www.wmpartners.nl Jaargang 6, nieuwsbrief 3, juli 2010



Vergelijkbare documenten
Jaargang 6, nieuwsbrief 2, april 2010

Terugblik. Maandbericht mei 2018

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 3 e kwartaal Bron: Reuters

10-jaars rente Duitsland. 10-jaars rente VS. Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 4 e kwartaal 2017

Wij stellen hoge eisen aan de kwaliteit van de organisatie en het geleverde werk

Beleggingsthema s What a difference a day makes (1975), Dinah Washington

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2015 t/m 30 juni Samenvatting:

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 1 e kwartaal 2019

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2012 t/m ultimo juni Samenvatting:

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Tweede kwartaal april 2012 t/m 30 juni Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad

Welkom bij het webinar over de beleggingsresultaten van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI in het derde kwartaal van 2015

Jaargang 6, nieuwsbrief 4, oktober 2010

Update april 2015 Beleggen

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het derde kwartaal gestegen van miljoen naar miljoen ( miljoen ultimo Q4 2013).

Michiel Verbeek, januari 2013

Jaargang 6, nieuwsbrief 1, januari 2010

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal april 2015 t/m 30 juni 2015

Blijvende onrust op de beurs: hoe nu verder?

In deze nieuwsbrief voor Q2 2014

Wederom onrust op de beurs: hoe nu verder?

27 april 2010 Emerging Markets Monthly Report

Terugblik. Maandbericht maart 2018

Internationale Economie. Doorzettend, maar mager groeiherstel, veel neerwaartse risico s

Perspectief Mid Year Update Economie & Beleggingsstrategie Ineke Valke

Veranderingen in de internationale positie van Nederlandse banken

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2013

Wat te doen bij toenemende politieke risico s

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2014 t/m 30 juni Samenvatting: dalende rente

De marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2015 was 135,1%. Dit is een toename van 5,7% ten opzichte van 31 maart 2015.

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Deelnemersvergadering

QE in de eurozone: bezit van de zaak, einde van het vermaak?

Terugblik. Maandbericht april 2018

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2016 t/m 30 juni Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2013 t/m 31 december Samenvatting: stijgende aandelen

Waar liggen de kansen?

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal juli 2015 t/m 30 september Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2017 t/m 31 maart Samenvatting:

Opkomende markten: do s en don ts

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Bericht 3 e kwartaal September 2014

Beleggen in het Werknemers Pensioen

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013.

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2016 t/m 31 maart Samenvatting:

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 4 e kwartaal 2018

Maandbericht Beleggen September 2015

Vraag & antwoord Beurscorrectie

Kwartaalverslag tweede kwartaal 2013

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2015 t/m 31 maart 2015

KWARTAALBERICHT Eerste kwartaal 2015

Economie en financiële markten

Het waren weekjes weer wel: 38 en 39

ABN AMRO. verzekeringen. Marktontwikkelingen & vooruitzichten. Portefeuilleverdeling & fondsselectie. Rendement. Profielfonds 3. Tweede kwartaal 2012

BEHEERSVERSLAG TRANSPARANTINVEST 4/3/2015. Macro & Markten, strategie. 1. Rente en conjunctuur : EUROPA

Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008

Robeco Life Cycle Funds

4e kwartaal 2016 Den Haag, januari 2017

Oktober Macro & Markten. 1. Rente en conjunctuur :

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van miljoen naar miljoen ( miljoen ultimo Q4 2013).

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2014 t/m 30 september 2014

Oerend hard. 16 juni 2015

DOUBLEDIVIDEND OUTLOOK 2015 KWALITEIT ONAFHANKELIJK BETROKKEN

Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum. Jaarrapport 2017

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Presentatie beleggingsresultaten over eerste kwartaal van 2017 van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI. Bas Endlich Jacob Vijverberg 1

Kwartaal Update. Gold&Discovery Fund. Er lijkt een einde gekomen aan de zware correctie in grondstofgerelateerde. januari 2012

Voorjaarsprognoses : Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2014 t/m 31 maart Samenvatting: stijgende aandelen

Internationale varkensvleesmarkt

Hoe (slecht) gaat het met de conjunctuur? Edwin De Boeck Fedustria 13 oktober 2011

SCHULD EN BOETE IN HET WESTEN. Jaap van Duijn Grip op je Vermogen 5 oktober 2012

VVMA Congres 18 mei 2010

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2016 t/m 31 december Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2014 t/m 31 december 2014

Obligaties Algemeen economisch:

De gegevens van Hewitt Associates zijn: Hewitt Associates Outsourcing B.V. Beukenlaan 143 Postbus JP Eindhoven

Informatie beleggingsfondsen per 31 december 2015

Kwartaalbericht Q The beat goes on (1967), Sonny & Cher

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Derde kwartaal juli 2013 t/m 30 september 2013

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Informatie over beleggingen in de prepensioneringsregeling

ING Investment Office

Robeco Life Cycle Funds. Kwartaalbericht Q2 2017

Visie ING Investment Office Oktober 2017

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2017 t/m 30 juni Samenvatting:

Risico pariteit Aandelen Wereldwijd Ontwikkelde Markten - MSCI World Index MSCI Daily Net TR World Euro, Aandelen Wereldwijd

Marktwaardedekkingsgraad per 30 september ,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013.

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam

Outlook Figuur 1: Invloed van Chinese groei op wereldwijde groei. (bron: Capital Economics) december 2015 Pagina 2 van 7

Care IS klantbijeenkomst. Hotel van der Valk

Informatie over beleggingen in de prepensioneringsregeling

Care IS klantbijeenkomst. Hotel Van der Valk oktober 2015

Vaak is de eenvoudigste oplossing ook de beste!

Hoofdstuk 2: Het Taylor-Romer model

CEP 2009 Oorzaken en gevolgen van de kredietcrisis

Informatie beleggingsfondsen per 30 juni 2015

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen.

Rapportage 2e kwartaal 2016

Transcriptie:

www.wmpartners.nl Jaargang 6, nieuwsbrief 3, juli 2010 1 - Ook indexbeleggingen vragen om actieve rol van een beheerder 2 - Chinabezoek delegatie Wealth Management Partners 3 - Dreigende wolken boven de Eurozone Columns: Zwakke euro een zegen voor globale belegger en Valkuilen van selectie op outperformance Wealth Management Partners (WMP) is gespecialiseerd in het gestructureerd beheren en regisseren van grote(re) vermogens. Voor een beperkt aantal cliënten voeren wij het beheer en de regie over circa 1 miljard aan vermogen, waarmee wij in Nederland een vooraanstaande marktpartij zijn. Wij doen dat vanuit een volstrekt onafhankelijke positie. Wij zijn onafhankelijk in ons beleggingsbeleid, kennen een onafhankelijke eigendomsstructuur, en zijn onafhankelijk bij de selectie van een (depot)bank. Onze cliëntenkring bestaat in meerderheid uit ondernemers, vermogende families, verzekeraars en bestuurders van instellingen, stichtingen en fondsen voor charitatieve doelen. Referenties beschikbaar. Ook indexbeleggingen vragen om actieve rol van een beheerder Door Rico Bosma De recente onrust op de financiële markten over de PIIGS-landen (Portugal, Ierland, Italië, Griekenland en Spanje) leert ons dat ook delen van de portefeuille die zijn ingevuld met indexfondsen en trackers (passieve beleggingsproducten) actief gevolgd moeten worden. Veel actieve fondsmanagers verlaagden begin 2010 agressief de blootstelling naar de PIIGS-landen in hun portefeuille. In passieve beleggingsproducten bleef de blootstelling, tot het moment dat kredietbeoordelaar S&P de kredietwaardigheid van Griekenland verlaagde, echter op hetzelfde niveau. Ook passieve beleggingsproducten vragen om actie Afbouw op (het) slecht(ste) moment De indexregels, aan de hand waarvan het passieve beleggingsproduct wordt samengesteld en aangepast, bepalen of een downgrade van een land zorgt voor verwijdering uit een index en wanneer dit gebeurt. Beleggers in passieve beleggingsproducten op de Barclays Euro Government Index zagen bijvoorbeeld dat 24 Griekse leningen op 1 mei jl. uit de index werden verwijderd nadat S&P de rating op 27 april verlaagde. Dit betekende dat 4% van de onderliggende beleggingen gedwongen werd verkocht op een ongunstig moment. Het sentiment was door de downgrade zeer slecht en er werden vele beleggers op hetzelfde moment gedwongen afscheid van de belegging te nemen waardoor de prijsvorming verre van ideaal was. De weging van Griekenland is relatief klein. De gezamenlijke weging van de PIIGSlanden in de gemiddelde obligatie-index is echter circa 40% (waarvan 23% Italië). Deze landen maken praktisch altijd deel uit van de ruim 100 obligatie-index en tracker producten die er in Europa beschikbaar zijn. Gedwongen afbouw van dergelijke percentages obligaties zou voor forse negatieve uitschieters in een portefeuille kunnen zorgen als hierop niet actief wordt geanticipeerd. De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft eind vorig jaar de leidraad 'Zorgvuldig adviseren over vermogensopbouw' uitgebracht. Hierin wordt gesteld dat passieve beleggingsproducten vanwege hun lage kosten aantrekkelijk zijn voor beleggers en dat hier in beginsel de voorkeur aan gegeven zou moeten worden boven actief beheerde fondsen. Door alleen te focussen op kosten wordt echter voorbij gegaan aan beperkingen van passieve beleggingsproducten. Actief versus passief: let niet alleen maar op kosten De manager van een actief beheerd fonds kan zijn fonds continu aanpassen aan de marktomstandigheden om het onderliggende risico op een bepaald niveau te houden en dit niet te sterk te laten schommelen. De belegger in een dergelijk fonds koopt dus eigenlijk marktexpertise in en mag hiervoor verwachten dat de manager het fonds continu aanpast volgens vooraf in de prospectus gestelde risicoparameters.

Beleggers in passieve beleggingsproducten zullen zelf constant een afweging moeten maken of het risico van de belegging niet is veranderd door de veranderde marktomstandigheden en of de belegging hiermee nog wel voldoet aan de doelstelling. Ook indexproducten vragen daarom om een actieve rol van de belegger en/of zijn adviseur. Chinabezoek delegatie Wealth Management Partners Door Bas Nienhaus Het verhaal is bekend: in slechts 20 jaar tijd heeft China dankzij goedkope arbeid (1,4 miljard inwoners) en een centraal geleide economie zichzelf ongekend op de wereldkaart gezet door met goedkope(re) producten het aandeel in het wereldwijde BNP van 2% op te stuwen naar thans 16%. Daarnaast is de vaste koppeling van de RMB aan de dollar een sleutel tot succes, omdat de exportpositie hierdoor volgens macro economen nog een kunstmatige impuls kent. Welke zaken vielen ons op? Het is duidelijk dat er een middenklasse begint te ontstaan die de motor is voor binnenlandse, consumptiegedreven groei De invloed van aandeelhouders is veelal niet duidelijk Signalen over sterke opwaartse druk op de lonen die de concurrentiepositie voor arbeidskosten-gevoelige sectoren verslechteren (m.n. versus India en Vietnam dat tot 50% lagere lonen kent). Maar tegelijkertijd is dit ook een noodzakelijke ontwikkeling om als land van emerging naar developped te ontwikkelen, omdat hierdoor de focus verschuift naar productiviteitsverbetering en toegevoegde waarde industrieën. China is met name booming aan de kustgebieden (noord-oosten) en de 3 grote steden Shanghai-Beijing-Shenzen met totaal 50 mln inwoners, terwijl de verre (agrarische) binnenlanden relatief gezien achterblijven. Dit heeft te maken met de infrastructuur (een van de motoren achter de binnenlandse groei) en urbanisatie. Tijdens een 8-tal bedrijfsbezoeken, viel het ons op dat de meeste bedrijven jong zijn (10-12 jaar geleden opgericht) en vaak met een link naar een universiteit of overheid. De sfeer toont spirit en de toekomst ziet men zonnig: in booming China is de sky the limit; Onduidelijk is wat de invloedsfeer is van de grootaandeelhouders die bij alle bedrijven steeds weer opdoemen, vaak ook de overheid ( State Owned Enterprises ). Het is duidelijk dat er een middenklasse begint te ontstaan die de motor is voor binnenlandse, consumptiegedreven groei. Twee paar voorbeelden uit de praktijk: (i) Een bezoek aan de Chinese variant van Booking.com illustreerde de opkomst van reizen, vliegen en hotelindustrie. Het bedrijf heeft een marktaandeel van 50% op deze on-line markt (overigens nog wel via voornl. via call centers), maar heeft overigens nog maar 10 miljoen klanten; (ii) Een bezoek aan een van de grootste autodealers van China, recente ge- IPO-ed, dat als warme broodjes auto s verkoopt aan prijs-ongevoelige Chinezen. Korting bedingen kent men in deze sector (nog) niet en iedere nieuwe vestiging is in 6 maanden winstgevend. Wachttijden in het segment Audi-Mercedes-BMW zijn inmiddels opgelopen tot 6 maanden. Inmiddels heeft 50% van de Chinezen een mobiele telefoon en 35% heeft internet, waarbij de penetratiegraad in de booming kustgebieden en grote steden vanzelfsprekend fors hoger ligt. Het toont de rappe ontwikkeling waarmee de consumptiepiramide wordt beklommen. China is duidelijk een economie die zwaar op stoom ligt, geholpen door actief overheidsbeleid. Risico s zijn er weldegelijk, zowel macro (valuta, inflatie) als micro (gebrekkige transparantie). Voor een investeerder is het bovendien belangrijk om goed de maatschappelijke trends te volgen en deze te vertalen naar investeringskansen. De conclusie is daarmee dat China voor een belegger kansrijk blijft, maar wel door ter plaatse gebruik te maken van expertise bij het selecteren en actief monitoren van goed geleide bedrijven. 2 Jaargang 6, nieuwsbrief 3, juli 2010

Een faillissement van Griekenland werd niet langer uitgesloten Financieringsbehoefte voor de komende twee à drie jaar veiliggesteld Dreigende wolken boven de Eurozone Door Peter van Doesburg In het tweede kwartaal van 2010 namen de spanningen op de kapitaalmarkt toe als gevolg van de schuldencrisis in de Eurozone. De zorgen omtrent de herfinanciering van Griekse staatsschulden leidden tot een sterk oplopende Griekse rente en zelfs een faillissement werd niet langer uitgesloten. Hoewel de Griekse economie slechts een fractie (3%) van de totale Eurozone omvat, kwam de euro sterk onder druk te staan en daalde naar het laagste punt in zeven jaar ten opzichte van de Amerikaanse dollar. Deze daling kwam mede doordat mogelijk ook andere landen met hoge staatsschulden zouden kunnen worden meegesleurd in de schuldencrisis. Gevreesd werd dat Portugal de volgende speelbal van de kapitaalmarkten zou worden en wellicht daarna ook Spanje. Ook ontstond opnieuw onzekerheid over de fragiele Europese bankensector, die geconfronteerd zou kunnen worden met nieuwe afschrijvingen, ditmaal niet afkomstig van de particuliere sector maar nu ook van noodlijdende overheden. De euro daalde in de eerste helft van 2010 tegen vrijwel alle belangrijke valuta. De dalingen ten opzichte van de twee belangrijkste valuta, de Amerikaanse dollar en de Japanse yen, waren met circa 15% het grootst. Als gevolg van de escalatie van de schuldencrisis werden de eurolanden gedwongen noodmaatregelen te nemen om de euro en de cohesie van de Eurozone te beschermen. Dit resulteerde begin mei in een garantiestelling van in totaal 750 miljard aan kwetsbare staatsschulden. Van dit bedrag droeg het IMF 220 miljard bij. Door deze ingreep werd de financieringsbehoefte voor de zwakkere landen binnen de Eurozone voor de komende twee à drie jaar veiliggesteld. Dit betekent echter niet dat de lange termijn problematiek ook is opgelost; er werd slechts tijd gekocht met deze noodmaatregelen om de rust op de financiële markten te herstellen. Een gevolg van het verzwakken van de euro was de positieve impact daarvan op de beleggingsrendementen. De rendementen, gemeten in lokale valuta van de belangrijkste aandelenmarkten, waren in de eerste helft van 2010 allen negatief zoals te zien is in onderstaande grafiek. Doordat vrijwel alle vreemde valuta stegen ten opzichte van de euro ontstond toch een positief resultaat van 5,9% omgerekend in euro. Dit positieve resultaat flatteert echter wel de matige ontwikkelingen op de internationale aandelenmarkten. Sterke discrepantie aandelenrendementen in lokale valuta versus euro s Aandelenrendementen in de eerste helft van 2010 15% 10% 5% 0% -5% -10% MSCI World Index Eurozone (22%) Bron: MSCI, Bloomberg Verenigde Staten (47%) Verenigd Koninkrijk (10%) Japan (10%) Opkomende markten (5%) Rendementen in euro Rendementen in lokale valuta (Tussen haakjes het gewicht per regio in de MSCI World Index) Schuldencrisis lijkt nog niet bezworen Sterke renteverschillen als gevolg van de schuldencrisis Een ander gevolg van de schuldencrisis was dat de rente fors opliep in de zuidelijke lidstaten van de Eurozone. In Griekenland liep de 2-jaarsrente zelfs tijdelijk op naar 18%. Toen de garantiestelling na lang aarzelen door de lidstaten werd goedgekeurd, daalden de rentes terug naar niveaus van vóór de crisis. Echter, sindsdien loopt de rente in de zuidelijke regio geleidelijk weer op, hetgeen duidelijk maakt dat de schuldencrisis nog niet is bezworen. 3 Jaargang 6, nieuwsbrief 3, juli 2010

Rente in zuidelijke Eurozone landen liep sterk op in het tweede kwartaal 2-jaars rente Eurozone % 20 Aankondiging garantieplan Eurozone 16 12 8 4 0 jan-10 mrt-10 mei-10 jul-10 Griekenland Portugal Spanje Nederland Staatsobligaties van solide landen fungeren nog steeds als vluchthaven In de afgelopen maanden tekende zich een sterke discrepantie af binnen de euro lidstaten. Terwijl de rente van de probleemlanden opliep, daalde de rente juist in de landen die een relatief sterke uitgangspositie hadden. Zo daalde de 10-jaarsrente in Nederland bijvoorbeeld voor het eerst in de geschiedenis onder de drie procent, terwijl ook in Duitsland nieuwe laagterecords werden bereikt. De staatsobligaties van de meer solide landen fungeerden hiermee nog steeds als een vluchthaven in onzekere tijden. Dit had tot gevolg dat de rente in de Eurozone als geheel daalde, ondanks de opdoemende sterke toename van de staatschulden in de regio. De euro lidstaten hebben vrijwel allemaal forse bezuinigingen aangekondigd in reactie op de schuldencrisis. Het besef is ook bij de zuidelijke lidstaten doorgedrongen dat het garantiepakket van de gezamenlijk lidstaten en het IMF niet voldoende is om het vertrouwen van de kapitaalmarkten permanent terug te winnen. Daarvoor is ook een duurzame budgetdiscipline noodzakelijk. Ondanks de aangekondigde bezuinigingen is het nog zeer de vraag hoe deze in de praktijk zullen uitpakken. Het zwaartepunt van de maatregelen is over het algemeen pas gepland over een flink aantal jaren en is zonder uitzondering nog niet duidelijk vastgelegd. De staatsschuld zal gaan oplopen richting 100% van het BBP Herstel van de wereldhandel zet door Voorts is sprake van toenemende sociale onrust, met name over het verhogen van de pensioengerechtigde leeftijd. Met uitzondering van Luxemburg overschrijden alle lidstaten de norm voor begrotingstekort van 3% van het BBP, zoals die is vastgelegd in het verdrag van Maastricht. Voor de komende jaren betekent dit dat de staatsschuld in Europa fors zal gaan oplopen richting de 100% van het bruto binnenlands product. Ook in de Verenigde Staten tekent een dergelijk ontwikkeling zich af. Met het oplopen van de staatsschulden wordt de problematiek van de kredietcrisis feitelijk doorgeschoven naar de toekomst. De wereldeconomie herstelt verder Het herstel van de wereldeconomie dat in 2009 startte, heeft zich in 2010 verder voortgezet. Dit wordt geïllustreerd door het aanhoudend sterke herstel van de wereldhandel dat het niveau van vóór de kredietcrisis begint te benaderen. Hieruit blijkt dat het economische vertrouwen sneller is teruggekeerd dan eerder werd aangenomen. Het IMF heeft dan ook haar verwachtingen voor de groei van de wereldeconomie in het tweede kwartaal verhoogd van 3,25% naar 4,25%. 4 Jaargang 6, nieuwsbrief 3, juli 2010

De wereldhandel is bijna terug op het niveau van vóór de kredietcrisis Index 2000 = 100 175 Wereldhandel 150 125 100 75 50 25 0 apr-92 apr-95 apr-98 apr-01 apr-04 apr-07 apr-10 Bron: Centraal Plan Bureau De zwakke euro bevordert de export De financieringscrisis binnen de Eurozone heeft nog geen negatief effect gehad op de wereldeconomie en de Europese economie. Op de korte en middellange termijn is het effect waarschijnlijk zelfs positief doordat de zwakke euro de export vanuit de Eurozone bevordert. Dit komt vooral ten goede aan de noordelijke landen binnen de Eurozone, zoals Duitsland, waar het producentenvertrouwen onder invloed van de zwakke euro naar het hoogste niveau is gestegen sinds de uitbraak van de kredietcrisis. Het economische herstel in de Verenigde Staten wordt voornamelijk gedreven door de consumentenbestedingen. Ondanks de aanhoudend hoge werkloosheid, de op een laag niveau stagnerende huizenprijzen en een lage spaarquote is er sprake van een toenemende koopbereidheid. Exporten van China en Taiwan groeiden boven verwachting De opkomende markten hebben ook in het tweede kwartaal hun leidende economische positie behouden. Na enige aarzeling en onzekerheid over de duurzaamheid van de groei bleek met name de export in Azië zich zeer sterk voort te zetten. Exporten in zowel China als Taiwan groeiden boven verwachting met meer dan 50% ten opzichte van een jaar eerder. Ondanks de groei en het herstel van de wereldeconomie blijven structurele onevenwichtigheden bestaan. De Amerikaanse consument geeft teveel geld uit, terwijl de consumenten in de rest van de wereld juist te weinig besteden. In dat perspectief is het een gunstige ontwikkeling dat China onlangs besloten heeft om de Yuan geleidelijk te laten appreciëren tegen de Amerikaanse dollar. Hiermee zal naar verwachting de Chinese export worden geremd en de interne consumentenbestedingen toenemen. Economische groei (%) 2009 2010 2011 Wereld -1,1 4,4 4,0 Eurozone -4,0 0,9 1,0 Verenigde Staten -2,4 3,5 3,6 Japan -5,2 3,3 0,8 G7-ontwikkelde landen -3,5 2,8 2,5 Azië excl Japan 5,5 8,4 7,6 Latijns Amerika -2,7 4,5 3,7 Bron: Deutsche Bank 5 Jaargang 6, nieuwsbrief 3, juli 2010

De inflatie is op dit moment afwezig in ontwikkelde landen Inflatie afwezig in ontwikkelde landen De afgelopen maanden is opnieuw gebleken dat inflatie volledig afwezig is in de ontwikkelde landen. De kerninflatie (de inflatie exclusief de beweeglijke voedsel- en energieprijzen) daalde zowel in de Verenigde Staten als in de Eurozone naar het laagste niveau in meer dan vijftig jaar. Ondanks dat de korte rente in beide regio s dicht tegen de nul procent wordt gehouden en de geldpersen draaien, ontstaat geen opwaartse druk op prijzen. De hoge werkloosheid en de zeer lage bezettingsgraad zorgen ervoor dat de lonen en prijzen laag blijven in de ontwikkelde landen. Het is onze verwachting dat deze ontwikkeling blijft doorzetten tot in ieder geval 2011. Hiermee zal waar-schijnlijk ook de korte rente op het huidige lage niveau worden gehouden. De inflatiesituatie in de opkomende markten is -in tegenstelling tot de ontwikkelde landen- een stuk dreigender. De aanhoudende robuuste economische groei en de daarmee gepaard gaande groeiende consumentenbestedingen leiden tot opgaande stijgende prijzen en hogere lonen. Illustratief hierbij is het groeiend aantal loonconflicten in China dat zich manifesteerde gedurende de eerste helft van 2010. Kerninflatie in de Verenigde Staten en Eurozone thans laagst in 50 jaar %, inflatie exclusief voedsel en energie 6 5 4 3 2 1 Kerninflatie 0 mei-90 mei-95 mei-00 mei-05 mei-10 VS Eurozone Het momentum blijft opwaarts gericht Winstmomentum bedrijfsleven aanhoudend positief Sinds april 2009 is er sprake van een onafgebroken reeks van stijgende winstverwachtingen. Hierbij worden de 12-maands voorwaartse consensus verwachtingen van de bedrijfswinsten bezien, aangezien deze voor de beurskoersen meer relevant zijn dan winsten uit het verleden. Hoewel het momentum lijkt af te nemen, blijft het opwaarts gericht. Deze ontwikkeling wordt ondersteund door het producentenvertrouwen dat zich weer op niveaus bevindt van 2006 en 2007, hetgeen de topjaren waren van de wereldeconomie. Positief momentum winsten zwakt af maar is nog wel positief Ontwikkeling verwachting bedrijfswinsten MSCI World maand-op-maand verandering 5% 0% -5% -10% -15% jun-04 jun-05 jun-06 jun-07 jun-08 jun-09 jun-10 6 Jaargang 6, nieuwsbrief 3, juli 2010

Bedrijven staan er financieel relatief goed voor Naast de winstgevendheid staan ook de balans- en kaspositie van bedrijven er relatief goed voor, zowel in de ontwikkelde landen als in de opkomende markten. Bedrijven zijn daarmee goed voorbereid op mogelijke nieuwe tegenslagen in de nabije toekomst. Desondanks is de renteopslag van bedrijfsobligaties ten opzichte van staatsobligaties in het tweede kwartaal opgelopen als gevolg van de staatsschuldencrisis in de Eurozone. Waarderingen aandelen aantrekkelijk versus staatsobligaties Doordat de koersen van aandelen wereldwijd per saldo niet zijn gestegen vanaf het begin van 2010 (in lokale valuta) en de winstverwachtingen wel zijn verhoogd, zijn de waarderingen van aandelen aantrekkelijker geworden. Koerswinst verhouding (o.b.v. twaalfmaands voorwaartse verwachtingen) Eurozon Opkomende Wereld e VS Japan markten 31-12-2009 14,3 12,4 14,4 20,0 12,8 30-06-2010 11,5 10,2 11,6 14,2 10,4 Bron: MSCI, Bloomberg Het rendement op staatsobligaties daalt verder De rendementen op staatsobligaties zijn voor de meeste landen verder gedaald, ondanks (of misschien wel dankzij) de schuldencrisis in de Eurozone. Dit heeft tot gevolg dat het verschil tussen het winstrendement op aandelen en het rendement op staatsobligaties verder verschoven is in het voordeel van aandelen. Rendementsverschil aandelen versus staatsobligaties opgelopen in H1 2010 Rendementsverschil aandelen versus staatsobligaties Verwacht winstrendement op aandelen minus rente op staatsobligaties 12% 10% 8% 6% Eurozone VS 4% 2% 0% jun-03 jun-04 jun-05 jun-06 jun-07 jun-08 jun-09 jun-10 Amstelveen, juli 2010 7 Jaargang 6, nieuwsbrief 3, juli 2010