Succesvolle behandeling van miltbloedingen met behoud van de milt door selectieve katheterisatie en embolisatie van de A. lienalis
|
|
- Ida van de Veen
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 sinds enige dagen last had van pijn in de bovenbuik. De cardiologische analyse leverde geen diagnose op, waarop een chirurgisch consult volgde. De anamnese vermeldde geen duidelijk trauma. Wel had patiënte een knappend gevoel in haar linker flank bemerkt toen zij iets optilde. Bij lichamelijk onderzoek zagen wij een vrouw met een bloeddruk van 110/50 mmhg en een hartfrequentie van 90/min. Zij had drukpijn linksboven in de buik en in haar linker flank. Laboratoriumonderzoek liet een Hb-concentratie van 6,9 mmol/l zien en een INR van 5,3. Voor observatie van de buikklachten werd patiënte opgenomen op de afdeling Chirurgie. In verband met toenemende buikklachten werd opnieuw de Hb-waarde bepaald: 6,1 mmol/l. Tussen de beide Hbbepalingen was 500 ml glucose-zoutoplossing intraveneus toegediend. De ontstollingstoestand werd gecoupeerd met stollingsfactoren, waarna de INR 1,5 bedroeg. Vanwege de toegenomen klachten en de geringe Hb-daling werd echografisch onderzoek van de bovenbuik verricht. Hierbij zagen wij een subcapsulaire miltbloeding en intra-abdominaal vrij vocht. Aanvullend CT-onderzoek van het abdomen toonde een 2 cm diepe laceratie in de milt, die niet door de centrale vaathilus liep. Er was extravasatie zichtbaar van intraveneus contrastmateriaal ( arterial blush ), die omgeven werd door een subcapsulair hematoom. Daarnaast was er intra-abdominaal vrij vocht te zien. De conclusie was dat er een miltlaceratie bestond van graad II volgens de orgaanletselschaal ( organ injury scale ) (tabel). 15 Selectieve angiografie van de A. lienalis werd verricht om te beoordelen of het bij het contrastextravasaat ging om een betekenisvolle actieve miltbloeding. Aangezien dit niet kon worden bevestigd, werd afgezien van coiling van het bloedende vat. In de hieropvolgende uren daalde de Hb-waarde echter verder tot 4,6 mmol/l en had patiënte een bloeddruk van 95/40 mmhg met een hartfrequentie van 100/min. Hiercasuïstische mededelingen Succesvolle behandeling van miltbloedingen met behoud van de milt door selectieve katheterisatie en embolisatie van de A. lienalis J.P.Ruurda, B.G.Looij, M.Rutten, A.Zwemmer en K.Bosscha Bij twee patiënten met een miltbloeding werd met transkatheterembolisatie een selectieve coiling van de A. lienalis verricht. Het betrof een 78-jarige vrouw, die vanwege atriumfibrilleren antistollingsmedicatie gebruikte en die een laceratie van de milt kreeg met contrastextravasatie en een dalende hemoglobineconcentratie. De tweede patiënt was een 23-jarige vrouw, die een verkeersongeval kreeg en een miltlaceratie opliep. Door de embolisatie was het mogelijk beide patiënten niet-chirurgisch te behandelen en bij beiden de milt te behouden. Selectieve embolisatie van de A. lienalis is een waardevolle aanvulling op de niet-operatieve behandeling van patiënten met een traumatisch miltletsel. De juiste patiëntenselectie dient echter nog nader te worden bepaald. Ned Tijdschr Geneeskd. 2007;151: Het toepassen van splenectomie bij miltbloedingen die zijn ontstaan ten gevolge van een stomp abdominaal trauma staat ter discussie. De belangrijkste argumenten om de milt te sparen zijn het voorkómen van een laparotomie en de complicaties van, maar vooral de angst voor sepsis na de ingreep. 1-3 Hierdoor is er een verschuiving opgetreden van chirurgische behandeling naar therapieën om de milt te preserveren. Conservatieve behandeling van miltletsels bij hemodynamisch stabiele patiënten wordt daarom op dit moment gezien als de standaardbehandeling. 4 5 Het aantal noodzakelijke secundaire interventies na de initiële observatie vertoont een grote spreiding; tot 52% secundaire splenectomieën worden gerapporteerd Het aantal secundaire splenectomieën zou kunnen worden teruggebracht door minimaal invasief te behandelen met transkatheterembolisatie van de A. lienalis, ten opzichte van observatie alleen In dit artikel beschrijven wij onze recente ervaring met deze techniek bij 2 patiënten. ziektegeschiedenissen Patiënt A was een 78-jarige vrouw met in de voorgeschiedenis een percutane coronaire ballondilatatie en een coronaire bypassoperatie. Wegens boezemfibrilleren gebruikte zij al enige jaren een cumarinederivaat (fenprocoumon). Daarnaast gebruikte zij isosorbidemononitraat met gereguleerde afgifte 60 mg en een bètablokker, atenolol 50 mg 2 dd. Zij was op de afdeling Cardiologie opgenomen omdat zij Jeroen Bosch Ziekenhuis, locatie Groot Ziekengasthuis, Nieuwstraat 34, 5211 NL s-hertogenbosch. Afd. Chirurgie: hr.dr.j.p.ruurda, assistent-geneeskundige; hr.dr.k. Bosscha, chirurg. Afd. Radiologie: hr.b.g.looij, assistent-geneeskundige; hr.m.rutten en hr.a.zwemmer, radiologen. Correspondentieadres: hr.dr.j.p.ruurda (j.ruurda@jbz.nl) Ned Tijdschr Geneeskd juni;151(25)
2 Gradering van miltletsel 15 graad letsel omschrijving I hematoom subcapsulair, < 10% van de miltoppervlakte laceratie kapselscheur, < 1 cm parenchymdiepte II hematoom subcapsulair, 10-50% van de miltoppervlakte intraparenchymateus, < 5 cm diameter laceratie 1-3 cm parenchymdiepte, geen parenchymateuze bloedvaten bij betrokken III hematoom subcapsulair, > 50% van de miltoppervlakte of zich uitbreidend geruptureerd subcapsulair of parenchymateus intraparenchymateus > 5 cm diameter laceratie > 3 cm parenchymdiepte of betrokkenheid van parenchymateuze bloedvaten IV laceratie laceratie van segmentale of hilaire bloedvaten, waardoor devascularisatie van > 25% van de milt V laceratie compleet getraumatiseerde milt vasculair milthilusletsel waardoor devascularisatie van de milt op besloten wij nogmaals selectieve angiografie van de A. lienalis uit te voeren, maar daarbij werd opnieuw geen actieve bloeding aangetoond. Rekening houdend echter met de Hb-dalingen en de hemodynamische status van deze cardiaal belaste patiënte werd besloten de A. lienalis te coilen. Hierbij werden zogenaamde interlocking detachable coils gebruikt met een diameter van 7 mm en een lengte van 20 cm (Boston Scientific Target; Fremont, CA, VS) en Tornado microcoils met een diameter van 7 mm en een lengte van 3 cm (William Cook Europe; Bjaerverskov, Denemarken). De coils werden proximaal in de A. lienalis geplaatst. In de daaropvolgende dagen bleven bloeddruk en Hbniveau stabiel en verdwenen de pijnklachten. Een controle- CT-scan, een week na embolisatie, liet wel enige toename van het milthematoom zien, maar geen contrastextravasaat. Er was geen stroming zichtbaar in de A. lienalis en de po sitie van het embolisatiemateriaal was ongewijzigd. Het miltparenchym kleurde normaal aan. Patiënte verliet een week na de embolisatie klachtenvrij het ziekenhuis. Bij poliklinische controle na 3 maanden bleek zij nog steeds klachtenvrij; de Hb-concentratie bedroeg 9,1 mmol/l. Een controle-ct-scan liet afname van het hematoom zien en een normale miltparenchymaankleuring zonder tekenen van ischemie. Patiënt B was een 23-jarige vrouw met een blanco medische voorgeschiedenis die na een hoogenergetisch trauma op de Spoedeisende Hulp van ons ziekenhuis werd binnengebracht. Zij was met haar auto links afgeslagen, waarbij zij door een tegenligger met een snelheid van ongeveer 70 km/h in de rechter flank van de auto werd geraakt. Bij presentatie was haar ademweg vrij en de ademhaling niet bedreigd. De bloeddruk was 140/100 mm Hg en de polsfrequentie bedroeg 92/min. De Hb-waarde bedroeg 8,3 mmol/l, het hematocriet 0,39. Traumascreening leverde geen bijzonderheden op, behoudens pijn in de linker bovenbuik. Bij echografie van het abdomen werd vrij vocht in de splenorenale fossa geconstateerd. Aanvullende CT toonde een miltlaceratie graad II (figuur 1). Er was actieve contrastextravasatie en een subcapsulaire bloeding die was doorgebroken door het miltkapsel met vrij vocht in het abdomen: hematoperitoneum. De Hb-waarde was op dat moment 8,1 mmol/l, 1 h na opname en na intraveneuze toediening van 500 ml vocht. Rekening houdend met de aard van het letsel en de actieve perisplenisch hematoom milt contrastextravasaat figuur 1. CT-scan van het abdomen van patiënt B met een subcapsulair milthematoom en actieve contrastlekkage in de splenorenale ruimte. Ned Tijdschr Geneeskd juni;151(25) 1419
3 contrastlekkage op de CT-scan werd besloten tot proximale embolisatie van de A. lienalis met selectieve angiografie (figuur 2). De A. lienalis werd proximaal geëmboliseerd met dezelfde Tornado microcoils als bij patiënt A. De procedure verliep ongecompliceerd. Patiënte werd ter observatie opgenomen op de intensivecareafdeling. De Hb-concentratie daalde uiteindelijk tot 6,0 mmol/l, het hematocriet tot 0,29. Patiënte bleef hierbij hemodynamisch stabiel en ontving geen bloedtransfusie. Vóór ontslag werd CT van het abdomen herhaald, waarbij een wigvormig hypodens gebied in de milt te zien was, dat paste bij infarcering (figuur 3a). Het infarceringsgebied betrof ongeveer 20% van het miltvolume. Er waren geen aanwijzingen voor andere late complicaties. Een CT-scan, verricht 3 maanden na embolisatie, toonde een bijna volledige resorptie van het hematoom, een afname van de omvang van het infarceringsgebied en een goede aankleuring van het resterende miltparenchym (zie figuur 3b). beschouwing In bovengenoemde casussen ging het om 2 succesvolle embolisaties van de A. lienalis bij miltbloedingen. Beide patiënten zouden in een recent verleden in ons ziekenhuis mogelijk met splenectomie zijn behandeld. Analoog aan gastro-intestinale en uteriene bloedingen en bloedingen na lever-, nier- of bekkentrauma bood angiografische embolisatie een veilig en effectief alternatief Bij hemodynamisch stabiele patiënten met miltletsel wordt, vanwege de mogelijke complicaties van een splenectomie, in principe gekozen voor een conservatieve, miltpreserverende benadering. 4 5 De niet-operatieve benadering door middel van observatie faalt bij 7-20% en betreft soms 52% van alle patiënten In 1979 werd voor het eerst een chirurgische techniek beschreven waarbij door middel van ligatie van het proximale deel van de A. lienalis hemostase in de milt werd verkregen. 22 Dit concept werd door Sclafani vertaald in een percutane transluminale benaderingswijze, waarbij het doel van de embolisatie is een snelle reductie van parenchymateuze perfusie en hemostase te verkrijgen. 23 Sinds de jaren negentig van de vorige eeuw is deze percutane techniek met selectieve katheterisatie en embolisatie van de A. lienalis met name in de VS in opkomst gekomen als adjuvante therapie als observatie wordt toegepast bij miltbloedingen ten gevolge van een stomp abdominaal trauma Wanneer embolisatie als primaire therapie wordt toegevoegd aan observatie alleen, is slechts bij ongeveer 2,7-13,5% van de patiënten alsnog een operatie noodzakelijk De indicatiestellingen voor operatie, embolisatie of observatie van een miltbloeding zijn niet duidelijk gedefinieerd. Bij hemodynamisch instabiele patiënten of bij patiënten met begeleidend letsel lijkt een operatie geïndiceerd. In retrospectieve onderzoeken schommelt het aantal primaire splenectomieën tussen 38,5-43%. 4 5 In het geval van hemodynamisch stabiele patiënten die een met CT aangetoond miltletsel zonder bijkomend letsel hebben, lopen de meningen uiteen. Sommige auteurs stellen voor om, wanneer het hematocriet daalt of wanneer duidelijk extravasatie van contrastmiddel zichtbaar is op de CT-scan, primair te emboliseren Op deze wijze wordt voornamelijk miltsparend behandeld, behoeft slechts een gering aantal patiënten met miltletsel geëmboliseerd te worden en is het mogelijk tot in 97% van de gevallen de milt te sparen bij alle hemodynamisch stabiele patiënten met traumatisch miltletsel. Ook wordt geopperd pas tot embolisatie over te gaan indien er tekenen zijn van persisterende bloeding na initiële observatie van h, in de vorm van een dalende Hb-concentratie of een toenemende behoefte aan bloedtransfusie. katheter A. lienalis contrastextravasaat milt figuur 2. Angiogram bij patiënt B, waarop zichtbaar is de A. lienalis met contrastextravasaat onder de vaathilus van de milt Ned Tijdschr Geneeskd juni;151(25)
4 a b lever maag long coils milt figuur 3. CT-scans van het abdomen van patiënt B: (a) wigvormig infarceringsgebied in de milt; (b) homogene aankleuring van het miltparenchym met afname van het oppervlak van het infarceringsgebied 3 maanden na embolisatie; coils ventraal van de milthilus. Hierdoor is het slechts in zeer beperkte mate nodig om tot embolisatie over te gaan; embolisatie zorgt er dan voor dat nadat initiële observatie heeft gefaald het succespercentage van niet-operatieve behandeling stijgt van 74 naar Tenslotte wordt voorgesteld bij hemodynamisch stabiele patiënten alle hooggradige miltletsels (graad III of hoger) te emboliseren, zelfs wanneer er geen actieve contrastextravasatie te zien is en het Hb-niveau stabiel is. Met dit beleid wordt een succespercentage van 97,3 behaald. 11 Als risicofactoren voor het niet slagen van niet-operatieve therapie hebben met name leeftijd en de aard van het miltletsel een grote voorspellende waarde De milt van een kind heeft een dikker kapsel en is elastischer dan een milt van een volwassene. Het succespercentage van conservatieve therapie varieert in deze groep van Vanaf 50 jaar is de milt kwetsbaarder. Een toename van transfusiecomplicaties en een verminderd vermogen om op een shocktoestand te reageren dragen bij aan een lager slagingspercentage. De belangrijkste risicofactor voor het falen van de conservatieve behandeling is de graad van het miltletsel volgens de genoemde orgaanletselschaal (zie de tabel). 15 Een groep aan de oostkust van de VS vond bij miltletsel graad I bij 4,8% van de patiënten dat observationele therapie faalde in vergelijking tot 75% falen bij graad V-letsels. 5 Ook andere groepen vinden een duidelijke relatie met de graad van het letsel Met toevoeging van embolisatie is het echter, bij patiënten met een graad IV- of V-miltletsel, nog steeds mogelijk om bij 80% van de hemodynamisch stabiele patiënten een operatie te vermijden. 4 Het besluit om bij onze patiënten over te gaan tot embolisatie was gebaseerd op een aantal factoren. Beide patiënten waren aanvankelijk hemodynamisch stabiel. Op de CT-scan werd bij beiden een laaggradig miltletsel gediagnosticeerd. Wel was er bij beiden duidelijk extravasatie van contrastmiddel en daalde de hemoglobineconcentratie. Tenslotte bestond er bij beide patiënten geen andere indicatie voor laparotomie. Hemodynamische stabiliteit is een absolute voorwaarde voor het verrichten van CT en angiografie. Er mag echter geen vertraging in de behandeling ontstaan door deze onderzoeken. Daarom moeten de faciliteiten permanent aanwezig zijn wanneer een ziekenhuis besluit patiënten op deze manier te gaan behandelen. De plaats van de embolisatie is bij voorkeur proximaal in de A. lienalis. Hierdoor wordt de intrasplenische bloeddruk verlaagd, 31 terwijl er wel een collaterale circulatie blijft bestaan, waardoor de kans op miltischemie afneemt. 32 Distale Ned Tijdschr Geneeskd juni;151(25) 1421
5 embolisatie verhoogt de kans op miltinfarcering. 33 De meeste onderzoeken beschrijven een zeer gering aantal secundaire splenectomieën vanwege tekenen van ischemie indien de embolisatie proximaal plaatsvindt De vraag of patiënten na een embolisatie moeten worden gevaccineerd tegen onder andere pneumokokken is nog niet afdoende beantwoord. Sommige auteurs stellen dat zij in afwachting van een antwoord op deze vraag iedereen vaccineren. 34 Wij vaccineerden onze patiënten echter niet, omdat wij menen dat de functie van de milt niet evident wordt beïnvloed door de proximale embolisatie van de A. lienalis, waarbij het miltparenchym immers gevasculariseerd blijft. Een andere vraag die bij niet-operatieve behandeling van miltletsels lastig te beantwoorden is, is hoelang patiënten geobserveerd moeten worden. In een grote retrospectieve studie wordt beschreven dat van alle patiënten bij wie een conservatief beleid niet slaagde (dat betrof 15% van alle patiënten bij wie voor een niet-operatieve strategie werd gekozen), bij 73% binnen een week alsnog een interventie moest worden verricht. 35 Dat wil zeggen dat meer dan 25% van de patiënten na meer dan een week, en vaak zelfs na ontslag uit het ziekenhuis, alsnog geopereerd of geëmboliseerd moet worden. Vergelijkbare cijfers worden elders gerapporteerd. 5 Weer een andere groep stelt echter dat patiënten reeds kunnen mobiliseren na Hb-metingen waarbij de uitslag stabiel is. 4 conclusie Minimaal invasieve transkatheterembolisatie van de A. lienalis is een waardevolle niet-operatieve behandeling van patiënten met een traumatisch miltletsel. De juiste patiëntenselectie dient echter nog nader te worden bepaald. Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld. Aanvaard op 2 februari 2007 Literatuur 1 Holdsworth RJ, Irving AD, Cuschieri A. Postsplenectomy sepsis and its mortality rate: actual versus perceived risks. Br J Surg. 1991; 78: Wasvary H, Howells G, Villalba M, Madrazo B, Bendick P, DeAngelis M, et al. Nonoperative management of adult blunt splenic trauma: a 15-year experience. Am Surg. 1997;63: Gopal V, Bisno AL. Fulminant pneumococcal infections in normal asplenic hosts. Arch Intern Med. 1977;137: Haan JM, Bochicchio GV, Kramer N, Scalea TM. Nonoperative management of blunt splenic injury: a 5-year experience. J Trauma. 2005;58: Peitzman AB, Heil B, Rivera L, Federle MB, Harbrecht BG, Clancy KD, et al. Blunt splenic injury in adults: multi-institutional study of the Eastern Association for the Surgery of Trauma. J Trauma. 2000;49: Koury HI, Peschiera JL, Welling RE. Non-operative management of blunt splenic trauma: a 10-year experience. Injury. 1991;22: Harbrecht BG, Peitzman AB, Rivera L, Heil B, Croce M, Morris jr JA, et al. Contribution of age and gender to outcome of blunt splenic injury in adults: multicenter study of the Eastern Association for the Surgery of Trauma. J Trauma. 2001;51: Nix JA, Costanza M, Daley BJ, Powell MA, Enderson BL. Outcome of the current management of splenic injuries. J Trauma. 2001;50: Meguid AA, Bair HA, Howells GA, Bendick PJ, Kerr HH, Villalba MR. Prospective evaluation of criteria for the nonoperative management of blunt splenic trauma. Am Surg. 2003;69: Velmahos GC, Chan LS, Kamel E, Murray JA, Yassa N, Kahaku D, et al. Nonoperative management of splenic injuries: have we gone too far? Arch Surg. 2000;135: Bessoud B, Denys A, Calmes JM, Madoff D, Qanadli S, Schnyder P, et al. Nonoperative management of traumatic splenic injuries: is there a role for proximal splenic artery embolization? AJR Am J Roentgenol. 2006;186: Haan JM, Biffl W, Knudson MM, Davis KA, Oka T, Majercik S, et al. Splenic embolization revisited: a multicenter review. Western Trauma Association Multi-Institutional Trials Committee. J Trauma. 2004;56: Liu PP, Lee WC, Cheng YF, Hsieh PM, Hsieh YM, Tan BL, et al. Use of splenic artery embolization as an adjunct to nonsurgical management of blunt splenic injury. J Trauma. 2004;56: Dent D, Alsabrook G, Erickson BA, Myers J, Wholey M, Stewart R, et al. Blunt splenic injuries: high nonoperative management rate can be achieved with selective embolization. J Trauma. 2004;56: Moore EE, Cogbill TH, Jurkovich GJ, Shackford SR, Malangoni MA, Champion HR. Organ injury scaling: spleen and liver (1994 revision). J Trauma. 1995;38: Delden OM van, Rauws EAJ, Gouma DJ, Laméris JS. Toenemende rol van angiografische embolisatie bij de behandeling van gastro-intestinale bloedingen. Ned Tijdschr Geneeskd. 2006;150: Lampmann LEH, Lohle PNM, Slob MJ, Schoemaker MC, Graaff J de, Reuwer PJHM. Embolisatie als behandeling bij bloedingen post partum. Ned Tijdschr Geneeskd. 2000;144: Mohr AM, Lavery RF, Barone A, Bahramipour P, Magnotti LJ, Osband AJ, et al. Angiographic embolization for liver injuries: low mortality, high morbidity. J Trauma. 2003;55: Dinkel HP, Danuser H, Triller J. Blunt renal trauma: minimally invasive management with microcatheter embolization experience in nine patients. Radiology. 2002;223: Fangio P, Asehnoune K, Edouard A, Smail N, Benhamou D. Early embolization and vasopressor administration for management of life-threatening hemorrhage from pelvic fracture. J Trauma. 2005;58: Sadri H, Nguyen-Tang T, Stern R, Hoffmeyer P, Peter R. Control of severe hemorrhage using C-clamp and arterial embolization in hemodynamically unstable patients with pelvic ring disruption. Arch Orthop Trauma Surg. 2005;125: Keramidas DC. The ligation of the splenic artery in the treatment of traumatic rupture of the spleen. Surgery. 1979;85: Sclafani SJ. The role of angiographic hemostasis in salvage of the injured spleen. Radiology. 1981;141: Bee TK, Croce MA, Miller PR, Pritchard FE, Fabian TC. Failures of splenic nonoperative management: is the glass half empty or half full? J Trauma. 2001;50: Sclafani SJ, Shaftan GW, Scalea TM, Patterson LA, Kohl L, Kantor A, et al. Nonoperative salvage of computed tomography-diagnosed splenic injuries: utilization of angiography for triage and embolization for hemostasis. J Trauma. 1995;39: Ned Tijdschr Geneeskd juni;151(25)
6 26 Cooney R, Ku J, Cherry R, Maish 3rd GO, Carney D, Scorza LB, et al. Limitations of splenic angioembolization in treating blunt splenic injury. J Trauma. 2005;59: Peitzman AB, Harbrecht BG, Rivera L, Heil B. Failure of observation of blunt splenic injury in adults: variability in practice and adverse consequences. Eastern Association for the Surgery of Trauma Multiinstitutional Trials Workgroup. J Am Coll Surg. 2005;201: Godley CD, Warren RL, Sheridan RL, McCabe CJ. Nonoperative management of blunt splenic injury in adults: age over 55 years as a powerful indicator for failure. J Am Coll Surg. 1996;183: Pearl RH, Wesson DE, Spence LJ, Filler RM, Ein SH, Shandling B, et al. Splenic injury: a 5-year update with improved results and changing criteria for conservative management. J Pediatr Surg. 1989;24: Shackford SR, Molin M. Management of splenic injuries. Surg Clin North Am. 1990;70: Bessoud B, Denys A. Main splenic artery embolization using coils in blunt splenic injuries: effects on the intrasplenic blood pressure. Eur Radiol. 2004;14: Keramidas DC, Kelekis D, Dolatzas T, Aivazoglou T, Voyatzis N. The collateral arterial network of the spleen following ligation of the splenic artery in traumatic rupture of the spleen; an arteriographic study. Z Kinderchir. 1984;39: Killeen KL, Shanmuganathan K, Boyd-Kranis R, Scalea TM, Mirvis SE. CT findings after embolization for blunt splenic trauma. J Vasc Interv Radiol. 2001;12: Wahl WL, Ahrns KS, Chen S, Hemmila MR, Rowe SA, Arbabi S. Blunt splenic injury: operation versus angiographic embolization. Surgery. 2004;136: McIntyre LK, Schiff M, Jurkovich GJ. Failure of nonoperative management of splenic injuries: causes and consequences. Arch Surg. 2005; 140: Abstract Successful treatment of splenic haemorrhages with preservation of the spleen by means of selective catheterisation and embolisation of the splenic artery. Two patients with splenic bleeding were treated with transcatheter embolisation and selective coiling of the splenic artery. These were first of all a 78-year-old woman who was on anticoagulants for atrial fibrillation and suffered a laceration of the spleen with extravasation of contrast medium and a falling haemoglobin level. The second patient was a 23-year-old woman who suffered laceration of the spleen as the result of a traffic accident. Embolisation made it possible to avoid surgical treatment and preserve the spleen in both patients. Selective embolisation of the splenic artery is a useful adjunct to the non-operative management of patients with traumatic splenic injury. However, the proper patient selection still needs to be established. Ned Tijdschr Geneeskd. 2007;151: Ned Tijdschr Geneeskd juni;151(25) 1423
Abdominaal trauma, Who needs a trauma surgeon? Dr Frank van der Heijden, Traumachirurg
Abdominaal trauma, Who needs a trauma surgeon? Dr Frank van der Heijden, Traumachirurg Disclosure belangen spreker: geen Abdominaal trauma Enkele getallen Stomp vs penetrerend letsel Observatie van abdominaal
Nadere informatieAngiografie en embolisatie van bloedingen na stomp buik- of bekkenletsel
capita selecta Angiografie en embolisatie van bloedingen na stomp buik- of bekkenletsel J.C.Goslings en O.M.van Delden In toenemende mate wordt gebruikgemaakt van angiografie en embolisatie om traumatische
Nadere informatieBlunt abdominal trauma: changing patterns in diagnostic and treatment strategies van der Vlies, C.H.
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Blunt abdominal trauma: changing patterns in diagnostic and treatment strategies van der Vlies, C.H. Link to publication Citation for published version (APA): van
Nadere informatieDissectie van de A. carotis door een stomp trauma. Fanny Vuik Keuze Coassistent IC
Dissectie van de A. carotis door een stomp trauma Fanny Vuik Keuze Coassistent IC 17-09-2014 Inhoud. Casus Epidemiologie Indeling Pathofysiologie Kliniek Diagnostiek Therapie Conclusie Casus Man, 32 jaar.
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/39153 holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/39153 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Hommes, M. Title: The injured liver : management and hepatic injuries in the traumapatient
Nadere informatieTRAUMATISCH PANCREASLETSEL
TRAUMATISCH PANCREASLETSEL Frank Oort Gutclub 29 oktober 2014 1 2 Opbouw Casus Achtergrond Traumatisch pancreas letsel bij kinderen Vervolg casus Leerpunten casus 3 Casus Mw. C. 13 jaar Overplaatsing vanuit
Nadere informatieKinderen met stomp traumatisch leverletsel
klinische lessen Kinderen met stomp traumatisch leverletsel J.B.F.Hulscher, J.Labohm, J.C.Goslings, K.P.van Lienden en D.C.Aronson Dames en Heren, De belangrijkste doodsoorzaak bij kinderen is trauma.
Nadere informatieUvA-DARE (Digital Academic Repository) Splenic injury diagnosis & splenic salvage after trauma Olthof, D.C. Link to publication
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Splenic injury diagnosis & splenic salvage after trauma Olthof, D.C. Link to publication Citation for published version (APA): Olthof, D. C. (2014). Splenic injury
Nadere informatieVaricesbloeding bij levercirrhose. E. Verweij 28/7/15
Varicesbloeding bij levercirrhose E. Verweij 28/7/15 n.a.v. casus op de IC 48- jarige man met Child- Pugh B alcoholische levercirrhose Opname ZKH elders vanwege massale varicesbloeding (PEA o.b.v. hypovolemie)
Nadere informatieChapter 13. Nederlandse samenvatting
Chapter 13 Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 145 In hoofdstuk 1 hebben we het onderwerp van dit proefschrift geïntroduceerd. Nauw betrokken bij de behandeling van kinderen met stomp buiktrauma
Nadere informatieDe milt. Dr.Frederik Berrevoet. Interuniversitair postgraduaat. 22 november 2008. 2008 Universitair Ziekenhuis Gent 1
De milt Dr.Frederik Berrevoet Interuniversitair postgraduaat 22 november 2008 1 Anatomie Ligging tussen 8e en 11e rib Normaal gewicht 100 tot 150g Normale afmetingen: 12x7x4cm Multiple ligamentaire verbindingen
Nadere informatieNederlanse Samenvatting. Nederlandse Samenvatting
Nederlandse Samenvatting 197 198 Samenvatting In het proefschrift worden diverse klinische aspecten van primaire PCI (Primaire Coronaire Interventie) voor de behandeling van een hartinfarct onderzocht.
Nadere informatieBehandeling thoraxtrauma in het ziekenhuis. Pieter Hoogland AIOS chirurgie
12-12-2018 Behandeling thoraxtrauma in het ziekenhuis Pieter Hoogland AIOS chirurgie Disclosure belangenverstrengeling voor de sprekers van de scholingsavond (Potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst
Nadere informatieThe clinical efficacy of chest computed tomography in trauma patients
Monique Brink AP CT TRACT-studie UMC anterior-posterior computed tomography TRauma CT-studie Universitair Medisch Centrum The clinical efficacy of chest computed tomography in trauma patients Dat multidetector
Nadere informatieIs direct belasten mogelijk?
Fracturen van de onderste extremiteit Is direct belasten mogelijk? Bas Frietman, Arts-onderzoeker Disclosure Potentiële belangen verstrengeling Geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven
Nadere informatieProtocol massale bloedtransfusie op de SEH
Spoedeisende hulp Protocol massale bloedtransfusie op de SEH J.Rebel, 9/9/2013 OLVG Oosterpark 9 1091AC Amsterdam T (020) 5999111 F (020)5992996 Jasper_rebel@hotmail.com www.olvg.nl Doel: Beschrijving
Nadere informatieClassificatie Post-Operatieve Pancreas Fistel (POPF) vanaf 2016
Classificatie Post-Operatieve Pancreas Fistel (POPF) vanaf 2016 POPF: amylase-gehalte in elke hoeveelheid drainvocht > 3x bovengrens van bovengrens normaalwaarde serum (dus normaal 0-220, dan verhoogd
Nadere informatieNOAC en coronairlijden. Drs. N. Bennaghmouch, arts-onderzoeker Cardiologie NICE Congres 7 oktober 2016
NOAC en coronairlijden Drs. N. Bennaghmouch, arts-onderzoeker Cardiologie NICE Congres 7 oktober 2016 Disclosure (potentiële) belangenverstrengeling Geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties Geen
Nadere informatieMDO september 2014 CAT: bewijs voor nimodipine bij SAB
MDO september 2014 CAT: bewijs voor nimodipine bij SAB B. J. Snel AIOS anesthesiologie Rowland MJ, Hadjipavlou G. Delayed cerebral ischemia after subarachnoid haemorrage: looking beyond vasospasm. Br J
Nadere informatiePancreasletsel na buiktrauma bij kinderen
Klinische les Pancreasletsel na buiktrauma bij kinderen lastig te diagnosticeren en te behandelen Eelco M. Fennema, David R. Nellensteijn, Vincent B. Nieuwenhuijs, Patrick F. van Rheenen, Henk-Jan ten
Nadere informatieBloedingen onder antitrombotische medicatie
Bloedingen onder antitrombotische medicatie Timing van herstarten Marieke Gimbel, arts-onderzoeker cardiologie 06-11-2018 Disclosure belangen spreker Marieke Gimbel - St. Antonius ziekenhuis Geen (potentiële)
Nadere informatieRanglijst woongebied land van matena 1 januari 2019
Toelichting Ranglijst woongebied land van matena 1 januari 2019 Hieronder treft u de geanonimiseerde ranglijst per 1 januari 2019 aan voor het woongebied van Land van Matena. Het betreft een momentopname.
Nadere informatieLange termijn follow up van coarctatio aorta
Diagnostiek en chirurgie in de levensloop van een patiënt met een aangeboren hart-afwijking. Coarctatio Aortae Lange termijn follow up van coarctatio aorta Toon (A.L.) Duijnhouwer, cardioloog Take home
Nadere informatieDocument aorta aneurysmata Een expertrapport voor doelmatig gebruik
Document aorta aneurysmata Een expertrapport voor doelmatig gebruik Bijlage A bij deel 1; detaillering thoraco(abdominale) aortapathologie (segment A en/of B). Eigenaar Bestuur NVvV Email; NVvV @nvvh.knmg.nl
Nadere informatieVooraanmelding. Toediening tranexaminezuur bij verbloeding Kirsten Balvers, Arts-onderzoeker Trauma-unit/ Intensive Care.
Toediening tranexaminezuur bij verbloeding 17-09-2014 Kirsten Balvers, Arts-onderzoeker Trauma-unit/ Intensive Care Vooraanmelding Schietincident, 34 jaar Scoop & run 1 Traumakamer, 34 jaar A: Vrij, aanspreekbaar
Nadere informatieWonddrainage met een menselijk gezicht
Wonddrainage met een menselijk gezicht Patiëntvriendelijke drainage ml 1600 1695 1400 1364* n=122 *p
Nadere informatieEmbolisatie (UAE) Louisette Peters
Embolisatie (UAE) Louisette Peters 1 Disclosures Geen 2 De procedure Interventieradioloog Aanprikken arteria femoralis en selectief aa. uterina angiografisch in beeld brengen Embolisatie 4 5 Hoe het begon
Nadere informatieSepsis. Welke mean arterial pressure houden we aan? Renze Jongstra Circulation Practitioner Intensive Care Verpleegkundige
Sepsis Welke mean arterial pressure houden we aan? Renze Jongstra Circulation Practitioner Intensive Care Verpleegkundige Inhoud Inleiding Sepsis Behandeling sepsis Hemodynamiek bij sepsis Onderzoek Resultaten
Nadere informatieChapter Protocollen voor de behandeling van supraventriculaire tachycardieën bij de foetus
Chapter 8 Protocollen voor de behandeling van supraventriculaire tachycardieën bij de foetus Martijn A. Oudijk Barbara Ambachtsheer Philip Stoutenbeek Erik J. Meijboom 140 141 Chapter 8 Abstract Protocols
Nadere informatieUniversity Medical Center Groningen Traumatology
Benn Beuker traumachirurg epidemiologie hoewel schotwonden minder vaak voorkomen dan steekwonden, is de inwerking op het weefsel vele malen ernstiger tgv holtevorming en energieoverdracht. Abdominaal letsel
Nadere informatieErytrocytentransfusie: van literatuur naar praktijk.
Erytrocytentransfusie: van literatuur naar praktijk. Amerik de Mol Kinderarts-neonatoloog Albert Schweitzer ziekenhuis 1 e Symposium Regionale Neonatologie Inhoud Cochrane review Eén review, één richtlijn?
Nadere informatieMinimaal invasieve mitralisklep chirurgie
Minimaal invasieve mitralisklep chirurgie Kinsing Ko ANIOS cardiothoracale chirurgie NVHVV CNE 9 april 2019 Agenda Anatomie Pathofysiologie mitralisklep insufficiëntie/stenose Voorbereidingen voor de operatie
Nadere informatieBelangenverstrengeling. Inhoud. Bekkenbodem (1) Bekkenbodem (2) Achtergrondinformatie prolaps. Wat willen vrouwen? Wat doen gynaecologen?
Belangenverstrengeling Geen Uterus behouden of verwijderen? Dr. Renée J Detollenaere, Zwolle pagina 2 Inhoud Achtergrondinformatie prolaps Wat willen vrouwen? Wat doen gynaecologen? Wat zouden we moeten
Nadere informatiePRO. De afwachtende houding t.o.v. NOACs in Nederland schaadt patiënten
PRO De afwachtende houding t.o.v. NOACs in Nederland schaadt patiënten Prof. dr. Saskia Middeldorp, internist Afdeling Vasculaire Geneeskunde Academisch Medisch Centrum, Amsterdam Wat zegt de NHG standaard
Nadere informatieAneurysma Spurium. Het zorgnetwerk van ons allemaal
Aneurysma Spurium Disclosure (Potentiële) belangenverstrengeling: Geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven: Geen Inhoud Wat is een aneurysma spurium? Oorzaken Symptomen Onderzoek
Nadere informatieCRITICAL APPRAISED TOPIC Schouderluxatie. Merel Trijzelaar Onderwijsdag 6 mei 2014
CRITICAL APPRAISED TOPIC Schouderluxatie Merel Trijzelaar Onderwijsdag 6 mei 2014 INLEIDING 50% van alle gewrichtsluxaties op de SEH 95-97% anterieure luxatie 65% van de ziekenhuizen hebben een protocol
Nadere informatieChance@home Hartcentrum cardiologie nazorg. Isala
Chance@home Hartcentrum cardiologie nazorg Isala Auteur: Joke Breukelman Datum: 20 november 2015 Inleiding Organisatie Doel Chance@home Voorwaarden Chance@home Patiëntencategorie Meetinstrumenten Werkwijze
Nadere informatieAANPAK VAN MILTTRAUMA IN HET UZ GENT: WAT LEERT DE PRAKTIJK ONS?
AANPAK VAN MILTTRAUMA IN HET UZ GENT: WAT LEERT DE PRAKTIJK ONS? Robin Colenbier Studentennummer: 01207139 Promotor: Prof. dr. Frederik Berrevoet Masterproef voorgelegd voor het behalen van de graad Master
Nadere informatiePA 9623PB 9623PC 9623PE 9623PG 9623PH 9623PJ 9623PK 9623TH PA 9624PB
1 9616 9616TC 9616TH 9616TM 9617 9617AA 9617AN 9617AR 9617AT 9617AV 9617TB 9617TC 9618 9618PA 9618PB 9618PC 9618PD 9618PE 9618PG 9618PH 9619 9619PA 9619PD 9619PL 9619PM 9619PR 9619PS 9619PT 9619TA 9619TB
Nadere informatieObesitas bij ortopedische ingrepen: challenge of contra-indicatie? Co-assistent: Philippe Leire Promotor: Dr. A. Kumar
Obesitas bij ortopedische ingrepen: challenge of contra-indicatie? Co-assistent: Philippe Leire Promotor: Dr. A. Kumar Kaart toenemende demografie obesitas The influence of obesity on total joint arthroplasty.
Nadere informatieCHAPTER 8. Samenvatting
CHAPTER 8 Samenvatting Samenvatting 8. Samenvatting Hoofdstuk 1 is een algemene introductie. Doel van dit proefschrift is om de kosten en effectiviteit van magnetische resonantie (MR) te evalueren indien
Nadere informatieScheurbuik? Het mysterie rondom type B aorta dissecties Prof.Dr. Hence Verhagen
Scheurbuik? Het mysterie rondom type B aorta dissecties Prof.Dr. Hence Verhagen Vaatchirurg, Erasmus MC, Rotterdam, Dissecties Ingewikkeld ziektebeeld Komen in alle slagaderen voor Hebben, krijgen, veroorzaken
Nadere informatieATLS vs APLS: maar één letter verschil?
ATLS vs APLS: maar één letter verschil? Traumaopvang bij kinderen; niet eng, (soms) wel anders Roel Bakx Kinderchirurg, Kinderchirurgisch Centrum Amsterdam Leerdoelen Leerdoelen Specifieke aandachtspunten
Nadere informatieTromboseprofylaxe bij niet-chirurgische gehospitaliseerde patiënten. Dr. Marieke J.H.A. Kruip Internist-hematoloog Erasmus MC
Tromboseprofylaxe bij niet-chirurgische gehospitaliseerde patiënten Dr. Marieke J.H.A. Kruip Internist-hematoloog Erasmus MC achtergrond veneuze trombose komt frequent voor Medisch jaarverslag FNT 2014
Nadere informatieProximal tendon avulsion. Claire Verheul, Ph.D. Anne van der Made, M.D.
Proximal tendon avulsion Claire Verheul, Ph.D. Anne van der Made, M.D. Orthopaedic Surgery www.acesamsterdam.nl www.manualfysion.nl Epidemiology Relatively rare Koulouris & Connell 16 of 179 (9%) hamstring
Nadere informatieOnderstaande vragen zijn van toepassing op de periode 0-3 maanden postoperatief
Aantal maanden? Setting: O klinisch O poliklinisch Beoordelaar: (naam) Algemeen Onderstaande vragen zijn van toepassing op de periode 0- postoperatief Is de patient opgenomen geweest in een van de volgende
Nadere informatieEen afdruk van de autogordel na een auto-ongeval
Klinische les Een afdruk van de autogordel na een auto-ongeval let op inwendig buikletsel Vincent M. de Jong, C.H. (Kees) van der Vlies, Jan Luitse, Mark A. Meier, Kees-Jan Ponsen en J. Carel Goslings
Nadere informatieVroege detectie van naadlekkage. Marcel den Dulk 25 juni 2013
Vroege detectie van naadlekkage Marcel den Dulk 25 juni 2013 Take home message Naadlekkage is een gevreesde complicatie geassocieerd met hoge morbiditeit en mortaliteit Leakage scores resulteren in gereduceerde
Nadere informatieMogelijkheden van resectie na chemotherapie bij het pancreascarcinoom. Prof. dr. Marc Besselink Afdeling Chirurgie, AMC Amsterdam
Mogelijkheden van resectie na chemotherapie bij het pancreascarcinoom Prof. dr. Marc Besselink Afdeling Chirurgie, AMC Amsterdam Amsterdam, 19 Januari 2018 Pancreascarcinoom Slechte prognose (5 jaars-overleving,
Nadere informatieVoortgezette behandeling van longembolie in 2016 visie van de 1.5 lijn Menno Huisman. Afdeling Trombose en Hemostase LUMC Leiden
Voortgezette behandeling van longembolie in 2016 visie van de 1.5 lijn Menno Huisman Afdeling Trombose en Hemostase LUMC Leiden Traditionele behandeling van VTE UFH LMWH Fondap. Vitamin-K antagonists Vitamin-K
Nadere informatieNederlandse Samenvatting
Nederlandse Samenvatting 100 In dit proefschrift worden diverse klinische en angiografische aspecten belicht die invloed hebben op de prognose en het klinische beloop van patienten, die zich presenteren
Nadere informatiecasus presentatie Rob Roudijk, Keuzecoschap intensive care 12-1-2015
Ventrikel septum ruptuur casus presentatie Rob Roudijk, Keuzecoschap intensive care 12-1-2015 Casus 70 jarige man RVO: post operatief na VSR correctie en triscuspidalisplastiek Dyspneu verdenking pneumonie,
Nadere informatieWat doet u? Thuisbehandeling longembolie is nu al veilig. Start behandeling in het ziekenhuis. Na 1 dag naar huis. Na 2 dagen naar huis
Wat doet u? Thuisbehandeling longembolie is nu al veilig Start behandeling in het ziekenhuis Na 1 dag naar huis Na 2 dagen naar huis Na 5-7 dagen naar huis als de INR goed is Menno Huisman afdeling Interne
Nadere informatieBehandeling van een trigger finger. Loes van Boxmeer & Emma Wassenaar
Behandeling van een trigger finger Loes van Boxmeer & Emma Wassenaar Overzicht Inleiding PICO Zoekstrategie & Flowchart Artikelen Chirurgie Anatomie Open vs percutaan Conclusie Inleiding Klinische symptomen
Nadere informatieStomp buiktrauma bij kinderen
Stomp buiktrauma bij kinderen In overleg met de behandelend specialist is besloten tot opname van uw kind op afdeling Kinderchirurgie van het Radboudumc Amalia kinderziekenhuis. Op deze afdeling wordt
Nadere informatieVereniging voor Ziekenhuisgeneeskunde
Vereniging voor Ziekenhuisgeneeskunde SHELLEY METSELAAR AIOS SOZG Achtergrond Incidentie - 5-11 per 1000 per jaar 1 Diagnose - Combinatie kliniek, lab, X-thorax Sensitiviteit X-thorax 2 - Pneumonie +/-
Nadere informatieAnesthesiologisch beleid bij heupfracturen. Vrijdagochtendkrans 26/09/2014 Sarah Cornelis DrP Van Loon
Anesthesiologisch beleid bij heupfracturen Vrijdagochtendkrans 26/09/2014 Sarah Cornelis DrP Van Loon Anesthesie en heupfracturen Inleiding Pre-operatieveaandachtspunten Pre-operatiefmanagement Intra-operatief
Nadere informatieCASE STUDY MASSAAL BLOEDVERLIES NA REVISIE HEUP ASTRID NOOR CIRCULATION PRACTITIONER I.O.
CASE STUDY MASSAAL BLOEDVERLIES NA REVISIE HEUP ASTRID NOOR CIRCULATION PRACTITIONER I.O. INLEIDING VOORSTELLEN CASUS VOORGESCHREVEN BEHANDELING PARAMETERS EN LABUITSLAGEN HEMOSTASE BELEMMERENDE FACTOREN
Nadere informatieStudy of unexplained neurologic deficit following neuraxial anesthesia or analgesia strategies
Study of unexplained neurologic deficit following neuraxial anesthesia or analgesia strategies Vrijdag 5 april 2013 Bram Peeters, Medical Student René Heylen, MD, PhD Guy Wilms, MD, PhD Marc Van de Velde,
Nadere informatieIndicatorensets Meetbaar Beter
Indicatorensets Meetbaar Beter 2015 Uitkomstindicatoren Uitkomstindicator Definitie Coronairlijden Aortakleplijden Atriumfibrilleren PCI CB AVR TAVI CB Procedurele 30-daagse 120-daagse 1-jaars 30-daagse
Nadere informatieNimodipine. Luuk van den Bersselaar, ANIOS IC April 2019
Nimodipine Luuk van den Bersselaar, ANIOS IC April 2019 Inleiding, profylaxe van vasospasmen SAB à nimodipine CABG met art revascularisatie à diltiazem Amlodipine, nifedipine, nicardipine? Nimodipine Calciumantagonist
Nadere informatieBoezemfibrilleren in de dagelijkse praktijk. Refik Kaplan Cardioloog SXB
Boezemfibrilleren in de dagelijkse praktijk Refik Kaplan Cardioloog SXB Boezemfibrilleren Ontbreken van relatie tussen sinusknoop activiteit en ventriculaire activiteit Elektrische activatie uit meerdere
Nadere informatieSaffire Phoa. CT voor preoperatieve stagering van het pancreascarcinoom
Saffire Phoa CT voor preoperatieve stagering van het pancreascarcinoom Pancreascarcinoom heeft een zeer slechte prognose, en de enige kans op curatie is een resectie van de tumor. Hoewel de mortaliteit
Nadere informatieBloodpressure target in symptoma2c vasospasm pa2ent
Bloodpressure target in symptoma2c vasospasm pa2ent Willem- Jan Schellekens CASUS van de Dag 9-9- 2015 Casus 47 jarige pa+ënte: D1 SAB obv vertebralisdissec+e wv coiling en EVD Dag 7 na SAB: neurologische
Nadere informatieRaditime. Snel, sneller, snelst. Mieke van Duinen Verpleegkundig specialist Hartcentrum OLVG CarVasZ 21 november 2014
Raditime Onderzoek naar de veiligheid van vervroegd ontslaan van patiënten na een ongecompliceerde percutane coronaire interventie (PCI) in poliklinische setting Snel, sneller, snelst Mieke van Duinen
Nadere informatieRibfixatie bij fladderthorax Vaker doen? Vera Linssen, AIOS anesthesiologie 5 november 2015
Ribfixatie bij fladderthorax Vaker doen? Vera Linssen, AIOS anesthesiologie 5 november 2015 Casus M: motorrijder versus ander voertuig, van motor gevlogen, helm losgeraakt I: verdenking hematothorax, hoofdwond
Nadere informatieResponsevaluatie met 3T-DWI-MRI na inductie met FOLFIRINOX chemotherapie bij lokaal gevorderd PDAC (IMAGE-MRI)
Responsevaluatie met 3T-DWI-MRI na inductie met FOLFIRINOX chemotherapie bij lokaal gevorderd PDAC (IMAGE-MRI) Eran van Veldhuisen, Bengt van Rijssen, Remy Klaassen, Yung Nio, Hanneke Wilmink, Krijn Van
Nadere informatieABDOMINAAL TRAUMA. Frederik Berrevoet, MD, PhD Dienst Algemene en Hepato-Biliaire Chirurgie UNIVERSITEIT GENT
ABDOMINAAL TRAUMA Frederik Berrevoet, MD, PhD Dienst Algemene en Hepato-Biliaire Chirurgie UNIVERSITEIT GENT Inleiding 2 Inleiding Mechanisme van blunt abdominal trauma : snelle deceleratie niet - compliante
Nadere informatieNr Naam Beschrijving Mogelijke waarden of verwijzingen 1 Patiëntidentificatie Een uniek patiëntidentificatienummer Vrije tekst
Toelichting op het registratieformulier oktober 2014 Optionele variabelen zijn in donkergrijs weergegeven op het registratieformulier en in deze toelichting. Nr Naam Beschrijving Mogelijke waarden of verwijzingen
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Om de behandeling met intrauteriene inseminaties (IUI) zo optimaal mogelijlk te laten verlopen zijn een aantal factoren noodzakelijk. Deze factoren betreffen 1) voldoende progressief
Nadere informatieCRF. Ladies trial. Randomisatienummer
CRF de Ladies trial Laparoscopische peritoneale lavage of resectie voor gegeneraliseerde peritonitis voor geperforeerde diverticulitis: een landelijke multicentrum gerandomiseerde trial Sandra Vennix (AMC/Erasmus
Nadere informatieArterio-veneuze malformatie
Arterio-veneuze malformatie Behandeling Sanne Roijackers, coassistent IC 7-12-2016 Casus 60 jarige man Bewusteloos gevonden in badkamer Anisocorie L>R; bdz lichtreactief Subduraal hematoom met midlineshift
Nadere informatieVerkeersongeval bij een hoogzwangere DENK AAN TRAUMATISCHE UTERUSRUPTUUR
CASUÏSTIEK Verkeersongeval bij een hoogzwangere DENK AAN TRAUMATISCHE UTERUSRUPTUUR Wout van der Meij en Gerhard Boogaard Bij een zwangere patiënte met een uterusruptuur na een auto-ongeval werd aanvankelijk
Nadere informatieCasus: levergemetastaseerd rectumcarcinoom. Dr. Jozef Wauters GZA Campus Sint-Vincentius Dienst gastro-enterologie/digestieve oncologie
Dr. Jozef Wauters GZA Campus Sint-Vincentius Dienst gastro-enterologie/digestieve oncologie Man 28.01.1955 VG: graspollenallergie; asthma bronchiale Familiale antecedenten: geen CRC; geen IBD Usus: nil
Nadere informatieEry transfusies Hoe minder, hoe beter?
Ery transfusies Hoe minder, hoe beter? TRIP Symposium 29 november 2007 Cynthia So, internist Sanquin Bloedbank ZW Inhoud presentatie Waarom bloed besparen? Wat is er aan evidence? Lopende studies Waarom
Nadere informatieIndien van toepassing (bij primaire resectie en HIPEC in dezelfde opname): Operatiedatum 2e OK: d d m m m j j j j. dagen
Reden van opname Type operatie: Meerdere antwoorden mogelijk O Primaire resectie coloncarcinoom O Primaire resectie coloncarcinoom met simultane HIPEC O HIPEC in later stadium O Diagnostische laparoscopie
Nadere informatiePolikliniek atriumfibrilleren
P.J. Musters, verpleegkundig specialist Thoraxcentrum Erasmus MC Rotterdam Disclosure Geen potentiële belangenverstrengeling Eigen route voor specifieke doelgroepen Doelgroep-polikliniek Uniforme diagnostiek
Nadere informatieVloeistofbeleid op de IC - wat zeggen de trials? MMM Circulatie 2018
Vloeistofbeleid op de IC - wat zeggen de trials? MMM Circulatie 2018 Wat weten we al? Tussen colloïdale- en kristallijne vloeistoffen bestaat niet veel verschil wat betreft belangrijke uitkomstmaten Dit
Nadere informatieBronchialis embolisatie bij hemoptoë. (dichtmaken bloedvat bij bloed ophoesten)
Bronchialis embolisatie bij hemoptoë. (dichtmaken bloedvat bij bloed ophoesten) Ziekenhuis Gelderse Vallei Binnenkort wordt u behandeld voor Hemoptoë. Hemoptoë, het ophoesten van bloed, kan een vervelende
Nadere informatie5-jaars Follow-up van de FAME studie
5-jaars Follow-up van de FAME studie WCN Congres 2015, Amsterdam 20-11-2015 Drs. L.X. van Nunen namens de FAME studiegroep Potential conflicts of interest Ik, Lokien X. van Nunen, heb GEEN conflicts of
Nadere informatieCT-Colonografie Virtuele Colonoscopie
CT-Colonografie Virtuele Colonoscopie Philip Ardies Medische Beeldvorming AZ Sint-Jozef Malle Wat is CTC Axiale CT opnames in rug- en buikligging 2 dimensionale reconstructies 3 dimensionale reconstructies
Nadere informatieEen 40 jarige man met hevige pijn ter hoogte van het distale deel van de bovenarm bij een worp tijdens honkbal
3 Een 40 jarige man met hevige pijn ter hoogte van het distale deel van de bovenarm bij een worp tijdens honkbal Dos Winkel Introductie Sporten waarbij men met maximale kracht een bal moet werpen of slaan,
Nadere informatieBehandelproblematiek en laatste ontwikkelingen in Hepatitis B Nationale hepatitis dag 2017
Behandelproblematiek en laatste ontwikkelingen in Hepatitis B Nationale hepatitis dag 2017 Bart Takkenberg Academisch Medisch Centrum Amsterdam Disclosures Speaker for Gore WL, Bayer, and Norgine Advisory
Nadere informatieStaat de radiotherapie indicatie ook vast na een complete respons op NAC?
Staat de radiotherapie indicatie ook vast na een complete respons op NAC? Nina Bijker, radiotherapeut AMC BBB symposium 7 september 2017 No conflict of interest Focus op postmastectomie radiotherapie (PMRT)
Nadere informatieSTIGMATISERING VAN PATIENTEN MET LONGKANKER 1. Stigmatisering van Patiënten met Longkanker: De Rol van Persoonlijke Relevantie voor de Waarnemer
STIGMATISERING VAN PATIENTEN MET LONGKANKER 1 Stigmatisering van Patiënten met Longkanker: De Rol van Persoonlijke Relevantie voor de Waarnemer Stigmatization of Patients with Lung Cancer: The Role of
Nadere informatieChemotherapie en stolling
Chemotherapie en stolling Therapie, preventie en risicofactoren Karen Geboes UZ Gent 4 december 2015 Avastin en longembolen: hoe behandelen en Avastin al dan niet verder? Chemotherapie en stolling: Therapie,
Nadere informatieSafety of hydroxyethyl starches. Seminariewerk Idris Ghijselings
Safety of hydroxyethyl starches Seminariewerk Idris Ghijselings 12-04-2013 Outline 1. Structuur en Farmacokinetiek - concentratie - moleculair gewicht - molaire substitutie 2. Farmacodynamiek - volume
Nadere informatieAcute gastrointestinale bloedingen. C. Verslype Maag-, Darm- en Leverziekten Manama ASO Interne Geneeskunde 22/11/2017
Acute gastrointestinale bloedingen C. Verslype Maag-, Darm- en Leverziekten Manama ASO Interne Geneeskunde 22/11/2017 Acute gastrointestinale bloedingen Algemene aspecten van aanpak bij bloedingen Focus
Nadere informatieCASE REPORT FORM. (1) Bronovo (2) MCH (3) Haga Ziekenhuis (4) LUMC (5) Maasstad zks (6) Lucas Andreas (7) St. Antonius Nieuwegein.
CASE REPORT FORM Patientgegevens Ziekenhuis (1) Bronovo (2) MCH (3) Haga Ziekenhuis (4) LUMC (5) Maasstad zks (6) Lucas Andreas (7) St. Antonius Nieuwegein Studienummer patient Patientidentificatie in
Nadere informatieMinor head injury, a minor problem? Crispijn van den Brand SEH-arts MCH-Bronovo. Crispijn van den Brand Emergency Physician
Minor head injury, a minor problem? Crispijn van den Brand SEH-arts MCH-Bronovo Crispijn van den Brand Emergency Physician 1 Inhoud Definitie en epidemiologie LTH/TBI Risicostratificatie licht traumatisch
Nadere informatiePost MDO IC praatje. Schoenmaker blijf bij je leest Hugo den Boogert, AIOS Neurochirurgie
Post MDO IC praatje Schoenmaker blijf bij je leest 18-09-2017 Hugo den Boogert, AIOS Neurochirurgie Of toch niet.. Plexus brachialis chirurgie de aanleiding Man 18 jaar, blanco VG Crossmotor ongeval, motor
Nadere informatieAbdominale schotverwondingen: mogelijkheden voor selectief conservatief beleid
klinische lessen Abdominale schotverwondingen: mogelijkheden voor selectief conservatief beleid H.R.van den Berg, S.G.Lere, I.B.Schipper en P.Patka Dames en Heren, In Nederland zijn naar schatting 54.000
Nadere informatieTrombolyse bij een acute arteriële vaatafsluiting Intensive Care
Trombolyse bij een acute arteriële vaatafsluiting Intensive Care Locatie Hoorn/Enkhuizen Inleiding U heeft zojuist van uw arts gehoord dat u een afsluiting heeft van een bloedvat of bypass in uw been en/of
Nadere informatieDe Carotis (halsvaat OK) WJ Schuiling Anja van Schelven
De Carotis (halsvaat OK) WJ Schuiling Anja van Schelven Oorzaken van het herseninfarct 1. artherosclerose grote vaten 2. aantasting kleine bloedvaten (lacunes) 3. cardiaal embool 4. niet-atherosclerotische
Nadere informatieOutcome na CVVH- behandeling Mortaliteit en nierfunctieherstel bij IC-patiënten na CVVH-behandeling
Outcome na CVVH- behandeling Mortaliteit en nierfunctieherstel bij IC-patiënten na CVVH-behandeling Ellen Stikkelbroeck, Renal Practitioner i.o., VieCuri Venlo Inleiding Introductie CVVH in Venlo Onderzoek
Nadere informatieContent. AF & Nierfalen: Epidemiologie. AF & Nierfalen: Epidemiologie. Disclosures: Epidemiologie: AF en Nierfalen. AF en Nierfalen: kip of ei?
Disclosures: Zeg eens A. Over Atrium fibrilleren en Antistolling in ESRD Geen Marjolijn van Buren Internist-Nefroloog Content Epidemiologie: en Nierfalen & Nierfalen: Epidemiologie whites ARIC study Atheroslerosis
Nadere informatieDuitsland 1,7 miljoen patiënten met hartfalen 2. Europa 6,5 miljoen patiënten met hartfalen 3. VS 5,1 miljoen patiënten met hartfalen 1
Functionele mitrale regurgitatie VS 5,1 miljoen patiënten met hartfalen 1 Duitsland 1,7 miljoen patiënten met hartfalen 2 Europa 6,5 miljoen patiënten met hartfalen 3 Hartfalen is een aandoening die wereldwijd
Nadere informatieNederlandse samenvatting
198 Het eerste deel van dit proefschrift beschrijft de effectiviteit van clopidogrel en tirofiban in patiënten met een acuut hart infarct verwezen voor een spoed dotter behandeling. In hoofdstuk 1 werd
Nadere informatieMarlies Peters. Workshop Vermoeidheid
Marlies Peters Workshop Vermoeidheid De ene vermoeidheid is de andere niet Deze vermoeidheid is er plotseling, niet gerelateerd aan geleverde inspanning De vermoeidheid wordt als (zeer) extreem ervaren
Nadere informatie