Grammatica - Woordsoorten herhaling vmbo-kgt34

Vergelijkbare documenten
Grammatica - Woordsoorten herhaling vmbo-kgt34

Grammatica - woordsoorten vmbo-b34

Grammatica - Woordsoorten vmbo-b34

Grammatica - Telwoorden vmbo-kgt34

Schrijven - Controleren en verbeteren vmbo-kgt34

Grammatica - Tijden h3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Bijwoord vmbo-kg12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Telwoorden vmbo-b34

Lezen - Moeilijke woorden in de krant vmbo-kgt34

Spelling - Als-dan en zij-hun vmbo-b34

Fictie - Strips vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Spreken - Probleem oplossen vmbo-kgt34

Olympisch stadion vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Luisteren en kijken - Lichaamstaal vmbo-kgt34

Olympisch stadion vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Lezen - Plaats en tijd vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Schrijven - Controleren en verbeteren vmbo-b34

Fictie - Haiku's en elfjes vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Normen en waarden vmbo12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Voetafdruk vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Schrijven - Activerende tekst vmbo-kgt34

Fictie - Songteksten vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Een logo voor de OS vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Spelling - Hoofdletters en leestekens vmbo-b34

Een logo voor de OS vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Vaardigheden - Vergaderen vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Lezen - Deelonderwerpen vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Dagtoerisme vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Zinsontleden h3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Ontkenning niet of geen

Grammatica - Bijwoordelijke bepaling vmbo-kg12

Grammatica - Zelfstandig naamwoord vmbo-kg12

Ontkenning niet of geen

Grammatica - Meewerkend voorwerp HV12

Spelling - Tekens vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Literatuur - Boekverslag2 vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Samengestelde zinnen vmbo-b34

Schrijven - Deelonderwerpen vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Scheidbare werkwoorden vmbo-kg12

Spreken - Informatie opvragen KGT 3 4. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Werkwoordelijk gezegde HV12

Grammatica - Werkwoordelijk gezegde vmbo-kg12

Grammatica - Bijwoord HV12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Aanwijzend voornaamwoord hv12

Reis door Europa vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Woordenschat - Ironie KGT 3 4. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Fictie - Fictieautobiografie vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Scheidbare werkwoorden HV12

Grafieken aflezen. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Spreken - Presenteren vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Luisteren en kijken - Reclame vmbo-kgt34

Olympische sporter vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Voetafdruk hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Jongetje of meisje? vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Tekenen vmbo-b12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Schrijven - formulier invullen vmbo-b34

Cirkel vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Vaardigheden - Interview vmbo-kg12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Samengestelde zinnen vmbo-kgt34

Spelling - hoofdletters en leestekens vmbo-kgt34

Grammatica - woordsoorten v3

Grammatica - Beknopte bijzin h3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Zelfstandig naamwoord HV12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Literatuur - Boekverslag 1 vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Meewerkend voorwerp hv12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Werkwoordelijk gezegde - KGT 1

Ruimte voor de rivier vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Extra ECO1 vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Door de eeuwen heen vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Trade not aid hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Schrijven - Samenvatten vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Determineren vmbo-kgt12

Werkwoordelijk gezegde - B 1

Luisteren en kijken - Instructiefilmpjes vmbo-b34

Extra: Broodje gezond hv12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Huis te koop vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Conjuncturele werkloosheid vmbo-kgt34

Spelling - Trappen van vergelijking vmbo-b34

Spreken op Niveau. Bas Lanters ; rob sanders. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Olympische Spelen - Olympische sporter

Grammatica - verwijswoorden vmbo-b34

Seksuele intimidatie vmbo12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Thema: Vakantie vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Spreken - Discussie en debat vmbo-kg12

Digitale kaarten vmbo12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Extra Fiets vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Spelling - Hoofdletters vmbo-kg12

Lezen - Argumenten vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Jodendom vmbo12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Wonen - Huis te koop. VO-content StudioVO. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Cirkels vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Microscoop vmbo-b12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Spreken - Spreekbeurt vmbo-kg12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Extra: Brandwonden hv12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Lezen - Tekstverband vmbo-kg12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Determineren vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Lijn, lijnstuk en punt vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Schrijven - Tekstdoelen vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Determineren vmbo-b12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Rebus maken. Marjolijn Feddema. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Transcriptie:

Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 02 augustus 2017 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/74568 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

Inhoudsopgave Grammatica - Woordsoorten herhaling Vooraf Stap 1 Stap 2 Stap 3 Stap 4 Over dit lesmateriaal Pagina 1

Grammatica - Woordsoorten herhaling Vooraf Woordgrapje Nieuw verdienmodel van Sinterklaas: pay-per-noot Leerdoel Je weet de betekenis van de volgende woordsoorten: werkwoord, lidwoord, zelfstandig naamwoord, persoonlijk voornaamwoord, aanwijzend voornaamwoord, vragend voornaamwoord, meewerkend voornaamwoord, bijwoord en bezittelijk voornaamwoord. Je kunt de woordsoorten die hierboven staan, in een zin vinden/benoemen. Eindproduct Je rondt deze opdracht af met de toets 'woordsoorten benoemen'. Alleen of samen? Je werkt alleen. Soms vergelijk je je antwoorden met een klasgenoot, speelt elkaars docent en verbetert het werk waar nodig. Tijd Voor deze opdracht heb je twee lesuren. Stap 1 Hoe zat het ook alweer? In de onderbouw heb je al veel geoefend met het benoemen van woordsoorten in een zin. Doe de vier oefeningen en kijk hoeveel je nog weet. Pagina 2

Woordsoorten kn.nu/skdg9 1 Welk werkwoord is een onvoltooid deelwoord? a. gelopen b. liepen c. lopend d. lopen 2 Wat is een ander woord voor het hele werkwoord? a. initiatief b. definitief c. gerief d. infinitief 3 In welke tijd staat de volgende zin? Max zal over twee maanden zijn school afronden. a. verleden tijd b. tegenwoordige tijd c. toekomende tijd 4 De, het en een zijn... a. lidwoorden b. werkwoorden c. zelfstandig naamwoorden d. bijwoorden 5 Welke uitspraak klopt niet? 1. Zelfstandige naamwoorden zijn woorden die een "zelfstandigheid" aanduiden. 2. Voor een zelfstandig naamwoord kun je een lidwoord zetten. 3. Voor een zelfstandig naamwoord kun je een bijvoeglijk naamwoord zetten. 4. Een naam van een persoon is geen zelfstandig naamwoord. Pagina 3

a. zin 1 b. zin 2 c. zin 3 d. zin 4 6 Maak de zin kloppend: Een aanwijzend voornaamwoord staat altijd.... a. vóór hetgeen dat het aanwijst b. achter hetgeen dat het aanwijst c. niet direct bij hetgeen dat het aanwijst Zelfstandig naamwoord kn.nu/c3dfm 1 Welk(e) woord(en) is of zijn zelfstandig naamwoord? Tom en Jelle zaten niet bij elkaar in de klas. a. Tom, Jelle, klas b. klas, elkaar c. zaten, klas d. Tom, Jelle 2 Welk(e) woord(en) is of zijn zelfstandig naamwoord? De meester woont in Zutphen. a. woont, in b. woont, Zutphen c. meester, woont d. meester, Zutphen 3 Welk(e) woord(en) is of zijn zelfstandig naamwoord? De meeste medewerkers van het bedrijf wonen in Utrecht of Bunnik. Pagina 4

a. meeste, bedrijf, wonen, Utrecht b. medewerkers, Utrecht, Bunnik c. medewerkers, bedrijf, Utrecht, Bunnik d. meeste, medewerkers, Utrecht, Bunnik 4 Welk(e) woord(en) is of zijn zelfstandig naamwoord? Ik heb al heel goed geleerd voor het volgende proefwerk. a. geleerd b. proefwerk c. goed d. heel 5 Welk(e) woord(en) is of zijn zelfstandig naamwoord? Vind jij het leuk om een spreekbeurt te houden? a. leuk b. vind c. spreekbeurt d. houden 6 Welk(e) woord(en) is of zijn zelfstandig naamwoord? Flappie is een groot, dik konijn. a. Flappie, konijn b. groot, dik c. Flappie, dik d. groot, dik, konijn 7 Welk(e) woord(en) is of zijn zelfstandig naamwoord? De vogels eten de pitjes uit de zonnebloem. a. vogels, eten, zonnebloem b. vogels, pitjes, zonnebloem c. eten, pitjes, zonnebloem d. vogels, eten, pitjes 8 Welk(e) woord(en) is of zijn zelfstandig naamwoord? Pagina 5

Vrijdagavond doe ik altijd boodschappen. a. boodschappen, doe b. vrijdagavond, boodschappen c. altijd, boodschappen d. vrijdagavond, altijd 9 Welk(e) woord(en) is of zijn zelfstandig naamwoord? De fiets van mijn moeder staat niet in de schuur. a. fiets, staat, niet b. fiets, moeder, staat c. fiets, mijn, schuur d. fiets, moeder, schuur 10 Welk(e) woord(en) is of zijn zelfstandig naamwoord? Sanne en Lotte kletsen tijdens de uitleg. a. kletsen, tijdens de uitleg b. Sanne, Lotte, kletsen c. Sanne, Lotte, uitleg d. Sanne, Lotte, tijdens Aanwijzend voornaamwoord kn.nu/jm290 1 Vul het aanwijzend voornaamwoord in. Kies uit: zo'n - dit - deze - die - dat - zulke Wat vindt je leraar van antwoord? Hij wil huis niet kopen. Mijn dochter en ik houden van muziek. jongen zal het wel even maken. 2 Vul het aanwijzend voornaamwoord in. Pagina 6

Kies uit: zo'n - dit - deze - die - dat - zulke ipod is niet van Mathilde. Hij kan niet gezegd hebben. Ik vind dat je niet kunt maken. kan jij niet gezien hebben. 3 Vul het aanwijzend voornaamwoord in. Kies uit: zo'n - dit - deze - die - dat - zulke Na vreselijke bericht was hij minutenlang stil. houding had hij toen ook al. Wat vindt je collega van antwoorden? Volgens Brixter.nl is huis veel meer waard. Verschillende woordsoorten kn.nu/t3j8c 1 Lees de zin. Welk(e) woord(en) is of zijn een zelfstandig naamwoord? Vink één of meerdere antwoorden aan. Karin is een aardig meisje. a. Karin b. is c. een d. aardig e. meisje 2 Lees de zin. Welk woord is een werkwoord? Karin is een aardig meisje. Pagina 7

a. Karin b. is c. een d. aardig e. meisje 3 Lees de zin. Welk woord is een bijvoeglijk naamwoord? Karin is een aardig meisje. a. Karin b. is c. een d. aardig e. meisje 4 Lees de zin. Welk woord is een lidwoord? Karin is een aardig meisje. a. Karin b. is c. een d. aardig e. meisje 5 Lees de zin. Welk woord is een zelfstandig naamwoord? In de mooie tuin staat een hoge boom. a. In b. de c. mooie d. staat e. boom 6 Lees de zin. Welk woord is een werkwoord? In de mooie tuin staat een hoge boom. Pagina 8

a. In b. de c. mooie d. staat e. boom 7 Lees de zin. Welk woord is een voorzetsel? In de mooie tuin staat een hoge boom. a. In b. de c. mooie d. staat e. boom 8 Lees de zin. Welk(e) woord(en) is of zijn een lidwoord? Vink één of meerdere antwoorden aan. In de mooie tuin staat een hoge boom. a. In b. de c. een d. staat e. hoge 9 Lees de zin. Welk(e) woord(en) is of zijn een bijvoeglijk naamwoord? Vink één of meerdere antwoorden aan. In de mooie tuin staat een hoge boom. a. In b. de c. mooie d. hoge e. boom 10 Lees de zin. Welk woord is een werkwoord? De zinnen zijn moeilijk. Pagina 9

a. De b. zinnen c. zijn d. moeilijk 11 Lees de zin. Welk woord is een lidwoord? De zinnen zijn moeilijk. a. De b. zinnen c. zijn d. moeilijk 12 Lees de zin. Welk woord is een zelfstandig naamwoord? De zinnen zijn moeilijk. a. De b. zinnen c. zijn d. moeilijk 13 Lees de zin. Welk woord is een bijvoeglijk naamwoord? De zinnen zijn moeilijk. a. De b. zinnen c. zijn d. moeilijk Wist je niet alles meer? Pagina 10

Bestudeer de onderdelen die jij moeilijk vindt in de Kennisbank. Hieronder staan de linkjes. Wanneer je klaar bent met het bestuderen van de theorie, kun je de oefeningen nog eens maken. KB: Het werkwoord KB: Het lidwoord KB: Het zelfstandig naamwoord KB: Het persoonlijk voornaamwoord KB: Het aanwijzend voornaamwoord Stap 2 Hoe zat het ook alweer? (2) In deze stap herhaal je de stof over het vragend voornaamwoord, het meewerkend voornaamwoord, het bijwoord en het bezittelijk voornaamwoord. KB: Het vragend voornaamwoord KB: Het meewerkend voorwerp KB: Het bijwoord KB: Het bezittelijk voornaamwoord Het is soms moeilijk te bepalen of een woord een bezittelijk voornaamwoord of een persoonlijk voornaamwoord is. Op deze pagina wordt het verschil duidelijk uitgelegd. Doe nu de volgende oefeningen. Herhaling woordsoorten kn.nu/ayd86 Pagina 11

1 Wie, wat, welk(e), wat voor (een) en wiens zijn a. bijwoorden b. vragende voornaamwoorden c. zelfstandige naamwoorden d. persoonlijke voornaamwoorden 2 Waar, wanneer, waarom en hoe zijn a. bijwoorden b. vragende voornaamwoorden c. zelfstandige naamwoorden d. persoonlijke voornaamwoorden 3 Hoe kun je een meewerkend voorwerp herkennen? a. Je kunt er een werkwoord van maken. b. Het is altijd een voorwerp. c. Je kunt er 'aan' of 'voor' voorzetten. 4 Bekijk de volgende zin. Zij geeft Max een auto. Wat is het meewerkend voorwerp in deze zin? a. Zij b. geeft c. Max d. een auto 5 De woorden mijn en jouw zijn... a. bezittelijke voornaamwoorden b. aanwijzende voornaamwoorden c. persoonlijke voornaamwoorden d. zelfstandige naamwoorden Pagina 12

Welk voornaamwoord? kn.nu/zri2g 1 Is dat schrift van...? a. jou b. jouw 2 Klaas vindt... recept beter. a. jou b. jouw 3 Zal ik... even helpen? a. u b. uw 4 Ik erger me aan... gemopper. a. jou b. jouw 5 Ik doe dat in... aller belang. a. u b. uw 6 Hij heeft...... brommer zien stallen. a. jou jou b. jouw jouw c. jou jouw d. jouw jou 7 Hij heeft... jas naar de garderobe gebracht. a. u b. uw Pagina 13

8 Ik heb... broer ook uitgenodigd. a. jou b. jouw 9 Dat is niet van.... a. jou b. jouw 10 Ik waarschuw... niet nog een keer. a. jou b. jouw 11... moeder komt vanavond ook. a. U b. Uw 12... moet niet vergeten... paraplu mee te nemen. a. U, uw b. Uw, u c. U, u d. Uw, uw Stap 3 Pagina 14

Test elkaar In deze opdracht ga je testen hoe goed je buurman/buurvrouw is in het benoemen van woordsoorten. 1. Schrijf afzonderlijk van elkaar acht zinnen op die met 'vervoer' te maken hebben. In iedere zin onderstreep je één woord. Let op: Onderstreep alleen woorden waarvan jij zelf de woordsoort weet, anders kun je straks natuurlijk niet controleren of je klasgenoot de vraag goed heeft beantwoord! Zorg er wel voor dat je verschillende woordsoorten onderstreept. 2. Als jij en je klasgenoot allebei acht zinnen klaar hebben, wissel je de blaadjes en benoemen jullie de woordsoorten die onderstreept zijn. Dat doe je op papier. Voorbeeld: Je bedenkt de zin: Jouw fiets is veel fijner dan die van mij. Je medeleerling antwoordt: Jouw = bezittelijk voornaamwoord. 3. Wissel weer van blaadje en beoordeel of de woordsoorten goed benoemd zijn. Als dat niet zo is, speel je elkaars docent. Stap 4 Eindopdracht Je rondt deze opdracht af met de toets 'woordsoorten benoemen'. Veel succes! Beoordeling Pagina 15

Je hebt een voldoende voor de toets als je 80% van de vragen goed hebt beantwoord. Woordsoorten benoemen kn.nu/96x0k 1 Het is een precieze kopie van een auto uit Duitsland. a. persoonlijk voornaamwoord b. zelfstandig naamwoord c. bezittelijk voornaamwoord d. bijwoord 2 Het lijkt me leuk om eens te gaan varen met jullie schip. a. aanwijzend voornaamwoord b. lidwoord c. meewerkend voorwerp d. bezittelijk voornaamwoord 3 Het is gevaarlijk om op die fiets te fietsen, want het stuur zit los. a. aanwijzend voornaamwoord b. vragend voornaamwoord c. bezittelijk voornaamwoord d. zelfstandig naamwoord 4 De maximum snelheid van een metro is ongeveer 120 kilometer per uur. Pagina 16

a. bijwoord b. lidwoord c. werkwoord d. meewerkend voorwerp 5 Vanochtend zijn wij met de trein vertrokken naar Amsterdam. a. zelfstandig voornaamwoord b. bijwoord c. werkwoord d. meewerkend voorwerp 6 Het is vrij prijzig om met een taxi naar het zwembad te gaan. a. lidwoord b. bijwoord c. vragend voornaamwoord d. zelfstandig naamwoord 7 Vandaag heb ik een fietskaart voor mijn moeder gekocht, omdat ze altijd verdwaalt. a. bezittelijk voornaamwoord b. meewerkend voorwerp c. werkwoord d. bijwoord 8 Met welk vervoersmiddel kan ik het makkelijkst naar je feestje komen? a. lidwoord b. bijwoord c. werkwoord d. vragend voornaamwoord Pagina 17

9 In Nederland zijn er 386 treinstations in gebruik. a. bezittelijk voornaamwoord b. meewerkend voorwerp c. zelfstandig naamwoord d. vragend voornaamwoord 10 In de stad is de fietser gemiddeld 5% sneller op de bestemming dan de automobilist. a. lidwoord b. voorzetsel c. bijwoord d. werkwoord 11 Welke fiets vind je het mooist? a. voorzetsel b. zelfstandig naamwoord c. vragend voornaamwoord d. bijwoord 12 Plotseling kwam er een auto van rechts heel hard aangereden. a. werkwoord b. zelfstandig naamwoord c. aanwijzend voornaamwoord d. bijwoord 13 Is die step van je broertje of je zusje? Pagina 18

a. meewerkend voorwerp b. vragend voornaamwoord c. werkwoord d. bezittelijk voornaamwoord 14 Ik ga liever op de fiets dan met de auto naar school. a. bezittelijk voornaamwoord b. persoonlijk voornaamwoord c. aanwijzend voornaamwoord d. zelfstandig naamwoord Pagina 19

Over dit lesmateriaal Colofon Auteur VO-content Laatst gewijzigd 02 augustus 2017 om 11:18 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 3; Leerinhoud en Nederlands; Schrijfvaardigheid; doelen Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Studiebelasting 2 uur en 0 minuten Trefwoorden leerlijn, rearrangeerbare Pagina 20