Verkenning intercultureel bewustzijn en internationalisering ROCvA/ROCvF. Utrecht, mei 2019

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Verkenning intercultureel bewustzijn en internationalisering ROCvA/ROCvF. Utrecht, mei 2019"

Transcriptie

1 Verkenning intercultureel bewustzijn en internationalisering ROCvA/ROCvF Utrecht, mei 2019

2 Auteurs Eugenie Waterberg Myrthe Toppen Rubin ten Broeke Emy Kenter Dit onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van International Office van het ROC van Amsterdam 2019 Labyrinth Onderzoek & Advies Amerikalaan VD Utrecht T: +31 (0) E: W: Alle rechten voorbehouden Niets uit deze uitgave mag - door iemand anders dan de opdrachtgever - worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming.

3 Inhoudsopgave 1 Samenvatting Onderzoeksvragen en methodes Uitkomsten eerste onderzoeksvraag Toetsing intercultureel bewustzijn bij de studenten Uitkomsten tweede onderzoeksvraag Uitkomsten derde onderzoeksvraag Aandachtspunten voor de beleidsvorming 8 2 Inleiding Aanleiding onderzoek Internationalisering op het ROCvA/ROCvF Vraagstelling Doelgroep onderzoek Definitiebepaling Onderzoeksaanpak Mentimeter Focusgroepen Enquête 14 3 Internationalisering op het ROCvA/ROCvF Studenten over internationalisering en intercultureel bewustzijn Resultaten mentimeter en focusgroepen Resultaten enquête Deelconclusie Ervaringen studenten huidige internationaliseringsactiviteiten Resultaten mentimeter en focusgroepen Resultaten enquête Deelconclusie Behoeftes studenten ten aanzien van internationalisering Resultaten mentimeter en focusgroepen Resultaten enquête 34

4 Deelconclusie Inclusiviteit en diversiteit op het ROCvA/ROCvF Resultaten mentimeter en focusgroepen Resultaten enquête Deelconclusie 50 4 Conclusies Reflectie op methodologie Deelvraag Deelvraag Deelvraag 3 54

5 1 Samenvatting 1.1. Onderzoeksvragen en methodes Het International Office van het ROC van Amsterdam en Flevoland ( ROCvA en ROCvF ) heeft Labyrinth Onderzoek & Advies gevraagd om onderzoek te doen naar het intercultureel bewustzijn en hoe internationalisering wordt ervaren door de studenten van ROCvA en ROCvF. Het specifieke doel van dit onderzoek was om meer inzicht te krijgen in het intercultureel bewustzijn van de student en in de manier waarop programma s en beleid voor internationalisering worden ervaren door de student, om hier met internationaliseringsbeleid beter op aan te kunnen sluiten. De mening, beleving en voorkeur van de studenten staan centraal. Labyrinth heeft daarom onderzoek gedaan onder studenten van de twaalf colleges van het ROC van Amsterdam en Flevoland. Om dit te onderzoeken heeft Labyrinth zowel kwantitatief als kwalitatieve onderzoeksmethoden ingezet. Er is van start gegaan door op elk college een paar vragen aan studenten voor te leggen via een mentimeter enquête. De studenten werden hiervoor op een centrale plek op hun college benaderd. Vervolgens is er op elk college een focusgroep gehouden waaraan tussen de 8 en 12 studenten aan deelnamen. Als laatste is er een enquête van ongeveer 15 minuten uitgezet onder alle studenten van het ROCvA en ROCvF. De enquête is door 2282 studenten ingevuld. Het onderzoek is uitgevoerd in de periode van oktober 2018 tot februari De onderzoeksgroep van dit onderzoek bestaat uit studenten van het ROCvA en ROCvF. De groep was divers en representatief aan de studentenpopulatie van ROCvA en ROCvF. Om te zorgen voor een zo divers en representatief mogelijke groep respondenten is bij de werving van respondenten specifiek aandacht besteed aan onder meer achtergrondkenmerken, gender, leeftijd, opleiding, leerniveau en leerjaar van de studenten. De studenten die deelnamen aan het onderzoek hadden een westerse en niet-westerse (culturele) achtergrond. Daarnaast vertoont de onderzoeksgroep verschillen in leeftijd, gender, leerjaar en opleiding. De volgende drie vragen stonden centraal in dit onderzoek: 1. Wat verstaan studenten onder internationalisering en intercultureel bewustzijn? Op welke manier zien de studenten deze onderwerpen terugkomen in het onderwijs? 2. Wat zijn de effecten van de huidige internationaliseringsprogramma s als het gaat om bewustwording en interesse omtrent internationalisering bij de studenten? 3. Waaraan hebben studenten behoefte op het gebied van internationalisering van onderwijs? 1.2. Uitkomsten eerste onderzoeksvraag Aan de studenten is gevraagd wat zij verstaan onder internationalisering en op welke manier zij dit zien terugkomen in het onderwijs. De antwoorden die hierop gegeven werden lopen uiteen van stages, uitwisseling, internationaal, buitenland, internationale bedrijven, verschillende culturen tot aan diversiteit, respect, verschillen, gelijkheid, ruim denken, afkomst, en multiculturele samenleving. Dit duidt erop dat respondenten internationalisering zowel met het buitenland als met de Nederlandse multiculturele en internationaliserende 5

6 samenleving in verband brengen. Verder blijkt dat studenten ook activiteiten die in Nederland en op hun colleges worden aangeboden als onderdeel van internationalisering zien Toetsing intercultureel bewustzijn bij de studenten In dit onderzoek is er een aangepaste definitie van intercultureel bewustzijn geformuleerd. Deze definitie is geoperationaliseerd in vragen over met name kennis, houding en vaardigheden. De operationaliserende vragen zijn vervolgens voorgelegd aan de studenten. Uit de resultaten is gebleken dat de meeste studenten een redelijk niveau van intercultureel bewustzijn hebben. Zo is gebleken dat de meeste studenten bewust zijn van en kennis hebben over diversiteit en verschillende culturen om hen heen. Daarnaast blijkt dat een groot deel van de studenten nieuwsgierig is en interesse toont in andere culturen, hetzij uit persoonlijke hetzij uit professionele overwegingen. De discussies uit de focusgroep gesprekken laten zien dat deelnemende studenten ook het vermogen hebben om kritisch te observeren en te kijken naar zowel de eigen als naar andere culturen en deze ook te beoordelen en te evalueren. Daarnaast laten de onderzoeksdata ook zien dat het bij studenten verder gaat dan alleen op het niveau van interculturele bewustzijn. Zo geven deelnemende respondenten aan dat het niet alleen gaat om het hebben van kennis van andere culturen, maar dat het ook belangrijk is om bepaalde kernwaarden, principes en attitudes te hebben. Deze bestaan uit: wederzijds respect, de ander in zijn waarde laten, open en eerlijk zijn naar elkaar toe en oprechte vragen stellen aan de anderen. Dit zijn allemaal waarden, principes en attitudes die studenten relevant vinden voor het omgaan met diversiteit. Echter, deze attitudes zijn persoons- en context gebonden. De resultaten uit de enquête hebben tot slot uitgewezen dat een overgroot deel van de studenten diversiteit belangrijk vindt, evenals het hebben van begrip voor de culturele achtergrond van medestudenten. Deelnemende studenten zien het opdoen van interculturele competenties vaak op meerdere wijzen terugkomen in het onderwijs. De meest voorkomende zijn samenwerken met medestudenten en praktijkervaring (zoals stage). De drie vaardigheden die (relatief) het meest gekozen zijn bij zowel het samenwerken met medestudenten als praktijkervaring (zoals stage) zijn het kunnen aanpassen van de communicatie aan verschillende mensen en omgevingen, het kunnen begrijpen en omgaan met diverse mensen en culturen, en het kunnen begrijpen van een situatie vanuit meerdere invalshoeken. Dit wijst erop dat dit voor studenten belangrijke manieren zijn om interculturele competenties op te doen. Dit resultaat is ook naar voren gekomen in de focusgroep gesprekken, waarin het samenwerken met verschillende studenten en de rol die docenten hebben in het faciliteren van diverse groepssamenstellingen meermaals genoemd is door de studenten. Het lijkt er tevens op dat studenten dit soort vaardigheden meer leren door te doen dan door kennisoverdracht of lesmateriaal. Toch worden de twee manieren kennisoverdracht van docenten en in (lesmateriaal van) vakken ook bij elke vaardigheid door een substantieel gedeelte van de respondenten gekozen als manier om interculturele vaardigheden op te doen Uitkomsten tweede onderzoeksvraag In het onderzoek is vervolgens gefocust op de wat de effecten van de huidige internationaliseringsprogramma s zijn als het gaat om bewustwording en interesse omtrent internationalisering bij de studenten. Uit het onderzoek blijkt allereerst dat studenten niet erg bekend zijn met internationaliseringsactiviteiten. Respondenten van de focusgroepen waren zich over het algemeen niet bewust van internationalisering van het onderwijs. Het woord internationalisering riep vragen op en behoefde uitleg tijdens de focusgroepen. Uit de enquête blijkt dat slechts een klein gedeelte van de respondenten op de hoogte is van mogelijkheden die hun college aanbiedt om internationale ervaring op te doen. De focusgroepen maakten duidelijk dat veel respondenten vinden dat een intercultureel perspectief en het onderwijzen van interculturele vaardigheden nog onvoldoende in hun opleiding zit. Toch werden tijdens de focusgroepen verschillende activiteiten en vakken genoemd die studenten een 6

7 internationaal of intercultureel perspectief bieden, en lijkt het dus bij de verschillende opleidingen wel in meer of mindere mate terug te komen in het curriculum. Daarnaast blijkt dat er sprake was van ongelijke mate van bekendheid en onbekendheid met internationalisering. Opleidingen met een internationaal kenmerk en/of buitenlandse of internationale dimensie zoals International Business Management (IBS) zijn meer bekend internationalisering. Tijdens de focusgroepen noemen respondenten onder andere vakken over andere culturen, interculturele communicatie, het vak burgerschap, speciale activiteiten over een cultuur of een sociaal-maatschappelijk thema, uitstapjes, en bepaalde modules in vakken die ze volgen. Uit de onderzoeksdata blijkt tevens dat deelnemende studenten veel belang hechten aan de scholing in internationalisering. Het belang van scholing hierin zien studenten in het licht van de toenemende mondialisering, diversifiëring van de Nederlandse samenleving en hun toekomstige beroep en werkomgeving. Een klein deel van de studenten die bekend zijn met internationaliseringsactiviteiten en hier wel aan hebben deelgenomen zijn hier overwegend positief over zijn. Wat betreft mogelijkheden om internationale ervaring op te doen, zijn studenten het meest bekend met stages in het buitenland (bijna de helft van de studenten); voor de overige activiteiten ligt het aantal studenten dat met deze activiteiten bekend is rond de tien procent. Voor veel respondenten die internationale ervaring hebben opgedaan, was dit een positieve ervaring onder andere omdat ze hierdoor kennis gemaakt hebben met andere culturen, talen, en landen, nieuwe sociale contacten hebben opgedaan, en hun zelfredzaamheid vergroot hebben Uitkomsten derde onderzoeksvraag Als derde stond in het onderzoek de volgende vraag centraal Waaraan hebben studenten behoefte op het gebied van internationalisering van onderwijs? Uit de onderzoeksdata blijkt dat er leerbehoeften is onder studenten op het gebied van internationalisering van onderwijs. Uit het onderzoek komen de volgende leerbehoeften van studenten naar voren: De leerbehoeften die het hoogste scoren zijn stages in het buitenland en studieprojecten in het buitenland alsook landenkennis. De leerbehoefte van een grote meerderheid van studenten op het gebied van intercultureel bewustzijn en -vaardigheden is kennis van culturen van diverse groepen in Nederland en het buitenland. Ook is er behoefte aan kennis hoe op een professionele wijze om te gaan met diversiteit en cultuurverschillen. Het betreft zowel vakspecifieke en/of professionele kennis die relevant is voor hun werkpraktijk of beroep. Er is behoefte aan kennis op het gebied van culturele- en interculturele communicatie zoals cultuurspecifieke omgangsnormen. Er is behoefte aan vaktaal en kennis van internationale talen. Studenten adviseren de verruiming van het taalaanbod met meer internationale talen zoals Spaans, Chinees en Arabisch. Studenten hebben specifieke taalbehoeften ten aanzien van de Nederlandse en Engelse taal. Ze adviseren om de niveaus van deze twee talen te verhogen en het beroepsgerichter te maken. Daarnaast adviseren studenten om rekening te houden met taalbehoeften van anderstalige en/of meertalige studenten. 7

8 1.5. Aandachtspunten voor de beleidsvorming Het verdient aandacht dat bij de ontwikkeling van beleid met betrekking tot internationalisering de perspectieven van studenten worden meegenomen. Hieronder enkele aandachtspunten: Uit dit onderzoek blijkt dat perspectieven en behoeften van studenten met betrekking tot internationalisering redelijk uiteenlopen. Het verdient aandacht om een aanpaste definitie van internationalisering te formuleren die beantwoordt aan de specifieke perspectieven, wensen en verwachtingen van de studenten van ROCvA/ROCvF alsook de specifieke behoeften per opleiding. Vooral de verduidelijking van de definitie van internationalisering at Home verdient bijzondere aandacht. Een factor vanuit ROCvA en ROCvF die een rol speelt is de communicatie naar de studenten. Een groot deel van de studenten hebben beperkt zicht op en kennis van het aanbod aan ondersteuning vanuit ROCvA en ROCvF, waardoor ze er geen of weinig gebruik van maken. Goede communicatie over dergelijke vakken of vak onderdelen is dus van groot belang. De meningen van studenten ten aanzien van het leerproces dat moet bijdragen aan het intercultureel bewustzijn zijn ook verdeeld. Een deel van de studenten acht het formele leerproces via scholing van ROCvA/ROCvF belangrijk, terwijl een ander deel meer waarde en belang hecht aan het informele leerproces. Volgens de laatstgenoemde groep studenten is formele scholing in intercultureel bewustzijn overbodig omdat ze het al op een informele manier leren via het samenwerken en aangaan van relaties met anderen. Uit de enquête komt praktijkervaring (zoals stage) heel duidelijk naar voren als meest waardevolle manier om interculturele vaardigheden op te doen, maar ook aandacht in vakken, het dagelijkse contact en het samenwerken met medestudenten werden bijvoorbeeld vaak als (zeer) waardevol beoordeeld. Bij de ontwikkeling van beleid is het zeer belangrijk om aandacht te hebben voor dit informele leerproces en dit ook te stimuleren in bijvoorbeeld samenwerkingsprojecten van studenten binnen en buiten de school. 8

9 2 Inleiding 2.1. Aanleiding onderzoek Sinds enkele jaren wordt steeds vaker erkend dat studenten en leerlingen moeten worden voorbereid op een wereld die steeds verder globaliseert. Niet alleen opereert een stijgend aantal bedrijven en organisaties internationaal, ook wordt de nationale en regionale arbeidsmarkt in Nederland steeds internationaler. De Onderwijsraad, adviesorgaan voor de regering op het terrein van het onderwijs in het dossier Internationalisering en Europa, heeft onlangs gesteld dat het wenselijk is dat iedereen het onderwijs internationaal competent verlaat. 1 Het International Office van het ROC van Amsterdam en Flevoland is mede verantwoordelijk voor het internationaliseringsbeleid van de twaalf colleges in deze regio s. In 2017 ontving het ROC van Amsterdam een internationaal erkend kwaliteitskeurmerk voor internationaliseringsactiviteiten. 2 Onderdeel van de internationaliseringsactiviteiten zijn onder meer buitenlandstages, tweetalig onderwijs en Internationalisation at Home, wat inzet op het versterken van intercultureel bewustzijn en wereldburgerschap. Gezien het kwaliteitskeurmerk dient het ROC van Amsterdam een voorbeeldfunctie op het gebied van internationalisering. Belangrijk voor het ROCvA is dat het internationaliseringsbeleid zich, naast internationale mogelijkheden, ook richt op intercultureel bewustzijn van studenten, en de manier waarop dit in het onderwijs in Nederland terugkomt. Het International Office van het ROC van Amsterdam heeft Labyrinth Onderzoek & Advies gevraagd om onderzoek uit te voeren om meer inzicht te krijgen in het intercultureel bewustzijn van de student en in de manier waarop programma s en beleid voor internationalisering worden ervaren door de student. In hoeverre sluiten de programma s voor internationalisering aan bij de behoeften en het perspectief van de student? Men wil van een top-down- naar een bottom-up-benadering gaan bij het organiseren en implementeren van processen van internationalisering. Hiervoor is de input vanuit studenten nodig. Labyrinth heeft daarom onderzoek gedaan onder studenten van de twaalf colleges van het ROC van Amsterdam en Flevoland. Het onderzoek bestond uit drie onderdelen (de mentimeter, focusgroepen en een enquête) die uitgevoerd zijn in de periode oktober 2018 februari In dit hoofdstuk wordt eerst aandacht besteed aan internationalisering op het ROCvA/ROCvF. Vervolgens worden de vraagstelling en onderzoeksaanpak toegelicht, en ten slotte volgt een korte samenvatting van de meest belangrijke resultaten

10 Internationalisering op het ROCvA/ROCvF Sinds een paar jaar werkt het International Office van het ROC van Amsterdam aan de doorontwikkeling en verduurzaming van haar internationaliseringsbeleid. Dit beleid heeft als doel studenten goed voor te bereiden op een arbeidsmarkt en samenleving die in toenemende mate globaliseren. 3 Door het vervagen van grenzen binnen de Europese Unie en het grote aantal bedrijven en organisaties dat internationaal opereert liggen steeds meer baanperspectieven internationaal, en ook de arbeidsmarkt in Nederland wordt steeds internationaler. Deze ontwikkelingen hebben tot gevolg dat het voor een toenemend aantal banen en professies belangrijk is te kunnen functioneren in een internationale en/of interculturele context. In haar visie benadrukt het International Office dat internationalisering niet alleen over de grens maar ook om de hoek van iedere straat te vinden is. 4 Naast het werken in een globaliserende wereld, beoogt het ROC van Amsterdam en Flevoland studenten ook voor te bereiden op het leven in een globaliserende wereld. Grenzen vervagen, mede door technologie en digitalisering, en ook leven studenten in een enorm diverse samenleving. Mede om deze reden is intercultureel bewustzijn voor het ROC van Amsterdam een belangrijk onderdeel van het internationaliseringsbeleid. Hiermee draagt dit beleid, naast het voorbereiden van studenten op de arbeidsmarkt van nu, ook bij aan het voorbereiden van studenten op de samenleving van nu. Thema s die centraal staan in het internationaliseringsbeleid zijn Internationalisation at Home, mobiliteit van student en docent, en tweetalig onderwijs (bijvoorbeeld BTEC, VTCT, en Nuffic T-MBO programma s 5 ). Hierbij geldt Internationalisation at Home als de basis. Dit behelst het integreren van een internationaal en een intercultureel perspectief in het formele en informele onderwijs curriculum van het ROCvA/ROCvF. Belangrijk hierin is aandacht voor 21st century skills en interculturele competenties. Hoewel ook mobiliteit van student en docent en BTEC en tweetalig onderwijs als belangrijke pijlers van internationalisering gelden, ziet het ROC van Amsterdam Internationalisation at Home als basis, omdat dit het onderdeel van internationalisering is dat alle studenten bereikt. Slechts 10% van de studenten maakt gebruik van mobiliteit, BTEC, of het tweetalig onderwijs. De overige 90% volgt een reguliere opleiding in Nederland, maar ook voor hen is internationalisering belangrijk. Het doel van het ROCvA/ROCvF is daarom dat Internationalisation at Home volledig geïntegreerd wordt in het onderwijscurriculum, de praktijk, en de institutionele cultuur van het ROCvA/ROCvF Vraagstelling Het International Office acht het perspectief van studenten op internationalisering belangrijk voor de doorontwikkeling en verduurzaming van het beleid ten aanzien hiervan. Voor de verdere integratie van Internationalisation at Home in het onderwijscurriculum en de onderwijspraktijk van het ROCvA/ROCvF is tevens inzicht in het perspectief van studenten op intercultureel bewustzijn van belang. Om meer inzicht te krijgen in het intercultureel perspectief van de student en om te onderzoeken wat de behoeftes zijn van de studenten bij internationaliseringsprogramma s heeft Labyrinth onderstaande vragen geformuleerd: Wat verstaan studenten onder internationalisering en intercultureel bewustzijn? Op welke manier zien de studenten deze onderwerpen terugkomen in het onderwijs? 3 Beleidsplan Internationalisering , ROC van Amsterdam (intern gebruik). 4 Powerpointpresentatie, (intern gebruik) 5 BTEC staat voor Business and Technology Education Council. Opleidingen kunnen BTEC gecertificeerd worden. VTCT staat voor Vocational Training Charitable Trust. 10

11 Wat zijn de effecten van de huidige internationaliseringsprogramma s als het gaat om bewustwording en interesse omtrent internationalisering bij de studenten? Waaraan hebben studenten behoefte op het gebied van internationalisering van onderwijs? Zoals is aangegeven in sectie richt het internationaliseringsprogramma van het ROC, en zeker Internationalisation at Home, zich niet alleen op internationalisering in de vorm van uitwisselingen, tweetalig onderwijs en het aantrekken van internationale studenten, maar ook op het voorbereiden van studenten op het werken en leven in een multiculturele samenleving. Thema s als culturele en religieuze diversiteit, discriminatie en wereldburgerschap spelen een belangrijke rol bij de internationalisatie. In de benadering van internationalisering in dit onderzoek stonden daarom het perspectief van studenten op diversiteit, intercultureel bewustzijn en interculturele vaardigheden centraal Doelgroep onderzoek De doelgroep van dit onderzoek bestaat uit studenten van het ROCvA en ROCvF. Mede vanwege de mogelijkheid van volwassenenonderwijs bij het ROCvA en ROCvF vertoont de onderzoekspopulatie generatieverschillen. Er zitten zowel jongeren in de leeftijdsklasse jaar en adolescenten en/of volwassenen ouder dan 21 jaar in de onderzoekspopulatie. Daarnaast vertoont de onderzoekspopulatie verschillen in gender, leerjaar en opleiding. In de enquête zijn respondenten gevraagd naar hun achtergrondkenmerken. In sectie wordt de responsgroep van de enquête beschreven Definitiebepaling Internationalisering Centraal in dit onderzoek staat internationalisering van het onderwijs. Hierbij gaat het om onderwijs dat studenten interculturele en internationale competenties bijbrengt, zodat studenten worden voorbereid op het werken en leven in een complexe, cultureel diverse en internationale omgeving. Iedere onderwijsinstelling geeft op een andere manier invulling aan internationalisering. Het beleid van het ROC van Amsterdam kenmerkt zich door de combinatie van traditionele internationaliseringsactiviteiten zoals uitgaande en binnenkomende mobiliteit, studietrips, etc. met Internationalisation at Home. De missie hierbij is om te investeren in mensen om een brug te slaan naar een vervolgopleiding en een steeds internationalere en cultureel diversere werkomgeving en samenleving. Internationalisation at Home Internationalisation at Home gaat om het integreren van een intercultureel en internationaal perspectief in het onderwijs op binnenlandse onderwijsfaciliteiten. Op deze manier kunnen studenten hun opleiding internationaal competent verlaten zonder dat zij hiervoor naar het buitenland hoeven te gaan. Het ROCvA/ROCvF hanteert een holistische benadering ten aanzien van Internationalisation at Home. Hieruit vloeit de volgende definitie voort: Internationalisation at Home is the purposeful integration of international and intercultural dimensions into the formal and informal curriculum for all students, within domestic learning environments. Intercultureel bewustzijn In de wetenschappelijke literatuur zijn er verscheidene definities van interculturele bewustzijn. De definiëring hangt in sterke mate af van het vakgebied en of discipline. Intercultureel bewustzijn wordt als één van de 11

12 elementen van interculturele competentie aangemerkt. Interculturele competentie wordt gezien als de bekwaamheid om effectief en gepast te communiceren in interculturele situaties (Deardorff, 2006). Byram (1997) omschrijft intercultureel bewustzijn als het vermogen om kritisch naar de eigen en een andere cultuur te kunnen kijken en te evalueren. Volgens Byram (1997) zijn attitudes, vaardigheden, kennis en bewustzijn de vier elementen die ervoor zorgen dat een persoon intercultureel competent is. In dit onderzoek is er een aangepaste definitie van intercultureel bewustzijn geformuleerd. Deze definitie is geoperationaliseerd in vragen over met name kennis, houding en vaardigheden. De operationaliserende vragen die in dit onderzoek zijn getoetst, zijn: Welke culturen ken jij? In hoeverre heb je kennis van andere culturen? Ben je nieuwsgierig naar andere culturen en toon je interesse in culturen? Vraag je bewust naar culturele achtergronden van jouw medestudenten en vrienden? Vind je het belangrijk dat je de waarden en normen van andere culturen kent van bijvoorbeeld je medestudenten, docenten, vrienden? Bouw je makkelijk/moeilijk relaties op met andere studenten met een andere culturele achtergrond? (Op of buiten school/in je stage) Hoe ga je om met medestudenten met andere culturele achtergronden? Is het culturele verschil dan eigenlijk belangrijk? Houd je rekening met de cultuur van anderen in je relaties? De bovengenoemde operationaliserende vragen zijn studenten. in de focusgroepen en enquête voorgelegd aan de 2.3. Onderzoeksaanpak Om de drie eerder beschreven deelvragen te beantwoorden is er, in overeenstemming met het International Office, voor gekozen om een drietal onderzoeksmethoden in te zetten om op die manier zowel van een brede groep studenten hun mening op te halen als de mogelijkheid te hebben met studenten meer diepgaand in gesprek te gaan. Deze methoden zijn achtereenvolgens uitgevoerd, zodat de uitkomsten van (een) eerdere fase(s) gebruikt kon worden in de volgende fase(s) Mentimeter Allereerst is op alle twaalf colleges van het ROC van Amsterdam en Flevoland onder studenten een korte enquête uitgevoerd. Dit is gedaan met het programma mentimeter : een interactief, online programma waarmee respondenten op hun telefoon vragen kunnen beantwoorden die dan direct live verwerkt worden op een beeldscherm. De volgende vragen zijn aan de studenten gesteld: 1. Het ROC 6 biedt ruimte aan alle mensen en culturen. Helemaal mee eens Mee eens Neutraal Niet mee eens Helemaal niet mee eens 2. Heb je het gevoel dat je jezelf kunt zijn op school? Ja, helemaal 6 Om de stellingen pakkend te houden is gekozen voor ROC in plaats van ROC van Amsterdam en ROC van Flevoland. 12

13 Ja, redelijk Neutraal Nee, niet echt Nee, helemaal niet 3. Waar denk je aan als je hoort: internationalisering binnen het ROC? Noem drie woorden. 4. Het ROC bereidt me voor op het werken in een diverse omgeving. Helemaal mee eens Eens Neutraal Niet eens Helemaal niet eens Op alle twaalf colleges is deze mentimeter-enquête in de aula of op een andere centrale plek van de colleges uitgevoerd. Deze methode heeft Labyrinth in staat gesteld om op een makkelijke manier een grote groep studenten te bereiken. In totaal hebben ruim 1000 studenten meegedaan met de mentimeter. De resultaten van de mentimeterdagen zijn als input gebruikt voor het verdere onderzoek en besproken tijdens de focusgroepen. Deze mentimeterdagen hadden tevens tot doel de studenten te informeren over het onderzoek en hen uit te nodigen tot deelname aan de focusgroepen Focusgroepen Na de mentimeter is op elk van de twaalf colleges een focusgroep gehouden. Op elk college hebben tussen de drie en acht studenten meegedaan met groepen van diverse samenstelling, onder andere door studenten te betrekken vanuit verschillende opleidingen. In hoofdstuk 3 wordt nader ingegaan op de resultaten per college en wordt ook de samenstelling van de focusgroepen toegelicht. Met input van het International Office is voor de groepsgesprekken een topiclijst opgesteld, waarin ook de resultaten van de mentimeter aan bod kwamen. 7 De gesprekken waren opgedeeld in drie delen. Het eerste gedeelte ging over ervaringen en behoeftes ten aanzien van internationalisering, waarbij werd ingegaan op het opdoen van interculturele vaardigheden en het voorbereid worden op het werken in een cultureel diverse en internationale omgeving. De studenten kregen de resultaten van de mentimeter te zien en hun werd gevraagd in hoeverre zij het eens waren met de uitkomsten. Daarna werd de studenten gevraagd om bij vier interculturele vaardigheden op een schaal van 1 tot 10 aan te geven hoe belangrijk ze dit vinden en in hoeverre ze vinden dat het binnen de opleiding aan bod komt. De vier vaardigheden waren: Communicatie en talen Kennis van andere culturen (Samen)werken in een divers team Het kunnen werken in het buitenland Naar aanleiding hiervan werd nader ingegaan op de ervaringen van de studenten op hun college en opleiding. In het tweede deel van de focusgroep stond intercultureel bewustzijn centraal. De studenten werd gevraagd op een tablet een IAT-test 8 in te vullen. Deze test is ontwikkeld om te onderzoeken in hoeverre respondenten vooroordelen hebben over mensen met een bepaald uiterlijk, cultuur of herkomst. De test had als doel om de studenten te prikkelen na te denken over vooroordelen en stereotyperingen. Na de test werd hierover verder gepraat en ook gesproken over de mate waarin studenten interesse in en kennis over andere culturen hebben. In het laatste deel is gesproken met de studenten over diversiteit en hoe dit wel of niet terugkomt in het onderwijs en hun verdere ervaringen op hun college. De volledige topiclijst kan worden teruggevonden in Bijlage A. 7 De topiclijst is bijgevoegd in bijlage x van deze rapportage

14 De focusgroepen vonden plaats op het MBO-college waar de studenten studeren. De werving voor de focusgroepen is in samenwerking met de verschillende colleges uitgevoerd. De focusgroepen duurden ongeveer 1,5 uur. Als dank voor hun tijd en deelname ontvingen alle respondenten een cadeaubon Enquête Als laatste stap in dit onderzoek is een enquête uitgezet onder alle studenten van het ROC van Amsterdam en Flevoland. Studenten is per gevraagd om de enquête in te vullen, en ook is de enquête uitgezet via de lessen burgerschap. De enquête is zo ontwikkeld dat hij binnen tien minuten in te vullen was, en bevatte zodoende vooral meerkeuzevragen. Net als in de focusgroepen is in de vragenlijst aandacht gegeven aan behoeftes ten aanzien van internationalisering, ervaringen met internationaliseringsactiviteiten, intercultureel bewustzijn en diversiteit op het ROC van Amsterdam en Flevoland. De enquêtevragen zijn bijgevoegd in bijlage B. In hoofdstuk 2 worden de resultaten van de enquête weergegeven. Hier volgt vast een beschrijving van de responsgroep. Respons In totaal hebben 2282 studenten de vragenlijst ingevuld. In tabel 1 wordt het aantal respondenten per college weergegeven. Tabel 1: Op welk MBO College zit jij? Colleges ROCvA/ROCvF Aantal Percentage MBO College Noord 83 3,6% MBO College Zuid 209 9,2% MBO College Zuidoost 138 6,0% MBO College Centrum 222 9,7% MBO College Westpoort 175 7,7% MBO College West ,7% MBO College Airport ,3% MBO College Amstelland 145 6,4% MBO College Almere Poort 154 6,7% MBO College Almere Buiten 202 8,8% MBO College Lelystad 110 4,8% MBO College Hilversum ,0% Totaal ,0% 14

15 Meer dan de helft van de respondenten zit in het eerste jaar van hun opleiding. In tabel 2 wordt de respons per leerjaar weergegeven. Tabel 2: In welk jaar van jouw opleiding zit jij? Colleges ROCvA/ROCvF Aantal Percentage Eerste jaar ,1% Tweede jaar ,2% Derde jaar ,8% Vierde jaar 66 2,9% Anders, namelijk: 46 2,0% Totaal ,0% De meerderheid van de respondenten is tussen de 16 en 19 jaar: 68,1% valt in deze leeftijdscategorie. Iets minder dan een kwart van de respondenten (23,2%) is tussen de 20 en 24 jaar, en 8,7% van de respondenten is 25 jaar of ouder. Figuur 1 Wat is jouw leeftijd? (n=2276) 9 25 jaar en ouder 8,7% 20 tot en met 24 jaar 23,2% 16 tot en met 19 jaar 68,1% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% De respondenten is ook gevraagd naar het niveau en de leerweg die zij volgen. De meeste respondenten (67,9%, 1549) doen een opleiding van niveau 4. De leerweg die de meeste respondenten volgen is BOL: 81,4% (1857) van de respondenten volgt deze leerweg. 9 Er waren zes vreemde antwoorden die niet meegerekend zijn wegens het vermoeden dat deze een typefout zijn. 15

16 Tabel 3: welk niveau en leerweg volg jij? Niveaus en leerwegen Aantal Percentage Niveau ,3% Niveau ,1% Niveau ,8% Niveau ,9% Totaal niveau % BOL ,4% BBL ,6% BOL/BBL 68 3,0% Totaal leerweg % De respondenten is ook gevraagd in welke sector de opleiding die zij volgen zit. Omdat de sectoren per college verschillen, wordt deze verdeling in de hoofdstukken per college getoond. Ten slotte is aan de respondenten gevraagd met welke culturen zij zich identificeren. Op deze vraag waren meerdere antwoorden mogelijk. Gemiddeld per respondent zijn 1,62 culturen aangekruist. De Nederlandse cultuur is door 84,4% (1925) van de respondenten gekozen. Hiernaast zijn nog 1761 andere antwoorden aangekruist. De verdeling hiervan staat weergegeven in figuur 2. Figuur 2 Met welke cultuur identificeer jij je? *MR (figuur toont niet antwoord Nederlands ) Marokkaanse 15,5% Somalische Irakese Iraanse Afghaanse 2,1% 2,9% 2,4% 2,5% Surinaamse 17,5% Turkse 12,4% Anders 21,9% 0% 10% 20% 30% 16

17 3 Internationalisering op het ROCvA/ROCvF In dit hoofdstuk worden de resultaten getoond op het niveau van het ROC van Amsterdam en Flevoland, waarvoor de data van alle colleges als één geheel genomen is. In hoofdstuk 3 worden de resultaten per college weergegeven. Dit hoofdstuk is opgebouwd in vier thematische secties waarin de deelvragen van het onderzoek behandeld worden. In elke sectie worden allereerst de resultaten van de mentimeter en focusgroepen besproken en vervolgens de resultaten van de enquête. Elke sectie sluit af met een deelconclusie. In sectie 2.1. wordt ingegaan op de perspectieven van studenten met betrekking tot internationalisering en intercultureel bewustzijn (deelvraag 1). Vervolgens wordt in sectie 2.2. ingegaan op ervaringen van studenten met huidige internationaliseringsactiviteiten, en op de manieren waarop studenten internationalisering terugzien in het huidige onderwijs (deelvraag 1 en 2). In sectie 2.3. worden de behoeftes van studenten ten aanzien van internationalisering behandeld (deelvraag 3). In sectie 2.4. wordt besproken in hoeverre studenten het ROC van Amsterdam en Flevoland ervaren als een inclusieve omgeving. Dit was geen aparte deelvraag maar is als aparte sectie opgenomen vanwege het belang dat het ROC van Amsterdam hieraan hecht. De resultaten kunnen worden gezien als onderdeel van deelvraag 1 (hoe zien studenten intercultureel bewustzijn terug in het onderwijs?), omdat het gaat over de institutionele cultuur die heerst op het ROCvA/ROCvF. In sectie 2.5. wordt een algemene conclusie van de onderzoeksresultaten weergegeven Studenten over internationalisering en intercultureel bewustzijn In deze sectie staat de eerste deelvraag van het onderzoek centraal: wat verstaan studenten onder internationalisering en intercultureel bewustzijn? In alle drie de onderzoeksmethoden is aandacht geweest voor het perspectief van studenten op deze twee begrippen. In paragraaf worden de resultaten van de mentimeter en focusgroepen besproken, waarna in paragraaf de resultaten van de enquête getoond worden Resultaten mentimeter en focusgroepen Uit de uitkomsten van de mentimeterdagen en focusgroep gesprekken blijkt dat studenten verschillende visies hebben met betrekking tot internationalisering. Uit de twaalf focusgroepen bleken verschillen tussen de colleges, en bij haast elke focusgroep bleek dat meningen van studenten met betrekking tot diverse onderwerpen verdeeld waren. Een meer gedetailleerde analyse van elk focusgroep gesprek volgt in hoofdstuk 3. Hier wordt nu het algemene beeld geschetst dat is ontstaan uit de data die bij alle colleges is verzameld. 17

18 Bij de mentimeter-dagen is alle deelnemende studenten gevraagd wat zij verstaan onder internationalisering. De antwoorden die hierop gegeven werden lopen uiteen van stages, uitwisseling, internationaal, buitenland, internationale bedrijven, verschillende culturen tot aan diversiteit, respect, verschillen, gelijkheid, ruim denken, afkomst, en multiculturele samenleving. Dit duidt erop dat respondenten internationalisering zowel met het buitenland als met de Nederlandse multiculturele en internationaliserende samenleving in verband brengen. Dit blijkt ook uit de focusgroepen. Tijdens de focusgroepen is een aantal interculturele vaardigheden besproken. Hieruit bleek dat voor de meeste deelnemers van de focusgroepen kennis hebben van andere culturen en leren hoe je kan samenwerken met mensen met een andere culturele achtergrond belangrijk is. De onderzoekdata laten zien dat studenten het belang van intercultureel bewustzijn in verband brengen met de diverse en multiculturele samenleving waarin ze leven. Volgens studenten is het van maatschappelijk belang om kennis te hebben van verschillende culturen om miscommunicatie, onbegrip en vooroordelen te voorkomen. Dat Nederland een multiculturele samenleving is maakt het volgens deze studenten nog noodzakelijker om deze kennis te hebben. Daarnaast dient het hebben van kennis van verschillende culturen ook een professioneel belang. Volgens de meeste studenten is deze vaardigheid van belang voor hun opleiding en het kunnen uitoefenen van hun toekomstig beroep. Visies op diversiteit Tijdens de focusgroep gesprekken is aan de deelnemers gevraagd wat zij verstaan onder diversiteit. De antwoorden die hierop gegeven werden kunnen worden samengevat tot: verschillende mensen, culturen, etniciteit en religies. Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat studenten uiteenlopende perspectieven hebben op het begrip diversiteit. Sommige studenten leggen het accent op religieuze, gender- en seksuele diversiteit. Door anderen wordt ook leeftijdsdiversiteit, diversiteit in fysieke en psychische gesteldheid genoemd. Ook het begrip diverse omgeving wordt verschillend geïnterpreteerd. De meest genoemde interpretaties zijn onder meer omgeving met mensen van verschillende achtergronden, leeftijden, geloofsovertuigingen en regio s zoals platteland/dorp versus steden. Sommige studenten geven aan dat je diverse omgeving enerzijds algemeen kan definiëren, maar ook werkspecifiek of beroepsgerelateerd, zoals de beroepscultuur van een bepaalde sector, bedrijf of organisatie. Vermeldenswaardig is dat studenten aangeven dat de diversiteit op school erg verschilt per leerjaar, niveau, en opleiding en dat zodoende ervaringen hiermee erg uiteenlopen. Intercultureel bewustzijn De meeste studenten vinden diversiteit en het op een positieve manier omgaan met diversiteit een vanzelfsprekend en typisch kenmerk van het wonen en studeren in hun stedelijke omgeving. Dit kwam naar voren zowel in de gesprekken bij de MBO colleges van Amsterdam als bij de MBO colleges van Flevoland. Deelnemende studenten geven aan dat het hebben van bepaalde attitudes met betrekking tot diversiteit persoonsgebonden is; bepaalde mensen hebben wel moeite met de diverse omgeving, anderen weer niet. Daarnaast spelen contextuele factoren een rol. Volgens studenten hebben de fysieke en sociale omgeving waarin een persoon opgroeit, maar ook de opleiding of een bepaald vakgebied invloed op de denkwijzen en attitudes van de persoon. Uit het onderzoek blijkt dat studenten bepaalde kernwaarden, principes en attitudes belangrijk vinden voor het kunnen omgaan met diversiteit. Kernwaarden zoals wederzijds respect, laten in eigen waarden, open en eerlijk zijn naar elkaar toe en oprechte vragen stellen aan de anderen vinden studenten relevant voor het omgaan met diversiteit. Tijdens de focusgroepen is aan deelnemers gevraagd of ze nieuwsgierig zijn naar en interesse hebben in het leren over culturen van anderen. Daarnaast is aan respondenten gevraagd in hoeverre zij de culturele achtergrond van vrienden en docenten belangrijk vinden. Uit het onderzoek blijkt dat de meeste deelnemende studenten nieuwsgierig zijn en interesse hebben in culturen van anderen. Ze benadrukken dat het tonen van interesse welgemeend moet zijn en niet bespottelijk moet overkomen bij de ander. 18

19 Uit de focusgroepen bleek verder dat de mate waarin respondenten belang hechten aan de culturele achtergrond van anderen uiteenloopt. Wanneer het gaat om het belang van iemands culturele achtergrond, geven de meeste studenten aan dat iemands culturele achtergrond niet bepalend is voor wie die persoon is. Toch blijkt uit de groepsdiscussies dat culturele achtergrond en herkomst zeker een rol spelen voor sommige studenten in hun beoordeling van anderen en het aangaan van vriendschappen. Ook gaven studenten aan dit in hun klas te zien: groepjes worden toch vaak gevormd met mensen van dezelfde culturele achtergrond. Andere deelnemende studenten, echter, gaven juist aan dat voor hen de culturele achtergrond geen rol speelt bij het aangaan van vriendschappen. Het hebben van vrienden met verschillende culturele achtergronden vinden ze vanzelfsprekend en passen bij de huidige tijd. Bepaalde studenten hebben aangegeven dat ze eerder letten op zaken zoals karakters, gedeelde interesses en hobby s bij het aangaan van vriendschappen. Uit het onderzoek blijken de meningen van deelnemende studenten over het belang van een divers docententeam ook verdeeld. Volgens sommige studenten maakt de samenstelling wel wat uit, omdat ze vinden dat dit invloed kan hebben op de manier van lesgeven. Studenten vinden dat bijvoorbeeld de culturele achtergrond van een docent een verschil kan maken in de manier waarop de docent de taal overbrengt of begrip toont voor een bepaald probleem of het gedrag van de student. Daartegenover vinden sommige studenten dat het wel of niet hebben van een divers docententeam niet uitmaakt. Volgens deze studenten gaat het om de capaciteiten van de docent en dat ze goed lesgeven. De meningen van deelnemende studenten ten aanzien van de scholing die hun college biedt op het gebied van culturele diversiteit lopen uiteen. Een deel van de studenten geeft aan dat ze onvoldoende geschoold worden hierin. Daarnaast zijn er studenten die de scholing in culturen door het ROCvA/ROCvF overbodig vinden. Volgens deze studenten leren ze al op informele wijze van andere culturen, door onder meer de opvoeding die ze krijgen binnen hun multiculturele familie, socialiseren met medestudenten en vrienden of het opgroeien in een diverse woonwijk. Sommige studenten geven aan dat ze al tevreden zouden zijn met lessen die voorzien in een basiskennis van (andere) culturen, terwijl anderen wat meer diepgang of specialistische kennis wensen. Een kleine groep studenten vindt de scholing in interculturele communicatie niet relevant, omdat ze ervan uitgaan dat bepaalde omgangsvormen, principes, waarden en normen zoals respect, beleefdheid, het respectvol met elkaar omgaan algemeen en universeel zijn. Het leren van culturele communicatie en cultuurspecifieke omgangsnormen is dus overbodig, volgens deze studenten Resultaten enquête Middels een aantal vragen is gekeken naar de houding van studenten ten aanzien van andere culturen en culturele diversiteit. Allereerst zijn aan de respondenten vier stellingen voorgelegd die gaan over waardering van en nieuwsgierigheid naar verschillende culturen. Respondenten konden aangeven in hoeverre ze het met deze stellingen eens zijn. De resultaten worden in figuur 3 weergegeven. Wat opvalt aan de resultaten is dat alle stellingen door de meerderheid van de respondenten positief beoordeeld zijn. Zo zegt 68,8% (1570) van de respondenten het belangrijk te vinden om begrip te hebben van de cultuur van medestudenten en 68,9% (1572) van de respondenten geeft aan het te waarderen om medestudenten met verschillende culturele achtergronden te hebben. Voor alle stellingen geldt verder dat een substantieel gedeelte (variërend van ongeveer een kwart tot een derde) van de respondenten neutraal geantwoord heeft. Dit kan erop duiden dat voor (een aantal van) deze respondenten cultuur geen belangrijke factor is omdat ze het niet als belangrijk of bepalend zien voor iemands persoon. Dit is een argument dat in focusgroepen gehoord is. 19

20 Figuur 3 In hoeverre ben jij het eens met onderstaande stellingen? (n=2282)* Ik heb veel vrienden die een andere culturele achtergrond hebben dan ik 13,6% 27,3% 59,1% Ik waardeer het om medestudenten met verschillende culturele achtergronden te hebben 5,8% 25,2% 68,9% Ik ben nieuwsgierig naar de culturele achtergrond van mijn medestudenten 10,9% 33,9% 55,3% Ik vind het belangrijk om begrip te hebben van de cultuur van mijn medestudenten 7,8% 23,4% 68,8% 0% 20% 40% 60% 80% 100% (Helemaal) mee oneens Neutraal (Helemaal) mee eens *Studenten konden bij de stellingen kiezen uit 5 antwoordcategorieën van helemaal eens tot helemaal oneens. In deze grafiek zijn de twee uiterste categorieën samengenomen. Vervolgens is gevraagd in hoeverre respondenten het makkelijk vinden om om te gaan met mensen van diverse culturele achtergronden, en of ze weleens een gesprek voeren met hun vrienden of medestudenten over hun verschillende culturen en/of levensovertuigingen. De resultaten op de eerste vraag laten zien dat een groot merendeel (82,3%) van de respondenten het makkelijk (47%, 1072) of zeer makkelijk vindt (35,3%, 805) om om te gaan met mensen van diverse culturele achtergronden. Slechts 3% (69) van de respondenten geeft aan dit niet makkelijk (2,6%) of helemaal niet makkelijk (0,4%) te vinden. Deze resultaten corresponderen met de uitkomsten van de focusgroep gesprekken, waaruit bleek dat culturele diversiteit voor de meeste studenten een vanzelfsprekendheid is en dat voor veel respondenten de culturele achtergrond van anderen niet bepalend is voor de manier waarop ze de omgang met hen ervaren. 20

21 Figuur 4 In hoeverre vind jij het makkelijk om te gaan met mensen van diverse culturele achtergronden? (n=2282) 60,0% 40,0% 47,0% 35,3% 20,0% 0,0% 14,7% 2,6% 0,4% Zeer makkelijk Makkelijk Neutraal / weet niet Niet makkelijk Helemaal niet makkelijk De meeste respondenten voeren weleens een gesprek met hun vrienden of medestudenten over hun verschillende culturen en/of levensovertuigingen: 52,9% (1207) geeft aan dit vaak (19%) of redelijk vaak (33,9%) te doen en 38,3% (874) geeft aan dit bijna nooit/soms te doen (zie figuur 3). Ook deze resultaten duiden erop dat de meeste respondenten geen moeite hebben met het voeren van gesprekken over hun culturele achtergrond en levensovertuiging, maar dat dit tegelijkertijd voor een substantieel gedeelte van de respondenten niet als een zeer belangrijk onderwerp ervaren wordt. Figuur 5 Heb je weleens een gesprek met jouw vrienden of medestudenten over jullie verschillende culturen en/of levensovertuigingen? (n=2282) 60,0% 40,0% 33,9% 38,3% 20,0% 0,0% 19,0% 7,1% 1,7% Vaak Redelijk vaak Bijna nooit / soms Helemaal nooit Weet niet Deelconclusie Bij de mentimeter-dagen is alle deelnemende studenten gevraagd wat zij verstaan onder internationalisering. De antwoorden die hierop gegeven werden lopen uiteen van stages, uitwisseling, internationaal, buitenland, internationale bedrijven, verschillende culturen tot aan diversiteit, respect, verschillen, gelijkheid, ruim denken, afkomst, en multiculturele samenleving. Dit duidt erop dat respondenten internationalisering zowel met het buitenland als met de Nederlandse multiculturele en internationaliserende samenleving in verband brengen. Dit blijkt ook uit de focusgroepen. Verder blijkt dat studenten ook activiteiten die in Nederland en op hun college worden aangeboden als onderdeel van internationalisering zien. Dit blijkt onder andere uit de antwoorden die respondenten in de enquête gegeven hebben op de vraag met welke mogelijkheden om internationale ervaring op te doen ze bekend zijn. Hierbij refereerden studenten, naast activiteiten in het buitenland, ook aan excursies, studieprojecten, lessen over interculturele communicatie, burgerschapsweken, en andere activiteiten die in Nederland georganiseerd worden. 21

22 Uit de resultaten is gebleken dat de meeste studenten een redelijk niveau van intercultureel bewustzijn hebben. Zo is gebleken dat de meeste studenten bewust zijn van en kennis hebben over diversiteit en van verschillende culturen om hen heen. Daarnaast blijkt dat een groot deel van de studenten nieuwsgierig is en interesse toont in andere culturen, hetzij uit persoonlijke hetzij uit professionele overwegingen. De discussies uit de focusgroep gesprekken laten zien dat deelnemende studenten ook het vermogen hebben om kritisch te observeren en te kijken naar zowel de eigen als naar andere culturen en deze ook te beoordelen en te evalueren. De onderzoeksdata van de focusgroepen laten ook zien dat het bij studenten verder gaat dan alleen op het niveau van interculturele bewustzijn. Hieruit blijkt dat studenten ook de andere drie elementen van interculturele competenties belangrijk vinden. Zo geven deelnemende respondenten aan dat het niet alleen gaat om het hebben van kennis van andere culturen, maar dat het ook belangrijk is om bepaalde kernwaarden, principes en attitudes te hebben. Deze bestaan uit: wederzijds respect, laten in eigen waarden, open en eerlijk zijn naar elkaar toe en oprechte vragen stellen aan de anderen. Dit zijn allemaal waarden, principes en attitudes die studenten relevant vinden voor het omgaan met diversiteit. Echter, deze attitudes zijn persoons- en context gebonden. De resultaten uit de enquête hebben tot slot uitgewezen dat een overgroot deel van de studenten diversiteit belangrijk vindt, evenals het hebben van begrip voor cultuur van medestudenten. De data van de enquête tonen aan dat: a. ruim de helft van de studenten veel vrienden heeft van andere culturele achtergrond; b. ruim twee-derde het waardeert medestudenten met verschillende culturele achtergrond te hebben; c. ruim de helft nieuwsgierig is naar de culturele achtergrond van medestudenten; d. ruim twee-derde het belangrijk vindt begrip te hebben voor de cultuur van medestudenten. De resultaten hebben ook uitgewezen dat ruim de helft van de studenten (redelijk) vaak gesprekken voert over verschillende culturen en levensovertuigingen, terwijl de andere helft (bijna) nooit gesprekken voert over deze onderwerpen Ervaringen studenten huidige internationaliseringsactiviteiten In deze sectie wordt ingegaan op ervaringen die studenten hebben met huidige internationaliseringsactiviteiten (deelvraag 2). Ook in deze sectie worden eerst de resultaten van de mentimeterdagen en de focusgroepen getoond en vervolgens de uitslag van de enquête. De sectie sluit weer af met een deelconclusie Resultaten mentimeter en focusgroepen Tijdens de focusgroepen is aan respondenten gevraagd of ze ervaring hebben met activiteiten op hun college die georganiseerd zijn in het kader van internationalisering. Uit de gesprekken blijkt dat de respondenten van de focusgroepen over het algemeen niet echt veel gemerkt hebben van internationalisering van het onderwijs. Het woord internationalisering roept vragen op en behoeft uitleg. Toch worden tijdens de focusgroepen verschillende activiteiten en vakken genoemd die studenten een internationaal of intercultureel perspectief bieden, en lijkt het dus bij de verschillende opleidingen wel in meer of mindere mate terug te komen in het curriculum. Tijdens de focusgroepen noemen respondenten onder andere vakken over andere culturen, interculturele communicatie, het vak burgerschap, speciale activiteiten over een cultuur of een sociaalmaatschappelijk thema, uitstapjes, en bepaalde modules in vakken die ze volgen. 22

23 Uit de focusgroepen blijkt tevens dat deelnemende studenten veel belang hechten aan de scholing hierin. Het belang van scholing in internationalisering zien studenten in het licht van de toenemende mondialisering, diversifiëring van de Nederlandse samenleving en hun toekomstige beroep en werkomgeving. De focusgroepen maakten duidelijk dat veel respondenten vinden dat een interculturele perspectief en het onderwijzen van interculturele vaardigheden nog onvoldoende in hun opleiding zit. In hoofdstuk 3 wordt hier nader op ingegaan. Respondenten geven aan dat ze het leuk zouden vinden als er meer activiteiten georganiseerd worden die met cultuur en met communicatie te maken hebben, vooral wanneer ze tijdens deze activiteiten ook kennis zouden maken met studenten van andere opleidingen. Uit de focusgroepen bleek verder het belang dat respondenten hechten aan praktijkgericht onderwijs, waarbij dus de vertaalslag gemaakt wordt van theorie naar praktijk. Dit werd ook benadrukt wanneer het ging over internationalisering. Volgens een aantal studenten kunnen de buitenlandse stages beter georganiseerd worden. Ze vinden het aanbod aan stages ook te beperkt. Uit de groepsdiscussies blijkt dat de informatievoorziening over stages en stagebegeleiding per opleiding verschillen Resultaten enquête Ook in de enquête is aandacht besteed aan de ervaringen die respondenten al hebben met internationaliseringsactiviteiten. Hierbij is gekeken naar zowel de mogelijkheden in het buitenland als naar de manieren waarop internationalisering in het onderwijs op hun college geïntegreerd is. Mogelijkheden internationale ervaring Allereerst is een vraag gesteld over bekendheid met mogelijkheden om internationale ervaring op te doen. Hierbij zijn genoemd: stage in het buitenland, studeren in het buitenland, studieprojecten in het buitenland en uitwisseling met buitenlandse studenten. Ook konden studenten aangeven of ze bekend zijn met andere activiteiten. De resultaten laten zien dat een groot gedeelte van de respondenten niet op de hoogte is van dit soort activiteiten. Minder dan de helft van de studenten (46,5%, 1062) is bekend met de mogelijkheid om stage te lopen in het buitenland en slechts 11,6% (264) van de studenten heeft aangegeven bekend te zijn met studeren in het buitenland. Ongeveer ditzelfde percentage (11,9%, 272) geeft aan bekend te zijn met andere activiteiten. Figuur 6 toont de resultaten, en daaronder worden de andere activiteiten die genoemd zijn weergegeven. 23

24 Figuur 6 Ben je bekend met de volgende activiteiten die jouw college organiseert om internationale ervaring op te doen? (n=2282) Stage in het buitenland 46,5% Studeren in het buitenland 11,6% Studieprojecten in het buitenland Uitsisseling met buitenlandse studenten / scholen 10,2% 11,1% Andere activiteiten 11,9% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Zoals voorgaande figuur laat zien gaf 11,9% van de respondenten aan dat ze ook bekend zijn met Andere activiteiten die hun college organiseert om internationale ervaring op te doen. In een open antwoord konden deze respondenten toelichten welke activiteiten dit zijn. Na het analyseren van deze antwoorden zijn ze ondergebracht in zes verschillende categorieën: activiteiten in Nederland; stages in het binnenland; ervaringen in het buitenland; stages in het buitenland; helemaal niks ofwel geen voorbeelden en overige. Opvallend is dat een substantieel gedeelte van de respondenten activiteiten in Nederland en stages in Nederland noemt: dit duidt erop dat studenten ook activiteiten in Nederland ervaren als een manier om internationale ervaring op te doen. Als activiteiten in Nederland noemen studenten een grote verscheidenheid aan activiteiten, waaronder excursies, de burgerschapsweken, projectweken maar ook lessen gericht op andere culturen. Met ervaringen in het buitenland doelen studenten op buitenlandse activiteiten als studiereizen. Studenten die activiteiten formuleerden die nog niet eerder voorkwamen zijn gegroepeerd onder de categorie overig en studenten die geen voorbeelden gaven zijn verzameld in de categorie helemaal niks. In tabel 4 wordt weergegeven hoeveel open antwoorden er in elke categorie gegeven zijn. 24

25 Tabel 4: ANDERS BIJ BEKENDHEID TOTAAL = 252 / 100,0% 10 Categorieën Aantal / Percentage Voorbeelden Activiteiten in Nederland 126 / 50,0% Naar de Tweede kamer; open dagen; projectweken; burgerschapswerken; sportdagen; uitstapjes naar de rechtbank; beurzen bezoeken; lessen op school (zoals lessen intercultureel overbruggen) Stage binnenland 49 / 19,4% Catering en hostess stages; LAN-party; stages bij Media Park; stages bij handhaving; stages bij Schiphol Ervaringen buitenland Helemaal niks Stage buitenland Overig 36 / 14,3% Uitstapjes naar Brussel, Berlijn, Londen, Salamanca, Oberhausen; studiereizen 22 / 8,7% Geen voorbeelden 12 / 4,8% Buitenlandse stages in Parijs en Londen; onvergetelijke ervaring; goed voor eigen ontwikkeling 7 / 2,8% Gastgezin; werken in het buitenland Wanneer studenten aangegeven hebben bekend te zijn met een activiteit, is hun ook gevraagd of ze ervaring hebben met deze activiteit. Een klein gedeelte van de respondenten heeft ervaring met één of meerdere van de activiteiten. Figuur 7 geeft de resultaten per activiteit weer, met daarbij zowel het percentage respondenten ten opzichte van het totale aantal respondenten als het percentage respondenten ten opzichte van degenen die hebben aangegeven bekend te zijn met de activiteit. In totaal hebben 118 respondenten (5,2% van het totaal, n= 2282) stagegelopen in het buitenland. Voor de activiteiten studeren in het buitenland, studieprojecten in het buitenland en uitwisseling met buitenlandse studenten geldt voor elk dat slechts 1% van de respondenten hieraan heeft deelgenomen. Wel zegt 6,1% (139) deelgenomen te hebben aan andere activiteiten. 10 Het totaal aantal gegeven antwoorden is 252, omdat van de 246 studenten 6 studenten meerdere antwoorden hebben gegeven 25

26 Figuur 7 Heb je zelf deelgenomen aan deze activiteiten? (n verschilt per activiteit) Deelgenomen aan activiteit stage in het buitenland Deelgenomen aan activiteit studeren in het buitenland Deelgenomen aan activiteit studieprojecten in het buitenland Deelgenomen aan activiteit uitwisseling met buitenlandse studenten / scholen Deelgenomen aan andere activiteiten 5,2% 11,1% 1,0% 8,3% 1,1% 10,3% 1,1% 9,4% 6,1% 51,1% 0,0% 10,0% 20,0% 30,0% 40,0% 50,0% 60,0% Totaal aantal respondenten Studenten die bekend zijn met Aan respondenten die hebben deelgenomen aan een activiteit is ook gevraagd hoe zij deze activiteit ervaren hebben. Voor de grote meerderheid van studenten is hun internationale ervaring een positieve ervaring geweest. Stage in het buitenland is door 85% (100) van de respondenten (n=118) als heel positief (47%, 55) of positief (38%, 45) ervaren. Studeren in het buitenland is door 82% (18) van de respondenten (n=22) als heel positief (36%, 8) of positief (46%, 10) ervaren. Over het doen van een studieproject in het buitenland laat relatief een grotere groep zich neutraal uit: 42% (10) van de respondenten (n=24) heeft neutraal aangekruist, en de overige 58% (14) heeft heel positief of positief aangekruist. Bij het lezen van deze resultaten is wel van belang in acht te nemen dat de groep studenten die deze laatste activiteiten (studeren en studieprojecten in het buitenland) hebben beoordeeld een stuk kleiner is dan de groep die de stage in het buitenland beoordeeld heeft. Dit betekent dat een klein aantal antwoorden al aanzienlijk effect heeft op de verdeling in percentages. 26

27 Figuur 8 Hoe was jouw ervaring met [activiteit]? (n verschilt per activiteit) Ervaring stage in het buitenland Ervaring studeren in het buitenland Ervaring studieproject in het buitenland Ervaring uitwisseling met buitenlandse scholen / studenten Ervaring andere activiteit 11% 3% 2% 14% 5% 0% 0% 0% 8% 0% 0% 17% 3% 1% 29% 38% 36% 46% 29% 42% 33% 36% 43% 47% 58% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% Heel positief Positief Neutraal Negatief Heel negatief Respondenten konden hun antwoord toelichten: aan de respondenten die een positieve ervaring hebben, is gevraagd waarom het een positieve ervaring was. Respondenten konden maximaal drie redenen noemen. Aan de respondenten voor wie het een negatieve ervaring was, is gevraagd om verbeterpunten voor het ROCvA/ROCvF te noemen. De overgrote meerderheid van de studenten gaf aan dat de internationale activiteit door hen positief werd ervaren. Hun open antwoorden zijn geanalyseerd, en de redenen die studenten gaven zijn ondergebracht in de 6 onderstaande categorieën. 11 De meest voorkomende reden die werd gegeven bij alle internationale activiteiten had betrekking op het kennismaken met andere culturen, talen en landen. Onder deze categorie wordt ook het verbeteren van de kennis met betrekking tot deze onderwerpen verstaan. Tabel 5: Toelichting internationale activiteiten 12 Categorieën Percentage Quote Kennismaking met andere culturen, talen en landen STAGE: 64 / 24,4% STUDEREN: 11 / 21,6% PROJECT: 8 / 18,6% UITWISSELING: 10 / 16,7% Ik heb een nieuwe cultuur leren kennen, ik heb me daar ook zoveel mogelijk aan proberen aan te passen 11 Er waren ook nietszeggend antwoorden of antwoorden die niet te begrijpen waren. Deze zijn niet in één van deze categorieën ondergebracht. 12 De percentages zijn uitgerekend a.d.h.v. het totaal aantal antwoorden per internationale activiteit / de verschillende categorieën. 27

28 De algemene ontwikkeling werd voor alle internationale activiteiten ook vaak genoemd als reden voor de positieve ervaring. In hun open antwoorden gaven respondenten aan dat de internationale ervaring bijgedragen heeft aan hun persoonlijke ontwikkeling, maar ook aan hun ontwikkeling op professioneel terrein. Algemene ontwikkeling STAGE: 49 / 18,7% STU: 4 / 7,8% PRO: 6 / 14% UIT: 4 / 6,7% Zelfontwikkeling Met name bij de categorieën studeren in het buitenland en studieprojecten in het buitenland werd het opdoen van nieuwe sociale contacten veel genoemd als reden voor de positieve ervaring. Onder opdoen van nieuwe sociale contacten wordt verstaan dat studenten nieuwe mensen hebben leren kennen, vrienden hebben gemaakt en hun sociale netwerk hebben verbreed. Nieuwe sociale contacten STAGE: 36 / 13,7% STU: 9 / 17,6% PRO: 7 / 16,3% UIT: 8 / 13,3% Ik heb nieuwe mensen leren kennen Zelfredzaamheid als categorie werd voornamelijk vaak als reden genoemd bij het stage lopen in het buitenland. Onder het begrip zelfredzaam wordt verstaan dat studenten ervaarden dat ze zelfstandiger werden, dat ze leerden omgaan met de vrijheden die ze kregen en dat hun doorzettingsvermogen ontwikkelde gedurende de activiteiten. Zelfredzaam STAGE: 37 / 14,1% Je leert zelfstandig te zijn en STU: 3 / 5,9% PRO: 2 / 4,7% UIT: 1 / 1,7% voor jezelf zorgen. Je staat er uiteraard alleen voor op bepaalde momenten Relatief gelijk verdeeld over de diverse activiteiten werd door studenten internationale werkervaring genoemd. Onder internationale werkervaring wordt verstaan dat studenten hebben leren werken en functioneren binnen een ander werkveld of andere omgeving dan dat ze gewend zijn in Nederland. Internationale werkervaring STAGE: 23 / 8,8% STU: 4 / 7,8% PRO: 3 / 7,0% UIT: 5 / 8,3% Opdoen van werkervaring op een andere manier dan in Nederland De laatste reden die door studenten werd gegeven op de vraag waarom ze hun internationale ervaring als positief bestempelden had betrekking op de goede persoonlijke begeleiding die ze ervaarden tijdens de stage, het studeren, de projecten en de uitwisselingen met het buitenland. Goede persoonlijke begeleiding STAGE: 7 / 2,7% STU: 3 / 5,9% PRO: 2 / 4,7% UIT: 4 / 6,7% Docenten en stagebegeleiders hebben het beste met je voor 28

29 Slechts een kleine minderheid gaf aan de internationale activiteiten als neutraal of als negatief te hebben ervaren. Deze studenten gaven daaropvolgend aan wat hun college zou kunnen verbeteren met betrekking tot de desbetreffende activiteit. Gezien het kleine aantal verbeterpunten per activiteit zijn alle verbeterpunten gezamenlijk gegroepeerd. Ten eerste gaven studenten als verbeterpunt aan dat ze beter begeleid zouden willen worden. Deze begeleiding zou volgens de studenten beter kunnen met betrekking tot het regelen van een verblijfplaats, het onderhouden van contact en betere communicatie met de student. Ten tweede gaven studenten aan dat ze beter contact zouden willen tussen zowel college als ouders als tussen college en stagebedrijf. Als laatste gaven studenten aan dat ze van tevoren beter geïnformeerd zouden willen worden. Internationalisering op school Naast ervaring met internationale activiteiten is gekeken naar de manieren waarop respondenten internationalisering terugzien in het onderwijs op hun college. Allereerst is gevraagd op welke manieren respondenten het opdoen van interculturele vaardigheden terugzien in het onderwijs. Een aantal vaardigheden zijn aan de respondenten voorgelegd en respondenten hadden ook de mogelijkheid om zelf een vaardigheid die zij belangrijk vonden op te schrijven. De voorgelegde vaardigheden zijn gekozen op basis van de beschikbare informatie over het internationaliseringsbeleid van het ROC van Amsterdam en Flevoland en literatuur over interculturele competenties. In welke mate de studenten de vaardigheden belangrijk vinden komt aan bod in sectie 2.3. In deze sectie worden de resultaten getoond op de vraag op welke manieren studenten het opdoen van interculturele competenties in hun opleiding terug zien komen. Figuur 9 en tabel 6 tonen de resultaten op deze vraag. 29

30 Figuur 9 Op welke manier(en) komen de vaardigheden aan bod in jouw opleiding? (n verschilt per vaardigheid) Talenkennis: het kunnen spreken en/of uitdrukken in tenminste 1 internationale taal Het kunnen begrijpen en omgaan met diverse mensen en culturen Kennis hebben van verschillende landen en culturen Mijn communicatie kunnen aanpassen aan verschillende mensen en omgevingen Het kunnen begrijpen van een situatie vanuit meerdere invalshoeken Kennis hebben van verschillende communicatieculturen en -stijlen Anders Gemiddeld per vaardigheid 19,7% 40,2% 28,9% 61,9% 31,2% 17,2% 50,1% 53,7% 28,8% 25,2% 20,3% 44,8% 43,5% 36,3% 25,7% 22,0% 58,5% 56,0% 29,4% 28,3% 18,4% 55,4% 51,2% 34,9% 35,1% 21,1% 46,2% 45,6% 38,6% 36,0% 23,4% 44,7% 38,3% 27,7% 34,0% 20,3% 48,6% 45,3% 36,8% 30,8% 0,0% 10,0% 20,0% 30,0% 40,0% 50,0% 60,0% 70,0% Door speciale activiteiten Samenwerken met medestudenten Kennisoverdracht docenten Praktijkervaring (zoals stage) In (lesmateriaal) van vakken 30

31 Tabel 6: Aantal respondenten en antwoorden per vaardigheid Vaardigheid Aantal respondenten (n) Aantal antwoorden Gemiddeld aantal antwoorden per respondent Talenkennis ,81 Omgaan met diverse culturen ,75 Kennis van diverse culturen ,7 Communicatie aanpassen aan omgeving Begrip situatie meerdere invalshoeken Kennis communicatieculturen en - stijlen , , ,9 Andere vaardigheid ,7 Een aantal punten dat opvalt aan deze resultaten: Voor alle vaardigheden geldt dat er gemiddeld meer dan één antwoord gegeven is (gemiddeld aantal antwoorden per respondent varieert van 1,7 tot 1,95). Dit duidt erop dat respondenten het opdoen van interculturele competenties vaak op meerdere wijzen zien terugkomen in het onderwijs. De twee manieren om interculturele vaardigheden te ontwikkelen die (relatief) het meest gekozen zijn door respondenten zijn samenwerken met medestudenten (gemiddeld door 48,6% van de respondenten gekozen) en praktijkervaring (zoals stage) (gemiddeld door 45,3% van de respondenten gekozen). Dit wijst erop dat dit voor studenten belangrijke manieren zijn om interculturele competenties op te doen. Dit resultaat is ook naar voren gekomen in de focusgroepgesprekken, waarin het samenwerken met verschillende studenten en de rol die docenten hebben in het faciliteren van diverse groepssamenstellingen meermaals genoemd is door de studenten. Ook het belang van praktijkervaring werd herhaaldelijk genoemd in de focusgroepgesprekken. De drie vaardigheden die (relatief) het meest gekozen zijn bij zowel het samenwerken met medestudenten als praktijkervaring (zoals stage) zijn het kunnen aanpassen van de communicatie aan verschillende mensen en omgevingen, het kunnen begrijpen en omgaan met diverse mensen en culturen, en het kunnen begrijpen van een situatie vanuit meerdere invalshoeken. Het samenwerken met anderen en de praktijkervaring lijken hiermee een belangrijke manier te zijn voor studenten om vaardigheden op te doen die draaien om het zich kunnen bewegen in verschillende omgevingen. Het lijkt er tevens op dat studenten dit soort vaardigheden meer leren door doen dan door kennisoverdracht of lesmateriaal. Toch worden de twee manieren kennisoverdracht van docenten en in (lesmateriaal van) vakken ook bij elke vaardigheid door een substantieel gedeelte van de respondenten gekozen als manier om interculturele vaardigheden op te doen. De percentages van kennisoverdracht van docenten liggen tussen de 25,2% (bij het kunnen begrijpen van diverse mensen en culturen) en de 36% (bij kennis van verschillende communicatieculturen en -stijlen), met een gemiddelde per vaardigheid van 30,8%. De percentages van in (lesmateriaal van) vakken liggen tussen de 27,7% (bij de categorie anders) en de 69,1% (bij talenkennis), met een gemiddelde per vaardigheid van 36,8%. 13 Welke vaardigheden hier genoemd zijn door de respondenten komt aan bod in sectie

32 Deelconclusie Respondenten van de focusgroepen waren zich over het algemeen niet bewust van internationalisering van het onderwijs. Het woord internationalisering riep vragen op en behoefde uitleg. Toch werden tijdens de focusgroepen verschillende activiteiten en vakken genoemd die studenten een internationaal of intercultureel perspectief bieden, en lijkt het dus bij de verschillende opleidingen wel in meer of mindere mate terug te komen in het curriculum. Tijdens de focusgroepen noemen respondenten onder andere vakken over andere culturen, interculturele communicatie, het vak burgerschap, speciale activiteiten over een cultuur of een sociaalmaatschappelijk thema, uitstapjes, en bepaalde modules in vakken die ze volgen. Uit de focusgroepen blijkt tevens dat deelnemende studenten veel belang hechten aan de scholing hierin. Het belang van scholing in internationalisering zien studenten in het licht van de toenemende mondialisering, diversifiëring van de Nederlandse samenleving en hun toekomstige beroep en werkomgeving. De focusgroepen maakten duidelijk dat veel respondenten vinden dat een interculturele perspectief en het onderwijzen van interculturele vaardigheden nog onvoldoende in hun opleiding zit. Uit de enquête blijkt dat slechts een klein gedeelte van de respondenten op de hoogte is van mogelijkheden die hun college aanbiedt om internationale ervaring op te doen. Bij het lezen van deze resultaten is het wel belangrijk in acht te nemen dat iets meer dan de helft (53%) van de respondenten eerstejaars studenten zijn. Degenen die wel al ervaring hebben met één van de mogelijkheden om internationale ervaring op te doen hebben dit voor het merendeel ervaren als een positieve ervaring. Het onderzoek laat ook zien dat, alhoewel respondenten niet bekend zijn met de term internationalisering, veel respondenten wel in meer of mindere mate een internationaal perspectief in het onderwijs zien, en in hun opleiding mogelijkheden merken om interculturele vaardigheden op te doen. Aan respondenten is gevraagd op welke manieren ze het opdoen van verschillende interculturele vaardigheden terugzien in het onderwijs. Voor elke vaardigheid geldt dat respondenten deze gemiddeld op meer dan één manier terugzien komen in het onderwijs. De twee manieren om interculturele vaardigheden te ontwikkelen die (relatief) het meest gekozen zijn door respondenten zijn samenwerken met medestudenten (gemiddeld door 48,6% van de respondenten gekozen) en praktijkervaring (zoals stage) (gemiddeld door 45,3% van de respondenten gekozen). Dit wijst erop dat dit voor studenten belangrijke manieren zijn om interculturele competenties op te doen. Dit resultaat is ook naar voren gekomen in de focusgroep gesprekken, waarin het samenwerken met verschillende studenten en de rol die docenten hebben in het faciliteren van diverse groepssamenstellingen meermaals genoemd is door de studenten. Ook het belang van praktijkervaring werd herhaaldelijk genoemd in de focusgroep gesprekken Behoeftes studenten ten aanzien van internationalisering Resultaten mentimeter en focusgroepen In de focusgroepen is respondenten gevraagd naar het belang dat ze hechten aan het opdoen van interculturele vaardigheden. Vier vaardigheden zijn voorgelegd aan deelnemende studenten en hun is gevraagd om twee cijfers te geven aan de vaardigheid, van 0 10: één cijfer voor hoe belangrijk ze hem vinden en één cijfer voor in hoeverre ze vinden dat het onderwijs binnen hun opleiding ze hierin schoolt. De vier vaardigheden zijn: kennis van andere culturen; samenwerken in een divers team; communicatie en talen; werken in het buitenland. De antwoorden die hierop gegeven werden zijn kort samengevat in deze paragraaf. Uit de focusgroepen blijkt dat de behoeftes aan internationalisering divers zijn. Sommige studenten hebben behoefte aan algemene kennis of scholing, terwijl anderen meer behoefte hebben aan vakspecifieke kennis of meer professionele kennis die direct relevant is voor hun werkpraktijk of toekomstig beroep. In hoofdstuk 3 32

33 worden deze verschillende behoeftes meer in detail weergegeven. Hier worden de behoeftes per vaardigheid en kennisgebied behandeld, te beginnen met de mate waarin studenten behoefte ervaren tot scholing over andere culturen. Vaardigheid: Kennis van andere culturen Studenten gaven aan dat het leren over andere culturen onder andere aan bod komt bij het vak burgerschap. Het belang dat studenten hechten aan dit vak is verschillend, alsook de behoeftes over scholing in kennis van andere culturen. Volgens sommige studenten is dit onderdeel irrelevant omdat het te algemeen is en niet veel met de opleiding of het vak te maken heeft. Ook gaan sommige studenten ervan uit dat de iets oudere studenten van het ROCvA/ROCvF reeds een eigen mening van andere culturen hebben gevormd en dat scholing hierin overbodig is. Studenten geven aan dat het interessanter en relevanter zou zijn als culturele scholing was toegespitst op de opleiding, het vak of beroepsgerichter zou zijn. Het creëren van ruimtes voor zelfinitiatieven, zoals culturele activiteiten georganiseerd door en voor studenten, zien studenten ook als een mogelijkheid om kennis over andere culturen te vergaren. Daartegenover vinden sommige studenten kennis over andere culturen belangrijk. De redenen die ze hiervoor geven zijn onder meer dat het relevant is te weten over culturen en religies voor het uitoefenen van hun beroep. Studenten hechten ook belang aan het opdoen van interculturele competenties. Volgens bepaalde studenten kan het ROCvA/ROCvF de diversiteit en diverse omgeving van de colleges aangrijpen als oefenmateriaal om deze competentie te ontwikkelen door onder meer samenwerkingen tussen studenten van diverse achtergronden te stimuleren. Dit zou bijdragen aan het vergroten van hun culturele kennis. Het opzetten van (meer) uitwisselingsprogramma s wordt geadviseerd door studenten. Vaardigheid: Samenwerken in een divers team Over de vaardigheid samenwerken in een divers team wordt door een aantal studenten gezegd dat het belangrijk is omdat je dit later ook in de praktijk zult tegenkomen in een multiculturele samenleving. Bepaalde studenten geven aan dat ze deze vaardigheid niet zo belangrijk vinden, omdat zij dit eigenlijk op informele wijze leren op school. Daartegenover geven sommige studenten aan dat ze de vaardigheid samenwerken in een divers team zeer belangrijk vinden voor een goede samenwerking en voor wederzijds begrip. Leren samenwerken in een divers team zien bepaalde studenten als een hoge prioriteit. Volgens deze studenten is deze vaardigheid van belang voor hun opleiding en het kunnen uitoefenen van hun toekomstig beroep. Veel deelnemers vinden dat ze onvoldoende geschoold worden door hun college in deze vaardigheid. Ze geven aan dat het ROCvA/ROCvF de diversiteit onder studenten kan aangrijpen bij de scholing in deze vaardigheid. De algemene gedachte is wel dat er wel breder gekeken moet worden dan de klas en gedacht moet worden aan uitwisselingen tussen studenten vanuit andere opleidingen of jaarlagen. Vaardigheid: Communicatie en talen Vaardigheden op het gebied van talen en communicatie worden door veel respondenten erg belangrijk gevonden. Volgens sommige studenten zijn deze vaardigheden belangrijk omdat ze goed zijn voor je professionele carrière. Het stelt je in de gelegenheid om te kunnen communiceren of te kunnen werken in het buitenland of in een internationale omgeving. In veel focusgroepen benadrukten respondenten het belang van communicatie, en dan met name manieren van communiceren en de manier waarop je je uitdrukt. Daarnaast is communicatie de sleutel om misverstanden te voorkomen en op te lossen. 33

34 Het leren van verschillende talen achten de studenten ook heel belangrijk, vanwege de meertaligheid van de Nederlandse samenleving, maar ook vanwege de aanwezigheid van anderstalige of meertalige studenten op het ROCvA/ROCvF. Uit de focusgroepen blijkt dat veel studenten niet voldoende tevreden zijn met de scholing die zij ontvangen ter ontwikkeling van deze vaardigheid. Een aantal respondenten vindt het taalaanbod op hun college te beperkt. Volgens bepaalde studenten zou de basis meer versterkt kunnen worden door onder meer facultatief taalvakken aan te bieden. Een alternatief is ook om de taallessen te geven in gemengde klassen van verschillende opleidingen, waardoor je dan ook meteen de diversiteit stimuleert. In bijna alle focusgroepen vonden bijna alle studenten dat het niveau van het onderwijs in Engels te laag. Respondenten gaven aan dat het slechts herhaling van de middelbare school is en dat ze het te weinig spreken. Met betrekking tot communicatie en talen geven sommige respondenten aan het leren over algemene omgangsvormen ook belangrijk te vinden. Respondenten gaven aan dat ze bijvoorbeeld (interculturele) communicatie en het leren over omgangsvormen en etiketten van verschillende culturen belangrijk vinden. Vaardigheid: het kunnen werken in het buitenland Uit de focusgroepen blijkt dat de meningen ten aanzien van de vaardigheid het kunnen werken in het buitenland ook sterk verdeeld zijn. Sommige studenten vinden het kunnen werken in het buitenland minder belangrijk omdat ze het gevoel hebben dat het niet nodig is voor de uitoefening van hun toekomstig beroep. Daartegenover vinden sommige studenten de vaardigheid werken in het buitenland juist belangrijk om zowel persoonlijke als professionele redenen. Persoonlijke kennisverrijking is een reden die studenten hebben genoemd, maar ook de kleinschaligheid van Nederland. Volgens deze respondenten kunnen er meer mogelijkheden zijn in het buitenland en het hebben van deze vaardigheid is belangrijk om daarop in te spelen. Sommige studenten vinden dat ze wel hierin worden geschoold en anderen vinden van niet. Studenten die een voldoende hebben gegeven vinden dat ze wel voldoende ondersteund worden in de vorm van uitleg en het beantwoorden van vragen door hun stagebegeleiders. Volgens studenten ligt het verschil in ervaring aan het type opleiding. Studenten die een lage score hebben gegeven aan dit onderdeel vinden dat ze onvoldoende tot geen informatie, advies of ondersteuning krijgen bij onder meer het lopen van stage in het buitenland. Op het idee van werken in het buitenland reageren de studenten heel wisselend. De meeste respondenten geven aan hier geen interesse in te hebben, maar een aantal geeft aan het wel heel leuk te vinden om internationale ervaring op te doen Resultaten enquête Aan de respondenten is gevraagd in hoeverre ze interesse zouden hebben in één van de genoemde mogelijkheden om internationale ervaring op te doen. Dit is alleen gevraagd over de activiteiten waar respondenten nog niet aan hadden deelgenomen. Uit de resultaten blijkt dat er grote interesse bestaat onder de respondenten om internationale ervaring op te doen. De mogelijkheden die het hoogste scoren zijn stage in het buitenland en studieprojecten in het buitenland. Voor stage geldt dat 66% (1428, n=2164) aangeeft er interesse in te hebben (28,9% redelijk veel, en 37,1% veel). Voor studieprojecten geldt dat 59,9% (1352, n=2258) aangeeft er interesse in te hebben (31,4% redelijk veel, en 28,5% veel). De interesse van de studenten staat dus in contrast met de mate waarin zij tot op heden kennis hebben genomen van de mogelijkheden om deze ervaring op te doen. 34

35 Figuur 10 In hoeverre zou jij interesse hebben in (één van de) genoemde mogelijkheden om internationale ervaring op te doen? (n=verschillend per mogelijkheid) 14 Stage in het buitenland 9,8% 5,1% 19,1% 28,9% 37,1% Studeren in het buitenland 13,2% 9,2% 25,0% 26,8% 25,8% Studieprojecten in het buitenland 9,3% 6,0% 24,9% 31,4% 28,5% Uitwisselingen met buitenlandse studenten / scholen 14,1% 10,5% 27,4% 24,0% 24,0% Andere activiteiten 8,2% 3,7% 47,7% 23,6% 16,8% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Geen interesse Bijna geen interesse Neutraal Redelijk veel interesse Veel interesse Naast behoeftes ten aanzien van internationale ervaring is ook weer gekeken naar behoeftes ten aanzien van Internationalisation at Home. Allereerst is gevraagd aan de respondenten welke interculturele vaardigheden ze belangrijk vinden om te leren op hun opleiding. Uit de resultaten blijkt dat respondenten meerdere interculturele vaardigheden belangrijk vinden: gemiddeld heeft elke respondent meer dan drie (3,37) vaardigheden gekozen, en slechts 3% (68) van de respondenten geeft aan geen van de genoemde vaardigheden belangrijk te vinden. De drie meest gekozen vaardigheden zijn talenkennis (het kunnen spreken en/of uitdrukken in ten minste één internationale taal) (68,4%, 1560), het kunnen begrijpen van en omgaan met diverse mensen en culturen (61,3%, 1398), en kennis hebben van verschillende landen en culturen (60,6%, 1884). 14 Stage in het buitenland: n=2164, studeren in het buitenland: n=2260, studieprojecten in het buitenland: n=2258, uitwisselingen met buitenlandse studenten: n=2258, andere activiteiten:

36 Figuur 11 In hoeverre vind jij het belangrijk de volgende vaardigheden in jouw opleiding te leren? Kruis aan welke vaardigheden jij belangrijk vindt. (n=2282) Talenkennis het kunnen spreken en/of uitdrukken in tenminste 1 internationale taal Het kunnen begrijpen en omgaan met diverse mensen en culturen Kennis hebben van verschillende landen en culturen Mijn communicatie kunnen aanpassen aan verschillende mensen en omgevingen Het kunnen begrijpen van een situatie vanuit meerdere invalshoeken Kennis hebben van verschillende communicatieculturen en -stijlen Geen van deze vaardigheden Anders 3,0% 2,1% 68,4% 61,3% 60,6% 52,1% 49,0% 40,9% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% Aan de respondenten die hebben aangegeven talenkennis belangrijk te vinden, is gevraagd welke talenkennis ze willen opdoen. Spaans is het meest gekozen door de studenten: 66,7% (1041) van de respondenten koos deze taal. Engels volgt op de tweede plek: deze taal is door 52,4% (818) van de respondenten gekozen. Dat Engels minder is gekozen dan Spaans kan komen doordat leerlingen deze taal al krijgen op school en/of omdat veel leerlingen hier al enige kennis van hebben. Tabel 7: Welke talen zou je graag willen leren? (n=1560) Talen Aantal Percentage van N Spaans ,7% Engels ,4% Frans ,8% Duits ,2% Chinees ,3% Arabisch ,8% Russisch ,6% Anders ,0% In totaal zijn 4240 antwoorden gegeven. Dit is gemiddeld 2,71 antwoord per respondent (n=1560) Aan de respondenten is ook gevraagd om aan te geven waarom ze de door hen gekozen vaardigheden belangrijk vinden. Ze konden kiezen uit vijf antwoordopties (meerdere antwoorden mogelijk): betere kwalificatie voor baan, professionele ontwikkeling, verbreden van wereldbeeld, voor het samenleven met anderen, en voor hun persoonlijke ontwikkeling. De resultaten zijn weergegeven in figuur 13. Wat opvalt aan de resultaten: Persoonlijke ontwikkeling is de reden die gemiddeld het hoogste scoort: per vaardigheid geeft gemiddeld 57% van de respondenten deze reden. Gemiddeld het minst hoog scoort de reden betere kwalificatie baan : gemiddeld kiest 37,5% van de respondenten dit antwoord op de vraag waarom ze de gekozen vaardigheid belangrijk vinden. Dit betekent dat een groot gedeelte van de studenten bepaalde vaardigheden belangrijk vinden zonder dat ze er direct effect op hun kwalificatie voor een baan in zien. 36

37 Van alle vaardigheden is talenkennis de vaardigheid die (relatief) het meest gekozen is bij betere kwalificatie voor baan : 60,7% van de respondenten dat deze vaardigheden belangrijk vindt geeft daarbij (onder andere) betere kwalificatie voor baan als reden. Van alle vaardigheden is het kunnen begrijpen van een situatie vanuit meerdere invalshoeken de vaardigheid die (relatief) het meest gekozen is bij de reden professionele ontwikkeling : 59% van de respondenten dat deze vaardigheden belangrijk vindt geeft daarbij (onder andere) professionele ontwikkeling als reden. Professionele ontwikkeling is per vaardigheid gemiddeld door ongeveer de helft (51,4%) van de respondenten gekozen. Dus hoewel de respondenten de vaardigheden niet direct koppelen aan betere kwalificatie baan, zien ze de vaardigheden wel als bijdragen aan hun algemene professionele ontwikkeling. 37

38 Figuur 13 Waarom vind jij de door jou gekozen vaardigheid belangrijk? Kruis aan wat van toepassing is. Meerdere antwoorden mogelijk. Talenkennis het kunnen spreken en/of uitdrukken in tenminste 1 internationale taal 36,7% 47,3% 56,3% 63,1% 60,7% Het kunnen begrijpen en omgaan met diverse mensen en culturen 25,7% 43,8% 45,1% 51,6% 61,5% Kennis hebben van verschillende landen en culturen Mijn communicatie kunnen aanpassen aan verschillende mensen en omgevingen 33,1% 43,4% 55,7% 49,6% 57,6% 35,7% 53,9% 38,4% 64,3% 54,2% Het kunnen begrijpen van een situatie vanuit meerdere invalshoeken 35,8% 32,2% 47,0% 59,5% 58,2% Kennis hebben van verschillende communicatieculturen en -stijlen 36,5% 53,6% 47,4% 55,5% 54,8% Anders 31,9% 38,3% 48,9% 46,8% 59,6% 0,0% 10,0% 20,0% 30,0% 40,0% 50,0% 60,0% 70,0% Betere kwalificatie baan Verbreden wereldbeeld Persoonlijk ontwikkeling Professionele ontwikkeling Voor het samenleven met anderen 38

39 Figuur 14 In hoeverre vind jij dat de door jouw gekozen vaardigheden voldoende aan bod komen in jouw opleiding? Talenkennis 45,1% 27,4% 27,5% 51,9% 24,7% 23,4% 43,3% 25,9% 30,8% 53,0% 29,9% 17,1% Omgaan met diverse mensen en culturen Kennis verschillende landen en culturen Mijn communicatie kunnen aanpassen Begrip situatie meerdere invalshoeken 51,5% 29,1% 19,4% Kennis communicatiestijlen 45,1% 27,4% 27,5% Anders 31,9% 38,3% 29,8% 0% 20% 40% 60% 80% 100% (Ruim) voldoende Neutraal / weet niet (Ruim) onvoldoende Van de vaardigheden waarvan de respondenten hadden aangegeven het belangrijk te vinden deze in hun opleiding te leren, konden de respondenten ook aangeven of ze vinden dat deze vaardigheid voldoende aan bod komt in zijn/haar opleiding. In figuur 14 worden de percentages per antwoord weergegeven. Een aantal punten dat opvalt aan de resultaten: Voor alle vaardigheden geldt dat een kwart tot een derde van de respondenten vindt dat ze onvoldoende of ruim onvoldoende in hun opleiding terugkomen. De grootste minderheid is 30,8%: dit percentage vindt dat de vaardigheid kennis van verschillende landen en culturen ruim onvoldoende of onvoldoende in de opleiding aan bod komt. Daarna volgen de anders vaardigheid met 29,8%, en talenkennis en kennis van communicatievormen en -stijlen, beiden met 27,5% dat vindt dat die vaardigheid (ruim) onvoldoende aan bod komt in de opleiding. De resultaten laten een redelijke verdeling in antwoorden zien: voor elke vaardigheid geldt dat de antwoorden (ruim) voldoende, neutraal, en (ruim) onvoldoende alle drie door een substantieel gedeelte van de respondenten gekozen is, waarbij (ruim) voldoende bij elke vaardigheid behalve de vaardigheid anders het meest gekozen is. Deze verdeling kan erop wijzen dat er grote verschillen zitten tussen de colleges en opleidingen, maar het kan ook zo zijn dat er uiteenlopend gedacht wordt onder de studenten over de mate waarin ze de vaardigheden in hun opleiding terug willen zien. Respondenten zijn het meest tevreden over de vaardigheid Mijn communicatie kunnen aanpassen aan verschillende mensen en omgevingen : deze is door 53% als (ruim) voldoende beoordeeld en door 29,9% als neutraal. Naast de vaardigheden is ook gekeken welke manieren van leren respondenten waardevol vinden. Respondenten hebben een aantal manieren om interculturele vaardigheden op te doen kunnen beoordelen. De voorgelegde manieren zijn gekozen op basis van de resultaten van de focusgroep gesprekken en op basis van beschikbare informatie over internationalisering op het ROC van Amsterdam en Flevoland. De resultaten worden in figuur 15 en tabel 8 weergegeven. Een aantal punten dat opvalt aan de resultaten: De hoge beoordeling over de gehele line valt direct op. Voor elk van de manieren geldt dat ze door meer dan 70% van de respondenten als waardevol (redelijk of zeer waardevol) beoordeeld zijn. Hierbij is speciale vakken of cursussen over interculturele vaardigheden met 72,9% door relatief het kleinste aantal respondenten als waardevol beoordeeld. 39

40 Net als bij de vraag over manieren waarop respondenten internationalisering in het onderwijs zien (zie sectie , figuur 9) springen praktijkervaring (door 89,7% als waardevol beoordeeld) en het samenwerken met medestudenten (door 85,3% als waardevol beoordeeld) eruit als waardevolle manieren om interculturele vaardigheden op te doen. Daarnaast springt ook de manier het gewone dagelijkse contact met mijn medestudent eruit. Deze is door 84,2% door de studenten als waardevol (redelijk of zeer waardevol) beoordeeld. Dit kwam ook naar voren tijdens focusgroep gesprekken. In deze gesprekken gaven veel respondenten aan dat de omgeving op hun college zo divers is dat het omgaan met mensen van diverse achtergronden een vanzelfsprekendheid wordt. Hier gaan we in de volgende sectie nog meer op in. Figuur 15 Hoe waardevol vind jij de volgende manieren om op jouw college interculturele vaardigheden op te doen? Docenten uit het buitenland of docenten met buitenlandse ervaring Speciale activiteiten, zoals workshops of conferenties Het gewone dagelijkse contact met mijn medestudenten Het samenwerken met mijn medestudenten Aandacht van docenten voor cultuur en diversiteit Speciale vakken of cursussen over interculturele vaardigheden Aandacht voor interculturele vaardigheden in vakken die ik volg Weet niet/ geen mening Redelijk waardevol Praktijkervaring (zoals stage) 3,4% 4,4% 2,5% 5,2% 12,5% 4,0% 5,2% 4,8% 3,1% 10,6% 2,1% 2,9% 9,6% 2,2% 4,5% 13,8% 3,8% 6,7% 4,3% 6,0% 15,2% 16,1% 11,3% 3,3% 23,8% 27,3% 42,7% 35,5% 33,7% 41,2% 42,7% 41,5% 47,0% 38,3% 33,8% 44,1% 29,0% 43,9% 52,1% 65,9% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% Zeer waardevol Niet zo waardevol 40

41 Tabel 8: Hoe waardevol vind jij de volgende manieren om op jouw college interculturele vaardigheden op te doen? Talen Helemaal niet / niet zo waardevol Redelijk waardevol / zeer waardevol Praktijkervaring (zoals stage) 6,9% 89,7% Docenten uit het buitenland of docenten met buitenlandse ervaring 16,5% 78,2% Speciale activiteiten, zoals workshops of conferenties 20,0% 74,9% Het gewone dagelijkse contact met mijn medestudenten 12,7% 84,2% Het samenwerken met mijn medestudenten 11,8% 85,3% Aandacht van docenten voor cultuur en diversiteit 17,6% 77,9% Speciale vakken of cursussen over interculturele vaardigheden 20,4% 72,9% Aandacht voor interculturele vaardigheden in vakken die ik volg 14,6% 79,4% Onderwijs of praktijk? Tijdens de focusgroep gesprekken ontstond regelmatig discussie over de rol van het ROCvA/ROCvF in het waarborgen van respect voor diversiteit en het doceren van interculturele competenties. Aan de ene kant gaven de respondenten tijdens de focusgroepen aan belang te hechten aan de rol van het ROCvA/ROCvF hierin, aan de andere kant bleek uit de gesprekken dat de studenten het omgaan met diversiteit zagen als iets dat ze automatisch leren in hun dagelijkse praktijk, omdat hun omgeving zo divers is. Uit de gesprekken bleek dat de studenten ook verdeeld waren over de mate waarin ze overtuigd zijn dat het ROCvA/ROCvF überhaupt in staat zou zijn om studenten te onderwijzen als het gaat om intercultureel bewustzijn. Er werd genoemd dat het van belang is dat de colleges er aandacht aan besteden, maar ook dat ze geen actievere rol hoeven te spelen omdat het vanzelf gaat en de school er uiteindelijk toch weinig invloed op heeft. In de enquête zijn twee stellingen voorgelegd die gaan over dit discussiepunt. Allereerst de stelling Door mijn dagelijks omgang met anderen kan ik goed omgaan met diversiteit, en vervolgens de stelling Mijn college hoeft geen aandacht te besteden aan diversiteit want dat leer ik al in mijn dagelijks leven. Opvallend is het verschil in antwoorden op de twee stellingen. Waar meer dan de helft van de respondenten (63,4%) het eens is (helemaal mee eens of mee eens) met de stelling Door mijn dagelijkse omgang met anderen kan ik goed omgaan met diversiteit, is slechts een minderheid (29,4%) het eens met de stelling Mijn college hoeft geen aandacht te besteden aan diversiteit want dat leer ik al in mijn dagelijks leven. Het percentage dat het oneens is met deze tweede stelling is tevens groter: 30,9% van de respondenten geeft aan het hier mee oneens te zijn, waar slechts 11% van de respondenten het oneens is met de eerste stelling. Deze resultaten illustreren de resultaten die ook uit de focusgroepen naar voren komen: enerzijds geven respondenten aan dat het omgaan met diversiteit onderdeel is van hun dagelijkse praktijk en dat het daarom, tot op zekere hoogte, een vanzelfsprekendheid is. Anderzijds blijkt er onder de respondenten toch behoefte te bestaan aan aandacht in het onderwijs voor het omgaan met diversiteit. 41

42 Figuur 16 Kun je bij elke stelling aangeven of je het er mee eens of oneens bent? (n=2282) Door mijn dagelijkse omgang met anderen kan ik goed omgaan met diversiteit 3,2% 7,8% 25,6% 46,1% 17,3% Mijn college hoeft geen aandacht te besteden aan diversiteit want dat leer ik al in mijn dagelijks leven 5,8% 25,1% 39,1% 22,7% 6,7% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Helemaal mee oneens Mee oneens Neutraal Mee eens Helemaal mee eens Het belang van internationalisering volgens studenten Na de vragen over mogelijkheden om internationale ervaring op doen en over Internationalisation at Home, is aan respondenten gevraagd in hoeverre ze internationalisering van het onderwijs in algemene zin belangrijk vinden. De resultaten laten zien dat heel veel studenten internationalisering als belangrijk zien: 77,6% (1769) van de respondenten (n=2282) geeft aan het ofwel zeer belangrijk (35,4%, 807) ofwel belangrijk (42,2%, 962) te vinden. Slechts een zeer kleine minderheid van 4% (91) van de respondenten geeft aan het ofwel helemaal niet belangrijk (1,4%, 32) ofwel niet belangrijk (2,6%, 59) te vinden. Figuur 17 In algemene zin, in hoeverre vind jij internationalisering van het onderwijs belangrijk? (n=2282) Zeer belangrijk 35,4% Belangrijk 42,2% Neutraal 18,5% Niet belangrijk 2,6% Helemaal niet belangrijk 1,4% 0% 10% 20% 30% 40% 50% Aan de respondenten is met een open vraag ook gevraagd om toelichting te geven op hun keuze. Deze open antwoorden zijn geanalyseerd. Op basis van de analyse is een aantal terugkerende onderbouwingen en argumentaties te onderscheiden. In de open antwoorden van de groep respondenten die aangaf internationalisering zeer belangrijk of belangrijk te vinden zijn in totaal 1849 frequent terugkomende opvattingen gevonden. Deze terugkerende opvattingen zijn geschaard onder 7 categorieën: Bevorderen van samenleven met anderen (450, 24,3%) Toekomstige werkveld of baan (315, 17%) 42

43 Belangrijk voor algemene ontwikkeling (483, 26,1%) Meekomen in een globaliserende wereld (140, 7,6%) Verbreding van wereldbeeld (140, 7,6%) Overige (321, 17,4%) Een veel voorkomende reden gegeven door studenten heeft betrekking op het bevorderen van samenleven met anderen. Hieronder kan worden verstaan: het minder oordelen, goed kunnen samenwerken met anderen, meer begrip voor elkaar krijgen, het zich kunnen aanpassen aan elkaar en het kunnen inleven in een ander. Antwoorden van studenten Het samenleven met anderen ( 450 keer gegeven, 24,3% van het totaal) Omdat je door middel van internationalisering de culturen van andere mensen leert kennen, krijg je een beter beeld van andere mensen. Ook kan je daardoor meer begrip tonen tegenover andere mensen. De Nederlandse samenleving is nu internationaal en zeer divers met verschillende culturen. Het is goed dat je andere culturen begrijpt en niet in je eigen bubbel blijft leven. Tegenwoordig heb je in Nederland te maken met veel culturen en ik vind het belangrijk voor onze samenleving dat iedereen daar ook iets van af weet en informatie over krijgt. Tegenwoordig hebben we snel een mening over iets en oordelen we snel over mensen of dingen. Daar moet verandering in komen en ik denk dat dit een van die dingen kan zijn die daar verandering in kan brengen. De Nederlandse samenleving is nu internationaal en zeer divers met verschillende culturen. Omdat er in Amsterdam veel verschillende talen worden gesproken en er veel verschillende culturen zijn, dan is het handig om ze te verstaan en te begrijpen. Omdat in de tegenwoordige tijd wij niet meer met één cultuur leven en het ook heel interessant is om meer te leren over de rest van de wereld, om zo je keuzemogelijkheden te verbreden. We leven in een multiculturele maatschappij. Wel handig als je jezelf kan verplaatsen in een andere cultuur. We zijn een maatschappij waar veel culturen samenkomen. Om goed met anderen om te kunnen gaan, moet je dit leren. Het is niet alleen goed voor je persoonlijke ontwikkeling en je carrière, maar ook voor de samenhang met buitenlanders. Om je ervaring en je wereldbeeld te verbreden zodat je je beter kan aanpassen aan de mensen en je je ook beter kan inleven zodat je een betere werknemer en collega wordt. We leven in een enorm diverse samenleving. Alleen door begrip kun je verbinden en kijken naar oplossingen. Daarnaast vind ik het van groot belang dat iedereen vloeiend Engels kan spreken, aangezien dit toch wereldwijd de meest begrepen taal is. 43

44 Een tweede veel voorkomende reden genoemd door studenten is hun toekomstige werkveld of een toekomstige baan. Deze categorie is onder te verdelen in twee subcategorieën, namelijk het toekomstige werk in een internationale werkomgeving (in het buitenland) en het toekomstige werk in een multiculturele/internationale werkomgeving in Nederland. Antwoorden van studenten Toekomstige werkveld of een toekomstige baan (315 keer gegeven, 17% van het totaal) In het werk dat ik wil gaan doen, maatschappelijke zorg, is het belangrijk dat je veel weet van culturen en de communicatie daarin. Ik ga veel mensen tegenkomen met een andere cultuur. Op school kan ik mij hierin ontwikkelen en op stage hiermee oefenen Omdat je in de horeca veel te maken gaat hebben met verschillende nationaliteiten. Veel bedrijven gaan steeds meer internationaal werken, dus het is belangrijk om daar mee om te kunnen gaan. Internationaal competent zijn maakt mensen kansrijker op de (inter)nationale arbeidsmarkt waar de concurrentie toeneemt. Internationaal competent zijn is voor iedereen belangrijk, ongeacht opleidingsniveau of beroepskeuze. Zeker in de sector ICT is het belangrijk om met verschillende bevolkingsgroepen samen te kunnen werken. Samen staan we sterk in deze snel veranderende wereld. Elke dag hebben we meer contact met het buitenland door middel van sociale media et cetera. Ik vind internationalisering van het onderwijs belangrijk omdat het een eis is in veel beroepen dat je kunt communiceren met het buitenland. Dit is ook een van de redenen dat ik talen leren zo belangrijk vind. Nederland wordt steeds internationaler. Zo kom ik op mijn werk/stage met meerdere nationaliteiten in aanraking, dus is het fijn om op de juiste wijze om te gaan met de patiënt. Omdat ik het belangrijk vind dat je tijdens het begeleiden van mensen, een situatie uit verschillende perspectieven moet kunnen bekijken. Daarvoor is het dus handig om de levensovertuigingen van verschillende culturen en religies te kennen. Studenten voorbereiden op het werken in een internationale of interculturele omgeving is naar mijn mening van fundamenteel belang. Studenten hebben hiermee rijkere kennis van zaken, hebben meer werk-/studiemogelijkheden doordat de drempel lager ligt om in het buitenland te studeren en/of te werken. 44

45 Door het grootste gedeelte van de respondenten wordt aangegeven dat internationalisering belangrijk is voor de verbetering van hun kennis of voor hun algemene ontwikkeling. Studenten geven aan dat ze het belangrijk vinden om middels meer aandacht voor internationalisering in het onderwijs meer te weten te komen over zowel andere culturen, talen als het buitenland. Ook verwezen respondenten naar het belang voor hun algemene en persoonlijke ontwikkeling. Ook studenten die het begrip ontwikkeling niet verder specificeerden zijn onder deze categorie geschaard. Antwoorden van studenten Verbetering kennis en algemene ontwikkeling (483 keer gegeven, 26,1% van het totaal) Het is belangrijk om je continu te ontwikkelen en internationalisering in het onderwijs helpt daarbij enorm. Zodat je je beter kan ontwikkelen. En dat gaat vooral om zelfstandigheid, voor jezelf opkomen, ontwikkelingen in verschillende culturen en je leert verschillende talen. Het helpt voor een bredere persoonlijke kennis en ontwikkeling, uitdagingen en netwerken. Het is belangrijk voor zowel in de maatschappij als zelfontwikkeling. We leven in een wereld waarin internationalisering niet is weg te denken, als je de vaardigheid niet bezit zal je achterlopen in ontwikkeling voor jezelf en de anderen om je heen in een internationale opleiding. Omdat naar mijn mening internationalisering bijdraagt aan de sociale ontwikkeling. Ook gaven respondenten aan dat het belangrijk is voor een globaliserende wereld. Daarmee wordt onder andere bedoeld dat in deze globaliserende wereld de grenzen vervagen, dat iedereen in aanraking komt met andere landen en nationaliteiten en dat bedrijven steeds meer internationaal gaan opereren. Wanneer studenten aangaven dat ze internationalisering belangrijk vonden voor de toekomst in het algemeen werden zij ook binnen deze categorie onderverdeeld. Antwoorden van studenten Verbetering kennis en algemene ontwikkeling (483 keer gegeven, 26,1% van het totaal) Omdat er een steeds grotere mate van globalisering plaatsvindt. Omdat we in een wereld leven die steeds meer met elkaar verbonden raakt, dus hier moeten we ook mee om kunnen gaan. Ik vind internationalisering in het onderwijs erg belangrijk, omdat we steeds meer gaan werken en communiceren met andere landen. Omdat tegenwoordig je overal in de wereld met elkaar in connectie staat, dus ook met mensen die andere talen spreken. 45

46 Ten vierde wordt verbreding van het wereldbeeld door studenten gegeven als reden. Onder de categorie verbreding van mijn wereldbeeld kan worden verstaan dat studenten vinden dat internationalisering in het onderwijs ervoor zorgt dat ze leren vanuit verschillende invalshoeken naar bepaalde zaken te kijken en dat ze verschillende visies en perspectieven leren aannemen. Antwoorden van studenten Verbreding van het wereldbeeld (140 keer gegeven, 7,6% van het totaal) Zodat wij als leerlingen van het MBO (ROCvA) meer leren en meer breder de wereld in kunnen kijken. Omdat het erbij hoort, zo leer je ook andere dingen van iemands perspectief. Het is belangrijk om dingen vanaf verschillende kanten te kunnen bekijken. Doordat je meer bezig bent met het verder kijken dan alleen jouw culturele omgeving, krijg je een beter beeld over hoe de rest van de wereld in elkaar zit. Het is heel fijn om meer kennis te krijgen over dingen waar je eerst misschien niet aan dacht. Ook is het zo dat internationalisering in een opleiding zorgt voor een beter voorbereidde toekomst. Je hebt nu meer kanten die je op zou kunnen gaan door het bijvoorbeeld opdoen van ervaringen. Zo verbreed je je horizon. Ik vind dit belangrijk omdat de student zo meer leert over andere culturen en zodat je niet wereldvreemd bent. Omdat je in de wereld veel meer hebt dan het gene dat wij kennen, en het is altijd fijn/mooi meegenomen als je kan leren van een student uit een ander land. Het verbreedt je wereldbeeld, en wie weet kom je iets nieuws tegemoet waar je eerder nooit aan gedacht had. En ik vind het belangrijk dat meer mensen meerdere talen kunnen spreken, want dat is uiteindelijk wel in jouw voordeel. Als je alleen van je eigen cultuur houdt, houd je alleen ruimte open voor discriminatie. Antwoorden van studenten die niet precies te plaatsen waren in bovenstaande categorieën zijn verzameld in de categorie overige. Ook antwoorden van studenten die onduidelijk of nietszeggend waren zijn in deze categorie opgenomen. Open antwoorden neutraal, niet belangrijk en helemaal niet belangrijk In de open antwoorden gegeven door respondenten die niet belangrijk of helemaal niet belangrijk hadden geantwoord, zijn vijf meermaals gegeven onderbouwingen te onderscheiden. Een aantal respondenten (26) geeft aan dat ze er geen belangstelling voor hebben of internationalisering niet zien als prioriteit in het onderwijs. Zo zeggen respondenten dat ze hier niet mee bezig zijn, het onnodig vinden, gewoon hun diploma willen halen, of dat het hen gewoon niet zo interesseert. Ook geven respondenten (6) aan dat het niet belangrijk is voor hun toekomstige werk. Zo zegt een student: Omdat ik in Nederland woon, en van plan ben om in Nederland een baan te krijgen. Dit geldt hoogstwaarschijnlijk voor de meerderheid van de studenten. Natuurlijk kan het zeer nuttig zijn om internationale kennis op te doen ivm onderwijs, maar persoonlijk zal ik hier geen prioriteit van maken. Een aantal (7) respondenten geeft aan te vinden dat internationalisering optioneel zou moeten zijn. Zo zegt één student: Ik vind dat het een keus moet zijn of je er mee bezig bent. Ten slotte wijst een aantal (7) respondenten in het antwoord op het belang van het behouden van de Nederlandse identiteit. Zo zegt één respondent: Ik ben van mening dat alle 'buitenlanders' zich aan moeten passen aan de Nederlandse cultuur en ik heb geen behoefte aan een multiculturele samenleving. Een ander zegt: Ik ben überhaupt de enige in mijn klas en een van de weinige van mijn opleiding die Hollands is. Volgens mij zijn wij al genoeg geïnternationaliseerd. Laten we eerst 46

47 allemaal fatsoenlijk Nederlands leren praten. De meesten kunnen dit nog niet eens. De grootste groep (45) geeft geen duidelijke onderbouwing bij hun antwoord. In de open antwoorden gegeven door respondenten die neutraal hadden geantwoord, komen voor een groot gedeelte dezelfde onderbouwingen terug als in de open antwoorden van respondenten die belangrijk of heel belangrijk geantwoord hebben. Hiernaast komt terug dat respondenten internationalisering belangrijk maar niet noodzakelijk vinden. Zo zegt een respondent: Het is niet per sé van essentieel belang voor een goede educatie maar je kunt het wel gebruiken voor je algemene ontwikkeling Deelconclusie Zowel uit de focusgroepen als de enquête blijkt dat studenten internationalisering om meerdere redenen belangrijk vinden. De grote meerderheid van respondenten geeft aan intercultureel bewustzijn belangrijk te vinden, en ziet tevens het opdoen van interculturele vaardigheden zoals kennis van culturen en landen, het kunnen omgaan met cultuurverschillen, en het samenwerken in een divers team als belangrijk. Ook interculturele communicatie en het leren van talen vinden veel studenten belangrijk. In bijna alle focusgroepen komt naar voren dat respondenten het niveau van Engels op hun college te laag vinden. Het belang van internationalisering zien studenten in het licht van hun persoonlijk ontwikkeling, de multiculturele samenleving, een globaliserende wereld en hun toekomstige werkveld. In de enquête scoorde persoonlijke ontwikkeling gemiddeld het hoogste als reden om het opdoen van interculturele vaardigheden belangrijk te vinden. Maar respondenten geven ook professionele ontwikkeling, verbreden van het wereldbeeld, het samenleven met anderen, en een betere kwalificatie voor baan als redenen om interculturele vaardigheden belangrijk te vinden. Respondenten zijn over het algemeen redelijk tevreden over het aan bod komen van gekozen vaardigheden, hoewel bij elke vaardigheid toch rond een kwart van de respondenten vinden dat het (ruim) onvoldoende aan bod komt. De meeste verbetering zit in kennis verschillende landen en culturen: ruim 3 op de 10 studenten vonden dit niet voldoende aan bod komen. Verder blijkt uit de focusgroepen een verscheidenheid aan specifieke behoefte onder studenten. Waar sommige studenten aangeven behoefte te hebben aan algemene kennis en scholing, bijvoorbeeld op het gebied van communicatie, geven anderen juist aan meer vakspecifieke en/of professionele kennis nodig hebben die relevant is voor hun werkpraktijk of beroep. De meningen van studenten ten aanzien van het leerproces dat moet bijdragen aan het intercultureel bewustzijn zijn ook verdeeld. Een deel van de studenten acht het formele leerproces via scholing van ROCvA/ROCvF belangrijk, terwijl een ander deel meer waarde en belang hecht aan het informele leerproces. Volgens laatstgenoemde groep studenten is formele scholing in intercultureel bewustzijn overbodig omdat ze het al op een informele manier leren via het samenwerken en aangaan van relaties met anderen. Uit de enquête komt praktijkervaring (zoals stage) heel duidelijk naar voren als meest waardevolle manier om interculturele vaardigheden op te doen, maar ook aandacht in vakken, het dagelijkse contact en het samenwerken met medestudenten werden bijvoorbeeld vaak als (zeer) waardevol beoordeeld Inclusiviteit en diversiteit op het ROCvA/ROCvF Resultaten mentimeter en focusgroepen Uit de mentimeter en de focusgroepen blijkt dat een groot deel van de studenten het ROCvA/ROCvF als open en inclusief ervaart. Dit staven ze onder meer door toelatingseisen op basis van vooropleiding, dus niet op basis van persoonlijke kenmerken of cultuur. De meeste studenten geven aan dat iedereen op school hetzelfde behandeld 47

48 wordt en dat er ruimte is voor verschillende culturen. Sommige studenten merken dat het ROCvA/ROCvF rekening houdt met cultuurverschillen doordat bijvoorbeeld halal vlees wordt aangeboden in de kantine en er rekening gehouden wordt met sport tijdens de ramadan. Sommige studenten geven aan dat het ROCvA/ROCvF ook ruimte biedt aan alle mensen. In de gesprekken is hierbij ook gesproken over mensen met diverse seksuele geaardheid. Een aantal respondenten heeft aangegeven dat ze openlijk uit kunnen komen voor hun seksuele geaardheid. Tegelijkertijd laten de focusgroep discussies laten zien dat niet alle studenten het idee hebben dat alle studenten gelijk worden behandeld op school. In deze context wordt gesproken over de rol van docenten. Een aantal studenten heeft het gevoel dat de culturele achtergrond van docenten invloed kan hebben op de manier waarop de docent omgaat met de studenten en dat sommige docenten dus niet iedereen hetzelfde behandelen of begrip kunnen opbrengen voor bepaalde behoeftes van de studenten. Tijdens de mentimeter is een stelling voorgelegd: Het ROC biedt ruimte aan alle mensen en culturen. De resultaten zijn tijdens de focusgroepen besproken. Deze stelling is op alle colleges positief beoordeeld, en respondenten in de focusgroepen konden zich over het algemeen wel vinden in die uitslag. In een aantal gesprekken kwam naar voren dat studenten het belangrijk dat het ROCvA/ROCvF meer aandacht heeft voor generatieverschillen dan voor culturele verschillen. Met betrekking tot het rekening houden met culturele diversiteit geven respondenten aan dat studenten hier zelf ook een actieve rol in kunnen hebben, door het bijvoorbeeld bespreekbaar te maken wanneer ze behoefte aan iets hebben in verband met hun cultuur. Jezelf zijn Uit de mentimeter en de focusgroepen blijkt dat het merendeel van studenten het gevoel heeft dat ze zichzelf kunnen zijn op hun college. Volgens studenten spelen een aantal persoonlijke en/of contextuele factoren een rol bij dit gevoel, zoals de klas en de sfeer in de klas, persoonlijkheid van de student en in hoeverre studenten de omgeving als vertrouwd ervaren. Toch komen een aantal factoren terug die een negatieve impact hebben op het jezelf kunnen zijn op school. Genoemd zijn onder andere: te strenge kledingvoorschriften en een sfeer van roddelen en pestgedrag in de klas. Ook het maken van seksistische opmerkingen, ongelijke behandeling en niet serieus genomen worden als student kunnen een negatief effect hebben op het gevoel van studenten. Daarnaast gaat het bij studenten ook over onderwerpen en thema s van gesprek. Studenten vinden dat ze zich niet altijd op hun gemak voelen om bepaalde onderwerpen te bespreken, zoals het geloof of Zwarte Piet. Het gesprek kan volgens hen ontaarden in discussies en botsingen. Ze vinden dat media ook een belangrijke rol spelen bij de vorming van beeldvormingen en vooroordelen. Volgens studenten heeft het ROCvA/ROCvF onvoldoende aandacht voor dit soort problemen en/of heeft het ROCvA/ROCvF geen concreet beleid hoe om te gaan met dit soort problemen. Toch stelt een groot aantal respondenten ook, sprekend over de rol van de school in het waarborgen van een inclusieve sfeer, dat de school hier maar beperkte invloed op heeft: het ligt ook erg bij de studenten zelf. Vraagstukken diversiteit In veel focusgroepen werd benoemd dat studenten met eenzelfde etnische en culturele achtergrond naar elkaar toetrekken, dus groepsvorming op basis van etnische, religieuze en culturele achtergronden. Er zijn groepjes autochtonen en allochtonen op het ROCvA/ROCvF. Bepaalde studenten vinden dit fenomeen zorgwerkend, terwijl anderen dit als uiting van vrije keuze of van je zelf zijn op het ROCvA/ROCvF ervaren. In dit verband is ook gesproken over de rol die docenten hierin kunnen spelen. In een aantal gesprekken noemden respondenten voorbeelden van docenten die ervoor zorgden dat er telkens andere en diverse groepssamenstellingen gemaakt werden in de klas. Respondenten gaven aan dat dit bijdraagt aan een positieve groepsdynamiek. Naast culturele diversiteit werd tijdens de focusgroepen over diversiteit op het gebied van gender, leeftijd en seksuele geaardheid gepraat. De groepsdiscussies laten zien dat studenten kennis en ervaring hebben met zowel positieve als minder positieve kanten van diversiteit. In een aantal gesprekken gaven vrouwelijke respondenten 48

49 aan dat ze weleens geconfronteerd worden met gendergerelateerde vraagstukken op het ROCvA/ROCvF. Deze respondenten, vooral verbonden aan technische opleidingen op het ROC, hebben aangeven dat ze weleens geconfronteerd worden met seksistische opmerkingen van medestudenten en/of ervaren dat ze anders of ongelijk worden behandeld of minder serieus genomen worden door bepaalde docenten. Daarnaast ervaren studenten de omgeving van de technische opleidingen binnen het ROCvA/ROCvF als een omgeving waar macho - gedrag vertoond wordt. Enkele studenten, vooral studenten met een andere seksuele oriëntatie of in hun transgenderfase, voelen zich oncomfortabel in die omgeving. Een ander onderwerp dat in een aantal focusgroepen naar voren kwam betreft generatieverschillen tussen studenten. Studenten geven aan dat er verschillen zijn tussen jonge en volwassen studenten, bijvoorbeeld in houding en mate van zakelijkheid Resultaten enquête Aan de respondenten is de stelling voorgelegd Op mijn college wordt voldoende rekening gehouden met diversiteit. Opvallend is dat de grootste groep respondenten neutraal antwoordt op deze stelling. Dit is anders dan de resultaten van de mentimeter en van de focusgroep gesprekken, die er beide op duiden dat de meerderheid van de studenten hun college als een inclusieve omgeving ervaart, waar voldoende rekening gehouden wordt met diversiteit. Wel is een kleine minderheid (11,1%, 253) van de respondenten het oneens (9,1%) of helemaal oneens (2%) met de stelling. Figuur 18 Op mijn college wordt voldoende rekening gehouden met diversiteit (=2282) 50,0% 45,0% 40,0% 35,0% 30,0% 25,0% 20,0% 15,0% 10,0% 5,0% 0,0% 2,0% Helemaal mee oneens 9,1% 42,6% 37,9% 8,5% Mee oneens Neutraal Mee eens Helemaal mee eens Diversiteit in het docententeam Uit de focusgroepen bleek dat veel respondenten waarde hechten aan diversiteit in het docententeam. Hoewel de meeste respondenten aangaven dat ze hun docenten vooral op kwaliteit beoordelen, vonden ze het tegelijkertijd positief dat het docententeam divers is. In de focusgroepen werden verder uiteenlopende oordelen gegeven over de manier waarop docenten omgaan met diversiteit. Sommige respondenten gaven voorbeelden van docenten die, huns inziens, bepaalde studenten voortrokken of studenten anders behandelden vanwege een bepaalde culturele achtergrond. Andere respondenten gaven aan dit nooit gemerkt te hebben, en respondenten gaven juist voorbeelden van de positieve rol die docenten kunnen spelen in het bevorderen van omgang tussen verschillende groepen mensen in de klas. In de enquête zijn twee gesloten vragen over docenten gesteld. Allereerst hebben studenten de stelling Ik hecht waarde aan diversiteit in het personeel van mijn college, in het bijzonder in het docententeam kunnen beoordelen. Opvallend is wederom het grote aantal respondenten dat neutraal antwoordt: 46,5% van de respondenten (1060, n=2282) heeft neutraal aangekruist. Ongeveer een tiende van de respondenten (10,8%, 248) 49

50 geeft aan geen waarde te hechten aan diversiteit in het personeel en docententeam op hun college. De overige studenten (42,7%, 974) hechten wel waarde aan diversiteit in het personeel en docententeam van hun college: 33,2% (757) is het eens met de stelling, en 9,5% (217) is het helemaal eens met de stelling. Figuur 19 Ik hecht waarde aan diversiteit in het personeel van mijn college, in het bijzonder in het docententeam (n=2282) 50,0% 45,0% 40,0% 35,0% 30,0% 25,0% 20,0% 15,0% 10,0% 5,0% 0,0% 2,6% Helemaal mee oneens 8,2% 46,5% 33,2% Aan de respondenten is ook gevraagd hoe ze vinden dat docenten omgaan met diversiteit. Op deze vraag antwoorden de respondenten positief. De meerderheid van respondenten (60,2%, 1373) geeft aan dit zeer goed (14,8%, 337) of goed (45,4%, 1036) te vinden. Iets meer dan een derde (34,5%, 788) van de respondenten heeft neutraal geantwoord en slechts 5,4% (121) van de respondenten heeft niet echt goed (4,3%, 97) of helemaal niet goed (1,1%, 24) aangekruist. Figuur 20 Hoe vind jij dat docenten op jouw college omgaan met diversiteit? (n=2282) 9,5% Mee oneens Neutraal Mee eens Helemaal mee eens Zeer goed 14,8% Goed 45,4% Neutraal/weet niet 34,5% Niet echt goed 4,3% Helemaal niet goed 1,1% Deelconclusie 0% 10% 20% 30% 40% 50% Uit de mentimeter en de focusgroepen is gebleken dat een groot deel van de studenten het ROCvA/ROCvF als open en inclusief ervaart. De meeste studenten geven aan dat iedereen op school hetzelfde behandeld wordt en dat er ruimte is voor verschillende culturen. Sommige studenten merken dat het ROCvA/ROCvF rekening houdt met cultuurverschillen doordat bijvoorbeeld halal vlees wordt aangeboden in de kantine en er rekening gehouden wordt met sport tijdens de ramadan. Sommige studenten geven aan dat het ROCvA/ROCvF ook ruimte biedt aan alle mensen. In de gesprekken is hierbij ook gesproken over mensen met diverse seksuele geaardheid. Een aantal respondenten heeft aangegeven dat ze openlijk uit kunnen komen voor hun seksuele geaardheid. 50

Workshop Internationalisation at home. Frans van Hoek 15 November 2016

Workshop Internationalisation at home. Frans van Hoek 15 November 2016 Workshop Internationalisation at home Frans van Hoek 15 November 2016 Inleiding Doel workshop Definities Beleid en activiteiten gericht op Int@home Stellingen en discussievragen Wie zitten er in de zaal?

Nadere informatie

Maatschappelijke vorming

Maatschappelijke vorming toelichting Hoe kan de school de leerling helpen om zich te ontwikkelen tot een actieve, verantwoordelijke en sociale burger? Een belangrijke taak van de school is om leerlingen voor te bereiden op hun

Nadere informatie

Informatie over de deelnemers

Informatie over de deelnemers Tot eind mei 2015 hebben in totaal 45558 mensen deelgenomen aan de twee Impliciete Associatie Testen (IATs) op Onderhuids.nl. Een enorm aantal dat nog steeds groeit. Ook via deze weg willen we jullie nogmaals

Nadere informatie

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY - eindrapport - Y. Bleeker MSc (Regioplan) dr. M. Witvliet (Regioplan) dr. N. Jungmann (Hogeschool Utrecht) Regioplan Jollemanhof

Nadere informatie

Daar zouden we het vaker over moeten hebben. Inleiding Simultaan

Daar zouden we het vaker over moeten hebben. Inleiding Simultaan Daar zouden we het vaker over moeten hebben. Onderzoek naar interculturele competenties van onderwijsmedewerkers (Judith de Beer. Erasmus Universiteit Rotterdam. april 2006) Inleiding De titel daar zouden

Nadere informatie

FORMULIER STRATEGISCHE THEMA S OPLEIDING [NAAM]: INSTITUUT: (G)OC: INSTITUUTSDIRECTEUR: DATUM:

FORMULIER STRATEGISCHE THEMA S OPLEIDING [NAAM]: INSTITUUT: (G)OC: INSTITUUTSDIRECTEUR: DATUM: FORMULIER STRATEGISCHE THEMA S OPLEIDING [NAAM]: INSTITUUT: (G)OC: INSTITUUTSDIRECTEUR: DATUM: De (G)OC heeft als formele wettelijke vastgelegde taak het adviseren over de OER en het jaarlijks beoordelen

Nadere informatie

Huiswerkbegeleiding. Hoe ervaren ouders huiswerkbegeleiding, hoe zetten zij dit in en welke rol speelt de school hierin?

Huiswerkbegeleiding. Hoe ervaren ouders huiswerkbegeleiding, hoe zetten zij dit in en welke rol speelt de school hierin? Huiswerkbegeleiding Hoe ervaren ouders huiswerkbegeleiding, hoe zetten zij dit in en welke rol speelt de school hierin? 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 Conclusies 8 Resultaten 1. Zetten ouders huiswerkbegeleiding

Nadere informatie

Rapport Consumentenonderzoek 2016 Keurmerk Klantgericht Verzekeren

Rapport Consumentenonderzoek 2016 Keurmerk Klantgericht Verzekeren Rapport Consumentenonderzoek 2016 Keurmerk Klantgericht Verzekeren Stichting toetsing verzekeraars Datum: 8 februari 2016 Projectnummer: 2015522 Auteur: Marit Koelman Inhoud 1 Achtergrond onderzoek 3 2

Nadere informatie

obs Jaarfke Torum 15 9679 CL Scheemda Postbus 60 9679 ZH Scheemda 0597 592524 jaarfke@planet.nl

obs Jaarfke Torum 15 9679 CL Scheemda Postbus 60 9679 ZH Scheemda 0597 592524 jaarfke@planet.nl obs Jaarfke Torum 15 9679 CL Scheemda Postbus 60 9679 ZH Scheemda 0597 592524 jaarfke@planet.nl 1 Actief burgerschap en sociale integratie: Door de toenemende individualisering in onze samenleving is goed

Nadere informatie

Eindrapportage AVV Nieuwe cao Kunsteducatie. 28 november 2018, Utrecht

Eindrapportage AVV Nieuwe cao Kunsteducatie. 28 november 2018, Utrecht Eindrapportage AVV Nieuwe cao Kunsteducatie 28 november 2018, Utrecht Auteurs Anouk Menko Lisette van Leeuwen Dit onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van AVV: De Democratische Vakbond 2018 Labyrinth

Nadere informatie

Ontwerpeisen internationalisering t.b.v. Social Work onderwijsinnovatie (juli, 2016) Jolanda Berends en Peter Hendriks

Ontwerpeisen internationalisering t.b.v. Social Work onderwijsinnovatie (juli, 2016) Jolanda Berends en Peter Hendriks Ontwerpeisen internationalisering t.b.v. Social Work onderwijsinnovatie (juli, 2016) Jolanda Berends en Peter Hendriks Introductie: internationalisering Onder internationalisering van het Sociaal Werkonderwijs

Nadere informatie

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016 ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek 2014 mei 2016 1 Arbeidsmarktplatform

Nadere informatie

Evaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement

Evaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement Evaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement Deelprogramma voor wijkverpleegkundigen en ouderenadviseurs die opgeleid worden tot casemanager SamenOud R. Brans April 2013 Inhoud

Nadere informatie

Landelijk cliëntervaringsonderzoek

Landelijk cliëntervaringsonderzoek Landelijk cliëntervaringsonderzoek Monitor Januari t/m december 2016 Ons kenmerk: 17.0010587 Datum: 22-09-2017 Contactpersoon: Rosan Hilhorst E-mail: Contractbeheer@regiogv.nl Inhoud 1. Inleiding... 3

Nadere informatie

Dorpsschool Rozendaal 7 februari 2014

Dorpsschool Rozendaal 7 februari 2014 Dorpsschool Rozendaal 7 februari 2014 Managementrapportage Scholengemeenschap Veluwezoom wil periodiek meten hoe de tevredenheid is onder haar belangrijkste doelgroepen: leerlingen, ouders, leerkrachten

Nadere informatie

Studenten lerarenopleiding. In gesprek over de inhoud van het onderwijs

Studenten lerarenopleiding. In gesprek over de inhoud van het onderwijs Studenten lerarenopleiding In gesprek over de inhoud van het onderwijs 1 Algemeen Doe mee en praat mee! Antwoord of reactie op deze vraag? Dé landelijke dialoog over ons onderwijs en de toekomst. Deel

Nadere informatie

OBS A.M.G. Schmidt 7 februari 2014

OBS A.M.G. Schmidt 7 februari 2014 OBS A.M.G. Schmidt 7 februari 2014 Managementrapportage Scholengemeenschap Veluwezoom wil periodiek meten hoe de tevredenheid is onder haar belangrijkste doelgroepen: leerlingen, ouders, leerkrachten en

Nadere informatie

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016 Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016 Beginmeting 2014 Portret samenwerkingsverband P029 Opdrachtgever: ministerie van OCW Utrecht, september

Nadere informatie

Maatschappelijke vorming

Maatschappelijke vorming toelichting Hoe kan de school de leerling helpen om zich te ontwikkelen tot een actieve, verantwoordelijke en sociale burger? Een belangrijke taak van de school is om leerlingen voor te bereiden op hun

Nadere informatie

Schoolportret samenwerkingsverband Roermond. vo- docenten over Passend onderwijs (vmbo tot en met gymnasium)

Schoolportret samenwerkingsverband Roermond. vo- docenten over Passend onderwijs (vmbo tot en met gymnasium) Schoolportret samenwerkingsverband Roermond vo- docenten over Passend onderwijs (vmbo tot en met gymnasium) Schoolportret samenwerkingsverband Roermond vo- docenten over Passend onderwijs (vmbo tot en

Nadere informatie

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs.

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs. ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs april 2016 1

Nadere informatie

Zeeland / West- Brabant

Zeeland / West- Brabant Arbeidsmarkt- en stageonderzoek procestechnische opleidingen Zeeland / West- Brabant 2015 Inhoudsopgave 1 Onderzoeksopzet... 3 1.1 Respons... 3 2 Stage- en leerwerkplaatsen... 4 2.1 Verdeling over de sectoren...

Nadere informatie

Proeve van Bekwaamheid. Terugblikken en vooruitkijken (3) Crebonummer 93500. Opleiding Onderwijsassistent Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

Proeve van Bekwaamheid. Terugblikken en vooruitkijken (3) Crebonummer 93500. Opleiding Onderwijsassistent Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL Proeve van Bekwaamheid Terugblikken en vooruitkijken (3) Crebonummer 93500 Opleiding Onderwijsassistent Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE Kwalificatiedossier 2012-2013 2 Inhoudsopgave

Nadere informatie

21 ste eeuw vaardigheden in democratisch basisonderwijs

21 ste eeuw vaardigheden in democratisch basisonderwijs 21 ste eeuw vaardigheden in democratisch basisonderwijs Een onderzoek naar de visie van ouders Team Flying Rhinos: Anton Neefjes, Anne van Tetering, Bonnie van Dongen, Ilva Veul, Rutger Wassink Opdrachtgevers:

Nadere informatie

Edo ter Maat, Persoons Gebonden Begeleiding

Edo ter Maat, Persoons Gebonden Begeleiding Verslag Clienttevredenheidsonderzoek Zorginstelling ETM: Edo ter Maat, Persoons Gebonden Begeleiding September 2018 Ans Herbers-Swennenhuis Toegepast Psycholoog September 2018 Inhoudsopgave Samenvatting...

Nadere informatie

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt:

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt: Achtergrond Basisschool De Regenboog staat in de wijk Zuid-west in Boekel en valt onder het bestuur van Zicht PO. Evenals de andere scholen onder dit bestuur gaan wij de komende periode vorm geven aan

Nadere informatie

Richtlijnen voor het werken in een multiculturele setting

Richtlijnen voor het werken in een multiculturele setting Richtlijnen voor het werken in een multiculturele setting Quality needs diversity 1. Inleiding Deze richtlijnen zijn een uitwerking van de kernwaarde Ruimte voor talent en groei voor iedereen, onderdeel

Nadere informatie

IMPACTMETING VAN MONEYMATTERS

IMPACTMETING VAN MONEYMATTERS IMPACTMETING VAN MONEYMATTERS IMPACTMETING VAN MONEYMATTERS - eindrapport - Y. Bleeker MSc (Regioplan) dr. M. Witvliet (Regioplan) dr. N. Jungmann (Hogeschool Utrecht) Regioplan Jollemanhof 18 1019 GW

Nadere informatie

Voorbeeld IKC PactMeter Samenvatting

Voorbeeld IKC PactMeter Samenvatting Voorbeeld IKC PactMeter 2015 Samenvatting Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 Pactmeter... 2 Het onderzoek... 2 IJkpunten... 4 Waar zijn we goed in (hoogste waardering)... 4 Waar zijn we minder goed in (laagste

Nadere informatie

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016 Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016 Tussenmeting 2015 Portret samenwerkingsverband P029 Opdrachtgever: ministerie van OCW Utrecht, oktober

Nadere informatie

Aios goed voorbereid op beroepspraktijk

Aios goed voorbereid op beroepspraktijk Home no. 6 December 2017 Eerdere edities Verenso.nl Aios goed voorbereid op beroepspraktijk Overwegend positief over curriculum ouderengeneeskunde 2012-2016 Eveline Bets eveline@tekstvanbets.nl Het NIVEL

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

Burgerschap op het Overbos

Burgerschap op het Overbos Burgerschap op het Overbos Inleiding In de multiculturele samenleving waarin we op dit moment leven, is actief burgerschap steeds belangrijker geworden. Kennis hebben over en respect hebben voor andere

Nadere informatie

Diverser personeel. Mooi, en dan? Dr. Mtinkheni Gondwe

Diverser personeel. Mooi, en dan? Dr. Mtinkheni Gondwe Diverser personeel. Mooi, en dan? Dr. Mtinkheni Gondwe Strategische Beleidsadviseur Team Kennis & Innovatie 16 april 2019 Homogene samenlevingen zijn verleden tijd 2 Reacties op diversiteit Interculturaliteit

Nadere informatie

Rapportage Kindertevredenheidsonderzoek BSO. Datum: mei 2018

Rapportage Kindertevredenheidsonderzoek BSO. Datum: mei 2018 Rapportage Soort rapportage: Schngsrapportage Datum: mei 2018 Opdrachtgever: Schng GOO Dit rapport is opgesteld door DUO Onderwijsonderzoek & Advies in opdracht van Stichting GOO. DUO Onderwijsonderzoek

Nadere informatie

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Onderzoek Passend Onderwijs

Onderzoek Passend Onderwijs Rapportage Onderzoek passend onderwijs In samenwerking met: Algemeen Dagblad Contactpersoon: Ellen van Gaalen Utrecht, augustus 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Liesbeth van der Woud drs. Tanya Beliaeva

Nadere informatie

Wat motiveert u in uw werk?

Wat motiveert u in uw werk? Wat motiveert u in uw werk? Begin dit jaar heeft u kunnen deelnemen aan een online onderzoek naar de motivatie en werktevredenheid van actuarieel geschoolden. In dit artikel worden de resultaten aan u

Nadere informatie

Gap Year onderzoek. 1. Uitkomsten Jongeren

Gap Year onderzoek. 1. Uitkomsten Jongeren Samenvatting Gap Year onderzoek Mei 2012 Gap Year onderzoek In april 2012 hebben het Europees Platform en de Nuffic onderzoek gedaan naar de toekomstplannen van leerlingen na hun eindexamen. De focus van

Nadere informatie

Leerlingtevredenheidsonderzoek

Leerlingtevredenheidsonderzoek Rapportage Leerlingtevredenheidsonderzoek De Meentschool - Afdeling SO In opdracht van Contactpersoon De Meentschool - Afdeling SO de heer A. Bosscher Utrecht, juni 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent

Nadere informatie

In gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst

In gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst In gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst Leraar Schoolleider Bestuurder Doe mee en praat mee! Antwoord of reactie op deze vraag? Dé landelijke dialoog over ons onderwijs en de toekomst.

Nadere informatie

Maatschappelijke Participatie

Maatschappelijke Participatie Maatschappelijke Participatie Marjolein Kolstein September 2016 www.os-groningen.nl BASIS VOOR BELEID 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding van het onderzoek 3 1.2 Doel van het onderzoek 3 1.3 Opzet van het onderzoek

Nadere informatie

De mediawijze adolescent

De mediawijze adolescent De mediawijze adolescent Amber Walraven, 12 november 2014 ITS, Radboud Universiteit Nijmegen 1 Inhoud Wat kunnen adolescenten wel op het gebied van mediawijsheid? Wat kunnen adolescenten niet op het gebied

Nadere informatie

Cultuursurvey. Betrouwbaarheidsonderzoek voor Stichting LeerKRACHT. Maaike Ketelaars Ton Klein

Cultuursurvey. Betrouwbaarheidsonderzoek voor Stichting LeerKRACHT. Maaike Ketelaars Ton Klein Cultuursurvey Betrouwbaarheidsonderzoek voor Stichting LeerKRACHT Maaike Ketelaars Ton Klein Inhoudsopgave 1 Inleiding... 5 2 Eerste voorstel voor de aanpassing van de vragenlijst... 7 2.1 Oorspronkelijke

Nadere informatie

DENKEN OVER TECHNOLOGIE, GEZONDHEID EN ZORG

DENKEN OVER TECHNOLOGIE, GEZONDHEID EN ZORG DENKEN OVER TECHNOLOGIE, GEZONDHEID EN ZORG Colofon Dorien Voskuil en Deirdre Beneken genaamd Kolmer Denken over technologie, gezondheid en zorg In opdracht van: De Haagse Hogeschool Johanna Westerdijkplein

Nadere informatie

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Villa Attent BV Nijverdal. Zorg Thuis Verslagjaar Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Villa Attent BV Nijverdal. Zorg Thuis Verslagjaar Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker Rapport Cliëntervaringsonderzoek Villa Attent BV Nijverdal Zorg Thuis Verslagjaar 2017 Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker Bureau De Bok is CQ-geaccrediteerd door het CIIO 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding...

Nadere informatie

Roeien met de riemen die je hebt Beoordeling interculturele competenties

Roeien met de riemen die je hebt Beoordeling interculturele competenties Roeien met de riemen die je hebt Beoordeling interculturele competenties Ir. Saskia Kreutzer Drs. Jannemieke Geessink Arnhem Business School NUFFIC Workshop Best Practises Roeien met de riemen die je hebt

Nadere informatie

The Daily Mile. Jorien Slot-Heijs Amika Singh. Februari Mulier Instituut. The Daily Mile

The Daily Mile. Jorien Slot-Heijs Amika Singh. Februari Mulier Instituut. The Daily Mile Jorien Slot-Heijs Amika Singh Februari 2019 Mulier Instituut Inhoudsopgave Pagina 1. Inleiding en methode 3 2. 5 2.1 Bekendheid en deelname 6 2.2 Deelnemende scholen 7 2.3 Scholen in overweging 9 2.4 Gestopte

Nadere informatie

Profiel Product Verantwoording. LOB (Loopbaan oriëntatie en begeleiding) Leraren Opleiding. Management & Organisatie

Profiel Product Verantwoording. LOB (Loopbaan oriëntatie en begeleiding) Leraren Opleiding. Management & Organisatie Opdracht: Profiel Product Verantwoording LOB (Loopbaan oriëntatie en begeleiding) Leraren Opleiding Management & Organisatie Naam auteur(s) Vakgebied Bart Deelen M&O Student nr 10761799 Titel Onderwerp

Nadere informatie

Rapportage Onderzoek naar de mening van ouder(s)/verzorger(s) van studenten (tot 23 jaar) van ROC Friese Poort 2015

Rapportage Onderzoek naar de mening van ouder(s)/verzorger(s) van studenten (tot 23 jaar) van ROC Friese Poort 2015 Rapportage Onderzoek naar de mening van ouder(s)/verzorger(s) van studenten (tot 23 jaar) van ROC Friese Poort 2015 ROC Friese Poort mei 2015 Samenvatting Van begin april tot en met begin mei 2015 heeft

Nadere informatie

Onderwijs en vluchtelingenkinderen

Onderwijs en vluchtelingenkinderen Onderwijs en vluchtelingenkinderen Zijn scholen en onderwijsgevenden voldoende toegerust om vluchtelingenkinderen onderwijs te bieden? Een enquête onder onderwijsgevenden van basisscholen, scholen voor

Nadere informatie

Proeve van Bekwaamheid. Begeleiden. Crebonummer: Opleiding Onderwijsassistent Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL NIET KOPIËREN EXAMENBANK PROVE2MOVE

Proeve van Bekwaamheid. Begeleiden. Crebonummer: Opleiding Onderwijsassistent Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL NIET KOPIËREN EXAMENBANK PROVE2MOVE Proeve van Bekwaamheid Begeleiden Crebonummer: 93500 Opleiding Onderwijsassistent Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 2 Inhoudsopgave Inleiding 6 Opdracht 6 Beoordelingsformulier: Opdracht

Nadere informatie

Inclusief IEDEREEN! Hoe het vertrouwen van de burger in de overheid te herstellen.

Inclusief IEDEREEN! Hoe het vertrouwen van de burger in de overheid te herstellen. Inclusief IEDEREEN! Hoe het vertrouwen van de burger in de overheid te herstellen. Anita Hütten / T ik BV, Veghel 2012 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen

Nadere informatie

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF CONTEXT Context Instroom Een bekende, stabiele leef- en leeromgeving. 1 Een herkenbare leef- en werkomgeving. Tussen niveau 1 en 2 is geen verschil in context;

Nadere informatie

Gemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017

Gemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017 Gemeente Nederweert Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 30 juni 2017 DATUM 30 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl

Nadere informatie

DE CLIËNTENRAAD BEOORDEELD. Onderzoek naar de tevredenheid met het functioneren van de cliëntenraad

DE CLIËNTENRAAD BEOORDEELD. Onderzoek naar de tevredenheid met het functioneren van de cliëntenraad DE CLIËNTENRAAD BEOORDEELD Onderzoek naar de tevredenheid met het functioneren van de cliëntenraad DE CLIËNTENRAAD BEOORDEELD Onderzoek naar de tevredenheid met het functioneren van de cliëntenraad -

Nadere informatie

CAO Tuincentra Enquête Onderhandelaarsakkoord Resultaten Utrecht, maart 2016 L. Smulders, MSc G. Zoetendaal, BSc

CAO Tuincentra Enquête Onderhandelaarsakkoord Resultaten Utrecht, maart 2016 L. Smulders, MSc G. Zoetendaal, BSc CAO Tuincentra Enquête Onderhandelaarsakkoord Resultaten Utrecht, maart 2016 L. Smulders, MSc G. Zoetendaal, BSc Dit onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van Alternatief Voor Vakbond Copyright 2016, Labyrinth

Nadere informatie

OBS Kon. Emma 7 februari 2014

OBS Kon. Emma 7 februari 2014 OBS Kon. Emma 7 februari 2014 Managementrapportage Scholengemeenschap Veluwezoom wil periodiek meten hoe de tevredenheid is onder haar belangrijkste doelgroepen: leerlingen, ouders, leerkrachten en OOP-ers.

Nadere informatie

Paper 3 Onderzoeksinstrumenten

Paper 3 Onderzoeksinstrumenten Paper 3 Onderzoeksinstrumenten Auteur: Erik de Vries Gonggrijp September/oktober 2014 1 Inhoudsopgave 1: samenvatting paper 1 blz. 22 2: beschrijving van de onderzoeksmethode blz. 22 Literatuur blz. 28

Nadere informatie

Werkgevers Ondernemers. In gesprek over de inhoud van het onderwijs

Werkgevers Ondernemers. In gesprek over de inhoud van het onderwijs Werkgevers Ondernemers In gesprek over de inhoud van het onderwijs 1 Algemeen Doe mee en praat mee! Antwoord of reactie op deze vraag? Dé landelijke dialoog over ons onderwijs en de toekomst. Deel gedachten,

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie

Wmo-werkplaats Twente. Scholingshandleiding voor cursist en trainer. Samenwerken met vrijwilligers

Wmo-werkplaats Twente. Scholingshandleiding voor cursist en trainer. Samenwerken met vrijwilligers Wmo-werkplaats Twente Scholingshandleiding voor cursist en trainer Samenwerken met vrijwilligers De vrijwilliger als vanzelfsprekende partner in zorg en welzijnswerk juli 2011 Saxion. Alle rechten voorbehouden.

Nadere informatie

RAPPORT OKTOBER Discriminatiemonitor. Midden-Drenthe TRENDBUREAU DRENTHE IS ONDERDEEL VAN CMO STAMM

RAPPORT OKTOBER Discriminatiemonitor. Midden-Drenthe TRENDBUREAU DRENTHE IS ONDERDEEL VAN CMO STAMM RAPPORT OKTOBER 2017 Discriminatiemonitor TRENDBUREAU DRENTHE IS ONDERDEEL VAN CMO STAMM Midden-Drenthe Colofon Titel Discriminatiemonitor Midden-Drenthe Datum Oktober 2017 Trendbureau Drenthe, onderdeel

Nadere informatie

Keuzes binnen MBO en HBO

Keuzes binnen MBO en HBO Keuzes binnen MBO en HBO Auteur: Marlies Rosenbrand, mei 2017 Voor u ligt de samenvatting van de belangrijkste conclusies uit het onderzoek naar de mening van opleiders 1 voor de inrichting van een specifiek

Nadere informatie

Beleving van kata onder judoleraren. Rapport maart 2019

Beleving van kata onder judoleraren. Rapport maart 2019 Beleving van kata onder judoleraren Rapport maart 2019 Auteur: Berber Roorda Titel: Beleving van kata onder judoleraren Afdeling: Nationale Kata Commissie Judo Datum: 15-03-2019 Inhoud 1.Samenvatting...

Nadere informatie

1. Mobiliteitscoach, van idee tot project: Inleiding

1. Mobiliteitscoach, van idee tot project: Inleiding 1. Mobiliteitscoach, van idee tot project: Inleiding De afsluitende bijeenkomst van het Leonardo-project Key to Mobility vond plaats in september 2011. Het resultaat van het project was een trainingscursus

Nadere informatie

Rapportage Onderzoek buitenles

Rapportage Onderzoek buitenles Rapportage Onderzoek buitenles In opdracht van: Contactpersoon: Jantje Beton en IVN Natuureducatie Wilma Nugteren Utrecht, maart 2018 Postbus 681 3500 AR Utrecht Telefoon: 030 263 10 80 e-mail: info@duo-onderwijsonderzoek.nl

Nadere informatie

De toekomst van het vakgebied religie en levensbeschouwing

De toekomst van het vakgebied religie en levensbeschouwing De toekomst van het vakgebied religie en levensbeschouwing Onderzoek onder schoolleiders van openbaar en bijzonder voortgezet onderwijs GERDIEN BERTRAM-TROOST, MARLEEN LAMMERS, ELINE BAKKER, TACO VISSER

Nadere informatie

Rapportage. Keurmerk Klantgericht Verzekeren

Rapportage. Keurmerk Klantgericht Verzekeren Rapportage Keurmerk Klantgericht Verzekeren In opdracht van: Stichting toetsing verzekeraars Datum: 27 januari 2015 Projectnummer: 2014026 Auteurs: Marit Koelman & John Ruiter Index Achtergrond van het

Nadere informatie

Lab to Learn leren met morgen VOORBEELDRAPPORTAGE EDUCHECK VO. EJ"Chec Ra pp. orfa e. Ij IT-workz. liorl

Lab to Learn leren met morgen VOORBEELDRAPPORTAGE EDUCHECK VO. EJChec Ra pp. orfa e. Ij IT-workz. liorl liorl Lab to Learn leren met morgen VOORBEELDRAPPORTAGE EDUCHECK VO EJ"Chec Ra pp orfa e Ij IT-workz LET OP! Dit is een voorbeeldrapportage van de vo versie van de EduCheck waarin slechts enkele pagina

Nadere informatie

Het Jongerenpanel B A S I S V O O R B E L E I D. Evert van der Molen. Kübra Ozisik. Oktober

Het Jongerenpanel B A S I S V O O R B E L E I D. Evert van der Molen. Kübra Ozisik. Oktober Het Jongerenpanel Evert van der Molen Oktober 2017 Kübra Ozisik www.os-groningen.nl Inhoud 1.Inleiding... 2 2. Resultaten... 3 2.1 Respons... 3 2.2 Meedenken... 4 2.3 Wonen in Groningen... 4 2.4 Activiteiten

Nadere informatie

De Onderwijsraad heeft in deze zes kerndoelen geformuleerd waar het primair onderwijs aan moet voldoen inzake Actief Burgerschap:

De Onderwijsraad heeft in deze zes kerndoelen geformuleerd waar het primair onderwijs aan moet voldoen inzake Actief Burgerschap: Actief Burgerschap Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Actief Burgerschap: een nadere kennismaking 3 3. Actief Burgerschap: een doel en een middel 4 4. Actief Burgerschap: Hoe leren we dit aan? 5 5. Actief

Nadere informatie

LIBELLE TESTJE. HOE SCOORT UW OPLEIDING OP DE INTERNATIONALISERINGSMETER? Beta-versie

LIBELLE TESTJE. HOE SCOORT UW OPLEIDING OP DE INTERNATIONALISERINGSMETER? Beta-versie LIBELLE TESTJE HOE SCOORT UW OPLEIDING OP DE INTERNATIONALISERINGSMETER? Beta-versie HU Themabijeenkomst, d.d. 0--07 Disclaimer Deze vragenlijst is opgesteld voor de HU themabijeenkomst over internationalisering

Nadere informatie

ZOMERPEILING: WARMTE, BEESTJES, LELYSTAD EN STIKSTOFBELEID

ZOMERPEILING: WARMTE, BEESTJES, LELYSTAD EN STIKSTOFBELEID Rapport ZOMERPEILING: WARMTE, BEESTJES, LELYSTAD EN STIKSTOFBELEID Onderzoek in opdracht van Milieudefensie augustus 2019 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Piet Heinkade 55 1019 GM Amsterdam

Nadere informatie

NIET KOPIËREN. De leerling en ik EXAMENBANK PROVE2MOVE. Proeve van Bekwaamheid. Crebonummer 93500

NIET KOPIËREN. De leerling en ik EXAMENBANK PROVE2MOVE. Proeve van Bekwaamheid. Crebonummer 93500 Proeve van Bekwaamheid De leerling en ik Crebonummer 93500 Opleiding Onderwijsassistent Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 2 Inhoudsopgave Inleiding 3 Opdracht en Beoordelingsformulier

Nadere informatie

Schoolverlaters uit het Beroepsonderwijs

Schoolverlaters uit het Beroepsonderwijs Schoolverlaters uit het Beroepsonderwijs Digitale en schriftelijk Schoolverlaters - Panelonderzoek 12 WoonWerk Jonna Stasse Woerden, augustus 2006 In geval van overname van het datamateriaal is bronvermelding

Nadere informatie

Door invloed te hebben op de onderwijskwaliteit, leer ik beter, aldus een student uit Noorwegen

Door invloed te hebben op de onderwijskwaliteit, leer ik beter, aldus een student uit Noorwegen Studentbetrokkenheid bij onderwijskwaliteit, een mes dat aan twee kanten snijdt December 2017 Auteur: Marloes van Bussel (NCP EQAVET) Door betrokken te zijn bij onderwijskwaliteit behalen studenten betere

Nadere informatie

Jaarlijks onderzoek onder vrijwilligers 2016

Jaarlijks onderzoek onder vrijwilligers 2016 Jaarlijks onderzoek onder vrijwilligers 2016 Sinds 2012 voert Resto VanHarte een jaarlijks onderzoek uit onder haar vrijwilligers. Dit jaar is er een aparte versie gemaakt voor incidentele vrijwilligers

Nadere informatie

Tevredenheid over start en ontwikkeling op de arbeidsmarkt

Tevredenheid over start en ontwikkeling op de arbeidsmarkt Tevredenheid over start en ontwikkeling op de arbeidsmarkt Hbo ers uit sector Onderwijs vaker tevreden... 2 Tweedegraads lerarenopleidingen hbo en lerarenopleidingen kunst/lo het vaakst tevreden... 4 Afgestudeerden

Nadere informatie

Cursus. Diversiteit in sociaal werk

Cursus. Diversiteit in sociaal werk Cursus Diversiteit in sociaal werk Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteurs: Paulien Klap Inhoudelijke redactie: Floortje Vissers Titel: Factor-E Welzijn

Nadere informatie

Peiling profiel burgemeester 2011

Peiling profiel burgemeester 2011 Peiling profiel burgemeester 2011 Rapportage Afdeling Onderzoek en Statistiek 17 oktober 2011 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 2 2 Uitkomsten... 3 2.1 Welke kenmerken zijn voorgelegd?... 3 2.2 Naar welke eigenschappen

Nadere informatie

Tendensen bevraging docenten

Tendensen bevraging docenten Tendensen bevraging docenten Docenten werden aan de hand van een vragenlijst bevraagd. Het competentieprofiel omgaan met kansarmoede voor lerarenopleiders (zie kader) vormde hiervoor de basis, maar het

Nadere informatie

Startmeting Monitor LOB in het vo. en mbo. Managementsamenvatting Startmeting. Monitor en mbo LOB in het vo

Startmeting Monitor LOB in het vo. en mbo. Managementsamenvatting Startmeting. Monitor en mbo LOB in het vo Managementsamenvatting in het vo Monitor en mbo LOB in het vo en mbo 1 Managementsamenvatting : Stand van zaken Loopbaan Oriëntatie- en Begeleiding in het vo en mbo Uitgevoerd in opdracht van het Expertisepunt

Nadere informatie

ONDERZOEK. Heterogene en homogene klassen 3 H/V

ONDERZOEK. Heterogene en homogene klassen 3 H/V ONDERZOEK Heterogene en homogene klassen 3 H/V In opdracht van: Montessori Lyceum Amsterdam Joram Levison Jeroen Röttgering Lisanne Steemers Wendelin van Overmeir Esther Lap Inhoudsopgave Inhoudsopgave

Nadere informatie

E-Health en de huisarts. Digitaal Stadspanel Rotterdam. Achtergrond. Methode. Contact met de huisarts

E-Health en de huisarts. Digitaal Stadspanel Rotterdam. Achtergrond. Methode. Contact met de huisarts E-Health en de huisarts Digitaal Stadspanel Rotterdam Achtergrond Een taak van de gemeente is het bevorderen van de gezondheid van haar inwoners. In haar nota Publieke Gezondheid 2016-2020 Rotterdam Vitale

Nadere informatie

Thematische behoeftepeiling. Uitkomsten en conclusies van een brede enquête onder patiëntenorganisaties

Thematische behoeftepeiling. Uitkomsten en conclusies van een brede enquête onder patiëntenorganisaties Thematische behoeftepeiling Uitkomsten en conclusies van een brede enquête onder patiëntenorganisaties Inleiding In de komende jaren ontwikkelt de VSOP toerustende activiteiten voor patiëntenorganisaties

Nadere informatie

Lab to Learn leren met morgen VOORBEELDRAPPORTAGE EDUCHECK MBO. EJ"Chec Ra pp. orfa e. Ij IT-workz. liorl

Lab to Learn leren met morgen VOORBEELDRAPPORTAGE EDUCHECK MBO. EJChec Ra pp. orfa e. Ij IT-workz. liorl liorl Lab to Learn leren met morgen VOORBEELDRAPPORTAGE EDUCHECK MBO EJ"Chec Ra pp orfa e Ij IT-workz LET OP! Dit is een voorbeeldrapportage van de mbo versie van de EduCheck waarin slechts enkele pagina

Nadere informatie

Cursus. Creëer een veilig seksueel klimaat

Cursus. Creëer een veilig seksueel klimaat Cursus Creëer een veilig seksueel klimaat Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Annemieke Loos Inhoudelijke redactie: Floortje Vissers Titel: Creëer

Nadere informatie

Jorien Slot-Heijs Amika Singh

Jorien Slot-Heijs Amika Singh Jorien Slot-Heijs Amika Singh Februari 2019 Mulier Instituut 2 Inleiding Jongeren Op Gezond Gewicht werkt aan een gezonde omgeving voor kinderen en jongeren, waaronder de schoolomgeving. Een van de doelen

Nadere informatie

Jaarlijks onderzoek onder vrijwilligers 2015

Jaarlijks onderzoek onder vrijwilligers 2015 Jaarlijks onderzoek onder vrijwilligers 2015 Sinds 2012 voert Resto VanHarte een jaarlijks onderzoek uit onder haar vrijwilligers. Dit jaar is er een aparte versie gemaakt voor incidentele vrijwilligers

Nadere informatie

WAARDERING GEMEENTEBESTUUR KOGGENLAND

WAARDERING GEMEENTEBESTUUR KOGGENLAND WAARDERING GEMEENTEBESTUUR KOGGENLAND Gemeente Koggenland Maart 2016 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Piet Heinkade 55 1019 GM Amsterdam 020-3330670 Rapportnummer 2016/concept Datum Maart

Nadere informatie

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtonen 1) Integratiecampagne

Nadere informatie

Onderwijsassistent niveau 4

Onderwijsassistent niveau 4 examenproducten Onderwijsassistent Onderwijsassistent niveau 4 EXAMENBANK PROVE2MOVE Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Doel 3 4. Dekkingsgraad 3 7. Inhoudelijke wijzigingen per proeve 4 8. Vakkennis en vaardigheden

Nadere informatie

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Uitkomsten BPV Monitor 2016

Uitkomsten BPV Monitor 2016 Uitkomsten BPV Monitor 2016 Landelijke rapportage over de kwaliteit van stages en leerbanen in het mbo Publicatie 7 februari 2017 SBB, Zoetermeer 1 Inleiding Iedere mbo-student volgt een deel van de beroepsopleiding

Nadere informatie

Door Cliënten Bekeken voor Gezondheidscentra Gezondheidscentrum Twekkelerveld

Door Cliënten Bekeken voor Gezondheidscentra Gezondheidscentrum Twekkelerveld Door Cliënten Bekeken voor Gezondheidscentra Gezondheidscentrum Twekkelerveld Dit onderzoek is uitgevoerd door: ARGO Rijksuniversiteit Groningen BV in opdracht van: Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie

Nadere informatie

StudentenBureau Stagemonitor

StudentenBureau Stagemonitor StudentenBureau Stagemonitor Rapportage Mei 2011 1 SAMENVATTING... 3 ERVARINGEN... 3 INLEIDING... 4 ONDERZOEKSMETHODE... 5 RESPONDENTEN... 5 PROCEDURE... 5 METING... 5 DEEL I ANALYSE... 6 1. STAGE EN ZOEKGEDRAG...

Nadere informatie

Nederlands bedrijfsleven: maak faillissementsfraude snel openbaar

Nederlands bedrijfsleven: maak faillissementsfraude snel openbaar Nederlands bedrijfsleven: maak faillissementsfraude snel openbaar Korte peiling over een actueel onderwerp op het gebied van credit management juni 2014 Tussentijdse meting Trendmeter 14 B16475 / juni

Nadere informatie