Mobiliteit, stedenbouw en duurzaamheid

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "Mobiliteit, stedenbouw en duurzaamheid"

Ida Anita Bosmans
5 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 Mobiliteit, stedenbouw en duurzaamheid Samenwerking Verkeer en Vervoer Stedenbouw geen duurzaam vervoer zonder samenspraak met RO en Stedenbouw Symposium Movinnio 11 mei 2011 Kees Peters

2 wie ben ik? Movares, divisie Mobiliteit en Ruimte ontwerper met specifieke ervaring in stationsgebieden Eindhoven Rotterdam Groningen Zwolle Bijlmer Hilversum Tilburg Alkmaar Sloterdijk Helmond

3 duurzaamheid, wat is dat? heb er niet zoveel verstand van, heb er wel een gevoel bij onze bureaucratie vraagt wel acties ProRail Movares wil wel observaties vanuit mijn eigen werkgebied / ervaring meegeven

4 mijn conclusie: de duurzaamheid van het vervoer is te vergroten door: maximale benutting van de OV-infrastructuur uitgaande van het maximaal inspelen op de levensduur van de elementen wees dan ook bereid te investeren in die elementen die lang meegaan zorg voor een goed ontwerp daarvoor op basis van een goed doordacht programma dat ontstaat in samenspraak met de betrokken stakeholders die zelf ook doordrongen moeten zijn van de noodzaak tot duurzaam opereren en innoveer gericht

5 mijn observaties A. maak mooi wat lang meegaat B. benut de infra voor ruimtelijke ontwikkeling C. laat de gebouwen inspelen op veranderingen D. speel in op de veranderingen in de ketenaspecten E. stem daar je processen op af F. en innoveer!

6 1. duurzame spoorinfrastructuur spoorinfrastructuur gaat zeer lang mee de eerste infra van lang geleden ligt er nog steeds en blijft nog wel even liggen hoogstens kleinere veranderingen. speel daar dan ook op in

7 1. duurzame spoorinfrastructuur A. maak mooi wat lang meegaat

8 1. duurzame spoorinfrastructuur A. maak mooi wat lang meegaat

9 1. duurzame spoorinfrastructuur A. maak mooi wat lang meegaat

10 1. duurzame spoorinfrastructuur A. maak mooi wat lang meegaat

11 1. duurzame spoorinfrastructuur B. benut het voor de ruimtelijke ontwikkeling tot WO II: redelijke ruimtelijke samenhang met spoor

12 1. duurzame spoorinfrastructuur B. benut het voor de ruimtelijke ontwikkeling tot WO II: redelijke ruimtelijke samenhang met spoor

13 1. duurzame spoorinfrastructuur B. benut het voor de ruimtelijke ontwikkeling na WO II: stationsgebieden bleven redelijk achtergebleven gebieden stedelijke ontwikkelingen naar de buitengebieden (Tweede Nota RO)

14 1. duurzame spoorinfrastructuur B. benut het voor de ruimtelijke ontwikkeling na 1980: de stationsgebieden kwamen vrij RO terug naar de steden (3e en 4e Nota RO)

15 1. duurzame spoorinfrastructuur B. benut het voor de ruimtelijke ontwikkeling Almere, met een valse start

16 1. duurzame spoorinfrastructuur B. benut het voor de ruimtelijke ontwikkeling Zoetermeer een stevige start, een geleidelijke ontwikkeling en recent een verdere intensivering

17 1. duurzame spoorinfrastructuur B. benut het voor de ruimtelijke ontwikkeling Amsterdam Bijlmer

18 1. duurzame spoorinfrastructuur B. benut het voor de ruimtelijke ontwikkeling HSL-Zuid, een gemiste kans

19 1. duurzame spoorinfrastructuur B. benut het voor de ruimtelijke ontwikkeling het Ministerie van I&M

20 1. duurzame spoorinfrastructuur B. benut het voor de ruimtelijke ontwikkeling op dit moment de Ymeerlijn de markt wordt ook uitgedaagd, een balans tussen RO, Infra en Financiën

21 1. duurzame spoorinfrastructuur B. benut het voor de ruimtelijke ontwikkeling vereiste MIEP s (innovaties) intensiever gebruik bestaande infra intensieve stedelijke ontwikkelingen rond stations laagdrempeliger stations laagdrempeliger vormen van OV nieuwe samenwerkingsvormen nieuwe realiseringsconcepten

22 2. duurzame stations stations gaan minder lang mee (75 jaar) heel oude stations bestaan nog sporadisch (monumenten)

23 2. duurzame stations geschiedenis stations gaan minder lang mee dan het spoor zelf (75 jaar) heel oude stations bestaan nog sporadisch (monumenten) tot WO II vrij constant programma in stations, daarom gingen stations lang mee in WO II veel stations verwoest, daarna weer opgebouwd na WO II: sterk krimpend programma in stations veel afbraak, eenvoudiger gebouwen die minder lang meegaan na 1980: een zekere revival, samenhangend met verdichting stationsomgeving op dit moment vergroting van een aantal belangrijke stations NSP-projecten

24 2. duurzame stations op dit moment mijn observatie: disbalans tussen programma s en de ruimtelijke vertaling daarvan in bouwkundige en stedenbouwkundige zin (gebouwen en infra) immers: programma s fluctueren soms zeer sterk, de ontwerpen spelen daar vaak niet op in, veranderingen daarin zijn groot: snelle en ingrijpende veranderingen in winkels enorme groei rijwielstallingen, nieuwe soorten aandacht voor belevingsaspecten hernieuwde aandacht voor P&R daardoor veel te snelle veroudering van zware elementen in de stationsgebieden

25 2. duurzame stations C. inspelen op veranderingen een goed ontwerp kan inspelen op veranderingen, die deels nog ongewis zijn, een stevige analyse is dan ook een vereiste voor een duurzaam ontwerp en dat gebeurt niet altijd..

26 2. duurzame stations C. inspelen op veranderingen

27 2. duurzame stations C. inspelen op veranderingen

28 2. duurzame stations C. inspelen op veranderingen

29 2. duurzame stations C. inspelen op veranderingen

30 2. duurzame stations C. inspelen op veranderingen

31 2. duurzame stations vereiste MIEP s (innovaties) flexibeler stationsconcepten duurzamer elementen gebouwen processen gericht op samenwerkingsvormen stakeholders met aandacht voor duurzaamheid

32 3. de ketenaspecten sterk in de belangstelling bij de vervoerders ook hier verschillende levensduren: busstations: 25 jaar rijwielstalling: zeer sterk wisselend, afhankelijk van het gekozen concept autovoorzieningen: zeer sterk wisselend, afhankelijk van het gekozen concept, van parkeerterrein tot parkeergarage

duurzaamheid niet verantwoord daar een station omheen te ontwerpen een

33 2. duurzame ketenaspecten D. busstations een busstation gaat maar 25 jaar mee, het is dan ook vanuit duurzaamheid niet verantwoord daar een station omheen te ontwerpen een busstation is zeer beleidsgevoelig, het is dan ook vanuit duurzaamheid niet verantwoord alle onzekerheden in infra te vertalen

34 3. duurzame busstations vereiste MIEP s (innovaties) flexibeler gebruik infrastructuur, gericht op minimalisatie daarvan met maximale benutting verbetering informatievoorziening verbetering kwaliteitsbeleving reizigers..

Fiets anno 2011 een enorm succes: zeer structurele toename in het voor-

35 2. duurzame ketenaspecten E. rijwielstallingen in 1998 beleidsimpuls Ministerie V&W: Ruimte voor de Fiets anno 2011 een enorm succes: zeer structurele toename in het voor- en natransport voor alle categorieën stations daardoor vaak weer problemen met de rijwielstallingen veel nieuwe vormen

36 2. duurzame ketenaspecten E. rijwielstallingen

37 3. duurzame rijwielstallingen vereiste MIEP s (innovaties) verbetering gebouwen en rekken, ook gericht op betere benutting verbetering informatievoorziening verbetering samenwerkingsconcepten verbetering beheersconcepten....

38 mijn conclusie: de duurzaamheid van het vervoer is te vergroten door: het uitgaan van maximale benutting van de OV-infrastructuur uitgaande van het maximaal inspelen op de levensduur van de elementen wees dan ook bereid te investeren in die elementen die lang meegaan zorg voor een goed ontwerp op basis van een goed doordacht programma dat ontstaat in samenspraak met de betrokken stakeholders

39 mijn conclusie: en innoveer gericht op inhoud en proces: vanuit een drive tot duurzaamheid en begin daar nu mee

Vergelijkbare documenten

Maak Plaats! Wie Hoorn binnenrijdt maakt kennis met de Poort van Hoorn. Het stationsgebied is het mobiliteitsknooppunt van Hoorn en de regio.

Maak Plaats! Wie Hoorn binnenrijdt maakt kennis met de Poort van Hoorn. Het stationsgebied is het mobiliteitsknooppunt van Hoorn en de regio. Maak plaats voor Hoorn! Wie Hoorn binnenrijdt maakt kennis met de Poort van Hoorn. Het stationsgebied is het mobiliteitsknooppunt van Hoorn en de regio. Iedere dag is het hier een komen en gaan van duizenden