Ondervoeding bij de geriatrische patiënt de geriatrische patiënt
|
|
- Ferdinand de Graaf
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Home no. 6 December 2014 Eerdere edities Verenso.nl Ondervoeding bij de geriatrische patiënt de geriatrische patiënt Floor Neelemaat, Diëtetiek en Voedingswetenschappen, Interne Geneeskunde, VUmc, Amsterdam Hinke M. Kruizenga, Stuurgroep ondervoeding, Diëtetiek en Voedingswetenschappen, Interne Geneeskunde, VUmc, Amsterdam Andrea B. Maier, Interne Geneeskunde, Sectie Ouderengeneeskunde, VUmc, Amsterdam Marian A.E. de van der Schueren, Diëtetiek en Voedingswetenschappen, Interne Geneeskunde, VUmc, Amsterdam F.Neelemaat@vumc.nl Dit artikel beschrijft recent opgedane kennis en nieuwe ontwikkelingen op het gebied van prevalentie van ondervoeding bij geriatrische patiënten, hun energiebehoefte en de validiteit van veelgebruikte screenings- en diagnostische instrumenten voor het vaststellen van ondervoeding bij geriatrische patiënten in de kliniek en op de polikliniek.
2 Samenvatting Achtergrond en doel Met de vergrijzing neemt ook het aantal ouderen met multimorbiditeit toe. Ondervoeding is bij deze groep een veel voorkomend probleem. Naar de voedingstoestand en voedingsbehoefte(n) van geriatrisch patiënten is nog relatief weinig onderzoek gedaan. Methoden Dit artikel beschrijft recent opgedane ontwikkelingen en nieuwe inzichten op het gebied van de herkenning en behandeling van ondervoeding van de geriatrische patiënt, zoals de prevalentie van ondervoeding, de energiebehoefte van de geriatrische patiënt en de validiteit van veelgebruikte screenings- en diagnostische instrumenten voor het vaststellen van ondervoeding. Resultaten Er zijn diverse ontwikkelingen rondom het voedingsbeleid voor de klinische en poliklinische geriatrische patiënt. Hieruit wordt duidelijk dat ondervoeding een veelvoorkomend probleem is. Conclusie Er valt nog veel te verbeteren in de herkenning en de behandeling van ondervoeding. Intensivering van de samenwerking tussen de tweede lijn en de eerste lijn lijkt daarbij een noodzakelijke voorwaarde om effectief te kunnen zijn. Aanleiding Met de vergrijzing neemt ook het aantal ouderen met multimorbiditeit toe. 1 Ondervoeding is bij deze groep een veelvoorkomend probleem. Nationaal noch internationaal bestaat er consensus over de definitie van ondervoeding. 2 De vele onderzoeken die over het onderwerp zijn gepubliceerd stellen ieder op hun eigen manier vast wat ondervoeding is, maar factoren als Body Mass Index (BMI), onbedoeld gewichtsverlies en verminderde eetlust zijn er vaak in opgenomen. 2 De gekozen definitie beïnvloedt uiteraard de uitkomsten van het onderzoek, evenals de karakteristieken van de populatie. 2,3 Een veelgebruikte definitie voor ondervoeding bij ouderen (> 65 jaar) is een BMI < 20 en/of >5% ongewenst gewichtsverlies in het afgelopen half jaar.
3 Naar de voedingstoestand en voedingsbehoefte(n) van geriatrisch patiënten is nog relatief weinig onderzoek gedaan. 2 Het is zeer aannemelijk dat adequate voeding een bijdrage levert aan het behoud van functie en kwaliteit van leven van de geriatrische patiënt, zeker wanneer deze voedingszorg tegelijk wordt aangeboden met de behandeling van geriatrische syndromen en onderliggende ziekten. 4 De aandacht voor de voedingstoestand van de geriatrische patiënt neemt toe. In 2009 is het Veiligheidsmanagementsysteem (VMS) kwetsbare ouderen in Nederlandse ziekenhuizen geïntroduceerd. Ondervoeding is één van de vier speerpunten waar dit programma zich op richt. Hierbij ligt de focus op implementatie van screening en vroegtijdige behandeling van ondervoeding bij kwetsbare oudere patiënten. Zo kan functieverlies, dat bij 30 tot 60% van de ouderen die opgenomen zijn in het ziekenhuis ontstaat, worden voorkomen. 5 De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft voor de kliniek de (verplichte) prestatie-indicatoren ingevoerd voor screening op ondervoeding (2007) en behandeling van ondervoeding (2008). Daarnaast heeft de IGZ in 2014 screening op ondervoeding voor poliklinische geriatrische patiënten onderdeel gemaakt van de basisset prestatieindicatoren. Het doel is om ondervoeding bij deze populatie terug te dringen door het bevorderen van vroege herkenning, zodat adequate behandeling van ondervoeding in een zo vroeg mogelijk stadium ingezet kan worden. Prevalentie van ondervoeding Algemene oudere populatie Het overgrote deel van de ouderen woont zelfstandig; in Nederland ligt dit percentage rond de 95%. De belangrijkste cijfers over ondervoeding bij ouderen komen voort uit de grote Nederlandse datasets Landelijke Prevalentiemeting Zorgproblemen (LPZ) en de Longitudinal Aging Study Amsterdam (LASA). De prevalentie ondervoeding bij zelfstandig wonende ouderen zonder thuiszorg was de afgelopen jaren 7-12%. 2,6-8 Bij ouderen die thuiszorg ontvangen is de prevalentie ondervoeding aanzienlijk hoger, in de orde van grootte van 35%. De prevalentie van ondervoeding stijgt aanzienlijk met de leeftijd. 7
4 Recent onderzoek in het Haga Ziekenhuis laat zien dat de prevalentie ondervoeding op de polikliniek geriatrie, zoals verwacht, hoger ligt dan de prevalentie binnen de algemene poliklinische populatie. Op basis van de Mini Nutritional Assessment (volledige versie), het diagnostisch instrument dat in deze studie werd gebruikt voor het vaststellen van ondervoeding, had 17% van de geriatrische poliklinische populatie een risico op ondervoeding en was 58% ondervoed. 16 Ondervoeding bij de geriatrische patiënt heeft vrijwel altijd een multicausale oorzaak. De Special Interest Groep (SIG) Ondervoeding van de Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie (NVKG) pleit er dan ook voor om ondervoeding te beschouwen als een geriatrisch syndroom. Dit impliceert dat bij de diagnostiek van ondervoeding niet alleen gekeken moet worden naar het vóórkomen van ondervoeding, maar ook naar mogelijke andere factoren in het somatische, psychische, functionele en sociale domein die ondervoeding kunnen veroorzaken. 17 De hierboven beschreven studie 16 onder poliklinische geriatrische patiënten bevestigt dat ondervoeding vrijwel altijd is geassocieerd met problemen in het somatische, functionele en psychische domein. 18 Hoe meer onderliggende problemen, hoe vaker ondervoeding voorkwam. Ziekenhuis De Gezondheidsraad rapporteerde in 2011 dat ondervoeding onder ouderen die zijn opgenomen in ziekenhuizen een substantieel probleem lijkt te zijn. 2 Afhankelijk van de gekozen criteria om ondervoeding vast te stellen bedraagt het prevalentiecijfer 22 tot 40%. 9,10 De algemene prevalentiecijfers van ondervoeding in het ziekenhuis (niet specifiek ouderen) nemen langzaam af, maar blijven hoog: in 2010 was dit 25% en in %. 11,12 Over prevalentie van ondervoeding bij ouderen die de polikliniek bezoeken waren tot voor kort geen cijfers bekend. Voor de algemene interne polikliniek is beschreven dat de prevalentie van ondervoeding bij ouderen relatief laag is: 6-13% Gezien het grote aantal polikliniekbezoekers komt dit nog steeds neer op duizenden ondervoede patiënten per jaar, van wie een groot aantal niet herkend en behandeld wordt. 13
5 Energiebehoefte geriatrische patiënten Om een zo goed mogelijke inschatting te maken van de voedingsbehoefte van geriatrische patiënten, is het belangrijk hun energieverbruik goed te kunnen benaderen. Bij ouderen neemt, met het toenemen van de leeftijd, de energiebehoefte af door verminderde lichaamsbeweging en verlaagde ruststofwisseling. 19 Het World Health Organization (WHO)-rapport over de energiebehoefte van de mens beschrijft dat het gemiddelde rustmetabolisme voor oudere mannen 1410 kcal/dag is en 1146 kcal/dag voor oudere vrouwen. 20 Bij ziekte kan het rustmetabolisme verhoogd zijn (afhankelijk van de ziekte) en wordt een toeslag tot maximaal 50% geadviseerd. 21 Wanneer er sprake is van ondervoeding wordt een toeslag van 20-40% geadviseerd om (verder) gewichtsverlies tegen te gaan. 22 Het rustmetabolisme kan het meest nauwkeurig benaderd worden met indirecte calorimetrie. Dit is een tijdrovende methode, waarvoor bovendien dure apparatuur nodig is. Er zijn daarom maar weinig instellingen die een indirecte calorimetriemeter in huis hebben. In de praktijk worden daarom vaak formules gebruikt die het rustmetabolisme benaderen, bijvoorbeeld de Harris en Benedict formule. 23,24 Recent is onderzocht hoe nauwkeurig formules voor het inschatten van rustmetabolisme zijn bij ondervoede ouderen in de kliniek. 25 Verschillende formules (waaronder Harris en Benedict) en zogenoemde fixed factors (bijvoorbeeld 25 of 30 kcal/kg lichaamsgewicht) zijn vergeleken met de gemeten ruststofwisseling via indirecte calorimetrie (gouden standaard). Volgens de indirecte caloriemetriemeting hadden de oudere ondervoede mannen een gemiddeld rustmetabolisme van 1631 kcal/dag (SD 306) en oudere ondervoede vrouwen 1331 kcal/dag (SD 236); dat is dus hoger dan de waarden die de WHO rapporteert. Alle toegepaste formules onderschatten in vergelijking met het gemeten rustmetabolisme, waarbij de best schattende formule daar 260 kcal onder zat, en de slechts schattende formule zelfs 531 kcal. De fixed factors deden het nog slechter, die schatten tussen de 305 en 804 kcal onder de gemeten energiebehoefte.
6 Hieruit kan geconcludeerd worden dat formules onvoldoende geschikt zijn voor gebruik bij ouderen opgenomen in de kliniek. Uitgaande van een gemeten gemiddelde ruststofwisseling plus toeslagen voor ziekte en/of ondervoeding (gemiddeld 25-30% toeslag) van ongeveer 1750 kcal voor mannen en 1500 kcal voor vrouwen, zou de beroepsbeoefenaar ook heel pragmatisch kunnen uitgaan van deze minimale energiebehoefte in rust voor ondervoede ouderen. Hier bovenop volgt eventueel een toeslag voor activiteiten en voor grote verliezen (zoals diarree). Omdat ook deze praktische handelswijze slechts een benadering is, bevelen wij aan de oudere vervolgens goed te monitoren. Dit kan bij opgenomen patiënten gestart worden in het ziekenhuis en vervolgens worden overgenomen door, bij voorkeur, een diëtist in de eerste lijn, om veranderingen in voedingsstatus te kunnen evalueren. In de nabije toekomst zal onderzocht moeten worden of deze benadering van de energiebehoefte in de praktijk werkbaar en valide is. Validiteit screeningsmethoden ondervoeding Kliniek en polikliniek Het merendeel van de ondervoede ouderen dat is opgenomen in de kliniek of een bezoek brengt aan de polikliniek wordt nog steeds niet als zodanig herkend en krijgt daarmee niet de optimale voedingsbehandeling. 26,27 Daarom is de vraag welk screeningsinstrument, dat op een gemakkelijke wijze ondervoeding kan detecteren, het meest valide is. Zoals eerder beschreven bestaat er nationaal noch internationaal consensus over de definitie van ondervoeding. De praktijk laat zien dat ondervoeding wordt gedetecteerd door middel van screening of door gebruik te maken van diagnostische instrumenten. Screening op ondervoeding kan snel en eenvoudig met bijvoorbeeld de Short Nutritional Assessment Questionnaires voor ziekenhuizen (SNAQ, gevalideerd in algemene klinische populatie, 28 voor verpleeg- en verzorgingshuizen (SNAQ RC, gevalideerd in algemene verpleeghuispopulatie 29 en voor ouderen in de eerstelijns- en thuiszorg (SNAQ 65+, gevalideerd in populatie thuiswonende ouderen 30, de Malnutrition Universal Screening Tool (MUST, gevalideerd in algemene klinische populatie 31 en de verkorte versie van het Mini Nutritional Assessment (MNA-SF, gevalideerd voor populatie ouderen in allerlei sectoren van de gezondheidszorg. 32
7 Bij een positieve uitslag is verdere diagnostiek nodig. Bij het diagnosticeren van ondervoeding kan gebruik worden gemaakt van instrumenten zoals het Subjective Global Assessment (SGA, gevalideerd in populatie chirurgische en nefrologie patiënten 33 ) en het volledige Mini Nutritional Assessment (MNA, gevalideerd voor populatie ouderen in allerlei sectoren van de gezondheidszorg). 34 Deze vereisen meer tijd en vaardigheden omdat bijvoorbeeld een inschatting moet worden gemaakt van de ziekte-ernst. Ziekenhuis Voor de kliniek worden in Nederland vrijwel altijd SNAQ, MUST of MNA-SF gebruikt. Gewichtsverlies, een lage BMI, verminderde eetlust en verminderde voedselinname, zijn de meest belangrijke items in deze methoden. De complexere diagnostische instrumenten, zoals de MNA en de SGA zijn daarnaast gebaseerd op informatie over factoren zoals ziekten die de kans verhogen op gewichtsverlies, een lage BMI en verminderde voedselconsumptie. De reproduceerbaarheid (tussen-waarnemer variabiliteit) van de verschillende screeningsmethoden op ondervoeding lijkt veelal toereikend te zijn. 2 Een recente systematische review concludeert dat geen enkel screeningsinstrument met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid (het risico op) ondervoeding kan inschatten (t.o.v. verschillende referentiematen). 34 Er werd naar twee aspecten gekeken: 1. de validiteit van de instrumenten om ondervoeding vast te stellen en 2. de validiteit van de instrumenten om de negatieve gevolgen van ondervoeding te voorspellen. Desalniettemin herkennen de verschillende instrumenten toch 60-80% van de ondervoede patiënten. Zowel de SNAQ als het MNA-SF hadden een matige validiteit, maar de MUST deed het slechter bij ouderen. Over de validiteit van de screeningsinstrumenten zijn meerdere mogelijke conclusies te trekken. Een eerste zou kunnen zijn dat er betere instrumenten ontwikkeld moeten worden. Dit lijkt niet aannemelijk; van de 32 onderzochte instrumenten kon geen enkel instrument ondervoeding goed vaststellen. Een tweede zou kunnen zijn dat de oorzaak van ondervoeding bij ouderen dermate complex is (zie de eerdere redenatie over multicausaliteit) dat het wellicht een illusie is dat de voedingstoestand altijd optimaal gevangen kan worden met een eenvoudig screeningsinstrument. Een andere review laat
8 zien dat de voorspellende waarde van de screeningsinstrumenten ondervoeding bij klinische ouderen zeer beperkt is. Leeftijd zelf is een sterkere voorspeller dan voedingstoestand. 36 Voor de kliniek betekent dit dat het screenen op ondervoeding bij ouderen zijn beperkingen heeft. Weegt de snelle en praktische toepasbaarheid van de screeningsinstrumenten op tegen de wellicht sub-optimale validiteit? De patiënten die gemist worden bij de screening zijn daarmee niet per definitie goed gevoed. De klinische blik, monitoring van de intake en onderzoek naar mogelijke oorzaken van ondervoeding (verminderde lichamelijke of cognitieve functie, sociale factoren) blijven daarmee van groot belang. En gezien de hoge prevalentie van ondervoeding in deze groep zou zelfs overwogen kunnen worden de screening op ondervoeding geheel over te slaan en bij iedere opgenomen patiënt gelijk diagnostiek naar voedingstoestand te verrichten, bijvoorbeeld met behulp van de MNA. Screening en diagnostiek zijn twee duidelijk te onderscheiden stappen in de herkenning en behandeling van de ondervoede patiënt. Een screeningsinstrument is slechts bedoeld om de ondervoede patiënt op een eenvoudige manier in een vroeg stadium te herkennen zodat er tijdig een adequate (voedings)behandeling kan worden ingezet. In de diagnostische fase wordt de aard en de ernst van voedingstoestand vastgesteld. De ernst van de ondervoeding wordt zo meetbaar en het effect van de behandeling kan worden geëvalueerd met (een combinatie van) uitkomstmaten. Hiermee wordt tevens de aansluiting gevonden bij zowel het Comprehensive Geriatric Assessment (CGA) als bij het programma VMS Kwetsbare Ouderen, waarin meer aandacht wordt geschonken aan de complementaire factoren zoals verminderde inname, functieverlies en oorzakelijke factoren voor ondervoeding. Geen van de screeningsinstrumenten voor ondervoeding is specifiek ontwikkeld voor gebruik in de poliklinische setting. In een recent gepubliceerde studie is de diagnostische waarde beschreven van de MUST (Malnutrition Universal Screening Tool) en de SNAQ (Short Nutritional Assessment Questionnaire) bij ondervoede patiënten die de polikliniek bezochten. 37 In deze multicenter studie werd een subgroep van in totaal 780 oudere patiënten geïncludeerd.
9 Volgens de gekozen definitie ondervoeding (BMI <20 of >5% ongewenst gewichtsverlies in de afgelopen maand of >10% ongewenst gewichtsverlies in de afgelopen zes maanden) was 9% ondervoed en had 9% risico op ondervoeding (BMI of 5-10% ongewenst gewichtsverlies in de afgelopen zes maanden). Verbeterslagen maken in herkenning en behandeling van ondervoeding De MUST en de SNAQ identificeerden respectievelijk 9% en 5% van de oudere patiënten als ondervoed en 6% en 2% als risico op ondervoeding. De sensitiviteit (juiste identificatie van patiënten met (risico op) ondervoeding) was onvoldoende voor zowel de MUST (58%) als de SNAQ (42%), maar de specificiteit (juiste identificatie van patiënten zonder ondervoeding) was goed voor zowel de MUST (96%) als de SNAQ (99%). Hieruit kunnen we concluderen dat deze twee veelvuldig gebruikte, screeningsinstrumenten voor het detecteren van ondervoeding niet geschikt zijn voor oudere patiënten in de poliklinische setting. Het meten van lengte, gewicht en gewichtsverlies en de hiervan afgeleide BMI en percentage gewichtsverlies wordt daarom aangeraden. Hierbij worden patiënten als ondervoed beschouwd wanneer er sprake is van een BMI <20 of >5% ongewenst gewichtsverlies in de afgelopen maand of >10% ongewenst gewichtsverlies in de afgelopen zes maanden. Maar ook het meten van vetvrije massa, bijvoorbeeld door gebruik te maken van bio-electrische impedantie analyse, geeft veel informatie over de lichaamssamenstelling. Het diagnostisch instrument MNA is in deze studie niet meegenomen. De SIG Ondervoeding van de NVKG adviseert het gebruik van dit instrument voor het vaststellen van ondervoeding bij poliklinische ouderen. Omdat het MNA niet alleen naar lengte en gewicht kijkt, maar ook naar mogelijke onderliggende factoren van ondervoeding, ondersteunen wij het gebruik van dit instrument voor de polikliniek, hoewel een validiteitsstudie wenselijk zou zijn. Ook hier geldt weer dat het CGA meest waarschijnlijk de beste basis is voor het vaststellen van ondervoeding op de polikliniek. Het CGA concludeert zodoende ook bij poliklinische patiënten ondervoeding te diagnosticeren met het MNA, alhoewel hiervoor geen evidence is.
10 Multidisciplinaire benadering Vanuit het werkveld zijn er diverse initiatieven om via een multidisciplinaire benadering de herkenning en behandeling van ondervoeding bij ouderen te verbeteren. In 2010 is de Leidraad Ondervoeding voor de Geriatrische Patiënt 26 verschenen. Hierbij wordt uitgebreid ingegaan op de herkenning van ondervoeding en de optimale voedingsbehandeling van de (ondervoede) geriatrische patiënt. Deze richtlijn Ondervoeding bij de geriatrische patiënt is inmiddels herzien en gepubliceerd (september 2014) en is gebaseerd op de laatste stand van zaken binnen de wetenschap en, waar deze ontbreekt, op de opinie van experts. 38 Een ander voorbeeld hier is het eerder genoemde Veiligheidsmanagementsysteem (VMS) voor kwetsbare ouderen. Ondervoeding is één van de vier speerpunten waar dit programma zich op richt. Intensieve samenwerking vindt plaats door onder andere arts, verpleegkundige, diëtist, fysiotherapeut, ergotherapeut en transferverpleegkundige. Voor de eerste lijn is de Landelijke Eerstelijns Samenwerkings Afspraak (LESA) Ondervoeding opgesteld door een werkgroep van het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG), Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland (V&VN) en de Nederlandse Vereniging van Diëtisten (NVD). De verenigingen beogen met deze LESA betere zorg in de eerste lijn te bereiken voor volwassen patiënten met (risico op) ondervoeding door een nauwere samenwerking tussen huisartsen, verpleegkundigen en diëtisten. 39 Daarnaast heeft de Stuurgroep Ondervoeding samen met Diëtisten Ondervoeding Nederland (DON) een richtlijn Screening en behandeling van ondervoeding (2011) en een Dieetbehandelrichtlijn ondervoeding (2012) opgesteld. Deze richtlijn, die gericht is op de medisch inhoudelijke aspecten van de behandeling van de patiënt en niet op de organisatie van de transmurale voedingszorg, is nog niet in de praktijk geïmplementeerd. Als laatste voorbeeld noemen wij het project Optimale transmurale zorg voor de ondervoede patiënt dat in 2014 in Amsterdam van start is gegaan. Doel is een blauwdruk te maken van de optimale transmurale samenwerking en overdracht van de ondervoede patiënt. Na het inventariseren van de huidige transmurale afspraken wordt een optimale set van afspraken, formulieren en tools vastgesteld door focusgroepen uit alle sectoren van de zorg. Deze transmurale toolkit zal volgens planning in februari 2015
11 worden gepubliceerd en vervolgens worden geïmplementeerd en geëvalueerd in Amsterdam. Vervolgens kan deze gebruikt worden in alle gemeenten in Nederland. Conclusie en aanbevelingen Er zijn diverse ontwikkelingen rondom het voedingsbeleid voor de klinische en poliklinische geriatrische patiënt. Het lijkt inmiddels duidelijk dat ondervoeding een veelvoorkomend probleem is. Maar er valt nog veel te verbeteren in de herkenning en de behandeling van ondervoeding. Screening van alle patiënten bij bezoek aan polikliniek of bij opname in het ziekenhuis lijkt een eerste en belangrijke stap die sinds kort ook door de IGZ is opgenomen in de basisset van prestatie-indicatoren. Hoewel screeningsinstrumenten niet 100% sensitief zijn, herkennen zij op een snelle en eenvoudige manier 60-80% van de patiënten met een risico op ondervoeding. De klinische blik en het herkennen van risicofactoren blijven daarnaast belangrijk bij het herkennen van mogelijke ondervoeding. Een studie naar de validiteit van het MNA(-SF) voor de poliklinische populatie lijkt gewenst, bij voorkeur met vetvrije massa als referentiemaat. De voedingsbehoefte van de geriatrische patiënt ligt vrijwel altijd hoger dan de behoefte zoals deze wordt ingeschat met behulp van formules. Hoewel de formules nauwkeurigheid simuleren (doordat zij gebaseerd zijn op lengte, gewicht, leeftijd en geslacht), lijkt dit schijnnauwkeurigheid. Toekomstig onderzoek met behulp van kruisvalidatie zou moeten uitwijzen of een grove vuistregel voor energieverbruik (>1500 kcal in rust voor vrouwen, > 1750 kcal in rust voor mannen) effectief is in de behandeling van ondervoeding. Het uiteindelijke doel van dit alles is uiteraard om díe patiëntengroep te kunnen identificeren die baat zal hebben bij een persoonlijke en adequate voedingsinterventie, teneinde functionaliteit te behouden en complicaties te voorkomen. Intensivering van de samenwerking tussen de tweede lijn en de eerste lijn lijkt daarbij een noodzakelijke voorwaarde om effectief te kunnen zijn.
12 Literatuur 1. Gezondheidsraad. Ouderdom komt met gebreken; Geneeskunde en zorg bij ouderen met multimorbiditeit Ref Type: Report. 2. Gezondheidsraad. Ondervoeding bij ouderen (Health Council of the Netherlands. Malnutrition in the elderly). Den Haag; Gezondheidsraad 2011, Stratton RJ, Green CJ, Elia M. Prevalence of disease related malnutrition. 1 ed. In: Stratton RJ, Green CJ, Elia M, eds. Disease related malnutrition. Cambridge: CABI Publishing 2003: van Asselt D, Olde Rikkert M. Gezondheidsraad miskent interacties bij ondervoeding van ouderen (Health Council of the Netherlands ignores interactions in malnourished elderly). Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde 2011; Rooij de S, Buurman B, Korevaar J et al. Co-morbidity in actutely hospitalized older patients as a risk factor for death in hospital or within 3 months after discharge. Ned Tijdschr Geneeskd 2007 B.C.;151: Halfens RJG, van Nie NC, Meijers JJM, Meesterberends, E., Neyens JCL, Rondas, AALM., Rijcken, S, Wolters, S, and Schols, JMGA. Landelijke Prevalentiemeting Zorgproblemen - Rapportage resultaten Maastricht, Maastricht University. Ref Type: Report. 7. Schilp J, Kruizenga HM, Wijnhoven HA et al. High prevalence of undernutrition in Dutch community-dwelling older individuals. Nutrition 2012;28: van Avendonk MJ, Mensink PA, Drenthen AJ, van Binsbergen JJ. Primary care and public health a natrural alliance? The introduction of the guidelines for obesity and undernutrition of the Dutch College of General Practitioners. 2012;. Fam Pract 2012;29:i31-i Meijers JM, Halfens RJ, van Bokhorst-de van der Schueren MA, Dassen T, Schols JM. Malnutrition in Dutch health care: Prevalence, prevention, treatment, and quality indicators. Nutrition Visser M. Ondervoeding bij ouderen. Resultaten van de Longitudinal Aging Study Amsterdam Amsterdam: EMGO Instituut, VU Medisch Centrum. Ref Type: Thesis/Dissertation. 11. Halfens RJG, Schols JMGA, Meijers JMM, van Nie NC, and Neyens JCL. Rapportage resultaten Landelijke Prevalentiemeting Zorgproblemen Maastricht, Maastricht University. Ref Type: Report. 12. Halfens RJG, Meijers JJM, Meesterberends NC., van Nie NC, Neyens JCL, Rondas JMGA, and Schols JMGA. Rapportage resultaten Landelijke Prevalentiemeting Zorgproblemen Maastricht University. Ref Type: Report. 13. Leistra E, Neelemaat F, Evers AM et al. Prevalence of undernutrition in Dutch hospital outpatients. Eur J Intern Med 2009;20:
13 14. Neelemaat F, Kruizenga HM, De Vet HCW, Seidell JC, Butterman M, van Bokhorst-de van der Schueren. Screening malnutrition in hospital outpatients. Can the SNAQ malnutrition screening tool also be applied to this population? Clin Nutr 2008;27: Norman K, Pichard C, Lochs H, Pirlich M. Prognostic impact of disease-related malnutrition. Clin Nutr 2008;27: van Bokhorst-de van der Schueren M, Lonterman-Monasch S, de Vries O, Danner S, Kramer M, Muller M. Prevalence and determinants for malnutrition in geriatric outpatients. Clin Nutr Inouye SK, Studenski S, Tinetti ME, Kuchel GA. Geriatric syndromes: clinical, research, and policy implications of a core geriatric concept. J Am Geriatr Soc 2007;55: Lonterman S, van Bokhorst - de van der Schueren MAE, Muller M. Nutritional Status of Patients Visiting the Geriatric Outpatient Department. European Union Geriatric Medicine Society, Abstract Robbins LJ. Evaluation of weight loss in the elderly. Geriatrics 1989;44: WHO/FAO/UNU. Protein and amino acid requirements in human nutrition. 935, Geneva. Ref Type: Report.
Ondervoeding herkennen
18 TOEPASSING IN DE PRAKTIJK Ondervoeding herkennen in het Centrum voor Ouderengeneeskunde Amsterdam Vergelijking van instrumenten Janneke Schilp promovendus, afdeling Gezondheidswetenschappen, Vrije Universiteit
Nadere informatieToolkit Ondervoeding
Doel Het vaststellen van (risico op) ondervoeding. Het aanbieden van de juiste interventies ter preventie of behandeling van ondervoeding. Achtergrond Definitie Ondervoeding is een voedingstoestand, waarbij
Nadere informatieGezondheidsraad. 29 november Daan Kromhout Commissievoorzitter Vicevoorzitter Gezondheidsraad. Gezondheidsraad
Gezondheidsraad 29 november 2011 Gezondheidsraad Daan Kromhout Commissievoorzitter Vicevoorzitter Gezondheidsraad Het adviesproces Adviesaanvraag: 18 augustus 2009 7 vergaderingen van multidisciplinaire
Nadere informatieVERPLEEGKUNDIGE ZORG. 3.2 Ondervoeding
3.2 Ondervoeding Het probleem van ziektegerelateerde ondervoeding in ziekenhuizen is al jaren bekend. De prevalentie is hoog (20-40 procent bij volwassenen en kinderen) en zonder systematische screening
Nadere informatie8.2 Ondervoeding. 72 Inspectie voor de Gezondheidszorg
8.2 Ondervoeding Het probleem van ziektegerelateerde ondervoeding in ziekenhuizen is al jaren bekend. De prevalentie is hoog (20-40 procent bij volwassenen en kinderen) en zonder systematische screening
Nadere informatieVroege herkenning en behandeling van ondervoeding in het ziekenhuis
Vroege herkenning en behandeling van ondervoeding in het ziekenhuis Uitgangspunten: Vroege herkenning: - binnen 24 uur na opname - hoogrisicopatiënten tijdens polikliniekbezoek Snelle en optimale behandeling
Nadere informatieVroege herkenning en behandeling van ondervoeding in Nederlandse Verpleegen Verzorgingshuizen ACHTERGRONDINFORMATIE
Vroege herkenning en behandeling van ondervoeding in Nederlandse Verpleegen Verzorgingshuizen ACHTERGRONDINFORMATIE December 2008 INLEIDING Uit de LPZ meting van 2007 blijkt dat in verpleeg- en verzorgingshuizen
Nadere informatieScreening en behandeling van ondervoeding: een MUST voor verpleegkundigen
Screening en behandeling van ondervoeding: een MUST voor verpleegkundigen Renaldo Secchi 3 juni 2010 Inhoud Introductie Wat is ondervoeding? Gevolgen van ondervoeding? Prevalentie van ondervoeding Voeding
Nadere informatieDe NVD heet je van harte welkom bij deze sessie!
De NVD heet je van harte welkom bij deze sessie! Onderzoeksresultaten ondervoeding op de revalidatie afdeling in het verpleeghuis Judith van Zwienen Hoe is het allemaal begonnen Eerste DV&V award Aanleiding
Nadere informatieA Behandelt u patiënten met voetwonden? ja nee* B Is de uitkomst van patiënten met diabetische ja nee voetwond(en) geregistreerd?
Inclusiecriteria: Patiënten geclassificeerd met de Texasclassificatie. Per patiënt wordt de wond met de ernstigste graad aan enig been geteld, mocht er sprake zijn van een recidief nadat de wond volledig
Nadere informatieOndervoeding in revalidatiecentra Resultaten, discussie en afspraken. Projectteam: Dorijn Hertroijs Coby Wijnen Hinke Kruizenga
Ondervoeding in revalidatiecentra Resultaten, discussie en afspraken Projectteam: Dorijn Hertroijs Coby Wijnen Hinke Kruizenga Aanleiding onderzoek Ondervoeding sinds 2010 prestatie indicator (PI) voor
Nadere informatieUitgebreide toelichting van het meetinstrument. Short Nutritional Assessment Questionnaire (SNAQ ) 1 Algemene gegevens
Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Short Nutritional Assessment Questionnaire (SNAQ ) Maart 2011 Review: M. van Gastel Invoer: E v Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking
Nadere informatieWerkgroep 4 Meetinstrumenten en meetmethodes
Werkgroep 4 Meetinstrumenten en meetmethodes Werkgroepleden Astrid Lanslots, diëtist Thuiszorg Mark en Maas Martin van Leen, verpleeghuisarts en manager Advies- en BehandelCentrum Avoord Zorg & Wonen Inleiding
Nadere informatieTabel 6. Overzicht van gevalideerde (screenings)instrumenten voor (risico op) ondervoeding
Tabel 6. Overzicht van gevalideerde (screenings)instrumenten voor (risico op) ondervoeding Screeningsinstrument + ontwikkelaar Onderdelen Setting waarin gevalideerd Validiteit Benodigde tijd Subjective
Nadere informatieOndervoeding bij ouderen
Ondervoeding bij ouderen Caroline Boomkamp Klinisch geriater Bernhoven Inhoud Definities Screening en assessment Prevalentie Oorzaken Gevolgen Behandeling van ondervoeding Definitie geriatrische patiënt
Nadere informatieBetter in, better out, goede voeding voor en na een operatie bij ouderen. zaterdag 15 maart 2014, Marion Theuws
Better in, better out, goede voeding voor en na een operatie bij ouderen zaterdag 15 maart 2014, Marion Theuws Wie werkt er samen met een diëtist? Wie houdt rekening met voeding bij de behandeling? Slaat
Nadere informatieBerekening energiebehoefte en meting lichaamssamenstelling bij ALS, zinvol? Dea Schröder, Coby Wijnen, Ilse Batten 2016
70 kg Berekening energiebehoefte en meting lichaamssamenstelling bij ALS, zinvol? Dea Schröder, Coby Wijnen, Ilse Batten 2016 Voedingstoestand Daling van het gewicht (BMI) en ALSFRS-R gerelateerd, wijst
Nadere informatieWat is het doel van voedingsscreening? Voedingsscreening:
Proces Voedingszorg Screening Behandeling Monitoring SNAQ / MUST / PG-SGA SF Risico op ondervoeding Behoefte Inname Plan Monitoring Evaluatie + Aanpassing Patiënten Nutritional assessment triage Van screening
Nadere informatieOndervoeding bij Ouderen 14/11/2013. S. Lonterman; Klinisch Geriater
Ondervoeding bij Ouderen 14/11/2013 Inhoud Presentatie Definitie Ondervoeding Verschillende schalen Ouderen Centrum & Ondervoeding HagaZiekenhuis & Ondervoeding Eigen Onderzoek Voedingsgebied Supplementen
Nadere informatieSignalering van ondervoeding in de eerstelijnszorg en thuiszorg
Signalering van ondervoeding in de eerstelijnszorg en thuiszorg 1. Achtergrond Ziektegerelateerde ondervoeding komt voor in alle sectoren van de gezondheidszorg en heeft grote gevolgen voor een patiënt.
Nadere informatie3.3 Delirium. herkend wordt. Onduidelijk is in hoeveel procent het delirium niet, of niet volgens de gangbare richtlijnen, behandeld wordt.
3.3 Delirium Delirium is waarschijnlijk de meest voorkomende neuropsychiatrische stoornis in het algemeen en academisch ziekenhuis, met een prevalentie van 15 tot 50 procent bij opgenomen oudere patiënten.
Nadere informatieThe RIGHT food is the best medicine
The RIGHT food is the best medicine Nutritie Support Team : Dr G..Lambrecht, E. Museeuw, N. Baillieul Dienst gastro-enterologie: Dr. G. Deboever Dr. G. Lambrecht Dr. M. Cool Inhoud Ondervoeding Voedingsbeleid
Nadere informatieVroege herkenning en behandeling van ondervoeding
B E S C H O U W I N G Vroege herkenning en behandeling van ondervoeding Anja Evers, Hinke Kruizenga en Janneke Schilp De kern Ook in de eerste lijn komt ondervoeding vaak voor. SNAQ 65+ (Short Nutritional
Nadere informatieMalnutritie. Screening en Behandeling. Bart Geurden, RN, PhD
Malnutritie Screening en Behandeling Bart Geurden, RN, PhD INHOUD 1. Inleiding en probleemstelling 2. Definitie van malnutritie 3. Komt dit vaak voor: prevalentie 4. Wat zijn oorzaken en gevolgen van malnutritie
Nadere informatieGeriatrisch assessment: altijd en bij iedereen?
Geriatrisch assessment: altijd en bij iedereen? Bianca Buurman, RN, PhD Afdeling ouderengeneeskunde AMC Amsterdam Levensverwachting en beperkingen in functioneren Van huidige generatie: 50 % nog in leven
Nadere informatieBasisvoedingszorg: terug naar de essentie. Bart Geurden RN, PhD
Basisvoedingszorg: terug naar de essentie Bart Geurden RN, PhD INHOUD Inleiding Het ideale voedingsbeleid Barrières Toekomst Inleiding Definitie Ondervoeding is een voedingstoestand waarbij een tekort
Nadere informatieRichtlijn ondervoeding bij patiënten met kanker
Richtlijn ondervoeding bij patiënten met kanker Jolanda Chua-Hendriks Wat is evidence-based? Niet: volledig of uitsluitend gebaseerd op evidence (wetenschappelijk bewijs) Wel: ontwikkeld volgens (5 stappen)
Nadere informatieOntwikkeling en validatie van de Short Nutritional Assessment Questionnaire (SNAQ )
Ontwikkeling en validatie van de Short Nutritional Assessment Questionnaire (SNAQ ) Wetenschappelijke onderbouwing van drie simpele screeningsvragen ir. Hinke M. Kruizenga*, prof. dr. ir. Jaap C. Seidell**,
Nadere informatieIn onderstaande beslisboom is het stappenplan voor het gebruik van de SNAQ 65+ schematisch weergegeven.
Het screeningsinstrument: SNAQ 65+ (geschikt voor revalidatie) Screenen op ondervoeding dient bij voorkeur op de dag van opname in het revalidatiecentrum te gebeuren. De vragen en acties uit het screeningsinstrument
Nadere informatieMeten van de kwaliteit van de basiszorg
Home no. 6 December 2016 Eerdere edities Verenso.nl Meten van de kwaliteit van de basiszorg Ruud Halfens, Suzanne Rijcken, Martin van Leen, Jos Schols r.halfens@maastrichtuniversity.nl De Landelijke Prevalentiemeting
Nadere informatieBeoordeling van de voedingsstatus, vertering en absorptie bij patiënten met lokaal uitgebreide alvleesklierkanker
Beoordeling van de voedingsstatus, vertering en absorptie bij patiënten met lokaal uitgebreide alvleesklierkanker PAN-NUTRIENT STUDIE Drs. CM Lochtenberg Potjes, JE Witvliet MSc, Dr. MAE De van der Schueren,
Nadere informatieDe screening en (dieet)behandeling van ondervoeding in het Diakonessenhuis Utrecht/Zeist
De screening en (dieet)behandeling van ondervoeding in het Diakonessenhuis Utrecht/Zeist Een analyse van de screening en (dieet)behandeling van ondervoeding in het Diakonessenhuis Utrecht/Zeist, het schrijven
Nadere informatieGeriatrische screening / CGA binnen de zorg voor oudere kankerpatiënten: stand van zaken. Cindy Kenis. Geriatrisch Oncologisch Verpleegkundige
Cindy Kenis Geriatrisch Oncologisch Verpleegkundige UZ Leuven, België Geriatrische screening / CGA binnen de zorg voor oudere kankerpatiënten: stand van zaken Introductie (1) Definitie Comprehensive Geriatric
Nadere informatieDefinities, diagnostiek, prevalentie en determinanten van ondervoeding bij ouderen
Definities, diagnostiek, prevalentie en determinanten van ondervoeding bij ouderen Prof. dr. Dimitri Beeckman Verplegingswetenschap en Vroedkunde Universiteit Gent SYMPOSIUM Ondervoeding bij hulpbehoevende
Nadere informatieImplementatie van GLIM criteria en Sarcopenie richtlijn in de praktijk. Heidi Zweers
Implementatie van GLIM criteria en Sarcopenie richtlijn in de praktijk Heidi Zweers Disclosure-slide Geen belangenverstrengeling te melden CV Lid van NAP PhD student voeding bij Mitochondriële ziekten
Nadere informatieVoeding bij kanker. Rolverdeling diëtist, patiënt en verpleegkundige. Multidisciplinaire Zorg: Samen Werken. Liesbeth Haverkort MSc - 10 januari 2014
Voeding bij kanker Rolverdeling diëtist, patiënt en verpleegkundige Multidisciplinaire Zorg: Samen Werken Liesbeth Haverkort MSc - 10 januari 2014 Rolverdeling en interactie patiënt - diëtist - verpleegkundige
Nadere informatie(Mal)nutritie op geriatrische ziekenhuisdiensten van richtlijn tot inventarisatie
Symposium E=verpleegkunde 2 (Mal)nutritie op geriatrische ziekenhuisdiensten van richtlijn tot inventarisatie I.Bocquaert, A.Heyneman, M.Lardennois, K.Vanderwee, B.Folens T.Defloor & M.Gobert Manutritie
Nadere informatiehoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5
SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de
Nadere informatieHandreiking. Risico op ondervoeding
Handreiking Risico op ondervoeding Handreiking Risico op ondervoeding Doelgroep Ouderen met: - Aanwijzingen voor (risico op) ondervoeding. ¹ - Risicofactoren voor ondervoeding: Multimorbiditeit. ¹ ² Polyfarmacie.
Nadere informatieOndervoeding. 1.1 Begrippen
1 Ondervoeding Wanneer is er sprake van ondervoeding? Welke soorten ondervoeding zijn er? En wat is eraan te doen? Voor een antwoord op deze en andere vragen volgt eerst een uiteenzetting van de diverse
Nadere informatiePG-SGA en de preventieve en interdisciplinaire kijk op ondervoeding. Docent Voeding en Diëtetiek
PG-SGA en de preventieve en interdisciplinaire kijk op ondervoeding Priya Dewansingh, MSc Promovenda Clinical Malnutrition Docent Voeding en Diëtetiek Promotor: Prof. Dr. Cees van der Schans Co-promotor:
Nadere informatieStudent login: DDJVCRAI
https://socrative.com/ Student login: DDJVCRAI Malnutritie bij ouderen An Gers diëtiste, docent voeding Thomas More campus Turnhout Er zullen in België in 2050 drie keer meer tachtigjarigen zijn vergeleken
Nadere informatieKwetsbaarheid bij ouderen: een uitdaging Risicofactoren, meetinstrumenten en samenhangende zorg
Kwetsbaarheid bij ouderen: een uitdaging Risicofactoren, meetinstrumenten en samenhangende zorg In vergrijzende samenlevingen is de zorg voor het toenemende aantal kwetsbare ouderen een grote uitdaging
Nadere informatieWELKOM! 1 vrijdag 7 oktober 2016
WELKOM! 1 Programma 18.00 Voeding op leeftijd Aspecten van voeding en metabolisme op oudere leeftijd Ingrid Gisbertz, MDL arts voedingsteam 18.20 Als gewoon eten niet meer lukt; indicaties en procedure
Nadere informatieVUmc Basispresentatie
Sarcopenie Sarcopenie en ondervoeding Vorm van ondervoeding Gekarakteriseerd door verlies van spiermassa en spierkracht Risico op verminderd fysiek functioneren en een verminderde kwaliteit van leven Marian
Nadere informatieFrailty Screening Tools for Elderly Patients Incident to Dialysis
Frailty Screening Tools for Elderly Patients Incident to Dialysis Clin J Am Soc Nephrol sept 2017 09-02-2018 Drs. Ismay van Loon, aios Interne, Drs. Namiko Goto, aios geriatrie UMCU/Dianet Dr. M. Hamaker,
Nadere informatieDe oudere patiënt met kanker. Drs. Diny van Harten, Beleidsmedewerker Geriatrie Maart 2016
De oudere patiënt met kanker Drs. Diny van Harten, Beleidsmedewerker Geriatrie Maart 2016 Kanker en ouderen (1) Stijging van het aantal 80 plussers van 4% (2009) naar 10% (2050). Bijna 60% van de maligniteiten
Nadere informatiePlaats: Institut Jules Bordet Studie uitgevoerd in 2012 door J. Cantarero M. Csergö, Dr. E.Toussaint, M. Moreau, N. Hallot, Y. Lalami, D.
Evaluatie van (het) ondervoedings(risico) in een Oncologisch Daghospitaal. Resultaten van een studie gevoerd in 2012-20132013 Plaats: Institut Jules Bordet Studie uitgevoerd in 2012 door J. Cantarero M.
Nadere informatieHenri is nooit speciaal ziek geweest. Hij rookt dagelijks enkele sigaretjes en hij drinkt nog regelmatig zijn pintjes.
Henri 86 jaar Henri is een jaar geleden opgenomen in het woonzorgcentrum. Henri is nooit speciaal ziek geweest. Hij rookt dagelijks enkele sigaretjes en hij drinkt nog regelmatig zijn pintjes. Thuis ging
Nadere informatieVoorkomen en beheersen van ondervoeding: Nuttig en haalbaar?
Voorkomen en beheersen van ondervoeding: Nuttig en haalbaar? oprof. Dr. T. Defloor oprof. Dr. M. Grypdonck odr. K. Vanderwee olic. I. Bocquaert olic. M. Lardennois olic. B. Folens Opbouw Inleiding Definiëring
Nadere informatieZakboek ziektegerelateerde ondervoeding bij volwassenen
Zakboek ziektegerelateerde ondervoeding bij volwassenen Zakboek ziektegerelateerde ondervoeding bij volwassenen Onder redactie van: G.A.E.G. van Asseldonk BSc J.J. van Duinen MSc M. Former-Boon R. van
Nadere informatieLeidraad ondervoeding bij de geriatrische patiënt
Leidraad ondervoeding bij de geriatrische patiënt dr. D.Z.B. van Asselt, dr. M.A.E. van Bokhorst-de van der Schueren en prof.dr. M.G.M. Olde Rikkert Leidraad ondervoeding bij de geriatrische patiënt Auteurs
Nadere informatieRichtlijn. Screening en behandeling van ondervoeding. Versie mei 2010. Opgesteld door Stuurgroep Ondervoeding
Richtlijn Screening en behandeling van ondervoeding Versie mei 2010 Opgesteld door Stuurgroep Ondervoeding Correspondentieadres: Secretariaat Stuurgroep Ondervoeding Nic. Witsenkade 13 hs 1017 ZR Amsterdam
Nadere informatieSamenvatting Go4it - de effectiviteit van een poliklinische multidisciplinaire groepsbehandeling voor obese adolescenten
Go4it - de effectiviteit van een poliklinische multidisciplinaire groepsbehandeling voor obese adolescenten Overgewicht en obesitas onder Nederlandse kinderen en adolescenten zijn een toenemend volksgezondheidsprobleem.
Nadere informatieLANDELIJKE PREVALENTIEMETING ZORGPROBLEMEN
5 Ondervoeding 5.1 Inleiding Ondervoeding blijft een belangrijk zorgprobleem in de Nederlandse gezondheidszorg. Gevolgen van ondervoeding zijn daling van de weerstand, verhoogde kans op ziekteproblemen,
Nadere informatie11/6/2006. Oorzaken. Screening in de Geriatrie. Ondervoeding is frequent. Dienst BMI Albumine <3.5 g% Prof Dr M.Vandewoude G 15-40 16-60
11/6/006 Screening in de Geriatrie Prof Dr M.Vandewoude Universitair Centrum Geriatrie Ondervoeding is frequent Dienst BMI Albumine
Nadere informatieOuderen en ondervoeding
Ouderen en ondervoeding Rens Henquet, Kaderarts ouderengeneeskunde Angela van Liempd, Huisarts/medisch directeur RCH Ellen Mathijssen, Diëtist De Wever Inleiding Casus Ondervoeding in de huisartsen praktijk,
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Het is een uitdaging om ouderen te identificeren die baat kunnen hebben bij een interventie gericht op de preventie van beperkingen in het dagelijks leven op het moment dat dergelijke
Nadere informatieKwetsbaarheid en slapen
Kwetsbaarheid en slapen Nico De Witte Inhoud Kwetsbaarheid Slapen: operationalisering Resultaten Beschrijving dataset Prevalentie slaapproblemen in relatie tot leeftijd, geslacht, inkomen, rondkomen met
Nadere informatieHoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 112
111 Ondervoeding is gedefinieerd als een subacute of acute voedingstoestand waarbij een combinatie van onvoldoende voedingsinname en ontstekingsactiviteit heeft geleid tot een afname van de spier- en vetmassa
Nadere informatieDr. Harriët Jager, diëtist-onderzoeker UMCG
Nutritional assessment and body composition Dr. Harriët Jager, diëtist-onderzoeker UMCG Inhoud Nutritional Assessment: wat, waarom, hoe? Methoden body composition Aanbevelingen voor de praktijk Ziektegerelateerde
Nadere informatieOndervoeding bij ouderen
Ondervoeding bij ouderen Dr. Harriët Jager-Wittenaar Senior onderzoeker Lectoraat Transparante Zorgverlening Hanzehogeschool Groningen Leeruitkomsten Aan het einde van deze workshop: Kunt u ondervoeding
Nadere informatieVASTSTELLEN EN AANPAKKEN VAN ONDERVOEDING: SIMPEL TOCH ANTWERPEN 20 APRIL 2017
VASTSTELLEN EN AANPAKKEN VAN ONDERVOEDING: SIMPEL TOCH ANTWERPEN 20 APRIL 2017 Wie ben ik? Dr.André FRANCK Bestuurslid Huisartsenvereniging Wilrijk Lic.Gerontologie Medisch Voedingsdeskundige VOEDINGS-
Nadere informatieMEER AANDACHT VOOR ONDERVOEDING Marian de van der Schueren DGO, 5 oktober 2018
MEER AANDACHT VOOR ONDERVOEDING Marian de van der Schueren DGO, 5 oktober 2018 Context en enquete Gezond eten met ouderen Enquete DGO leden (n=109) Vervolgstappen, wat gaan we zelf doen? Taskforce Gezond
Nadere informatieOuderen, kanker en ondervoeding
Ouderen, kanker en ondervoeding Lisette CPGM de Groot Wageningen Universiteit, Wageningen Malnutrition / ondervoeding Stratton, 2003: a state of nutrition in which a deficiency or excess of energy, protein
Nadere informatieNieuwsbrief. Landelijke Prevalentiemeting Zorgproblemen*
* NATIONAAL NIEUWS Voor U ligt de derde van de, met daarin diverse nieuwe ontwikkelingen. Het komend jaar worden voor de 15de keer via de de zorgproblemen in Nederland gemeten. Een dergelijk lustrum willen
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 200 NEDERLANDSE SAMENVATTING Duizeligheid is een veel voorkomend probleem bij ouderen. Tot 30% van de thuiswonende ouderen van 65 jaar en ouder ervaart enige vorm van duizeligheid.
Nadere informatieDe NVD heet je van harte welkom bij deze sessie!
De NVD heet je van harte welkom bij deze sessie! Angela Fleming en Yvonne Verhulst, Ter Gooi Diëtistendagen 2016 4 De meerwaarde van de diëtist bij de behandeling van de klinische COPD patiënt. Angela
Nadere informatieVerslag 1 e fase project optimale transmurale voedingszorg voor de ondervoede patiënt
Verslag 1 e fase project optimale transmurale voedingszorg voor de ondervoede patiënt Amsterdam, Januari 2015 Inleiding De afgelopen jaren is er veel geïnvesteerd in vroege herkenning en behandeling van
Nadere informatieEnergie Chronische nierschade
Position paper Energie Chronische nierschade Reikwijdte volwassenen met chronische nierschade met matig en sterk verhoogd risico (oranje en rood in de stadiëringstabel; stadia G1A3, G2A3, G3aA2, G3aA3,
Nadere informatieKwetsbaarheid bij ouderen is een proces van het opeenstapelen van lichamelijke, psychische en/of sociale tekorten in het functioneren dat de kans
1 Kwetsbaarheid bij ouderen is een proces van het opeenstapelen van lichamelijke, psychische en/of sociale tekorten in het functioneren dat de kans vergoot op negatieve gezondheidsuitkomsten (functiebeperkingen,opname
Nadere informatieGRZ vanuit het perspectief van de klinisch geriater samenwerken in de ouderengeneeskunde
GRZ vanuit het perspectief van de klinisch geriater samenwerken in de ouderengeneeskunde Arend Arends, klinisch geriater Topzorg voor ouderen Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 119 120 Samenvatting 121 Inleiding Vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij de ziekte sarcoïdose en is geassocieerd met een verminderde kwaliteit van leven. In de literatuur
Nadere informatieSpeciale aandacht voor ouderen tijdens een opname
Speciale aandacht voor ouderen tijdens een opname In Haaglanden Medisch Centrum (HMC) zijn op verschillende afdelingen oudere patiënten opgenomen. Het blijkt dat bij een ziekenhuisopname regelmatig een
Nadere informatieTFI en de voedingstoestand op Curaçao. Francis van Eijndhoven NASKHO congres ouderenzorg 25 februari 2012
TFI en de voedingstoestand op Curaçao Francis van Eijndhoven NASKHO congres ouderenzorg 25 februari 2012 inhoud!! Onder-, over- en gezond gewicht: definitie bij ouderen!! MUAC als maat voor BMI!!.gewicht
Nadere informatie12-10-2012. Voedingszorg rondom de COPD-patiënt. 2. In welke gold klasse valt mevrouw?
Voedingszorg rondom de COPD-patiënt Landelijk Diëtisten Netwerk COPD (LDN COPD) Gonnie Geraerts Heleen Froon Paula van Melick Anke Kalisvaart 1. Welke gegevens vraag je na en welke antropometrie voer je
Nadere informatieVoedingszorg rondom de COPD-patiënt
Voedingszorg rondom de COPD-patiënt Landelijk Diëtisten Netwerk COPD (LDN COPD) Gonnie Geraerts Heleen Froon Paula van Melick Anke Kalisvaart 1. Welke gegevens vraag je na en welke antropometrie voer je
Nadere informatie1/04/2015 FRAILTY & ONDERVOEDING WAT IS ER AAN DE HAND? INHOUD INLEIDING. Inleiding Frailty en voeding Model Risico
FRAILTY & ONDERVOEDING WAT IS ER AAN DE HAND? 1 INHOUD Inleiding Frailty en voeding Model Risico Traject Onderzoeksindicatie Discussie Besluit 2 INLEIDING 3 1 FRAILTY EN VOEDING Klinisch syndroom? Geen
Nadere informatieAanpak van ondervoeding bij kanker: screening, sonde- en bijvoeding. Sanne Mouha Competentiecentrum klinische voeding
Aanpak van ondervoeding bij kanker: screening, sonde- en bijvoeding Sanne Mouha Competentiecentrum klinische voeding Inhoud Inleiding Screening Aanpak na screening Energie-en eiwitrijke voeding Drinkvoeding
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/38701 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Visschedijk, Johannes Hermanus Maria (Jan) Title: Fear of falling in older patients
Nadere informatieWORKSHOP 21ste symposium voor verpleegkundigen en paramedici Donderdag 11 juni 2015
WORKSHOP 21 ste symposium voor verpleegkundigen en paramedici Donderdag 11 juni 2015 H.Tefsen, MANP verpleegkundig specialist hoofd-hals oncologie J. de Heij-van den Tweel, hoofd- hals/oncologieverpleegkundige
Nadere informatieFrailty en ondervoeding doet (veel) vallen
www.hhzhlier.be 1 h.-hartziekenhuis vzw Frailty en ondervoeding doet (veel) vallen Ann Gryp, Hoofdverpleegkundige geriatrie Frailty Frailty heeft te maken met kwetsbaarheid. Frailty zegt iets over de ernst
Nadere informatieGezonde voeding voor Rotterdamse ouderen
Gezonde voeding voor Rotterdamse ouderen Canan Ziylan Onderzoeker Kenniscentrum Zorginnovatie Docent HBO Verpleegkunde Evelyne Meynen Beleidsadviseur Publieke Gezondheid, Welzijn en Zorg Festival Rotterdam
Nadere informatieOnderzoeksvoorstel. sensitivity and specificity ISAR-HP & VMS SASIV-study
Onderzoeksvoorstel sensitivity and specificity ISAR-HP & VMS SASIV-study Snelle herkenning van patiënten at risk en gerichte behandeling kan veel leed voorkomen. (Hoogerduijn 2010) Opleiding : Masteropleiding
Nadere informatieRondetafeldiscussie 12-12-12 Dag van de Ondervoeding
Rondetafeldiscussie 12-12-12 Dag van de Ondervoeding Aanwezig: Kelly Duin, Christina van Duuren, Anja Evers, Ellen van der Heijden, Miranda Lassche, Marjon van der Looij, Marieke van der Plas, Ricky van
Nadere informatieTransmurale zorgbrug
Transmurale zorgbrug 13 februari 2014 Geriatriedagen 2014 Renate Agterhof, verpleegkundig specialist Spaarne Ziekenhuis Marina Tol, onderzoekscoördinator AMC Programma Aanleiding, ontwikkeling en stand
Nadere informatieSpeciale aandacht voor ouderen tijdens een opname
Speciale aandacht voor ouderen tijdens een opname Informatie voor patiënten F1037-3505 november 2014 Medisch Centrum Haaglanden www.mchaaglanden.nl MCH Antoniushove, Burgemeester Banninglaan 1 Postbus
Nadere informatieVoeding voor gezondheidswinst
Voeding voor gezondheidswinst Voeding voor patiënten is méér dan nutriënten 2 feb 2017, Dr. Nicole de Roos Voedingsproblemen? Die gaan wel weer over... Voedingsproblemen? Die pakken we aan! We zijn meer
Nadere informatieWELKE VOEDINGSINTERVENTIES HEBBEN EFFECT BIJ OUDEREN? Geen belangenverstrengeling
WELKE VOEDINGSINTERVENTIES HEBBEN EFFECT BIJ OUDEREN? Geen belangenverstrengeling Marjolein Visser VU & VUmc Amsterdam Inhoud Behandeling obesitas Vitamine D suppletie Behandeling ondervoeding Behandeling
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43602 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Fenema, E.M. van Title: Treatment quality in times of ROM Issue Date: 2016-09-15
Nadere informatieVerwezenlijkingen binnen de krachtlijn ondervoeding van het federaal voedingsen gezondheidsplan voor België (FVGP-B)
1 Verwezenlijkingen binnen de krachtlijn ondervoeding van het federaal voedingsen gezondheidsplan voor België (FVGP-B) Symposium Ondervoeding bij hulpbehoevende ouderen thuis en in een thuisvervangende
Nadere informatieSymposium Onderzoeksresultaten
Symposium Onderzoeksresultaten 2016-2017 Frailty - Onderzoek naar kwetsbaarheid van ouderen in de GGZ zorg. Voorlopige resultaten dr. Hans Barf docent HBO Verpleegkunde, onderzoeker lectoraat Zorg & Innovatie
Nadere informatie27/09/2018. Casus. Impact van chirurgie. Impact van voeding. thv spijsverteringsstelsel postoperatief voedingsbeleid. anesthesie herstel
Ingrijpen op de foregut : wat als het begin van het eetkanaal verstoord wordt? Perspectief van de diëtist Floor Wynants - Eveline Vanhalewyck Competentiecentrum klinische voeding Voeding Chirurgie Impact
Nadere informatieFRAILTY : INTEGRAAL DEFINIËREN EN METEN
FRAILTY : INTEGRAAL DEFINIËREN EN METEN 25 Februari 2012 Robbert Gobbens Katrien Luijkx, Marcel van Assen, Ria Wijnen-Sponselee, Jos schols OPBOUW PRESENTATIE Het definiëren van kwetsbaarheid Het meten
Nadere informatieBesluitvorming bij ouderen met kanker
Besluitvorming bij ouderen met kanker Floor van Nuenen f.m.van.nuenen@umcg.nl Hanneke van der Wal- Huisman h.van.der.wal-huisman@umcg.nl 1 Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling
Nadere informatiePROJECTPLAN Vroege herkenning en behandeling ondervoeding in revalidatiecentra
PROJECTPLAN Vroege herkenning en behandeling in revalidatiecentra Voorbeeldversie A. Inleiding en deelnemende afdelingen Inleiding Ondervoeding is sinds 2010 een prestatie indicator voor de revalidatiecentra.
Nadere informatieGeriatrische Revalidatie voor de oudere patiënt met een cardiovasculaire aandoening Leonoor van Dam van Isselt, specialist ouderengeneeskunde Dian
Geriatrische Revalidatie voor de oudere patiënt met een cardiovasculaire aandoening Leonoor van Dam van Isselt, specialist ouderengeneeskunde Dian Pruijsers-Lamers, Verpleegkundig Specialist Cardiologie
Nadere informatieUitwisselbaarheid van de SNAQ RC en de SNAQ 65+ voor de screening van ondervoeding bij ouderen.
WETENSCHAPPELIJK ARTIKEL Uitwisselbaarheid van de SNAQ RC en de SNAQ 65+ voor de screening van ondervoeding bij ouderen. Suzanne Klerks1, Wesley van Gils1, Maartje H. de Groot1, Marit Stüvel-Beimers2,
Nadere informatiePG-SGA. De NVD heet je van harte welkom bij deze sessie! Goed toepasbaar in de praktijk!
De NVD heet je van harte welkom bij deze sessie! PG-SGA Goed toepasbaar in de praktijk! Leonie de Wit-van der Werf en Harriët Jager-Wittenaar 1 Inhoud Praktische ervaringen Concurrente validiteit Hemodialyse,
Nadere informatie