Vvocht in de hersenen gelegen) en niet in de hersenschors

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Vvocht in de hersenen gelegen) en niet in de hersenschors"

Transcriptie

1 ANATOMIE VAN DE TAAL TALKING HEADS: DE ANATOMIE VAN DE TAAL RIK VANDENBERGHE 1. INLEIDING: TAALPROCESSEN HEBBEN EEN PLAATS IN DE HERSENEN óór 1800 dacht men dat de hersenfuncties gelokaliseerd waren in de hersenventrikels (kamers met Vvocht in de hersenen gelegen) en niet in de hersenschors of cortex. Swedenborg en Gall zagen als eersten het belang in van de hersenschors voor het vervullen van perceptuele, cognitieve of motorische functies. Gall stelde als eerste vast dat de hersensleuven of corticale sulci verliepen volgens een relatief vast patroon en niet volgens een willekeurig variabel patroon. Hij stelde ook als eerste voorop dat verschillende hersengebieden verschillende functies vervulden. Dat standpunt leidde tot hevige discussies. Volgens de ene visie was er een functionele specialisatie van de hersencortex en vervulden specifieke corticale gebieden welomschreven functies. Hiertegenover stond het standpunt dat cognitieve activiteiten door de hersenen in hun geheel vervuld werden ( equipotentialisme ). Volgens hen konden functies zoals taal of geheugen niet gelokaliseerd worden. De hypothese van het equipotentialisme werd voor het eerst empirisch weerlegd door Paul Broca in 1865 na een postmortem onderzoek van de patiënt Tan. Die patiënt kon ten gevolge van een beroerte enkel het woord Tan uitbrengen naast enkele andere stereotiepe uitdrukkingen en werd daarom door de verplegenden van zijn afdeling Tan genoemd. Bij de autopsie stelde men een focaal letsel vast in de gyrus frontalis inferior links. Het geval Tan toonde voor het eerst aan dat een letsel van enkel kubieke centimeters volstaat om een cognitieve functie zoals taalproductie uit te schakelen terwijl andere functies zoals taalbegrip relatief bewaard bleven. Het was een bijzonder gewichtig argument dat pleitte voor het standpunt dat cognitieve functies in de hersenen konden gelokaliseerd worden. Er brak een periode aan waarbij men op grond van studies bij patiënten met focale letsels infereerde hoe de hersenen in normale omstandigheden functioneren. Deze lesiemethode was tot ongeveer 1985 de voornaamste bron van kennis over hoe cognitieve functies door de hersenen worden gerealiseerd. Belang van de hersenschors bij het vervullen van functies Equipotentialisme Paul Broca en Tan 235

2 WETEN IN WOORDEN EN DADEN Letsel in het Brocagebied Letsel in het Wernickegebied Het oorspronkelijk model voor taal was relatief eenvoudig. Men onderscheidde een gebied dat belangrijk was voor woordproductie (Broca-area) en een gebied dat belangrijk was voor het herinneren van akoestische beelden van de woorden en hun betekenis (Wernicke-area). Bij een letsel in het Broca-gebied ontwikkelt de patiënt een Broca-afasie, d.w.z. een niet-vloeiende spraak, met weinig woorden per zin en weinig woorden per minuut, waarbij de functiewoorden proportioneel meer waren aangetast dan de inhoudelijke woorden (de woorden die verwijzen naar entiteiten uit de werkelijkheid). Doordat de inhoudelijke woorden relatief gespaard zijn, is bij Broca-afasie de communicatie vaak nog behoorlijk goed. De spraak is moeizaam. Bij een letsel van het Wernicke-gebied daarentegen ontwikkelde de patiënt een Wernicke-afasie (jargon-afasie): een vloeiende of zelfs logorrheïsche spraak, met een herkenbare zinsstructuur. De spraak is evenwel onbegrijpelijk omdat de patiënt voortdurend werkwoorden en zelfstandige naamwoorden vervangt door foutieve woorden (parafasieën). Deze parafasieën zijn qua betekenis wel verwant met het correcte woord. Deze 2 types van afasie leidden in 1874 tot een eenvoudig model met een hersencentrum voor spraakproductie of het Brocagebied (zie figuur 1, letter b) en een hersencentrum voor taalbegrip of het het Wernicke-gebied (zie figuur 1, letter a). FIGUUR 1: EENVOUDIG MODEL MET BROCA- EN WERNICKE-GEBIED Bron: Wernicke C, Der aphasische Symptomenkomplex, Breslau: Kohn and Weigert,

3 In 1885 stelde Lichtheim een belangrijke correctie voor. Behalve de 2 knopen die specifiek waren voor taal moest er ook een verbinding zijn met onze kennis van de externe wereld, het semantisch geheugen (figuur 2, letter B). Het semantisch geheugen verwijst naar kennis die gedeeld wordt door een gemeenschap, kennis van verbanden tussen entiteiten, en kennis van de betekenis van de woorden. ANATOMIE VAN DE TAAL Correctie van Lichtheim FIGUUR 2: TOEVOEGING VAN HET SEMANTISCH GEHEUGEN (B) Bron: Lichtheim, On aphasia, Brain, 7, , 1885 Eén van de tekortkomingen van het Wernicke-Lichtheim -model van taalverwerking is dat het de verschillende taalprocessen op een erg grove en schematische manier opdeelt: taalproductie versus taalbegrip. Op grond van experimentele data weten we dat functies zoals taalbegrip en woordproductie op hun beurt ontleed kunnen worden in deelprocessen. Bijvoorbeeld, wanneer we woorden produceren, selecteren we eerst wat we wensen te zeggen. Dat noemen we het oproepen van het concept of semantic retrieval of conceptual retrieval. Vervolgens selecteren we welk bestaand woord of lexicaal item het best met dat concept correspondeert. Dat noemen we lexical retrieval. Vervolgens roepen we de fonologische eigenschappen van het lexicale item op ( phonological retrieval ). De fonologische eigenschappen bepalen hoe een specifiek woord klinkt. Vervolgens slaan we de combinatie van fonemen op in een fonemische buffer en passen we de fonemen aan aan de context binnen en rond het woord. Tenslotte zet men de fonologische code omzetten in een motorisch programma (articulatie). Deelprocessen bij woordproductie 237

4 WETEN IN WOORDEN EN DADEN Cognitieve modellen Modulair model Interactionistisch model Verschillende condities Cognitieve modellen specificeren uit welke deelprocessen een bepaalde functie bestaat en hoe de deelprocessen elkaar beïnvloeden. Cognitieve modellen definiëren de taalprocessen die we willen begrijpen en waarvan we willen bepalen hoe ze in de hersenen gerealiseerd worden. Bovendien bepaalt het cognitief model het antwoord dat we verwachten. Als we een modulair model hanteren, verwachten we eerder hersencentra die specifieke functies vervullen. Hanteren we een interactionistisch model, dan verwachten we eerder combinaties van hersengebieden die samen een bepaalde functie vervullen. In een modulair model zijn deelprocessen serieel geschakeld. Ze ontrollen in opeenvolging. Pas wanneer een deelproces beëindigd is, wordt de output van dit deelproces de input voor het volgende proces. Bijvoorbeeld, wanneer we lezen, identificeren we volgens een modulair model eerst de letters en vervolgens de letterreeks, d.i. het woord. In een interactionistisch model zijn processen parallel geschakeld. Ze ontrollen tegelijkertijd. Nog voor het ene proces beëindigd is en een output gegenereerd heeft, speelt zich reeds een ander proces af dat gebruik maakt van de output van het ene proces maar tegelijkertijd de output van dat proces beïnvloedt. Wanneer we bijvoorbeeld woorden lezen, identificeren we niet eerst letters en vervolgens de woorden. Nee, volgens het interactionistisch model beïnvloedt de identificatie van de woorden hoe we de letters identificeren. Of een tweede voorbeeld: wanneer we zinnen lezen, identificeren we niet eerst de grammaticale structuur, vervolgens de betekenis van de woorden en tenslotte de betekenis van de zin. Nee, de betekenis van de woorden beïnvloedt de wijze waarop we de grammaticale structuur opbouwen. Volgens een modulair model zou men kunnen verwachten dat elke 'module'' overeenstemt met een bepaald hersengebied. Binnen een interactionistisch model verwacht men dat elk deelproces verschillende gebieden binnen het taalnetwerk beïnvloedt. 2. METHODOLOGIE lke techniek die we hanteren, maakt gebruik van een vergelijking tussen twee metingen. De ene meting is uit- Egevoerd terwijl de proefpersoon zich in een bepaalde toestand (conditie) bevindt, de andere meting terwijl de proefpersoon zich in een andere toestand (conditie) bevindt. Het verschil tussen de twee metingen wordt in verband gebracht met het verschil tussen de twee condities. Voor een goed experiment moet 238

5 het verschil tussen de twee condities zo goed mogelijk gedefinieerd zijn. De twee condities mogen enkel verschillen in die opzichten die het onderwerp van de studie uitmaken. 1. Hemodynamische methode Wanneer een groep van zenuwcellen (neuronen) meer actief wordt, neemt de bevloeiing van dat stuk van de hersenen toe. Er treedt lokale vaatverwijding (vasodilatatie) op. De vasodilatatie compenseert voor het hoger metabool verbruik. Het laat toe dat er meer metabool substraat (o.a. glucose en zuurstof) geleverd wordt in een actief hersengebied. De vasodilatatie is groter dan wat vereist is ter compensatie van het verhoogde metabolisme. De lokale vasodilatatie in respons op verhoogde activiteit noemen we de hemodynamische respons. De hemodynamische respons ligt aan de basis van positron-emissietomografie (PET) en functionele magnetische resonantie (fmri). 2. Elektrofysiologische methode Wanneer een neuronale populatie actiever wordt, kan dit ook leiden tot veranderingen in de elektrische potentiaal en de magnetische dipool die op de scalp gemeten kunnen worden. De elektrische veranderingen worden bepaald door een specifieke groep van neuronen die ordelijk gealigneerd zijn langs het corticale oppervlak, de piramidale neuronen. Deze elektrische veranderingen liggen aan de basis van geëvoceerde potentialen (EP). De neuronen die in de wanden van de corticale sulci liggen, verlopen tangentieel met het hersenoppervlak. De elektrische potentiaal die gegenereerd wordt door deze neuronen kan niet opgepikt worden. Wanneer piramidale neuronen parallel verlopen met het hersenoppervlak, kan de magnetische dipool opgepikt worden via magnetoëncefalografie (MEG). De tijdsresolutie van MEG is vergelijkbaar met EP. Tijdens ingrepen bij patiënten kan het soms noodzakelijk zijn om rechtstreeks op het corticale oppervlak de elektrische activiteit te meten in bepaalde regio's om de gebieden functioneel te identificeren. In zeldzame experimenten heeft men van die gelegenheid gebruik gemaakt om de elektrische respons te meten op een aantal passief aangeboden stimuli. Deze respons is geïntegreerd over een grote neuronale populatie. Doordat men rechtstreeks de elektrische activiteit meet op het corticale oppervlak zonder interpositie van de schedel is de ruimtelijke resolutie zeer hoog. ANATOMIE VAN DE TAAL Hemodynamische respons Elektrische veranderingen Elektrische potentiaal Elektrische respons 239

6 WETEN IN WOORDEN EN DADEN Lobben, kwabben en fissuren Temporale kwab Frontale kwab Taalnetwerk Links- en rechtshandigheid 3. ANATOMISCHE TERMINOLOGIE natomisch kan de hersenschors onderverdeeld worden in de occipitale, temporale, pariëtale en frontal Alob. De temporale lob wordt gescheiden van de frontale en de pariëtale lob door de sylvische of laterale fissuur. Wanneer we die fissuur openplooien, kijken we op het planum temporale. De laterale of sylvische fissuur scheidt de frontale kwab van de temporale kwab. De laterale fissuur loopt uit op een ramus ascendens posterior. In het voorste derde van de laterale fissuur zijn er ook enkele belangrijke aftakkingen: de ramus horizontalis en de ramus ascendens anterior. De driehoek die gevormd wordt tussen de ramus ascendens anterior, de ramus horizontalis en de sulcus frontalis inferior is de pars triangularis. De pars orbitalis ligt anterieur en inferieur van de ramus horizontalis en de pars opercularis ligt posterieur van de ramus ascendens anterior. De pars triangularis en pars opercularis vormen samen het klassieke Brocagebied. De laterale zijde van de temporale kwab is verdeeld door de sulcus temporalis superior en de sulcus temporalis inferior in de gyrus temporalis superior, gyrus temporalis medius en gyrus temporalis inferior. De laterale zijde van de frontale kwab wordt verdeeld door de sulcus frontalis inferior en de sulcus frontalis superior in de gyrus frontalis superior, medius en inferior. Caudaal ligt de precentrale sulcus. Achter de precentrale sulcus en vóór de centrale sulcus ligt de precentrale gyrus. Deze bevat onder meer premotorische gebieden. 4. ALGEMENE SITUERING anneer proefpersonen een taak uitvoeren die met productie of begrip van gesproken of geschreven Wtaal verband houdt, wordt een set van hersengebieden geactiveerd in vergelijking met condities die geen taal vereisen. We kunnen deze set beschouwen als een soort algemeen taalnetwerk of taalsysteem. Elk gebied van het taalnetwerk is in mindere of meerdere mate betrokken bij elke taaltaak. De gebieden verschillen onderling wel wat naargelang van de taaltaak maar dit verschil is meer een kwestie van gradatie en geen alles of niets - fenomeen. Het taalnetwerk ligt grotendeels in de linker hemisfeer. Slechts bij een paar procent van de volledig rechtshandigen is de rechter hemisfeer dominant. Vaak hebben die dan eerstelijns- 240

7 verwanten die linkshandig zijn. Ook bij de meerderheid van de linkshandigen is de linker hemisfeer dominant. Bij ongeveer 30 % van de volledig linkshandigen is de rechter hemisfeer dominant. Het taalnetwerk bestaat uit gebieden aan de laterale zijde van de frontale cortex: 1. Linker gyrus frontalis inferior. Dit omvat ondermeer pars opercularis en triangularis, overeenkomend met het Brocagebied. Meer anterieur omvat het ook BA Sulcus frontalis inferior 3. Premotorische en primair motorische cortex en gebieden aan de laterale zijde van de temporale cortex: 1. Sulcus temporalis superior 2. Gyrus temporalis medius. De taalactivaties in de temporale cortex strekken zich uit van het achterste derde van de gyrus temporalis medius (Wernicke-gebied) tot en met de voorste pool 3. Het achterste gedeelte van de gyrus temporalis inferior en de ventrale occipitotemporale junctie. ANATOMIE VAN DE TAAL Laterale zijde van de frontale cortex Laterale zijde van de temporale cortex FIGUUR 3: LATERALE ZIJDE VAN DE FRONTALE EN TEMPORALE CORTEX 5. SPRAAKPRODUCTIE 1. Inleiding aalproductie is een buitengewoon efficiënt proces. Gemiddeld beschikt een individu over een woorden- Tschat van woorden. Wanneer we praten, produceren we ongeveer 1 tot 3 woorden per seconde. Ondanks Taalproductie verloopt efficiënt 241

8 WETEN IN WOORDEN EN DADEN de snelheid waarmee we woorden produceren en de enorme woordenschat waaruit we het correcte woord moeten selecteren, maakt een normaal proefpersoon slechts fouten bij 1 op 2000 woorden. Niet alleen de woordselectie is bijzonder efficiënt, ook het uitspreken van de woorden is bij normale proefpersonen een procedure met een optimale efficiëntie qua tijd en nauwkeurigheid. De elementaire bouwsteen van de taal, a.h.w. het atoom van de taal, is het foneem (Figuur 4). Zoals in de figuur getoond, bestaat een foneem uit een uiterst snelle verandering van een combinatie van toonhoogtes (formanten). De eerste veranderingen bij een foneem tijdens de eerste 10 ms bepalen mee welk foneem men waarneemt. FIGUUR 4: KLEINE AKOESTISCHE VERSCHILLEN OP EEN ZEER KORTE TIJDSSCHAAL BEPALEN DE VERSCHILLEN TUSSEN FONEMEN De productie van woorden vergt dat die fonemen aaneengeregen worden tot bestaande woorden. De hersenen bevatten routines, of programma s, voor vaak voorkomende syllaben en woorden. In deze programma s ligt vast hoe de stembanden (larynx), de keelholte (farynx), de tong en de lippen gecoördineerd moeten worden voor een juiste uitspraak. 242

9 2. De evolutie van de taal De ontwikkeling van de taal bij de mens kon voortbouwen op reeds aanwezige mogelijkheden bij de niet-menselijke primaten. Schematisch zijn er 2 mogelijkheden. Taalproductie kan zich ontwikkeld hebben uit een bestaand systeem voor gelaatsmimiek. Deze hypothese komt goed overeen met hoe de productie van spraak zich bij baby s ontwikkelt. Baby s leren fonemen herkennen, niet enkel op grond van akoestische maar ook op grond van visuele informatie, namelijk de observatie van bewegingen van de mond. Motorische imitatie is één van de grondslagen van taalontwikkeling. Wat in de neurofysiologie van de aap het dichtst staat bij deze motorische imitatie, zijn de mirror neurons. Bij apen is er een premotorisch gebied, F5, waar neuronen vuren wanneer de aap een gerichte beweging uitvoert met de hand of de mond. Sommige neuronen binnen F5 vuren ook wanneer de aap een gerichte hand- of mondbeweging observeert ( mirror-neurons ). Het gebied F5 ligt in het gebied dat homoloog is aan de Broca-area. Taalproductie kan zich theoretisch ook ontwikkeld hebben uit een bestaand systeem voor vocale communicatie. Niet-menselijke primaten wisselen informatie over gevaar of emoties uit door vocale communicatie. De vocale communicatie bij apen bestaat uit smakken met de lippen, klappen met de tanden en klikken met de tong. Het repertoire aan vocalisaties is beperkter dan bij de mens. Men vermoedt dat chimpansees gebruik maken van ongeveer 32 verschillende roepgeluiden. Anatomisch gezien zijn er 2 fundamentele verschillen tussen vocale communicatie bij hogere primaten en bij de mens: 1. Bij de mens zijn de ademhalingsmusculatuur, de larynx, farynx, de mondholte, de tong, de lippen en de gelaatsmusculatuur ontwikkeld om het geluid geproduceerd door oscillaties van de stembanden (de bron van het geluid) te moduleren (filteren) in de tijd. Hiertoe diende ondermeer de larynx dichter bij de trachea te liggen dan bij andere primaten (een verandering die jaar geleden plaatsvond) en is de mondholte bij de mens ook langer. Die anatomische verandering laat een ruimer repertoire toe aan klanken maar gaat ook gepaard met een kost. Er is een verhoogd risico dat voedsel in de trachea terecht komt, voornamelijk bij baby s en bij mensen die lijden aan bepaalde aandoeningen. De frequentie van de trillingen van de stembanden bepaalt de toonhoogte. De filtering doorheen farynx, mondholte, lippen en tong bepaalt de formanten (snelle ANATOMIE VAN DE TAAL Mogelijke evolutionaire ontwikkelingen van taal Ontwikkeling uit mimiek Ontwikkeling uit vocale communicatie 243

10 WETEN IN WOORDEN EN DADEN Foneem is de elementaire bouwsteen van de taal Foneem-monitoring verandering in toonfrequenties die een foneem bepalen). Door de anatomische veranderingen in de effector-organen werd fonologie mogelijk en de talloze combinaties van fonemen waaruit fonologische representaties bestaan. 2. De vocale communicatie bij niet-menselijke primaten wordt gestuurd door de hersenstam en het cingulum anterius. Het cingulum anterius is de enige corticale structuur die hierin meespeelt. Bij de mens worden de effector-organen voor de spraak gedirigeerd door talrijke corticale regio's. Er zijn gebieden die instaan voor het uitvoeren van aangeleerde motorische responspatronen, die nodig zijn bij het spreken (zoals de primaire motorische cortex, de premotorische cortex en de supplementair motorische cortex). Talrijke andere regio's gelegen langs de sylvische fissuur verzorgen verschillende andere deelprocessen van de taalproductie. Ook de ademhalingscentra zijn aangepast aan de taalproductie. Mogelijks ligt de natuurlijke selectie van een specifiek gen aan de basis van de taalontwikkeling, het FOXP2 gen. Dit gen zou slechts ongeveer jaar geleden veranderd zijn. Een pathologische autosomaal dominante mutatie van dit gen ligt trouwens aan de basis van een familiale congenitale articulatie- en praxisstoornis. 6. FONEEM-IDENTIFICATIE et foneem is de elementaire bouwsteen van de taal. Om fonemen te produceren maken we gebruik van H routines in de hersenen die spieren van de larynx, farynx, tong, en mondholte coördineren met een tijdschaal van enkele tientallen ms. Welk foneem we horen, wordt bepaald door de fysische, akoestische kenmerken van de stimulus maar is evenzeer cultureel bepaald. Bij de taak van foneem-monitoring worden een reeks van verschillende fonemen snel na elkaar aangeboden. De proefpersoon moet een specifiek foneem identificeren, b.v. /bae/, /dae/, /pae/ of /tae/. Wanneer we een foneem, zoals /bae/ versus /dae/, identificeren, dan is dit niet enkel het gevolg van de fysieke eigenschappen van het foneem. Er is een belangrijk en cultuurgebonden leerproces waardoor we een combinatie van specifieke toonhoogtes als /bae/ identificeren en een andere, zeer gelijkaardige combinatie als /dae/. Dit blijkt uit verschillende experimenten. Beschouw twee fonemen die op elkaar gelijken. We kunnen de fysische eigenschappen van de fonemen geleidelijk variëren zodanig dat we progressief van het ene foneem in het andere foneem terechtkomen. Theoretisch zijn 244

11 er twee mogelijkheden wanneer we de fysische eigenschappen gradueel veranderen: 1. De proefpersoon hoort een klank die tussen de twee fonemen in ligt, en noch echt met het ene noch echt met het andere foneem overeenkomt. 2. Alhoewel de verandering van de fysische eigenschappen geleidelijk gebeurt, identificeert de proefpersoon ofwel het ene foneem ofwel het andere en de overgang van het ene foneem naar het andere gebeurt abrupt. Experimentele gegevens bevestigen de tweede mogelijkheid. Dit wordt de categorische perceptie van fonemen genoemd. Op een bepaald moment binnen het continuum zullen we niet meer het ene foneem waarnemen maar wel het andere. Terwijl de fysische variatie geleidelijk verloopt, verloopt de perceptie en identificatie abrupt (categorisch). Welk gebied medieert deze gespecialiseerde functie? We zullen 2 experimenten bespreken. Het ene maakt gebruik van magnetoëncefalografie (MEG), het tweede van functionele beeldvorming. In het MEG-experiment onderzoeken we 2 groepen van vrijwilligers: Finse en Estlandse. We bieden een set van 4 klinkers aan. Voor de Estlanders zijn de 4 klinkers prototypische klinkers (klinkers die behoren tot het taalrepertoire), voor de Finnen zijn slechts 3 prototypisch. õ is een prototypische klinker in het Estlands maar niet in het Fins, ö is een prototypische klinker in beide talen. We onderzoeken welk gebied een rol speelt bij discriminatie van prototypische klinkers. Herhaaldelijk wordt aan een hoge frequentie eenzelfde klinker aangeboden, b.v. /e/. Af en toe gaan we onverwacht een andere klinker presenteren, de oddball. We manipuleren het soort oddball. In het ene geval is het een prototypische klinker in beide landstalen, in het andere is het een prototypische klinker enkel in het Estlands, b.v. ö of õ. Wanneer ö de oddball is, is de amplitude van de MEG-respons in de linker auditieve cortex sterk verhoogd, in beide groepen. Wanneer /õ/ de oddball is, is de amplitude van de MEG respons in de linker auditieve cortex sterk verhoogd, maar enkel bij de Estlanders. Nochtans verschillen de akoestische eigenschappen van /õ/ meer van /e/ dan de akoestische eigenschappen van /ö/ en /e/. Dit alles wijst erop dat de neurofysiologische respons bepaald wordt door de aangeleerde, taal-afhankelijke categorisatie, en niet enkel door de akoestische kenmerken. Kunnen we dit gebied dat gespecialiseerd is voor foneemidentificatie nauwkeuriger lokaliseren? Een gebied dat gespeciali- ANATOMIE VAN DE TAAL Categorische perceptie MEG-experiment met Oddball 245

12 WETEN IN WOORDEN EN DADEN Experiment met functionele beeldvorming Relaties tussen concepten seerd is voor foneemidentificatie moet geactiveerd worden door fonemen maar niet door niet-fonemen. Belangrijk is dat de akoestische complexiteit van de fonemen en de niet-fonemen (controlestimuli) gelijk dienen te zijn. Zuivere tonen of ruis zijn bijvoorbeeld geen goede controlestimuli in dit experiment: Ze zijn akoestisch veel eenvoudiger dan fonemen. Voorbeelden van nietfonemen met een hoge akoestische complexiteit zijn niet-vocale omgevingsgeluiden, dierlijke vocalisaties of menselijke vocalisaties zoals hoesten, zuchten etc. Het artikel van Scott et al. (Brain, 2000) is tot op heden één van de beste studies over foneemperceptie. Het experiment bestaat uit vier condities en is opgebouwd volgens een factorieel design. De eerste factor is linguïstisch, met twee niveaus: waarneming van fonemen versus geen waarneming van fonemen. De tweede factor is akoestisch, met twee niveaus: akoestisch complex versus akoestisch eenvoudig. Dit resulteert in 4 condities: 1. Auditieve presentatie van verstaanbare zinnen (waarneming van fonemen en akoestisch complex) 2. Verstaanbare zinnen na een filtering procedure ( noise vocoding ). Dit resulteert in een geluid dat klinkt als een ruw gefluister, of nog alsof men in verse sneeuw stapt. Akoestisch is het een relatief eenvoudige stimulus. Desondanks kunnen proefpersonen er na korte training toch nog fonemen in herkennen (waarneming van fonemen en akoestisch eenvoudig). 3. Dezelfde stimuli als in de 1e conditie maar na rotatie van het frequentiespectrum. In deze conditie kunnen proefpersonen geen fonemen herkennen maar akoestisch gezien zijn deze stimuli even complex als fonemen (geen waarneming van fonemen en akoestisch complex). 4. Geroteerde, noise-vocoded speech (geen waarneming van fonemen en akoestisch niet complex). Een gebied dat in foneemperceptie gespecialiseerd is, zou actief moeten zijn in de condities 1 en 2 maar niet in de condities 3 en 4. De studie bewijst dat de linker sulcus temporalis superior voldoet aan deze voorwaarde. 7. BEGRIJPEN VAN WOORDEN oorden of afbeeldingen zijn symbolen die verwijzen naar een realiteit'. Bijvoorbeeld, het woord W hond verwijst naar een dier met vier poten, een staart, oren, dat blaft etc. Men kan ook verwijzen naar datzelfde concept hond door een afbeelding, of door een omschrijving. 246

13 Hoe we het concept ook oproepen, uiteindelijk verwijzen we naar dezelfde inhoud. Het verband tussen het concept en de naam is willekeurig. Het semantisch systeem kan opgevat worden als een netwerk van onderling verbonden knopen. De verbindingen tussen de knopen stellen de talrijke relaties voor tussen concepten. 1. Fragmentatie van het semantisch geheugen In de inleiding bespraken we de oppositie tussen lokalisationisme en equipotentialisme. Merkwaardig genoeg zijn er ook voor onze kennis van de betekenis van woorden en de verbanden tussen woorden en afbeeldingen harde bewijzen dat verschillende stukken van de hersenen instaan voor verschillende aspecten van de kennis. Dit noemen we de fragmentatie van het semantisch geheugen. De voornaamste en enige harde evidentie is afkomstig van studies bij patiënten met focale hersenletsels. Wanneer we sommige patiënten, voornamelijk met letsels van de anterieur temporale pool links of bi-hemisferisch, afbeeldingen laten benoemen, doen ze het veel slechter voor afbeeldingen van biologische entiteiten (dieren, fruit, groenten etc.) dan voor niet-biologische entiteiten (b.v. werkinstrumenten). Volgens sommige studies hebben ze ook meer moeite met het begrip van woorden die naar biologische entiteiten verwijzen versus niet-biologische entiteiten. Sommige patiënten, voornamelijk bij letsels van het ventrale occipitotemporale oppervlak links of bi-hemisferisch, vertonen behalve een benoemings- en begripstoornis voor biologische entiteiten ook een stoornis van het identificeren van afbeeldingen van biologische entiteiten. Dat leidt dus tot de wat contra-intuïtieve vaststelling dat kennis omtrent verschillende klassen van entiteiten door verschillende hersengebieden wordt vervuld. Er zijn verschillende mogelijke interpretaties: 1. Als je een figuurbenoemingstaak zou opzetten met afbeelding van levende en niet-levende entiteiten, dan zou algauw blijken dat als je niet oplet, een aantal variabelen zouden verschillen tussen de afbeeldingen die verwijzen naar levende en de afbeeldingen die verwijzen naar niet-levende entiteiten, zonder dat met semantische verwerking als dusdanig te maken heeft ( confounding variables ). Gemiddeld zijn levende entiteiten meer vertrouwd dan niet-levende en zijn de afbeeldingen van levende entiteiten ook visueel complexer dan van niet-levende entiteiten. Maar zelfs wanneer je hier wel op let en er speciaal ANATOMIE VAN DE TAAL Fragmentatie Verschillende hersengebieden worden ingezet Levende entiteiten zijn vertrouwder 247

14 WETEN IN WOORDEN EN DADEN Sensorisch-functionele theorie Categoriespecificiteits -theorie Meting van semantische anomalie aandacht aan schenkt om alle variabelen goed te controleren, blijft er bij sommige patiënten een disproportionele aantasting van levende versus niet-levende entiteiten. 2. Volgens een tweede hypothese, de sensorisch-functionele theorie, volgt het verschil in lokalisatie tussen verschillende klassen van entiteiten (biologisch versus niet-biologisch) uit de wijze waarop we met die entiteiten vertrouwd geraken en uit de wijze waarop we die entiteiten hebben leren kennen. Bij levende items spelen de sensoriële kanalen (visueel, gehoor, tast etc.) een belangrijke rol in de wijze waarop men ermee vertrouwd wordt. Deze concepten zijn dan ook gerepresenteerd dichtbij gebieden die betrokken zijn bij objectherkenning. Dat verschilt van niet-levende items waarbij het manuele gebruik en de associatie met een bepaalde functie een belangrijk gewicht heeft. Men verwacht dan ook dat deze concepten gerepresenteerd zijn dichtbij gebieden die betrokken zijn bij manuele bewegingen. 3. Volgens de categorie-specificiteits -theorie is de gescheiden representatie van biologische en niet-biologische entiteiten aangeboren en evolutionair bepaald. Volgens die theorie is het niet toevallig dat levende entiteiten op een gespecialiseerde wijze verwerkt worden door de hersenen vermits het stimuli zijn van groot evolutionair belang. Een gelijkaardige dissociatie bestaat tussen woorden die verwijzen naar concrete of naar abstracte concepten. Het is niet ongewoon dat bij een afasiepatiënt benoeming en begrip voor abstracte concepten zwaarder aangetast is dan voor concrete concepten. Eén van de mogelijke verklaringen is dat concrete entiteiten meer betekenisvolle eigenschappen en kenmerken hebben en daarom relatief meer weerstandig zijn aan beschadiging. Zeldzamer zijn de patiënten waarbij benoeming en begrip voor abstracte concepten relatief gespaard is in vergelijking met concrete concepten. Dergelijke dissociatie komt voornamelijk voor bij letsels van de temporale cortex, zoals bij Herpes simplex encephalitis of bij bepaalde vormen van dementie ( semantische dementie ). 2. Automatisch opbouwen van een betekenisvol geheel Wanneer we een zin of een lijst van woorden horen of lezen, en er verschijnt plotseling een woord met een betekenis die we binnen die context niet verwachten, veroorzaakt dit woord een semantisch anomalie ( semantic anomaly ) effect. Dit kan gemeten worden met geëvoceerde potentialen. Wanneer proefpersonen een 248

15 lijst van woorden visueel gepresenteerd krijgen en er verschijnt plotseling een semantische anomalie, neemt de amplitudo van de N400 toe. Dit bestaat uit een negatieve uitwijking van de geëvoceerde potentiaal msec na het presenteren van een woord. Nobre et al. (1994) hebben de elektrische activiteit op het oppervlak van de ventraal temporale cortex gemeten wanneer een lijst van woorden gepresenteerd wordt en er plotseling een semantische anomalie optreedt. Een dergelijke semantische anomalie wekt een potentiaalverandering op aan de ventrale zijde van de anterieure temporale pool. Oppervlakteregistratie laat toe om die potentiaalverandering nauwkeurig te lokaliseren. 3. Bewust oproepen van semantische associaties Een klassieke test voor het semantisch geheugen is de Pyramids and Palm Trees test. Er worden 3 afbeeldingen gepresenteerd op het scherm: 1 bovenaan en 2 in elke hoek onderaan. De patiënt dient te kiezen welke van de onderste figuren het dichtst ligt qua betekenis bij de bovenste stimulus. Er is een verbale versie (met woorden) en een niet-verbale (met figuren). Deze test werd ontwikkeld om patiënten te testen met een degeneratieve aandoening: semantische dementie. Bij deze vorm van dementie is er zowel een progressieve afasie met woordvindings- en begripsstoornissen als een progressieve agnosie met stoornissen in de interpretatie van figuren. Aan de hand van de verbale en de niet-verbale versie van de Pyramids and Palm Trees test kunnen we ook bij normale proefpersonen onderzoeken welke gebieden betrokken zijn bij semantische verwerking die specifiek is voor woorden of specifiek voor afbeeldingen en welke gemeenschappelijk zijn bij semantische verwerking van zowel figuren als woorden. Wanneer woorden als input dienen, wordt specifiek het achterste derde van de s. temporalis superior links (nabij het Wernicke-gebied) geactiveerd en de g. frontalis inferior links (nabij het Broca-gebied). Wanneer afbeeldingen als input dienen, wordt specifiek de g. fusiformis geactiveerd in de rechter hemisfeer. Deze structuren kunnen worden beschouwd als een input-modaliteitsspecifieke toegangspoort tot het linker-hemisferisch netwerk voor semantische associaties. De linker hemisfeer bevat een netwerk voor verwerking van semantische associaties ongeacht de input-modaliteit van woorden of figuren. Drie essentiële structuren hierbij zijn de ANATOMIE VAN DE TAAL Pyramids and Palm Trees test Activatie van specifieke gebieden Associatieve structuur 249

16 WETEN IN WOORDEN EN DADEN Modulaire en gedistribueerde organisatie van taalfuncties anterieur temporale pool, de s. frontalis inferior en het achterste derde van de g. temporalis medius. Hoe moeten we ons de functie van dergelijke gebieden voorstellen? Laten we ons beperken tot de anterieur temporale pool, een gebied dat buiten de klassieke taalgebieden gelegen is op afstand van de sylvische fissuur. Bevat de anterieur temporale pool de kennis over verbanden tussen concepten of de kennis over de betekenis van de woorden of afbeeldingen? Onze huidige hypothese is dat de anterieur temporale pool werkt als een associatieve structuur : Hij activeert de verbanden tussen betekenis-elementen die verspreid zijn over verschillende corticale gebieden en bindt deze elementen samen tot een coherent geheel. 8. BESLUIT e combinatie van studies bij patiënten met letsels en functionele beeldvorming bij normale proefperso- Dnen geeft inzicht in hoe verschillende taalfuncties in de hersenen geïmplementeerd worden. Er zijn voorbeelden van modulaire organisatie, waarbij één hersengebied een specifieke functie vervult, zoals b.v. het voorste derde van de s. temporalis superior bij perceptie van fonemen. Er zijn voorbeelden van gedistribueerde organisatie, waarbij een circuit van verschillende hersengebieden samen instaat voor een functie, b.v. het gedistribueerde linkerhemisferische netwerk voor semantisch verwerking. Het onderzoek van de anatomie van de taal is een veld bij uitstek waar samenwerking tussen disciplines erg vruchtbaar kan zijn. 250

Talking Heads: De Anatomie van de Taal Rik Vandenberghe. Inleiding: Taalprocessen hebben een plaats in de hersenen

Talking Heads: De Anatomie van de Taal Rik Vandenberghe. Inleiding: Taalprocessen hebben een plaats in de hersenen Talking Heads: De Anatomie van de Taal Rik Vandenberghe Inleiding: Taalprocessen hebben een plaats in de hersenen De hypothese van het equipotentialisme, die stelt dat de hersenen op hun geheel instaan

Nadere informatie

Talking Heads: De Anatomie van de Taal. Rik Vandenberghe K.U. Leuven Dienst Neurologie, UZ Gasthuisberg

Talking Heads: De Anatomie van de Taal. Rik Vandenberghe K.U. Leuven Dienst Neurologie, UZ Gasthuisberg Talking Heads: De Anatomie van de Taal Rik Vandenberghe K.U. Leuven Dienst Neurologie, UZ Gasthuisberg 1 Voor 1810 Vicq d Azyr, Traité d Anatomie et Physiology 1786 Diderot et d Alembert, Encyclopedia,

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Inleiding

Hoofdstuk 1: Inleiding 1. BEGINSELEN VAN DE NEUROANATOMIE Hersenschors: Occipitale kwab: Mediale zijde: - sulcus calcarinus (primaire visuele cortex) - sulcus parieto-occipitalis Ventrale zijde: - gyrus lingualis - gyrus fusiformis

Nadere informatie

Kijk eens in het brein!

Kijk eens in het brein! Kijk eens in het brein! Hersenen en taal Hersenen als onderzoeksdomein Cognitief proces als onderzoeksdomein bouwstenen, chemie anatomie localisatie functies fasen en verloop cognitief proces neurale representatie

Nadere informatie

De Hersenen. Historisch Overzicht. Inhoud college de Hersenen WAT IS DE BIJDRAGE VAN 'ONDERWERP X' AAN KUNSTMATIGE INTELLIGENTIE?

De Hersenen. Historisch Overzicht. Inhoud college de Hersenen WAT IS DE BIJDRAGE VAN 'ONDERWERP X' AAN KUNSTMATIGE INTELLIGENTIE? De Hersenen Oriëntatie, september 2002 Esther Wiersinga-Post Inhoud college de Hersenen historisch overzicht (ideeën vanaf 1800) van de video PAUZE neurofysiologie - opbouw van neuronen - actie potentialen

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20932 holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20932 holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20932 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Haar, Sita Minke ter Title: Birds and babies : a comparison of the early development

Nadere informatie

inhoud Voorwoord... 11 deel i: neurowetenschappen in taal en taalstoornissen... 17 Hst 1: Historisch overzicht van de afasiologie...

inhoud Voorwoord... 11 deel i: neurowetenschappen in taal en taalstoornissen... 17 Hst 1: Historisch overzicht van de afasiologie... inhoud Voorwoord... 11 deel i: neurowetenschappen in taal en taalstoornissen... 17 Hst 1: Historisch overzicht van de afasiologie... 19 1.1. Historiek vóór 1860... 20 1.2. Broca, Wernicke en Lichtheim

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/31633 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Kant, Anne Marie van der Title: Neural correlates of vocal learning in songbirds

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting proefschrift Renée Walhout. Veranderingen in de hersenen bij Amyotrofische Laterale Sclerose

Nederlandse samenvatting proefschrift Renée Walhout. Veranderingen in de hersenen bij Amyotrofische Laterale Sclerose Nederlandse samenvatting proefschrift Veranderingen in de hersenen bij Amyotrofische Laterale Sclerose Cerebral changes in Amyotrophic Lateral Sclerosis, 5 september 2017, UMC Utrecht Inleiding Amyotrofische

Nadere informatie

Samenvatting. Audiovisuele aandacht in de ruimte

Samenvatting. Audiovisuele aandacht in de ruimte Samenvatting Audiovisuele aandacht in de ruimte Theoretisch kader Tijdens het uitvoeren van een visuele taak, zoals het lezen van een boek, kan onze aandacht getrokken worden naar de locatie van een onverwacht

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting. Nederlandse samenvatting Lateralisatie en schizofrenie

Nederlandse Samenvatting. Nederlandse samenvatting Lateralisatie en schizofrenie Nederlandse samenvatting Lateralisatie en schizofrenie 255 256 De twee hersenhelften, de hemisferen, van het menselijke brein verschillen zowel in vorm als in functie. In sommige hersenfuncties, zoals

Nadere informatie

De ziekte van Parkinson is een neurologische ziekte waarbij zenuwcellen in een specifiek deel van de

De ziekte van Parkinson is een neurologische ziekte waarbij zenuwcellen in een specifiek deel van de Rick Helmich Cerebral Reorganization in Parkinson s disease (proefschrift) Nederlandse Samenvatting De ziekte van Parkinson is een neurologische ziekte waarbij zenuwcellen in een specifiek deel van de

Nadere informatie

de verzwakkingscorrectie uit te voeren op basis van de berekende verzwakkingscorrectie.

de verzwakkingscorrectie uit te voeren op basis van de berekende verzwakkingscorrectie. De ultieme uitdaging in het veld van neurowetenschappelijk onderzoek is om te begrijpen wat de biologische basis is van emoties, cognitie en, uiteindelijk, van bewustzijn. Het verkennen van de menselijke

Nadere informatie

Psycho- en neurolinguïstiek van meertaligheid. Gastles Esli Struys EhB, opleidingsonderdeel «Psycholinguïstiek» (Dr. H. Stengers) 29 februari 2012

Psycho- en neurolinguïstiek van meertaligheid. Gastles Esli Struys EhB, opleidingsonderdeel «Psycholinguïstiek» (Dr. H. Stengers) 29 februari 2012 Psycho- en neurolinguïstiek van meertaligheid Gastles Esli Struys EhB, opleidingsonderdeel «Psycholinguïstiek» (Dr. H. Stengers) 29 februari 2012 Esli Struys -assistent Prof. dr. Piet Van de Craen (VUB)

Nadere informatie

A Rewarding View on the Mouse Visual Cortex. Effects of Associative Learning and Cortical State on Early Visual Processing in the Brain P.M.

A Rewarding View on the Mouse Visual Cortex. Effects of Associative Learning and Cortical State on Early Visual Processing in the Brain P.M. A Rewarding View on the Mouse Visual Cortex. Effects of Associative Learning and Cortical State on Early Visual Processing in the Brain P.M. Goltstein Proefschrift samenvatting in het Nederlands. Geschreven

Nadere informatie

Rol in leren en geheugen en veranderingen die optreden bij de ziekte van Alzheimer

Rol in leren en geheugen en veranderingen die optreden bij de ziekte van Alzheimer NEDERLANDSE SAMENVATTING CINGULAIRE NETWERKEN Rol in leren en geheugen en veranderingen die optreden bij de ziekte van Alzheimer 157 Achtergrond Dementie is een aandoening die gepaard gaat met een achteruitgang

Nadere informatie

Elektrofysiologische correlaten voor een auditief verwerkingsprobleem bij mensen met dyslexie

Elektrofysiologische correlaten voor een auditief verwerkingsprobleem bij mensen met dyslexie Elektrofysiologische correlaten voor een auditief verwerkingsprobleem bij mensen met dyslexie Hanne Poelmans, Heleen Luts, Maaike Vandermosten, Bart Boets, Pol Ghesquière & Jan Wouters ExpORL & Onderzoekseenheid

Nadere informatie

Neurowetenschappen, taal en het onderwijs: Een verstandshuwelijk?

Neurowetenschappen, taal en het onderwijs: Een verstandshuwelijk? Neurowetenschappen, taal en het onderwijs: Een verstandshuwelijk? Esli Struys, CLIN, VUB Seminarie VLOR, 25 oktober 2012 30-10-2012 1 Overzicht -Mind, Brain, Language & Education (MBLE): mogelijkheden,

Nadere informatie

Neurorevalidatie ITON IN VOGELVLUCHT

Neurorevalidatie ITON IN VOGELVLUCHT Neurorevalidatie ITON IN VOGELVLUCHT ITON ITON: instituut voor toegepaste neurowetenschappen Hoofddocent: Dr. Ben van Cranenburgh Inhoud presentatie Cijfers t.a.v. CVA Anatomie,informatieverwerking e.d.

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/44267 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Spierings, M.J. Title: The music of language : exploring grammar, prosody and

Nadere informatie

Comprehensive Aphasia Test (CAT) CAT workshop juni 2014. Evy Visch-Brink

Comprehensive Aphasia Test (CAT) CAT workshop juni 2014. Evy Visch-Brink Comprehensive Aphasia Test (CAT) CAT workshop juni 2014 Evy Visch-Brink Dutch version CAT Comprehensive Aphasia Test, 2004 Kate Swinburn, Gillian Porter, David Howard CAT-NL, 2014 Evy Visch-Brink, Dorien

Nadere informatie

Taal en het brein. Neurowetenschappen en taalontwikkeling

Taal en het brein. Neurowetenschappen en taalontwikkeling Taal en het brein. Neurowetenschappen en taalontwikkeling Deel 1. Geschiedenis van het hersenonderzoek, de architectuur van het brein en de werking van het neuron 2 december 2011, Algemene Taalwetenschap

Nadere informatie

Verwerking van echte en geïmpliceerde beweging

Verwerking van echte en geïmpliceerde beweging Verwerking van echte en geïmpliceerde beweging (Nederlandse samenvatting) Wanneer we een foto van een persoon zien, herkennen de meeste van ons of de persoon op de foto rende terwijl de foto gemaakt werd

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht

Nederlandse samenvatting. Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht Nederlandse samenvatting Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht 222 Elke keer dat je naar iets of iemand op zoek bent, bijvoorbeeld wanneer je op een

Nadere informatie

a p p e n d i x Nederlandstalige samenvatting

a p p e n d i x Nederlandstalige samenvatting a p p e n d i x B Nederlandstalige samenvatting 110 De hippocampus en de aangrenzende parahippocampale hersenschors zijn hersengebieden die intensief worden onderzocht, met name voor hun rol bij het geheugen.

Nadere informatie

Staat alles in het brein vast?

Staat alles in het brein vast? 7 maart 2009 Staat alles in het brein vast? Rob van der Lubbe, GW-CPE Universiteit Twente Sheet 1 Goedemorgen allemaal. Welkom bij de lezing Staat alles vast in het brein?. Allereerst wil ik Toine van

Nadere informatie

Chapter 13. Nederlandse samenvatting. A.R.E. Potgieser

Chapter 13. Nederlandse samenvatting. A.R.E. Potgieser Chapter 13 Nederlandse samenvatting A.R.E. Potgieser Chapter 13 Nederlandse samenvatting Hoofdstuk 1 is een algemene introductie over de premotor cortex met een focus op betrokkenheid van deze gebieden

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. De invloed van illusies op visueelmotorische

Nederlandse samenvatting. De invloed van illusies op visueelmotorische De invloed van illusies op visueelmotorische informatieverwerking 115 Terwijl je deze tekst leest, maken je ogen snelle sprongen van woord naar woord. Deze snelle oogbewegingen, saccades genoemd, gebruik

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING 188 Type 1 Diabetes and the Brain Het is bekend dat diabetes mellitus type 1 als gevolg van hyperglykemie (hoge bloedsuikers) kan leiden tot microangiopathie (schade aan de kleine

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/30209 holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/30209 holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/30209 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Witteman, Jurriaan Title: Towards a cognitive neuroscience of prosody perception

Nadere informatie

Speaking of Reading. The Role of Basic Auditory and Speech Processing in the Manifestation of Dyslexia in Children at Familial Risk B.E.

Speaking of Reading. The Role of Basic Auditory and Speech Processing in the Manifestation of Dyslexia in Children at Familial Risk B.E. Speaking of Reading. The Role of Basic Auditory and Speech Processing in the Manifestation of Dyslexia in Children at Familial Risk B.E. Hakvoort Samenvatting Dyslexie komt voor bij ongeveer 3 tot 10%

Nadere informatie

Auditieve verwerkingsproblemen na niet aangeboren hersenletsel (NAH)

Auditieve verwerkingsproblemen na niet aangeboren hersenletsel (NAH) Auditieve verwerkingsproblemen na niet aangeboren hersenletsel (NAH) Voordracht 1 (theorie) Nederlandse Vereniging voor Audiologie 28 sept. 2007 K.H. Woldendorp revalidatiearts Overzicht voordracht Inleiding

Nadere informatie

Primair progressieve afasie: meer dan taal? neuropsychologie en gedrag

Primair progressieve afasie: meer dan taal? neuropsychologie en gedrag Primair progressieve afasie: meer dan taal? neuropsychologie en gedrag Inge de Koning, Klinisch Neuropsycholoog Erasmus MC Primair progressieve afasie: varianten - Progressieve niet-vloeiende afasie (PNFA)

Nadere informatie

Bijlage 3. Symptomen van de eerste orde

Bijlage 3. Symptomen van de eerste orde Bijlage 3 Symptomen van de eerste orde Stoornissen in het kortetermijngeheugen* De persoon met dementie onthoudt de recente gebeurtenissen niet meer, of beter: slaat de nieuwe indrukken steeds moeilijker

Nadere informatie

Samenvatting Impliciet leren van kunstmatige grammatica s: Effecten van de complexiteit en het nut van de structuur

Samenvatting Impliciet leren van kunstmatige grammatica s: Effecten van de complexiteit en het nut van de structuur Samenvatting Impliciet leren van kunstmatige grammatica s: Effecten van de complexiteit en het nut van de structuur Hoewel kinderen die leren praten geen moeite lijken te doen om de regels van hun moedertaal

Nadere informatie

Taalverwerking in relatie tot geheugen

Taalverwerking in relatie tot geheugen Taalverwerking in relatie tot geheugen Van fundamenteel onderzoek naar klinische toepassing Vitória Piai Radboud University, Donders Centre for Cognition Radboud University Medical Center, Department of

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20126 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Dumas, Eve Marie Title: Huntington s disease : functional and structural biomarkers

Nadere informatie

Dit zijn voorbeelden van examenvragen, gekopieerd van de examens van voorgaande jaren.

Dit zijn voorbeelden van examenvragen, gekopieerd van de examens van voorgaande jaren. Dit zijn voorbeelden van examenvragen, gekopieerd van de examens van voorgaande jaren. Inleiding tot de gedragsneurowetenschappen, d.d. 08-09-09 Studentennummer: 1. Het neuraal substraat voor selectieve

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Samenvatting Nederlandse samenvatting Oorsuizen zit tussen de oren Tussen de oren Behalve fysiek tastbaar weefsel zoals bot, vloeistof en hersenen zit er veel meer tussen de oren, althans zo leert een

Nadere informatie

NEUROFEEDBACK. Ger Loots

NEUROFEEDBACK. Ger Loots NEUROFEEDBACK Ger Loots Netwerktheorie Theorie (Llinas, 2001) Gedistribueerde localisatie van functie Zelfregulatie (arousalregulatie) Juiste activiteit in situatie Underarousal Overarousal Instability

Nadere informatie

De ziekte van Alzheimer is een neurodegeneratieve aandoening en de meest voorkomende

De ziekte van Alzheimer is een neurodegeneratieve aandoening en de meest voorkomende Nederlandse samenvatting Ontsteking bij de ziekte van Alzheimer in vivo kwantificatie Achtergrond De ziekte van Alzheimer is een neurodegeneratieve aandoening en de meest voorkomende vorm van dementie.

Nadere informatie

Block 1: Basic emotions, Brain structures and Stress.

Block 1: Basic emotions, Brain structures and Stress. Block 1: Basic emotions, Brain structures and Stress. Vraag 1 (10 punten) A. Wat is het Circuit van Papez en welke hersenstructuren maken hier deel van uit? (5 punten) B. Welke extra hersenstructuren zijn

Nadere informatie

Taal in het Kleuterbrein EEG in de praktijk

Taal in het Kleuterbrein EEG in de praktijk Taal in het Kleuterbrein EEG in de praktijk Nina Davids & Judith Pijnacker - senior onderzoekers Petra van Alphen - projectleider Expertise & Innovatie, PonTeM Taal in het Kleuterbrein Waarom EEG? Wat

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting HET BEGRIJPEN VAN COGNITIEVE ACHTERUITGANG BIJ MULTIPLE SCLEROSE Met focus op de thalamus, de hippocampus en de dorsolaterale prefrontale cortex Wereldwijd lijden ongeveer 2.3

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/49241 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Kepinska, O. Title: The neurobiology of individual differences in grammar learning

Nadere informatie

Dyslexie (woordblindheid)

Dyslexie (woordblindheid) Dyslexie (woordblindheid) Dyslexie is een complex probleem dat zijn oorsprong vindt in de elementaire hersensystemen die een mens in staat stellen taal te begrijpen en te uiten. Wetenschappers hebben ontdekt

Nadere informatie

Hoofdstuk 3: Aandacht

Hoofdstuk 3: Aandacht 1. SELECTIEVE AANDACHT Selectieve aandacht verdeelde aandacht Selectieve aandacht: verwijst naar selectie van bepaalde stimuli voor verdere cognitieve verwerking. Verdeelde aandacht: de aandacht die globaal

Nadere informatie

Cognitieve functiestoornissen bij schizofrenie

Cognitieve functiestoornissen bij schizofrenie Hallucinaties zijn een merkwaardig psychologisch verschijnsel. Het betreft een vorm van sensorisch bedrog, die bij patiënten met schizofrenie het dagelijks functioneren belemmert en de kwaliteit van leven

Nadere informatie

De neurobiologische basis van leren lezen en dyslexie

De neurobiologische basis van leren lezen en dyslexie De neurobiologische basis van leren lezen en dyslexie ONL congres juni 2011 Anniek Vaessen Literacy and Numeracy group Universiteit Maastricht Lezen en spellen in onze maatschappij LEZEN EN SPELLEN: -school/opleiding

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. Spraak bij verschillende soorten:

Nederlandse samenvatting. Spraak bij verschillende soorten: Spraak bij verschillende soorten: Mechanistische grondlagen van vocale productie en perceptie Dit is een vertaling van hoofdstuk 1. De literatuurverwijzingen zijn weggelaten om de leesbaarheid te verbeteren.

Nadere informatie

Neurale overlap geschreven en gesproken taal. Maaike Vandermosten

Neurale overlap geschreven en gesproken taal. Maaike Vandermosten Neurale overlap geschreven en gesproken taal Maaike Vandermosten LAW symposium, 22 september 2017 Gesproken taal en lezen Evolutie Ontwikkeling Semantics (meaning) BOOK Orthography (letter strings) Phonology

Nadere informatie

ATP. NVLF congres 18 november R. Bastiaanse M.M.V.M. Van Groningen-Derksen S. Nijboer M. Taconis N. Verwegen M.Zwaga

ATP. NVLF congres 18 november R. Bastiaanse M.M.V.M. Van Groningen-Derksen S. Nijboer M. Taconis N. Verwegen M.Zwaga ATP NVLF congres 18 november 2011 R. Bastiaanse M.M.V.M. Van Groningen-Derksen S. Nijboer M. Taconis N. Verwegen M.Zwaga 275,- Verkrijgbaar bij Bohn Stafleu van Loghum Opzet presentatie Wat is het auditief

Nadere informatie

Summary in Dutch / Nederlandse Samenvatting

Summary in Dutch / Nederlandse Samenvatting Summary in Dutch / Nederlandse Samenvatting 2 In dit proefschrift wordt met behulp van radiologische technieken de veroudering van de hersenen bestudeerd. Hierbij wordt in het bijzonder aandacht besteed

Nadere informatie

Heeft Transcraniële Direct Current Stimulatie (tdcs) een toegevoegd effect op de afasie behandeling in de sub-acute fase?

Heeft Transcraniële Direct Current Stimulatie (tdcs) een toegevoegd effect op de afasie behandeling in de sub-acute fase? Heeft Transcraniële Direct Current Stimulatie (tdcs) een toegevoegd effect op de afasie behandeling in de sub-acute fase? Kerstin Spielmann dr. W.M.E. van de Sandt-Koenderman Prof. Dr. G.M. Ribbers R o

Nadere informatie

Welk neuro-anatomisch netwerk ligt aan de basis van lezen en leesproblemen?

Welk neuro-anatomisch netwerk ligt aan de basis van lezen en leesproblemen? Welk neuro-anatomisch netwerk ligt aan de basis van lezen en leesproblemen? Dr. Maaike Vandermosten Prof. Dr. Pol Ghesquière Prof. Dr. Jan Wouters Dyslexia Collaboration KU Leuven (DYSCO) OVERZICHT 1.

Nadere informatie

BIOKLOK DE BIOLOGISCHE KLOK IN DE LES MODULE C. klok. www. bio. .nl

BIOKLOK DE BIOLOGISCHE KLOK IN DE LES MODULE C. klok. www. bio. .nl BIOKLOK DE BIOLOGISCHE KLOK IN DE LES MODULE C www. bio klok.nl EN DE BIOLOGISCHE KLOK IN DE PRAKTIJK Ready Set Go! galmt het door de stadions tijdens sportwedstrijden, zoals de Olympische Spelen. Olympische

Nadere informatie

Methoden hersenonderzoek

Methoden hersenonderzoek Methoden hersenonderzoek Beschadigingen Meting van individuele neuronen Elektrische stimulatie Imaging technieken (Pet, fmri) EEG Psychofarmaca/drugs TMS Localisatie Voorbeeld: Het brein van Broca s patient

Nadere informatie

Het brein maakt deel uit van een groter geheel, het zenuwstelsel. Schematisch kan het zenuwstelsel als volgt in kaart worden gebracht:

Het brein maakt deel uit van een groter geheel, het zenuwstelsel. Schematisch kan het zenuwstelsel als volgt in kaart worden gebracht: Ons brein Het brein maakt deel uit van een groter geheel, het zenuwstelsel. Schematisch kan het zenuwstelsel als volgt in kaart worden gebracht: De hersenen zijn onderdeel van het zogenoemde centrale zenuwstelsel.

Nadere informatie

Achtergrond. Achtergrondgeluid. Afasie. Stoornissen van taalbegrip bij afasie en de invloed van liplezen erop 15 04 2010.

Achtergrond. Achtergrondgeluid. Afasie. Stoornissen van taalbegrip bij afasie en de invloed van liplezen erop 15 04 2010. Achtergrond Dörte Hessler CLCG, Rijksuniversiteit Groningen d.a.hessler@rug.nl Taalperceptie = horen + zien Maar hoezo zien? In welke situaties wordt gebruik gemaakt van visuele informatie? Achtergrondgeluid

Nadere informatie

De hersenen. 1. Anatomie en ontwikkeling 2. De grote hersenen

De hersenen. 1. Anatomie en ontwikkeling 2. De grote hersenen LES 13 De hersenen 1. Anatomie en ontwikkeling 2. De grote hersenen NOTA BENE Moeilijk: Complexe anatomie Gezichtspunten: voor, achter, boven, onder, links, rechts Vele functies Bewust / onbewust autonoom

Nadere informatie

MULTICOM 112. Gebruiksinstructies CD

MULTICOM 112. Gebruiksinstructies CD MULTICOM 112 Gebruiksinstructies CD Doelstelling Deze MULTICOM 112 CD - ROM heeft tot doelstelling het personeel van de hulpcentrales de mogelijkheid te geven een vreemde taal te herkennen (en de oproep

Nadere informatie

Het (talen)lerende brein Een inleiding op neuroplasticiteit, tweetaligheid en cognitieve controle

Het (talen)lerende brein Een inleiding op neuroplasticiteit, tweetaligheid en cognitieve controle Een inleiding op neuroplasticiteit, tweetaligheid en cognitieve controle Esli Struys, Piet Van de Craen, Eva Migom, MURE, CLIN, Vrije Universiteit Brussel 11 mei 2010, Wetenschapskaravaan 31-5-2010 1 Enkele

Nadere informatie

PATIËNTENBROCHURE. Zichtveranderingen na een beroerte

PATIËNTENBROCHURE. Zichtveranderingen na een beroerte PATIËNTENBROCHURE Zichtveranderingen na een beroerte INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Zichtveranderingen na een beroerte... 4 3. Anatomie.. 5 4. Processen in het zien. 6 A. Oogbeweging en visuele informatie

Nadere informatie

Gating Neuronal Activity in the Brain Cellular and Network Processing of Activity in the Perirhinal-entorhinal Cortex J.G.P.

Gating Neuronal Activity in the Brain Cellular and Network Processing of Activity in the Perirhinal-entorhinal Cortex J.G.P. Gating Neuronal Activity in the Brain Cellular and Network Processing of Activity in the Perirhinal-entorhinal Cortex J.G.P. Willems Regulatie van neuronale activiteit in het brein Verwerking van verspreidende

Nadere informatie

Zakelijk Professioneel (PROF) - B2

Zakelijk Professioneel (PROF) - B2 Zakelijk Professioneel (PROF) - B2 Voor wie? Voor hogeropgeleiden die hun taalvaardigheid in het Nederlands zullen moeten bewijzen op de werkvloer in Vlaanderen, Nederland of in een buitenlands bedrijf

Nadere informatie

Visuele informatie voor perceptie in bewegingshandelingen

Visuele informatie voor perceptie in bewegingshandelingen Visuele informatie voor perceptie in bewegingshandelingen Het algemene doel van het in dit proefschrift gepresenteerde onderzoek was om verder inzicht te krijgen in de rol van visuele informatie in bewegingscontrole

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 137 138 Het ontrafelen van de klinische fenotypen van dementie op jonge leeftijd In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, komt dementie ook op jonge leeftijd voor. De diagnose

Nadere informatie

Figuur 1: Verwijzing naar de verschillende locaties met betrekking tot het systeem voor de plaatsing van de elektrodes.

Figuur 1: Verwijzing naar de verschillende locaties met betrekking tot het systeem voor de plaatsing van de elektrodes. Neurofeedback en de resonantie van het brein met Ir. G. Roozemond van het Neurotherapie Centrum in Hilversum. Na enige tijd realiseer ik me dat ik meer wil weten over het effect van de hoge frequenties

Nadere informatie

The Neurochemical Correlate of Consciousness: Exploring Neurotransmitter Systems Underlying Conscious Vision A.M. van Loon

The Neurochemical Correlate of Consciousness: Exploring Neurotransmitter Systems Underlying Conscious Vision A.M. van Loon The Neurochemical Correlate of Consciousness: Exploring Neurotransmitter Systems Underlying Conscious Vision A.M. van Loon NEDERLANDSE SAMENVATTING Het neurale correlaat van bewustzijn Hoe creëren onze

Nadere informatie

Het zenuwstelsel. Het zenuwstelsel bestaat uit het centrale zenuwstelsel (hersenen en ruggenmerg) en het perifere zenuwstelsel. Figuur 3.7 boek p. 68.

Het zenuwstelsel. Het zenuwstelsel bestaat uit het centrale zenuwstelsel (hersenen en ruggenmerg) en het perifere zenuwstelsel. Figuur 3.7 boek p. 68. 1 Elke gedachte/ gevoel/ actie komt op de één of andere manier door het zenuwstelsel. Ze kunnen niet voorkomen zonder het zenuwstelsel. is een complexe combinatie van cellen (functie: zorgen dat organismen

Nadere informatie

Communicatie is meer dan spreken: Over communicatie met mensen met cognitieve gevolgen na niet aangeboren hersenletsel

Communicatie is meer dan spreken: Over communicatie met mensen met cognitieve gevolgen na niet aangeboren hersenletsel Communicatie is meer dan spreken: Over communicatie met mensen met cognitieve gevolgen na niet aangeboren hersenletsel Communicatie en hersenletsel: begrijpen wij elkaar? September 2010 Voorstellen Vakantie

Nadere informatie

Verschijnselen. Objectief. Casi. Dr. Ronny Boey

Verschijnselen. Objectief. Casi. Dr. Ronny Boey CIOOS Opleiding Specialisatie Stotteren 2012-13 Verschijnselen Dr. Ronny Boey 1 Objectief Diepgaande kennis over vloeiend spreken en stotteren verwerven op gebied van de fenomenen en processen. Dit is

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Het doel van dit proefschrift was om te onderzoeken of klinische verschijnselen (fysieke beperkingen en cognitieve stoornissen) bij MS verklaard konden worden door verstoring van functionele hersenennetwerken

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting nelleke tolboom binnenwerk aangepast.indd 161 28-12-2009 09:42:54 nelleke tolboom binnenwerk aangepast.indd 162 28-12-2009 09:42:54 Beeldvorming van Alzheimerpathologie in vivo:

Nadere informatie

Klanken 1. Tekst en spraak. Colleges en hoofdstukken. Dit college

Klanken 1. Tekst en spraak. Colleges en hoofdstukken. Dit college Tekst en spraak Klanken 1 Representatie van spraak vereist representaties van gedeeltes die kleiner dan woorden zijn. spraaksynthese (tekst-naar-spraak) rijtje letters! akoestische golfvorm http://www.fluency.nl/

Nadere informatie

De diagnose Fronto Temporale dementie..en dan? Freek Gillissen Verpleegkundig consulent dementie

De diagnose Fronto Temporale dementie..en dan? Freek Gillissen Verpleegkundig consulent dementie De diagnose Fronto Temporale dementie..en dan? Freek Gillissen Verpleegkundig consulent dementie . Wij zijn al een jaar met mijn moeder bezig. Na diverse opnames bij ouderenpsychiatrie, crisisdienst, veel

Nadere informatie

1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse.

1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse. Oefentoets 1 1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse. Conditie = experimenteel Conditie = controle Sekse = Vrouw 23 33 Sekse = Man 20 36 Van

Nadere informatie

Points:1 (Extra Credit) Wat is een goede reden om ervan uit te gaan dat categorisatie vaak niet plaats Question vindt op basis van definities?

Points:1 (Extra Credit) Wat is een goede reden om ervan uit te gaan dat categorisatie vaak niet plaats Question vindt op basis van definities? Practicum 6: Long Term Memory 2: Kennis en Categorisatie Description Stof: Goldstein, H9. Let op! Om dit practicum te halen dient u minstens 2/3 correct te scoren (10 van de 15 goed). U krijgt dan 3/4

Nadere informatie

Onderzoek en behandeling bij kinderen met visuele problemen door stoornissen in hersenfuncties. Informatie voor verwijzers

Onderzoek en behandeling bij kinderen met visuele problemen door stoornissen in hersenfuncties. Informatie voor verwijzers Onderzoek en behandeling bij kinderen met visuele problemen door stoornissen in hersenfuncties Informatie voor verwijzers Zie jij wat ik zie? Kinderen met CVI Visuele problemen en beperkingen in het dagelijks

Nadere informatie

Carol Dweck en andere knappe koppen

Carol Dweck en andere knappe koppen Carol Dweck en andere knappe koppen in de (plus)klas 2011 www.lesmateriaalvoorhoogbegaafden.com 2 http://hoogbegaafdheid.slo.nl/hoogbegaafdheid/ theorie/heller/ 3 http://www.youtube.com/watch?v=dg5lamqotok

Nadere informatie

De ziekte van Parkinson (ZvP) is een progressieve aandoening van de hersenen

De ziekte van Parkinson (ZvP) is een progressieve aandoening van de hersenen Samenvatting 125 126 SAMENVATTING De ziekte van Parkinson (ZvP) is een progressieve aandoening van de hersenen waarbij zenuwcellen in de middenhersenen, die de neurotransmitter dopamine produceren, afsterven.

Nadere informatie

Networks of Action Control S. Jahfari

Networks of Action Control S. Jahfari Networks of Action Control S. Jahfari . Networks of Action Control Sara Jahfari NEDERLANDSE SAMENVATTING Dagelijks stappen velen van ons op de fiets of in de auto, om in de drukke ochtendspits op weg te

Nadere informatie

Om NAH te omschrijven maken we gebruik van de definitie van Horizon:

Om NAH te omschrijven maken we gebruik van de definitie van Horizon: Wat is NAH (niet aangeboren hersenletsel)? Om NAH te omschrijven maken we gebruik van de definitie van Horizon: "Niet-Aangeboren Hersenletsel is een hersenletsel ten gevolge van welke oorzaak ook, anders

Nadere informatie

Psychoakoestiek. Universität Göttingen, 1979. armin.kohlrausch@philips.com

Psychoakoestiek. Universität Göttingen, 1979. armin.kohlrausch@philips.com Psychoakoestiek Armin Kohlrausch Philips Research Europe Eindhoven en Technische Universiteit Eindhoven Universität Göttingen, 1979 armin.kohlrausch@philips.com Inleiding Psychoakoestiek: Wetenschap, die

Nadere informatie

1) Bekijk spectrogram 1. Denk niet aan wat er gezegd wordt, maar identificeer minimaal drie in het oog springende patronen in het spectrogram.

1) Bekijk spectrogram 1. Denk niet aan wat er gezegd wordt, maar identificeer minimaal drie in het oog springende patronen in het spectrogram. OPDRACHT 1: Stappenplan opstellen voor het lezen van spectrogrammen. NODIG: Bijgeleverde spectrogrammen (zie bijlage), potloden, schaar, plakband. 1) Bekijk spectrogram 1. Denk niet aan wat er gezegd wordt,

Nadere informatie

van delen tot het geheel. Hij kan bijvoorbeeld zijn kleding binnenstebuiten aantrekken, of zijn kopje naast de tafel zetten.

van delen tot het geheel. Hij kan bijvoorbeeld zijn kleding binnenstebuiten aantrekken, of zijn kopje naast de tafel zetten. Afasie Als iemand een beroerte krijgt gebeurt dat bijna altijd plotseling. De schok is groot. Men heeft zich niet kunnen voorbereiden en men weet niet wat hen overkomt. Het dagelijkse leven wordt verstoord.

Nadere informatie

Voorstel van de Taakgroep Vernieuwing Basisvorming voor nieuwe kerndoelen onderbouw VO

Voorstel van de Taakgroep Vernieuwing Basisvorming voor nieuwe kerndoelen onderbouw VO Voorstel van de Taakgroep Vernieuwing Basisvorming voor nieuwe kerndoelen onderbouw VO Voorstel van de Taakgroep Vernieuwing Basisvorming voor nieuwe kerndoelen onderbouw VO Onderdeel van de eindrapportage

Nadere informatie

Acute (Fase na) Niet- Aangeboren Hersenletsel. Dr. S. Rasquin 14 januari 2015

Acute (Fase na) Niet- Aangeboren Hersenletsel. Dr. S. Rasquin 14 januari 2015 Acute (Fase na) Niet- Aangeboren Hersenletsel Dr. S. Rasquin 14 januari 2015 s.rasquin@adelante-zorggroep.nl Doel en opbouw presentatie Doel: Herkennen van symptomen in de acute fase na NAH Opbouw: Cognitie

Nadere informatie

Inhoud 1 Functionele anatomie 13 2 Mentale basisfuncties 33

Inhoud 1 Functionele anatomie 13 2 Mentale basisfuncties 33 Inhoud 1 Functionele anatomie 13 1.1 Inleiding 13 1.2 Zenuwweefsel 13 1.2.1 Neuronen 13 1.2.2 Actiepotentialen en neurotransmitters 14 1.2.3 Grijze en witte stof 15 1.3 Globale bouw van het zenuwstelsel

Nadere informatie

Dementie in de palliatieve fase

Dementie in de palliatieve fase Dementie in de palliatieve fase Wie zijn wij? Marielle Rooijakkers Karin van Mersbergen Dementie Verzamelnaam voor een combinatie van symptomen waarbij de hersenen, informatie niet meer goed kunnen verwerken.

Nadere informatie

Taal en Cognitie: Een Black Box Revelation. Esli Struys WOT/WOLEC, 10 mei 2011

Taal en Cognitie: Een Black Box Revelation. Esli Struys WOT/WOLEC, 10 mei 2011 Taal en Cognitie: Een Black Box Revelation Esli Struys WOT/WOLEC, 10 mei 2011 Overzicht Historisch overzicht Chomsky vs Skinner Cognitieve linguïstiek Psycho/neurolinguïstiek Casus Syntaxis en het brein

Nadere informatie

Hersenontwikkeling tijdens adolescentie

Hersenontwikkeling tijdens adolescentie Hersenontwikkeling tijdens adolescentie Een longitudinale tweelingstudie naar de ontwikkeling van hersenstructuur en de relatie met hormoonspiegels en intelligentie ALGEMENE INTRODUCTIE Adolescentie is

Nadere informatie

How Do Children Read Words? A Focus on Reading Processes M. van den Boer

How Do Children Read Words? A Focus on Reading Processes M. van den Boer How Do Children Read Words? A Focus on Reading Processes M. van den Boer Samenvatting Leesvaardigheid is van groot belang in onze geletterde maatschappij. In veel wetenschappelijke studies zijn dan ook

Nadere informatie

Taal in context. Autisme. Autisme. Overzicht Neurobiological insights into language comprehension in autism: Context matters

Taal in context. Autisme. Autisme. Overzicht Neurobiological insights into language comprehension in autism: Context matters Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële) vergoeding Aandeelhouder

Nadere informatie

FICHE 5: Ga auditieve informatieverwerking

FICHE 5: Ga auditieve informatieverwerking 2015 1 FICHE 5: Ga auditieve informatieverwerking KENMERKEN EN AANBEVELINGEN [Typ hier] UIT: Intelligentiemeting in nieuwe banen: de integratie van het CHC-model in de psychodiagnostische praktijk. Walter

Nadere informatie

Naar herziening van het dyslexie typerende profiel. Peter F. de Jong Universiteit van Amsterdam

Naar herziening van het dyslexie typerende profiel. Peter F. de Jong Universiteit van Amsterdam Naar herziening van het dyslexie typerende profiel Peter F. de Jong Universiteit van Amsterdam Het huidige dyslexie typerende profiel (DTP) Argumenten voor het gebruik van het DTP Wisseling van perspectief

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/25829 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Nunspeet, Félice van Title: Neural correlates of the motivation to be moral Issue

Nadere informatie

Waarom kijkt iedereen boos? Vergelijkend onderzoek van de hersenen van mensen met een depressie

Waarom kijkt iedereen boos? Vergelijkend onderzoek van de hersenen van mensen met een depressie Waarom kijkt iedereen boos? Vergelijkend onderzoek van de hersenen van mensen met een depressie Jojanneke is een studente van 24 jaar en kampt al een tijdje met depressieve klachten. Het valt haar huis-

Nadere informatie

Netwerkeigenschappen van de circadiane klok van zoogdieren

Netwerkeigenschappen van de circadiane klok van zoogdieren Nederlandse samenvatting Netwerkeigenschappen van de circadiane klok van zoogdieren Het combineren van verschillende wetenschappen is een uitdaging. Wetenschappers uit verschillende disciplines spreken

Nadere informatie

Samenvatting. Exploratieve bewegingen in haptische waarneming. Deel I: de precisie van haptische waarneming

Samenvatting. Exploratieve bewegingen in haptische waarneming. Deel I: de precisie van haptische waarneming Exploratieve bewegingen in haptische waarneming Haptische waarneming is de vorm van actieve tastwaarneming waarbij de waarnemer de eigenschappen van een object waarneemt door het object met zijn of haar

Nadere informatie