Boekhouden en kostprijsberekening

Vergelijkbare documenten
Aurington. Administratie en Advies

Luca Pacioli. Portret van Luca Paciolis door Jacopo de Barbari, Luca Bartolomeo de Pacioli was een Italiaans wiskundige.

Proefexamen Financiële Rapportering en Analyse

Inhoud WOORD VOORAF INLEIDING... 3

Hoeveelheid info in de jaarrekening is wel afhankelijk van de grootte van de onderneming à maximum 1 criterium mag overschreden worden

Inhoud. Voorwoord... DEEL I INLEIDING

Marcus wil eindelijk zijn droom realiseren en zet een nv op waarbinnen hij stoelen op maat zal maken en verkopen.

Jaarrekeninglezen voor non-financials. Ruitenburg University 15 november 2016

Inhoud WOORD VOORAF INLEIDING... 3

Examen accountancy januari 2013

Vraag I.1: Meerkeuzevragen (slechts 1 antwoord mogelijk, -1 punt wanneer gokken!)

Hfst 6 : Solvabiliteit

Hoofdstuk 6: Beoordelen

We gaan de winstgevendheid van een onderneming analyseren. DOEL: - hoe verliezen oplossen? - financieren met VV vanuit rentabiliteitsstandpunt?

Samenvatting Economie Boekhouden: THEORIE

REGISTRATIE DUBBEL BOEKHOUDEN

UITLEG EXAMEN 1E ZIT

Hfst 5: Liquiditeit. 5.1 Analyse van de liquiditeit binnen de onderneming

Uitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 4

Hoofdstuk II Boekhoudtheorie

Omzet in jaar 5 Jaaromzet , , , , ,00 Variabele kosten , , , , ,00

jaarlijkse groei 15% 12% 10% 10% jaarlijkse groei 20% 15% 12% 12% jaarlijkse groei 20% 15% Percentage van de omzet 45% 45% 45% 45% 45%

FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST

Oefenopgave 1. Oefenopgave 1. Crediteuren 600 EV 600. Debiteuren 400. Gebouwen 300 EV. Voorraden 200 Crediteuren. Kas 300

M&O VWO 2011/

Extra uitleg bij berekeningen budgettering

Uitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 5

Rentabiliteitsratio s

FINANCIËLE ANALYSE EN RATIO S

MKBTR TOPFIT SESSIE HET VERHAAL VAN DE JAARCIJFERS 17 MAART 2016

Voorwoord... 3 DEEL I ALGEMENE BOEKHOUDING VAN ZIEKENHUIZEN 11

Werkkapitaal, Equity cashflow, Entity cashflow en Discretionary Cashflow

SOLVABILITEIT SOLVABILITEIT

Handleiding budgettering

Financiële ratio s bieden een schat aan informatie

FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING. Conform de cursus Financieel Beheer IAB en de berekeningen door Ooghe en Van Wymeersch

eindexamenprogramma m&o vwo

Een meerwaarde voor u en uw klanten! Financiële analyse. Dossier De brouwerij. Studie gerealiseerd op basis van de gegevens van de klant

Hfst 3: Herwerking van de balans en de resultatenrekening

HOOFDSTUK 1 BASISBEGINSELEN VAN HET DUBBEL BOEKHOUDEN

1. GROOTBOEKREKENINGEN EN DE KOLOMMENBALANS

DOMEINBESCHRIJVING 27 MEI 2014 VOORLOPIG CONCEPT

TA3290 Life-Cycle Modeling and Economic Evaluation

Studietoets

SomethingOld. SomethingBlue

FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST

Thema 7 Overlopende rekeningen

Samenvatting Management & Organisatie Boek 2B, Hoofdstuk 41 t/m 44

eliminatie van wederzijdse vorderingen en schulden

Hoofdstuk II Verticale en Horizontale analyse

HARTELIJK WELKOM. 18 mei Startersdag Unizo. BAERT Alfred

Bedrijfseconomische boekhouding. Slimmer boeren met cijfers

Checklist haalbaarheidsstudie

HERWERKING VAN DE BALANS EN DE RESULTATENREKENING

inhoud voorwoord lijst van figuren inleiding hoofdstuk 1. de jaarrekening

BALANS NA WINSTVERDELING

Wat zegt uw financiële balans?

Opsteldatum: 26 oktober 2012 Periode: 1 januari 2009 t/m 31 december Telefoonnummer: adres: wilco.kraaij@unit4.

JAARREKENING. Toel / / / / ,67 Aandelen /8

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2013

Opsteldatum: 23 mei 2011 Periode: 1 januari 2009 t/m 31 december Telefoonnummer: adres: wilco.kraaij@unit4.

Resultatenrekening: een overzicht van de opbrengsten en de kosten van een bedrijf gedurende een bepaalde periode.

Working Capital Money Machine. Jaarcongres Controlling WERKKAPITAALBEHEER. statisch! strategisch en...

Financiële analyse vzw

Financieel Management

Hoofdstuk 43 belangrijk

Maha-analyse Algemene ziekenhuizen. Brussel, 10 oktober

Financiële analyse van de jaarrekening

Proefexamen Financiële Rapportering en Analyse

Open vragen 1. Wat zijn stakeholders van een onderneming?

1. FINANCIËLE INFORMATIESYSTEMEN

Crowdfunding: publiek laten betalen, d.m.v. vermogen aan te trekken.

Bedrijfseconomie. B-cluster BBBBEC2A.1

Rekening courant krediet Crediteuren

PROEFEXAMEN 2 Praktijkdiploma Boekhouden

Rekening courant krediet Crediteuren

4. Wettelijke basis Europese richtlijnen en verordeningen Belgische wetgeving Voor vzw s 18

VOL-vzw 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA... 20/ , ,40. Nr. BE Oprichtingskosten

Inzicht in uw cijfers

OPLOSSING OEFENINGEN REEKS 2

Avondopleiding Basis Dubbel Boekhouden. Koen Vanlommel JCI Office

Deel 2: Financiële jaarrekening

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9

PROEFEXAMEN Moderne Bedrijfsadministratie (MBA)

1. HET SYSTEEM VAN HET DUBBEL BOEKHOUDEN

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2014

1 Grootboek, journaalposten, balans en resultatenrekening

FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST

Samenvatting Economisch Bedrijfsbeleid

Financieel Management

Inhoud. Dankwoord XIII. Voorwoord. Ten geleide

De huidige OCMW-beleidsinstrumenten. II.1. De financiële registratie in functie van de jaarrekening

Boekhouding. boekhouding 1

Opsteldatum: 30 januari 2014 Periode: 1 januari 2012 t/m 31 december Telefoonnummer:

Boekhouding verenigingen 28 februari Sylvia Thienpont

KEN DE GETALLEN. Inzicht in financiële cijfers. Loek Vis BASIS & BELEID ORGANISATIEADVISEURS

Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn

LRM BALANS NA WINSTVERDELING. Nr. BE VOL 2.1 ACTIVA VASTE ACTIVA 20/

JAARREKENING IN EURO

Lijninvest BALANS NA WINSTVERDELING. Nr. BE VOL 2.1 ACTIVA VASTE ACTIVA 20/

Transcriptie:

Boekhouden en kostprijsberekening KULeuven Work Street Work City, Work State Work ZIP T Work Phone F Work Fax Phone Work Email Work URL

Deel I: Boekhouden Jaarrekeningen alle sectorjaarrekeningen: website nationale bank --> handelsjaarrapporten. Jaarrekeninginformatie Bij het afsluiting van het boekjaar (bij meeste bedrijven 31 december), binnen 6 maanden na afsluiting (tem 30 juni) moet de algemene vergadering samenkomen en de jaarrekening goedkeuren. Maximum 1 maand na de goedkeuring komen de balansen op de website van nationale bank. www.nbb.be: balansen rol van de auditor/commissaris Moet een inschatting maken over de getrouwheid van het beeld van de jaarrekening en een inschatting maken van de continuïteit van de onderneming in de komende 12 maanden (dit blijft een opinie, een oordeel, geen verzekeringskracht tegen falen van het bedrijf). Het auditverslag = wat de externe auditor denkt over de waarheidsgetrouwheid van de gepubliceerde jaarrrekening. Kort, 2a3 p. Financiële informatie Beursgenoteerde onderneming 1. balans 2. resultatenrekening 3. cash flow statement 4. toelichting Niet-beursgenoteerde bedrijven 1. balans 2. resultatenrekening 3. toelichting 1

Balans passiva= financieringsmiddelen van de activa (de bezittingen/voorraden). activa moet gelijk zijn aan passiva. ter financiering: eigen vermogen en vreemd vermogen (=schulden). Balans= foto/ momentopname op het einde van het boekjaar (vaak 31/12) van wat een onderneming heeft van bezittingen en hoe die gefinancierd zijn.!!!er is altijd een balansevenwicht want alles wat je hebt, is op één of andere manier gefinancieerd, dit is de reden dat we een dubbele boekhouding hebben: elke aankoop doet een bezit ontstaan en een schuld doen ontstaan. Activa Activa staan gerangschikt volgens de realiseerbaarheid (hoe dichter het bij cash staat). Vordering: iets wat het bedrijf heeft maar nog geen cash, het staat er dicht bij. De klant moet dit nog aan het bedrijf betalen. Financiële vaste activa: voornamelijk dochterondernemingen Materiële vaste activa: gebouwen, machines, auto s Immateriële vaste activa: patenten, licenties,... Oprichtingskosten: deze kan je spreiden over verschillende jaren, je kan die als een investering zien en afschrijven over meerdere jaren, zodat de winstberekening in de eerste jaren niet te hard negatief overhelt. Als je oprichtingskosten als investering boekt, moeten die bij activa staan. Dit mag voor het boekhoudrecht. De realiseerbaarheid van oprichtingskosten is 0 in geval van falen en liquidatie. Passiva naast balans is er een resultatenrekening (overzicht van opbrengsten en kosten in een bepaald jaar). elke winst is een potentiële bron van vermogen, als die niet wordt uitgekeerd op het einde van het boekjaar. Hoofdstuk 3 Openen van rekeningen: journaal en grootboek= 2 belangrijke documenten. een vordering boeken= verkopen maar het geld nog niet betaald. een actief bestanddeel dat daalt, crediteren we.!transactie 8: niet kunnen investeringscyclus MVA= materiele vaste activa, IVA: immateriele, FVA: financiele vaste activa. Meubels of infrastructuur (MVA)= investering. Op krediet gekocht (niet contant betaald, later betaald). We boeken die kast niet direct als een kost (want wordt niet meteen geconsumeerd). Waarom niet meteen als kost: bezwaren direct het resultaat, want kosten komen in de resultatenrekening, zo wordt er overdreven. We spreiden de kosten over de gebruiksduur of levensduur van de vaste activa. Dus we debiteren die kasten. We krijgen betalingsuitstel en dus boeken we een schuld. 2

schuld=iets te betalen= passief= een financieringsbron debit= een actiefrekening die toeneemt en passief die afneemt. credit=actiefrekening die afneemt en passief die toeneemt. lening bij de bank: bank geeft geld dus creeer inkomst, liquid op de debetzijde en credit per jaar inboeken voor de terugbetalingsschijven. je moet volgens belgisch boekhoudrecht opsplitsen in schulden op korte en lange termijn en je boekt beide in als passiva. Algemene boekhoudprincipes 1. allerbelangrijkst= getrouw beeld. 2. De onderliggende principes, afspraken bepalen hoe het winstbeeld eruit ziet. In belgie boeken we tegen historische kost (nl. tegen de oorspronkelijke aanschaffingswaarde), soms kunnen we meerwaarde boeken, als het gaat om duurzame materialen die een meerwaarde hebben. consistentie= als je 1 keer voor een afschrijvingswijze kiest, moet je hieraan vasthouden. Verantwoordingsstukken: je mag niets boeken zonder het te documenteren. Oefeningen op boekhoudprincipes thuis proberen. Hoofdstuk 4: eindejaarsverrichtingen en afsluiting Proef- en saldibalans= overzicht van alle rekeningen. saldi= verschil tussen debet en credit voor elke rekening. Hierna kan je de resultatenrekening en de balans opstellen. Oefensessie passiva= type 1 (LT - langer dan een jaar) en een deel van type 4 (KT). FIFO= first in first out LIFO= last in first out 15/11/2011 een onderneming komt in problemen omdat ze niet liquid is, niet door de rendabiliteit (hangt natuurlijk wel samen, jaar op jaar niet rendabel is ook nefast). in de beginjaren is een bedrijf niet rendabel. Liquiditeit is heel belangrijk om te overleven. Liquiditeit? 1. heb ik genoeg werkkapitaal (=bedrijfskapitaal= middelen beschikbaar voor uitvoering dagdagelijkse activiteiten). Je moet hier genoeg voor hebben, genoeg om de behoefte aan bedrijfskapitaal te dekken. netto bedrijfskapitaal= permanent vermogen, LT middelen voor dagelijkse uitvoering van activiteiten. beperkt vlottende activa-vreemd vermogen korte termijn. 3

bedrijfskapitaal kan ook negatief zijn: als de netto bedrijfskapitaalbehoefte hoger is. Bedrijfskapitaalbehoefte? wat bepaalt dit? voorraad, voorraad aanhouden vergt middelen want op dat moment heb je nog geen verkoop en dus nog geen cash. De behoefte aan bedrijfskapitaal hangt af van voorraden en de gevoerde politiek inzake betalingsuitstel. Je wil niet echt een grote behoefte aan bedrijfskapitaal, want die moet je kunnen inlossen, indien dit niet lukt, leningen op KT. Liquiditeitsratio=belangrijk. Ratio s ter vergelijking tussen ondernemingen. zo kan je vergelijken los van de grootte. = BBLA / VVKT --> deze current ratio moet minstens gelijk zijn aan 1, want het NBK moet groter zijn dan 0. Nota s 22/11/2011 Solvabiliteit dit is een maatstaf voor de ondernemingsperformantie op lange termijn. Heb ik een gezonde kapitaalstructuur? Teneinde ondernemingen te kunnen vergelijken: berekenen van ratio s. 1. statische ratio s: een momentopname, gebaseerd op de balans a. graad van financiële onafhankelijkheid EV/TV = het percentage gefinancieerd met eigen middelen, met niet-schulden. De veilige buffer is 1/3 EV. maar is geen algemene stelregel omdat het afhangt van het bedrijfsrisico. Indien er immers weinig volatiliteit is in de winsten overheen de tijd, dan is het veiliger om leningen te hebben, want het bedrijf heeft een hogere zekerheid om de interesten te kunnen terug betalen. Hoe verhoog je financiële onafhankelijkheid: kapitaalverhoging doorvoeren of verbeteren van resultaten. b. Zelffinancieringsgraad hoeveel van de activa komen uit eigen vermogen. Een lage zelffinancieringsgraad kan wijzen op een jaarlijkse, hoge uitkering van divididenden of weinig/geen winst. Het enige dat helpt tegen lage zfg= winst overdragen naar volgend boekjaar en reserves aanleggen. 2. dynamische ratio s: schuld hangt samen met de cashflow van de ondernemening. Is een indicatie van de hoeveelheid cash aanwezig is in het bedrijf om leningen te kunnen terugbetalen. Rentabiliteit De winstgevendheid van de onderneming. Dit leidt vaak ook tot een goede solvabiliteit én liquiditeit. ROA= return on assets, de rentabiliteit op de totale activa. ROE= retrun on equity. = vanuit het perspectief van de aandeelhouders (de verschaffers van het EV). 4

Winst/verlies BJ na/voor belastingen / het EV ROE moet 4 à 5 procent hoger zijn dan de risicovrije interestvoet om zeker te zijn van een bepaald percentage return. Dit kan niet in tijden van crisis, dan is het beter om als voorwaarde te stellen: ROE>COE (cost on equity)= wat je kan verdienen als rendement op een aandeel met gelijkend risico. Herwerking van de balans De realiseerbare activa zijn alle vlottende activa buiten de liquide (die zijn reeds gerealiseerd). Consolidatie= samenzetting van moeder- en dochterbedrijven. nota s 29/11/2011 rentabiliteit stijgt indien: 1. de prijs duurder gemaakt wordt 2. de kosten gedrukt worden,er efficiënter gebruik gemaakt wordt van productiemiddelen. Deel II: Cost accounting Leer handboek Hoofdstuk 2-->5 cost accounting levert informatie voor zowel financial als management accounting, dus zowel voor interne als externe gebruikers. Kosten: indelingen Een kost is niet hetzelfde als een uitgave. Kosten zijn verbruikte middelen om opbrengsten te realiseren. Kosten kan je relateren of toewijzen aan verschillende kostenobjecten: 1. Directe kosten (arbeid of materiaal)= directe toewijzing aan een kostenobject mogelijk, er is geen omweg, het verband is direct 2. Indirecte kosten/ overheadskosten (materialen, arbeid en andere productiekosten)= er is een verdeelsleutel nodig om de kost over objecten te verdelen. De kosten worden verzameld op een hoger niveau en dan toegewezen. directe kosten kan je traceren, indirecte kosten kan je alloceren. Een andere manier om kosten in te delen: 5

1. Vaste kosten: Volgen een horizontale lijn: of je nu 1 of 10 auto s produceert, een vaste kost blijft gelijk (bv. het loon van een superviser) 2. Variabele kosten:volgen een lineaire of andere veranderlijke functie. Het bedrag hangt af van het aantal eenheden. LET OP: een vaste kost is variabel als je ze per eenheid beschouwt: bv. 10 euro kost voor 20 000 auto s is duurder per auto dan 10 euro kost voor 60 000 auto s. 3. Semi-vaste kosten volgen een trapfunctie. bv. een auto heeft 1 onderhoud nodig per 120 000 km. Dan is de kost van 0 tot 120 000 de prijs van 1 onderhoud, tussen 120 000 en 240 000 de prijs van 2 onderhouden enzovoort. Oefening op vast/variabel (zie slides) wielen=variabel electriciteit=variabel Afschrijven= vast loon vd productie-arbeiders= variabel verzekering=vast loon kwaliteitscontroleur= vast De kostendrijver is hierbij het aantal geproduceerde auto s. Waardeketen Alles uit de productiefase is een productiekost. Al de rest uit de waardeketen (R&D, marketing, admin,...) zijn geen productiekosten. productiekosten leiden rechtstreeks tot voorraden en voorraadwaardering Naast productiekosten zijn er ook periodekosten = leiden niet rechtstreeks tot voorraden. Die moeten op het boekjaar zelf geboekt worden, zelfs indien er een marketingcampagne bv. gelanceerd wordt en nog meerdere jaren vruchten afwerpt. Nota s 6/12/2011 Directe materiaalkosten= wat we hebben aangekocht + wat we verbruiken. Indien de eindvoorraad lager ligt dan de beginvoorraad is er meer verkocht dan bijgeproduceerd en bijgevolg is de voorraad afgebouwd. Break-even analyse= er is winst noch verlies. 6

nota s 20/12/2011 PKP= productiekostprijs Exameninfo je krijgt schema van balans, resultatenrekening en rekeningstelsel en je krijgt formularium! kijk altijd eerst naar jaarrekeningverslag. van cost accounting: alleen 2 tem 5 voorbeeldvragen examen vaag 1: de balans geeft de samenstelling van het resultaat weer (dit is resultaatrekening) van de onderneming op een bepaald punt in de tijd. vaak krijg je meer gegevens dan nodig in een vraagstuk!!! vraag 3: A vraag 4: er wordt een opbrengstenrekening gecrediteerd en een overlopende actiefrekening gedebiteerd. vraag 5: matching vraag 6: 7 en 6 rekeningen over opbrengsten en kosten waarvan we een eindstand hebben en aanpassingen. alle creditsalle debets geeft het resultaat. oplossing=5 vraag 7: A vraag 8: 2400 7