VERSLAG SCHOOLDOORLICHTING

Transcriptie

1 Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Referentienummer Onderwijsinspectie 0708/4/022 Inspectie Basisonderwijs Regio Aalst-Sint-Niklaas Schooljaar Ressort VERSLAG SCHOOLDOORLICHTING Vrije Basisschool voor Buitengewoon Onderwijs Sint-Lodewijk Kwatrechtsteenweg Wetteren Instellingsnummer: Directie : Mevrouw Linda Windels Schoolbestuur : VZW Sint-Lodewijkscholen De heer H. Bulté (voorzitter) Kwatrechtsteenweg Wetteren Periode : februari 2008 Inspectieteam : De heer Karl Baert (verslaggever) De heer Dirk Piqueur De heer Luc D Hondt

2 2 Leeswijzer bij het verslag van een schooldoorlichting Conform aan de bepalingen van art. 10 van het Besluit van de Vlaamse regering 1 bevat het verslag van een schooldoorlichting een beschrijvend en een concluderend gedeelte met advies. In het gewoon basisonderwijs zijn de ontwikkelingsdoelen en eindtermen het uitgangspunt voor de beschrijving en de beoordeling van het onderwijskundig functioneren. In het verslag formuleert de inspectie een antwoord op de vraag: In welke mate zorgt deze school voor een maximale ontplooiing van elk kind?. Rekening houdend met relevante context- en inputkenmerken geeft het inspectieteam aan hoe kwaliteitsvol de school de basisvorming, de brede ontwikkeling en een zorgbrede leerlingenbegeleiding realiseert en hoe dit beleidsmatig wordt ondersteund. In het buitengewoon basisonderwijs is het proces van handelingsplanning in zijn verschillende fasen het uitgangspunt voor de beschrijving en de beoordeling van het onderwijskundig functioneren. Rekening houdend met relevante context- en inputkenmerken geeft het inspectieteam aan hoe kwaliteitsvol de school voor elk kind een optimale en harmonische persoonlijkheidsontwikkeling en integratie nastreeft en hoe dit beleidsmatig wordt ondersteund. Voor de beschrijving van het onderwijskundig functioneren zijn er dus 2 mogelijke structuren om de vaststellingen te ordenen: 1 De onderwijsinspectie beschrijft in het gewoon basisonderwijs het onderwijskundig functioneren vanuit kernvragen in verband met: basisvorming als samenhangend geheel realiseren brede ontwikkeling realiseren zorgbreedte realiseren. 2 De inspectie beschrijft in het buitengewoon basisonderwijs het onderwijskundig functioneren volgens de fasen van het proces van handelingsplanning: beginsituatie doelenfase voorbereidingsfase uitvoeringsfase evaluatiefase. Afkortingen CLB centrum voor leerlingenbegeleiding ICT informatie- en communicatietechnologie KVS / LVS kindvolgsysteem / leerlingvolgsysteem LO lichamelijke opvoeding MDO multidisciplinair overleg IHP individueel handelingsplan GON geïntegreerd onderwijs GWP groepswerkplan MPI medisch pedagogisch instituut 1 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de wijze waarop sommige bevoegdheden van de onderwijsinspectie van de Vlaamse gemeenschap worden uitgevoerd ( ).

3 3 Inhoudsopgave 1 Relevante context- en inputgegevens Onderwijskundig en onderwijsondersteunend functioneren Onderwijskundig functioneren Onderwijsondersteunend functioneren Beoordeling van de onderwijskwaliteit Relevante aspecten waarin de school goed is Relevante aspecten die de school kan verbeteren: aanbevelingen Relevante aspecten die de school moet verbeteren: tekorten Risicobeheersingsbeleid Toelichting Aanbevelingen en tekorten risicobeheersingsbeleid Andere wettelijke bepalingen Onderwijsleermiddelen en schooluitrusting Wettelijke bepalingen Aanbevelingen en tekorten naleving andere wettelijke bepalingen Conclusies en advies Conclusies Advies...13

4 4 1 Relevante context- en inputgegevens Deze school biedt buitengewoon onderwijs aan van het type 4 (onderwijs dat aangepast is aan de opvoedings- en onderwijsbehoeften van kinderen met een fysieke handicap) voor zowel kleuters als lagereschoolkinderen. De basisschool is gelegen op een campus, samen met een school voor buitengewoon secundair onderwijs en een Medisch Pedagogisch Instituut. De samenwerking met het MPI is voor de school erg belangrijk. De school werkt met dezelfde kinderen, vandaar dat afspraken onontbeerlijk zijn. De cliëntverantwoordelijken van het MPI zijn het directe aanspreekpunt. Voor typische schoolse problemen kunnen ouders steeds terecht bij directie en leerkrachten. De school telt op het moment van de schooldoorlichting 92 leerlingen in het kleuter en lager onderwijs en ze begeleidt 61 GON-kinderen in het kleuteronderwijs en 134 GON-kinderen in het gewoon lager onderwijs. De school maakt deel uit van de scholengemeenschap KOW en St.-Lodewijk Wetteren. Een andere school voor type 4-onderwijs is gelegen in Gentbrugge.

5 5 2 Onderwijskundig en onderwijsondersteunend functioneren 2.1 Onderwijskundig functioneren Beginsituatie In welke mate slaagt de school erin om te komen tot een relevant totaalbeeld van de beginsituatie van elk kind? Relevante aspecten waarin de school goed is Alle nieuwe leerlingen doorlopen een intakeprocedure. De intakefase van de school valt samen met deze van het MPI. Bij de intakefase wordt over de leerling alle nodige informatie verzameld. Zo worden onder meer medische verslagen, het inschrijvingsverslag, soms GON-evaluatieverslagen en eventueel bijkomende verslagen van observaties opgevraagd en verzameld. De cliëntverantwoordelijke van het MPI maakt een sociaal basisverslag op dat wordt bezorgd aan de teamleden voor de start van de leerlingen. Op het einde van de maand augustus zijn er twee startdagen voor de (inter)disciplinaire overdracht van de leerlingen. De leerlingendossiers worden doorgegeven en de leerlingen worden aan de verschillende onderwijsparticipanten voorgesteld. De documenten hebben een overzichtelijke structuur waardoor een functionele overdracht mogelijk is. Om tot een relevant totaalbeeld te komen van de leerling, vraagt de school en het MPI heel wat informatie op. Gerichte informatie wordt bij de ouders opgevraagd tijdens de intake en tijdens huisbezoeken. Bij de start van het schooljaar worden van een aantal leerlingen de LVS-testen of CITO-toetsen afgenomen. De verwerking van alle gegevens resulteert in een overzichtelijke beeldvorming op leerlingniveau. De individuele handelingsplannen en groepswerkplannen getuigen van een weldoordachte visie over zorg op maat van elk kind. Het team heeft aandacht voor alle ontwikkelingscomponenten en alle leergebieden. Het is voor iedere kindbetrokkene duidelijk wat van hem of haar wordt verwacht. Bij het bepalen van de beginsituatie benutten de kindbetrokkenen de aanwezige relevante informatie uit de leerlingendossiers. De kindbesprekingen worden vooraf door de teamleden degelijk voorbereid. De specifieke zorgvraag wordt nauwkeurig geformuleerd en de neerslag van de besluiten is beschikbaar voor alle betrokkenen. Relevante aspecten die de school kan verbeteren Relevante aspecten die de school moet verbeteren Doelenfase In welke mate slaagt de school erin om doelen op maat van het kind in overleg te selecteren waarbij er aandacht is voor een harmonische ontwikkeling en een optimale integratie? Relevante aspecten waarin de school goed is Het team maakt in overleg een herkenbare selectie uit de decretaal vastgelegde ontwikkelingsdoelen. Omdat voor BuO type 4 nog geen decretaal vastgelegde ontwikkelingsdoelen bestaan, put het team uit de ontwikkelingsdoelen van deze voor type 1, type 2, type 8 en de ontwikkelingsdoelen en eindtermen voor het gewoon basisonderwijs, afhankelijk van de ingeschatte mogelijkheden van het kind.

6 6 Het team legt lange- en kortetermijndoelen vast, met aandacht voor de haalbaarheid. Aanvullend besteedt het team ook extra aandacht aan het formuleren van zinvolle tussenstappen, Het team selecteert ontwikkelingsdoelen voor alle leergebieden en domeinen. Het culturele, de verkeerseducatie evenals milieuzorg worden niet uit het oog verloren. Een werkgroep rond gezondheidsbeleid werd opgestart. De doelen dragen bij tot het zo zelfstandig mogelijk functioneren in en participeren aan de maatschappij. Relevante aspecten die de school kan verbeteren In het kader van socio-emotionele ontwikkeling is de graad van het werken met een methode voor sociale vaardigheden verschillend van leerkracht tot leerkracht. Dit item is ook niet opgenomen in de rapporten. De ouders worden hier wel over gebrieft tijdens het cliëntoverleg met de ouders en het oudercontact. Relevante aspecten die de school moet verbeteren Voorbereidingsfase In welke mate slaagt de school erin haar onderwijsaanbod op maat van het kind voor te bereiden? Relevante aspecten waarin de school goed is Vanuit de basisgegevens over de toestand van het kind en het gesprek met de directie en cliëntverantwoordelijke worden de groepen samengesteld met aandacht voor de socio-emotionele toestand van het kind. De leeftijd is ondergeschikt maar niet onbelangrijk. Wat differentiëren binnen de vastgelegde groepen betreft, is deze school een voorbeeld van good-practice. Met het oog op jaarlijkse bijsturingen gaat de cliëntverantwoordelijke op huisbezoek bij de ouders. De additionele hulp wordt gepland door het volledige team onder leiding van de cliëntverantwoordelijke. De afspraken die voortvloeien uit dit overleg worden vastgelegd in duidelijke werkroosters. De school voorziet ook momenten van geïntegreerd werken : één activiteit die begeleid wordt door klasleerkracht, kine, logo, ergo (alle disciplines samen) waarbij ieder het kind ondersteunt vanuit zijn specialiteit. De teamleden voorzien aangepaste werkvormen, gevarieerde instructiekanalen en passende materialen. Bij ons bezoek zagen wij ook heel specifieke hulpmiddelen voor een aantal kinderen. Net zoals bij het selecteren van doelen is er aandacht voor alle leergebieden en domeinen. Binnen de totale persoonlijkheidsontwikkeling heeft het team aandacht voor initiatief en creativiteit van de kinderen. Dit gebeurt in de klasoverschrijdende sport- en atelieractiviteiten. Bij de samenstelling van deze groepen spelen het aanbod, de interesse van de kinderen en de professionaliteit van de leerkrachten een belangrijke rol. De uiteindelijke keuze wordt bepaald in disciplinair overleg. De uitgebreide hulpverlening naar andere scholen (GON) wordt gecoördineerd door de GON-coördinator. Zij staat niet alleen in voor de planning (wie? waar?) maar beheert ook een deel van de orthotheek; zijnde de materialenkoffers waaruit de GON-leerkrachten materialen kunnen putten om op verplaatsing mee te nemen. De planningsdocumenten zijn overzichtelijk en richtinggevend voor de uitvoering van de activiteiten. De uitbouw van de handelingsplanning (groeps- en individuele handelingsplannen) is een voorbeeld van good-practice. Relevante aspecten die de school kan verbeteren De afstemming tussen het agenda en het groepswerkplan is zeer divers. De school kan hierbij een systeem uitwerken dat nog functioneler werkt en dat het vele schrijf- en papierwerk bespaart. Relevante aspecten die de school moet verbeteren

7 7 Uitvoeringsfase In welke mate slaagt de school erin haar onderwijsaanbod op maat van het kind als een coherent geheel te realiseren? Relevante aspecten waarin de school goed is De teamleden slagen erin om onderwijs aan te bieden dat in hoge mate aansluit bij de beperkingen en de mogelijkheden van de kinderen. De leerinhouden worden sterk gedifferentieerd aangeboden en alle beschikbare personeel wordt efficiënt ingezet om zo goed mogelijk aan te sluiten bij de individuele zorgvragen van de kinderen. Veel leeractiviteiten zijn gericht op het verhogen van de communicatieve en motorische vaardigheden, de zelfredzaamheid en het stimuleren van de maatschappelijke integratie van de kinderen. In een aantal groepen gaat permanente aandacht naar het inoefenen van de noodzakelijke functionele vaardigheden. De uitvoering van de lesactiviteiten gebeurt grotendeels conform de voorbereiding. De meeste groepsleraren hebben permanent oog voor een goede regie van de in de klas aanwezige personeelsleden. Ook voor een zinvolle inzet van de aanwezige stagiairs is voortdurend aandacht. De aanpak en het klasmanagement zijn gefundeerd, weloverwogen en komen tegemoet aan de specifieke behoeften van de kinderen. Teamleden sturen hun pedagogisch-didactisch handelen voortdurend bij op basis van observaties, leerervaringen en gezamenlijk overleg. Vrijwel alle teamleden vertonen een grote betrokkenheid en een positieve ingesteldheid. Een groot aantal onder hen maakte een bewuste keuze om onderwijs te verstrekken aan kinderen met bijzondere opvoedings- en onderwijsbehoeften. Het stimuleren van een positief zelfbeeld en het welbevinden van de leerlingen krijgen een belangrijke plaats. De school heeft een hart voor de kinderen (en hun ouders) en maakt dit ook waar ondanks de moeilijke en complexe doelgroep. Enkele leraren stimuleren bewust het doelgericht leren en de betrokkenheid van de leerlingen door het verduidelijken van de lesdoelen en het bespreken van de zin en het nut van het geleerde. De school heeft een duidelijke en herkenbare structuur waarin afspraken door de meeste teamleden consequent worden nageleefd en uitgevoerd. Toch is de organisatie soepel, zodat zo nodig kan worden ingespeeld op een onvoorziene omstandigheid of opportuniteit. De dagelijkse briefing speelt hierin een cruciale rol. In de meeste groepen zijn de kinderen actief betrokken bij het leerproces. Ze krijgen voldoende kansen om het geleerde uit te proberen en gradueel toe te passen in gevarieerde en levensechte situaties. Door de thematische aanpak realiseren de leraren voldoende horizontale samenhang in het aanbod. De opbouw en de uitvoering van de leeractiviteiten is logisch en gebeurt in voldoende kleine stappen. De leerlingen maken in voldoende mate gebruik van concreet materiaal. Ze stemmen hun aanbod en aanpak in samenspraak met de groepsleraar af op de concrete zorgvragen van de kinderen. De GON-begeleiders in de diverse bezochte scholen leveren degelijk werk af. Er zijn duidelijke afspraken met de ontvangende school en de GON-begeleiders. De GON-leerlingen krijgen een voorbeeldige ondersteuning. Relevante aspecten die de school kan verbeteren Voor het leergebied wereldoriëntatie is de continue opbouw en de inhoudelijke invulling van een aantal domeinen minder sterk. Over de bewaking van het aanbod bestaan nog geen sluitende schoolafspraken. De verticale samenhang in het pedagogisch-didactisch handelen scoort soms minder goed. Niettegenstaande verschillende tijd- en ruimtekaders, referentiematen, pictogrammen en stappenplannen in het klasbeeld aanwezig zijn, ontbreekt hierin soms de nodige gradatie en samenhang. Binnen het leergebied muzische vorming is er in sommige groepen enig onevenwicht in de aandacht voor de verschillende domeinen en de registratie ervan. Vooral activiteiten uit het domein beeld komen veelvuldig aan bod. Gezien de doelgroep is dit gedeeltelijk te verantwoorden. Toch mogen de andere domeinen en expressievormen niet in het gedrang komen. De bestaande infrastructuur en de verspreiding van de verschillende lokalen over een groot domein brengen heel wat verplaatsingstijd met zich mee.

8 8 Relevante aspecten die de school moet verbeteren Evaluatiefase In welke mate slaagt de school erin om de vorderingen op maat van elk kind te evalueren? Relevante aspecten waarin de school goed is De meeste leraren evalueren de vorderingen van de kinderen permanent. Aan het eind van een activiteit gaan sommigen na of de lesdoelen zijn bereikt en in welke mate de vaardigheden door de leerlingen zijn verworven. Indien nodig wordt het onderwijsleerproces tussentijds bijgestuurd. Uit alle geraadpleegde documenten en ook uit de observaties blijkt dat vrijwel alle leraren alert zijn voor opduikende problemen en veel voorkomende fouten die leerlingen maken. Er zijn evaluatiegegevens beschikbaar voor alle leergebieden en alle ontwikkelingscomponenten. Voorafgaand aan een kindbespreking (cliëntoverleg) dienen alle betrokkenen (ook vanuit het MPI) evaluatiegegevens in over de vorderingen, zodat een efficiënt overleg op basis van relevante informatie mogelijk is. Het cliëntoverleg met het oog op het bijsturen van de individuele handelingsplanning leidt tot bindende afspraken over wat men de komende periode wil bereiken, hoe men hieraan wil werken en welke ondersteuning door de verschillende participanten kan worden geboden. Het schoolteam rapporteert drie maal per schooljaar aan de ouders over de resultaten en de voortgang van hun kinderen. Er is een duidelijke link tussen de geselecteerde ontwikkelingsdoelen in het groepswerkplan en de rapportering. In december en juni vinden individuele oudercontacten plaats waarbij de ouders worden ingelicht over de vorderingen van hun kind. De informatie is gebaseerd op de resultaten en de afspraken die op de klassenraad werden gemaakt. Leraren die een moeilijk oudercontact verwachten kunnen beroep doen op ondersteuning. Jaarlijks vindt ook een huisbezoek plaats bij alle leerlingen naar aanleiding van een cliëntoverleg. Op het einde van het schooljaar is een testafname voorzien voor alle leerlingen. De eindklassenraad staat in het teken van de oriëntering voor het volgende schooljaar. Het schooltam maakte recent een observatieschema aan voor het opmaken van een advies voor de overstap naar het secundair onderwijs. Relevante aspecten die de school kan verbeteren De kindbesprekingen met het oog op het bijsturen van de individuele handelingsplanning richten zich in mindere mate op een doorgedreven didactische aanpak die tot beter rendement op de klasvloer leidt. Het bouwoverleg dat maandelijks plaatsvindt, probeert aan deze nood tot didactische afstemming wel tegemoet te komen. Relevante aspecten die de school moet verbeteren 2.2 Onderwijsondersteunend functioneren In welke mate ondersteunen de gezamenlijke doelgerichtheid, het interne leiderschap, de communicatie- en overlegmogelijkheden en de professionele ontwikkeling van de teamleden het realiseren van de onderwijskundige doelen? Relevante aspecten waarin de school goed is De gezamenlijke doelgerichtheid binnen de school blijkt o.m. uit een overzichtelijk schoolwerkplan met een eigen opvoedingsproject. Dit wordt levendig gehouden door er op geregelde tijdstippen naar terug te grijpen in teamvergaderingen. De leerkrachten hebben een gelijkgerichte visie op de concretisering van

9 9 het proces van handelingsplanning. Zij nemen gerichte beslissingen die het gezamenlijk en gelijkgericht werken bevorderen. Maandelijks is er bouwoverleg met alle teamleden van het bouwoverleg en komen heel wat onderwijskundige materies aan bod. Naar buitenuit profileert de school zich als een school waar degelijk onderwijs wordt gegeven op maat van ieder kind met zijn specifieke zorgvraag. Alle leerkrachten vermelden de voorbeeldige teamgeest en teambetrokkenheid als erg positief. In overleg met het schoolteam leidt de directie de school op pedagogisch-didactisch, administratief en organisatorisch vlak. Tweewekelijks is er disciplinair overleg en wekelijks vergaderen de directeuren van de overkoepelende vzw. Samen school maken, door een stapsgewijze aanpak, vindt de directie heel belangrijk om kwaliteitsvol onderwijs te kunnen aanbieden. In functioneringsgesprekken peilt zij naar het welbevinden van de leerkrachten en zoekt zij samen naar werkpunten en kansen om de eigen deskundigheid nog beter aan te wenden. Zij verwacht van de leerkrachten dat zij doen wat ze beloven. De inzet en de grote motivatie van de directie werken aanstekelijk. De leerkrachten waarderen het dat de directie hun inzet en geslaagde initiatieven in het daglicht plaatst. De infodoorstroming van directie naar leerkrachten en tussen de leerkrachten onderling verloopt keurig. Iedere dag start met een korte briefing. Tijdens vergaderingen wordt aandacht geschonken aan goede vergadergewoonten. Het accent in de personeelsvergaderingen ligt op het uitstippelen van het beleid, het inhoudelijke werk een stukje evaluatie en het inleiden van nieuwe werkpunten. Deze vergaderingen verlopen op een democratische manier wat o.m. blijkt uit de participatieve besluitvorming. De school wendt verschillende kanalen aan om ouders te informeren over het schoolleven en over de evolutie van hun kind. Er is een constructieve samenwerking met het oudercomité. Ouders worden dan ook als volwaardige partners betrokken in heel het schoolleven. Op regelmatige tijdstippen volgen de teamleden en GON-begeleiders nascholing. Ook interne nascholing door de orthopedagoge staan op het agenda. De orthotheek en de vele werken en materialen voor de GON-begeleiders zorgen er voor dat de teamleden zich verder kunnen bekwamen in bepaalde materies. Er is een duidelijke band tussen de nascholing en de noden of prioriteiten van de school. Het team ontvangt heel wat stagiairs uit verschillende disciplines. De school ervaart deze samenwerking als een duidelijke win-win-situatie. Relevante aspecten die de school kan verbeteren

10 10 3 Beoordeling van de onderwijskwaliteit 3.1 Relevante aspecten waarin de school goed is Het proces van handelingsplanning wordt op een voorbeeldige wijze uitgevoerd. De IHP en GWP getuigen van een weldoordachte visie over zorg op maat voor elk kind. Het team heeft aandacht voor alle ontwikkelingscomponenten en alle leergebieden. Vrijwel alle teamleden en ouders vertonen een grote betrokkenheid en een positieve ingesteldheid. De school heeft een hart voor de haar toevertrouwde kinderen. De GON-werking in de scholen voor gewoon BaO gebeurt op een weldoordachte en degelijke wijze. De samenwerking met het MPI is optimaal. De school werkt op een constructieve wijze samen met vele participanten. 3.2 Relevante aspecten die de school kan verbeteren: aanbevelingen De school kan nog dwingender afspraken maken in verband met welke thema s voor wereldoriëntatie en muzische vorming aan bod komen in de verschillende groepen. Ook de continue opbouw en het evenwicht tussen de domeinen kan verbeteren. De school kan afspraken maken omtrent de te gebruiken pictogrammen in de verschillende groepen. De afstemming tussen het agenda en het groepswerkplan is zeer divers. De school kan hierbij een systeem uitwerken dat nog functioneler werkt en dat het vele schrijf- en papierwerk bespaart. 3.3 Relevante aspecten die de school moet verbeteren: tekorten

11 11 4 Risicobeheersingsbeleid 4.1 Toelichting De inspectie heeft een signaalfunctie voor de scholen in het kader van een dynamisch risicobeheersingsbeleid. Zij steunt hierbij op artikel 7 4 van het Besluit van de Vlaamse Regering: 2 De inspectie zal een marginale controle uitoefenen op de voorwaarden inzake hygiëne, veiligheid en bewoonbaarheid. Tevens zal zij onderzoeken of de materieel bevoegde overheden geen tekortkomingen hebben vastgesteld en of alle wettelijk vereiste veiligheidsattesten zijn afgeleverd. Aan de hand van de dynamische inspectie-index zijn volgende vier indicatoren onderzocht: 1 De organisatie van het veiligheids- en welzijnsbeleid 2 De bewoonbaarheid van de schoolinfrastructuur 3 De veiligheid van de leer- en werkomgeving 4 Hygiëne, gezondheid en milieuzorg Iedere indicator wordt gedekt door een aantal variabelen. In de bijlage van dit verslag wordt elke variabele gewaardeerd op een schaal van 0 tot en met Aanbevelingen en tekorten risicobeheersingsbeleid Om het risicobeheersingsbeleid te optimaliseren kan de school: Zorg er steeds voor dat de stookplaatsen vrij zijn van opslag (vooral brandbaar materiaal). De school dient de volgende maatregelen te integreren in het beleidsplan en verbeteracties op te nemen in het jaaractieplan: Geef gevolg aan opmerkingen uit de diverse keuringsverslagen en geef deze verbeteracties indien mogelijk een plaats in het jaaractieplan. Bij indien mogelijk houdt de inspectie rekening met de AGIONdossiers en de op til zijnde onteigening door Dienst Zeeschelde. Het schoolbestuur blijft verantwoordelijk voor de veiligheid van personeel en kinderen, ook vóór, tijdens en na de uitvoering van de werken.. De school moet maatregelen nemen om de volgende tekorten weg te werken: 2 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de wijze waarop sommige bevoegdheden van de onderwijsinspectie van de Vlaamse gemeenschap worden uitgevoerd ( )

12 12 5 Andere wettelijke bepalingen 5.1 Onderwijsleermiddelen en schooluitrusting De school beschikt over voldoende onderwijsleermiddelen en over een aangepaste schooluitrusting om de ontwikkelingsdoelen na te streven en de eindtermen te realiseren. 5.2 Wettelijke bepalingen Voor zover de inspectie bij de controle van een aantal documenten heeft kunnen vaststellen, wordt de schooladministratie op een correcte manier bijgehouden en afgehandeld. De school leeft de wettelijke bepalingen na. 5.3 Aanbevelingen en tekorten naleving andere wettelijke bepalingen Niet van toepassing.

13 13 6 Conclusies en advies 6.1 Conclusies Het onderwijskundig en het onderwijsondersteunend functioneren in deze school voldoen. Het risicobeheersingsbeleid in deze school voldoet. De naleving van de andere wettelijke bepalingen in deze school voldoet. 6.2 Advies In uitvoering van het Decreet van 17 juli 1991, inzonderheid het artikel 5, alsmede in uitvoering van het Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de wijze waarop sommige bevoegdheden van de onderwijsinspectie van de Vlaamse gemeenschap worden uitgevoerd van 2 februari 1999, artikel 10, wordt een gunstig advies uitgebracht voor verdere erkenning en subsidiëring. De inspecteurs basisonderwijs De coördinerend inspecteur buitengewoon onderwijs Karl Baert Luc D Hondt Dirk Piqueur Yvan Verbauwhede Datum van bespreking van het ontwerpverslag met het schoolbestuur en de directie: 21/03/08 Datum van verzending aan het schoolbestuur en de directie: Voor kennisneming: De directie Het schoolbestuur Naam: Datum: Naam & Functie: Datum: Het ondertekende verslag moet binnen de dertig kalenderdagen na ontvangst teruggezonden worden aan de coördinerend inspecteur: H. Consciencegebouw 4BC04, Koning Albert II-laan 15, 1210 Brussel. Het schoolbestuur kan op- of aanmerkingen formuleren na kennisneming van dit verslag en als bijlage meezenden. Vak bestemd voor de stafleden van de inspectie basisonderwijs Hendrik Consciencegebouw 4BC04 Koning Albert II-laan BRUSSEL De coördinerend inspecteur buitengewoon onderwijs Yvan Verbauwhede Coördinerend inspecteur De inspecteur-generaal basisonderwijs Luc Van der Auwera Wnd. inspecteur-generaal