Dementie en mild cognitive impairment: klinische diagnose en vroegtijdige opsporing.



Vergelijkbare documenten
DSM-IV

Diagnostisch redeneren

Tijdige detectie van dementie - Interventies bij diagnose dementie. Sophie Vermeersch Klinisch neuropsycholoog (MsC)

Prof Dr Ellen Gorus UZ Brussel Geriatrie Frailty in Ageing research (FRIA) and Gerontology Department Vrije Universiteit Brussel

1 Geheugenstoornissen

Welkom. Publiekslezing dementie 17 februari 2015 #pldementie

Pathogenese van ziekten 3 Bach BMW De ziekte van Alzheimer

VERANDERING VAN GEDRAG: EEN PROBLEEM OF NIET? Marieke Schuurmans Verpleegkundige & onderzoeker UMC Utrecht/Hogeschool Utrecht

Cognitieve screeningsinstrumenten. Ellen De Roeck

Wat, waar, voor wie en waarom?

Vroegsignalering bij dementie

Parkinson en Dementie

Neurocognitieve stoornissen

Richtlijn Diagnostiek van dementie in de huisartsenpraktijk

Medische aspecten van dementie. Dr Mathias Demuynck Geriater

Dementie in de palliatieve fase

Nederlandse Montreal Cognitive Assessment (MoCA-D) in de verslavingszorg

15:40 16:00 uur. Depressie en dementie RICHARD OUDE VOSHAAR. Ouderenpsychiater

III Identificatie van de geneesheer die verantwoordelijk is voor de behandeling (naam, voornaam, adres, RIZIV-nummer):

6 e mini symposium Ouderenzorg

Dementie, ook u ziet het?! Hanny Bloemen Klinisch Geriater Elkerliek Ziekenhuis Helmond 22 mei 2013

Workshop dementie diagnostiek

ACUTE VERWARDHEID NIET ALTIJD DEMENTIE 10 en 12/11/2015

Oudere migranten en cognitieve stoornissen en dementie

AD Vroegtijdige diagnostiek en Immunotherapie. F. Vanhee Neurologie AZG

Dementie per leeftijdscategorie Dementie Dementiesyndroom. = ontgeesting. Omvang dementie in Nederland. Matthieu Berenbroek

Diagnosestelling en de vernieuwde IADL-vragenlijst

Diagnostiek & preventie van dementie

Sociale steun. Disclosure. prof. dr. R.C. Oude Voshaar, UMCG Voorspellen ziektelast van Alzheimer dementie 1

Verschijningsvormen van dementie op jonge leeftijd, verschillen en overeenkomsten Freek Gillissen

Psychiatrische symptomen bij Lewy body ziekten. Groot Haags Geriatrie Referaat April 2017 Marielle Hofman, aios geriatrie

De geheugenpolikliniek Snel duidelijkheid als het geheugen niet meer zo helder is

Ik ben uit de mode. Netwerk Dementie 7 februari 2019 Judith van Tuijn

InFoP 2. Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. Inhoud. Inleiding

Screening van cognitieve stoornissen in de verslavingszorg

RECHTS TEMPORALE variant FTD

Herkennen van DEPRESSIE bij ouderen

Vergeetachtig of dement?

Posterieure Corticale Atrofie

Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. InFoP 2. Inhoud

Ontdekken van cognitieve. vaardigheden. (bij dementie) Rolinka Schim van der Loeff Ouderenpsycholoog ZZG zorggroep

Dementies. Dr. F. Vanhee Neuroloog AZ Groeninge

Alzheimer: Wat u moet weten over deze complexe ziekte. Prof dr Marcel Olde Rikkert, Hoofd Afd Geriatrie/ Radboudumc Alzheimer Centrum

Heeft mevrouw Alzheimer?

Opbouw praatje. Wat is dementie? Vormen van dementie Diagnose dementie Behandeling van dementie De verloop van dementie Conclusie

Dementie Zorg voor zilver ga voor goud. Wim van den Dool, sociaal geriater 20 november 2012

Cognitieve stoornissen en delier

Palliatieve zorg en Dementie verbinden. Jet van Esch Specialist ouderengeneeskunde

Verschillende soorten van dementie. Door: Wim Dorst Geriatrisch verpleegkundige i.o

de ziekte van Alzheimer

Subjectieve Cognitieve Achteruitgang: Wat is het en hoe onderzoeken we het?

Bloedtest voor amyloid Drs. Inge Verberk

Dilemma s rondom actieve levensbeëindiging bij bejaarden. Paul Beuger, huisarts, Scenarts Jos Verkuyl, geriater

Nederlandse samenvatting

Cognitieve beperkingen & delier

Vasculaire cognitieve stoornissen. ! concept vci! vci poli! casuïstiek. Casuïstiek. Casuïstiek. Diagnose vasculaire dementie

Leergang ouderen. Module: dementie en mantelzorgondersteuning Docent: Jacqueline de Groot, specialist ouderengeneeskunde

Dementie Lezing voor SeniorenRaad Best

Dr. Teus van Laar UMC Groningen. 25 November 2011, Den Bosch

Masterclass DementieNet Vroege signalen dementie. Jan Oudenes 2017

Wie zijn wij? Wie bent u? Waar bent u werkzaam? Welke setting en sector? Wat wilt u leren van deze workshop?

! "# #$ # # "!% & '# (% %&'%)

Herkennen van en omgaan met. Angst en Depressie. Is er vaker sprake van angst en depressie in de palliatieve fase?

EEG tijdens geheugenactivatie een onderzoek naar vroege hersenveranderingen bij de ziekte van Alzheimer en de ziekte van Huntington

Diagnose en classificatie in de psychiatrie

Informatiebijeenkomst. Dementie

Dementie. Ontmoetingsdag Interne Geneeskunde 26 januari 2013

De delirante patiënt van vergeetachtig tot verwardheid

delier bij ouderen Delier bij ouderen Videofragment 1 De anamnese bij een delirante patiënt 1. Toelichting op de module

DSM 5 - psychose Dr. S. Geerts Dr. O. Cools

Wetenschappelijk onderzoek Lewy body dementie

Onderwijsmateriaal voor toetsgroepen

Vascular Cognitive Impairment (VCI): cognitieve problemen door vaatschade. de diagnose: vasculaire dementie of vci vci poli.

DEMENTIE. huisarts in the lead. Duo Dagen maart E. Oelrich, Huisarts H. Ham, Huisarts M.Y.E. Cappetti, Klinisch Geriater

Wie zijn wij? Wie bent u? Waar bent u werkzaam? Welke setting en sector? Wat wilt u leren van deze workshop?

Symposium Onderzoeksresultaten

Werkstuk Biologie Dementie

Het concept cognitieve reserve

Wat is dementie? Radboud universitair medisch centrum

Geert Jan Biessels VCI poli UMC Utrecht Stroke Centre

Clinical Patterns in Parkinson s disease

De MMSE bij geriatrische patiënten

Dementie-gerelateerde gedragsveranderingen bij mensen met downsyndroom

Birgitte Schoenmakers Jan De Lepeleire DEMENTIE. Zakboekje voor de professionele zorgverstrekker

1. Overzicht neuropsychologische revalidatie. 2. Ziekte inzicht. 3. casus. 4. Specifieke cognitieve problemen. 5. Relevante informatie

Ik heb geen last van mijn geheugen. Ad Hovestadt & Dianne Raaijmakers, neurologen René Jansen & Lia Middeljans, klinisch geriaters

ORGANISCH-PSYCHIATRISCHE STOORNISSEN ALS OVERLAPPENDE SYNDROMEN: GEVOLGEN VOOR DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING

14 april 2016 Dr. M. Burin

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5

Acute (Fase na) Niet- Aangeboren Hersenletsel. Dr. S. Rasquin 14 januari 2015

Screening op cognitieve en gedragsproblemen helpt bij het personaliseren van de ALS zorg

Het cognitieve functioneren. Amarins de Wagt Neuropsycholoog Isala Ziekenhuis Zwolle & Vogellanden Revalidatiecentrum

Cognitieve stoornissen en Depressie na TIA en beroerte. Anouk van Norden Neuroloog

DEMENTIE. Stadia en symptomen van dementie. Er zijn drie hoofdstadia van dementie.

ViaReva Revalidatiegeneeskunde

Anatomische correlaties van neuropsychiatrische symptomen bij dementie

Vascular cognitive impairment

MINI MENTAL STATE EXAMINATION (MMSE) (Derix,MMA; Teunisse,S; Hijdra,A; Wens,L; Hofstede,AB; Walstra,GJM; et al.) Aanwijzingen afnemen MMSE

Psychogeriatrie of gerontopsychiatrie.

Neurodegeneratie vanuit klinisch chemisch perspectief

Transcriptie:

Dementie en mild cognitive impairment: klinische diagnose en vroegtijdige opsporing. Prof Dr Ellen Gorus UZ Brussel Geriatrie Frailty in Ageing research (FRIA) and Gerontology Department Vrije Universiteit Brussel www.vub.ac.be/gero 18-4-2011 Herhaling titel van presentatie 1 DSM-IV Ontwikkelen van cognitieve stoornissen: waarbij zowel geheugenstoornissen als tenminste 1 van de volgende 4 stoornissen optreden: afasie apraxie agnosie executief functioneren Verslechtering ten opzichte van vroeger functioneren Verstoring in het sociaal of beroepsmatig functioneren Niet uitsluitend tijdens delirante toestand of een andere klinische ziekte

ICD-10 (World Health Organisation) Dementia is a syndrome due to disease of the brain, usually of a chronic or progressieve nature, in which there is disturbance of multiple higher cortical functions, including memory, thinking, orientation, comprehension, calculation, learning capacity, and judgment Consciousness is not clouded The impairments of cognitive function are commonly accompanied, and occasionally preceded, by deterioration in emotional control, social behavior or motivation This syndrome occurs in Alzheimer s disease, cerebrovascular disease, and in other conditions primarly or secondarily affecting the brain NINCDS-ADRDA Dementia is the decline of memory and other cognitive functions in comparison with the patient s previous level of function as determined by a history of decline in performance and by abnormalities noted from clinical examination and neuropsychological tests. A diagnosis of dementia cannot be made when consciousness is impaired by delirium, drowsiness, stupor, or coma or when other clinical abnormalities prevent adequate evaluation of mental status. Dementia is a diagnosis based on behavior and cannot be determined by computerized tomography, electroencephalography, or other laboratory instruments, although specific causes of dementia may be identified by these means. (NINCDS-ADRDA work group, Neurology, 1984)

Prevalentie in Europa 65 + : 5.9-9.4% (Berr et al, Eur Neuropsychopharm, 2005), 90 + : 34.8% Exponentiële stijging met leeftijd (= belangrijkste risicofactor) Wereldwijd +- 35.6 miljoen, geschat in 2030 65.7 miljoen (Alzheimer s Disease International, 2009) Prevalentie in WZC: 48-72% (oa Magaziner et al, 2000; Jakob et al, 2002), waarvan in Vlaanderen 41-47% AD (Buntinx et al, 2002; Vander Stichele et al, 2006 Oorzaken Ziekte van Alzheimer Vasculaire dementie Lewy body Frontotemporale dementie Parkinsondementie Subduraal hematoom Normotensieve hydrocefalie Neurologische aandoeningen ziekte van Huntington, traumata,... Infectieus ziekte van Creutzfeldt Jakob syfilis AIDS Middelen geïnduceerd alcohol sedativa, anticonvulsiva Pb, Hg, CO, insecticiden, solventia,... Metabool hypothyroïde, hyperthyroïdie hypovitaminose B12, foliumzuurtekort,

Belangrijkste oorzaken (Burns & Illiffe, BMJ, 2009) Ziekte van Alzheimer Diagnostische criteria: dementie gradueel ontstaan en progressief verloop van geheugenstoornissen exclusie: andere aandoeningen = uitsluitingsdiagnose Risicofactoren opstapeling van β-amyloid, Tau proteïne (?) erfelijk? familiaal: op jonge leeftijd Apo E4 risicofactoren voor hart- en vaatziekten vroegere hersenbeschadiging sociaal isolement

(Dubois et al, Lancet Neurol, 2010)

Vasculaire dementie Verschillende soorten: multi infarct dementie: verschillende kleine of grote herseninfarcten, soms geïsoleerde strategische locaties lacunaire dementie: witte stof letsels, andere bijv hypoperfusie, DSM-IV: dementie focale neurologische tekens exclusie (Nagata et al, J Neur Sc, 2007)

(Nagata et al, J Neur Sc, 2007) (Nagata et al, J Neur Sc, 2007)

Lewy Body Disease Kern criteria (McKeith, 2004): fluctuerende aandacht en cognitie (wisselend verward) extrapiramidale verschijnselen (parkinsonisme, vrnl rigiditeit) visuele mispercepties of hallucinaties Ondersteunende criteria herhaald vallen, syncope gevoelig voor neuroleptica gesystematiseerde wanen Sneller progressief verloop dan AD Overgevoeligheid voor neuroleptica!! Parkinson(dementie) Ziekte van Parkinson vrnl houding en motoriek (oa hypokinesie, tremor, houdingsafwijkingen,...) Toch 25% uitgesproken dementie met subcorticale kenmerken geleidelijk begin en langzaam progressief bij gediagnosticeerde ziekte van Parkinson stoornis in 2 of meer domeinen (ophalen uit het geheugen, aandacht, executieve functies, visuospatiële functies) Minstens 1 gedragsmatig symptoom zoals depressie, apathie, slaperigheid,... verstoring dagelijks leven, maar niet te wijten aan motorische of autonome beperkingen

(Aarsland et al, Mov Dis, 2005) (Aarsland et al, Mov Dis, 2005)

Frontale dementies Verschillende vormen: frontotemporale dementie, primaire progressieve afasie en semantische dementie Sluipend begin en geleidelijke progressie Persoonlijkheidsveranderingen, gedragsstoornissen, stoornissen in executief functioneren en taalstoornissen Problemen met sociale situaties Belang van subtypering verschillend beloop verschillende patronen van symptomen verschillende (reactie op) behandeling correcte diagnose

Behandeling farmacologisch gericht op dementie Acetylcholinesterase inhibitoren (AD, lewy body, Parkinson dementie) Ebixa verminderen cardiovasculaire risicofactoren farmacologisch gericht op gedragsproblemen Neuroleptica Melatonine (agitatie) (de Jonghe et al, 2010) SSRI s (vrnl Serlain) frontale dementie vermijden van geneesmiddelen met anticholinergisch effect, sedatief effect non farmacologisch gericht op patiënt (fysiek en mentaal oefenen; psychosociale interventies) gericht op mantelzorger (Raskind et al., Neurology, 2000)

Behandeling farmacologisch gericht op dementie Acetylcholinesterase inhibitoren (AD, lewy body, Parkinson dementie) Ebixa verminderen cardiovasculaire risicofactoren farmacologisch gericht op gedragsproblemen Neuroleptica Melatonine (agitatie) (de Jonghe et al, 2010) SSRI s (vrnl Serlain) frontale dementie vermijden van geneesmiddelen met anticholinergisch effect, sedatief effect non farmacologisch gericht op patiënt (fysiek en mentaal oefenen; omgangsvormen) gericht op mantelzorger Belangrijkste differentiaal diagnose Uitsluiten reversibele oorzaken (subduraal hematoom, normal pressure hydrocephalus, ) Normale veroudering Delirium Depressie Overlap symptomen, maar ook zeer hoge comorbiditeit met dementie!

Depressie vs dementie Depressie Dementie -Sombere stemming -Schuldgevoel -Suïcidaliteit -Interesseverlies -Gewichtsverlies -Slaapstoornissen -Agitatie -Energieverlies -Geheugenstoornissen -Concentratiestoornissen -ADL-problemen -Executieve problemen -Afasie -Apraxie -Agnosie Delirium vs dementie Delirium Plotseling, acuut Verminderd bewustzijn Fluctuerend Dementie Progressief, chronisch Normaal bewustzijn Weinig dagschommelingen Ziekte Geen ziekte Gestoorde aandacht Normale aandacht Slaap-waakcyclus gestoord - Normale slaap-waak cyclus sundowning Dysarthrie, onlogische spraak Normale maar verarmde taal

Diagnose Vaststellen van dementie (DSM-IV, ICD-10, ) Cognitief functioneren Emotioneel / gedragsmatig functioneren Functioneren in dagelijkse situatie Lichamelijk functioneren Vinden van de oorzaak (Alzheimer, vasculair, ) Evalueren van de zorgafhankelijkheid Diagnose Hulpmiddelen: anamnese (auto en hetero) klinisch onderzoek cognitieve en emotionele evaluatie functionele evaluatie labobepalingen beeldvorming andere technische onderzoeken

Laattijdige diagnose Gemiddelde tijd tussen opmerken eerste symptomen en de diagnose van Alzheimer (Wilkinson et al, J Int Med Res 2004) Barrières diagnose Patiënt gebonden het vaak sluipende en variabele begin late presentatie bij huisarts stigma overnemen van rollen door omgeving Professioneel gebonden onzekere diagnose, gebrek aan kennis het niet herkennendis Assoc Disor van vroege symptomen door zorgverleners (Rimmer et al., Int J Clin Pract, 2005) 70% niet weten dat symptomen eerste tekens van Alzheimer zijn, 61% de ernst van de tekens niet inzien, 58% normaal verouderen, 52% andere medische aandoeningen, 50% afwachten of symptomen niet tijdelijk zijn therapeutisch nihilisme bezorgd over het meedelen van de diagnose Gezondheidszorgsysteem beperkte tijd en financiële ondersteuning beperkte ondersteuning (oa Bradford et al., Alz Dis Assoc Disord, 2009)

Belang van vroegtijdige opsporing identificeren van behandelbare fysieke en psychiatrische oorzaken instellen van farmacologische behandeling behandeling van comorbiditeiten, aanpassen van behandelingen starten van psychosociale steun en psychoeducatie plannen en anticiperen uitstellen van plaatsing in rusthuis (Burns & Iliffe, BMJ, 2009) (Gorus et al, accepted for publication ACB)

Mild Cognitive Impairment (lange) preklinische fase subtiele cognitieve veranderingen zonder dat de klinische drempel van dementie bereikt is overgangstoestand tussen normale vergeetachtigheid/dementie verhoogd risico op het ontwikkelen van dementie, maar heterogeen concept zowel qua beloop als subtypes

International working group on MCI (Winblad et al, 2004) Criteria: niet normaal / niet dement cognitieve achteruitgang Subjectieve klachten en stoornis op objectieve cognitieve taken en/of achteruitgang in de tijd op objectieve cognitieve taken ADL intact, IADL minimaal verstoord Geen consensus mbt meetinstrumenten of afkappunten Opmerking: het opsporen van MCI in WZC => eerder op basis van cognitief profiel (Elliott et al, Geriatr Nurs, 2008) (Petersen et al, arch neurol, 2009) 14-18% van 70+

10-15% geheugenklinieken 6-10% epidemiologische studies incidentie dementie en AD 1-2% in gewone bevolking (Petersen et al, arch neurol, 2009)

Subtypen MCI (Petersen et al., 2004) (Petersen et al., 2004)

(Jicha et al, Neurobiol Aging, 2008) (Chong & Sahadevan, Lancet Neurol, 2005)

(Mov Disord, 2010) Behandelen? (Petersen et al, arch neurol, 2009)

Uithoudingsoefeningen Rekoefeningen (PNAS, 2011) (arch neurol, 2010)

Cognitieve evaluatie

MiniCog, MMSE, MOCA, CamCog, ADAScog, Addenbrooke Neuropsychologische testing Minicog Procedure: 3 woorden inprenten/kloktekentest/3 woorden herinneren Opleiding, cultuur, taal Sensitiviteit 97%, specificiteit 95% (Scanlon & Borson, Int J Ger Psy, 2001)

(Borson et al, Int J Ger Psych, 2000) (Borson et al, Int J Ger Psych, 2006)

Mini Mental State Examination Doel = snelle screening cognitief functioneren: oriëntatie in tijd en ruimte registratie en geheugen aandacht/rekenen taal praxie Afnameduur 5-10 minuten Totaalscore: 30, cutoff 23-24 (indicatie aanwezigheid cognitieve stoornis, zegt niets over de oorzaak!) Diagnose: anamnese, klinisch onderzoek, mentale status, aanvullende onderzoeken, Enkel toepassen bij een niet acute stabiele toestand! Cger-gdh daghospitaal geriatrie Mini Mental State-examination naam: Orientatie score punten 1. Wat is de dag 1 het seizoen 1 de datum 1 het jaar 1 de maand 1 2. Waar zijn we land 1 provincie 1 gemeente of stad 1 ziekenhuis of straat 1 verdieping of huisnr 1 Registratie 3. Benoem drie voorwerpen en neem voor elk voorwerp éen seconde tijd. Laat de patiënt de drie voorwerpen noemen 1 punt per juist antwoord. Herhaal eventueel nadien de antwoorden tot de patiënt ze foutloos kan herhalen. 3 Aandacht en rekenen 4. Trek 7 af van 100, hiervan opnieuw 7 aftrekken, enz... (5 maal herhalen). 1 punt per juist antwoord. Stop na 5 antwoorden. Alternatieve opdracht : spel 'DORST' van achter naar voor. 5 Geheugen 5. Herhaal de drie benoemde voorwerpen van vraag 3. 1 punt per juist antwoord. 3 ondervrager: datum: Taal score punten 6. Duid een potlood en een uurwerk aan. Laat ze door de patiënt benoemen. 7. Laat de patiënt herhalen : "nu eens dit dan weer dat" 8. Laat de patiënt het volgende lezen en uitvoeren (zie bijgaand blad) : "SLUIT DE OGEN" Praxis 9. Laat de patiënt de volgende tekening copiëren (zie bijgaand blad): 1 punt als alle zijden en hoeken zijn behouden en als de kruising van beide vijfhoeken een vierhoek is. 2 1 1 1 10. Laat de patiënt een zin opschrijven naar keuze. Het moet een juiste zin zijn met onderwerp en lijdend voorwerp en zinvol. 1 11. Laat de patiënt een driedelige opdracht uitvoeren : een blad papier in de rechterhand nemen, in twee plooien en op de grond leggen. 3 TOTAAL :.../30 (normaal >23/30)

Beperkingen Verschillende versies Beperkt aantal cognitieve functies (beoordelingsvermogen?, verbale vlotheid?, abstract redeneren?, probleem oplossend vermogen?, ) Leeftijd en opleiding Plafond en vloer effecten Hoog aantal fout positieven bij mensen met lage cognitieve mogelijkheden en/of laag opleidingsniveau en fatische stoornissen Hoog aantal vals negatieven bij hoog opgeleiden en frontale stoornissen Items in principe niet afzonderlijk interpreteren MAAR: eenvoudige en snelle test die een evenwicht zoekt tussen diepgang, nauwkeurigheid en belasting voor de patiënt Referentiewaarden MMSE Leeftijd en opleiding specifieke referentiewaarden (Bravo & Hébert, Int J Ger Psychiatry,1997)

Montreal cognitive assessment Specifiek ontwikkeld om MCI op te sporen Breder dan MMSE www.mocatest.org Sens 90%, spec 87%

CAMcog-R Camcog-R is een onderdeel van Camdex Totaalscore: 105 Cutoff score 79/80 (92% sens, 96% spec) CAMcog(R) Oriëntatie Tijd Ruimte Taal Begrijpen (motorische/verbale respons) Expressie (benoemen, verbale vlotheid, definities, herhaling) Begrijpend lezen Dictee Geheugen Herinneren Herkennen Ophalen van informatie Aandacht en concentratie Praxis Constructief Ideationeel Ideomotorisch Rekenen Executief functioneren/abstract denken Perceptie Visueel Object constantie Persoon/functie herkennen

Referentiewaarden Camcog Williams et al. (2003). Int J Ger Psychiatry Neuropsychologische testing Inschatten van: oriëntatie intellectueel functioneren geheugen en leervermogen aandacht psychomotorische snelheid taal executief functioneren perceptie praxis begrips- en beoordelingsvermogen Maar! Alhoewel er verschillende cognitieve profielen bestaan, tonen verschillende meta analyses aan dat er beperkingen zijn in het discrimenerend vermogen van neuropsychologische testen voor de verschillende dementiesyndromen (Mathias & Burke, 2007; Hutchinson & Mathias; 2009) en zeker bij de oudere patiënten (Salmon & Bondi, 2009). Dus steeds in combinatie met klinisch beeld en aanvullende informatie.

Functionele evaluatie MCI en ADL-assessment Criterium: Minimale beperkingen IADL toegestaan Bestaande schalen voldoen niet: moeilijkheid item, niet up to date, sensitiviteit, geen onderscheid tussen motorische en procesmatige vaardigheden, Geen normatieve data Geen consensus over mate van achteruitgang

Activiteiten dagelijks leven 3 niveaus van functioneren, volgens moeilijkheidsgraad en complexiteit b-adl: basale functies, zelfzorg (bv Katz schaal) i-adl: essentieel om zelfstandig te leven (bv Lawton schaal) a-adl ( advanced activities of daily living ): luxe items, verder dan wat nodig is om onafhankelijk te zijn, vrijwillig, beïnvloed door culturele en motivationele factoren, uniek Subtiele problemen in advanced activities of daily living => hoe hoger de cognitieve eisen van de taak hoe gevoeliger voor subtiele cognitieve problemen (De Vriendt, Gorus et al, manuscript in preparation) Categorieën van a-adl Speciale zelfzorg activiteiten Complexe keukenactiviteiten Huishoudelijke toestellen en dagelijkse technologie Complex tuinieren Cognitief stimulerende of intellectuele activiteiten Ambachten Communicatie via technologie Sport Rijvaardigheid Vrije tijd en ontspanning Educatieve activiteiten, zelfontplooiing Vakantie Anderen helpen Klussen Semi professioneel werk (De Vriendt, Gorus et al, manuscript in preparation)

Veranderingen in a-adl Kwaliteit van uitvoering vermindert: Occasionele fouten Minder zorgvuldig Trager Minder frequent en divers Nood aan ondersteuning en supervisie (De Vriendt, Gorus et al, manuscript in preparation)

Vragen? www.vub.ac.be/gero