gemeente Eindhoven Raadsnummer 11R4481 Inboeknummer 11bst01486 Beslisdatum B&W 30 augustus 2011 Dossiernummer 11.35.753 RaadsvoorstelDekking bijdrage in kosten sluizen Zuid-Willemsvaart. Inleiding Om Zuidoost-Brabant ook in de toekomst bereikbaar te houden over water zijn en worden aanpassingen gedaan aan de vaarwegen Zuid-Willemsvaart, Wilhelminakanaal en Beatrixkanaal. Zo is er onlangs gestart met de meest ingrijpende maatregel: de omlegging van de Zuid-Willemsvaart bij s-hertogenbosch. De afgelopen jaren (2007-2010) is er gewerkt aan de capaciteitsvergroting (tot vaarklasse IV) van sluizen 4, 5 en 6 in de Zuid-Willemsvaart bij Veghel, Keldonk en Beek en Donk. De kosten hiervoor, destijds geraamd op 90 miljoen, komen voor rekening van het Rijk, de Provincie Noord-Brabant (elk 30 miljoen), de gemeenten, het Waterschap Aa en Maas en het bedrijfsleven (tezamen eveneens 30 miljoen). Op 20 juni 2005 is de gemeenteraad akkoord gegaan met een garantstelling voor 6 miljoen voor de realisatie van deze werken in en aan de Zuid-Willemsvaart ( raadsvoorstel inzake opwaardering vaarwegen Oost-Brabant ). In vervolg hierop is op 22 september 2006 door de gemeente Eindhoven een bestuursovereenkomst met het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, de Provincie Noord-Brabant, het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven en de gemeenten s-hertogenbosch, Veghel, Laarbeek en Son en Breugel getekend waarbij de gemeente zich heeft verplicht tot de bijdrage van 6 miljoen. De werkzaamheden zijn inmiddels uitgevoerd en de financiële verplichtingen dienen spoedig voldaan te worden. De eerste factuur van de Provincie Noord-Brabant bedraagt 3.717.255,--; de tweede 391.200,--. In de loop van 2011 volgt nog een eindafrekening van naar verwachting ca. 90.000,--. Totaal ca. 4,2 miljoen. Het verschil tussen dit bedrag ( 4,2 miljoen) en het bedrag in de bestuursovereenkomst ( 6 miljoen) is veroorzaakt door het aanbestedingsvoordeel op genoemde werkzaamheden. Voor de besteding van het restant ( 1,8 miljoen) is een voorstel in de vorm van een nieuwe bestuursovereenkomst in voorbereiding bij Rijkswaterstaat. Zodra dit aan de orde is, wordt dit in een separaat voorstel aan uw Raad voorgelegd. De nieuwe bestuursovereenkomst zal betrekking hebben op de volgende maatregelen:
b Het aanleggen van opstelplaatsen van de sluizen 4, 5 en 6 (Zuid-Willemsvaart) voor klasse IV-schepen. b Het verstevigen van afmeervoorzieningen en geleidewerken op het traject van Veghel tot Best (Zuid-Willemsvaart Wilhelminakanaal Beatrixkanaal). b Het vervangen van damwanden in twee bochten in de Zuid-Willemsvaart, bij de Erpse brug en bij de Beekse brug). b De verruiming van drie zwaaikommen (kruising Zuid-Willemsvaart en Wilhelminanaal, zwaaikom Son, kruising Wilhelminakanaal en Beatrixkanaal). b Bij het niet uitputten van de middelen bij uitvoer van bovengenoemde werken zullen de resterende middelen worden ingezet om de Erpse brug aan te passen. Deze maatregelen maken het mogelijk om met maximaal twee keer zo lange schepen (110 meter) te gaan varen van Den Bosch naar Eindhoven. Hiermee wordt een verdubbeling van de mee te nemen lading bereikt (van 400 naar 900 ton). Niet alleen langere schepen, maar ook bredere schepen zijn mogelijk (7,20 m in plaats van 6,60 m). Bestuurlijk kader a Wettelijke taak Het gaat hier niet om een wettelijke taak. b Kerntaak gekoppeld aan het werkprogramma van het college Transport over water is een van de belangrijkste vormen van duurzame mobiliteit. Elk schip van 900 ton kan 30 tot 40 vrachtwagens vervangen. b Onvermijdelijk De gemeente Eindhoven is via de bestuursovereenkomst de verplichting aangegaan voor een bijdrage van 6 miljoen. Doelstelling Met de opwaardering van sluizen 4, 5 en 6 in de Zuid-Willemsvaart wordt een belangrijke voorwaarde geschept om de bereikbaarheid van Eindhoven over water te verbeteren en ook voor de toekomst te garanderen. Dit draagt bij aan de doelstellingen genoemd in de Programmabegroting 2011 ten aanzien van de programmaonderdelen: b 8.5 Milieu: integrale verbetering van de lokale milieukwaliteit en bijdrage aan leefbaarheid; bijdragen aan het oplossen van milieuproblemen op hogere schaalniveaus (o.a. klimaatbeleid, duurzaamheid, externe veiligheid en lucht). b 8.6 Verkeer en vervoer: betere bereikbaarheid van de stad; de verandering van de modal split; verbetering van de luchtkwaliteit. b 9.1 Economische ontwikkeling: goed investerings- en vestigingsklimaat voor bedrijven; 2
Voorstel 1. Kennisnemen en bevestigen van de getekende bestuursovereenkomst d.d. 22 september 2006, waarbij de gemeente Eindhoven zich verplicht heeft tot een bijdrage van maximaal 6 miljoen t.b.v. de opwaardering van sluizen 4, 5 en 6 in de Zuid-Willemsvaart; 2. De werkelijke kosten ad 4,2 miljoen voor een bedrag van 1,2 miljoen te dekken uit de reserve Beatrixkanaal: 3. Kennisnemen van de stand van zaken met betrekking tot de nieuwe bestuursovereenkomst betreffende de realisatie van werken in en aan de Zuid- Willemsvaart en Wilhelminakanaal. 4. Zodra de nieuwe bestuursovereenkomst gereed is, deze ter besluitvorming aan de gemeenteraad voor te leggen en de bijbehorende investeringen zijnde maximaal 1,8 miljoen op te nemen in het MIP, en deze kosten te dekken uit de reserve Beatrixkanaal. Argumenten 1.1 De gemeente Eindhoven is een financiële verplichting ter grootte van 6miljoen met de provincie en andere partners aangegaan. Het college van burgemeester en wethouders heeft op 19 september 2006 besloten de bestuursovereenkomst met Rijk, provincie, SRE en andere gemeenten te tekenen en heeft met de ondertekening van deze overeenkomst op 22 september 2006 de gemeente Eindhoven verplicht tot een bijdrage van 6 miljoen. 2.1 In de reserve Beatrixkanaal zijn middelen beschikbaar en het doel van die reserve is overeenkomstig het doel van deze investering. De nu voorgenomen opwaardering van het Beatrixkanaal, waartoe besloten is bij raadsbesluit van 29 juni 2010, kan worden gerealiseerd zonder aanspraak te maken op deze reserve Beatrixkanaal. Hoewel de reserve Beatrixkanaal is ingesteld met het specifieke doel het Beatrixkanaal op te waarderen, dient de opwaardering van de sluizen in de Zuid-Willemsvaart hetzelfde doel, namelijk de bereikbaarheid van Eindhoven over water te verbeteren en ook voor de toekomst te garanderen. Sterker nog, de opwaardering van de Zuid-Willemsvaart (en het Wilhelminakanaal) zijn voorwaardelijk voor het rendement van de opwaardering van het Beatrixkanaal. Het Beatrixkanaal is immers alleen te bereiken via de Zuid-Willemsvaart en het Wilhelminakanaal. 2.2 De overige benodigde middelen zijn reeds door uw Raad gelabeld t.b.v. de dekking van de kosten van sluizen Zuid Willemsvaart in de reserve Strategische impulsen en de Saldireserve specifiek. In 2005 en in 2006 is bij de vaststelling van de programmabegroting 2006-2009 resp. 2007-2010 uit de NRE middelen totaal 2 miljoen gereserveerd ( 1 miljoen 2006, 1 miljoen 2007). Deze middelen zijn opgenomen in de reserve Strategisch impulsen. Uit het voordelig rekeningresultaat 2006 is bij vaststelling van de 3
programmabegroting 2008-2011 1 miljoen gereserveerd. Dit bedrag is opgenomen in de Saldireserve specifiek. Beide bedragen zijn gereserveerd t.b.v. de eerder besloten garantstelling. 4.1 De verdere opwaardering van de Zuid-Willemsvaart en het Wilhelminakanaal is noodzakelijk voor het rendement van het Beatrixkanaal Op dit moment is de eerste fase van de opwaardering van de Zuid-Willemsvaart gereed. Echter, er zijn nog een aantal knelpunten in zowel de Zuid-Willemsvaart als het Wilhelminakanaal op te lossen om vaarklasse III-schepen daadwerkelijk toegang te verlenen tot het Beatrixkanaal. Oplossing van deze knelpunten is noodzakelijk om de investeringen die de gemeente Eindhoven in het Beatrixkanaal doet het maximale rendement te geven. Daartoe werkt Rijkswaterstaat nu een voorstel uit in de vorm van een nieuwe bestuursovereenkomst. Zodra dit aan de orde is, wordt dit in een separaat voorstel aan uw Raad voorgelegd. Kanttekeningen 3.1 Het is nog niet duidelijk wanneer de bestuursovereenkomst getekend kan worden. Zowel Rijkswaterstaat als de Provincie Noord-Brabant hebben ambtelijk aangegeven zo snel mogelijk tot een overeenkomst te willen komen. Ook het SRE en de gemeenten Laarbeek en Veghel zijn in principe bereid om mee te doen. Van de gemeente Son en Breugel is dit nog onduidelijk. De gemeente s-hertogenbosch doet zeker niet mee en eist haar aandeel in het aanbestedingsvoordeel op. Het is de verwachting dat er voor het einde van het jaar een bestuursovereenkomst getekend kan worden. 4.1 Niet investeren in het Wilhelminakanaal maakt opwaardering Beatrixkanaal zinloos. Indien het Wilhelminakanaal niet geschikt wordt gemaakt voor vaarklasse III schepen, kunnen deze schepen het Beatrixkanaal niet bereiken en is de investering, voor zover het de opwaardering betreft, in het Beatrixkanaal zinloos. Bovendien zal er voortdurend slib vanuit het Wilhelminakanaal het Beatrixkanaal instromen, hetgeen weer structureel extra baggerwerkzaamheden zou betekenen. 4.2 Mogelijke consequenties voor GRP. Het bedrijfsleven is in 2010 akkoord gegaan met een verhoging van de kanaalrechten met een bedrag van 0,25 per ton of m3 verplaatst water, zodra het Beatrixkanaal is opgehoogd naar vaarklasse III, voor een periode van 15 jaar. Met deze verhoging is een deel van het project gefinancierd. Bij niet investeren van het Wilhelminakanaal bestaat de kans dat bedrijven het akkoord uit 2010 intrekken waardoor financiele gevolgen kunnen ontstaan voor het Gemeentelijk Riolerings Plan. 4
4.3 Niet uitvoeren van opwaardering Beatrixkanaal is per saldo duurder dan wel opwaarderen. Bij het niet investeren van het Wilhelminakanaal zou de conclusie getrokken kunnen worden dat de investering in het Beatrixkanaal geschrapt kan worden. Dit zou echter een aanzienlijke extra kostenpost betekenen: de subsidies voor de opwaardering vervallen dan, terwijl het groot onderhoud aan de damwanden toch uitgevoerd moet worden. De totale kosten van het project opwaardering Beatrixkanaal bedragen 16,7 miljoen, waarvan 14,9 miljoen voor de vervanging van de damwanden. De dekking bestaat voor 8,3 miljoen uit subsidies en 8,4 miljoen uit eigen middelen. Als de subsidies wegvallen, doordat de opwaardering niet wordt uitgevoerd, ontstaat er een gat van 6,5 miljoen. Kosten De totale kosten van de Eindhovens bijdrage aan de opwaardering van sluizen 4, 5 en 6 in de Zuid-Willemsvaart bedragen nu 4,2 miljoen. Een bedrag van 4.108.455,-- dient nu concreet betaald te worden. Een eindafrekening van ca. 90.000,-- volgt in de loop van 2011. Op basis van eerder genomen besluiten heeft uw Raad reeds 3 miljoen gereserveerd. 2 miljoen betreft reservering van NRE middelen welke zijn openomen in de reserve Strategische impulsen. 1 miljoen is gereserveerd vanuit het jaarrekeningresultaat 2006 welke is opgenomen in de Saldireserve specifiek. Resteert dus 1,2 miljoen waarvan nu wordt voorgesteld dit te dekken uit de reserve Beatrixkanaal. Communicatie Het gaat hier concreet om het voldoen van een financiële verplichting. Externe communicatie hierover is niet aan de orde. Planning en uitvoering De opgewaardeerde sluizen 4, 5en 6 zijn in 2010 opgeleverd. De financiële verplichting dient zo spoedig mogelijk te worden voldaan. Naar verwachting zal de nieuwe bestuursovereenkomst betreffende het vervolg in dit najaar aan uw Raad worden voorgelegd. Evaluatie N.v.t. Bijlage(n) Als bijlage(n) bij dit voorstel behoren: b Raadsbesluit d.d. 20 juni 2005 over Opwaardering vaarwegen Oost-Brabant, raadsnummer 05.R1280.001. b Bestuursovereenkomst betreffende de realisatie van werken in en aan de Zuid- Willemsvaart. 5
b De bijlagen worden meegestuurd Een ontwerpraadsbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan. Burgemeester en wethouders van Eindhoven,, secretaris. 6
Raadsbesluit De raad van de gemeente Eindhoven; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 30 augustus 2011 besluit: 1. Kennis te nemen en te bevestigen van de getekende bestuursovereenkomst d.d. 22 september 2006, waarbij de gemeente Eindhoven zich verplicht heeft tot een bijdrage van maximaal 6 miljoen t.b.v. de opwaardering van sluizen 4, 5 en 6 in de Zuid-Willemsvaart; 2. De werkelijke kosten ad 4,2 miljoen voor een bedrag van 1,2 miljoen te dekken uit de reserve Beatrixkanaal: 3. Kennis te nemen van de stand van zaken met betrekking tot de nieuwe bestuursovereenkomst betreffende de realisatie van werken in en aan de Zuid- Willemsvaart en Wilhelminakanaal. 4. Zodra de nieuwe bestuursovereenkomst gereed is, deze ter besluitvorming aan de gemeenteraad voor te leggen en de bijbehorende investeringen zijnde maximaal 1,8 miljoen op te nemen in het MIP, en deze kosten te dekken uit de reserve Beatrixkanaal. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 4 oktober 2011. R. van Gijzel, voorzitter. J. Verheugt, griffier. rno/lf11016646 7