Hoofdstuk 2: Het Taylor-Romer model

Transcriptie

1 Hoofdstuk 2: Het Taylor-Romer model 1. Opbouw van de AV-lijn A. Relatie tussen reële bbp en rente Fragment: Belgische glansprestatie (Tijd, 31/12/2004) Bestedingen De consumptie van de gezinnen groeide met 2,2 procent, hoewel hun koopkracht slechts met 0,9 procent toenam. Daardoor daalde de spaarquote van 15,5 tot 14,3 procent. Ook de bestedingen van de overheid stegen ten opzichte van het voorbije jaar. De overheidsconsumptie steeg met 3,5 procent. Vooral de uitgaven voor gezondheidszorg namen toe. De overheidsinvesteringen stegen flink omdat de gemeenten begonnen te anticiperen op de gemeenteraadsverkiezingen van De investeringen stegen met ruim 3 procent. De economische heropleving en de toename van de winsten stimuleerden de bedrijfsinvesteringen. De investeringen van de gezinnen in woningen stegen matig. Voorts had de verhoging van de voorraden een belangrijke positieve invloed op de economische activiteit. De netto-uitvoer (uitvoer min invoer) had een negatieve invloed op de economische groei omdat de invoer meer toenam dan de uitvoer. De groei van de export van goederen en diensten versnelde tot bijna 4 procent in volume dankzij de internationale economische heropleving. Maar de sterke binnenlandse vraag deed de import nog iets sneller stijgen. Een deel van de gebruikte consumptie- en investeringsgoederen werd ingevoerd uit het buitenland. Gevraagd: Haal uit deze tekst de diverse onderdelen die de bestedingen van de economie uitmaken:

2 1. Schrap wat niet past: A. De rente stijgt, wat ga je als consument doen? Mijn spaargelden brengen meer / minder op. Ik ga meer geld uitgeven aan consumptiegoederen / Ik laat meer geld op mijn spaarrekening staan ik kan meer / minder consumeren B. De voet staat hoog. Wat ga je als ondernemer doen? leningen om te investeren zijn duur / goedkoop Ik investeer nu in een nieuwe productielijn / Ik wacht met investeren tot later ik zal meer / minder investeren C. De Europese voet staat hoog, wat zal er gebeuren? Amerikaanse beleggers zullen meer / minder geneigd zijn met hun kapitaal naar Europa te komen. Belgische beleggers zullen meer / minder geneigd zijn om Amerikaanse aandelen te kopen. Het aanbod van USD in Europa stijgt / daalt. De vraag naar USD vanuit Europa stijgt / daalt. Hieruit kunnen we afleiden: de wisselkoers van de euro zal stijgen / dalen de euro zal appreciëren / depreciëren ten opzichte van de USD

3 Dat wil zeggen: voor Amerikaanse afnemers wordt importeren vanuit Europa duurder / goedkoper voor Europese afnemers wordt importeren vanuit de Verenigde Staten duurder / goedkoper. Zodoende: De Belgische import stijgt / daalt De Belgische export stijgt / daalt De Belgische netto-export stijgt / daalt 2. Teken nu de gevonden verbanden in volgende grafieken: Consumptieaandeel in bbp Investeringsaandeel in bbp Netto-export 3. Welk verband hebben de verschillende componenten van de aggregate vraag met de?

4 B. Verband tussen inflatie en rente 1. Lees documenten (Trichet en Fed) ECB voert monetaire politiek Jean-Claude Trichet, voorzitter van de ECB, heeft gisteren de plannen bevestigd voor een stijging van de Europese rentetarieven. Hiermee wijst hij op een actie van de ECB tegen een mogelijke loon-prijsspiraal als gevolg van de hoge olieprijzen. Ook de aanhoudende begrotingstekorten in een aantal landen van de EMU werken verstorend. De Europese Commissie voorspelt een inflatie van 2,3 procent, duidelijk meer dan de inflatiedoelstelling van de Bank. Bovendien verbeteren het consumenten- en producentenvertrouwen, zodat de economische groei versnelde van 0 procent in het eerste kwartaal tot 0,6 procent in het derde kwartaal van 2005, met een verhoogde druk op de prijzen als gevolg. US interest rates cut again BBC-News, Wednesday, 12 December, 2001, The US Federal Reserve has cut interest rates by a quarter of a percentage point to 1.75%. It is the 11th cut the Fed has made this year, in its efforts to revive the flagging US economy. "Economic activity remains soft, with underlying inflation likely to edge lower from relatively modest levels," the Fed said in is statement. It added that while there were some signs of recovery in the economy, these were "preliminary and tentative."

5 2. Welke actie onderneemt Trichet volgens het artikel? Waarom? 3. Waarom wordt deze reactie van de ECB verwacht? a. Een stijging van de rente veroorzaakt een toename / afname van de aggregate vraag en bijgevolg een stijging / daling van het reële bbp. b. Een daling van de rente veroorzaakt een toename / afname van de aggregate vraag en bijgevolg een stijging / daling van het reële bbp. 4. Wat gebeurde er in 2001 met de Amerikaanse rente? Wat weet je uit dit artikel over de Amerikaanse inflatie op dat moment? 5. Conclusie: De ECB/FED gebruiken het peil als instrument, als monetaire beleidsregel, om de inflatie te regelen. (rentewapen) Als de inflatie hoog is zal de nationale bank haar rente dus verlagen / verhogen Als de inflatie laag is kan de nationale bank haar rente verlagen / verhogen. 6. Welk verband is er bijgevolg tussen de inflatie en de rente?