1,12 = 1,06. De quotiënten zijn niet bij benadering gelijk, dus geen exponentiële groei. 1,28 1,20



Vergelijkbare documenten
Formules en grafieken Hst. 15

Exponenten en Gemengde opgaven logaritmen

Antwoorden Wiskunde Hoofdstuk 4

Bij een tonnage van ton (over mijl) kost het 0,75 $/ton totale kosten ,75 = ($).

x a. y b. y c. y

mei 16 19:37 Iedere keer is de groeifactor gelijk. (een factor is een getal in een vermenigvuldiging)

Eindexamen wiskunde A 1-2 havo 2002-I

12.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: l:y = ax + b gaat door de punten A(5, 3) en B(8, 12). Stel de functie van l op.

Hoofdstuk 1 boek 1 Formules en grafieken havo b klas 4

Eindexamen wiskunde A 1-2 havo 2005-II

Examen HAVO. Wiskunde A1,2 (nieuwe stijl)

H9 Exponentiële verbanden

Paragraaf 9.1 : Twee soorten groei

7,7. Samenvatting door Manon 1834 woorden 3 mei keer beoordeeld. Wiskunde C theorie CE.

1d) P U P u P U U 24000

Hoofdstuk 1: Formules en grafieken. 1.1 Lineaire verbanden

Willem van Ravenstein 2007

Om het startgetal te vinden vul je een punt van de lijn in, bijvoorbeeld (2, 8). Dan: 8= dus startgetal 12.

( ) 1. G&R vwo A deel 4 16 Toepassingen van de differentiaalrekening C. von Schwartzenberg 1/13 = =

Hoofdstuk A9 Hellinggrafieken - alternatief

Examen HAVO wiskunde B. tijdvak 1 vrijdag 17 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde A1,2

Hoofdstuk 22. De kosten van duurzame productiemiddelen. Wat zijn afschrijvingen? Waardevermindering van je bezit!

= cos245 en y P = sin245.

Rekenboek 3 havo/vwo. Antwoorden NOORDHOFF UITGEVERS 2014 REKENBOEK 3 HAVO/VWO ANTWOORDEN 1

Toetsopgaven vwo A/B deel 2 hoofdstuk 7

Antwoorden Wiskunde B Hoofdstuk 1 boek 2

Eindexamen wiskunde A 1-2 havo 2005-II

Exponentieel verband vmbo-kgt34

Continue Modellen 4.2 Uitwerkingen

Hoofdstuk 9 - exponentiele verbanden. [KC] exponentiële verbanden

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Eindexamen wiskunde A 1-2 havo 2003-II

Uitwerkingen Mei Eindexamen HAVO Wiskunde A. Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek

RUDOLF STEINERCOLLEGE HAARLEM WISKUNDE HAVO CM/EM UITWERKING Voor elk onderdeel is aangegeven hoeveel punten kunnen worden behaald.

wiskunde A pilot vwo 2016-II

Eindexamen wiskunde b 1-2 havo II

OEFENPROEFWERK HAVO A DEEL 3 HOOFDSTUK 9 EXPONENTIËLE VERBANDEN

y 2a 4b x x 5x 3x 15 8 Voorbeeld 1 Gegeven zijn de formules y 3x 2a 4b Druk y uit in x. Schrijf je antwoord zonder haakjes en zo eenvoudig mogelijk.

Examen HAVO. Wiskunde A1,2

Uitwerkingen Functies en grafieken

Blok 6A - Vaardigheden

wiskunde A havo 2017-II

Uitwerkingen Wiskunde A HAVO

Duizend 3 getallen achter de komma 230 duizend duizend Andersom ,6 duizend ,5 duizend

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2002-II

worden per stap telkens met 10 vermenigvuldigd. Die as is zo gekozen omdat de getallen erg sterk stijgen en anders wordt de grafiek te hoog.

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

wiskunde A pilot havo 2015-II

Uitwerkingen bij 3_1 Exponentieel of lineair

Examen VMBO-GL en TL. wiskunde CSE GL en TL. tijdvak 1 dinsdag 19 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO wiskunde B. tijdvak 1 donderdag 24 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

12 mnd 18 mnd 24 mnd 30 mnd module M 0,3 0,5 0, snelheid V

wiskunde C vwo 2018-I

Blok 6A - Vaardigheden

Docentenversie. Hoofdstuk A9 Hellinggrafieken - alternatief. snelheid (m/s)

Eindexamen wiskunde A1-2 havo 2006-II

Samenvatting Wiskunde Hoofdstuk 1 & 2 wisb

P2 Exponentiële groei

Eindexamen havo wiskunde B I

Correctievoorschrift HAVO. Wiskunde A1,2 (nieuwe stijl)

m: y = 0, 5x + 21 snijden met de x -as ( y = 0) 0 = 0, 5x , 5x = 21 x = 42. Snijpunt met x -as: (42, 0).

exponentiële verbanden

Paragraaf 12.1 : Exponentiële groei

Blok Afronden. 175 : rest 10 Ze moet minimaal 12 maanden sparen. b 175 : 6 29 rest 1. Ze moet dan 30,- per maand gaan sparen.

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 dinsdag 19 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

In een zware tornado worden maximale windsnelheden van ongeveer 280 km/u bereikt.

Examen HAVO. wiskunde A1,2. Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs. Tijdvak 2 Woensdag 21 juni uur

Exponentiële formules

Verbanden en functies

Antwoorden Verbanden hfd 1 t/m 7 vwo4a

8 Goniometrie. bladzijde a x = 18 en p = 100 invullen geeft 100 = a log(19) 100 a = log(19) Dus a = 78,201. b Voer in y 1

Uitwerkingen Mei Eindexamen HAVO Wiskunde B. Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek

wiskunde C pilot vwo 2016-I

wiskunde B pilot havo 2015-II

REKENEN Hfst 1-3 PROCENTEN. Procenten betekent per honderd.

Een model voor een lift

Blok 1 - Vaardigheden

oppervlakte grondvlak hoogte oppervlakte grondvlak hoogte

5. Lineaire verbanden.

OEFENTOETS HAVO A HOOFDSTUK1 REKENREGELS EN VERHOUDINGEN

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang:

Examen HAVO. tijdvak 1 vrijdag 19 mei uur

Veranderingen Antwoorden

Eindexamen havo wiskunde B pilot 2013-I

Kern 1 Lineaire functies

Noordhoff Uitgevers bv

Eindexamen wiskunde A havo I

Examen VWO. wiskunde C. tijdvak 1 maandag 14 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 vrijdag 17 mei uur

Eindexamen wiskunde A1-2 havo 2007-I

Eindexamen wiskunde A1-2 havo 2007-II

Nog een eindexamen met veel vaardigheden Eindexamen Wiskunde A havo 2009-I 2 tabel 1 -getal Draagvermogen (kg)

Examen HAVO. wiskunde B1

f. Wat is de halveringstijd van deze uitstervende diersoort uitgaande van de formule: N ,88 t, t in jaren t=0 betekent ?

Bij het beantwoorden van de vragen 1 tot en met 4 kun je de formule gebruiken.

Hoofdstuk 4 Vergelijkingen. Kern 1 Numeriek oplossen. Netwerk 4 HAVO B uitwerkingen, Hoofdstuk 4, Vergelijkingen 1

Eindexamen wiskunde A vwo I

Hoofdstuk 7 Exponentiële formules

Uitwerkingen bij 1_0 Voorkennis: Vergelijkingen oplossen

Transcriptie:

Groei 2 a, 4 =,4, 5,,8 8,2, 4 5, =,6 5, De quotiënten zijn niet bij benadering gelijk, dus geen exponentiële groei. 8,2 38 5, 5,22 4, 4,28 8 7, 6,2 5, 5, 8 4,,23 4 Ook het aantal woningen groeit niet exponentieel. b Bij de aantallen inwoners zijn de verschillen,4,,4,,,, en,. Dus afnemend stijgend. Bij de aantallen woningen zijn de verschillen,7,,,,, en,2. Dus toenemend stijgend. c 5 6 7 8 2 P 4,2 7 52 22 d 7 4, 2 52 7 22 52 De quotiënten zijn bij benadering gelijk, dus exponentiële afname. De formule is P = 4,2,88 t. e Los op 4,2,88 t = 2. = 4,2,88 x en y 2 = 2. De optie intersect geeft x 5,8. Bij t = 5,8 hoort het 5 + 58 = 28. 3 a t = 5 en N =, t = 3 en N = 6,8 } g = 6, 8, g = 6 8,,,8 Gemengde opgaven 75

N = b g t } g,8 N = b,8 t t = 5 en N =, } b,8 5 =, b =,, 8 5 Je krijgt N =,8 t. b Bij 2 hoort t = 4. t = 4 geeft N =,8 4 5,6 Dus nog 5,6 miljoen broedparen. c Bij 6 hoort t =. t = geeft N =,8 4,5 Dus in 6 waren er 4,5 miljoen broedparen. d Los op,8 t =,5. =,8 x en y 2 =,5. De optie intersect geeft x 36. De halveringstijd is 36. e Los op,8 t = 4. = 2,8 x en y 2 = 4. De optie intersect geeft x 68,. Dus in 238. bladzijde 4 4 a Op januari 5 is t = en N = 857. Op januari 6 is t = en N = 36. Tussen januari 5 en januari 6 zijn er 36 875 = inwoners bij gekomen. Op januari 7 is t = 2 en N = 4466. Tussen januari 6 en januari 7 zijn er 4466 36 = 35 inwoners bij gekomen. 65 b =. x + 5, 2 N N = 65 O 76 Gemengde opgaven t c Vanaf 2 zal het aantal inwoners niet veel meer toenemen. Voor t = 6 is N = 6326 en de grenswaarde is 65. 65 d Los op = 5. t + 5, 2 Voer in y 2 = 5. De optie intersect geeft x,43.,43 5, maanden Bij t =,43 hoort dus juni 75. 5 a d = 8 geeft P =,48 v 3 8 2 ofwel P = 3,72v 3. b Los op 3,72v 3 = 2. = 3,72x 3 en y 2 = 2. De optie intersect geeft x 8,7. De windsnelheid is 8,7 m/s. c De windsnelheid op maandag is v m/s en op dinsdag 2v m/s. Op maandag is P = 3,72v 3 en op dinsdag is P = 3,72 (2v) 3 = 3,72 8v 3 = 8 3,72v 3 = 8 P maandag. Het vermogen is dus 8 keer zo groot. d v = 2 geeft P =,48 2 3 d 2 ofwel P = 82,44d 2. e Los op 82,44d 2 = 5 d 2 = 5 82, 44 d 2 6,3 d 7,8 De rotordiameter is 7,8 m = 78 dm. f P = 82,44d 2 en P 2 = 82,44 (2d) 2 = 82,44 4d 2 = 4 82,44d 2 = 4 P Dus 4 keer zoveel vermogen.

6 a w = 8 en V = 84 geeft,35a 8 + 8,4A = 84 6,3A + 8,4A = 84 A = 84 A = 84 = 4 Er passeren 4 auto's per minuut. b A = 75 en V = 6 geeft,35 75w + 8,4 75 = 6 26,w + 63 = 6 26,w = 47 w = 47 7, 26, De windsnelheid was 7, m/s. c A = 6 geeft V =,35 6w + 8,4 6 = 2w + 54 Dus V = 2w + 54. d w = geeft V =,35A + 8,4A = 5A + 8,4A = 4,A Dus V = 4,A. bladzijde 42 7 Boekwaarde a B = at + b met a = B = = = t b B = b g t met g = =,, dus g =,,74 B = b,74 t b = } B =,74 t Dus B =,74 t. Los op,74 t =,5. =,74 x en y 2 =,5. De optie intersect geeft x. Dus na 3. c De afschrijving in het eerste is 8364 = 636 euro. Zo is voor elk de afschrijving te berekenen. Zie de tabel. e 2 e 3 e 4 e 5 e 6 e 7 e 8 e e e afschrijving 636 473 3 46 8 8 654 4 327 64 63 64 63 65 62 65 63 64 63 In deze tabel is er een vrijwel constant verschil, dus de lijkse afschrijvingen dalen vrijwel lineair met ongeveer 64 euro. bladzijde 43 d V = t ( 78,8t + 8,82t 2 ) = t + 78,8t 8,82t 2 = 8,82t 2 + 88,8t = 8,82x 2 + 88,8x. De optie maximum geeft x = 5 en y = 245,4. Het maximale verschil is dus 245,4. 8 Autobanden a N = b g t met g =,35 N = b,35 t t = 8 en N = 8 } b,35 8 = 8 b = 8 6,8, 35 8 In 5 waren er ongeveer 6 miljoen personenauto's. Gemengde opgaven 77

bladzijde 44 78 Gemengde opgaven b B = aa + b met a = B A = B =,5A + b } A = 4 en B =,6 5, 2, 6 =,5 65 4,5 4 + b =,6 6,5 + b =,6 b = 4,55 Dus B =,5A 4,55. In 23 zijn er 8 miljoen personenauto's, dus A = 8. A = 8 geeft B =,5 8 4,55 = 7,45 Drivewell zal 7,45 miljoen autobanden verkopen in 23. c 3 G,5 G = = 3x,5 x en y 2 =. Intersect geeft x 53 637. De reclame-uitgaven van GoodDay waren dat ongeveer,54 miljoen dollar. d = 3x,5 x. De optie maximum geeft x 2 622 46 en y = 2 622 5. Dus Drivewell moet maximaal per ongeveer 2 622 5 dollar, ofwel ongeveer 2,6 miljoen dollar aan reclame uitgeven. Concentratie van vloeistoffen a Aan het begin is 2 mg chemische stof aanwezig. Na s minuten is er,8 + s liter aanwezig. 2 De concentratie is dus, 8 + s mg/liter. bladzijde 45 2 6 b g 2 minuten = =,4722 5, g minuut = 4722 2,,34 Dus de groeifactor per minuut is,34. c Het vullen van het vat duurt 4 = 6 minuten. Los op,4 t =. =,4 x en y 2 =. De optie intersect geeft x 52. Het duurt in totaal 6 + 52 = 68 minuten. 2 Sparen, sparen of sparen a Los op,35 t = 2. =,35 x en y 2 = 2. Intersect geeft x 2,5. Na 2 is het bedrag verdubbeld. bladzijde 46 b Het bedrag op de groeirekening na is G =,35 46 euro. Er is in totaal 46 = 46 euro rente bij gekomen. De rente van een depositorekening is elk gelijk, dus 46 = 4,6. Hierbij hoort een rentepercentage van 4,% per. 265 23 c % = 4,85% Het rentepercentage voor het 7 e is dus 4,85%. d Los op g = ( + 4475), ofwel g =4 475. = x en y 2 = 4475. Intersect geeft x,377. Dus de groeifactor per is,377. Hierbij hoort een rentepercentage per van 77%. OF: Het spaarbedrag is in tien gegroeid van naar 4475 euro, dus g = 4475 =,4475 g = 4475,,377 Hierbij hoort een rentepercentage van 77%.

bladzijde 47 2 De wet van Moore a Er moeten na 72 nog bij komen. Dit duurt =. In het 72 + = 82 zou dan het aantal van 5 bereikt zijn. b g 2 = 42, dus g 2 = 42 2 2,437 Dus de groeifactor per is,437. c In 7 is t = 26. t = 26 geeft A = 2,44 26 526673 526673 75 % 5,% 75 Het aantal wijkt 5,% af van de voorspelling volgens de wet van Moore. d Los op 2,44 t =. = 2,44 x en y 2 =. Intersect geeft x 38,3. Dus 38,3 na 7. bladzijde 48 22 Jurassic Park a Invullen van s =,35 en h =,2 geeft v = 8,35,67,2,7 km per uur. b Los op 8 s,67,4,7 = 5. = 8x,67,4,7 en y 2 = 5. Intersect geeft x,43. De paslengte is 43 cm. c h = 4, = 64 v = 8 5,67 64,7 5, km per uur bladzijde 4 d v = 8 s,67 (4l),7 = 8 s,67 4,7 l,7 = 8 4,7 s,67 l,7,555 s,67 l,7 Dus c =,555. e Los op,555 4,5,67 l,7 = 6,5. =,555 4,5,67 x,7 en y 2 = 6,5. Intersect geeft x,47. De lengte van de voetafdruk is 47 cm. f s = geeft v =,62,67 6 s = 5 geeft v =,62 5,67 4,444 v s = 4, 444 6 8 km/uur per meter. 5 23 Het HABOG a g = 8 8 =,, dus g =,,772 Hierbij hoort een afname van 28% per. bladzijde 5 b g =,77, dus g =,77,72 Hierbij hoort een afname van 2,8% per. c Los op,77 t =,5. =,77 x en y 2 =,5. Intersect geeft x 2,8. Na 2,8 is de warmteafgifte nog maar de helft van de oorspronkelijke hoeveelheid. d g 3 = 2 43, dus g = 2 3 43,3 Hierbij hoort een rentepercentage van % per. 24 Wiel a g 2 seconden = 7,, dus g 3, seconden = 7 2, 3, 6 Hierbij hoort een afname van,4% per seconden. Gemengde opgaven 7

bladzijde 5 b dicht wiel: 2,2 t = = 2,2 x en y 2 =. Intersect geeft x,3. Dus t,3. open wiel: 2,87 t = = 2,87 x en y 2 =. Intersect geeft x 56,4. Dus t 56,4. Het verschil in tijd is,3 56,4 2,4 seconden. c verschil = V dicht V open = 2,2 t 2,87 t = 2,2 x 2,87 x. De optie maximum geeft x,4 en y. Het grootste verschil in snelheid is km/uur. 8 Gemengde opgaven