homeostase Een sensor à Normwaarde: De afgestelde

Nadere informatie

Samenvattingen. Samenvatting Thema 6: Regeling. Basisstof 1. Zenuwstelsel regelt processen:

Samenvattingen. Samenvatting Thema 6: Regeling. Basisstof 1. Zenuwstelsel regelt processen: Samenvatting Thema 6: Regeling Basisstof 1 Zenuwstelsel regelt processen: - regelen werking spieren en klieren - verwerking van impulsen van zintuigen Zintuigcellen: - staan onder invloed van prikkels

Nadere informatie

H.6 regeling. Samenvatting

H.6 regeling. Samenvatting H.6 regeling Samenvatting Zenuwstelsel Het zenuwstelsel bestaat uit: Centrale zenuwstelsel ( bestaat uit: grote hersenen, kleine hersenen, hersenstam en ruggenmerg Zenuwen Functies van zenuwstelsel: Verwerken

Nadere informatie

DOCENT: A. SEWSAHAI Havo HENRY N. HASSANKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] Thema: Regeling

DOCENT: A. SEWSAHAI Havo HENRY N. HASSANKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] Thema: Regeling DOCENT: A. SEWSAHAI Havo HENRY N. HASSANKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] Thema: Regeling Doelstellingen: De student moet: de bouw en functies van het zenuwstelsel kunnen beschrijven de functies

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Thema 6

Samenvatting Biologie Thema 6 Samenvatting Biologie Thema 6 Samenvatting door Saar 879 woorden 10 april 2018 0 keer beoordeeld Vak Biologie Aantekeningen Biologie P3: Homeostase en regelkringen: Bij meercellige organismen: de cellen

Nadere informatie

Regeling. Regeling is het regelen van allerlei processen in het lichaam. Regeling vindt plaats via twee orgaanstelsels: Zenuwstelsel.

Regeling. Regeling is het regelen van allerlei processen in het lichaam. Regeling vindt plaats via twee orgaanstelsels: Zenuwstelsel. Regeling Regeling is het regelen van allerlei processen in het lichaam. Regeling vindt plaats via twee orgaanstelsels: (1) Zenuwstelsel (2) Hormoonstelsel Verschillen in bouw en functie: bestaat uit functie

Nadere informatie

6.6. Boekverslag door D woorden 26 juni keer beoordeeld. Biologie voor jou. Biologie thema 5, Homeostase

6.6. Boekverslag door D woorden 26 juni keer beoordeeld. Biologie voor jou. Biologie thema 5, Homeostase Boekverslag door D. 2035 woorden 26 juni 2011 6.6 69 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie thema 5, Homeostase 1. Elke cel van je lichaam is omgeven door weefselvloeistof. Weefsel

Nadere informatie

7,3. Het zenuwstelsel. Zenuwcellen en zenuwen. Samenvatting door een scholier 1716 woorden 24 februari keer beoordeeld

7,3. Het zenuwstelsel. Zenuwcellen en zenuwen. Samenvatting door een scholier 1716 woorden 24 februari keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 1716 woorden 24 februari 2008 7,3 67 keer beoordeeld Vak Biologie Biologie Samenvatting Thema 7: Regeling en gedrag Het zenuwstelsel Bij het waarnemen speelt het zenuwstelsel

Nadere informatie

6,4. Samenvatting door N woorden 6 november keer beoordeeld. Biologie voor jou. Biologie H5 Homeostase

6,4. Samenvatting door N woorden 6 november keer beoordeeld. Biologie voor jou. Biologie H5 Homeostase Samenvatting door N. 1886 woorden 6 november 2010 6,4 16 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie H5 Homeostase Paragraaf 1 Interne milieu: weefselvloeistof samen met bloedplasma

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 6 + 9: Regeling en Gedrag

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 6 + 9: Regeling en Gedrag Samenvatting Biologie Hoofdstuk 6 + 9: Regeling en Gedrag Samenvatting door R. 858 woorden 19 juni 2014 7 7 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Zintuig = orgaan dat reageert op prikkels

Nadere informatie

H5 Begrippenlijst Zenuwstelsel

H5 Begrippenlijst Zenuwstelsel H5 Begrippenlijst Zenuwstelsel acetylcholine Vaak voorkomende neurotransmitter, bindt aan receptoren en verandert de permeabiliteit van het postsynaptische membraan voor specifieke ionen. animatie synaps

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Regeling en waarneming

Samenvatting Biologie Regeling en waarneming Samenvatting Biologie Regeling en waarneming Samenvatting door een scholier 2011 woorden 9 december 2017 7,2 4 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie SMV hft 6 havo 4 1 Homeostase:

Nadere informatie

Werkstuk Biologie Regeling en Gedrag.

Werkstuk Biologie Regeling en Gedrag. Werkstuk Biologie Regeling en Gedrag. Werkstuk door een scholier 2029 woorden 5 oktober 2007 6,1 24 keer beoordeeld Vak Biologie 1 Het zenuwstelsel. Het zenuwstelsel bestaat uit het centrale zenuwstelsel

Nadere informatie

Beide helften van de hersenen zijn met elkaar verbonden door de hersenbalk. De hersenstam en de kleine hersenen omvatten de rest.

Beide helften van de hersenen zijn met elkaar verbonden door de hersenbalk. De hersenstam en de kleine hersenen omvatten de rest. Biologie SE4 Hoofdstuk 14 Paragraaf 1 Het zenuwstelsel kent twee delen: 1. Het centraal zenuwstelsel bevindt zich in het centrum van het lichaam en bestaat uit de neuronen van de hersenen en het ruggenmerg

Nadere informatie

Examentrainer. Vragen vmbo-bk. Scan

Examentrainer. Vragen vmbo-bk. Scan THEMA 4 REGELING EXAMENTRAINER OEFENVRAGEN 3 VMBO-bk Examentrainer Vragen vmbo-bk Scan In een Engelse folder staat informatie over een bepaald apparaat. Hiermee kan het centrale zenuwstelsel onderzocht

Nadere informatie

V5 Begrippenlijst Hormonen

V5 Begrippenlijst Hormonen V5 Begrippenlijst Hormonen ADH Hormoon dat de terugresorptie van water in de nierkanaaltjes stimuleert. adrenaline Hormoon dat door het bijniermerg wordt afgescheiden. Adrenaline wordt ook door zenuwvezels

Nadere informatie

REGELING. 1 G o e d g e r e g e l d. 2 Z e n u w s t e l s e l

REGELING. 1 G o e d g e r e g e l d. 2 Z e n u w s t e l s e l REGELING 1 G o e d g e r e g e l d In je lichaam gebeuren veel dingen te gelijk: je haalt adem, je beweegt je spieren, je hart klopt, reservevoedsel wordt opgeslagen, enzovoort. Het zenuwstelsel en het

Nadere informatie

Onwillekurig of Autonoom Ingedeeld in parasympatisch en orthosympatisch

Onwillekurig of Autonoom Ingedeeld in parasympatisch en orthosympatisch Paragraaf 8.1 en 8.2 perifere zenuwstelsel Uitlopers van zenuwcellen buiten de hersenen en het ruggenmerg centrale zenuwstelsel Zenuwcellen en uitlopers in hersenen en ruggenmerg autonome zenuwstelsel

Nadere informatie

De hersenen, het ruggenmerg en hun bloedvaten worden beschermd door drie vliezen.

De hersenen, het ruggenmerg en hun bloedvaten worden beschermd door drie vliezen. Samenvatting door R. 1795 woorden 30 maart 2016 6,7 11 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Biologie samenvatting hoofdstuk 14 zenuwstelsel 14.1 centraal zenuwstelsel het zenuwstelsel bestaat uit

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Thema 4:

Samenvatting Biologie Thema 4: Samenvatting door L. 717 woorden 19 juni 2013 4,8 5 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Samenvatting Biologie Thema 4: Zintuig Ligging Prikkel Waarneming Gezichts~ In de ogen Licht Zien

Nadere informatie

Samenwerking van bepaalde stelsels vb. zintuigstelsel, hormoonstelsel om de omstandigheden van je lichaam constant te houden.

Samenwerking van bepaalde stelsels vb. zintuigstelsel, hormoonstelsel om de omstandigheden van je lichaam constant te houden. Samenvatting door W. 3226 woorden 3 december 2015 7,4 44 keer beoordeeld Vak Biologie 1. Regelkringen en homeostase Homeostase Samenwerking van bepaalde stelsels vb. zintuigstelsel, hormoonstelsel om de

Nadere informatie

6,7. Samenvatting door een scholier 1580 woorden 20 juni keer beoordeeld

6,7. Samenvatting door een scholier 1580 woorden 20 juni keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 1580 woorden 20 juni 2011 6,7 3 keer beoordeeld Vak Biologie Les 1. - Organen zorgen bijvoorbeeld voor je bloedsomloop, spijsvertering en uitscheiding. - Onder alle omstandigheden

Nadere informatie

Samenvatting door Hidde 506 woorden 31 maart keer beoordeeld. Biologie Hoofdstuk 14: Zenuwstelsel Centraal zenuwstelsel

Samenvatting door Hidde 506 woorden 31 maart keer beoordeeld. Biologie Hoofdstuk 14: Zenuwstelsel Centraal zenuwstelsel Samenvatting door Hidde 506 woorden 31 maart 2017 0 keer beoordeeld Vak Biologie Biologie Hoofdstuk 14: Zenuwstelsel 14.1 Centraal zenuwstelsel Zenuwstelsel bestaat uit 2 delen: - centraal zenuwstelsel

Nadere informatie

2. Van welke van de onderstaande factoren is de hartslagfrequentie NIET afhankelijk? a. de wil b. lichamelijke activiteiten c.

2. Van welke van de onderstaande factoren is de hartslagfrequentie NIET afhankelijk? a. de wil b. lichamelijke activiteiten c. Take-home toets Thema 4.6 Anatomie en fysiologie van het centrale en perifere zenuwstelsel 1. Door activiteiten van de nervus vagus wordt a. de hartslagfrequentie verhoogd b. de hartslagfrequentie verlaagd

Nadere informatie

Samenvatting Biologie hoofdstuk 14 - zenuwstelsel

Samenvatting Biologie hoofdstuk 14 - zenuwstelsel Samenvatting Biologie hoofdstuk 14 - zenuwstelsel Samenvatting door een scholier 1962 woorden 5 oktober 2016 7,1 11 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Biologie hoofdstuk 14 Zenuwstelsel 14.1 Centraal

Nadere informatie

GEZONDHEIDSKUNDE-AFP LES 1. Het zenuwstelsel

GEZONDHEIDSKUNDE-AFP LES 1. Het zenuwstelsel GEZONDHEIDSKUNDE-AFP LES 1 Het zenuwstelsel 1 INLEIDING Zenuwstelsel Bouw en ligging van het zenuwstelsel Het centrale zenuwstelsel Het perifere zenuwstelsel Werking van het zenuwstelsel Het willekeurige

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 14 Zenuwstelsel

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 14 Zenuwstelsel Samenvatting Biologie Hoofdstuk 14 Zenuwstelsel Samenvatting door Elin 1218 woorden 9 april 2018 7,9 8 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Biologie Hoofdstuk 14 14.1 * Het zenuwstelsel bestaat

Nadere informatie

DOCENT: A. SEWSAHAI VWO KLASSE 6

DOCENT: A. SEWSAHAI VWO KLASSE 6 DOCENT: A. SEWSAHAI VWO KLASSE 6 HENRY N. HASSANKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] ARTHUR A. HOOGENDOORN ATHENEUM - VRIJE ATHENEUM - AAHA De student moet: de bouw en functies van het zenuwstelsel

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 en 14

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 en 14 Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 en 14 Samenvatting door een scholier 1351 woorden 5 februari 2006 6, 18 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar H 13 In skeletspieren is het spierweefsel verdeeld

Nadere informatie

Zenuwstelsel a3. Wat kun je hier intekenen wat goed weergeeft waar dit hoofdstuk over gaat?

Zenuwstelsel a3. Wat kun je hier intekenen wat goed weergeeft waar dit hoofdstuk over gaat? Zenuwstelsel a3 Wat kun je hier intekenen wat goed weergeeft waar dit hoofdstuk over gaat? Bewustwording 1 Wanneer wordt een mens zich bewust van prikkels? A Als de prikkels worden omgezet in impulsen.

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Zenuwstelsel

Samenvatting Biologie Zenuwstelsel Samenvatting Biologie Zenuwstelsel Samenvatting door een scholier 2341 woorden 5 februari 2009 6,5 30 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie Interactief Samenvatting Biologie 1 Inleiding Zintuigen

Nadere informatie

Thema 5 Regeling en waarneming Doelstelling 1 Homeostase bij de mens Homeostase Dynamisch evenwicht Homeostatische regelkringen

Thema 5 Regeling en waarneming Doelstelling 1 Homeostase bij de mens Homeostase Dynamisch evenwicht Homeostatische regelkringen Thema 5 Regeling en waarneming Doelstelling 1 Homeostase bij de mens Homeostase : het min of meer constant houden van de omstandigheden (het interne milieu) in een organisme door middel van regelkringen

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 3: Zintuigen, zenuwstelsel en spieren

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 3: Zintuigen, zenuwstelsel en spieren Samenvatting Biologie Hoofdstuk 3: Zintuigen, zenuwstelsel en spieren Samenvatting door een scholier 2452 woorden 7 mei 2012 6,9 51 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie Interactief Paragraaf 1

Nadere informatie

Samenvatting Biologie voor Jou 2A Thema 4 Waarnemen en regeling

Samenvatting Biologie voor Jou 2A Thema 4 Waarnemen en regeling Samenvatting Biologie voor Jou 2A Thema 4 Waarnemen en regeling 4.1 Zintuig = orgaan dat reageert op prikkels uit de omgeving Prikkel = invloed uit de omgeving van een organisme Alle zintuigen samen =

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 Hormonen

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 Hormonen Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 Hormonen Samenvatting door Elin 1039 woorden 4 april 2018 9,5 8 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Biologie Hoofdstuk 13 13.1 * Hormoonklieren = organen die

Nadere informatie

Samenvatting Biologie H14 Reageren

Samenvatting Biologie H14 Reageren Samenvatting Biologie H14 Reageren Samenvatting door Jacomijn 1512 woorden 20 maart 2018 7 3 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Samenvatting biologie H14 Reageren 14.1 Samenwerkende organen Spieren:

Nadere informatie

4 keer beoordeeld 30 mei 2017

4 keer beoordeeld 30 mei 2017 8 Samenvatting door een scholier 1301 woorden 4 keer beoordeeld 30 mei 2017 Vak Biologie Methode Biologie voor jou H6 Waarneming, regeling en gedrag Zintuigen in het algemeen zintuig orgaan dat reageert

Nadere informatie

Uit waarnemingen en voorbeelden de relatie prikkel-reactie vaststellen

Uit waarnemingen en voorbeelden de relatie prikkel-reactie vaststellen School: Vak: AV Biologie Leerplan: D/2012/7841/003 Handboek: Biogenie 3.1 (leerboek + werkboek) Leerkracht: Graad: 2de graad ASO Leerjaar: 1ste leerjaar Aantal lestijden/week: 1u/week Schooljaar: les leerplan

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9, Besturing

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9, Besturing Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9, Besturing Samenvatting door een scholier 1717 woorden 20 oktober 2007 6,3 18 keer beoordeeld Vak Methode Biologie ViaDELTA Samenvatting Biologie H9: Besturing -----------

Nadere informatie

Samenvatting Biologie voor Jou 1B Thema 6 Waarnemen, regeling en gedrag. Zintuig = orgaan dat reageert op prikkels uit de omgeving

Samenvatting Biologie voor Jou 1B Thema 6 Waarnemen, regeling en gedrag. Zintuig = orgaan dat reageert op prikkels uit de omgeving Samenvatting Biologie voor Jou 1B Thema 6 Waarnemen, regeling en gedrag 6.1 Zintuig = orgaan dat reageert op prikkels uit de omgeving Prikkel = invloed uit de omgeving van een organisme Alle zintuigen

Nadere informatie

Biologie SE4. Hoofdstuk 13 Paragraaf 1 Begrippenlijst:

Biologie SE4. Hoofdstuk 13 Paragraaf 1 Begrippenlijst: Hoofdstuk 13 Paragraaf 1 Begrippenlijst: Hormoonklieren: Exocriene klieren: Endocriene klieren: Hypothalamus: Biologie SE4 organen die elders in het lichaam organen en weefsels activeren. zweet- en verteringsklieren

Nadere informatie

H2 Bouw en functie. Alle neuronen hebben net als gewone cellen een gewone cellichaam.

H2 Bouw en functie. Alle neuronen hebben net als gewone cellen een gewone cellichaam. Soorten zenuw cellen Neuronen H2 Bouw en functie Alle neuronen hebben net als gewone cellen een gewone cellichaam. De informatie stroom kan maar in een richting vloeien, van dendriet naar het axon. Dendrieten

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Basisstof 1 tot 10

Samenvatting Biologie Basisstof 1 tot 10 Samenvatting Biologie Basisstof 1 tot 10 Samenvatting door Binc 2141 woorden 16 januari 2018 0 keer beoordeeld Vak Biologie Biologie B1: Reageren op je omgeving Reageren op je omgeving doe je met Zintuigen,

Nadere informatie

Samenvatting NLT Hersenen en Leren

Samenvatting NLT Hersenen en Leren Samenvatting NLT Hersenen en Leren Samenvatting door een scholier 2525 woorden 18 januari 2010 6,4 82 keer beoordeeld Vak NLT Samenvatting NLT Hersenen en Leren Basisblokken 3, 4 en 5 3. Basisblok: bouw

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 11, Regeling door hormonen

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 11, Regeling door hormonen Samenvatting Biologie Hoofdstuk 11, Regeling door hormonen Samenvatting door een scholier 1429 woorden 19 juni 2006 5,7 16 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar H11 1 Ribosomen: koppelen aminozuren

Nadere informatie

1. Waar in de cel bevindt zich het centraallichaampje? A) In de celkern. B) In het cellichaam. C) In het celmembraan.

1. Waar in de cel bevindt zich het centraallichaampje? A) In de celkern. B) In het cellichaam. C) In het celmembraan. 1. Waar in de cel bevindt zich het centraallichaampje? A) In de celkern. B) In het cellichaam. C) In het celmembraan. 2. Wat is een voorbeeld van een animale verrichting? A) De stofwisseling. B) De uitscheiding

Nadere informatie

Uit waarnemingen en voorbeelden de relatie prikkel- reactie vaststellen

Uit waarnemingen en voorbeelden de relatie prikkel- reactie vaststellen School: Vak: AV Biologie Leerplan: D/2012/7841/004 Handboek: Biogenie 3.2 (leerboek + werkboek) Leerkracht: Graad: 2de graad ASO Leerjaar: 1ste leerjaar Aantal lestijden/week: 2u/week Schooljaar: les leerplan

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 18 brainwave

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 18 brainwave Samenvatting Biologie Hoofdstuk 18 brainwave Samenvatting door een scholier 3212 woorden 31 mei 2011 6,5 44 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar H18 Brainwave Licht weerkaatst op een onderwerp en

Nadere informatie

Fysiologie / zenuwstelsel

Fysiologie / zenuwstelsel Fysiologie / zenuwstelsel Zenuwcel/neuron. 5 1. Korte uitlopers dendrieten 2. Lange uitloper neuriet of axon 3. Myelineschede/schede van Schwann 4. Motorische eindplaat of synaps 5. Kern of nucleus Zenuwcel/neuron.

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Havo 5. Nectar. Hoofdstuk 14 Reageren

Samenvatting Biologie Havo 5. Nectar. Hoofdstuk 14 Reageren Samenvatting door Jasmijn 3377 woorden 15 maart 2018 7,2 9 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Samenvatting Biologie Havo 5 Nectar Hoofdstuk 14 Reageren Paragraaf 14.1 samenwerkende organen -Spieren

Nadere informatie

Profielwerkstuk Biologie Invloed van kou op het concentratievermogen

Profielwerkstuk Biologie Invloed van kou op het concentratievermogen Profielwerkstuk Biologie Invloed van kou op het concentratievermogen Profielwerkstuk door R. 1428 woorden 20 februari 2013 7,2 19 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Voorwoord Wij hebben

Nadere informatie

Gezonde Leefstijl: Alcohol

Gezonde Leefstijl: Alcohol Gezonde Leefstijl: Alcohol 1 Onderwerpen Cijfers en feiten Alcohol in je lichaam Ziektes door Alcohol Alcohol in de praktijk Alcohol en overgewicht Tips Alcoholgebruik Vragen 2 Cijfers en feiten 1) Ruim

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Havo 4 en havo 5 boek sv examen 2012

Samenvatting Biologie Havo 4 en havo 5 boek sv examen 2012 Samenvatting Biologie Havo 4 en havo 5 boek sv examen 2012 Samenvatting door een scholier 15587 woorden 11 mei 2012 7,8 65 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Samenvatting Biologie havo

Nadere informatie

Extra paragraaf. Hormonen

Extra paragraaf. Hormonen Extra paragraaf Hormonen In deze extra paragraaf leer je meer over hormonen. Het gaat over de structuur van hormonen en de manier waarop ze werken. Daarnaast leer je een aantal hormoonklieren en het samenspel

Nadere informatie

Anatomie / fysiologie. Zenuwstelsel overzicht. Perifeer zenuwstelsel AFI1. Zenuwstelsel 1

Anatomie / fysiologie. Zenuwstelsel overzicht. Perifeer zenuwstelsel AFI1. Zenuwstelsel 1 Anatomie / fysiologie Zenuwstelsel 1 FHV2009 / Cxx56 1+2 / Anatomie & Fysiologie - Zenuwstelsel 1 1 Zenuwstelsel overzicht Encephalon = hersenen Spinalis = wervelkolom Medulla = merg perifeer centraal

Nadere informatie

ANTWOORDEN COMMUNICATIE HOOFDSTUK 7

ANTWOORDEN COMMUNICATIE HOOFDSTUK 7 ANTWOORDEN COMMUNICATIE HOOFDSTUK 7 Tekstvragen 28 voorbeelden van een juist antwoord: Aspirine werkt koortsverlagend en heeft zo een nadelig effect op de remming van de vermeerdering van virussen ten

Nadere informatie

4,2. Samenvatting door Een scholier 2780 woorden 29 januari keer beoordeeld. Samenvatting biologie hoofdstuk 7 t/m 11:

4,2. Samenvatting door Een scholier 2780 woorden 29 januari keer beoordeeld. Samenvatting biologie hoofdstuk 7 t/m 11: Samenvatting door Een scholier 2780 woorden 29 januari 2005 4,2 24 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie actief Samenvatting biologie hoofdstuk 7 t/m 11: Prikkels worden door zintuigcellen omgezet

Nadere informatie

- Is een centrale hormoonklier die zich net onder de grote hersenen bevindt en een doorsnee van ongeveer één centimeter heeft.

- Is een centrale hormoonklier die zich net onder de grote hersenen bevindt en een doorsnee van ongeveer één centimeter heeft. Samenvatting door H. 1895 woorden 16 februari 2016 7,6 30 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Biologie H13: Hormonen Samenvatting 13.1 Hormoonklieren Hormoonklieren zijn organen die elders in het

Nadere informatie

5,9. Samenvatting door een scholier 1581 woorden 10 april keer beoordeeld. Hypofyse. Tekening van de hypofyse:

5,9. Samenvatting door een scholier 1581 woorden 10 april keer beoordeeld. Hypofyse. Tekening van de hypofyse: Samenvatting door een scholier 1581 woorden 10 april 2002 5,9 186 keer beoordeeld Vak Biologie Hypofyse Tekening van de hypofyse: Bouw van de hypofyse: De hypofyse bestaat uit een voorkwab en een achterkwab.

Nadere informatie

Examen Voorbereiding Waarneming Regeling

Examen Voorbereiding Waarneming Regeling Examen Voorbereiding Waarneming Regeling Teylingen College Leeuwenhorst 2015/2016 Thema 6 Waarneming en Regeling Begrippenlijst: Begrip Normwaarde Negatieve terugkoppeling Positieve terugkoppeling Homeostase

Nadere informatie

Samenvatting Biologie homeostase, gedrag, bescherming

Samenvatting Biologie homeostase, gedrag, bescherming Samenvatting Biologie homeostase, gedrag, bes Samenvatting door een scholier 3228 woorden 17 juni 2010 6,8 7 keer beoordeeld Vak Biologie Biologie hoofdstuk Homeostase. Elke cel in je lichaam is omgeven

Nadere informatie

Grijze stof wordt gevormd door de cellichamen van de neuronen en de. Witte stof wordt gevormd door de met myeline omgeven neurieten

Grijze stof wordt gevormd door de cellichamen van de neuronen en de. Witte stof wordt gevormd door de met myeline omgeven neurieten If the brain were so simple we could understand it, we would be so simple we couldn t - Lyall Watson Bart van der Meer theorieles 15 GOI Met bijzonder veel dank aan Ellen Brink, Rita Dijk Bewerkt door

Nadere informatie

Algemeen. Het hormoonstelsel. Soorten. Soorten. Hormoonklieren: hypofyse. Soorten 16-9-2014. Hebben invloed op:

Algemeen. Het hormoonstelsel. Soorten. Soorten. Hormoonklieren: hypofyse. Soorten 16-9-2014. Hebben invloed op: Het hormoonstelsel Lesstof Beauty Level Basics 2 Blz. 176-187 Algemeen Hebben invloed op: Lichamelijke en geestelijke processen Werken nauw samen met: Autonome zenuwstelsel Soorten 1. Hormonen/increten

Nadere informatie

GEZONDHEIDSKUNDE. Het menselijk lichaam

GEZONDHEIDSKUNDE. Het menselijk lichaam GEZONDHEIDSKUNDE Het menselijk lichaam 1 KENMERKEN VAN HET LEVEN Anatomie à wetenschap die zich bezighoudt met de bouw van het menselijk lichaam (waar ligt wat?). Fysiologie à Wetenschap die zich bezighoudt

Nadere informatie

Capabel Examens 2011 Pagina 1

Capabel Examens 2011 Pagina 1 1. Wat is de kleinste levende eenheid van een organisme? A) Een cel. B) Een orgaan. C) Een weefsel. 2. Bij welke levensverrichting van de cel speelt chromatine een belangrijke rol? A) Bij de prikkelbaarheid.

Nadere informatie

Proefexamen ANATOMIE EN FYSIOLOGIE

Proefexamen ANATOMIE EN FYSIOLOGIE Proefexamen ANATOMIE EN FYSIOLOGIE Deelexamen In dit proefexamen worden over de volgende onderwerpen vragen gesteld: zenuwstelsel hormoonstelsel zintuigen geslachtsorganen Beschikbare tijd: 45 minuten

Nadere informatie

4,5. 2 vragen. 2 vragen: 3 vragen: Werkstuk door een scholier 1008 woorden 25 januari keer beoordeeld

4,5. 2 vragen. 2 vragen: 3 vragen: Werkstuk door een scholier 1008 woorden 25 januari keer beoordeeld Werkstuk door een scholier 1008 woorden 25 januari 2004 4,5 22 keer beoordeeld Vak Biologie Hoofdstuk 1 Het bloed en bloedvatenstelsel 2 vragen 1. zie bijlage 2. Ja, want dan moet het hart andersom kloppen.

Nadere informatie

vwo hormoonstelsel 2010

vwo hormoonstelsel 2010 vwo hormoonstelsel 2010 Integratie In onderstaande afbeelding is schematisch de regulatie van een aantal animale en vegetatieve functies bij de mens weergegeven. Al deze functies spelen een rol bij het

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 en 14

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 en 14 Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 en 14 Samenvatting door Amber 3849 woorden 22 april 2018 9,5 5 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Hoofdstuk 13 13.1 Hormoonklieren Hormoonklieren Hormoonklieren

Nadere informatie

Thema 5 Regeling en waarneming

Thema 5 Regeling en waarneming Thema 5 Regeling en waarneming Boek 5b Basisstof 1 Regelkringen en homeostase Evolutionair gezien is stress belangrijk; het zorgt ervoor dat je lichaam snel klaar wordt gemaakt om over te gaan tot actie

Nadere informatie

Fysiologie / Hormonen Endocriene stelsel

Fysiologie / Hormonen Endocriene stelsel Fysiologie / Hormonen Endocriene stelsel Hormoon = boodschapper Homao (grieks)= in beweging zetten. Hormonen worden geproduceerd door klieren en hebben een regelende functie. Hormoonwerking (Hypofyse)

Nadere informatie

Fenotype nakomelingen. donker kort 29 donker lang 9 wit kort 31 wit- lang 11

Fenotype nakomelingen. donker kort 29 donker lang 9 wit kort 31 wit- lang 11 1. Bij honden is het allel voor donkerbruine haarkleur (E) dominant over het allel voor witte haarkleur (e). Het allel voor kort haar (F) is dominant over het allel voor lang haar (f). Een aantal malen

Nadere informatie

1 Eindtermen. 1.1 Onderzoekend leren. 1.2 Wetenschap en samenleving

1 Eindtermen. 1.1 Onderzoekend leren. 1.2 Wetenschap en samenleving 1 Eindtermen Hieronder volgt een opsomming van eindtermen voor de tweede graad (nl. onderzoekend leren (eindtermen 1 t.e.m. 12), wetenschap en samenleving (eindtermen 13 t.e.m. 21) en attitudes (22* t.e.m.

Nadere informatie

GEZONDHEIDSKUNDE-AFP LES 3. Zintuigen

GEZONDHEIDSKUNDE-AFP LES 3. Zintuigen GEZONDHEIDSKUNDE-AFP LES 3 Zintuigen 1 INLEIDING Zintuigcellen Reuk-, smaak- en PH-sensoren Smaakzintuig Warmte- en koudesensoren Tast-, druk- en pijnsensoren Fotosensoren 2 ZINTUIGEN VORMEN DE VERBINDING

Nadere informatie

Module: Pacemaker in het brein - h45. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Module: Pacemaker in het brein - h45. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd 20 July 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/74820 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

Carol Dweck en andere knappe koppen

Carol Dweck en andere knappe koppen Carol Dweck en andere knappe koppen in de (plus)klas 2011 www.lesmateriaalvoorhoogbegaafden.com 2 http://hoogbegaafdheid.slo.nl/hoogbegaafdheid/ theorie/heller/ 3 http://www.youtube.com/watch?v=dg5lamqotok

Nadere informatie

Overmatig drinken en plassen is een vaak voorkomend symptoom bij de. hond. Het kan veroorzaakt worden door verschillende ziekten in het

Overmatig drinken en plassen is een vaak voorkomend symptoom bij de. hond. Het kan veroorzaakt worden door verschillende ziekten in het SUIKERZIEKTE Overmatig drinken en plassen is een vaak voorkomend symptoom bij de hond. Het kan veroorzaakt worden door verschillende ziekten in het lichaam. U kunt hierbij denken aan slecht functionerende

Nadere informatie

Algemene anatomie en fysiologie

Algemene anatomie en fysiologie Naam kandidaat: Voetverzorger Kwalificatiecode 10505 Algemene anatomie en fysiologie Datum : 4 juni 2009 Werktijd : 60 minuten Deelkwalificatiecode : 51934 Waardering Cesuur Werkwijze : 1 punt per vraag,

Nadere informatie

Biologie samenvatting H6. Let op: ik weet niet of deze samenvatting helemaal goed is.

Biologie samenvatting H6. Let op: ik weet niet of deze samenvatting helemaal goed is. Samenvatting door Estel 2738 woorden 16 december 2017 6,6 15 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie samenvatting H6 Let op: ik weet niet of deze samenvatting helemaal goed is.

Nadere informatie

Ooit nagedacht over wat er gebeurt onder een halsband?

Ooit nagedacht over wat er gebeurt onder een halsband? Ooit nagedacht over wat er gebeurt onder een halsband? Bij mensen kan slechts 1 w h i p l a s h a c c i d e n t langdurige pijn en lijden veroorzaken. De anatomie van de hond is fundamenteel gelijk aan

Nadere informatie

Les 18 Zenuwstelsel 1

Les 18 Zenuwstelsel 1 Les 18 Zenuwstelsel 1 Zenuwweefsel, neuron, depolarisatie, neurotransmitters, CZS, vegatatief, sensorisch, motorisch ANZN 1e leerjaar - Les 18 - Matthieu Berenbroek, 2000-2011 1 Zenuwweefsel Cellen met

Nadere informatie

Inspanningsfysiologie. Energiesystemen. Fosfaatpool. Hoofdstuk 5. 1. Fosfaatpool 2. Melkzuursysteem 3. Zuurstofsysteem

Inspanningsfysiologie. Energiesystemen. Fosfaatpool. Hoofdstuk 5. 1. Fosfaatpool 2. Melkzuursysteem 3. Zuurstofsysteem Inspanningsfysiologie Hoofdstuk 5 Energiesystemen 1. Fosfaatpool 2. Melkzuursysteem 3. Zuurstofsysteem Fosfaatpool Anaërobe alactische systeem Energierijke fosfaatverbindingen in de cel Voorraad ATP en

Nadere informatie

In welke volgorde vindt deze deling plaats?

In welke volgorde vindt deze deling plaats? 1. Wat behoort tot de vegetatieve levensverrichtingen van een cel? A) Beweging. B) Prikkelbaarheid. C) Stofwisseling. 2. Wat is de functie van het centraallichaampje? A) Het leveren van energie. B) Het

Nadere informatie

de productieplaats van groeihormoon 8 2. oorzaken van een groeihormoontekort 18 gemeten 24 symptomen van een tekort 30

de productieplaats van groeihormoon 8 2. oorzaken van een groeihormoontekort 18 gemeten 24 symptomen van een tekort 30 Inhoud Inleiding 6 1. De hypofyse: de productieplaats van groeihormoon 8 2. oorzaken van een groeihormoontekort 18 3. Zo wordt een tekort aan groeihormoon gemeten 24 4. De functie van groeihormoon en de

Nadere informatie

Zenuwcellen met Nissl-substantie

Zenuwcellen met Nissl-substantie Zenuwcellen met Nissl-substantie Download deze pagina als.pdf, klik hier Bronvermelding: 1 Theorie: Junqueira L.C. en Carneiro J. (2004, tiende druk), Functionele histologie, Maarssen. Uitgeverij Elsevier.

Nadere informatie

Begrippenlijsten biologie 4 havo en 5 havo PENTA College CSG Scala Rietvelden

Begrippenlijsten biologie 4 havo en 5 havo PENTA College CSG Scala Rietvelden S Schaduwplanten Schakelcellen Schildklier Schimmeldraden Schimmels Schors Secretie Secundaire geslachtkenmerken Seksualiteit Seksueel geweld Seksueel overdraagbare aandoening Seksuele selectie Selectiedruk

Nadere informatie

A. de hersenen en het ruggenmerg B. het hersenvlies en de hersenstam C. het cerebrospinaal vocht en de gevoelszenuwen D. de klieren en de lymfevaten

A. de hersenen en het ruggenmerg B. het hersenvlies en de hersenstam C. het cerebrospinaal vocht en de gevoelszenuwen D. de klieren en de lymfevaten Hoofdstuk 1 Meerkeuzevraag 1.1 Meerkeuzevraag 1.2 Meerkeuzevraag 1.3 Meerkeuzevraag 1.4 Meerkeuzevraag 1.5 Meerkeuzevraag 1.6 Meerkeuzevraag 1.7 Waar ligt de lever in de buikholte? A. Boven rechts B. Boven

Nadere informatie

UNIFORM EINDEXAMEN MULO 2009

UNIFORM EINDEXAMEN MULO 2009 MINISTERIE VAN ONDERWIJS EN VOLKSONTWIKKELING EXAMENBUREAU UNIFORM EINDEXAMEN MULO 009 VAK : BIOLOGIE DATUM : DONDERDAG 09 JULI 009 TIJD : 07.45 09.00 UUR DEZE TAAK BESTAAT UIT 40 ITEMS. TENZIJ ANDERS

Nadere informatie

Examentraining Biologie Kader. Maandag 19 mei 2014

Examentraining Biologie Kader. Maandag 19 mei 2014 Examentraining Biologie Kader Maandag 19 mei 2014 Doel van vandaag Examenvragen behandelen Theorie er achter uitleggen- voeding-tanden Organen behandelen- Lever -gal-dunne darm Quiz vragen- met elkaar

Nadere informatie

OMSCHRIJVING LESSTOF

OMSCHRIJVING LESSTOF PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING KLAS 3 VAK : : Biologie METHODE : Biologie voor Jou KLAS: : 3 NIVEAU : KADER CONTACTUREN PER WEEK 3 X 50 MINUTEN PER WEEK STUDIEJAAR : 2017-2018 EINDCIJFER KLAS 3 MOET

Nadere informatie

Samenvatting NLT Hersenen en leren H2 en H3

Samenvatting NLT Hersenen en leren H2 en H3 Samenvatting NLT Hersenen en leren H2 en H3 Samenvatting door L. 2204 woorden 11 januari 2017 4,7 7 keer beoordeeld Vak NLT NLT Hersenen en Leren Neuronen en gliacellen Neuronen: neuronen zijn cellen die

Nadere informatie

De samenstelling van het interne milieu wordt ook constant gehouden d.m.v. stoffen opslaan, uitscheiden of opnemen.

De samenstelling van het interne milieu wordt ook constant gehouden d.m.v. stoffen opslaan, uitscheiden of opnemen. Samenvatting door een scholier 2746 woorden 2 oktober 2012 6,9 3 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Thema 5 Homeostase Basisstof 1 Door Homeostase wordt het interne milieu rond de normwaarde

Nadere informatie

1. Een orgaan waarbij stoffen vanuit het interne milieu naar het externe milieu gebracht worden

1. Een orgaan waarbij stoffen vanuit het interne milieu naar het externe milieu gebracht worden Paragraaf 5.1 1. Een orgaan waarbij stoffen vanuit het interne milieu naar het externe milieu gebracht worden 2. a) Huid, longen, nieren en lever b) Water c) Huid: zouten, Longen: CO 2, Nieren: Ureum,

Nadere informatie