Beantwoord de vragen bij Verkennen. Denk aan de goniometrische verhoudingen sinus en cosinus!

Vergelijkbare documenten
Bekijk in de applet goed wat er onder de componenten van een vector wordt verstaan. Gebruik de applet en beantwoord de vragen.

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 maandag 15 mei uur

wiskunde B pilot vwo 2017-I

9. Matrices en vectoren

Een eenparige cirkelbeweging is een cirkelbeweging, waarbij de grootte van de snelheid niet verandert.

Tentamen Natuurkunde I uur uur woensdag 12 januari 2005 Docent Drs.J.B. Vrijdaghs

Uitwerkingen oefenopgaven hoofdstuk 2

natuurkunde vwo 2016-II

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 2013-I

1 Cartesische coördinaten

Q l = 22ste Vlaamse Fysica Olympiade. R s. ρ water = 1, kg/m 3 ( ϑ = 4 C ) Eerste ronde - 22ste Vlaamse Fysica Olympiade 1

TENTAMEN ELEKTROMAGNETISME (8N010)

7.1 Eenparige cirkelbeweging

3 De wetten van Newton

2 Vergelijkingen van lijnen

Eenparige cirkelbeweging

EXAMEN CONCEPTUELE NATUURKUNDE MET TECHNISCHE TOEPASSINGEN

Tentamen Electromagnetisme I, 30 juni 2008, uur

Wiskundige Technieken 2 Uitwerkingen Tentamen 26 januari 2015

1 Coördinaten in het vlak

Eerste ronde - 20ste Vlaamse Fysica Olympiade 1. 20ste Vlaamse Fysica Olympiade. R R R p 1 2 = + = FA. l = ρ water = 1, kg/m 3 ( ϑ = 4 C )

1. Langere vraag over de theorie

44 De stelling van Pythagoras

Afleiding Kepler s eerste wet, op basis van Newton s wetten

uuur , DF en DB met kentallen. b) Laat zien door twee keer de stelling van Pythagoras in een rechthoekige uuur

Inclusie en Exclusie groep 2

3 De wetten van Newton

Vraag Antwoord Scores. methode 1 Omdat de luchtweerstand verwaarloosd wordt, geldt: v( t) = gt. ( ) ( ) 2

} is rechtsdraaiend en orthonormaal. Een tweede basis { r ε 1. r r r

Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 9 Versnellen en afbuigen (augustus 2009) Pagina 1 van 11

Oefenopgaven Elektriciteit

WERKOPDRACHT OVER COMPLEXE GETALLEN Dr. Luc Gheysens. z = r(cos θ + isin θ) r = de modulus van z = mod. z θ = het argument van z = arg. z.

Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 4 Kromme banen ( ) Pagina 1 van 13

Opgave 1 Bekijk de Uitleg, pagina 1. Bekijk wat een vectorvoorstelling van een lijn is.

Opgave 1 Bestudeer de Uitleg, pagina 1. Laat zien dat ook voor punten buiten lijnstuk AB maar wel op lijn AB geldt: x + 3y = 5

Relativiteitstheorie van Einstein: Banen van Planeten en Satellieten

HOEKCONTACT KOGELLAGERS

Probeer de vragen bij Verkennen zo goed mogelijk te beantwoorden.

Tentamen wi2140tnw Differentiaalvergelijkingen september 2004 (1)

Inclusie en Exclusie groep 1

1 Middelpunten. Verkennen. Uitleg

5 Algemene oplossing baanvergelijking, r = ξ/(1 + e cos f)

2 Inproduct. Verkennen. Uitleg

Ter info. a m/s² a = Δv/Δt Toetsvraag 1. v m/s v = 2πr/T Toetsvraag 4

Eindexamen natuurkunde vwo II

Eindexamen wiskunde b 1-2 havo II

Aanvraag van een vergunning voor het exploiteren van een taxidienst

Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 13 Newton en Coulomb ( ) Pagina 1 van 12

2 Modulus en argument

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

v v I I I 10 P I 316, 10

4 Vergelijkingen. Verkennen. Theorie en Voorbeelden

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 vrijdag 17 mei uur

7 Totaalbeeld. Samenvatten. Achtergronden. Testen

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2008-II

5 Lijnen en vlakken. Verkennen. Uitleg

Alternatieve evenwichten -Alledaags of niet?-

Kegellagers. Kegellagers

Eindexamen havo wiskunde B pilot 2013-I

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN FACULTEIT TECHNISCHE NATUURKUNDE GROEP TRANSPORTFYSICA

Werk met de applet. Bedenk steeds welke parameter a, b, c en/of d je moet aanpassen. Experimenteer tot je de regelmaat kunt formuleren!

Examen HAVO. wiskunde B1,2. tijdvak 2 woensdag 18 juni Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Vectoren en zwaartepunten

WISKUNDE-ESTAFETTE Minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 500

Antwoord: a) Voor de gravitatiekracht geldt: F, waarbij r de afstand tussen het

Rotatie in 2D. Modeltransformaties. Translatie in 2D. Rotatie van een punt tov rotatiepunt (pivot) over een rotatiehoek:

6 Ligging. Verkennen. Uitleg

Uitwerkingen bij de opgaven van. De Ster van de dag gaat op en onder

3 Formules en de grafische rekenmachine

Probeer de vragen bij Verkennen zo goed mogelijk te beantwoorden.

RBEID 16/5/2011. Een rond voorwerp met een massa van 3,5 kg hangt stil aan twee touwtjes (zie bijlage figuur 2).

Een nieuw model voor de CBS huishoudensprognose

Gebruik de applet om de vragen te beantwoorden. Beweeg punt P over de cirkel.

Tentamen DYNAMICA (4A240) 11 april uur

De derde wet van Newton

Visualisatie van het Objectgeoriënteerde Paradigma. Arend Rensink Faculteit der Informatica, Universiteit Twente

Inleiding ART. Algemene Relativiteits Theorie

Multiplicatieve functies

1 Analytische meetkunde

wiskunde B havo 2015-II

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 woensdag 20 mei uur

Hardmetalen stiftfrezen voor ruw gebruik speciaal in gieterijen, werven en in de staalbouw

6 Ongelijkheden. Verkennen. Uitleg. Theorie en voorbeelden. Los het probleem rond de huur van een kopieermachine op.

Lessen wiskunde uitgewerkt.

3 Bijzondere functies

De Regenboog. Gert Heckman IMAPP, Radboud Universiteit, Nijmegen

Stevin vwo deel 3 Uitwerkingen hoofdstuk 1 Newton en Coulomb ( ) Pagina 1 van 14

Dossier 4 VECTOREN. Dr. Luc Gheysens. bouwstenen van de lineaire algebra

1. INLEIDING: DE KOERS VAN EEN BOOT

WISKUNDE EN FYSICA (DEEL 1) / STATICA

L Garantievoorwaarden/Gebruikershandleiding DUCOTWIN/ DUCOSCREEN

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2002-II

Voor de warmteoverdracht Q van punt A naar punt B geldt de formule:

Examen VWO. wiskunde B1 (nieuwe stijl)

Examen VWO. wiskunde B1. tijdvak 1 woensdag 28 mei uur

Onderwijs op maat voor uitdaging en motivering Krachten 4

De 36 e Internationale Natuurkunde Olympiade Salamanca, -Spanje Theorie-toets dinsdag 5 juli 2005 duur: 5 uur. Lees dit eerst!

Examen VWO. wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Transcriptie:

1 Vectoen in 2D Vekennen www.math4all.nl MAThADORE-basic HAVO/VWO 4/5/6 VWO wi-d Vectomeetkunde Vectoen in 2D Inleiding Vekennen Beantwood de vagen bij Vekennen. Denk aan de goniometische vehoudingen sinus en cosinus! Uitleg www.math4all.nl MAThADORE-basic HAVO/VWO 4/5/6 VWO wi-d Vectomeetkunde Vectoen in 2D Uitleg Opgave 1 Bekijk de Uitleg, pagina 1. De vecto in de applet heeft een lengte van 1 en een ichtingshoek van α = 30. a) Beeken zelf de x-component en de y-component van deze vecto. b) Hoe goot zijn de componenten van een vecto met lengte 10 en een ichtingshoek van 30? c) Geef de vecto in de applet een ichtingshoek van 110. Je kunt de beide componenten aflezen uit de figuu. Contolee deze getallen doo een beekening. d) Hoe goot zijn de componenten van een vecto met een ichtingshoek van 110 en een lengte van 10? e) Oefen het beekenen van componenten van vectoen. Neem niet alleen vectoen met lengte 1, hoewel je alleen die in de applet kunt instellen. Opgave 2 Bekijk de Uitleg, pagina 2. Van een vliegtuig zijn de snelheden op bepaalde momenten gegeven. Je wilt de veplaatsingen beekenen. a) Stel in de applet de juiste veplaatsingen in. Leg uit waa de getallen 1 3 en 5 6 vandaan komen. b) Beeken de componenten van 1 3 v uu 1 en van 5 6 v uu 2. c) Leid uit de antwooden bij b) de componenten van de totale veplaatsing af. d) Welke lengte en welke ichtingshoek heeft? e) Beeken hoeveel km hetzelfde vliegtuig zich naa het Oosten en het Nooden heeft veplaatst als het eest 30 minuten met 240 km/h onde 60 t.o.v. het Oosten en vevolgens 40 minuten met een snelheid van 210 km/h en een koeshoek van 330 t.o.v. het Oosten vliegt. STICHTING MATH4ALL 01 MRT 2009 1

Opgave 3 Een loie is een kaetje dat op ails loopt. Twee pesonen tekken de loie met dezelfde kacht van 8 N elk aan een touw, zie figuu. a) Met welke kacht tekken beide pesonen samen aan het kaetje in de ichting van de ails? Maak zowel een tekening als een beekening. b) Beantwood dezelfde vaag als de éne pesoon tekt met een kacht van 8 N en de andee met een kacht van 6 N. De hoeken blijven gelijk. Opgave 4 Zowel in opgave 2 als in opgave 3 heb je vectoen opgeteld. In het éne geval heb je daatoe de vectoen staat aan kop gelegd, in het andee geval heb je een paallellogamconstuctie gebuikt. Welke van beide methodes heb je bij welke opgave gebuikt en waaom? Theoie en Voobeelden www.math4all.nl MAThADORE-basic HAVO/VWO 4/5/6 VWO wi-d Vectomeetkunde Vectoen in 2D Theoie Bekijk eest de Theoie. Bekijk vevolgens de Voobeelden, de volgende opgaven gaan daaove. Opgave 5 In Voobeeld 1 ga je na, dat twee vectoen waavan begin- en eindpunt gegeven zijn, even lang zijn. a) Loop zelf de beekeningen nauwkeuig na. b) Gegeven zijn in een catesisch assenstelsel de punten A( 2,1), B(1,6), C(28,12) en D(31,17). Beeken AB en CD en de ichtingshoeken van AB en CD. Laat daamee zien dat beide vectoen gelijk zijn. Opgave 6 In Voobeeld 2 beeken je de kentallen van een vecto waavan lengte en ichting bekend zijn. Beeken de kentallen van de volgende vectoen: Geef waa mogelijk exacte uitkomsten, andes benadeingen in twee decimalen nauwkeuig. a) v u = 3 en α = 135 b) v u = 5 en α = 210 c) v u = 4 en α = 320 d) v u = 2 en α = 270 e) v u = 3 en α = 115 f) v u = 1 en α = 193 STICHTING MATH4ALL 01 MRT 2009 2

Opgave 7 Gegeven is telkens een vecto v u doo zijn kentallen. Beeken de lengte en de ichtingshoek van deze vecto. a) v u 2 = c) v u 0 = 4 15 b) v u 20 = d) v u 15 = 40 1 Opgave 8 In Voobeeld 3 zie je hoe je vectoen kunt optellen en aftekken en vemenigvuldigen met een getal doo de staat aan kop methode te gebuiken. u u a) Maak met de applet de vecto a + b en bepaal de bijbehoende kentallen b) Maak de vecto 2a u en bepaal de kentallen evan. u u c) Maak de vecto 2a + 1,5b en bepaal de kentallen evan. u d) Maak de vecto 2b en bepaal zijn kentallen. u u u u e) Ook voo vectoen geldt: a b = a + ( b). Gebuik dit om de veschilvecto van a u en b u te tekenen en zijn kentallen te bepalen. Opgave 9 In Voobeeld 4 zie je hoe het optellen, aftekken en vemenigvuldigen met een getal van vectoen gebeut met een paallellogamconstuctie. Oefen ook hiemee; gebuik eventueel de vectoen uit opgave 8. Veweken Opgave 10 Gegeven zijn de vectoen: u 12 u 15 6 u 0 u 13 13 a =, b =, c =, d =, e = en f = 5 17 8 5 0 25 a) Beeken van elk van deze vectoen de lengte en de ichtingshoek. b) Bepaal de kentallen van de vectoen: v uu 1 = a u + b u v uu 2 = a u + 0,5 c v uu 3 = f e u 3 d u v uu 4 = d u + e u a u Opgave 11 Rondvlucht Een ondvlucht van een vliegtuig wodt bepaald doo vie koesvectoen. De piloot vliegt eest 60 km met een koes van 30, vevolgens 100 km met een koes van 125 en daana 50 km met een koes van 190. Alle koesen zijn hoeken die met de klok mee zijn gemeten t.o.v. het Nooden. a) Maak een tekening op schaal 1:1.000.000 van deze ondvlucht. STICHTING MATH4ALL 01 MRT 2009 3

b) Kies een geschikt assenstelsel en zet elk van de bescheven koesvectoen om in een vecto met kentallen. Wek in gehele km nauwkeuig c) Beeken de kentallen van de viede koesvecto (die het vliegtuig teug bengt naa het vliegveld vanwaa het is vetokken). d) Beeken met behulp van de kentallen hoe ve het vliegtuig na de dede koesvecto van het vliegveld af is. Opgave 12 Plaatsvectoen Lijnstuk AB is gegeven doo de punten A(1,2) en B(7,4) in een catesisch assenstelsel Oxy. uuu a) Bepaal de kentallen van vecto AB. b) Vectoen die vanuit de oospong O de plaats van een punt bepalen noem je plaatsvectoen. Wat zijn de plaatsvectoen van de punten A en B? uuu c) Hoe kun je vecto AB beekenen uit de plaatsvectoen van de punten A en B? d) M is het midden van lijnstuk AB. Bepaal de kentallen van de plaatsvecto OM uuuu. e) Als in het algemeen A(a 1,a 2 ) en B(b 1,b 2 ) zijn gegeven, wat is dan de plaatsvecto van het midden M van AB? Opgave 13 Hellend vlak Op een hellend vlak ligt een houten blokje met een massa van m = 0,5 kg. Wannee de hellingshoek α van het vlak 20 is, staat het blokje op het punt om naa beneden te glijden. De kachten die op het blokje weken zie je in de tekening. De zwaatekacht heeft een gootte van: F z = m g Hiein is g 9,81 m/s 2 de zwaatekacht vesnelling. De gootte van een kacht is in N (newton). Hoe goot is de wijvingskacht? Testen Opgave 14 Gegeven zijn de vectoen a u = 4 en b u = 2 5. a) Beeken de lengte van beide vectoen in twee decimalen nauwkeuig. b) Beeken de ichtingshoek van beide vectoen in gaden nauwkeuig. c) Beeken de kentallen van de vectoen a u + b u en 1 2 a u b u. d) Beeken de kentallen van de vecto c zo, dat a u + b u + c = 0 0. STICHTING MATH4ALL 01 MRT 2009 4

Opgave 15 Noodlanding Een piloot vetekt met zijn spotvliegtuig van vliegveld T en vliegt 3 uu met een constante snelheid van 140 km/h een koes 30 ten opzichte van het Nooden (met de klok mee gemeten). Daana veandet hij zijn koes in 170 en de snelheid in 120 km/h. Na 1,5 uu moet hij een noodlanding maken. Ove de adio geeft hij aan de vekeesleiding van vliegveld T doo waa hij is geland en dat hij enstig gewond is geaakt. Onmiddellijk wodt een helikopte gestuud. Beeken hoeveel km noodelijk en hoeveel km oostelijk van T de noodlanding heeft plaatsgevonden. Antwooden 1a) Zie applet. b) v x = 5 3 en v y = 5 c) Zie applet. d) v x 3,42 en v y 9,40 e) - 2a) Omekenen van snelheid naa veplaatsing b) uu 5 = 100 2 6 2 100 2 c) x 157 km en y 21 km d) lengte 158 en ichtingshoek 7,5 e) 181 km Oost en 34 km Nood 3a) Ongevee 15,0 N b) Ongevee 13,2 N 4. Bij opg.2 de staat aan kop methode, bij opg.4 de paallellogammethode 5a) - uuu uuu b) AB = CD = 34 Beide ichtingshoeken zijn ongevee 59. 6a) v x = 1 1 2 2 en v y = 1 1 2 2 b) v x = 2 1 2 3 en v y = 2,5 c) v x 3,06 en v y 2,57 d) v x = 0 en v y = 2 e) v x 1,27 en v y 2,72 f) v x 0,97 en v y 0,22 7a) v = 20 en ϕ 117 b) v = 10 20 en ϕ = 243 c) v = 15 en ϕ 270 d) v = 4 en ϕ 14 8a) Zie Voobeeld 3. STICHTING MATH4ALL 01 MRT 2009 5

2 6,5 6 2 b) 2 a = c) 2 a +1,5 b = d) 2 b = e) a b = 4 2,5 3 9. - 10a) a = 13, b = 514, c = 10, d = 5, e = 13, f = 794 ichtingshoeken: 23, 131, 127, 270, 0, 63 uu b) v = 3 uu 1 22, v = 9 uu 2 9, v = 0 uu 3 10, v = 1 4 10 11a,b,c) De viede koesvecto heeft kentallen v x 55 en v x 103 als je een assenstelsel kiest met x-as van Z naa N en de y-as van O naa W. d) 117 km uuu 6 uuu 1 uuu 7 12a) AB = b) OA = en OB = 4 uuu uuu uuu c) AB = OB OA uuu 4 uuu 0,5a + 0,5b d) OM = 1 1 d) OM = 3 0,5a + 0,5b 2 2 13. 1,68 N 14a) a 4,47; b 5,39 b) De ichtingshoek van a is ongevee 153, die van b ongevee 22 2 4 c) a + b = en 0,5 a b = 7 4 2 d) c = 7 15. 241 km naa het Oosten en 186 km naa het Nooden. STICHTING MATH4ALL 01 MRT 2009 6