NOTULEN DMR MCI VERGADERING 25 JUNI 2013

Transcriptie

1 NOTULEN DMR MCI VERGADERING 25 JUNI 2013 Aanwezig: Hendrik Jan Diekerhof (vanaf uur), Gerlof Donga, Walter van de Giesen, Marco Kloek, Bert Pinkster, Jan Piscaer, Paul Rijnierse, Rolf Stam, Xander Stewart, Odilia van der Valk, Sebas Veeke. Afwezig met bericht: Sandro Algra Barradas, Sunny de Blok, Beryl Craandijk, Romée Krommendam, Menno Nelis. Voorzitter: Gerlof Donga Griffier: Eva Huijbregts Locatie: Raadzaal, 4 e etage Benno Premselahuis 1. OPENING De voorzitter opent de vergadering om uur. 2. MEDEDELINGEN DB / CMR / INGEKOMEN POST - Afmeldingen en machtigingen: Sunny de Blok heeft zich afgemeld, Sandro Algra Barradas heeft zich afgemeld. Hij heeft Beryl Craandijk gemachtigd, maar zij heeft zich ook afgemeld. Romée Krommendam heeft zich afgemeld. Hendrik Jan Diekerhof heeft zich afgemeld en machtigt Rolf Stam. Menno Nelis heeft zich afgemeld en machtigt Sebas Veeke voor agendapunt 10 en De definitieve uitslag van de medezeggenschapsverkiezingen is bekend gemaakt. - De domeinraad heeft een brief gestuurd naar de domeinvoorzitter met het verzoek de leden vrij te roosteren op dinsdagmiddag. - Naar aanleiding van de themabijeenkomst en trainingsdag merkt de voorzitter op dat de leden van de domeinraad gastvrouw en gastheer zijn. Dat betekent dat er niet gekletst moet worden tijdens presentaties. Op de trainingsdag liep het avondprogramma uit, waardoor er gehaast moest worden naar de trein. De groep die in de lift stond, wachtte niet op de mensen die niet meer in de lift pasten. Dat mag niet meer gebeuren: samen uit, samen thuis. Mededelingen CMR - De CMR heeft het conceptstudentenstatuut ontvangen. Hierin wordt voorgesteld dat studieverengigingen maximaal drie bestuursleden mogen hebben. - De CMR gaat een inhoudelijke jaarplanning maken en volgteamoverleggen invoeren. - In sommige domeinen is afgeweken van de format-oer. Een voorbeeld is het stellen van eisen aan de doorstroom van het 2 e naar het 3 e jaar en toelatingscriteria op basis van modules in plaats van studiepunten. - De CMR heeft een nieuwe klachtenregeling ontvangen. Daaruit blijkt dat het CvB de ombudsfunctie wil laten vervallen. De CMR wil zorgen dat die functie blijft op centraal niveau. - Op 10 september 2013 organiseert de CMR een trainingsdag voor alle raden. De CMR offert een vergaderdag op zodat de domeinraden op 3 of 17 september kunnen vergaderen. De domeinraden moeten dit onderling afstemmen. - Over de opleidingsvariant HBO-rechten deeltijd loopt een geschil. - De CMR krijgt spoedig de kaderbrief. Deze stuurt de CMR door naar de domeinraad. Ingekomen post - De griffier deelt de geprinte versies uit van de nagezonden post over de OERen. Deze waren wel op donderdag per mail verzonden. 3. VASTSTELLEN AGENDA De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 4. VASTSTELLEN NOTULEN DMR MCI VERGADERING 28 MEI 2013 TEKSTUEEL pagina 2, agendapunt 6, vijfde alinea: in de eerste regel de afkorting MTM vervangen door ATM. Met inbegrip van deze wijziging zijn de notulen vastgesteld. 1

2 Naar aanleiding van pagina 2, agendapunt 6: Marco Kloek vraagt of al duidelijk is waarom de ATM en MTM worden gecombineerd in de analyse. De voorzitter zal dit bespreken met een medewerker van afdeling O2. 5. STAND VAN ZAKEN COMMISSIES Commissie OPF heeft gesproken met het hoofd P&O en de controller van domein MCI. Ze vonden hen heel open in het gesprek. In het gesprek is aandacht besteed aan het HR-beleidsstuk. OPF had daarover opgemerkt dat er percentages in staan die niet haalbaar zijn. Begin september maakt OPF een afspraak met het hoofd P&O en de controller over de begroting. Ze willen ongeveer vijf keer per jaar overleggen. Commissie DomOv heeft gesproken over het veranderdocument MIC-CO. De commissie heeft geen tijd gehad voor het advies over honours- en excellentie. Commissie O&O en Taaklast zijn niet bij elkaar geweest. 6. EVALUATIE TRAININGSDAG 11 JUNI 2013 De voorzitter vraagt wat de leden vonden van de trainingsdag. Marco Kloek vond de schrijftraining langzaam beginnen, maar vond het interessanter toen het over het jaarverslag ging. Rolf Stam vond de training interessant, met name hoe je adviezen over beleid moet opstellen. Jan Piscaer had langer in de duinen willen blijven. Hij vond de locatie goed. Marco Kloek adviseert voor de volgende keer een ruimte met airco te regelen. De voorzitter vond in de training het deel over beleidsadviezen beter dan het deel over het jaarverslag. Dat werd te veel vrijgelaten. Daarnaast verliep de planning s avonds niet goed door een verkeerde inschatting van de voorzitter van de looptijd naar de bunkers. De voorzitter vraagt of de domeinraad de trainer wil terugvragen op de trainingsdagen in oktober. Sebas Veeke zegt dat het beter is als de domeinraad eerst zijn tips en adviezen doorvoert in de brieven en daarna bekijkt of er op dit gebied nog een training nodig is. De voorzitter zegt dat de offerte in twee delen was gesplitst. Het tweede deel is voor consultancy en een training beleidsadviezen schrijven. Hij begrijpt dat de domeinraad niet zonder meer het tweede deel van de training wil. De raad zegt dat dat klopt, het moet goed worden afgewogen. De voorzitter zegt dat suggesties voor inhoudelijke of teambuildingspunten voor de training in oktober van harte welkom zijn. In de vergadering van 9 juli 2013 moet daar een besluit over worden genomen. 7. VOORBEREIDING OVERLEG MET OPLEIDINGSMANAGER MIC EN PROJECTLEIDER MIC.NEXT HR-beleidsplan MIC-CO Commissie OPF zegt dat er vanuit het HR-beleidsplan MIC-CO veel wordt verwezen naar het domein- HR-beleidsplan. Zaken waarnaar ze heeft gekeken zijn masterbeleid, promotiebeleid en taaklast. OPF vindt het opvallend dat er niets staat genoemd over de hoge werkdruk, terwijl er zoveel speelt. Er wordt ook niets genoemd over de taaklastharmonisatie die bij MIC met een extra korting is ingevoerd. Verder wordt in het plan gebruik gemaakt van de personeel-studentratio in plaats van de docentstudentratio. De personeel-studentratio is niet inzichtelijk, omdat niet duidelijk is wie daar precies wel en niet onder valt. De commissie wil dat er over taaklast/werkdruk een concreter stuk in het plan komt. Een vier-punten aanpak bijvoorbeeld. Het MIC-HR-plan is een soort afgeleide van het domein-hr-beleidsplan. Dat maakt de commissie op uit de promotie en masterpercentages die niet specifiek zijn toegepast op MIC. Bert Pinkster vindt het opvallend dat er een prognose is van een afname van het aantal studenten. Het aantal fte in tabel 3 neemt echter niet af. Dat is strijdig met elkaar. Paul Rijnierse zegt dat tabel 3 is gebaseerd op de cijfers van MIC en CO samen. Tabel 2 is volgens hem alleen gebaseerd op MIC. Bij CO stijgt de instroom, omdat daar de numerus fixus af is gehaald. Rolf Stam zou het vreemd vinden als CO niet in de tabel is verwerkt, omdat de tabel een aantal jaren betreft. De voorzitter denkt dat in het document de les- en klokuren zijn verward. Xander Stewart ziet dat op pagina 7 van het document de rekensom van 560 klokuren en 605 lesuren is gemaakt, in welk geval de getallen in het document niet kloppen. 2

3 Marco Kloek zegt dat in het document een personeels-studentratio van 1/28 staat genoemd en ergens anders een docent-student van 1/30. De voorzitter zegt dat dit laatste een HvA-richtlijn is. Veranderdocument MIC-CO Commissie DomOv vraagt wat de raad ervan vindt dat in het organisatieplan wordt overgegaan op jaarteams. Rolf Stam zegt dat dit een gelopen race is, omdat deze verandering al in werking is gezet. Marco Kloek zegt dat de raad hier instemmingsrecht op heeft. Paul Rijnierse zegt dat het proces vanuit inhoud naar de organisatie is omgezet. Hij staat niet negatief tegenover de plannen. Rolf Stam heeft wel het beeld dat het plan is ontwikkeld vanuit organisatie. Hij vindt het plan namelijk heel proceduregericht en er is weinig in het onderwijs zelf veranderd. Bert Pinkster leest een gelijksoortige organisatievorm van MIC en CO, maar ziet dat het verder gescheiden profielen blijven. De voorzitter zegt dat de domeinraad altijd pas in de fase wordt betrokken als de sollicitaties al de deur uit zijn. Hij vraagt zich af in hoeverre de opleidingscommissie is betrokken bij dit verhaal. Hij vraagt zich ook af waarom een proces van onderwijsvernieuwing van beneden naar boven wordt doorgevoerd in plaats van andersom. Paul Rijnierse zegt dat je moet denken vanuit de accreditatiecommissie die oordeelde dat MIC te breed was. De opdracht vanuit de HvA was om te kijken naar aanverwante opleidingen om meer onder een hoedje te komen. Hij vindt het niet onlogisch om met de propedeuse te beginnen. Rolf Stam zegt dat je altijd moet weten waarvoor je iemand opleidt, dus bij dat eindniveau moet je beginnen. Paul Rijnierse wijst erop dat daarom ook de adviesraad is meegenomen. De voorzitter vraagt waarom dat dan niet in dit document staat. Paul Rijnierse zegt dat veel op intranet staat. De domeinraad krijgt volgens hem alleen een managerial. Sebas Veeke zegt dat opleidingscommissies hierover wel advies kunnen geven, maar dat de domeinraad erover gaat. De voorzitter is het eens met de aannames van het jaargangenmodel. Er staat ook in dat de span of control van een manager niet groter mag zijn dan 25. Dus elke jaarcoördinator mag 25 mensen onder zich hebben. Rolf Stam zegt dat er tegelijk staat vermeld dat ze er ook bovenuit kunnen komen. 8. VERANDERDOCUMENT MIC-CO De opleidingsmanager MIC en projectleider mic.next zijn aanwezig om vragen te beantwoorden over het veranderdocument MIC-CO en het HR-beleidsplan MIC-CO. Paul Rijnierse vraagt of de opleidingscommissies zijn betrokken bij het veranderdocument. De domeinraad heeft namelijk wel eens om input gevraagd van de opleidingscommissies, maar dat niet ontvangen. De opleidingsmanager MIC zegt dat de OC van CO er nog niet zo lang is en de afgelopen maanden 2 keer bij elkaar is geweest. Ze verwacht dat de ontwikkelingen niet door de OC van CO zijn besproken met de opleidingsmanager CO. Ze heeft wel een en ander besproken met de OC van MIC en ook de projectleider mic.next is daar langsgeweest. De voorzitter vraagt of aan de opleidingcommissies alleen een informele toelichting is gegeven of ook om advies is gevraagd. De projectleider mic.next heeft gesproken over de inrichting van de opleiding. Dat vonden ze toen onduidelijk. Het plan dat hier voorligt gaat over de organisatievorm. Daarover heeft ze niet met de OC gesproken. Het HR-stuk heeft de projectleider mic.next ter informatie naar de OC gestuurd, maar daar is geen reactie op gekomen. Marco Kloek vraagt waarom dit stuk nu pas aan de domeinraad wordt voorgelegd als dit in augustus 2013 moet worden ingevoerd. Hij zegt dat de domeinraad instemmingsrecht heeft. De opleidingsmanager MIC zegt dat er geen sprake is van instemmingsrecht, maar van adviesrecht omdat het een verandertraject is. De voorzitter vraagt waarom deze informatie nu pas komt, aangezien veel al in gang is gezet. De opleidingsmanager MIC zegt dat het een open en lang traject is geweest. De domeinraad is een van de gremia waar ze voor advies langskomt en het kost ook tijd om het stuk te produceren. Rolf Stam zegt dat er twee getallen met betrekking tot medewerkers worden genoemd, namelijk 150 en 181 medewerkers. Hij vraagt of dat fte is of het aantal medewerkers. De opleidingsmanager MIC zegt dat de opleiding krimpt waardoor er minder medewerkers zullen komen. Er is ook natuurlijk verloop. Als de opleiding niet overgaat tot voortdurend mensen in vaste dienst aannemen, dan zal het goed gaan. Er wordt dan goed gekeken of mensen na 3 jaar tijdelijk contract overgezet worden naar een vast dienstverband. De opleidingsmanager zal kijken wat op dit moment het precieze getal van de medewerkers is en dat aanpassen in het document. Die 150 was waarschijnlijk een schatting uit januari 2013, zegt ze. 3

4 De voorzitter zegt dat de span of control maximaal 25 zou mogen zijn, maar dat in het stuk al wordt aangegeven dat dat waarschijnlijk niet wordt gehaald. De opleidingsmanager MIC zegt dat de teams waarschijnlijk zo rond de personen zullen worden. De huidige teams van RMP, RMC en de propedeuse zijn bijvoorbeeld groot. Ze hoopt dat de verdeling evenredig wordt door de teams over de jaren te organiseren in plaats van over de profielen. De opleidingsmanager zegt dat de opdracht uitdrukkelijk was om als opleiding kleiner te worden omdat de vraag vanuit de arbeidsmarkt klein is voor zowel MIC als CO. Daardoor wordt de opleiding ook gemakkelijk te organiseren. De opleidingsmanager MIC zegt dat een deel van de medewerkers uit de propedeuse overgaat naar andere teams. Het propedeuseteam wordt niet heel veel groter dan nu. Over drie of vier jaar willen ze gaan evalueren of het nodig is om één propeusecoördinator te hebben. De voorzitter vraagt of de numerus fixus wordt bijgesteld. De opleidingsmanager MIC zegt dat MIC van 900 naar 750 is gegaan en volgend jaar naar 700 gaat. De vraag is nog of CO op 250 moet blijven of naar 300 kan. Ze houden CO voor dit jaar op 250. In de loop van volgend jaar kijken ze weer verder. Afgelopen jaar had CO de numerus fixus eraf gehaald omdat de aanmeldingen achter liepen. Als er teveel aanmeldingen zouden komen, zouden er individuele gesprekken moeten worden gevoerd. Toen kwamen er 400 aanmeldingen. Waarschijnlijk heeft een deel CO als 2 e of 3 e keuze opgegeven. De opleidingsmanager MIC denkt dat er acht of negen volle klassen zullen zijn in de propedeuse. Volgend jaar wordt er wel weer gewerkt met een numerus fixus van 250. Marco Kloek zegt dat de opleiding CO bij andere hogescholen ook een numerus fixus heeft. De opleidingsmanager MIC zegt dat dit klopt. Walter van de Giesen vraagt of de opleiding van plan is met intakegesprekken te werken. De opleidingsmanager MIC zegt dat er een kennismakingsdag heeft plaatsgevonden op 15 juni. Iedereen die zich had aangemeld voor de opleiding was uitgenodigd. Er kwamen heel weinig mensen: ongeveer de helft van degenen zich hadden opgegeven. De opleiding heeft alle aanmelders ook aangeschreven met het verzoek zich uit te schrijven als ze toch niet gaan beginnen aan de studie. Zodoende kan de opleiding beter inschatten hoeveel studenten er daadwerkelijk in het eerste jaar willen beginnen. Marco Kloek zegt dat in het overzicht op bladzijde 7 staat dat CO en MIC allebei een eigen jaarcoördinator krijgen. De opleidingsmanager MIC en projectleider mic.next zeggen dat CO en MIC twee opleidingen blijven, maar wel met raakvlakken. Bij het switchen mag je niet in het eerste jaar van CO naar MIC, want dan omzeil je de numerus fixus. Andersom switchen mag wel. Na het behalen van de propedeuse mag een student ook switchen, want dan is hij een zij-instromer. 9. HR-BELEIDSPLAN OPLEIDING MIC-CO De voorzitter zegt dat op pagina 4 staat dat de propedeuse 560 lesuren heeft, maar dat moet waarschijnlijk 605 lesuur zijn danwel 560 klokuur. De opleidingsmanager MIC zegt dat inderdaad kloken lesuur door elkaar is gehaald. De conclusie dat de opleiding volgend jaar aan die richtlijnen voldoet, klopt in ieder geval wel. De voorzitter vraag waarom wordt gerekend met een personeels-studentratio en niet met het docentstudent-ratio. De opleidingsmanager MIC zegt dat de HvA zo werkt. Leden van de domeinraad ontkennen dat. Rolf Stam vraagt waarom de opleiding het zo doet. De opleidingsmanager MIC zegt dat ze deze cijfers doorkrijgt van P&O en die neemt ze op. Rolf Stam zegt dat deze cijfers een vertekend beeld geven. Rolf Stam zegt dat met een docent-studentratio een duidelijker beeld ontstaat over taaklast en werkdruk. Als hij de personeels-studentratio omrekent naar een docent-studentratio komt hij uit op 1/47. Hij weet echter niet of zijn rekensom klopt. De opleidingsmanager MIC denkt dat MIC op een docent-studentratio van 1/30 zit. Welke medewerkers onder OP en OPB vallen is ingewikkeld. Onderzoeksdocenten zitten bijvoorbeeld bij het OPB zegt de opleidingsmanager MIC. Rolf Stam zegt dat de domeinraad in het HR-plan een stuk mist over de hoge werkdruk, terwijl dat een groot issue is binnen de opleiding. De voorzitter voegt toe dat er een extra inspanning wordt gevraagd van docenten vanwege die curriculumslag, maar dat wordt ook niet zichtbaar gemaakt in het plan. De opleidingsmanager MIC zegt dat dit stuk is geschreven voordat de resultaten van de MTM 2012 bekend waren. In reactie op de MTM-analyse heeft ze aangegeven dat ze meedoet aan het werkdrukonderzoek. Rolf Stam vraagt of dat nog wordt toegevoegd aan het HR-plan. De 4

5 opleidingsmanager MIC zegt dat dit nu in een apart document staat. Eventueel zou dat document als bijlage kunnen worden toegevoegd. Rolf Stam merkt nog op dat de MTM niet alleen dit jaar een hoge werkdruk laat zien, maar al jarenlang. De voorzitter zegt dat in het HR-plan veel wordt ingezet op het mastertraject, maar dat er ook een beroepskant is. Hoe kun je ervoor zorgen dat die beroepskant actueel wordt gehouden? De opleidingsmanager zegt dat in het MT is gesproken over docenten die afspraken maken met het bedrijfsleven om bijvoorbeeld zwangerschapsverlof in een bedrijf op te vervangen. Vanuit de HvA wordt er erg op de master gestuurd, want dat is een opgelegde prioriteit vanuit het CvB. Bij opleiding MIC lopen ze daarmee achter. Rolf Stam vindt detacheren van medewerkers een goede oplossing. De opleidingsmanager MIC geeft aan dat een aantal docenten met ouderschapsverlof is en een aantal is een master aan het doen. Dat geeft veel druk op de andere docenten die dat moeten opvangen. Een deel wordt ook opgevangen met externen, maar dat geeft extra kosten. De voorzitter zegt dat er een grens is wat de organisatie kan dragen, maar dat je wel een perspectief kunt bieden. De voorzitter verwijst naar het percentage promotietrajecten van 3,2%, terwijl de doelen veel hoger liggen. De opleidingsmanager MIC zegt dat het domeingemiddelde flink omhoog gaat, omdat recent een aantal mensen met een promotie zijn aangenomen. Walter van de Giesen vraagt of er geanticipeerd wordt op het gegeven dat de AOW-leeftijd verschoven is. De opleidingsmanager MIC zegt dat dit een plan is voor twee jaar dus dat er daarom nog niet zoveel aandacht voor is. Er zijn niet veel mensen die doorwerken tot hun 65 e. Ze vindt deze zaken meer een aangelegenheid voor het HR-beleidsplan van het domein. Marco Kloek vraagt of er nieuwe medewerkers worden verwacht als de opleiding gaat krimpen. De opleidingsmanager MIC zegt dat er na de zomer tenminste zeven nieuwe medewerkers beginnen. De voorzitter zegt dat in de Hay-systematiek drie profielen bestaan voor docent 1. In dit document ziet hij slechts 1 profiel terug, namelijk een docent met managementtaken. De opleidingsmanager MIC zegt dat dat een verkeerde interpretatie is. De drie profielen worden gevolgd. De voorzitter zegt dat het nieuwe werken niet is uitgewerkt. De opleidingsmanager MIC zegt dat dit klopt, omdat het domein erg in de huisvestingsperikelen zit. Er zijn een aantal huisvestingsscenario s. Daarvan hangt af of er wel of niet iets met het nieuwe werken gedaan zal worden. De voorzitter is er blij mee dat er in ieder geval tijd is om daarover te praten. Marco Kloek zegt dat hij had gehoord dat informatica in het Wibauthuis zou komen. De opleidingsmanager MIC zegt dat dit nog de vraag is, omdat de opleiding er niet echt goed past. Er zijn nu meerdere scenario s, bijvoorbeeld of de opleiding naar het TTH gaat. De voorzitter dankt de opleidingsmanager MIC en projectleider mic.next van harte voor hun toelichting Van tot uur wordt er een korte pauze ingelast OER De medewerker kwaliteitszorg is aanwezig bij dit agendapunt over de OERen. De voorzitter zegt dat de domeinraad een aantal brieven heeft gekregen als input voor de bespreking van de OERen. Hij dankt de medewerker kwaliteitszorg voor het heldere schema. Hendrik Jan Diekerhof, voorzitter van commissie O&O is tevreden als de punten uit dat lijstje inderdaad zijn doorgevoerd. Hij heeft dit niet gecontroleerd in de nieuwe OERen, maar hij zou op basis van de reacties op de verzoeken van de raad de OERen willen goedkeuren. Bij opleiding CMD is er een toevoeging gemaakt in artikel onder c. Het artikel sub a is echter niet aangepast. De domeinraad heeft gezegd hierin het bezwaar van de opleidingscommissie te steunen. Als dit artikel wordt aangepast conform de wensen van de OC zal de domeinraad met dit artikel instemmen. Als de OC is veranderd van standpunt over dit artikel, dan wil de domeinraad dat graag met redenen omkleed weten. 5

6 Sebas Veeke zegt dat de OER-en strijdig zijn met het format-oer omdat studiepunten als voorwaarden worden genoemd. Strikt genomen is het niet mogelijk om punten te noemen, maar moet je op basis van modules met argumenten toelatingscriteria benoemen. Bijvoorbeeld om het vak programmeren 2 te volgen moet je het vak programmeren 1 gehaald hebben, want Waar studiepunten zijn genoemd terwijl er alleen modules worden genoemd is dat in strijd met het format. De voorzitter zegt dat dit niet is genoemd in de brief van de domeinraad. Paul Rijnierse adviseert om het boompje bij het schuurtje te laten en dit volgend jaar dan als speerpunt te nemen. Marco Kloek vraagt of de bepalingen juridisch geldig zijn als het in strijd met het format is ingevuld. Sebas Veeke zegt van niet. Hendrik Jan Diekerhof is het er niet mee eens om nu te komen met opmerkingen over zaken die de raad eerder over het hoofd heeft gezien. De voorzitter zegt dat de raad erop kan wijzen en er volgend jaar een halszaak van gaat maken. Paul Rijnierse benadrukt dat alles wat de domeinraad heeft opgemerkt is aangepast. De voorzitter brengt in stemming wie vindt dat de domeinraad een strenge voorwaarde moeten opnemen bij de studiepunten. Er stemmen 7 leden voor, 4 tegen en er onthoudt zich 1 lid. De voorzitter zegt dat dit betekent dat er bij de instemming drie mitsen moeten worden gemaakt: - mits excellente minoren zijn goedgekeurd door het CvB. In het bestaande programma worden onderdelen opgenomen die het predikaat excellent krijgen. Artikel 3.9 moet dan worden ingevuld. Het CvB moet hier nog een besluit over nemen. Als het CvB akkoord gaat, dan moeten deze minoren worden opgenomen in de OERen. Sebas Veeke vraagt wat wordt bedoeld met de laatste drie bullets in het stuk over de minoren waarin staat dat de minor uitstijgt boven hbo-niveau. Dan bedoelen ze waarschijnlijk bachelorniveau, maar het is tegelijk onderdeel van het bachelorprogramma. HBO en WO-bachelor zijn gelijk aan elkaar qua niveau zegt hij. De voorzitter zegt dat ze in theorie gelijk zijn, maar in de praktijk niet. Sebas Veeke zegt dat dit niet met niveau te maken heeft, maar met specifieke kennis die moet worden bijgehaald. Hij heeft vooral bezwaar tegen de term niveau en stelt voor om de term deficiënties te gebruiken. De domeinraad wil dit punt aanscherpen. De medewerker kwaliteitszorg vraagt of de domeinraad de criteria van artikel 3.9 wil controleren als er goedkeuring is van het CvB. De voorzitter zegt dat de domeinraad ervan uit dat dit artikel goed wordt ingevuld. - Mits artikel 5.2 lid 2 sub a in de OER van CMD wordt aangepast conform de wensen van de opleidingscommissie. - Mits de OER is ingevuld conform de format-oer. De domeinraad stemt unaniem in met de OERen van domein MCI mits de drie mitsen zijn verwerkt. 11. WERKDRUKMETING / TAAKLAST De domeinraad heeft een brief van de domeinvoorzitter ontvangen met het voorstel dat leden van de domeinraad zich aansluiten bij de taskforce die zich bezig gaat houden met de werkdrukmeting. OPF meldt dat het hoofd P&O sprak over 2 commissies: een commissie voor de werkdruk en een commissie voor de taaklast. OPF vind echter dat werkdruk en taaklast één verhaal zijn, dus één commissie. De voorzitter stelt voor om vier leden af te vaardigen naar de taskforce taaktoedelingssystematiek. Sebas Veeke adviseert om af te stemmen met de domeinvoorzitter hoe het precies zit met de commissies omdat er onduidelijkheid lijkt te bestaan over het aantal commissies. Hij wil in ieder geval geen extra commissies die voor vertraging in het proces gaan zorgen. De voorzitter zegt dat er nu een voorstel is om een werkdrukmeting te doen. De vraag is met welk bureau en welke onderzoeksopdracht. Paul Rijnierse wijst erop dat de domeinvoorzitter vraagt om in te stemmen met meerdere voorstellen. Het gaat volgens hem dus om een werkdrukmeting door een externe partij en een eigen taskforce intern. Hij zegt dat het externe bureau suggesties voor de problemen kan doen. Maar het is mogelijk dat uit de meting iets anders komt dan wat hier ervaren wordt. Hij wil daarom dat de domeinraad meedenkt over oplossingen en niet het bureau. De domeinraad moet bovendien duidelijker maken dat we de werkdrukmeting en taaklast als één spoor willen zien. Dan gaat het om de opdrachtformulering zegt de voorzitter. Sebas Veeke is het eens met Paul Rijnierse. Hij vindt dat de domeinraad de lead moet nemen. Paul Rijnierse vindt dat eerst de meting moet plaatsvinden en daarna de taskforce. Sebas Veeke stelt voor 6

7 dat de opdracht van de taksforce is om te bekijken welke informatie er nodig is, totdat de werkdrukmeting is voltooid. Het gaat dan bijvoorbeeld om het voeren van gesprekken met organisaties en het kiezen van een partij. Na de werkdrukmeting kan de taskforce verder met de gegevens die zijn vergaard. De voorzitter voegt toe dat de opdrachtformulering van het bureau wel ter instemming aan de domeinraad moet worden voorgelegd. Het voorstel van Sebas Veeke wordt in stemming gebracht. De domeinraad bepaalt de kaders, waarvan een van die kaders is dat de werkdrukmeting input moet opleveren voor de taskforce. Dat is onlosmakelijk gekoppeld. Walter van de Giesen en Sebas Veeke vinden dat P&O uit punt 1 moet. De taskforce inventariseert alleen maar wat er aan voorwerk nodig is, tijdens de werkdrukmeting. De domeinraad stemt unaniem in met dit voorstel. De domeinraad is akkoord met het afvaardigen van vier leden voor de commissie, te weten: Gerlof Donga, Walter van de Giesen, Rolf Stam en Marco Kloek. De voorzitter meldt dat de domeinraad op 9 juli nog vergadert met de domeinvoorzitter. Daarna zal het dagelijks bestuur na 19 augustus weer bij elkaar komen. 12. W.V.T.T.K. Van dit agendapunt wordt geen gebruik gemaakt. 13. RONDVRAAG - Marco Kloek stelt voor aan de raad om volgend jaar te spreken over het digitaliseren van toetsen. De voorzitter vraagt hem het voorstel op schrift te zetten. - Sebas Veeke zegt dat dit zijn laatste vergadering is bij de domeinraad, omdat hij er 9 juli niet bij kan zijn vanwege een CMR-vergadering. Het idee wordt geopperd om 9 juli gezamenlijk te borrelen met de CMR en domeinraad. Hierover zal na de vergadering verder worden gesproken. 14. SLUITING De voorzitter sluit de vergadering om 16:36 uur. 7