CSPE GL 2011 landbouw-breed - afdelingsprogramma landbouw minitoets bij opdracht 10 variant a Naam kandidaat Kandidaatnummer Meerkeuzevragen Omcirkel het goede antwoord (voorbeeld 1). Geef verbeteringen aan volgens voorbeeld 2 of 3. (1) A A A B B B (2) X (3) B X C C X C D D D 1p 1 In de tabel staat de voerbehoefte van leghennen in gram per dier per dag. legpercentage = deel van de dieren dat op één dag een ei legt (%) lichaamsgewicht (gram) 0% 50% 70% 90% 1500 58 83 93 103 2000 71 97 107 117 2500 84 110 120 130 3000 97 122 132 142 3500 109 134 144 154 4000 121 146 156 166 Een kinderboerderij heeft 25 leghennen, die samen per dag 18 eieren leggen. De leghennen wegen gemiddeld 3 kg. Hoeveel gram voer hebben de 25 leghennen samen nodig per dag?... gram 1p 2 Een schaap heeft 1,3 m 2 aan staloppervlak nodig. Als er lammetjes bij lopen komt daar per lammetje nog 0,4 m 2 bij. Hoeveel schapen met elk één lam kunnen er maximaal in een binnenhok van 5,3 m bij 4 m?... PG-5018-b-11-1-m1 1 lees verder
1p 3 Op de verpakking van een middel tegen bloedluis bij kippen staat de volgende informatie: Het middel mag worden toegepast in het hok waarin de kippen aanwezig zijn, zodanig dat alle schuilplaatsen bereikt worden. Spuit alleen overdag. Spuit met een oplossing 1:100 in water. Hoeveel milliliter middel moet je op 5 liter water gebruiken?... ml 1p 4 Q-koorts komt de laatste jaren steeds meer voor in Nederland. Het is een infectieziekte die van dieren kan overgaan op mensen. Vooral besmette melkgeiten en melkschapen zijn een bron van de ziekte bij mensen. Geiten en schapen kunnen door de Q-koorts een spontane abortus krijgen. Hierbij komen er vele miljoenen Q-koorts-bacteriën vrij, die maanden tot jaren kunnen overleven. Als mensen lucht inademen waar deze bacterie, de Coxiella burnetii, inzit kunnen ze besmet raken. Een dierenarts die moet werken op een bedrijf waar Q-koorts heerst, moet zich goed beschermen. Welke beschermingsmiddelen moet hij zeker gebruiken? 1 2 3 A 1, 2, 4, 6 B 1, 3, 5, 6 C 1, 3, 4, 5 D 3, 4, 5, 6 4 5 6 PG-5018-b-11-1-m1 2 lees verder
1p 5 Wim heeft een vaste-plantenkwekerij. De kwekerij produceert 120.000 planten per jaar. De planten van Wim zijn verkregen door verschillende manieren van vermeerderen. 25% door zaad 35% door scheuren 40% door stekken Hoeveel planten zijn verkregen door vegetatieve vermeerdering? A 30.000 B 42.000 C 90.000 D 120.000 1p 6 Op de verpakking van een bestrijdingsmiddel staat het volgende: Partivo toegelaten in prei en peen (bos-, was- en winterpeen en Parijse wortelen) breed werkingsspectrum: roest, Alternaria, Phytophthora, Sclerotinia en meeldauw preventieve en curatieve werking snelle opname en lange nawerking flexibele toepassing, onder alle weersomstandigheden zeer goed regenvast positief voor opbrengst en kwaliteit Wat voor middel is Partivo? A een fungicide B een insecticide C een herbicide PG-5018-b-11-1-m1 3 lees verder
1p 7 Op de foto schoffelt een teler courgetteplanten. De courgettes staan op ruggen die bedekt zijn met vliesdoek. Schoffelen en gebruik van vliesdoek zijn bedoeld om onkruid tegen te gaan. Hier staan methoden om onkruid tegen te gaan. Welke methode hoort bij welke manier van bestrijden? schoffelen mechanische bestrijding chemische bestrijding thermische bestrijding gebruik van vliesdoek herbicide gebruiken PG-5018-b-11-1-m1 4 lees verder
1p 8 Sam loopt stage in een restaurantkeuken. Hier staat een recept voor een Griekse salade. Een van de opdrachten die Sam krijgt tijdens de stage is het maken van deze salade. Horiaki (Griekse salade) voor 4-6 personen Benodigdheden: 1 krop sla (in stukjes) 1 rode ui (dun gesneden) 170 g ontpitte olijven 1 groene paprika (in reepjes) 1 rode paprika (in reepjes) 2 grote tomaten (in kleine stukjes gesneden) 1 komkommer (in dunne schijfjes) 100 g verkruimelde fetakaas 6 eetlepels olijfolie 1 eetlepel gedroogde oregano sap van 1 citroen zwarte peper naar smaak Werkwijze: 1 Meng de sla, ui, olijven, paprika s, tomaten, komkommer en kaas in een slakom. 2 Meng de olijfolie met de oregano, het citroensap en de zwarte peper tot een dressing. 3 Giet de dressing over de salade en meng goed. 4 Matig gekoeld opdienen. De opdracht bestaat uit de volgende stappen: 1 de salade mengen 2 de benodigdheden klaarzetten 3 de salade garneren 4 de groente snijden 5 de benodigdheden reinigen en opruimen 6 de salade koelen Welk stappenplan is juist? A 1, 2, 3, 4, 5, 6 B 2, 3, 4, 5, 1, 6 C 2, 4, 1, 3, 6, 5 D 5, 1, 6, 3, 2, 4 PG-5018-b-11-1-m1 5 lees verder
1p 9 Voor de bereiding van een Griekse salade worden diverse ingrediënten gebruikt. Van welk ingrediënt is het vetgehalte het hoogst? A van citroensap B van tomaten C van olijven D van paprika 1p 10 Op maandag wordt keukenapparatuur van een restaurant na het verwijderen van afval grondig gereinigd en gedesinfecteerd. Wat is daarbij een juist stappenplan? A desinfecteren, voorspoelen, reinigen, naspoelen, drogen B voorspoelen, desinfecteren, reinigen, naspoelen, drogen C voorspoelen, drogen, reinigen, naspoelen, desinfecteren D voorspoelen, reinigen, naspoelen, desinfecteren, naspoelen 1p 11 De larve van de aspergekever kan schade aan gewassen veroorzaken. Uit proeven blijkt dat het gebruik van aaltjes (nematoden) goed werkt tegen de larve van de aspergekever. volwassen aspergekever aaltjes (nematoden) Hoe noemt men de bestrijding van aspergekeverlarven met aaltjes? A biologische bestrijding B chemische bestrijding C geïntegreerde bestrijding D mechanische bestrijding 1p 12 Pieter krijgt vanavond gasten te eten. Ze krijgen een frisse komkommersalade met kerstomaatjes. Pieter serveert bij het eten vruchtensap of wijn. Als tussendoortje heeft Pieter onder andere pistachenootjes gekocht. De spaarlamp boven de eettafel is kapot en Pieter vervangt de lamp voordat het bezoek er is. Welk afval moet bij het kca (klein chemisch afval)? A het bakje van de kerstomaatjes B de dopjes van de pistachenootjes C het folie dat om de komkommers heen zat D de lege vruchtensappakken E de spaarlamp PG-5018-b-11-1-m1 6 lees verder
1p 13 Op de achterkant van een pak meststof staat het volgende doseringsadvies. Doseringsadvies bladgroenten, knolgewassen, koolsoorten meststof 0,15 kg/m² bonen en erwten meststof 0,05 kg/m² kruiden meststof 0,10 kg/m² fruit meststof 0,20 kg/m² Hoeveel gram meststof moet je toedienen wanneer je 20 m 2 bonen teelt?... gram 1p 14 De opbrengst van 1 hectare Doré-aardappelen is onder bepaalde omstandigheden 40 ton aardappelen. Hoeveel kilogram aardappelen is dit per m 2?... kg PG-5018-b-11-1-m1 7 lees verder
1p 15 Plantensoorten hebben elk een eigen ph-waarde waarbij ze het beste groeien. Planten die het beste groeien in een zure bodem noemt men zuurminnende planten. Planten die het beste groeien in een basische bodem noemt men kalkminnend. plantensoort ph-waarde struikheide 4,5-6 toverhazelaar 4,5-6 azalea 4,5-6 magnolia 4,5-6 gipskruid groter dan 7 vetmuur groter dan 7 taxus groter dan 7 blauwe regen groter dan 7 Zijn de volgende plantensoorten zuurminnend of kalkminnend? zuurminnend kalkminnend vetmuur azalea taxus PG-5018-b-11-1-m1 8 lees verder
1p 16 In de grafiek zijn de toename en afname vanaf 1980 van enkele productiedieren in Nederland te zien. In de grafiek is het aantal dieren in Nederland in 1980 gesteld op 100%. In 1980 was het aantal runderen in Nederland 5,2 miljoen. % 250 Index (voor 1980=100) 225 200 175 150 125 100 75 50 1980 1985 1990 1995 2000 2005 Legenda: varkens kippen schapen en geiten paarden rundvee Hoeveel runderen waren er in 1984? A ongeveer 5,0 miljoen B ongeveer 5,3 miljoen C ongeveer 6,5 miljoen D ongeveer 10,4 miljoen PG-5018-b-11-1-m1 9 lees verder
1p 17 Een ontwikkeling binnen de melkveehouderij is het ontstaan van megabedrijven. De megabedrijven houden de koeien bij voorkeur op stal. Hierdoor zie je steeds minder koeien grazen in het Hollandse landschap. in miljoen stuks 1,56 65 1,54 aantal per bedrijf 1,52 60 1,50 1,48 1,46 55 1,44 1,42 50 1,40 1,38 45 1,36 1,34 2001 2002 2003 2004 2005 2006 40 legenda: jaar melkkoeien gemiddeld aantal per bedrijf Wat is er van 2001 tot en met 2006 met de schaalgrootte van de melkveehouderij gebeurd? A afgenomen B gelijk gebleven C toegenomen 1p 18 Er is een ruime keuze in organische en anorganische bemesting. Welke eigenschappen horen in het algemeen bij organische bemesting en welke bij anorganische bemesting? zorgt voor een betere structuur de samenstelling van de voedingsstoffen is altijd exact bekend de voedingsstoffen zijn vrijwel direct beschikbaar voor de planten organische bemesting anorganische bemesting PG-5018-b-11-1-m1 10 lees verder
1p 19 De natuur in Nederland is versnipperd. De overheid en natuurbeheerorganisaties proberen stukjes natuur met elkaar te verbinden door ecologische verbindingszones aan te leggen. Tussen twee natuurgebieden wordt een ecologische verbindingszone aangelegd: een wildtunnel onder een drukke weg. Waarom worden de twee natuurgebieden met elkaar verbonden? A Dan wordt de totale oppervlakte van de natuurgebieden groter. B Dan kunnen dieren zich beter verspreiden. C Dat maakt het aantrekkelijker voor toeristen. D De planten hebben dan meer ruimte om te groeien. PG-5018-b-11-1-m1* 11 lees verder einde