Onderzoek generieke middelen van Geyser tegen Septoria apiicola

Transcriptie

1 PROEFVERSLAG Onderzoek generieke middelen van Geyser tegen Septoria apiicola Proefnummer: TOLALG17SEK_FU05 Identificatie opdrachtgever: Eigen beheer Protocol identificatie opdrachtgever: INAGRO CALLENS Danny Ieperseweg 87, Rumbeke uitgevoerd door: Inagro VZW Ieperseweg Rumbeke-Beitem Afgevaardigd bestuurder: Diensthoofd: Teeltverantwoordelijke: Mia Demeulemeester Callens Danny Vanheule Marc Periode: 2017 Goedgekeurd door: Diensthoofd: Afgevaardigd bestuurder:

2 1. INHOUDSOPGAVE 1. INHOUDSOPGAVE DOELSTELLINGEN MATERIAAL EN METHODEN REFERENTIES DE EXPERIMENTELE CONDITIES VAN DE PROEF Testorganisme Proefgewas en cultivar Teeltverzorging Proefplan details Proefplan schematische voorstelling OBJECTEN Overzicht van de objecten BEHANDELINGSTIJDSTIPPEN PROEFOMSTANDIGHEDEN PROEFTERREIN BODEMTYPE BEHANDELINGSCONDITIES Meteorologische waarnemingen voor, tijdens en na de bespuitingen OVERZICHT VAN TEELT- EN PROEFVERLOOP Overzicht van teelt- en proefverloop RESULTATEN AFWIJKINGEN T.O.V. HET PROEFPROTOCOL EFFECTIVITEIT Percentage aangetaste planten Aantastingsgraad BESLUIT... 9 Pagina: 2/9

3 2. DOELSTELLINGEN In deze proef willen we onderzoeken of generieke middelen van Geyser (difenoconazool) een even goede werking hebben voor de bestrijding van bladvlekkenziekte (Septoria apiicola) in knolselder. Het nieuwe middel Luna Sensation erkend in de knolselderteelt tegen Sclerotinia werd ook getest. 3. MATERIAAL EN METHODEN 3.1. Referenties PP 1/121 (2), Guideline for the efficacy evaluation of fungicides : Leafspots of vegetables PP 1/135 (4), Guideline for the efficacy of plant protection products : Phytotoxicity assessment PP 1/152 (4), Guideline for the efficacy evaluation of plant protection products : Design and analysis of efficacy evaluation trials PP 1/181 (4), Guideline for the efficacy evaluation of plant protection products : Conduct and reporting of efficacy evaluation trials, including good experimental practice 3.2. De experimentele condities van de proef Testorganisme bladvlekkenziekte, SEPTAP ( Septoria apiicola ) Proefgewas en cultivar Knolselderij ( Apium graveolens var rapaceum - APUGR ) Teeltverzorging De teeltverzorging wordt uitgevoerd overeenkomstig de Goede Landbouw Praktijk. De overige gewasbescherming is uniform en overeenkomstig de lokale teeltpraktijk voor het volledige proefterrein. Er worden in het proefveld zelf geen fungiciden gebruikt andere dan de proeffactor Proefplan details Parameter Waarde Netto plot Lengte: 6 m, Breedte: 1,4 m Bruto plot Lengte: 6 m, Breedte: 2,8 m Aantal parallellen 4 Onbehandelde controle uitgesloten Statistisch ontwerp Gerandomiseerde blokkenproef Pagina: 3/9

4 Proefplan schematische voorstelling Objecten Overzicht van de objecten Product Actieve stof Tijdstip Naam Erkenningsnr. Form Dosis (l/ha) Naam Dosis 1 GEYSER 8256P/B EC 0,5 difenoconazool (250 g/l) 2 DIFCOR P/B EC 0,5 difenoconazool EC (250 g/l) 3 TAPIER 9477P/B EC 0,5 difenoconazool (250 g/l) 4 LUNA 10492P/B SC 0,5 fluopyram (21,4 SENSATION %), trifloxystrobine (21,4 %) 125 g ai/ha difenoconazool 125 g ai/ha difenoconazool 125 g ai/ha difenoconazool 107 g ai/ha fluopyram 107 g ai/ha trifloxystrobine De behandelingswijze: - proefveldbespuiting overeenkomstig beproevingsmethode BM_2_003 (doppen op 50 cm, schermkapjes op 10 à 20 cm van de buitenste dop) - spuitvolume in l/ha:300 - spuitdruk in bar: 3 bar - doptype: DG aantal behandelingen: 2-4 behandelingen afhankelijk van middel - frequentie van behandeling (methode timing): tweewekelijks A, B, C, D A, B, C, D A, B, C, D A, B 3.4. Behandelingstijdstippen Tabel 1: Overzicht van behandelingstijdstippen Tijdstip Datum A 04/10/2017 B 18/10/2017 C 31/10/2017 D 21/11/ PROEFOMSTANDIGHEDEN 4.1. Proefterrein De proef werd aangelegd op volgende locatie: INAGRO, Ieperseweg 87 Rumbeke: Moorsleedsesteenweg, 8800 Roeselare Pagina: 4/9

5 4.2. Bodemtype Bodem type: zandleem ph KCl: 6,1 % C: 1,6 Voorvrucht: aardappel 4.3. Behandelingscondities Meteorologische waarnemingen voor, tijdens en na de bespuitingen Parameter 04/10/2017 (A) start - einde Timing 10:20-11:30 Temperatuur in de schaduw ( C) Temperatuur op de bodem ( C) Temperatuur 5cm in de bodem ( C) Relatieve vochtigheidsgraad (%) Bewolkingsgraad (%) Windsnelheid (m/s) 18/10/2017 (B) start - einde 11:00-11:40 31/10/2017 (C) start - einde 11:00 11: /11/2017 (D) start - einde 13:20-14:30 Windrichting ZW ZO Z ZW Droogte van het Vochtig Vochtig Droog Droog gewas Droogte van de Nat Nat Nat Vochtig bodem Beoordeling Gunstig Gunstig Gunstig Gunstig Pagina: 5/9

6 4.4. Overzicht van teelt- en proefverloop Overzicht van teelt- en proefverloop Tijdstip Activiteit 25/09/2017 opstellen protocol 04/10/2017 gewasbescherming (behandelingstijdstip A) 12/10/2017 waarneming (eerste haard van aantasting) 17/10/2017 waarneming (geen uitbreiding ziekte) 18/10/2017 gewasbescherming (behandelingstijdstip B) 31/10/2017 waarneming 31/10/2017 gewasbescherming (behandelingstijdstip C) 17/11/2017 kunstmatige infectie Septoria apiicola (via bespuiting) 24/11/2017 gewasbescherming (behandelingstijdstip D) 07/12/2017 waarneming 21/12/2017 waarneming 03/01/2018 waarneming 23/01/2018 waarneming De proef werd pas laat in het seizoen opgestart omdat de aantasting zeer laag was, wellicht door de warme en droge zomer. Half oktober was er plaatselijk wat aantasting maar niet homogeen verdeeld over het proefveld (plaatselijke aantastingshaard). In november was er geen duidelijke uitbreiding van de Septoria. Half november werd er geopteerd om kunstmatig te infecteren. Pas vanaf begin december werd duidelijke aantasting in het onbehandeld object waargenomen; deze breidde dan ook zeer snel uit met zware aantasting begin januari tot gevolg. Ploegen, zaaiklaar leggen, zaai, onderhoudsbespuitingen en andere handelingen gebeurden door de proefveldhouder. De oogst werd vernietigd door de proefveldhouder onder toezicht van de hoofdmedewerker. 5. RESULTATEN De resultaten werden verwerkt via het statistisch pakket AGROVA-R ontwikkeld door Inagro in R-taal en gevalideerd met SPSS. Legende bij de resultaten tabellen: Waarden gevolgd door dezelfde letter zijn niet significant verschillend (p=0,05) KWV = Kleinste wezenlijk verschil; VC = Variantiecoëfficiënt (%) p-waarde: * = Significant (p<0,05); ** = Zeer significant (p<0,01); *** = Uiterst significant (p<0,001); N.S. = Niet significant (p>=0,05) De ruwe data bevinden zich in bijlage I bij het proefverslag Afwijkingen t.o.v. het proefprotocol De proef uitgevoerd zoals beschreven in proefprotocol. Pagina: 6/9

7 5.2. Effectiviteit Percentage aangetaste planten Object Percentage aangetaste planten 05/10/17 12/10/17 17/10/17 31/10/17 21/11/17 07/12/17 21/12/17 onbehandeld Geyser 0 a 1 a 1 a 4 a 8 a 13 a 36 ab 2 Difcor 250 EC 0 a 5 a 5 a 8 a 6 a 9 a 38 ab 3 Tapier 0 a 10 a 10 a 9 a 8 a 22 a 53 a 4 Luna Sensation 0 a 0 a 1 a 5 a 5 a 13 a 7 b Gemiddeld KWV VC (%) p-waarde Factor1 0,000 N.S. 0,712 N.S. 0,884 N.S. 0,988 N.S. 0,928 N.S. 0,491 N.S. 0,058 N.S. P-waarde Blokken 0,000 N.S. 0,392 N.S. 0,350 N.S. 0,151 N.S. 0,139 N.S. 0,019 * 0,017 * In de proef lagen vier objecten aan. De onbehandelde knolselder lag buiten de proef wegens plaatsgebrek en kon dus ook niet meegenomen worden bij de statistische verwerking van de data. De druk van Septoria apiicola was heel laag. Daarom werd besloten om de proef te infecteren op 17/11. Vanaf eind oktober waren plaatselijk symptomen van Septoria apiicola duidelijk aanwezig in het proefveld. Op 7 december was bij de onbehandelde knolselder slechts 4 % aangetaste planten. Op 21 december waren 54% planten aangetast bij de onbehandelde controle. Op 21 december waren enkele verschillen zichtbaar. Bij het object waar Luna Sensation 2x werd ingezet waren slechts 7 % aangetast planten. In alle blokken (of parallellen) was bij dit object de aantasting het laagst. Het object met Tapier had gemiddeld de grootste aantasting, maar dit was niet voor alle blokken eenduidig. Pagina: 7/9

8 Aantastingsgraad Object Aantastingsgraad 12/10/17 17/10/17 31/10/17 21/11/17 07/12/17 21/12/17 03/01/18 23/01/18 onbehandeld 9,0 9,0 9,0 9,0 8,5 5,0 2,0 1,0 1 Geyser 8,8 a 8,8 a 8,6 a 8,3 a 8,0 a 6,7 a 5,7 a 5,3 a 2 Difcor 250 EC 8,7 a 8,7 a 8,3 a 8,6 a 8,2 a 6,7 a 6,0 a 5,3 a 3 Tapier 8,2 a 8,0 a 8,2 a 8,2 a 7,5 a 6,2 a 5,1 a 4,0 a 4 Luna Sensation 9,0 a 8,7 a 8,5 a 8,6 a 8,6 a 8,3 a 7,3 a 5,3 a Gemiddeld 8,7 8,6 8,4 8,5 8,1 7,0 6,1 4,9 KWV factor 1 1,8 2,4 2,0 1,8 2,1 3,0 2,7 3,1 VC (%) 9,1 12,4 10,9 9,5 11,6 19,1 19,9 28,3 p-waarde blokken 0,402 N.S. 0,436 N.S. 0,254 N.S. 0,260 N.S. 0,127 N.S. 0,037 * 0,004 N.S. 0,000 *** p-waarde Factor1 0,581 N.S. 0,654 N.S. 0,944 N.S. 0,880 N.S. 0,430 N.S. 0,197 N.S. 0,127 N.S. 0,524 N.S. Score 9= geen aantasting; score 1= heel zware aantasting Er zijn geen significante verschillen naar aantastingsgraad. Er is wel een trend dat de knolselder behandeld met Luna Sensation minder zwaar is aangetast dan de knolselder die werd behandeld met Geyser of met de generieke middelen van difenoconazool vanaf december. Pas drie maanden na de behandeling was de werking van Luna Sensation verdwenen, zodat er toen geen verschillen meer waren tussen de producten. De behandelde knollen met Tapier lijken zwaarder aangetast (niet significant). De onbehandelde knolselder leek het ergst aangetast, maar omdat de controle buitenproef lag, kan dit niet statistisch bevestigd worden. Pagina: 8/9

9 6. BESLUIT Door het droge jaar was de Septoria aantasting zeer laat dit teeltseizoen. Vanaf december was de aantasting hoger. De referentie (Luna Sensation) heeft de beste werking (tot 10 weken na de behandeling) tegen Septoria apiicola in vergelijking met de producten o.b.v. difenoconazool. De verschillen tussen de middelen op basis van difenoconazool zijn niet zeer groot. Er is wel een trend dat Tapier in deze proef minder goede resultaat gaf dan Geyser en Difcor 250 EC. Pagina: 9/9