Investeringsplan met een doorkijk naar Bijlage bij de Voorjaarsnota

Transcriptie

1 Investeringsplan met een doorkijk naar 2022 Bijlage bij de Voorjaarsnota mei 2013 Waterschap Zuiderzeeland Postbus AE LELYSTAD telefoon: (0320) fax: (0320) Verseonnr

2 Investeringsplan Inhoudsopgave 1. Inleiding Investeringen Input investeringplan Financieringsbehoefte Verwachte kapitaallasten Leeswijzer Mutaties investeringsplan Inleiding Mutaties MJB Mutaties Investeringsplan Financiële consequenties Inleiding Financieringsbehoefte Verwachte kapitaallasten Analyse Ontwikkelingen Inleiding Programma Veiligheid Programma Voldoende Water Programma Schoon Water Gemeenschappelijke taken Bijlage: Tabel investeringen Pagina 2

3 Investeringsplan Inleiding Het doel van het investeringsplan is een overzicht te geven van de voorgenomen investeringen in de komende jaren. Daarbij wordt in het investeringsplan de financieringsbehoefte op termijn zichtbaar gemaakt. Verder geeft het investeringsplan een actualisatie van de verwachte kapitaallasten voor deze periode. De verwachte kapitaallasten worden opgenomen in de voorjaarsnota. Het investeringsplan is daarom een bijlage bij de voorjaarsnota, waarin de kapitaallasten nader worden toegelicht. Voor het bestuur is het investeringsplan een instrument om eerder genomen besluiten te heroverwegen en eventueel prioriteiten aan te geven. Het plan moet gezien worden als een stollingsmoment waarop alle investeringen door het bestuur in relatie tot elkaar (integraal) beoordeeld kunnen. In het onderstaande schema wordt de plaats van het investeringsplan in de Planning & Control cyclus weergegeven. Figuur 1.1. Planning en control cyclus Waterschap Zuiderzeeland 1.1. Investeringen Het activabeleid van Waterschap Zuiderzeeland is het financiële beleidskader voor investeringen. In het activabeleid is een investering als volgt omschreven. Investering Het aanschaffen of zelf produceren van bedrijfsmiddelen die langer dan een jaar ten dienste staan van het waterschap. Binnen Waterschap Zuiderzeeland worden alleen investeringen van en groter als investering aangemerkt. Een uitzondering hierop zijn gronden, dit zijn altijd investeringen. In figuur 1.2 is schematisch weergegeven hoe het investeringsproces binnen Waterschap Zuiderzeeland verloopt. Het start met een beleidsvoorstel waarin een investering wordt aangekondigd. Deze investering wordt opgenomen in het eerst volgende investeringsplan. Alle investeringen uit het investeringsplan (en de daaruit voortvloeiende kapitaallasten) Pagina 3

4 Investeringsplan worden opgenomen in de voorjaarsnota en vervolgens in de meerjarenbegroting en jaarbegroting. Nadat een investering in een vastgestelde jaarbegroting is opgenomen kan het krediet voor de investering worden aangevraagd. Dit gebeurt door middel van een uitwerkingsvoorstel. Na vaststelling van het uitwerkingsvoorstel kan de ambtelijke organisatie starten met de uitvoering van de werkzaamheden. Na het afronden van de werkzaamheden en het in gebruik nemen van het actief wordt het krediet afgesloten. Figuur 1.2. Schematische weergave van het investeringsproces Waterschap Zuiderzeeland 1.2. Input investeringplan De investeringen die in het investeringsplan worden opgenomen moeten in een bestuurlijk vastgesteld beleidskader zijn onderbouwd. In deze stukken wordt de relatie met de programmadoelen gelegd en wordt beschreven hoe de investeringen aan deze doelen bijdragen. Jaarlijks wordt het investeringsplan opnieuw opgesteld. Nieuwe investeringen, waarover in de tussenliggende periode beleidsmatig is besloten, worden aan het plan toegevoegd. Daarnaast wordt voor de al opgenomen investeringen beoordeeld of de planning en begroting nog actueel is. Via de actualisatierapportage wordt over de wijzigingen gerapporteerd. Ook wordt jaarlijks een voortgangsrapportage opgesteld over de investeringen uit de jaarbegroting van het afgelopen jaar. Deze rapportage bestaat uit drie delen: A. afgesloten projecten; B. lopende projecten; C. niet gestarte projecten. De informatie uit deze voortgangsrapportage is van belang voor de berekening van de kapitaallasten in het nieuwe investeringsplan. Daarnaast zijn deel B en C ook van belang voor de planning in het nieuwe investeringsplan. De mutaties uit de voortgangs- en actualisatierapportage worden beoordeeld op: beleidsmatige gevolgen; bestuurlijke gevoeligheid; financiële consequenties. Op grond van deze beoordeling kan het bestuur besluiten of en welke mutaties, middels een aanvullend voorstel, beleidsmatig moeten worden toegelicht en bestuurlijk moeten worden vastgesteld. De informatie voor het investeringsplan komt dus uit de volgende stukken: beleidsbesluiten waarin investeringen worden aangekondigd of gewijzigd; voortgangsrapportage investeringen; actualisatierapportage investeringen; uitwerkingsvoorstellen. Niet beleidsmatig onderbouwde nieuwe investeringen In het voorliggende investeringsplan is een groot aantal nieuwe investeringen opgenomen dat niet beleidsmatig is vastgesteld in de AV. Het zijn met name vervangingsinvesteringen en renovaties aan bestaande objecten. In voorgaande jaren werden deze investeringen opgenomen in bijvoorbeeld het watergangen- of het zuiveringenplan. Een aantal van deze beleidsplannen is niet meer actueel waardoor de investeringsplanning leeg loopt. Pagina 4

5 Investeringsplan Het nut en de noodzaak van de beleidsplannen is in de afgelopen periode geëvalueerd. De conclusie daarvan was dat een splitsing tussen tactisch en operationeel beleid wenselijk is. Een tactisch beleidsplan dat zich alleen richt op nieuwe ontwikkelingen en een operationeel (onderhouds)plan dat de kaders voor onderhoud weergeeft. Op basis van een tactisch zuiveringenplan bijvoorbeeld kan de AV de keuze voor de gewenste ontwikkelrichting van de zuiveringstaak maken. Willen we voor de groei van Almere de bestaande zuivering vergroten of willen we decentraal gaan zuiveren? Wanneer is extra zuiveringscapaciteit noodzakelijk? Op basis van een operationeel (onderhouds)plan kan de AV de kaders voor het onderhoud aan de objecten meegeven. Welke onderhoudsfilosofie hanteert het waterschap en welk kwaliteitsniveau van onderhoud is wenselijk? Op deze manier zijn minder beleidsplannen nodig en is de kaderstellende rol van elk plan ook duidelijker. Het college stelt daarom voor om in het komende jaar een operationeel (onderhouds)plan op te stellen op basis waarvan in het vervolg de vervangings- en renovatie investeringen in de investeringsplanning kunnen worden opgenomen. De tactische beleidsplannen worden herzien zodra ontwikkelingen (in de omgeving) daartoe aanleiding geven Financieringsbehoefte Het overzicht van investeringen laat zien welke financieringsbehoefte in de komende jaren aanwezig is. Op basis van dit inzicht kan worden bepaald of nieuwe leningen noodzakelijk zijn (zie hoofdstuk 3) Verwachte kapitaallasten In voorgaande jaren zijn investeringen gepleegd (bestaande activa) die nu beslag leggen op de begroting. De kapitaallasten die uit deze investeringen voortvloeien worden, samen met de kapitaallasten als gevolg van voorgenomen investeringen en lopende projecten, in beeld gebracht. Het totaal aan kapitaallasten geeft aan welk beslag, vanuit investeringen, wordt gelegd op de begrotingen in elk van de komende jaren (zie hoofdstuk 3) Leeswijzer De opbouw van het investeringsplan is als volgt: Hoofdstuk 1 is de inleiding van het investeringsplan. Hier wordt het plan gepositioneerd in de P&C cyclus en wordt een aantal begrippen nader uitgelegd. In hoofdstuk 2 staan de mutaties t.o.v. het laatst vastgestelde investeringsplan. In hoofdstuk 3 worden de financiële consequenties van de investeringen nader belicht. Hoofdstuk 4 geeft een beeld van ontwikkelingen en investeringen waarvan voorstellen te verwachten zijn. In de bijlage is een gedetailleerde cijfermatige weergave van de voorgenomen investeringen voor de jaren 2013 tot en met 2020 opgenomen. Om een compleet overzicht te geven van alle voorgenomen investeringen is het huidige jaar (2013) ook in de tabel opgenomen. Pagina 5

6 Investeringsplan Mutaties investeringsplan Inleiding In de volgende paragrafen wordt weergegeven wat de wijzigingen van dit investeringsplan zijn ten opzichte van het laatst vastgestelde investeringsplan. In onderstaande figuur is dit grafisch weergegeven. Vastgesteld Investeringsplan (bijlage bij VJN ) + Vastgestelde mutaties/ investeringen Investeringsplan volgens MJB Vastgestelde investeringen / mutaties Voortgangs/Actualisatierapportage Investeringsplan Mutaties MJB Tussen het vaststellen van het Investeringsplan (als bijlage bij de Voorjaarsnota , in mei 2012) en het vaststellen van de MJB is nog een aantal investeringen en/of mutaties vastgesteld. Het betreft de volgende mutaties: Duurzame oevers (AV 25 september 2012) De consequenties van deze mutaties voor de kapitaallasten zijn verwerkt in de Meerjarenbegroting We spreken dan van het investeringsplan volgens MJB Pagina 6

7 Investeringsplan Mutaties Investeringsplan Nieuwe investeringen na MJB (in de bijlage aangeduid met nieuw ) In het voorliggende investeringsplan is een groot aantal nieuwe investeringen opgenomen. De volgende investeringen zijn nieuw opgenomen op basis van de notitie Voortgang Informatiebeleid (AV 23 april 2013): Vervanging hardware 2016 Vervanging software 2015 Vervanging software 2016 Vervanging software 2017 Verder zijn de volgende investeringen nieuw opgenomen: AWZI Lelystad: vervangen plaatbeluchters AWZI Dronten: Zonnepanelen Rioolgemaal Slingerweg Rioolgemaal Dasselaarweg Gemaal Wortman: vervanging elektrische verdeling Vernieuwen automatisering (deel 2) Vernieuwen automatisering (deel 3) Renovatie en automatisering inlaat Kuinre Renovatie inlaat Ramspol Renovatie en automatisering hevel Kadoelen Renovatie syphon Ruttensevaart Vernieuwen stuwputten wateraanvoer (7 kredieten) Verruimen/vernieuwen wegduikers (7 kredieten) Vernieuwen drainage Nijkerkerdijk en Nulderdijk Vernieuwen remmingwerken Knarsluizen Vernieuwen stuw Zwijnstocht (st4868) Vernieuwen stuw Alikruiktocht (st5339) Stuw Rendiertocht thv Wisenttocht (st5323) Vervangen stuw Rassenbeektocht Stuw Rendiertocht Zuid (st5366) Stuw Rendiertocht Noord (st5303) Renovatie stuw Lelystad (2541 en 2542) Renovatie stuw Lelystad (2553 en 2554) Aanpassing Olster D-tocht Plaatsen peilloggers in NOP en ZOF (2 kredieten) Bovenstaande nieuwe investeringen zijn niet beleidsmatig onderbouwd en vastgesteld door de AV. In voorgaande jaren werden deze investeringen opgenomen in bijvoorbeeld het watergangen- of het zuiveringenplan. Een aantal van deze beleidsplannen is niet meer actueel waardoor de investeringsplanning leeg loopt. Het nut en de noodzaak van de beleidsplannen is in de afgelopen periode geëvalueerd. De conclusie daarvan was dat een splitsing tussen tactisch en operationeel beleid wenselijk is. Een tactisch beleidsplan dat zich alleen richt op nieuwe ontwikkelingen en een operationeel (onderhouds)plan dat de kaders voor onderhoud weergeeft. Bovenstaande nieuwe investeringen zijn allemaal vervangings- of renovatie investeringen. Het college stelt daarom voor om in het komende jaar een operationeel (onderhouds)plan op te stellen. In dit plan kan de AV de kaders voor groot onderhoud en renovaties meegeven op basis waarvan de bestaande objecten zullen worden onderhouden. Na vaststelling van de kaders kunnen in het vervolg de vervangings- en renovatie investeringen worden getoetst aan deze kaders en op basis daarvan in de investeringsplanning worden opgenomen. Vooruitlopend op dit plan zijn bovenstaande investeringen wel in de planning opgenomen om een realistische inschatting van de kapitaallasten mogelijk te maken. Pagina 7

8 Investeringsplan Voortgangsrapportage investeringen 2012 In de voortgangsrapportage is gerapporteerd over alle projecten die in 2012 zijn afgesloten en over alle projecten die op 31 december 2012 lopend waren. Verder is gerapporteerd over alle projecten die volgens het laatst vastgestelde investeringsplan voor 31 december 2012 aan hadden moeten vangen, maar waarvoor op die datum nog geen uitwerkingsvoorstel aan het bestuur was aangeboden( de zogenoemde niet gestarte projecten). Met het vaststellen van de Voortgangsrapportage investeringen 2012 door de Algemene Vergadering zijn: de lopende investeringsprojecten conform het nieuw verwacht benodigd krediet vastgesteld; de niet gestarte investeringsprojecten conform de nieuw verwachte planning vastgesteld. Omdat een deel van de niet gestarte investeringen in 2012 wordt doorgeschoven naar 2013, is het jaar 2013 in de bijlage toegevoegd. Zo wordt met dit plan een totaaloverzicht gegeven van alle voorgenomen investeringen, waarvoor na 1 januari 2013 een uitwerkingsvoorstel verwacht kan worden. In de Voortgangsrapportage investeringen 2012 is een totaaloverzicht van alle mutaties met toelichtingen opgenomen. Om een actuele en reële berekening van de kapitaallasten en financieringsbehoefte te kunnen maken, zijn alle mutaties uit de voortgangsrapportage doorgevoerd in het investeringsplan dat voorligt. Actualisatierapportage op het Investeringsplan In deze rapportage wordt gerapporteerd over de actualisatieslag die is uitgevoerd over de investeringen uit het laatst vastgestelde Investeringsplan Alle investeringen met nieuwe inzichten aangaande planning en/of benodigde middelen komen hierin aan de orde. Met het vaststellen van de Actualisatierapportage investeringsplan door de Algemene Vergadering worden: de investeringsprojecten met een geactualiseerde begroting conform het nieuw verwachte benodigde krediet vastgesteld; de investeringsprojecten met een geactualiseerde planning conform de nieuw verwachte planning vastgesteld. In de Actualisatierapportage investeringsplan is een totaaloverzicht van alle mutaties met toelichtingen opgenomen. Om een actuele en reële berekening van de kapitaallasten en financieringsbehoefte te kunnen maken, zijn alle mutaties uit de actualisatierapportage doorgevoerd in het investeringsplan dat voorligt. Pagina 8

9 Investeringsplan Financiële consequenties 3.1. Inleiding In dit hoofdstuk komen de financiële consequenties van alle lopende en voorgenomen investeringen aan de orde. De met investeringprojecten gepaard gaande uitgaven beïnvloeden in belangrijke mate de financieringsbehoefte van Waterschap Zuiderzeeland in een bepaald jaar. Op het moment dat een project in gebruik genomen wordt, wordt het project geactiveerd en vanaf dat moment wordt over het project afgeschreven en wordt rente toegerekend. Deze afschrijvingen en rente vormen samen de kapitaallasten. De kapitaallasten vormen een belangrijke kostenpost binnen de begroting (ongeveer een vijfde van de totale lasten). De omvang van de jaarlijkse kapitaallasten wordt bepaald door: de hoogte van de investeringen; de termijn waarin het actief wordt afgeschreven. In paragraaf 3.2 komt de financieringsbehoefte aan de orde. In paragraaf 3.3 wordt ingegaan op de kapitaallasten die voorkomen uit investeringen. In paragraaf 3.4 wordt een analyse gegeven van deze cijfers in relatie tot de cijfers uit het vorige investeringsplan Financieringsbehoefte De netto investeringsbedragen worden gefinancierd met vreemd vermogen, voor zover financiering met eigen vermogen niet mogelijk is. Hiervoor worden doorgaans langlopende geldleningen afgesloten. In februari 2012 heeft het bestuur van Waterschap Zuiderzeeland een besluit genomen, waardoor het waterschap beter gebruik kan maken van mogelijkheden om, binnen bestaand beleid, kort geld aan te trekken. In onderstaand schema wordt de verwachte inzet van vreemd vermogen aangegeven. De hieronder genoemde bedragen hebben betrekking op de financieringsbehoefte voortkomend uit investeringen, waarbij tevens rekening is gehouden met de financieringsbehoefte voortvloeiend uit aflossingen op bestaande en nieuwe geldleningen. Tabel 3.1 Financieringsbehoefte per jaar in * Financiering Investeringsuitgaven lopende projecten a Investeringsuitgaven nog te starten projecten b Totaal investeringsuitgaven Bij: aflossingen bestaande leningen Bij: aflossingen nieuwe geldleningen Af: afschrijvingen Subtotaal Bij: mutatie reserves en voorzieningen Totaal Het totaalbedrag aan investeringsuitgaven is gebaseerd op het totaal van de nog geplande investeringsuitgaven uit alle lopende projecten en de geplande investeringsuitgaven van alle nog te starten projecten. a Peildatum is 31/12/2012 b Peildatum voor de nog te starten projecten is 31/12/2012. De investeringsuitgaven van de nog te starten projecten na 31/12/2012 zijn ook terug te vinden in de bijlage bij dit investeringsplan. Pagina 9

10 Investeringsplan In 2014 zijn de investeringsuitgaven ruim hoger dan in de jaren daarna. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door een concentratie van enkele grote investeringen in de programma s Voldoende Water en Schoon water in dat jaar (zie bijlage). Vooral de vervanging van de slibverwerkingsinstallatie van AWZI Tollebeek, de renovatie van rioolgemaal Ens, het vervangen van de raampartijen van gemaal Wortman en de vernieuwing/renovatie van 4 stuwen hebben forse impact (begrote uitgaven voor deze projecten in 2014 in totaal 3,6 miljoen). De aflossingen op de langlopende leningen zijn gebaseerd op de huidige leningenportefeuille. Voor nieuw af te sluiten geldleningen is uitgegaan van fixe (aflossingsvrije) geldleningen die afgesloten worden tegen een percentage van 3,5%. Deze rente is gebaseerd op de huidige marktomstandigheden. Deze marktomstandigheden kunnen in de loop der tijd uiteraard wijzigen, wat dan een direct effect heeft op de kapitaallasten. De afschrijvingen zijn berekend op basis van de nu bekende activa vermeerderd met de lopende investeringen en met de in dit investeringsplan opgenomen nieuwe investeringen. Bij de berekening van de financieringsbehoefte is tevens rekening gehouden met de verwachte ontwikkeling van de reserves en voorzieningen. Per saldo zullen de reserves en voorzieningen de komende jaren afnemen. Dit vanwege feit dat een aantal activiteiten van Waterschap Zuiderzeeland de komende jaren gedekt worden uit de bestemmingsreserves (maatregelen stedelijk water, baggeractiviteiten in Almere) en vanwege het feit dat in de meerjarenbegroting gekozen is voor een gematigde lastendrukontwikkeling door de inzet van reserves Verwachte kapitaallasten Uit investeringen vloeien lasten voort. Dit zijn in het geval van investeringen met een ideaalcomplex en investeringen met een waarde kleiner dan exploitatielasten. De overige investeringen leiden tot jaarlijkse kapitaallasten. Kapitaallasten bestaan uit een rente- en uit een afschrijvingscomponent. In het investeringsplan is uitgegaan van een renteomslagpercentage van 4%, die is bepaald op basis van de totale leningenportefeuille. Voor wat betreft de afschrijvingscomponent is uitgegaan van de vastgestelde afschrijvingstermijnen. Soms kan van deze termijn om moverende redenen worden afgeweken. In de kapitaallasten zijn ook de afwaarderingen als gevolg van duurzame waardevermindering meegenomen. Op basis van de beschreven investeringen en de hierbij behorende investeringsvolumes zijn de kapitaallasten berekend. Deze zijn in onderstaande tabel weergegeven. Pagina 10

11 Investeringsplan Tabel 3.2 Verwachte kapitaallasten per jaar in * Kapitaallasten Bestaande activa Onderhanden werken In investeringsplan opgenomen investeringen Duurzame waardeverminderingen Totaal c In het onderstaande overzicht zijn de kapitaallasten per programma inclusief de gemeenschappelijke taken opgenomen. Tabel 3.3 Verwachte kapitaallasten per programma en de gemeenschappelijke taken in * Programma s Veiligheid Voldoende Water Schoon Water Gemeenschappelijke taken Totaal kapitaallasten programma s De kapitaallasten van de gemeenschappelijke taken worden in de meerjarenbegroting aan de programma's toegerekend naar rato van de begrotingsomvang per programma. Tabel 3.4 Verwachte kapitaallasten per programma in * Programma s Veiligheid Voldoende Water Schoon Water Totaal kapitaallasten programma s Analyse In onderstaande tabel zijn de kapitaallasten uit het Investeringsplan weergegeven t.o.v. de kapitaallasten voortkomend uit het voorliggende investeringsplan. Dit is gedaan voor de jaren 2013 tot en met 2016, omdat het vorige investeringsplan (en het investeringsplan volgens MJB ) de jaren 2013 tot en met 2016 betreft, en dus enkel over die jaren een vergelijking gemaakt kan worden. c In 2015 is sprake van een piek in kapitaallasten door het gereedkomen van de upgrade van de AWZI Dronten en de vervanging van de slibverwerkingsinstallatie van de AWZI Tollebeek in de tweede helft van Eind 2015 is de AWZI Almere afgeschreven, waardoor in 2016 de piek in kapitaallasten niet meer zichtbaar is. Pagina 11

12 Investeringsplan Tabel 3.5 Mutaties in kapitaallasten t.o.v. vorige investeringsplan * Mutaties Investeringsplan Mutaties na investeringsplan (paragraaf 2.2) Investeringsplan volgens MJB Investeringsplan Verschil in kapitaallasten Het niet doorgaan of uitstellen van investeringen heeft een effect op de kapitaallasten, deze schuiven hierdoor ook op in de tijd. Deze mutaties zijn in de Voortgangsrapportage investeringen 2012 en Actualisatierapportage investeringsplan toegelicht. Verder heeft de eerder toegelichte lagere rekenrente een effect op de kapitaallasten: de begrote kapitaallasten (rente+afschrijvingen) zijn hierdoor lager. In tabel 3.6 wordt het verschil in kapitaallasten tussen het investeringsplan volgens de MJB en het (voorliggende) Investeringsplan , uitgesplitst naar de verschillende programma s, weergegeven voor de jaren 2013 tot en met Tabel 3.6 Analyse van het verschil in kapitaallasten voor de jaren t.o.v. de MJB Oorzaken van verschillen (x 1.000) Kapitaallasten 2013 Kapitaallasten 2014 Kapitaallasten 2015 Kapitaallasten 2016 Effect mutaties in planning/financiën projecten: Programma Veiligheid Programma Voldoende Water Programma Schoon Water Programma Gemeenschappelijke taken Verschil in kapitaallasten Het verschil in kapitaallasten wordt vrijwel geheel verklaard door de nieuwe systematiek rond ICT-investeringen. Op 23 april 2013 heeft de Algemene Vergadering ingestemd met deze wijziging in systematiek. De reden voor de aanpassing is dat dit beter aansluit bij de snelle ontwikkelingen binnen ICT en de ervaringen uit het verleden. Het upgraden en vervangen van software blijkt vaak onder de te liggen, waardoor het geen investering betreft, maar uit de exploitatie dient te worden betaald (conform het activabeleid). Daarnaast blijkt dat voor vervanging van werkplek-pc s ook geen investering nodig is, omdat hierbij sprake is van een ideaalcomplex. Dit betekent dat het gaat om een aantal min of meer identieke duurzame productiemiddelen, die onderling gelijkmatig in levensduur verschillen en waarbij over de jaren heen het uitgavenpatroon voor deze productiemiddelen vrijwel gelijk is, waardoor activeren niet noodzakelijk is. Kortom, een groot aantal maatregelen voor ICT dat eerder in het investeringsplan werd opgenomen komt nu ten laste van de exploitatie. Het exploitatiebudget voor ICT maatregelen wordt daarom verhoogd en in het investeringsplan wordt een (lager) investeringsbudget voor vervanging van grote softwaresystemen en grote hardwarevervangingen (zoals het serverpark) opgenomen. Pagina 12

13 Investeringsplan Ontwikkelingen 4.1. Inleiding Het investeringsplan geeft een overzicht van alle voorgenomen investeringen van Waterschap Zuiderzeeland. Dit zijn de investeringen waartoe de AV heeft besloten (via beleidsvoorstellen, meerjarenplannen, rapportages etc.) Naast de al vastgestelde plannen zijn er ook ontwikkelingen binnen het waterschap die tot investeringen kunnen leiden maar die nog niet zo concreet zijn dat er al bestuursbesluiten over zijn genomen. Daarnaast kunnen er ook ontwikkelingen zijn die leiden tot wijzigingen in voorgenomen investeringen. Om een zo volledig mogelijke doorkijk te geven naar de toekomst, wordt in deze paragraaf een beeld gegeven van ontwikkelingen waarvoor plannen (met investeringen) of mutaties in investeringen te verwachten zijn. Deze (onzekerheden in geplande) investeringen zijn dus niet opgenomen in de planning (bijlage), de berekende kapitaallasten en financieringsbehoefte Programma Veiligheid nhwbp Uit de derde toetsronde van de waterkeringen is gebleken dat een aantal dijkvakken van Waterschap Zuiderzeeland zijn afgekeurd (m.n. op het onderdeel bekleding). Begin 2013 heeft Zuiderzeeland het programmabureau verzocht om de afgekeurde dijkvakken te programmeren in het nhwbp voor de jaren Inmiddels is vanuit het programmabureau nhwbp duidelijk geworden dat de projecten die Zuiderzeeland heeft aangemeld in eerste instantie niet voor 2020 op de planning staan. De definitieve besluitvorming over het programma moet nog plaatsvinden en tussentijds zouden er ook wijzigingen op de planning kunnen komen, maar op dit moment bestaat niet de verwachting dat de afgekeurde dijkvakken van waterschap Zuiderzeeland in de periode zullen worden uitgevoerd. Om deze reden zijn deze projecten daarom ook niet financieel vertaald in dit investeringsplan Programma Voldoende Water Meerjaren beheer- en onderhoudsplan watergangen en keringen In het vorige investeringsplan waren de (vervangings)investeringen voor de watergangen en de keringen grotendeels gebaseerd op het watergangenplan zoals dat in maart 2010 door de AV is vastgesteld. De investeringsplanning in deze plannen liep voor het grootste deel door tot en met Omdat het niet reëel is om te verwachten dat er voor de komende jaren geen investeringen zullen plaatsvinden, is op basis van de huidige inzichten een schatting gemaakt van de benodigde investeringsprojecten en de bijbehorende uitgaven. Deze schatting is vertaald in het investeringsplan, maar op basis van nog te maken keuzes kan de omvang, planning of noodzaak nog wijzigen. De belangrijkste investeringen waar het om gaat zijn de vervanging van wegduikers, renovatie van diverse stuwen en renovatie van stuwputten voor de wateraanvoer. Bestuurlijke keuzes die in dit kader nog moeten worden gemaakt zijn bijvoorbeeld: Wil het waterschap zelf initiatiefnemer zijn bij de verbreding van de wegduikers of wil men wachten tot het moment dat de wegbeheerder de wegduiker vervangt als dit betekent dat het waterschap hier kosten mee kan besparen? In hoeverre moeten de te vervangen stuwen vispasseerbaar worden gemaakt? Pagina 13

14 Investeringsplan In hoeverre moeten stuwen geautomatiseerd worden vanuit het oogpunt van flexibel peilbeheer? In hoeverre is waterschap Zuiderzeeland (volledig) verantwoordelijk voor de bekostiging van de te plegen investeringen. Deze keuzes zullen naar voren komen in het tactische beleidsplan (vertaling van de strategische doelen uit het WBP) Programma Schoon Water Investeringen mbt Almere Ten opzichte van het vorige investeringsplan is een aantal investeringen naar achteren geschoven vanwege een minder snelle groei van Almere. Het gaat dan o.a. om de investering in de persleiding en het rioolgemaal Almere Hout (totaal 2,6 miljoen verschoven van 2015/2016 naar 2020), de voorbereiding van de uitbreiding van de AWZI Almere en de realisatie van urinescheiding (allebei 1 jaar naar achteren verschoven). Voor de uitbreiding van de AWZI Almere zelf is op dit moment nog geen investeringsraming opgenomen in het investeringsplan. Wel is een bedrag opgenomen voor de voorbereidende werkzaamheden van de uitbreiding. De uitbreiding is op basis van de huidige groeiprognoses de eerste jaren niet nodig (mogelijk pas na 2020). Er is verder nog heel veel onzekerheid over de wijze waarop de AWZI zou moeten worden uitgebreid. Om deze reden is dan ook nog geen bedrag opgenomen. Wel zou het kunnen zijn dat in de periode tot 2020 een investering moet worden gedaan in de renovatie/vervanging van de slibverwerkingsinstallatie op de AWZI Almere. Dit wordt nog onderzocht. AWZI Zeewolde De uitbreiding van de AWZI Zeewolde is in de investeringsplanning naar achteren geschoven op basis van de meest recente groeicijfers van Zeewolde. Op dit moment is de ervaring wel dat de AWZI zwaar belast is. De reden hiervan is onbekend en wordt op dit moment onderzocht in samenwerking met gemeente. Als deze overbelasting structureel blijkt te zijn, zal dit mogelijk leiden tot een eerdere investering. Het bestuur ontvangt hier dan een apart voorstel over. Slibinstallatie Tollebeek Voor de vervanging van de slibinstallatie op de AWZI Tollebeek is voor 2013/2014 rekening gehouden met een vervanging voor een bedrag van 2,1 miljoen (voorbereiding in 2013, uitvoering 2014). Deze investeringsraming is gebaseerd op de vervanging van de huidige installatie. Op dit moment vindt ook onderzoek plaats naar vervanging van de huidige installatie met toepassing van nieuwe technologieën (propstroomvergisting). Ook wordt in het kader van dit project gekeken naar de vraag in hoeverre het aantrekkelijk is om ook het slib van de AWZI Lelystad te vergisten en te verwerken op de AWZI Tollebeek. Het bestuur zal nog een keuze moeten maken uit een aantal investeringsvarianten met een sterk variërende investeringsomvang. Indien de keuze wordt gemaakt voor een investeringsvariant met toepassing van nieuwe technologieën, zal dit een hoger investeringsbedrag met zich meebrengen dan het nu opgenomen bedrag voor de vervanging van de huidige installatie. Hier zullen dan ook baten tegenover staan (financieel en/of maatschappelijk). Potentiële investeringen Binnen de zuiveringstaak vindt bij een aantal mogelijke investeringen nog een onderzoek plaats naar de omvang, de noodzaak of het tijdstip van de investering. Deze investeringen zijn vanwege de onzekerheden daarom nog niet financieel vertaald in dit investeringsplan, maar kunnen, afhankelijk van het te plegen onderzoek, de komende jaren wel leiden tot een investeringsopgave. De omvangrijkste hierbij is de Persleiding van rioolgemaal 10 naar AWZI Lelystad. In het vorige investeringsplan was hier nog een bedrag opgenomen van 1,5 miljoen voor Omdat er onzekerheden bestaan over de staat van onderhoud en over het tracé, is deze investering op dit moment niet financieel vertaald. Verder is de noodzaak van een aantal investeringen op de AWZI Lelystad (mede) afhan- Pagina 14

15 Investeringsplan kelijk van de uitkomsten van het onderzoek naar de aantrekkelijkheid van het vergisten en verwerken van het slib van Lelystad op de AWZI Tollebeek. Het gaat daarbij om de investering in de vervanging van de containerplaats/containers, de overkapping van slibleidingen en (op termijn) de vervanging van de zeefbandpersen op de AWZI Lelystad. In afwachting van de uitkomsten van dit onderzoek zijn deze investeringen naar achteren verschoven of nog niet opgenomen in het investeringsplan. Andere investeringen waar nog verder onderzoek naar gedaan wordt zijn: - Renovaties van 2 rioolgemalen bij ketelhaven (mogelijk 2014: onderzoek naar benodigde capaciteit) - Persleiding Larserbos en gemaal Larserbos (mogelijk 2014: onderzoek naar benodigde capaciteit en onderhoudsstaat - Plaatbeluchters vervangen Lelystad (mogelijk 2017: onderzoek naar staat van onderhoud) 4.5. Gemeenschappelijke taken Huisvesting waterschapshuis In het investeringsplan zijn investeringen opgenomen voor vervanging en onderhoud van installaties en voorzieningen in het waterschapshuis. Dit om de uitstraling en het functioneren van het pand in stand te houden op het in het beheer- en onderhoudsplan vastgestelde niveau. Binnen de organisatie wordt gewerkt aan een visie en ambitieniveau met betrekking tot een andere, meer flexibele manier van werken. De investeringen voor het waterschapshuis kunnen beïnvloed worden door deze initiatieven. Een nieuwe manier van werken vraagt meestal een andere wijze van kantoorgebruik en -inrichting. Als hiervoor gekozen wordt, zal de planning en mogelijk de omvang van de investeringen veranderen. Het doel van de investeringen zal zich dan verbreden naar kantooroptimalisatie of kantoorinnovatie. In het voorjaar van 2013 wordt gewerkt aan de formulering van een gewenst ambitieniveau. Op basis daarvan kunnen nieuwe ontwikkelingen worden ingezet en kunnen bestaande investeringen en initiatieven worden getoetst en zo nodig worden bijgesteld aan het nieuwe kader. Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen voor Facilitaire Zaken Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen heeft ook betrekking op de bedrijfsvoering van het Waterschap. Aan de facilitaire kant van de bedrijfsvoering (bijvoorbeeld gebouwbeheer, catering, kantoorartikelen) liggen mogelijkheden om hier concreet vorm aan te geven. In 2013 en 2014 worden initiatieven onderzocht en uitgewerkt tot voorstellen. Deze initiatieven kunnen het investeringsniveau beïnvloeden. Een voorbeeld van een dergelijk initiatief is een onderzoek naar alternatieve manieren van energieopwekking voor het Waterschapshuis. Informatiebeleidsplan Het bestuur is geïnformeerd over de voortgang van het nieuwe informatiebeleid voor de periode 2014 t/m 2017 (AV vergadering 23 april 2013). In de loop van 2013 zal nieuw informatiebeleid ter vaststelling aan het bestuur worden aangeboden. Naar zich laat aanzien zal dit vier speerpunten bevatten: Informatiebeheer op orde, Informatiebeveiliging, De digitale werkplek en Samenwerking. Voor het informatiebeleid zal de lijn van scherp en realistisch begroten worden gehanteerd. De huidige inzichten zijn zo goed mogelijk verwerkt in de investeringsplanning. Eventuele nieuwe bestuurlijke keuzes (zoals voor shared services Rijn-Oost) kunnen leiden tot aanpassing van de investeringsplanning. Pagina 15

16 Investeringsplan ICT samenwerking binnen Het Waterschapshuis en Shared Services Rijn-Oost Waterschap Zuiderzeeland participeert op ICT-gebied in Het Waterschapshuis en in de Shared Services Rijn-Oost. Mede naar aanleiding van de evaluatie van het TAX-i project is een traject gestart onder de titel HWH 2.0 dat tot een herdefiniëring van ambities, rollen en taken van Het Waterschapshuis. De resultaten daarvan worden medio 2013 verwacht. Voor de Shared Services Rijn-Oost zijn in 2012 business cases ontwikkeld, waaronder voor ICT. In 2013 zullen voor de services businessplannen en een transitieplan gemaakt worden. Investeringen die voortkomen uit deze plannen zijn nog niet opgenomen in het investeringsplan. Pagina 16

17 Investeringsplan Bijlage: Tabel investeringen Pagina 17