Informatie groep 5/6b 2010-2011 Welkom - Iets over de inrichting van de klas. Kinderen hebben een plaats gekregen, maar na de herfstvakantie, kerstvakantie, voorjaarsvakantie en meivakantie wisselen ze van plaats. DE LEERSTOF Catechese, levensbeschouwing Wij werken met de methode Trefwoord. Hiermee wordt elke ochtend een korte dagopening gedaan. Trefwoord laat kinderen op verschillende manieren (verhaal, liedjes, versje, gesprekje enz.)kennismaken met diverse aspecten van levensbeschouwing. Er wordt gebruik gemaakt van een kalender met plaatjes en verwijzingen naar het thema, dat in die periode centraal staat. Trefwoord kent meerdere periodes, waaraan een thema gekoppeld is. De kinderen mogen elke dag om de beurt de kalender afscheuren en mee naar huis nemen. Leefstijl De methode Leefstijl leert kinderen opgroeien tot zelfstandige, sociaal vaardige en betrokken leerlingen. In groep 5 en 6 worden de volgende Leefstijl thema s behandeld: Leefregels: -De groep? Dat zijn wij! -We zijn er voor elkaar -Praten en luisteren -Let op wat je zegt en doet -Ken je dat gevoel? -Je mag weten waar je aan toe bent -Ik vertrouw op mij -Ik mag er zijn -Iedereen anders allemaal gelijk -Samen zijn we verschillend -Lekker gezond -Leef gezond Rekenen De methode heet Pluspunt: De totale leerstof bestaat uit 12 blokken van elk 3 weken. Dus zo n 36 schoolweken en 4 herhalingsweken. Een les duurt ongeveer een uur. Elke dag staat rekenen op het rooster. Er zijn lessen die leerkracht gebonden zijn en lessen die de leerlingen zelfstandig verwerken. Steeds vaker komt het zelfstandig werken terug in het onderwijs. We gebruiken drie boeken: Gele boek(lesboek): leerkrachtgebonden lessen Blauwe boek(opdrachtenboek) met het groene werkboek: zelfstandig werken. Rode boek(plusboek): herhaling, uitbreiding. Een blok bestaat uit 11 lessen, dan volgt een toets (les 12). Naar aanleiding van die toets volgt herhaling (kopieerbladen) of uitbreiding (les 13 14 en 15). Die staan in het rode boek. Groep 5: Honderdtallen: 100 t/m 1.000 ------------------------------------------------ 1
- De tafels van 1 tot en met 10 - Analoge kloktijden aflezen - Digitale tijden aflezen - Meten in meters, centimeters en millimeters - Uit tabellen gegevens aflezen en interpreteren - Vermenigvuldigen met tien: 10 x 26 Groep 6: - Duizendtallen: 1.000 t/m 10.000 -------------------------------------------------- - Vlot rekenen met de tafels tot en met 10 - Analoge en digitale tijden aflezen en noteren - De juiste maateenheid bij een oppervlakte bepalen - Breuken noteren en op een strook benoemen - Gegevens uit een grafiek aflezen en interpreteren - Deelsommen, uitkomsten groter dan 10 Lezen (Estafette) Een aantal leerlingen werken in groepjes onder leiding van een leerkracht of remedial teacher of ouder aan de methode Estafette om zo tot het gewenste CITO- niveau te komen. Dit is een methode om het technisch lezen te bevorderen. In kleine groepjes lezen deze kinderen in boekjes, leeskaarten en maken een bijbehorend werkboekje. Deze kinderen leren om eerst nauwkeurig te lezen en vervolgens hun leestempo te verhogen.. De andere kinderen gaan BAVI lezen. Bij het individueel lezen gaat het om: 1. het leren plezier te krijgen in lezen 2. het leren begrijpen van langere teksten 3. een mening kunnen geven over een boek 4. het zelfstandig verwerken van technische leesvaardigheid 5. respect voor boeken De kinderen lezen 4 x per week een bepaalde tijd in een prettige leesomgeving (ongeveer 20 30 min), de kinderen lezen alleen, zachtjes voor zichzelf. o de school zorgt voor goede kinderboeken waaruit het kind kan kiezen o de boeken zijn ingedeeld naar het belevingsniveau en niet meer op technisch lees niveau o kinderen lezen dus wat ze begrijpen o we werken met lezen volgens een schema: iedere week staat er een bepaald soort boeken, lectuur centraal en ieder groepje komt 1 dag per week aan de beurt om hierin te lezen. Dit kunnen zijn: stripboeken, gedichtenbundels, juniorboekjes, kranten, prentenboeken, tijdschriften, etc. Dit om de leesbevordering te stimuleren en de sleur van het lezen (zoals sommige kinderen het ervaren) te doorbreken. o leerkracht organiseert regelmatig activiteiten om het lezen te promoten, bijv.: * stukje voorlezen 2
* een leerling een leuk stukje laten lezen (donderdagmiddag) * een praatje over een boek * gesprekje over hoe kies je een boek - Een aantal keer per jaar mogen ze boeken van thuis mee naar school nemen. - Kinderboekenweek. (oktober) Begrijpend lezen Voor begrijpend lezen werken wij met de methode Tekstverwerken. Er zijn 35 teksten, waaronder verhaaltjes en gedichtjes. Daarbij horen vragen, die zeker in het begin samen gemaakt worden. Vaak begint elke les met een paar vragen om in de sfeer van de les te komen, daarna mogen ze pas het verhaal gaan lezen en gaan ze een aantal vragen over de tekst beantwoorden, en de les eindigt met een creatieve opdracht. Om de zeven lessen volgt een toetsles om te zien of ze het ook zelf kunnen. Daarnaast zullen de kinderen extra werken in een CITO oefenboek en met Nieuwsbegrip voor begrijpend lezen. Taal Deze methode die we gebruiken is Taal actief. Taal actief bestaat uit 10 verschillende thema s. Elk thema duurt 3 weken. Na 2 thema s is er een zogenaamde parkeerweek (herhaling,verbreding) Tijdens die 3 weken hebben we taallessen uit het taalboek, woordenschatoefeningen met behulp van een praatplaat en verwerkingsschrift en natuurlijk spellingsoefeningen. Taal bestaat uit: 1. spelling: het goed kunnen schrijven van de o.a. de volgende categoriewoorden: Groep 5 Groep 6 kraai lucht school saus bank getal bezoek jarig pauw kettinkje vrolijk dokter tafeltje ballen fietsen huizen jager Amsterdam duiven Amsterdamse Moment 1 Moment 2 Moment 3 Week 1: les 1 les 2 les 3 Week 2: les 4 Signaaldictee werken in groepen; les 5 Week 3: werken in oefenen contr. Controledictee groepen; les 6 Na het signaaldictee gaan er woordpakketten mee naar huis om eventueel extra te oefenen. 2. woordenschat: betekenis van de woorden 3. taal in de vorm van spreken; luisteren; stellen, schrijven en lezen. De methode geeft extra instructie en verrijkingsstof voor de kinderen die dit nodig hebben. Ook de computer vormt een belangrijk onderdeel van het taalonderwijs. Ieder thema duurt 3 weken. 3
Verder moeten de kinderen in de eerste helft van dit schooljaar een boekbespreking houden en in het tweede deel een spreekbeurt. o.a. t.b.v. een goede taalbeheersing. Kinderen krijgen blad mee met punten, die voor moeten komen in de boekenbeurt. Hierop staat ook de datum. Altijd op vrijdag. Wereldoriëntatie Er zijn drie vakgebieden: - aardrijkskunde: Geobas - geschiedenis: Bij de tijd - biologie: Natuurlijk Aardrijkskunde In groep 5 en 6 krijgen de kinderen een lesboek en een werkboek. Een onderwerp bestaat uit 3 lessen en een terugblik, daarna krijgen ze een samenvatting. Dan nemen de kinderen de samenvatting een week voor een toets mee naar huis. Er wordt een begin gemaakt met kaartlezen. Er staat nog geen gebied centraal zoals in gr. 6, 7 en 8. De betekenis van de kaart symbolen komt uitgebreid aan de orde. Ook zullen er regelmatig topo-toetsen plaatsvinden. Groep 5: o.a. terug van vakantie, de weg in Nederland, verkeer en vervoer Groep 6: aardrijkskunde staat dit jaar in het teken van Nederland. Geschiedenis Enkele onderwerpen uit de geschiedenis komen aan de orde in groep 5: 1. De prehistorie jagers en verzamelaars. 2. Een Germaans dorp 3. Nederland waterland 4. Naar de fabriek 5.Techniek en vrije tijd. Groep 6:We behandelen o.a. de Romeinse tijd, de Middeleeuwen en de Franse revolutie. Dit is een methode om het technisch lezen te bevorderen. In kleine groepjes lezen deze kinderen in boekjes, leeskaarten en maken een bijbehorend werkboekje. De kinderen nemen de samenvatting een week voor een toets mee naar huis. Biologie Biologie (levende natuur) en natuurkunde (niet levende natuur) lopen door elkaar. Zelf onderzoeken en experimenteren, waarnemen en meten dat neemt een belangrijke plaats in. Soms wordt dan ook gevraagd om eens iets van huis mee te nemen. Elk blok van vier lessen van in totaal 8 blokken. Elk blok wordt afgesloten met een toets. 4
Voor Natuuronderwijs en Techniek hebben we de methode Natuurlijk. Deze methode is opgebouwd uit theorie en praktijklessen. Tijdens de lessen komen o.a. de volgende thema s aan bod in groep 5: natuur, menselijk lichaam, voedsel en verbranding; Groep 6: groeien, klimaat en leven in het water. Techniek Wij werken met de kinderen ook aan het vak Techniek. Dit doen wij bij het vak natuurkunde (met de methode Natuurlijk), maar ook werken wij 7 x per jaar, ongeveer 1 keer per maand, in de aula met materialen uit de Techniekkasten. Hierin zitten techniekboxen die de kinderen uitdagen om zelf kennis te maken met allerlei technische vaardigheden en nodigen de kinderen uit om zelf allerlei oplossingen te bedenken. Zo werken we met Clics, Knexx, LegoEducation, boxen met katrollen/hefbomen, magneten, bellen blazen, electrische verbindingen maken enz. Verkeer Bij deze methode: Klaar over, is er rekening gehouden met de leefwereld en ervaringen van de leerlingen. Omdat de leerlingen van groep 5 en 6 vooral als voetganger en als fietser aan het verkeer deelnemen, behandelen we in deze methode de regels en borden die gelden voor voetgangers en fietsers. Per 2 weken geven we 1 les uit het boek en daarnaast gaan we ook wat praktijkoefeningen buiten doen. Schrijven Nieuwe methode: Een aantal richtlijnen: - het ontwikkelen van een eigen schrijftempo - het aanleren en oefenen van het schrijven zonder hulplijnen(vanaf half groep 6) - het kritisch leren beoordelen van het eigen handschrift We schrijven in groep 5 en 6, 2 x per week. De kinderen moeten altijd met een vulpen of stabilo-pen schrijven én aan elkaar! Hoekenwerk Een half uur per week werken wij in groepen in hoeken. De kinderen werken in groepsverband aan verschillende opdrachten. Dat kunnen bijv. zijn een rekenspel, drama-opdracht, een opdracht op de computeren, creatieve opdrachten en werken aan werkbladen, enz. Dit alles om samen met anderen dingen te ontdekken, dus ook elkaar helpen en in een groep leren samenwerken. Creatieve vakken o Muziek Dianne Proost is op de Borghoek onze muzieklerares, zij geeft muziek aan onze groep op elke maandagmiddag. Op vrijdagmiddag hebben we een half uur muziek, dansante vorming of drama. o Handvaardigheid/tekenen Elke week hebben de kinderen een tekenles en een knutselles. Een keer per jaar hebben we een creadag, met kerstmis. o Expressie 5
Onder deze noemer vallen allerlei creatieve -en podiumactiviteiten waaronder bijv. drama (toneelspelen-toneelschrijven.) Ook kent de gemeente Bergen op Zoom het zgn. Cumenu. We laten de kinderen op gevarieerde wijze kennismaken met vormen van expressie en cultuur. Daarvoor zullen we een enkele keer ergens naartoe moeten gaan of er komt iemand langs bij ons op school. o HDBKF-estival Het HolderDeBolderKolder-festival is een gezellige vrijdagmiddag in de aula samen met de groepen 5, 6, 7 en 8. Per groep mogen een aantal kinderen op het podium een optreden verzorgen. Per schooljaar is dit 2 keer, de eerst keer kijkt groep 5 mee en de 2 de keer mogen ze hier ook aan meedoen. Er zullen van te voren in de klas eerst voorrondes worden gehouden. Gym Elke donderdagochtend hebben we gym met toestellen en elke vrijdagochtend hebben we een spelles. Alle kinderen hebben tijdens de gymlessen gymschoenen aan in verband met hygiëne en veiligheid en gelieve goede gymkleding mee te geven aan uw kind. LVS - CITO adaptief - onderwijs en onderwijs op maat In de hele school proberen wij adaptief te werken. Dit houdt in dat we de kinderen waarderen om wie ze zijn, ze zelfvertrouwen proberen mee te geven en ze zo zelfstandig mogelijk proberen te maken. We hopen dat de kinderen hierdoor graag naar school gaan. Bij adaptief onderwijs is het onderwijs aangepast aan de mogelijkheden en behoeften van de individuele leerling. Het gaat dus om een leerling gerichte aanpak van het onderwijs. Dat betekent niet, dat ieder kind een individueel programma volgt, maar dat leerlingen die het nodig hebben kunnen rekenen op extra begeleiding bij vakken waar ze zwak of sterk in zijn. Leerlingen die wat meer aankunnen, krijgen begeleiding bij het maken van extra stof. De overige leerlingen doorlopen het normale programma. In de klas werken we regelmatig d.m.v. gespreide instructie, oftewel instructie op maat. Dit houdt in dat de betere leerlingen sneller aan de slag kunnen en de andere kinderen wat meer uitleg krijgen. De zwakste kinderen worden geholpen, tijdens de vakken rekenen, taal, spelling en lezen, wereldoriëntatie en begrijpend lezen. Op het moment dat de leerkracht extra instructie aanbiedt worden de andere kinderen geacht om zelfstandig te werken. Dit houdt in dat zijzelf aan het werk zijn en zelf hun problemen moeten proberen op te lossen (evt. met behulp van anderen). Dit is in een combinatiegroep wat moeilijker, omdat je als leerkracht constant je aandacht en instructie moet verdelen over beide groepen. Dat is een blijvende opgave voor de leerkrachten. Na een klassikale instructie krijgen kinderen die dat nodig hebben extra en/of andere instructie. Kinderen moeten gedurende een bepaalde tijd zelfstandig kunnen werken. Daarentegen moeten ze ook weten wanneer de leerkracht zijn / haar ronde door de klas maakt. Daarom worden er regels en afspraken gemaakt. De lesmethodes die we gebruiken bieden de mogelijkheid voor herhaling en verrijking. Bij sommige vakken maken we gebruik van de computer. Het biedt kinderen de mogelijkheid om op hun eigen niveau te werken. 6
Iedere groep heeft een eigen whiteboard en daarop staan precies de taken van de vakken opgeschreven. Ze krijgen instructie van verschillende vakken op hetzelfde moment, zodat per groep daarna doorgewerkt kan worden als de leerkracht op dat moment met de andere groep bezig is. Op de whiteboards wordt de verplichte stof opgeschreven. Daaronder staat wat de extra opdrachten (evt. verrijkende) zijn. Verder werken we ook geregeld met de werkvorm samenwerkend leren. Dit houdt in dat de kinderen in tweetallen of groepjes werken, om o.a. het samenwerken te bevorderen, van elkaar te leren en met elkaar van mening te wisselen. In de klas hebben we ook een kieskast. Deze bestaat uit veel verschillende materialen (taal- en rekenkaarten, loco, varia, puzzels, gezelschapsspelletjes, dammen enz.) TV kijken Wij kijken met groep 5 en 6 naar Nieuws uit de natuur en wij proberen iedere dag 5 minuten onder eten en drinken naar het ochtend - Jeugdjournaal te kijken. ZORGBREEDTE Op onze school worden de volgende dingen gedaan om dit onderwijs te realiseren: 1. Van alle leerlingen worden de vorderingen bijgehouden in het zogenaamde Leerlingvolgsysteem. Cito heeft toetsen ontwikkeld waarmee de resultaten vergeleken worden met leeftijdgenoten in het hele land. Twee keer per jaar(januari en juni) zijn er zulke CITO toetsen voor spelling, rekenen, lezen, taal en begrijpend lezen. In een grafiek kun je zien hoe de leerling zich ontwikkelt en je kunt zien of er iets misgaat. De resultaten die ons zorgen bieden, die worden besproken met de zorgleerkracht juf Liesbeth en juf Jacqueline. Samen wordt bekeken wat er bij uitval gedaan moet worden. Grote problemen kunnen ook aan de orde komen in het hele team. 2. Het handelingsplan: voor een leerling(individueel HP) of een groepje(groeps HP) van leerlingen wordt een plan geschreven waarin staat wat we gaan doen aan de problemen. Zo n individueel HP wordt ook met de ouders besproken en hen wordt gevraagd dit plan te ondertekenen. 3. Snellere leerlingen proberen we extra werk te geven, waar ze zelfstandig aan kunnen werken. 4. Het werken met een dagkaart op het bord. 5. Instructie op maat: sommige leerlingen hebben nauwelijks uitleg nodig. Zij mogen dan ook direct aan het werk, andere kinderen krijgen langere instructie. Voorwaarde is wel dat kinderen zelfstandig kunnen werken en ze moeten leren zelf problemen op te lossen. COMPUTERS 7
We werken veel met computers binnen ons onderwijs, puur als ondersteuning, maar ook als verrijking. Rekenen = oefenen, tafels met o.a. de methode Maatwerk, Pluspunt en Rekenweb.nl. Spelling = het oefenen van de woorden van die periode, enkele kinderen maken ook de dictees op de computer. We gebruiken de computers tijdens het zelfstandig werken en tijdens hoekenwerk. In onze klas hebben we 3 computers staan. Er staan verschillende oefenprogramma s op. Ze kunnen spelling, rekenen enz. oefenen op de computer. Maar ze kunnen ook informatie zoeken op internet. Projecten. In oktober hebben we een schoolproject. Dit project is altijd gekoppeld aan de kinderboekenweek. Dit project begint met een openingsactiviteit op woensdag 6 oktober en eindigt met een gezamenlijke afsluitmiddag. In maart hebben we ons klassenproject. Daaraan gekoppeld is onze jaarlijks uitstapje met de klas. Het project wordt afgesloten met een klassenavond. Groep 5 heeft dit jaar de Internationale Kinderdag en groep 6 heeft de Jeugdmonumentendag met de Middeleeuwse markt. Sinds dit schooljaar is er een Borghoekdag.(november) HUISWERK Het volgende zien wij als huiswerk: Een spreekbeurt (praatje met een plaatje), een boekenbeurt Zoeken / meenemen van Af en toe wat afmaken Extra oefenen voor leerlingen die dat nodig hebben bijv. een spelling- of rekenmapje De samenvatting voor een Wereld Oriëntatie -vak leren Voor kinderen van groep 5 en 6 staat vast dat ze maar maximaal een half uur per dag aan huiswerk mogen besteden! Is dit meer dan een half uur, dan zouden wij dit graag van u willen horen. Zijn er nog vragen??? Onze deur staat altijd voor U open! 8