Leer-werkboek. Werkwoorden. in uitvoering. Deel B: Werkwoorden in zinnen. Werkwoorden in uitvoering Werkwoorden in zinnen - 1
|
|
- Rosa Dijkstra
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Leer-werkboek Werkwoorden in uitvoering Deel B: Werkwoorden in zinnen Werkwoorden in uitvoering Werkwoorden in zinnen - 1
2 1. Inhoudsopgave 1. Inhoudsopgave 7 2. Werkwoorden, een verhaal 9 Werkwoorden en betekenis 3. Werkwoorden in zinnen: de uitleg (1) De zin in stukjes: woorden in groepen Het maken van eenvoudige zinnen met één werkwoord De volgorde van de woorden 17 in de zin 4. Zinnen met één werkwoord: 19 de opdrachten 5. Werkwoorden in zinnen: de uitleg (2) Het maken van eenvoudige zinnen met meer werkwoorden De volgorde van de woorden in de zin Zinnen met meer werkwoorden: 57 de opdrachten 7. Gecombineerde zinnen: de uitleg (3) Het maken van moeilijkere zinnen met één of meer werkwoorden De volgorde van de woorden in de zin Alle voorbeeldzinnen op een rij Gecombineerde zinnen: 81 de opdrachten 2 Verhaalland Taalleerlijn
3 3. Werkwoorden in zinnen: de uitleg (1) 3.1 De zin in stukjes: woorden in groepen een eens Er letter was. de spelen wilde letter over Deze iedereen baas. zichzelf De Hij Hoofdletter noemde. er was meteen Hij, letter een ook hoofdletter als speelde eens andere. Hoofdletter maakte De, Enige klein De Hoofdletter Echte, en direct hem kwam. dan nog arme En ook hij de een letter gaf duw eens: vooraan kleine hoorden niet middenin de letters, zin. Wegwezen! De woorden in een zin staan niet zomaar ergens vooraan, achteraan of in het midden. Ze staan ook niet zomaar naast het ene woord of het andere. Woorden die bij elkaar horen, die staan bij elkaar en als groep zoeken ze zo de beste plek in de zin. Dat is voor de lezer een stuk fijner Er was eens een letter. Deze letter wilde over iedereen de baas spelen. Hij noemde zichzelf De Hoofdletter. Hij was er meteen, als een andere letter ook eens Hoofdletter speelde. De Hoofdletter, De Enige Echte Hoofdletter, kwam direct en maakte hem klein. En dan gaf hij de arme letter ook nog eens een duw: kleine letters hoorden middenin de zin, niet vooraan. Wegwezen! Alle letters dus voor De Hoofdletter waren bang. samen Ze bibberden, ze praatten wanneer over hem. En steeds gemener werd hij steeds groter in hun verhalen en. over hem Niemand durfde hardop op het laatst te praten nog, des te meer maar werd er gefluisterd. zoveel geroezemoes Er was zelfs, de mensen opvallen dat het ging. af zich De mensen vroegen: horen we toch Wat? dat geluid Wat is, zoemt en bromt en gonst en trilt de hele tijd dat? onrustig Het maakte hen en oordopjes in hun oren veel mensen stopten. niet Maar hielpen die gek genoeg, zelfs helemaal niet. horen het gefluister Ze bleven, diep van binnen tot, in hun oren. Werkwoorden in uitvoering Werkwoorden in zinnen - 3
4 3.2 Het maken van eenvoudige zinnen met één werkwoord Hoe meer dingen je probeert te vertellen in één zin, des te makkelijker je de draad kwijtraakt. En als je zelf al niet meer weet wat je eigenlijk aan het vertellen bent, hoe moet de ander dat dan nog weten? Als je je zinnen kort en eenvoudig houdt, dan blijft het voor iedereen duidelijk waar je het over hebt. Een korte en eenvoudige zin bestaat uit de volgende stukjes: Wie: wie doet het? Het wie is een iemand of een iets. Het wie kan zijn: een mens, een dier, een ding of een idee ik de hond het boek de ruzie Werkwoord: wat doet diegene? / wat is de actie? Het werkwoord kan zijn: alles wat iets of iemand kan doen: van slapen tot rennen Wanneer: wanneer wordt het gedaan? Het wanneer is een moment een tijdstip. Het wanneer kan zijn: s morgen, morgen, soms, plotseling, nooit, in de winter, Hoe: hoe wordt het gedaan? Het hoe is een manier. Het hoe kan zijn: snel, langzaam, voorzichtig, netjes, ook, niet, op de fiets, samen met moeder, zonder te kijken, 4 Verhaalland Taalleerlijn
5 Wat: met wat wordt het gedaan? Het wat is een iemand of een iets. Het wat begint (bijna) altijd met de, het of een. Het wat kan zijn: een mens, een dier, een ding of een idee de jongen het schaap de fiets het einde Waar: waar wordt het gedaan? Het waar is een ergens. Het waar begint altijd met in, op, bij, voor, Het waar kan zijn: in de supermarkt, op de kast, bij de bakker, voor het station, Hij maakt vandaag een foto in de woonkamer. Werkwoorden in uitvoering Werkwoorden in zinnen - 5
6 4. Zinnen met één werkwoord: de opdrachten Opdracht 1 : Zet een groene streep onder het wie (wie doet het?). Zet een rode streep onder het werkwoord (wat is de actie?). 1. Ik schrok plotseling van een hard geluid. 2. Jij doet je werk niet goed. 3. Hij legt de post op de keukentafel. 4. De enge man keek boos naar de hond. 5. De leraar waarschuwde hem al voor de vierde keer. 6. Maakte de knappe goudsmid een mooie ketting? 7. Vallen de bladeren in de herfst van de bomen? 8. Verzamelen jouw ouders altijd zoveel informatie over hun vakantie? 9. Staan de kinderen al lang bij de bushalte? 10. Kwam de hond slaperig uit zijn hok tevoorschijn? 11. Waarom vroegen de oude dames de weg naar het station? 12. Wat deed het kind vorige week in de snoepwinkel? 13. Welke broek kiest de moeder voor haar zoon? 14. Hoeveel kersen eet de jongen in een half uur? 15. Hoe ga jij elke dag naar het werk? 16. Morgen ga ik naar de bioscoop met een vriendin. 17. Straks doe ik de boodschappen. 18. Elke dag struikelt hij wel een keer over de drempel. 19. Gisteren wandelden wij met de hond in het park. 20. s Morgens om acht uur leest opa de krant in de keuken. 21. Voorzichtig stopt het meisje de papieren in haar tas. 22. Misschien geef ik morgen een cadeau aan jou. 23. Toch koop ik liever een blauwe sjaal. 24. Natuurlijk gaan we vanavond vroeg naar bed. 25. Met de trein ben je in drie à vier uur in Parijs. 6 Verhaalland Taalleerlijn
7 9. Hij belt straks. Wanneer? 10. Hij komt morgen. Wanneer? Opdracht 3c : Geef antwoord op de vraag : Waar doet hij dat? Voorbeeld: Hij zwemt in het sportbad. Waar? in het sportbad 11. Hij wacht bij de bushalte. Waar? 12. Hij slaapt op de bank. Waar? 13. Hij zoekt in de schuur. Waar? 14. Hij zit in de tuin. Waar? 15. Hij werkt in het magazijn. Waar? Het schip vaart s morgens naar de zee. Werkwoorden in uitvoering Werkwoorden in zinnen - 7
8 Opdracht 12 : Maak basiszinnen die bestaan uit: wie, werkwoord, wanneer en waar. Wie Werkwoord Wanneer Wat (iemand/iets) (actie) (tijd) (iets/iemand: de/het/een ) Hij aait morgen de hond. Ik bedank. Wij repareren. bestellen straks. betalen de boodschappen. Ik onthoud nooit. Hij bouwt. Zij breit een trui. controleren morgen. gebruik een pen. Wij kammen s morgens. knipt. Ik koop. kookt soep. Wij kopiëren altijd. Hij kust. Opdracht 13 : Vul het wat in (één woord). Nu kun je goed zien dat het wat begint altijd met: de / het / een / mijn / jouw / zijn / haar / hun / die / deze / 1. Ze kopen elk jaar een. 2. Ze zoeken hun. 3. Hij toont hem een. 4. Ik geef ook nog een. 5. Iedereen krijgt met zijn verjaardag een. 8 Verhaalland Taalleerlijn
9 5.1.1 De volgorde van de woorden in de zin Er zijn twee manieren om de korte, eenvoudige zin te beginnen. De eerste manier is die van de basisvolgorde. De tweede manier is die van de omgekeerde basisvolgorde. De basisvolgorde gaat over de volgorde waarin je het wie en het werkwoord noemt. In de basisvolgorde is dat: eerst het wie en dan het werkwoord. Bij de omgekeerde basisvolgorde draai je het om: eerst het werkwoord en dan het wie. Dit doe je als je: - een gewone vraag stelt; - een vraag met een vraagwoord stelt; - je zin begint met een ander woord dan het wie. Basisvolgorde: (1a) wie - werkwoord wanneer hoe/wat waar werkwoord 2 Omgekeerde basisvolgorde: (2a) werkwoord - wie wanneer hoe/wat waar werkwoord 2? (3a) wanneer - werkwoord - wie hoe/wat waar werkwoord 2 (4a) vraagwoord - werkwoord - wie wanneer hoe/wat waar werkwoord 2? (5a) ander woord - werkwoord - wie wanneer hoe/wat waar werkwoord 2 In nóg meer kleuren ziet dat er zó uit Basisvolgorde: (1a) wie - werkwoord - wanneer hoe/wat - waar - werkwoord 2 Omgekeerde basisvolgorde: (2a) werkwoord - wie - wanneer hoe/wat - waar - werkwoord 2? (3a) wanneer - werkwoord - wie - hoe/wat - waar - werkwoord 2 (4a) vraagwoord - werkwoord - wie - wanneer hoe/wat - waar - werkwoord 2? (5a) ander woord - werkwoord - wie - wanneer hoe/wat - waar - werkwoord 2 Werkwoorden in uitvoering Werkwoorden in zinnen - 9
10 8. zullen moeten vinden 9. willen horen lachen 10. kunnen komen brengen Opdracht 33 : Maak zinnen met de gegeven werkwoorden. Je mag zelf het wie kiezen. Gebruik de gegeven werkwoorden in de gegeven volgorde in de zin. Voorbeeld: mogen laten repareren Ik mag van de verzekering de kapotte ruit laten repareren. 1. zullen (niet) hoeven doen 2. moeten beginnen studeren 3. kunnen (niet) beloven bellen 4. zullen weigeren gaan 5. mogen (niet) vergeten maken De kleren hangen aan de waslijn te drogen. 10 Verhaalland Taalleerlijn
11 Opdracht 38 : Maak de zinnen af, na want / omdat. Gebruik de gegeven woorden. Let op: je moet het werkwoord nog wel in de goede vorm zetten! Let ook op de woordvolgorde! Voorbeeld: Ik eet een boterham, want hebben honger - ik Ik eet een boterham, want ik heb honger. Ik eet een boterham, omdat hebben honger - ik Ik eet een boterham, omdat ik honger heb. 1. Hij kan morgen niet komen, want hebben hij in het ziekenhuis om half elf een afspraak. 2. Suzan is een beetje boos op haar zoontje, omdat nooit opruimen zijn speelgoed - hij. 3. Ik moet morgen thuisblijven, want de monteur komen - repareren morgen de verwarming. 4. We blijven vanavond lekker thuis, omdat de wedstrijd van Ajax op t.v. komen - vanavond. 5. Marja is erg tevreden, want van haar man ze een mooi cadeau hebben vandaag - gekregen. Werkwoorden in uitvoering Werkwoorden in zinnen - 11
12 9. Straks hoewel 10. Eergisteren omdat Opdracht 48 : Verander regel na regel een woord uit de gegeven zin. Zorg ervoor dat het nieuwe woord dezelfde functie heeft en van dezelfde soort is als het verdwenen woord. De onderstreepte woorden mogen blijven staan. Voorbeeld: Ik zal morgen zeker komen. Hij zal morgen zeker komen. Hij moet morgen zeker komen. Hij moet overmorgen zeker komen. Hij moet overmorgen misschien komen. Hij moet overmorgen misschien werken. 1. Frederik stopte op de snelweg. De kabouter heeft zich in de boom verstopt. 12 Verhaalland Taalleerlijn
13 6. We zijn in april in Parijs geweest. We hebben er, hoewel 7. Gerard woont in Groningen. Daar, omdat 8. Ik kom uit Italië. Ik ben er, dus 9. Tom is in Brazilië geboren. Hij heeft er, want 10. We wonen in een dorp. Hier, als Opdracht 61 : Geef het werkwoord de juiste vorm en zet het op de juiste plaats. 1. Ik (de trein - nemen) naar Utrecht en daarna (ik - gaan) met de bus naar huis. 2. Tot Utrecht (met de trein kunnen - reizen) ik, want daar (ik moeten overstappen op) de bus naar huis. 3. Ik (het bruidspaar - feliciteren) en dan (ik - iets drinken - gaan). Werkwoorden in uitvoering Werkwoorden in zinnen - 13
14 Opdracht 70 : Maak een kort verhaaltje met de gegeven woorden. Zet de werkwoorden in de juiste tijd, de juiste vorm en op de juiste plek in de zin. hebben maken ik posters en hebben ophangen die ik in de supermarkt posters willen ik dat zien zoveel mogelijk de poster mensen want staan een foto mijn kat op de poster van en weglopen zijn die zijn oud al de kat twaalf jaar maar eruitzien veel hij jonger hebben een donkergrijze hij vacht hoewel zullen zeggen mensen sommige dat hebben zwarte hij haren hopen ik dat vinden mijn huisdier ik lieve weer snel omdat zijn erg in huis het stil nu luisteren naar de kat naam de Moortje maar als roepen Brokjes je dan komen ook hij hebben zien wie mijn kat en terugbrengen bij hem wie weer mij? 14 Verhaalland Taalleerlijn
2c nr. 1 zinnen met want en omdat
OPDRACHTKAART www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U kunt ook veel oefeningen
Nadere informatieWerkwoorden. in uitvoering. Deel B: Werkwoorden in zinnen
Werkwoorden in uitvoering Deel B: Werkwoorden in zinnen Voorwoord Werkwoorden zijn leuk, grappig en spannend. En werkwoorden zijn soms een beetje moeilijk. Werkwoorden hebben regels. 1. Er zijn regels
Nadere informatieMEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1
MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden
Nadere informatieGrammatica Zinsontleding. Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6
Grammatica Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6 Inhoudsopgave Zinnen knippen 4 Het onderwerp 7 De persoonsvorm 11 Het gezegde 17 Het werkwoordelijk gezegde 21 Het naamwoordelijk gezegde 24 Het lijdend
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 4 Wonen
Boven: Spreekopdrachten thema 4 Wonen Opdracht 2 bij 4.1 * slaapkamer 2 trap Beneden: tuin garage TaalCompleet A1 Spreken Plus Thema 4-1 Opdracht 3 bij 4.1 ** Vertel. Wat voor huis heb jij? - Woon je in
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 4 Wonen
Spreekopdrachten thema 4 Wonen Opdracht 1 bij 4.1 ** Uitleg voor de docent: Op de volgende pagina vind je een blad met plaatjes. Knip de plaatjes uit en doe ze in een envelop. Geef elk tweetal een envelop.
Nadere informatieVoor jou. Verhalen van mantelzorgers. Anne-Rose Hermer
Voor jou Verhalen van mantelzorgers Anne-Rose Hermer 6 Inleiding In dit boek maak je kennis met Martine, Koos en Sara. Ze zijn alledrie in een andere fase van hun leven. Maar één ding is hetzelfde voor
Nadere informatieKijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd.
Grammaticaoefeningen 3 Wonen en vervoer Werkwoorden in een andere tijd Oefening 1 Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd. 1 Begrijp je deze informatie? ja / nee,
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 3 Kinderen
Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Opdracht 1 bij 3.2 Jullie zijn bij het consultatiebureau. Cursist A: je bent arts bij het consultatiebureau. Cursist B: je bent met je baby van twee maanden bij het consultatiebureau.
Nadere informatieToets Geletterdheid en Begrijpend Lezen
1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets
Nadere informatieOefening 1: Bouw correcte enkelvoudige zinnen door de woorden in de juiste volgorde te plaatsen. Soms heb je een vraagzin.
Oefening 1: Bouw correcte enkelvoudige zinnen door de woorden in de juiste volgorde te plaatsen. Soms heb je een vraagzin. 1. Ga opnemen de telefoon je? 2. Ik te laat altijd kwam in de les. 3. Wat zijn
Nadere informatieTe huur HOOFDSTUK 4 WOORDEN. Kies het goede woord. 1 Ik woon in een flat op de vierde... a verdieping b appartement
51 51 HOOFDSTUK 4 Te huur WOORDEN 1 1 Ik woon in een flat op de vierde.... a verdieping b appartement 2 Het is een rijtjeshuis met een grote woonkamer en drie.... a tuinen b slaapkamers 3 Mijn woonkamer
Nadere informatieThema 3 Vervoer. Inhoudsopgave
Thema 3 Vervoer Inhoudsopgave 3.1 Met de taxi 155 3.2 Regels in het verkeer 156 3.3 De tijd 157 3.4 Reizen met de trein 160 3.5 Wie, wat, waar? 161 3.6 Komen en gaan 163 3.7 Reizen met de auto 165 3.8
Nadere informatieWat gaan we doen? Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch. 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen.
103 103 HOOFDSTUK 7 Wat gaan we doen? WOORDEN 1 Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen. 2 Op 22 november zijn we 25 jaar
Nadere informatieToets Geletterdheid en Begrijpend Lezen
1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets
Nadere informatieSpreken Oefentoets spreken. SPREKEN NIVEAU A1
SPREKEN NIVEAU A1 www.nt2taalmenu.nl Wat leer je? Spreken Oefentoets spreken Dit is een oefentoets voor cursisten die klaar zijn met het programma voor niveau A1. Hier zijn een paar tips om de oefening
Nadere informatieA) Gebruik de volgende voegwoorden: maar, want, en, of.
A) Gebruik de volgende voegwoorden: maar, want, en, of. 1. Trek je schoenen uit moeder heeft pas schoongemaakt. 2. Ik wilde gaan tennissen mijn vrienden vonden het te warm. 3. Drink je koffie drink je
Nadere informatieAuteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design
Woord voor Woord is een programma mondelinge vaardigheden NT2 voor analfabete beginners. Het omvat 12 lessen. De ontwikkeling van het programma en de daarbij behorende video s is mogelijk gemaakt door
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 3 Vervoer
Spreekopdrachten thema 3 Vervoer Opdracht 1 bij 3.1 Jullie zijn op straat. Cursist A: je wilt met de taxi reizen. Cursist B: je bent taxichauffeur. Klaar? Dan begint cursist B het gesprek. Cursist A 1.
Nadere informatieToets Geletterdheid en Begrijpend Lezen
1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets
Nadere informatieRoodkapje en haar zieke voorleesoma
Toneelstuk opening Kinderboekenweek 2016 Roodkapje en haar zieke voorleesoma Tekst Rian Visser Rollen Roodkapje Moeder Oma Boze wolf Jager Verteller In het verhaal staat een prentenboek centraal. In dit
Nadere informatieREGELS. Onderstreep de pluralisvorm in de zin.
61 61 REGELS 1 Onderstreep de pluralisvorm in de zin. 1 Ik woon met mijn gezin in een rijtjeshuis met vier slaapkamers. 2 De vijf appartementen in deze flat zijn heel klein. 3 Hij heeft een groot huis
Nadere informatieMelkweg. Wat leert je kind? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: de basisschool
Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Wat leert je kind? Taal en ouders: de basisschool Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Wat leert je kind?, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn
Nadere informatieINHOUD. #1 Mens zijn 5 #2 Slapen 17 #3 Taken 29 #4 Bewegen 49 #5 Expressie 61 #6 Voelen 75 #7 Gezond zijn en ziek zijn 95 #8 Voeding 110 #9 Tijd 128
INHOUD Dit boek is anders dan alle andere boeken. Het is helemaal voor jou alleen. Jij bent de enige die straks weet wat er in dit boek staat. Dit boek is van: Datum: #1 Mens zijn 5 #2 Slapen 17 #3 Taken
Nadere informatieOefeningen Schrijven Niveau A2
Oefeningen Schrijven Niveau A2 nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. Kijk op: www.nt2taalmenu.nl
Nadere informatieToets Geletterdheid en Begrijpend Lezen
1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets
Nadere informatieTik-tak Tik-tak tik-tak. Ik tik de tijd op mijn gemak. Ik haast me niet zoals je ziet. Tik-tak tik-tak, ik denk dat ik een slaapje pak.
Tik-tak - Lees het gedicht tik-tak voor. Doe dit in het strakke ritme van een langzaam tikkende klok: Tik - tak - tik - tak Ik tik - de tijd - op mijn - gemak. Enzovoort. - Laat de kinderen vrij op het
Nadere informatieREGELS. Onderstreep het onregelmatige werkwoord in de zin.
261 261 REGELS 1 Onderstreep het onregelmatige werkwoord in de zin. 1 Kun je het boek even aanpakken? 2 Het hangt ervan af of je het goed aantekent. 3 Voordat ik het bekendmaak, zal ik je bellen. 4 Ik
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 3 Kinderen
Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Opdracht 1 bij 3.2 Jullie zijn bij het consultatiebureau. Cursist A: je bent arts bij het consultatiebureau. Cursist B: je bent met je baby van twee maanden bij het consultatiebureau.
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 6 Werk zoeken
Spreekopdrachten thema 6 Werk zoeken Opdracht 1 bij 6.1 * Beantwoord de vragen. 1. Waar zoek je vacatures? In de krant, op internet of ergens anders? 2. Ga je naar het UWV WERKbedrijf? 3. Ga je naar een
Nadere informatieDit boek is anders dan alle andere boeken. Het is helemaal voor jou alleen. Jij bent de enige die straks weet wat er in dit boek staat.
Dit boek is anders dan alle andere boeken. Het is helemaal voor jou alleen. Jij bent de enige die straks weet wat er in dit boek staat. Dit boek is van: Datum: INHOUD #1 Mens zijn 5 #2 Slapen 17 #3 Taken
Nadere informatieToets Geletterdheid en Begrijpend Lezen
1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 3 Vervoer
Spreekopdrachten thema 3 Vervoer Opdracht 1 bij 3.1 Jullie zijn op straat. Cursist A: je wilt met de taxi reizen. Cursist B: je bent taxichauffeur. Klaar? Dan begint cursist B het gesprek. Cursist A 1.
Nadere informatieDe ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters.
Over dit boek De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters. Dit boek bestaat uit twee delen. Het eerste deel gaat over een man die vlucht naar Europa.
Nadere informatieSamen lezen. > Reporter: Dagemawi Sisay Tedla. Tekst
Tekst > Reporter: Dagemawi Sisay Tedla Mieke Geenen Ik zal het eerst lezen en dan zal ik wat vragen stellen. En dan mogen jullie zeggen wat je er van vindt. Mezelf in de spiegel zien kijken naar mij. Daar
Nadere informatieToets Geletterdheid en Begrijpend Lezen
1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets
Nadere informatieVoor Indigo en Nhimo Papahoorjeme_bw.indd :02
Papahoorjeme_bw.indd 2 05-05-11 15:02 Papahoorjeme_bw.indd 3 05-05-11 15:02 Voor Indigo en Nhimo Tamara Bos Papa, hoor je me? met tekeningen van Annemarie van Haeringen Leopold / Amsterdam De liefste
Nadere informatieHoofdstuk 9 Dit hoofdstuk gaat over: andere rechten van cliënten
Andere rechten van cliënten Hoofdstuk 9 Dit hoofdstuk gaat over: andere rechten van cliënten In dit hoofdstuk vind je een antwoord op de volgende vragen: 1. Welke rechten hebben cliënten nog meer? 2. Wat
Nadere informatiede aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.
Woordenlijst bij hoofdstuk 4 de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. alleen zonder andere mensen Hij is niet getrouwd. Hij woont helemaal a, zonder familie.
Nadere informatieGrammatica Woordbenoemen 2. Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6
Grammatica 2 Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6 Inhoudsopgave Voegwoord 4 Telwoorden: hoofdtelwoorden 7 Telwoorden: rangtelwoorden 10 Telwoorden: hoofd- en rangtelwoorden 13 Persoonlijk voornaamwoord
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 5 Gemeente
Spreekopdrachten thema 5 Gemeente Opdracht 2 bij 5.1 ** Bedenk nu zelf een gesprek. Cursist A: je werkt op het gemeentehuis. Cursist B: je bent bij het gemeentehuis. Kies zelf wat je daar komt doen: bijvoorbeeld
Nadere informatieGezond thema: DE HUISARTS
Gezond thema: DE HUISARTS 1. Wat gaan we doen? Praten over de huisarts en wat de huisarts doet. Nieuwe woorden leren over de huisarts. Het gesprek met de huisarts oefenen. 2. Wat vind ik van? Als je een-op-een
Nadere informatieANTWOORDEN TAALCOMPLEET A1 THEMA 4 WONEN
ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A1 THEMA 4 WONEN Opdracht 1 het gas de buren de woning de keuken Opdracht 11 1. De man werkt in de tuin. 2. De man leest in de woonkamer. 3. De man staat in de keuken. 4. De vrouw
Nadere informatieVeertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel
Veertien leesteksten Leesvaardigheid A1 Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek Ad Appel Uitgave: Appel, Aerdenhout 2011-2016 Verkoopprijs: 1,95 Ad Appel Te bestellen via www.adappelshop.nl
Nadere informatieSoms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,
Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram, mijn kleine broer Dat is niet van mij mama Dan zegt ze
Nadere informatieWERKEN MET VERHALEN VAN DE HODJA
WERKEN MET VERHALEN VAN DE HODJA Verhalen van de Hodja: Hassan en de tijgers Introductie van het verhaal - DILIT-luisteren: o De cursisten gaan per 2 zitten (bij voorkeur 2 cursisten met dezelfde moedertaal
Nadere informatieMAMA MIA! FLYNN IS AL GROOT. * 1. Flynn en zijn broers Gil en Kato Dit is Flynn. Hij is vier jaar.
MAMA MIA! FLYNN IS AL GROOT. * 1. Flynn en zijn broers Gil en Kato Dit is Flynn. Hij is vier jaar. -Wijs zelf Flynn aan -Zijn jullie even oud als Flynn /ook vier jaar? Wie is ouder dan Flynn /dus vijf
Nadere informatieUitdaging Workshop 3 Een keuze maken Kun jij goed kiezen?
Uitdaging Workshop 3 Een keuze maken Kun jij goed kiezen? Je gaat een nieuw mobieltje kopen. A Je gaat 20 mobieltjes bekijken voor je een keuze maakt. B Je gaat naar de winkel en je koopt er een. C Je
Nadere informatieMelkweg. Help je mee? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Vrijwilligerswerk
Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Help je mee? Vrijwilligerswerk Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Help je mee?, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Dit katern
Nadere informatieBEGINNERSCURSUS DAG 1
1 BEGINNERSCURSUS DAG 1 A. FORCING Voorstelling B. GRAMMATICA Persoonlijke Voornaamwoorden Werkwoord: Infinitief en stam Hebben en Zijn C. CONVERSATIE Kennismaken 2 Zich voorstellen 1. Voornaam: Ik heet
Nadere informatieLeesboekje de omgeving
Leesboekje de omgeving Leesboekje De Omgeving Pagina 1 Dit is de winkel. Dit is de supermarkt. Dit is de bakkerij. Dit is de slagerij. Dit is de boekhandel. Dit is de snackbar. Dit is de bibliotheek. Dit
Nadere informatieWeduwnaar Jochem Myjer
2 Jochem Myjer Weduwnaar werkblad 1 Luister naar het gedicht lees mee met de tekst. Vul de ontbrekde woord in. Weduwnaar Jochem Myjer Ik ga (1) naar de stad over de markt he struin e kopje koffie drink
Nadere informatieLesbrief 3. De fysiotherapeut.
MDS-65 speakerstand Thema Gezondheid. Lesbrief 3. De fysiotherapeut. Inleiding Deze les gaat over praten met de fysiotherapeut. Een man, meneer Kaya, belt de fysiotherapeut. Hij maakt een afspraak. Hij
Nadere informatieO, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.
Voorwoord Susan schrijft elke dag in haar dagboek. Dat dagboek is geen echt boek. En ook geen schrift. Susans dagboek zit in haar tablet, een tablet van school. In een map die Moeilijke Vragen heet. Susan
Nadere informatieij / ei/ sch 9 De geit is grijs Kijk en schrijf de... A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X IJ Z
Pen! nr. 9 - De geit is grijs versie 1 november 2017 1 9 De geit is grijs de geit het schaap Kijk en schrijf de... ij / ei/ sch Pen! nr. 9 - De geit is grijs versie 1 november 2017 2 9.1 Lees, luister
Nadere informatieToets Geletterdheid en Begrijpend Lezen
1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets
Nadere informatieWaarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken
Les 1: Je eigen vredesspreuk bedenken Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken Bekijk met de klas het Jeugdjournaalfilmpje op www.nieuwsbegrip.nl. Let er vooral op wat vrede precies betekent.
Nadere informatieKLEINE DEUGNIET Door Marcel van Rijn
KLEINE DEUGNIET Door Marcel van Rijn Vet: bewegingen en activiteiten Gewoon: verteller Schuin: gesproken text De kerkklokken luiden. Mensen komen vanuit de kerk naar buiten. Als laatste is daar de pastoor.
Nadere informatie2b nr. 1 Zinnen met verschillende volgorde
OPDRACHTKAART www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U kunt ook veel oefeningen
Nadere informatieOp weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 7 Delen maakt blij. H. Theobaldusparochie, Overloon
Op weg met Jezus eerste communieproject H. Theobaldusparochie, Overloon Hoofdstuk 7 Delen maakt blij Eerste communieproject "Op weg met Jezus" hoofdstuk 7 blz. 1 Als je niet wilt delen krijg je ruzie.
Nadere informatieHotel Hallo - Thema 2 Hallo TELEVISIE KIJKEN
Hotel Hallo - Thema 2 Hallo opdrachten TELEVISIE KIJKEN 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer
Nadere informatieEHBO leer je zo! Werkboek. Lesmateriaal primair onderwijs groep 4, 5 en 6. Les 1 Let op veiligheid! Les 2 EHBO geef je zo Les 3 EHBO bij noodgevallen
EHBO leer je zo! Lesmateriaal primair onderwijs groep 4, 5 en 6. Les 1 Let op veiligheid! Les 2 EHBO geef je zo Les 3 EHBO bij noodgevallen Naam school Naam leerling Groep Werkboek EHBO leer je zo! Lesmateriaal
Nadere informatieMelkweg. Een dak boven je hoofd. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Wonen: Het huis
Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Een dak boven je hoofd Wonen: Het huis Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Een dak boven je hoofd, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn
Nadere informatieThema In en om het huis.
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis. Les 22. Een huis zoeken Wat leert u in deze les? Praten over uw huis Informatie over het vinden van een nieuwe woning Praten over wat afgelopen is Veel succes!
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 1 Voorstellen
Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 1 bij 1.2 * Doe de opdracht met de groep. Uitleg voor de docent: De cursisten lopen door elkaar door het lokaal. Laat de cursisten elkaar in tweetallen begroeten,
Nadere informatieHerhalingsoefeningen. Thema 3 Familie en relaties. 1 Woorden. Familie
Herhalingsoefeningen Thema 3 Familie en relaties 1 Woorden Familie Lees de zinnen over de familie van Simon en Els. Schrijf de volgende namen in de stamboom: Hans, Helena, Hester, Joke, Mark, Michiel,
Nadere informatie1b nr. 1 Wie of wat?
OPDRACHTKAART www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U kunt ook veel oefeningen
Nadere informatieMelkweg. Naar de speelzaal. Lezen van Alfa B naar Alfa C. Taal en ouders: Peuters. Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann
Melkweg Lezen van Alfa B naar Alfa C Naar de speelzaal Taal en ouders: Peuters Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Colofon Melkweg: Naar de speelzaal, 0 Dit boekje is een uitgave van Stichting
Nadere informatieLes 4. De fysiotherapeut.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 4. De fysiotherapeut. Inleiding Deze les gaat over praten met de fysiotherapeut. Een man, meneer Bashir, belt de fysiotherapeut. Hij maakt een afspraak. Hij zegt
Nadere informatieMiauw! Miauw!
Onderbouw Thema: jaloezie Miauw! Een verhaal over een meisje dat jaloers is op haar babyzusje. Sinds Dian een zusje heeft moet ze de aandacht van moeder delen. Dat vindt Dian soms heel moeilijk. Miauw!
Nadere informatieANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 2 GELD
ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 2 GELD Opdracht 1: de pinpas de geldautomaten het geld het bedrag Opdracht 8 1. Hij betaalt in Nederland met de euro. 2. Wij wisselen geld. 3. Je hebt briefjes en munten.
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek.
http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek. Wat leert u in deze les? Moeten en hoeven gebruiken. Vragen hoe het met uw kind gaat. Veel succes! Deze les is ontwikkeld
Nadere informatieKLEM. Katja en Udo in de schulden. Anne-Rose Hermer
KLEM Katja en Udo in de schulden Anne-Rose Hermer Dit boek heeft het keurmerk Makkelijk Lezen 1 Katja ontmoet Udo Katja is bijna negentien jaar. Ze woont nog bij haar ouders. Katja werkt in een warenhuis.
Nadere informatieEen buik van wol. Tom! Tom! Cato kwam hard aan rennen. En zei: vandaag word mevr. Catharina. 90 jaar en ik wil haar een heel mooi cadeau
Een buik van wol. Tom! Tom! Cato kwam hard aan rennen En zei: vandaag word mevr. Catharina 90 jaar en ik wil haar een heel mooi cadeau Geven. Ja maar wat zei Tom. Umm wacht ik Weet het zei Cato een herinnering.
Nadere informatieLesbrief 8. Een taxi bellen
www.edusom.nl Opstartlessen Lesbrief 8. Een taxi bellen Wat leert u in deze les? Een taxi bellen. Het tegenovergestelde van dingen zeggen. Zeggen wat u mooi vindt, of waar u gek op bent. Veel succes! Deze
Nadere informatieKijk op YouTube spreekvaardigheid A1
Kijk op YouTube spreekvaardigheid A1 Oefenexamen Ad Appel Spreekvaardigheid A1 10 vragen serie A 1. Hoe vaak doet u boodschappen? 2. Wanneer bent u geboren? 3. Wat drinkt u het liefst? 4. Wat vindt u van
Nadere informatieHoe gaat het in groep 1/2 b
Hoe gaat het in groep 1/2 b Binnenkomst: - Als je op school komt hang je je jas op je eigen haakje onder je tent. Je tas zet je op de plank. - In de klas geef je de juf een hand en je pakt een spelletje
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 4 Gezondheid
Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid Opdracht 1 bij 4.2 Vraag en antwoord. Cursist A: lees de vraag hardop. Cursist B: lees het antwoord hardop. 1. Moet je morgen naar de tandarts? 1. Nee, ik moet morgen
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 2 Boodschappen
Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen Opdracht 1 bij 2.1 ** Cursist A: vertel wat je eet of drinkt. Vraag wat cursist B eet of drinkt. Cursist B: geef antwoord. Voorbeeld Cursist A: Ik eet een tomaat.
Nadere informatieDe Man van de Toekomst Module Theater Groep 7-8
De Man van de Toekomst Module Theater Groep 7-8 Teksten: Stella van Lieshout Illustraties: Tjarko van der Pol ABC Cultuur is een initiatief van het Centrum voor de Kunsten Beverwijk www.abccultuur.nl De
Nadere informatieDit is een download bij het artikel Omdat je het kunt uit JOP COACH magazine, nr
Honger! (voor jonge kinderen) Drie kinderen lopen naar school. Opeens zien ze een heel rare man in oude kleren. Hij vraagt om een beetje geld voor eten. Natuurlijk schrikken de kinderen en denken ze aan
Nadere informatieInfo. Aanraken, knuffelen en meer... Informatie voor cliënten. Expertisecentrum voor epilepsie en slaapgeneeskunde
Info Aanraken, knuffelen en meer... Informatie voor cliënten Expertisecentrum voor epilepsie en slaapgeneeskunde Inhoud INHOUD 1. Waar gaat het over 3 2. Aanraken 4 3. Hoe noem jij dat? 5 4. Baas over
Nadere informatieJohan van Caeneghem. Het Schemerhuis
Johan van Caeneghem Het Schemerhuis 4 Dit boek heeft het keurmerk Makkelijk Lezen De nieuwe weg Hé, kijk daar eens, zegt Jay. Wat is dat?, vraagt Johanna. Dat is een weg, zegt Jay. Dat kan niet, zegt Johanna.
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 33. In gesprek met de leerkracht.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Lesbrief 33. In gesprek met de leerkracht. Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren met de leerkracht. Zinnen maken met omdat. Hulp vragen. Veel succes! Deze les
Nadere informatieinstapkaarten taal verkennen
instapkaarten inhoud instapkaarten Taal verkennen thema 1 les 2 1 thema 1 les 4 2 thema 1 les 7 3 thema 1 les 9 4 thema 2 les 2 5 thema 2 les 4 6 thema 2 les 7 7 thema 2 les 9 8 thema 3 les 2 9 thema 3
Nadere informatieALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN
STER IN LEZEN ALFA A LES 1: NAAR SCHOOL 1 Ziek 1 b 2 3 b 4 a a B maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag C Dit is een vraag Hoe gaat het? Het gaat wel. En met jou? Waarom kom je niet?
Nadere informatie2.7 In de supermarkt **
2.7 In de supermarkt ** Je hoort. Ze gaat naar de supermarkt. In de supermarkt zoekt ze alle boodschappen. Maar ze kan de koffie niet vinden. Ze vraagt het aan iemand die in de supermarkt werkt. verkoper
Nadere informatieThema Kinderen en school. Les 17. De kinderopvang
www.edusom.nl Thema Kinderen en school. Les 17. De kinderopvang zoekt opvang voor haar kind. Ze belt naar een kinderdagverblijf. Is er een plaats vrij? Is de peuterspeelzaal misschien een oplossing? Gaat
Nadere informatieMelkweg. De deur op slot. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Wonen: Veilig wonen
Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B De deur op slot Wonen: Veilig wonen Colofon Melkweg: De deur op slot, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Dit katern is een uitgave van
Nadere informatieThema 2 De Samenleving: samen of ieder voor zich?
Thema 2 De Samenleving: samen of ieder voor zich? Oefening 2 1. b. Alle mensen zijn anders en dat moeten we respecteren. 2 Han van Eijk - Leef Niemand hoeft alleen maar goed of slecht te zijn. Niemand
Nadere informatie" " " " " " " " " " "
THEMA 10B Spreken 1 SCHRIK voor bliksem 2 SCHRIK voor donder 3 SCHRIK voor muizen 4 SCHRIK voor spoken op de zolder 5 SCHRIK voor mieren 6 SCHRIK voor spinnen 7 SCHRIK voor pieren 8 SCHRIK voor het licht
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 1 Nederland
Spreekopdrachten thema 1 Nederland Opdracht 1 bij 1.3 ** Speel het spel met de groep. Uitleg voor de docent: De docent begint. Hij zegt wat hij kan. Bijvoorbeeld: Ik kan koken. Laat de eerste cursist herhalen
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 4 Gezondheid
Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid Opdracht 1 bij 4.1 * Doe de opdracht in groepjes. Uitleg voor de docent: Verdeel de klas in groepjes van vier à vijf cursisten. Op deze pagina staan kaartjes met lichaamsdelen
Nadere informatieANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 1 NEDERLAND
ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 1 NEDERLAND Opdracht 1 een afspraak maken het Nederlandse landschap Sinterklaas het kaartje Opdracht 13 Carola Hadassa Carola Hadassa Carola Hadassa Opdracht 18 Hallo,
Nadere informatiezelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord Het zelfstandig naamwoord is een woord voor een mens, dier of ding. de man de kat de fiets lidwoord Het lidwoord hoort bij het zelfstandig naamwoord. de het een samenstelling Een
Nadere informatieToets Geletterdheid en Begrijpend Lezen
1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets
Nadere informatieNAAM. Uil kijkt in een boek. Het is een boek over dieren. Er staan plaatjes in. Van elk dier één. Uil ziet een leeuw. En een pauw. En een bever.
Vos en Waar is Haas het ijs? NAAM Uil kijkt in een boek. Het is een boek over dieren. Er staan plaatjes in. Van elk dier één. Uil ziet een leeuw. En een pauw. En een bever. Wat een raar beest! lacht Uil.
Nadere informatieOefentoets 1 - Leesvaardigheid A1
Oefentoets 1 - Leesvaardigheid A1 Dit is een oefentoets Leesvaardigheid A1 voor het Basisexamen Inburgering. Bij het echte examen is de toets Leesvaardigheid digitaal je maakt de toets op de computer.
Nadere informatiePapa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet.
Bezoek op kantoor Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet. Ton en Toya hebben wat problemen thuis.
Nadere informatieHANDIG ALS EEN HOND DREIGT
l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n HANDIG ALS EEN HOND DREIGT OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN HIER LEES JE HANDIGE INFORMATIE OVER HONDEN DIE DREIGEN. JE KUNT
Nadere informatie