WORLDCLASS COACHING DEEL 1 BASISKENNIS HAAL HET BESTE UIT JEZELF ÉN UIT JE TEAM/SPORTERS! DOOR COERT-JAN TOMASSEN DECEMBER 2010 1
DEEL 1 - DE AMBITIE BETERE SPORTPRESTATIES 2
DEEL 1 - ONDERDELEN SPORTPRESTATIE SPORTPRESTATIE TALENT TECHNIEK TACTIEK CONDITIE / FITHEID MENTAAL 3
DEEL 1 - HET DOEL COACHES BETER MAKEN 4
DEEL 1 - WAAROP RICHT COACHING ZICH? Teams en sporters IN BEWEGING KRIJGEN zodat zij tot optimale prestaties komen, door: >> De manier van doen te beïnvloeden >> De manier van denken te beïnvloeden >> Het willen te beïnvloeden in de richting van het einddoel! 5
DEEL 1 - ONDERDELEN COACHPRESTATIE COACHPRESTATIE TALENT TECHNIEK TACTIEK CONDITIE / MENTAAL OMGEVING TRAINEN/COACHEN TRAINEN/COACHEN FITHEID TRAINEN COACHEN MANAGEN Beïnvloeden technische vaardigheden Beïnvloeden strategie spelplan Beïnvloeden mentale, fysieke & emotionele fitheid sporter Slaap, voeding, lichamelijke oefening, humor, ontspanning, psychische behoeften, sociale contacten Beïnvloeden gedrag sporter (zelf)kennis mentale vaardigheden mentale weerbaarheid motivatie Organiseren & plannen trainingstegenstanders transport accomodaties, staf, media/pers TAAKGERICHT MENSGERICHT OMGEVINGSGERICHT 6
DEEL 1 - WAAROP RICHT MENTAAL COACHEN ZICH? 90% KAN DE COACH ZELF! MENTAAL COACHEN BEINVLOEDEN SPORTER Beïnvloeden gedrag sporter/team (zelf)kennis mentale vaardigheden mentale weerbaarheid motivatie BEINVLOEDEN TEAM 0% GEDRAG 100% PRESTATIES PERSOONLIJKE ONTWIKKELING TEAMBUILDING 7
DEEL 1 - UITGANGSPUNTEN MENTAAL COACHEN? 1 PRESTATIEGERICHT (HET GAAT OM OPTIMALE PRESTATIES) 2 SPORTER/TEAM CENTRAAL (HET BEGINT MET HERKENNEN) 3 COACH GESTUURD (DAARNA GA JE BEINVLOEDEN) 8
DEEL 1 - WAT IS MENTAAL? GEBEURTENIS (TRIGGER) Onder mentaal verstaan we de psyche van de mens en richt zich op gedrag, gedachten en gevoelens als reactie op een gebeurtenis. Er is een Gebeurtenis die plaatsvindt. Over die gebeurtenis heb ik Gedachtes, wat ik denk daarover. Bij die gebeurtenis heb ik bepaalde Gevoelens, hoe ik mij erbij voel. Tenslotte is er het Gedrag (doen). Ze horen samen en hebben invloed op elkaar. Bron: A. Ellis GEDACHTEN AUTOMATISCHE REACTIE GEVOEL GEDRAG 9
DEEL 1 - DE 4G s GEBEURTENIS (TRIGGER) De 4G s: Gebeurtenis > Gedachten > Gevoel > Gedrag In het 4 G-schema wordt onderscheid gemaakt tussen feitelijke Gebeurtenissen en de persoonlijke Gedachten, Gevoelens en Gedragingen. Door deze 4G s uit te werken ontdek je waarom de sporter in bepaalde situaties iets doet, denkt of voelt. In situaties waarin de sporter zich bijvoorbeeld onprettig voelt, kan deze werkmethode helpen om angst of onprettige gevoelens te verminderen. Bron: A. Ellis GEDACHTEN AUTOMATISCHE REACTIE GEVOEL GEDRAG 10
DEEL 1 - HET IJSBERGMODEL Gedrag Een mens kan je zien als een ijsberg. Boven de waterlijn bevindt zich het zichtbare gedrag, kennis en vaardigheden. Onder de waterlijn zit het niet zichtbare denken en willen. Het leren begrijpen en het ontwikkelen van gedrag doen wij aan de hand van het ijsbergmodel. Naar: IJsbergmodel, McClelland Kennis Vaardigheden Denkbeelden (overtuigingen, normen & waarden) Drijfveren (motivatie & intenties) 11
DEEL 1 - WAAR KOMT GEDRAG VANDAAN? NIVEAU 1 - DOEN GEDRAG KENNIS VAARDIGHEDEN NIVEAU 2 - DENKEN OPVATTINGEN (ZELFBEELD) OVERTUIGINGEN NORMEN EN WAARDEN PERSOONLIJKE EIGENSCHAPPEN NIVEAU 3 - WILLEN DRIJFVEREN MOTIEVEN 12
DEEL 1 - DE MENTALE COMPONENTEN OP 3 NIVEAUS NIVEAU 1 - DOEN MENTAAL VERMOGEN GEDRAGSPATROON NIVEAU 2 - DENKEN MENTALE WEERBAARHEID NIVEAU 3 - WILLEN MOTIVATIE 13
DEEL 1 - DE AANDACHTSCIRKELS De aandachtscirkels zijn het vertrekpunt. Je kunt er als coach dagelijks mee werken. 1 = FOCUS (IK EN MIJN TAAK IN HET HIER-EN-NU) 2 = DIRECTE AFLEIDINGEN (WEER, PUBLIEK, SCHEIDSRECHTER, MATERIAAL, ETC.) FOCUS 1 2 3 4 5 3 = WAT IK EIGENLIJK ZOU MOETEN KUNNEN 4 = WINNEN/VERLIEZEN 5 = GEVOLGEN VAN WINNEN OF VERLIEZEN 6 = ZIJNSVRAAG (WAT DOE IK HIER?) 6 Nadal blijft altijd bij zichzelf en bij zijn taak Winnen is niet de directe taak van een toptennisser, de bal goed raken wel. Nadal toonde een sterk staaltje van bij zijn taak blijven toen hij in het Amerikaanse Indian Wells Andy Murray versloeg. Terwijl de Brit bleef klagen over de harde wind nam Nadal zich voor alle ballen minder scherp te richten; door de wind zouden ze te ver afwijken als hij ze te dicht bij de lijnen zou slaan. Dat was zijn taak en hij voerde die perfect uit vanuit zelfvertrouwen. Bron: Coachen op Competenties, Lingsma 14
DEEL 1 - KENMERKEN VAN CIRKEL 1 (FOCUS) POSITIEVE GEBEURTENIS (POSITIEVE TRIGGER) POSITIEVE GEDACHTEN AUTOMATISCHE POSITIEVE REACTIE GEWENST GEDRAG GEDRAG GEVOEL POSITIEVE EN GEVOELENS VROLIJK, LACHEN, GRAPJES MAKEN, OPGEWEKT, WAARNEMEN, VISUALISEREN, IN HET HIER-EN-NU ZIJN, ALERT, TRIGGERWORDS, ACCEPTATIE, FLEXIBEL, LOSLATEN TEVREDENHEID, IN DE WOLKEN, GELUKKIG, HOOPVOL, OPGEWEKT, GOEDLACHS, VROLIJK, LIEFDE(VOL), VREUGDE(VOL), IN EXTASE, ONTSPANNEN, ZELFVERTROUWEN, KRACHT VOELEN KENMERKEN CIRKEL 1 hier-en-nu waarnemen visualiseren alert stilte in het hoofd triggerwords realistisch zelfbeeld mentaal in rust loslaten zelfontplooiing/investeren ontspannen vertrouwen flexibel acceptatie zijn Bron: Mindset, Jackie Reardon 15
DEEL 1 - AFLEIDING UIT FOCUS UIT FOCUS FOCUS 1 2 3 4 5 6 UIT FOCUS 16
DEEL 1 - KENMERKEN VAN CIRKEL 2 TOT EN MET 6 (UIT FOCUS) NEGATIEVE GEBEURTENIS (NEGATIEVE TRIGGER) KENMERKEN MENTALE ONRUST verleden/toekomst denken (ver)oordelen BOOS WOEDEND, TELEURSTELLING, KWAAD/GEËRGERD, WREVELIG, VIJANDIG, JALOERS, WROKKIG, PRIKKELBAAR, HAATDRAGEND, WRAAKZUCHTIG rationaliseren afwezig lawaai/ruis in het hoofd NEGATIEVE GEDACHTEN AUTOMATISCHE NEGATIEVE REACTIE ONGEWENST GEDRAG GEVOEL NEGATIEVE EN GEVOELENS EMOTIES BEDROEFD VERDRIETIG, HEIMWEE, SPIJTIG, HULPELOOS, DEPRESSIEF, HOPELOOS, SOMBER, HUILERIG, NEERSLACHTIG, ZWAARMOEDIG BANG BEVREESD, PANIEKERIG, ANGSTIG, SCHULDIG, IN GEVAAR, BESCHAAMD, BEDREIGD, BEZORGD, HUIVERIG zelfkritiek bedienen van technieken agressie verkrampt ergens aan vasthouden consumeren/nemen gespannen controle willen houden AGRESSIEF GEDRAG SNAUWEN, AGGRESSIEF, HARTKLOPPINGEN, RUS- TELOOS HEEN EN WEER LOPEN, GROMMEN PASSIEF GEDRAG DICHTKLAPPEN, VER- MIJDEN, ZIEK MELDEN, TRANEN, SLIKKEN, PASSIEF KIJKEN VLUCHTGEDRAG OPGEVEN, TOEGEVEN, ZWETENDE HANDEN, TRILLEN, OVERMATIG TOILET BEZOEK, PROP IN DE KEEL, TRILLENDE STEM koppig frustratie ego Bron: Mindset, Jackie Reardon 17
DEEL 1 - AFLEIDING EN CONCENTRATIE AFLEIDING Uit focus CONCENTRATIE Focus 18
DEEL 1 - GEWENST- EN ONGEWENST GEDRAG BEGRIJPEN 0% 100% MENTAAL VERMOGEN GEDRAG ZELFKENNIS VAARDIGHEDEN MENTALE WEERBAARHEID OPVATTINGEN (ZELFBEELD) OVERTUIGINGEN NORMEN EN WAARDEN PERSOONLIJKE EIGENSCHAPPEN MOTIVATIE DRIJFVEREN MOTIEVEN 19
DEEL 1 - MENTALE KWALITEITEN EN VERBETERPUNTEN OP 3 NIVEAUS 1.DOEN MENTAAL ONVERMOGEN MENTAAL VERMOGEN 2.DENKEN MENTALE ZWAKTE MENTALE KRACHT 3.WILLEN EXTRINSIEK MOTIVATIE INTRINSIEKE MOTIVATIE 20
DEEL 1 - DE 5 MENTALE VAARDIGHEDEN OM FOCUS VAST TE HOUDEN OF TE REFOCUSSEN De 5 mentale vaardigheden om in de juiste concentratie te komen en te blijven: REFOCUSSEN 1 DOELEN STELLEN om focus en motivatie te krijgen of behouden 2 VERBEELDING om gewenst gedrag te oefenen 3 SPANNINGSREGULATIE om op te peppen of te ontspannen 4 AANDACHTSFOCUS om aandacht optimaal te richten of te refocussen 5 GEDACHTECONTROLE om te refocussen en om te gaan met afleiders Bron: Vana Hutter, VU Amsterdam FOCUS 1 2 3 4 5 6 21
DEEL 1 - MENTALE VAARDIGHEDEN 1. DOELEN STELLEN HET WAT & WAAROM! Doelen stellen is het formuleren van prestaties die de sporter wil bereiken, of ontwikkelingen die de sporter wil doormaken. Er zijn verschillende soorten doelen: resultaatdoelen, prestatiedoelen, ontwikkeldoelen, procesdoelen, korte- en lange termijn doelen. Bijvoorbeeld: Ik wil Olympisch kampioen worden, of mijn mentale vaardigheden vergroten, etc. De sporter dient te leren wat het doel achter zijn/haar doel is (persoonlijke drijfveren/motieven), wat doelen doen, hoe hij/zij het beste rendement haalt uit zijn/haar doelstellingen en hoe je doelen vertaalt naar actie. Ook is belangrijk om te weten wat verschillende doelen in de weg kan staan en hoe je daarmee omgaat. Het eindresultaat is een actieplan met SMART doelstellingen voor trainingen en wedstrijden voor de komende periode. S M A R T Specifiek: je bepaalt heel precies wat je gaat doen. Meetbaar: je kunt aangeven hoe vaak of hoeveel jij laat zien. Actie: wat moet jij doen om het doel te bereiken? Realistisch: het doel moet voor jou te halen zijn, mag wel lastig zijn. Tijgebonden: je spreekt een periode af waarin je aan het doel wilt werken. Ik houd mijn tegenstander op minder dan 2 meter afstand van mij (als de bal op onze helft komt). Na de training of wedstrijd tel ik het aantal keren dat mijn tegenstander bij mij wegliep. De tegenstander in de gaten houden (van dichtbij bekijken) en meebewegen. Eerst in training een paar keer oefenen, en dan ook in de wedstrijd doen. In de komende twee weken (in vier trainingen en in twee wedstrijden). 22
DEEL 1 - MENTALE VAARDIGHEDEN 2. VERBEELDING HET WAT & WAAROM! Verbeelding is een voorbereidingstechniek om via inbeelding gewenst gedrag tijdens de wedstrijd of de training te oefenen. Als coach doe je dit om de sporter/het team: technische vaardigheden aan te leren/te verbeteren mentaal goed voor te bereiden emotionele reacties te oefenen de mindset te optimaliseren het energieniveau te optimaliseren (ontspanning of activatie) gevoelens van zelfvertrouwen te versterken en bereikbaarheid van doelen op te roepen concentratie te trainen Bron: Vana Hutter, VU Amsterdam 23
DEEL 1 - MENTALE VAARDIGHEDEN 3. SPANNINGSREGULATIE HET WAT & WAAROM! Spanningsregulatie doe je om het optimale spanningsniveau op te roepen! De sporter dient in staat te zijn om zijn spanningsniveau te controleren en af te stemmen op zijn eigen optimale niveau in verschillende situaties. Er zijn twee manieren om de juiste spanning op te roepen: ONTSPANNING: bij teveel stress is ontspanning aan de orde. ACTIVATIE: is het tegenovergestelde van ontspanning. Bij activatie pept de coach de sporter, of sporter zichzelf, op door de spanning op te voeren voorafgaand aan de prestatie. Bron: Vana Hutter, VU Amsterdam 24
DEEL 1 - MENTALE VAARDIGHEDEN 4. AANDACHTSFOCUS HET WAT & WAAROM! Aandachtsfocus doe je om je aandacht te richten daar waar die hoort te zijn, of om te refocussen! Aandachtsfocus is het kunnen richten en vasthouden van de aandacht op één focuspunt. Het focuspunt kan de tactiek/strategie of wedstrijdplan zijn (globaal voelen), een lichamelijk gevoel (nauwkeurig voelen), iets nauwkeurigs als het effect van de bal (naukeurig kijken), of de positie van de tegenstander in het veld (globaal kijken). Bron: Vana Hutter, VU Amsterdam EXTERN GLOBAAL KIJKEN NAUWKEURIG KIJKEN FOCUS 1 2 3 4 5 6 BREED GLOBAAL VOELEN NAUWKEURIG VOELEN SMAL INTERN 25
DEEL 1 - MENTALE VAARDIGHEDEN 5. GEDACHTECONTROLE HET WAT & WAAROM! Gedachtecontrole is het zelf sturen van je gedachten. Het doel is om afleidende gedachten te laten verdwijnen of de aandacht vast te houden. TRIGGER Er zijn 9 technieken: 1. Triggerwords 2. Visualiseren 3. Ademhaling 4. Beweeglijkheid 5. Herstelmoment 6. Rituelen 7. Oogcontrole 8. Geluid 9. Innerlijke muziek GEDACHTEN AUTOMATISCHE REACTIE GEDRAG GEVOEL Voorbeeld rituelen Nadal Na ieder punt vraagt Nadal om drie ballen. Hij bekijkt ze grondig en geeft er een terug. De sokken worden rechtgetrokken, de onderbroek uit de bilnaad gehaald, de lange haren achter de oren gestreken altijd hetzelfde ritueel. Zo ook na elke pauze: zijn drinkflesje zet hij met precisie neer, een bananenschil vouwt hij met zorg om. Terug aan de achterlijn vraagt hij weer om drie ballen. De Spanjaard gebruikt deze rituelen om in zijn focusroes te komen en te blijven. Bron: Psychologie magazine, augustus 200 Bron: Mindset, Jackie Reardon 26
DEEL 1 - COACHEN OP 3 NIVEAUS 1A TRAINEN/COACHEN OP HET ONTWIKKELEN VAN GEDRAG, KENNIS EN VAARDIGHEDEN 1.DOEN GEDRAG KENNIS VAARDIGHEDEN TRAINEN/COACHEN OP HET VASTHOUDEN VAN GEDRAG, KENNIS EN VAARDIGHEDEN 1B 2A COACHEN OP HET ONTWIKKELEN VAN MENTALE KRACHT 2.DENKEN OPVATTINGEN (ZELFBEELD) OVERTUIGINGEN NORMEN EN WAARDEN COACHEN OP HET VASTHOUDEN VAN 2B MENTALE KRACHT PERSOONLIJKE EIGENSCHAPPEN 3A COACHEN OP HET VERGROTEN VAN ANGST OF VERTREK 3.WILLEN DRIJFVEREN MOTIEVEN COACHEN OP VERGROTEN VAN 3B VERLANGENS 27